Na de schok De impact van de Brexit is nog niet bekend, maar zal zeker een druk leggen op de economie, de bedrijvigheid en de financiële markten. Het huidige herstel van de financiële markten kan dan ook voorbarig zijn. Naarmate er steeds meer specifieke economische indicatoren bekend worden en inzicht geven in de impact van de Brexit, neemt de volatiliteit vermoedelijk weer toe. Of dit opnieuw tot sterke koersdalingen leidt, is moeilijk te voorspellen. Mogelijk valt het mee, want de grootste schok tot nu toe was de uitkomst van het referendum. Die zal niet snel worden overtroffen door ander nieuws. Brexit Monitor Een dead-cat bounce? Na twee dagen van gestage waardedalingen op de internationale beurzen kleurden de aandelenkoersen weer groen. De FTSE 100-index kwam zelfs hoger uit dan vóór de Brexit, alsof er in de twee dagen na 23 juni niets was gebeurd. Althans, gemeten in ponden, want in euro s was het rendement op Britse aandelen de hele week na het referendum negatief doordat de lagere wisselkoers hardnekkiger bleek. Afgezien van politiek gesteggel en een aantal topontmoetingen is er inderdaad niet zo heel veel gebeurd. De impact van de uitslag is nog niet terug te zien in harde gegevens, zoals handelscijfers, vertrouwensindicatoren en verschuivingen in investeringen, maar dat zal de komende maanden veranderen. Wanneer dat gebeurt, zal de markt weer reageren en de volatiliteit vermoedelijk toenemen. FTSE 100-index, 1 juni 2016 tot 1 juli 2016 6,800 6,600 6,400 6,200 6,000 5,800 5,600 5,400 Bron: FactSet. 1-6-2016 3-6-2016 5-6-2016 7-6-2016 9-6-2016 11-6-2016 13-6-2016 15-6-2016 17-6-2016 19-6-2016 21-6-2016 23-6-2016 25-6-2016 27-6-2016 29-6-2016 1-7-2016 PwC Brexit Monitor - Nummer 1, juli 2016 1
Er zijn voorlopige, anekdotische aanwijzingen dat vooral in het Verenigd Koninkrijk de economische groei last krijgt van teruglopende investeringen. Bedrijven als Virgin, Siemens, Ryanair en Vattenfall, maar ook minder bekende namen als Encocam en DueDil hebben aangekondigd investeringen in het Verenigd Koninkrijk te zullen schrappen, uit te stellen of naar andere landen (op het Europese continent) te verplaatsen. Vanwege de onzekerheid over wat hun boven het hoofd hangt, zullen bedrijven nog eens nadenken over hun investeringen. Dat geldt ook voor investeringen in andere bedrijven in de vorm van fusies of kapitaalinbreng. Op zijn minst leidt dit tot uitstel. Zolang de onzekerheid aanhoudt, heeft dit een negatief effect op de economische groei. Ook het beurssentiment in het Verenigd Koninkrijk loopt naar verwachting een deuk op, en via consumentenbestedingen de rest van de economie ook. Uit onderzoek van Bloomberg, vlak nadat de Britten voor uittreden hadden gekozen, bleek dat bijna driekwart van de respondenten verwachtte dat de economie in een recessie zou raken. Van de 25 economen aan wie Bloomberg vroeg wanneer dat zou gebeuren, gaf ongeveer de helft aan nog dit jaar een recessie te verwachten. De rest verwacht de recessie volgend jaar. De consumentenvertrouwensindex van YouGov/CEBR is tussen 23 en 27 juni met 6,8% gedaald ten opzichte van de eerste drie weken van juni (zie grafiek hieronder). Dit is een vroege indicator van de impact van de Brexit op het beurssentiment. Andere indicatoren zullen moeten bevestigen of het algemene sentiment inderdaad een deuk van deze omvang heeft opgelopen. YouGov/CEBR Consumer Confidence Index, mei en juni 2016 113,6 111,9 104,3 Mei 2016 1-23 juni 2016 23-27 juni 2016 Bron: YouGov. PwC Brexit Monitor - Nummer 1, juli 2016 2
Handel De gevolgen van de Brexit voor landen, sectoren en uiteindelijk ook bedrijven zullen sterk worden bepaald door de handelsbetrekkingen tussen het Verenigd Koninkrijk en de EU. De toekomstige vraag naar en het aanbod van goederen zal niet alleen afhangen van de wisselkoers of de economische situatie aan weerskanten, maar ook van de vorm of de aard van de handelsrelaties als het Verenigd Koninkrijk eenmaal uit de EU is gestapt (zie onze scenario s hieronder). Dat laatste is en blijft onzeker, in elk geval de komende maanden. Beslissingen over de vestiging of verplaatsing van productieactiviteiten zullen op termijn bepalen hoe de handelsbetrekkingen uitpakken voor sectoren en bedrijven. Zeven van de tien belangrijkste handelspartners van het Verenigd Koninkrijk in 2015 waren EUlanden. Datzelfde jaar ging zo n 44% van de Britse export naar de EU, terwijl circa 53% van de totale import afkomstig was uit EU-landen. Duitsland en Nederland exporteren beduidend meer naar het Verenigd Koninkrijk dan ze uit het Verenigd Koninkrijk importeren. Afhankelijk van de prijselasticiteit van de exportproducten kunnen deze landen te maken krijgen met een verslechtering van de ruilvoet met het Verenigd Koninkrijk door de waardestijging van de euro ten opzichte van het pond sterling. Volgens Nederlandse bloemenexporteurs is er nu al minder vraag vanuit het Verenigd Koninkrijk naar relatief dure bloemen en planten. Als we kijken naar soorten producten, valt op dat motorvoertuigen de belangrijkste productgroep vormen in de handel tussen het Verenigd Koninkrijk en de EU. Het Verenigd Koninkrijk is niet alleen een belangrijke producent van motorvoertuigen en onderdelen, maar ook een belangrijke afzetmarkt voor voertuigen (de tweede in Europa na Top tien bestemmingslanden Britse export (% totale export) Top tien herkomstlanden Britse import (% totale import) 0% 5% 10% 15% 0% 5% 10% 15% Verenigde Staten Duitsland Zwitserland China Frankrijk Nederland Ierland België Spanje Italië Duitsland China Verenigde Staten Nederland Frankrijk België Italië Spanje Noorwegen Ierland Bron: HM Revenue & Customs. PwC Brexit Monitor - Nummer 1, juli 2016 3
Duitsland). De EU vormt met 57,5% de grootste exportmarkt voor Britse motorvoertuigen. Nu gelden er geen tarieven voor de handel in motorvoertuigen tussen het Verenigd Koninkrijk en de EU, maar afhankelijk van het handelsakkoord dat wordt gesloten als het Verenigd Koninkrijk eenmaal uit de EU is, kan dat veranderen. Toyota, dat bijna 90% van zijn in het Verenigd Koninkrijk geproduceerde auto s exporteert, waarschuwde al vóór het referendum dat deze 10% duurder kunnen worden als er in de toekomst invoerrechten worden geheven. De afgelopen decennia hebben veel bedrijven geïnvesteerd in het Verenigd Koninkrijk en het land gebruikt als een (productie)platform om van daaruit de markten in continentaal Europa te bedienen. Afhankelijk van de uitkomst van eventuele toekomstige handelsakkoorden kan dit minder aantrekkelijk worden in vergelijking met vestigingslocaties in de EU, met name in Oost-Europese landen. Voor sommige industriële ondernemingen, zoals Airbus - dat in het Verenigd Koninkrijk veel vliegtuigonderdelen produceert -, is het nog onduidelijk wat het effect van de Brexit op zijn pan-europese aanvoerlijnen zal zijn. De Britse farmaceutische industrie kan te maken krijgen met nieuwe vergunningprocedures om geneesmiddelen in de EU te mogen verkopen. Farmaceutische bedrijven krijgen nu toestemming voor geneesmiddelen krijgen via het Europees Geneesmiddelenbureau (EMA), waarna de producten in de hele EU op de markt mogen worden gebracht. Er is dan geen goedkeuring van de afzonderlijke nationale instanties nodig. Als het Verenigd Koninkrijk zowel uit de EU als uit de Europese Economische Ruimte stapt, kan het geen gebruik meer maken van deze gecentraliseerde goedkeuringsprocedure en zullen de goedkeuringstrajecten waarschijnlijk ingewikkelder worden. Daar komt nog bij dat het EMA nu in Londen is gevestigd en vermoedelijk naar een EU-land verhuist als de Brexit een voldongen feit is. Britse export naar de EU: top vijf productgroepen, april 2016 Britse import vanuit de EU: top vijf productgroepen, april 2016 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 0% 10% 20% 30% 40% 50% Motorvoertuigen Mechanische apparaten Olie, gas en kolen Farmaceutische producten Elektronische apparatuur Andere producten Motorvoertuigen Mechanische apparaten Farmaceutische producten Elektronische apparatuur Kunststoffen Andere prodcuten Bron: HM Revenue & Customs, UK Overseas Trade Statistics april 2016. PwC Brexit Monitor - Nummer 1, juli 2016 4
Het Verenigd Koninkrijk is een belangrijke olieexporteur, maar er kan onzekerheid ontstaan door een discussie met Schotland over wie de eigenaar van de olie- en gasreserves is. In Schotland heeft een ruime meerderheid ervoor gekozen om in de EU te blijven en staat men bepaald niet te juichen over de uitkomst van het referendum. Schotland overweegt nu zelf een referendum over Schotse onafhankelijkheid te organiseren om toch in de EU te kunnen blijven. De olie- en gasexploratie in de Noordzee kan in onrustig vaarwater komen als Schotland onafhankelijk wordt en de velden opeist. In volgende nummers van de Brexit Monitor gaan we nader in op de gevolgen van de Brexit voor sectoren en bedrijven. De gevolgen van de Brexit voor landen, sectoren en uiteindelijk ook bedrijven zullen sterk worden bepaald door de handelsbetrekkingen tussen het Verenigd Koninkrijk en de EU. Hoe nu verder? Voor de komende maanden zijn de volgende stappen te onderscheiden: Allereerst moeten de Britten een nieuwe premier kiezen. Volgens de huidige planning vindt dat begin september plaats. Daarna moet de uitkomst van het referendum waarschijnlijk door het parlement geratificeerd moeten worden om het een juridisch gewicht voor de volgende stap te geven. Het mechanisme voor uittreding is neergelegd in artikel 50 van het Verdrag betreffende de Europese Unie. De belangrijkste stappen in de procedure zijn: - Het Verenigd Koninkrijk stelt de Europese Raad in kennis van het voornemen om zich terug te trekken uit de unie. - De Europese Raad stelt op basis van consensus de richtsnoeren voor de Europese Commissie vast om over de terugtrekking te onderhandelen. - Het uiteindelijke akkoord moet zowel door de EU-lidstaten worden goedgekeurd (gekwalificeerde meerderheid van 20 van de 27 leden of 65% van de bevolking) als door het Verenigd Koninkrijk. - Het Europees Parlement moet het akkoord met een meerderheid van stemmen goedkeuren. - Volgens artikel 50 heeft het land dat zich terugtrekt twee jaar de tijd om de onderhandelingen af te ronden. Elke verlenging van die termijn vereist de unanieme instemming van de EU-leden. Behalve onderhandelen over de terugtrekking moet het Verenigd Koninkrijk ook afspraken met de EU maken over de periode daarna. Uit de formulering van artikel 50 is het niet duidelijk of die besprekingen ook binnen de genoemde onderhandelingstermijn van twee jaar vallen. In deze periode kan ook een aantal andere factoren meespelen: mogelijke represailles van de EU door het opleggen van strengere voorwaarden (om andere EU-sceptische landen af te schrikken), nieuwe stemmingen en/of verzoeken om heronderhandelingen. Brexit-scenario s Wij hebben vier toekomstscenario s uitgewerkt die zich zouden kunnen voordoen; elk met een andere mate van integratie tussen het Verenigd Koninkrijk en de EU. Deze scenario s kunnen verschillende vormen aannemen, maar de vormen die wij zijn tegengekomen kunnen bij een van de scenario s worden ingedeeld. Elk scenario geeft of vereist een strategisch antwoord om de value drivers van een bedrijf te beschermen of te ontwikkelen. Onze planning berust op een kader dat nagaat wat de impact van elk scenario op deze value drivers is en wat dat betekent in termen van tijd, waarde en waarschijnlijkheid. Aan de hand van dit kader kunnen organisaties dan kritieke paden uitstippelen en zich positioneren om snel te kunnen reageren zodra een scenario zich voordoet en niet pas nadat het zich heeft voorgedaan. PwC Brexit Monitor - Nummer 1, juli 2016 5
Mogelijke uitkomsten van onderhandelingen Lid EER (Noorse optie) Vrijhandelsakkoord (VHA) Bilateraal akkoord Geen handels-overeenkomst (WTO/MFN) Situatie Het Verenigd Koninkrijk blijft onderdeel van de EER en behoudt de vier vrijheden (vrij verkeer van arbeid, kapitaal, goederen en diensten). Passporting voor financiële diensten. Het Verenigd Koninkrijk sluit een vrijhandels akkoord (VHA) met de EU. Het Verenigd Koninkrijk sluit een bilateraal integratieverdrag met de EU. Het Verenigd Koninkrijk sluit geen nieuwe handelsovereenkomsten met de EU. Mogelijke gevolgen Het Verenigd Koninkrijk moet een substantiële bijdrage leveren aan de EU-begroting en zich aan de sociale, arbeids- en productwetgeving van de EU houden. Tariefvrije handel in goederen (maar niet in diensten) tussen het Verenigd Koninkrijk en de EU. Het Verenigd Koninkrijk behoudt zijn rechten op grond van alle bestaande VHA s tussen de EU en derde landen. Het Verenigd Koninkrijk krijgt toegang tot bepaalde delen van de interne markt, op voorwaarde dat het de betreffende EU-regelgeving overneemt. Alleen de WTO-voorwaarden zijn nog van toepassing; Britse goederen en diensten worden in de EU op dezelfde manier behandeld als Amerikaanse. Dit zijn de meest waarschijnlijke scenario s, maar een aantal varianten kan worden uitonderhandeld. PwC Brexit Monitor - Nummer 1, juli 2016 6
Mogelijke risico s en maatregelen Ons Brexit-beslissingskader vertaalt de risico s als gevolg van de Britse uittreding naar concrete maatregelen die bedrijven kunnen nemen. Hoe staat uw organisatie ten opzichte van het Verenigd Koninkrijk en via welke kanalen kan uw onderneming gevolgen ondervinden van de Brexit? Waar kunnen kansen ontstaan? Op basis hiervan kunt u maatregelen uitwerken om in te spelen op mogelijke gebeurtenissen. Belang Verenigd Koninkrijkvoor bedrijf Hoe belangrijk is het Vernigd Koninkrijk voor uw organisatie? Strategisch: gebruikt uw organisatie het Verenigd Koninkrijk als poort naar de verdere regio? Omzet: waar bevinden zich uw grootste consumentenmarkten in Europa? Operationeel: wat is de omvang van uw productie-/ leveringsketen in Europa? Bepaal wat het belang van het Verenigd Koninkrijk is voor uw bedrijf. Vier opties: Europees bedrijf met internationale activiteiten Europees bedrijf gevestigd in het Verenigd Konijkrijk Bedrijf uit derde land gevestigd in het Verenigd Konijkrijk Bedrijf uit derde land gevestigd in Europa Scenario s en kanalen Via welke kanalen zou de Brexit doorwerken? Welk Brexit-scenario acht u van toepassing? Hoe zou ieder kanaal zich ontwikkelen binnen dit scenario? Handel en leveringsketens Kies exit-scenario: FTA, EER (Noorwegen), bilateraal (Zwitserland) of WTO Regelgeving DBI Arbeidsmarkt Belasting en fiscale gevolgen Onzekerheid Sectorspecifiek Gevolgen voor bedrijf Welke gevolgen zouden deze hebben voor uw bedrijfs-model en waardeketen? Wat is de potentiële impact op elk organisatorisch aspect van uw organisatie? Wat zijn de risico s? Zijn er ook kansen? Verdienmodel (markttoegang, marketing, prijzen) Verdienmodel (markttoegang, marketing, prijzen) Financiën/ treasury (ondernemingsstructuur, financiering, valutarisico s, investor relations) Talentmodel (HR, mobiliteit, beloning) Wet- en regelgeving (compliance, productspecificaties, arbo) Technologie (IT-systemen, digitale en infor - matiesystemen, gegevensbescherming, uitbestedingscontracten) Belasting (directe belastingen, indirecte belastingen, bronbelastingen, belastingstructuur en -strategie) Blauwdruk voor maatregelen Hoe kan uw organisatie proactief inspelen op deze verwachte impacts? Welke strategische mogelijkheden zijn er? Welke moet ik kiezen? Hoe voer ik die door in mijn organisatie? PwC Brexit Monitor - Nummer 1, juli 2016 7
Zou u stemmen voor uittreding van uw eigen land uit de EU? Frankrijk Duitsland Italië Polen Spanje VK Bron: Bertelsmann. Leren van het verleden, werken aan de toekomst De eenwording van Europa is bedoeld om oude scheidslijnen tussen de volkeren weg te nemen en daarmee een einde te maken aan allerlei belemmeringen, inefficiënties en kansen op conflicten. Maar naarmate de herinnering aan oorlog in Europa vervaagt, vergeet men nogal eens wat de eenwording Europa heeft opgeleverd. En ook wat de eenwording in de toekomst nog kan opleveren, aangezien een verenigd Europa beter kan concurreren met andere (verenigde) regio s van vergelijkbare omvang. 0% 20% 40% 60% 80% 100% Blijven in de EU De EU verlaten Een belangrijke les van het Britse referendum is dat de verschillen in stemgedrag hoogstwaarschijnlijk niet uniek voor het Verenigd Koninkrijk zullen zijn. Vergelijkbare scheidslijnen kunnen ook heel goed zichtbaar worden in de rest het (over)gebleven deel van de EU. Zodra de uitkomst van het Britse referendum bekend was, werd in Nederland, Frankrijk en Tsjechië al opgeroepen tot vergelijkbaar referendum. Dit soort oproepen weerspiegelt de krachten achter de Brexit aan de overkant van de Noordzee. In een enquête van TNS NIPO begin juni sprak 38% van de ondervraagde Nederlanders zich uit vóór een referendum over EU-lidmaatschap, maar 33% zou dan stemmen voor Nexit en 49% voor blijven. In de week na het referendum bleek uit een enquête van Ipsos dat 41% van de Nederlanders voorstander is van het houden van een EU-referendum. Volgens een onderzoek van Bertelsmann in april 2016 (zie grafiek hieronder) is de steun voor het EU-lidmaatschap nog altijd groot in landen als Duitsland, Spanje en Polen, maar minder in Frankrijk en Italië. Uit ditzelfde onderzoek bleek overigens toen al dat in het Verenigd Koninkrijk een meerderheid voor leave bestond. Bij een referendum in Italië in oktober dit jaar en bij de algemene verkiezingen in Nederland, Frankrijk en Duitsland volgend jaar kunnen zich repercussies van de Brexit doen voelen. Als de pro-exitpartijen het in de aanloop naar de verkiezingen goed doen, zullen de onrust en onzekerheid naar verwachting weer de kop op steken. Europese politici lijken zich daar nu bewust van te zijn, maar zullen ze ook in staat zijn om een goed antwoord te vinden op de uiteenlopende zorgen en wensen van de kiezers? De Brexit heeft laten zien dat veel mensen zich niet zomaar laten overtuigen, hoe rationeel de argumenten ook lijken. PwC Brexit Monitor - Nummer 1, juli 2016 8
Contact Jan Willem Velthuijsen Chief Economist T: +31 88 792 75 58 M: +31 6 2248 3293 E: jan.willem.velthuijsen@nl.pwc.com This content is for general information purposes only, and should not be used as a substitute for consultation with professional advisors. 2016 PricewaterhouseCoopers B.V. (KvK 34180289). All rights reserved. PwC refers to the PwC network and/or one or more of its member firms, each of which is a separate legal entity. Please see www.pwc.com/structure for further details. At PwC in the Netherlands, over 4,200 people work together from 12 offices. PwC Netherlands helps organisations and individuals create the value they re looking for. We re a member of the PwC network of firms in 157 countries with more than 195,000 people. We re committed to delivering quality in assurance, tax and advisory services. Tell us what matters to you and find out more by visiting us at www.pwc.nl. PwC Brexit Monitor - Nummer 1, juli 2016 9