2. Bij verweerschrift afgegeven op 20 januari 2009, met 5 bijlagen, heeft Y hiertegen verweer gevoerd.



Vergelijkbare documenten
1. Bij mailbericht van 29 december 2013 (met 4 bijlagen) hebben klagers bij het College van Toezicht een klacht ingediend tegen verweerder.

X, mede-eigenaar van bouwkundig ontwerp- en adviesbureau vof, gevestigd te A, klager,

2. Bij brief van 14 januari 2009, met 5 bijlagen, heeft Y hiertegen verweer gevoerd.

1. Bij brief van 29 september 2011, met drie bijlagen heeft klager (hierna: A ) een klacht ingediend tegen verweerder (hierna: "B )

2. Bij verweerschrift van 24 april 2013 heeft [verweerder] verweer gevoerd.

Tuchtrechtspraak NVM. Stichting RvT Zuid 203 ERECODE 202 TAXATIE. Taxatie uitgevoerd door medewerker die geen lid NVM was.

1. Bij brief van 10 mei 2012 (met 5 bijlagen) heeft mr. A namens klaagster (hierna: A ) bij het College van Toezicht een klacht ingediend tegen Z.

1. Bij brief van 3 mei 2011, met 6 bijlagen, heeft mr ZZ namens klager (hierna: XX ) een klacht ingediend tegen verweerder (hierna: YY )

Taxatie. Te hoge waardering. Reden van taxatie en hoogte van waardering. De Raad van Toezicht Zwolle geeft de volgende uitspraak in de zaak van:

CR 09/2280 DE CENTRALE RAAD VAN TOEZICHT VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS O.G. EN VASTGOEDDESKUNDIGEN NVM.

Collegialiteit. Contact opnemen met opdrachtgever van collega.

Meetinstructie. Geen informatie verstrekt over positie van medewerker van makelaarskantoor.

Optie en Bod. Afbreken onderhandelingen. Contact opnemen met opdrachtgever van collega.

Belangenbehartiging opdrachtgever. Contractsbepalingen. Courtage.

VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS O.G. EN VASTGOEDDESKUNDIGEN NVM

De Raad van Toezicht Breda geeft de volgende uitspraak in de zaak van: mevrouw F., wonende te [adres], klaagster, tegen

Onzorgvuldig en onvolledig taxatierapport. Ontvankelijkheid klager.

Belangenbehartiging opdrachtgever. Beslaglegging.

Uitspraak van het College van Toezicht van het Nederlands Instituut van Psychologen.

Informatie aan niet-opdrachtgever. Onjuiste oppervlakte in verkoopdocumentatie.

Informatie aan niet-opdrachtgever. Mededelings- en onderzoeksplicht. Overdrachtsbelasting. Art. 13 wet op belastingen van rechtsverkeer.

De heer S., aangesloten makelaar, verbonden aan [naam makelaarskantoor], [adres] beklaagde.

De Centrale Raad van Toezicht geeft de volgende uitspraak in de zaak van: B MAKELAARDIJ, lid van de vereniging, gevestigd en kantoorhoudende te M,

Beweerdelijke instructies bij verkoop niet opgevolgd. Declaratie zonder overleg bij notaris ingediend? Nodeloze kosten veroorzaakt?

Uitspraak van het College van Toezicht van het Nederlands Instituut van Psychologen.

CR 12/2424 DE CENTRALE RAAD VAN TOEZICHT VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS O.G. EN VASTGOEDDESKUNDIGEN NVM.

Waardebepaling tegen de zin van een van de twee opdrachtgevers gemeld.

Optie en bod. Koopovereenkomst tot stand gekomen? Onderhandelen met meerdere gegadigden.

1. Bij mailbericht van 15 mei 2017, met bijlagen, heeft klager bij het College van Toezicht een klacht ingediend tegen verweerder.

Belangenbehartiging opdrachtgever. Onvoldoende belangenbehartiging. Tegenstrijdige opdrachten.

Collegialiteit. Oneerlijke concurrentie. Aftroggelen van medewerkers van collega. Onvoldoende gekwalificeerde medewerkers.

Onafhankelijkheid. Belangenverstrengeling. Afbreken onderhandelingen.

Informatie aan niet-opdrachtgever. Onjuiste informatie over woonoppervlakte en afmeting tuin.

Raad van Toezicht NVI, Nederlandse Vereniging van Incasso-ondernemingen Postbus AG BUSSUM T: F:

Bij brief van 22 april 2015 heeft de gemachtigde van beklaagde een verweerschrift ingediend bij de Raad.

VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS O.G. EN VASTGOEDDESKUNDIGEN NVM

Beweerdelijk te lage taxatie. Verschil van 10 % tussen verschillende taxatie niet onaanvaardbaar.

2. Bij verweerschrift van 25 oktober 2013 (met 2 bijlagen) heeft [verweerder] verweer gevoerd.

De Raad van Toezicht Utrecht van de Nederlandse Vereniging van Makelaars in Onroerende Goederen NVM geeft de volgende uitspraak in de zaak van:

Biedingsproblematiek. Duidelijk aangegeven dat eindbod verwacht werd of niet? De Raad van Toezicht Zwolle geeft de volgende uitspraak in de zaak van:

Beweerdelijk optreden voor meerdere partijen tegelijk. Gebreken aan het gekochte bij doorverkoop.

Onjuist omschreven factuur ingediend. Samenwerking met andere adviseurs. Wat is courtage?

RvT Zwolle. Taxatie als deskundige. Noodzaak van plaatselijke bekendheid.

1. Bij brief van 11 augustus 2010, aangevuld bij brief van 23 september 2010, heeft klager een klacht ingediend tegen verweerders.

DE CENTRALE RAAD VAN TOEZICHT VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS O.G. EN VASTGOEDDESKUNDIGEN NVM 16 FEBRUARI 2011

CR 10/2311 DE CENTRALE RAAD VAN TOEZICHT VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS O.G. EN VASTGOEDDESKUNDIGEN NVM 20 april 2010

Bij verweerschrift van 4 mei 2016 heeft verweerster, mede onder verwijzing naar correspondentie met klager, gereageerd op de klacht.

Belangenbehartiging opdrachtgever. Mededelings- en onderzoeksplicht. Onzorgvuldig handelen.

DE RAAD VAN TOEZICHT NOORD VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS IN ONROERENDE GOEDEREN NVM.

Taxatie. Afgeven taxatierapport zonder inspectie/opname door taxateur zelf.

DE RAAD VAN TOEZICHT EINDHOVEN/MAASTRICHT VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS O.G. EN VASTGOEDDESKUNDIGEN NVM

Raad van Toezicht Nederlandse Vereniging van Gecertificeerde Incasso-ondernemingen Postbus AG BUSSUM T: F:

Als makelaar-verkoper vergoeding van koper bedongen. Registratie van andere koopsom dan de werkelijke.

Echtscheiding, perikelen bij. Onvoldoende overleg opdrachtgever. Ongepast optreden.

De Raad van Toezicht Zwolle geeft de volgende uitspraak in de zaak van: W. makelaar, aangesloten bij de NVM, kantoorhoudende te R.

De Raad van Toezicht Eindhoven/Maastricht geeft de volgende uitspraak in de zaak van:

CR 12/2415 DE CENTRALE RAAD VAN TOEZICHT VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS O.G. EN VASTGOEDDESKUNDIGEN NVM.

BESLISSING. inzake KLACHT. de heer D., makelaar in onroerende. zaken te H, klager. tegen: L., makelaar in onroerende. beklaagde

De heer M.E. W., wonende te A, hierna te noemen: klager tegen De besloten vennootschap M MAKELAARDIJ B.V., gevestigd te B, NVM-lid,

De Raad van Toezicht Noord geeft de volgende uitspraak in de zaak van:

De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken:

Informatie aan niet-opdrachtgever. Bestemming object. Mededelingsen onderzoeksplicht. Vergunning Waterschap.

Belangenbehartiging opdrachtgever. Onvoldoende belangenbehartiging. Perikelen bij echtscheiding.

De Raad van Toezicht Rotterdam geeft de volgende uitspraak in de zaak van:

De mondelinge behandeling van de klacht door de Raad heeft plaatsgevonden op 10 mei Hierop is klager in persoon verschenen, evenals beklaagde.

Echtscheidingsproblematiek. Optreden als makelaar op grond van rechterlijk vonnis. Contact met advocaten van partijen.

-2- d. wanneer het object gewoonlijk buiten Nederland wordt gebruikt.

DE RAAD VAN TOEZICHT NOORD VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS IN ONROERENDE GOEDEREN NVM

Ontvankelijkheid. Belangenbehartiging niet-opdrachtgever. Ongepast optreden. Misleiding.

Informatie aan niet-opdrachtgever. Huurovereenkomst, totstandkoming van.

Informatie aan niet-opdrachtgever. Aanpassing contractsbepalingen. Terugvorderen van overdrachtsbelasting.

2. De klacht is behandeld ter zitting van de Raad op 20 juni Ter zitting waren aanwezig klager in persoon alsmede O. Z. namens beklaagde.

Collegialiteit. Oncollegiaal optreden bij (financierings)taxatie. (zie ook zaaknummer 15.03)

ECLI:NL:RBLIM:2017:3845

Geschatte waarde veel hoger dan andere taxaties. Klacht te vroeg ingediend. Nog geen uitvoering rechterlijk vonnis.

Mededelings- en onderzoeksplicht. Erfdienstbaarheid van weg t.b.v. het naburige perceel.

Informatie niet-opdrachtgever. Mededelings- en onderzoeksplicht. Perceelsoppervlakte.

Belangenbehartiging opdrachtgever. Onvoldoende belangenbehartiging. Fotoreportage. Reclamebord. Communicatie.

Raad van Toezicht Haarlem van de Nederlandse Vereniging van Makelaars in onroerende goederen en vastgoeddeskundigen NVM

Handel. Oogmerk geen winst maar hulp aan kantoorgenoot. Rood voor Roodregeling.

201 BIEDEN, ONDERHANDELEN & TOTSTANDKOMING OVEREENKOMST

12-53 RvT Utrecht RAAD VAN TOEZICHT TE UTRECHT VAN NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS IN ONROERENDE GOEDEREN NVM

Beroep tegen berisping is gegrond omdat het plichtsverzuim niet ernstig genoeg is. UITSPRAAK

De Raad van Toezicht Rotterdam geeft uitspraak in de klacht van

Belangenverstrengeling. Aankoop door medewerker van verkopend makelaar. Onvoldoende belangenbehartiging.

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. C.I.S. Dankelman, secretaris)

Onafhankelijkheid. Belangenverstrengeling.

DE CENTRALE RAAD VAN TOEZICHT VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS O.G. EN VASTGOEDDESKUNDIGEN NVM.

201 BIEDEN, ONDERHANDELEN & TOTSTANDKOMING OVEREENKOMST.

1. Procedure. 2. Feiten

Raad van Toezicht Oost van de Nederlandse Vereniging van Makelaars in Onroerende Goederen en Vastgoeddeskundigen NVM

de heer B., te O., klager,

Flavius Assurantiën en Financiën, gevestigd te Nijmegen, hierna te noemen Aangeslotene.

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN. Voor zover voor de beoordeling van de klacht van belang, is het navolgende gebleken.

201 BIEDEN, ONDERHANDELEN & TOTSTANDKOMING OVEREENKOMST. Informatie aan niet-opdrachtgever. Onjuiste woonoppervlakte.

Op 17 oktober 2012 heeft beklaagde een verweerschrift ingediend, ontvangen op d.d. 22 oktober 2012.

Taxatie. Onjuiste taxatiewaarde. Hertaxatie door niet-onafhankelijke tweede taxateur.

Raad van Toezicht te Arnhem van de Nederlandse Vereniging van Makelaars in Onroerende Goederen en Vastgoeddeskundigen NVM BESLISSING.

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. B.F. Keulen, voorzitter en mr. J.J. Guijt, secretaris)

De Commissie beslist met inachtneming van haar reglement en op basis van de volgende stukken:

Transcriptie:

D08.009 Uitspraak van het College van Toezicht Kamer I Zitting 31 maart 2009 Inzake: X, projectmanager, gevestigd te A klager tegen Y, architect BNA, gevestigd te A, verweerder. 1. Bij brief van 18 december 2008, die verwijst naar een eerder op 25 november 2008 gestuurd faxbericht met 1 bijlage, heeft klager (hierna X ) een klacht ingediend tegen verweerder (hierna: Y ) 2. Bij verweerschrift afgegeven op 20 januari 2009, met 5 bijlagen, heeft Y hiertegen verweer gevoerd. 3. Bij brief van 3 februari 2009, met 2 bijlagen, heeft X op het verweer van Y gereageerd, waarna Y bij brief van 15 februari 2009 ook tegen deze repliek verweer heeft gevoerd, waarbij hij nog 1 bijlage heeft overlegd. Behandeling van de klacht 4. De klacht is op 31 maart 2008 behandeld door Kamer I van het College van Toezicht. De kamer was alsvolgt samengesteld: - mr L.C.J.M. Spigt, voorzitter, - M. E. Cohen, - Ir. T.A. Ploeg, leden, - mr A.M.R. Smolders, secretaris. Bij de mondelinge behandeling waren partijen aanwezig, alsmede Oen zijn broer, opdrachtgevers van X. Ter zitting hebben partijen hun standpunt herhaald en toegelicht. 1

5. Op grond van de aan het College ter beschikking gestelde stukken en de mondelinge toelichting van partijen overweegt het College het volgende. De feiten 6. In deze procedure staat, als niet of onvoldoende weersproken, mede op grond van de overgelegde stukken het volgende vast. 7. X is projectleider van de renovatie van Project L(hierna: Project L ), waartoe hij opdracht kreeg van O en zijn broer(s). Op 13 augustus 2008 heeft X Y benaderd voor het uitbrengen van een offerte uitvoeren standopname en inmeting met betrekking tot Project L. Daarover is overleg geweest op 15 augustus 2008, welk overleg resulteerde in een mondelinge opdracht aan Y. 8. X heeft de opdracht bevestigd in een mailbericht van diezelfde dag. In dit mailbericht wordt als honorarium vermeldt 4.500,- exclusief btw en verschotten, en voorschot bij aanvang werk: 40% van de opdrachtsom. Het mailbericht houdt verder in, voor zover hier van belang: Aansluitend op ons prettige gesprek van hedenmiddag en de opname ter plaatse (van gevel, kelder en bgg), bijgaand de weergave van de besproken werkzaamheden, alsmede de offerte/prijsafspraak; Onderwerp/object: Haarlemmerstraat 116/118/120, te A o gegeven: een hardcopy-tekening nr.: 1-449 gedateerd dec. 1980 (..) o een hardcopy, op schaal 1/50, van de kelder en bgg bestaande situatie van het object, wordt nog afgegeven Omschrijving werkzaamheden: o Maken standopname/inmeting ter plaatse/digitale onderlegger in Autocad, van: ( ) Tijdschema start inmeetwerkzaamheden: maandag 18 augustus 2008 (onder voorbehoud dat de eigenaar-bewoner/huurders hiermee instemmen) afronding tekenwerkzaamheden cq overdracht van 6 hard-copys (..) en 3 soft-copys aan de opdrachtgever, op 28 augustus 2008 9. Op 16 september 2008 heeft X aan Y per e-mail in overleg met de gebroeders O over de vervolgwerkzaamheden met betrekking tot Project L onder meer bericht dat voordat er een definitieve selectie/keuze zou worden gemaakt er van Y een offerte zou moeten zijn ontvangen die voldeed aan voorwaarde zoals vermeldt in het mailbericht. Het PS bij dit 2

mailbericht luidt: wij hebben nog geen officiële opdrachtbevestiging ontvangen van de werkzaamheden Standopname(..) 10. Op 19 september 2008 heeft Y aan X prijsopgave gedaan voor het Voorlopig Ontwerp op basis van reeds door Y vervaardigde tekeningen, ten bedrage van 18.000,- exclusief btw, in welk bedrag volgens de brief waren inbegrepen de extra onvoorziene kosten gemaakt tijdens het opnamebestand en voor de nog te verrichten aanvullingen. Naar aanleiding van tussentijds overleg met X heeft Y op 23 september en 3 oktober 2008 gewijzigde offertes uitgebracht voor de vervolgwerkzaamheden. 11. Y heeft op 3 oktober 2008 tekeningen (hardcopy) afgegeven aan de gebroeders O. De vervolgopdracht is door X/gebroeders O niet gegund aan Y maar aan een ander architectenbureau. 12. Bij factuur van 5 oktober 2008 heeft Y bij O Holding meerwerk in rekening gebracht voor het vervaardigen van digitale tekeningen ten bedrage van 3.000,- exclusief btw. De klacht 13. X spitst zijn klacht toe op gedragsregel 4 lid 2. Hij licht zijn klacht als volgt toe: Nadat aan Y op 15 augustus 2008 mondeling was opgedragen een standopname te doen, zou X hem een nauwgezette omschrijving van de werkzaamheden en daaraan verbonden productie resultaten hebben gestuurd. Op dit (in 8. vermelde) mailbericht zou Y niet adequaat hebben gereageerd. Hij zou hebben geweigerd de weergave van de opdracht te bevestigen, zonder aan te geven waar het aan schortte. Daarnaast zou hij hebben geprobeerd een integrale vervolgopdracht binnen te halen, waarbij hij X zou hebben laten weten dat hij zijn werkzaamheden met betrekking tot de standopname zou staken respectievelijk zou vertragen als aan hem geen vervolgwerkzaamheden werden opgedragen. Wat door Y uiteindelijk veel later dan afgesproken - werd ingeleverd was onvolledig, aldus X. Naar aanleiding van het (hierna weergegeven) verweer van Y heeft X hier nog aan toegevoegd: Y zou de standopname op 15 augustus 2008 hebben geoffreerd voor 4.000, hetgeen X zou hebben verhoogd tot 4.500,- omdat hij dat bedrag te laag vond. Aan Y zou nooit zijn toegezegd dat de hele vervolgopdracht dan wel de eerste fase ervan aan hem zou worden gegund. Wel werd hem meegedeeld, aldus X, dat Y zodra er zekerheid zou bestaan over het doorgaan van het project een offerte zou kunnen uitbrengen voor het vervolgtraject, dit in competitie met twee andere architectenbureaus. Omdat Y de hoogste offerte uitbracht, zou hij zich niet hebben gekwalificeerd voor het vervolg. Nadat de inleverdatum van de 3

standopname in onderling overleg was gewijzigd in een realistischer nieuwe datum, zou Y de afgifte hebben getraineerd. De opmeetbescheiden van de digitale Autocadtekeningen zou Y slechts hebben willen afleveren indien hij een vervolgopdracht zou krijgen. Verweer Volgens Y is hij door X benaderd om bouwkundig tekenwerk te vervaardigen en was de opdrachtomschrijving door X veel uitgebreider dan was afgesproken. Bovendien bleek direct bij aanvang van de werkzaamheden dat veel van de aangeleverde informatie niet klopte of onvolledig was en dat hij niet in de gelegenheid was om zelf metingen te verrichten. Om deze redenen en omdat het toegezegde voorschot nog niet was betaald, heeft hij naar zijn zeggen een nieuwe opdrachtomschrijving en overeenkomst voor het gehele project gemaakt, waarbij hij verwijst naar zijn brief van 19 september 2008 genoemd in 10. Volgens Y nam hij de opdracht tegen een sterk gemodereerd tarief aan omdat tijdens de bespreking werd toegezegd dat hij het gehele project zou mogen realiseren. In ieder geval zou hij X bij hun eerste persoonlijk contact als voorwaarde hebben gesteld ten minste ook de ontwerpfase voor zijn rekening te kunnen nemen, vanwege het feit dat bij gedigitaliseerd tekenen het productie voordeel in de vervolgfasen is terug te vinden, hetgeen door X werd aanvaard. Volgens Y heeft hij na veel extra werk op 3 oktober 2008 de definitieve tekeningen afgegeven bij de gebroeders O. Tot zijn verbazing trok X de vervolgopdracht in en zou hij aflevering van de digitale bestanden hebben geёist onder het dreigement dat hij anders niet meer zou betalen dan de voorschotnota. Dit dreigement was voor Y aanleiding om geen bestanden meer af te geven. Naar zijn zeggen heeft X de tekeningen gebruikt om ermee te gaan shoppen bij andere architecten. Hij verzoekt de BNA te onderzoeken of het architectenbureau dat thans de vervolgopdracht heeft gekregen in strijd handelt met de BNA-regelgeving door de opdracht te aanvaarden op basis van zijn tekeningen. Zitting 14. Ter zitting heeft X desgevraagd verklaard dat hij de klacht heeft ingediend namens de gebroeders O. O Holding was ten tijde van de opdracht aan Y nog in oprichting, aldus X. Thans is hij in dienst van de Holding. De ter zitting aanwezige broers O hebben het voorgaande desgevraagd bevestigd. De opdracht bestond uit het in kaart brengen van de bestaande situatie. Volgens X wees een door hem genomen steekproef uit dat de tekeningen mankementen vertoonden. Aan Y is uiteindelijk in totaal 2.167 aan honorarium en kosten betaald, btw niet meegerekend. Hij heeft geen softcopy afgegeven, aldus X, de softcopy is later door een ander bureau vervaardigd. 4

15. Y heeft desgevraagd verklaard dat hij werd benaderd door X en met hem ook het contact onderhield. De opdrachtbevestiging van X klopte niet, onder meer omdat hij geen (digitale) onderleggers had gekregen. Deze kreeg hij pas op 26 september. Ook zou hij geen hardcopy hebben gekregen. Voorts verklaart hij onder druk te zijn gezet wat betreft de inleverdatum, die aanvankelijk 28 augustus 2008 was. Y verklaarde voorts te hebben beseft dat hij het risico liep dat het vervolgwerk hem niet zou worden gegund. De nota van 5 oktober 2008 (zie 12.) had te maken met het verbreken van het contract door X, aldus Y, want hij had het meerwerk willen verrekenen in de nota voor het voorlopig ontwerp. Beoordeling van de klacht 16. Naar aanleiding van de klacht overweegt het College van Toezicht het volgende. 17. Gelet op hetgeen X ter zitting heeft verklaard en de bevestiging van zijn verklaring door de broers O, zal het College ervan uitgaan dat de opdracht aan Y indertijd werd verstrekt door X als vertegenwoordiger van de gebroeders O. Waar in het vervolg wordt gesproken van X worden tevens de broers Oen O Holding bedoeld. 18. X heeft zijn klacht toegespitst op gedragsregel 4.2. Deze houdt in dat de architect opdrachten aanvaardt op basis van een overeenkomst waarin de wederzijdse rechten en plichten van opdrachtgever en architect deugdelijk zijn vastgelegd. 19. Y heeft niet betwist dat een bedrag van 4.500,- werd afgesproken voor het vervaardigen van een standopname/inmeting, zoals X stelt, zodat dit is komen vast te staan. Y heeft voorts erkend dat hij de weergave van de opdracht door X (zie 8.) niet heeft geretourneerd, zodat ook dit vaststaat. 20. Tegen de hem verweten schending van gedragsregel 4.2 heeft Y aangevoerd dat hij, omdat de weergave van de opdracht door X naar zijn mening niet juist was, een nieuwe opdrachtbevestiging heeft gemaakt, waarbij hij verwijst naar de in 10. vermelde brief van 19 september 2008. Deze brief bevat echter een prijsopgave met betrekking tot Project L, welke prijsopgave alleen al gelet op de vermelde werkzaamheden en prijs niet kan gelden als een weergave van hetgeen op 15 augustus 2008 mondeling werd afgesproken. Gelet hierop moet de conclusie zijn dat Y de afspraken van 15 augustus 2008 niet, zoals is voorgeschreven, deugdelijk heeft vastgelegd, zodat hij gedragsregel 4.2 heeft geschonden. 21. X heeft hetgeen hij Y overigens verwijt - dat hij de afgifte van de tekeningen zou hebben getraineerd en dat het werk onvolledig was dan wel verschillende fouten bevatte - niet op schending van een bepaalde gedragsregel teruggevoerd en deze verwijten evenmin voldoende toegelicht, zodat het College hier aan voorbij zal gaan. Derhalve zal ook niet worden ingegaan op het hiertegen door Y gevoerde verweer. 5

22. Terzijde wordt opgemerkt dat Y voor de door hem vervaardigde tekeningen, die hij in deze procedure in kopie heeft overgelegd en die er naar het oordeel van het College goed en overzichtelijk uitzien, minder dan de helft van het ook volgens X overeengekomen lage honorarium betaald heeft gekregen. Anderzijds heeft Y erkend dat hij heeft geweigerd de in het mailbericht van 15 augustus 2008 vermelde softcopy aan X af te geven, waarna X een ander bureau heeft ingeschakeld om een softcopy te vervaardigen en derhalve extra kosten heeft moeten maken. De consequenties van een en ander moeten hier in het midden blijven, nu de bevoegdheid van het College is beperkt tot de vraag of en zo ja op welke wijze gedragsregels zijn geschonden. 23. Gelet op het voorgaande acht het College de maatregel van waarschuwing passend. 24. Met betrekking tot Y s verzoek om een onderzoek naar de handelwijze van het hem niet bekende - architectenbureau dat de vervolgopdracht zou hebben gekregen op basis van zijn tekeningen geldt dat aan een dergelijk verzoek in deze procedure geen gevolg kan worden gegeven. HET COLLEGE VAN TOEZICHT DOET DE VOLGENDE UITSPRAAK Het College van Toezicht verklaart de bij brief van 18 december 2008 door X tegen Y ingediende klacht gegrond. Het College van Toezicht legt aan Y de maatregel van waarschuwing op. Aldus beslist op 31 maart 2009 door Kamer I van het College van Toezicht, bestaande uit mr L.C.J.M. Spigt, voorzitter, M. E. Cohen en ir. T.A. Ploeg, leden, en mr A.M.R. Smolders, secretaris Voorzitter: Secretaris: Verzonden op: Tegen deze uitspraak kunt u binnen 30 dagen na verzending in hoger beroep komen bij een met redenen omkleed bezwaarschrift in vijfvoud aan de Raad van Beroep voor het Toezicht, t.a.v. mr. R.W. Polak, postbus 90851, 2509 LW s-gravenhage. 6