Hebben wij wel een vrije wil? Zijn wij wel zo vrij als wij denken?
Romeinen 1:24-26 24 Daarom hee2 God hen in hun hartstochten overgegeven aan onreinheid, zodat bij hen het lichaam onteerd wordt. 25 Zij immers hadden de waarheid Gods vervangen door de leugen en het schepsel vereerd en gediend boven de Schepper, die te prijzen is tot in eeuwigheid. Amen. 26 Daarom hee2 God hen overgegeven aan schandelijke lusten, want hun vrouwen hebben de natuurlijke omgang vervangen door de tegennatuurlijke.
Romeinen 1:28-31 28 En daar zij het verwerpelijk achken God te erkennen, hee2 God hen overgegeven aan een verwerpelijk denken om te doen wat niet betaamt: 29 vervuld van allerlei onrechtvaardigheid, boosheid, hebzucht en slechtheid, vol nijd, moord, twist, list en kwaadaardigheid; 30 oorblazers, lasteraars, haters van God, verwatenen, overmoedigen, grootsprekers, vindingrijk in het kwaad, hun ouders ongehoorzaam; 31 onverstandig, onbestendig, zonder hart of barmharpgheid.
Romeinen 7:15-21 15 Want wat ik uitwerk, weet ik niet; want ik doe niet wat ik wens, maar waar ik een aseer van heb, dat doe ik. 16 Indien ik nu wat ik niet wens, toch doe, stem ik toe, dat de wet goed is. 17 Doch dan bewerk ik het niet meer, maar de zonde, die in mij woont. 18 Want ik weet, dat in mij, dat wil zeggen in mijn vlees, geen goed woont. Immers, het wensen is wel bij mij aanwezig, maar het goede uitwerken, kan ik niet.
19 Want niet wat ik wens, het goede, doe ik, maar wat ik niet wens, het kwade, dát doe ik. 20 Indien ik nu datgene doe, wat ik niet wens, dan bewerk ík het niet meer, maar de zonde, die in mij woont. 21 Zo vind ik dan deze regel: als ik het goede wens te doen, is het kwade bij mij aanwezig;
Jeremia 10:23 Ik weet, o HERE, dat het niet aan de mens staat zijn weg te kiezen, noch aan een man om te gaan en zijn schreden te richten.
Beperkingen van de vrije wil : 1) Brein onderbewuste 2) Oude Mens Persoonlijkheid ontwikkeling 3) Genen 4) Zondeval 5) Gods bestemming/leiding (lot)
Het laatste woord van het Woord:
1 KorinPërs 7:37 Doch hij, die, in zijn gemoed vast overtuigd, niet genoodzaakt wordt en macht hee2 over zijn wil en hiertoe bij zichzelf besloten hee2, zijn jongedochter ongerept te laten blijven, zal wèl doen.
Filemon 1:14 Maar ik heb niets buiten uw voorkennis willen doen, opdat wat goeds gij doet, niet uit dwang, maar vrijwillig zij.
MaKeüs 23:37 Jeruzalem, Jeruzalem, dat de profeten doodt, en stenigt, wie tot u gezonden zijn, hoe dikwijls heb Ik uw kinderen willen vergaderen, gelijk een hen haar kuikens onder haar vleugels vergadert, en gij hebt niet gewild.
Deuteronomium 30:11 Want dit gebod, dat ik u heden opleg, is niet te moeilijk voor u en het is niet ver weg.
Deuteronomium 30:14-19 14 Maar dit woord is zeer dicht bij u, in uw mond en in uw hart om het te volbrengen. 15 Zie, ik houd u heden het leven en het goede voor, maar ook de dood en het kwade: 16 doordat ik u heden gebied de HERE, uw God, lief te hebben door in zijn wegen te wandelen en zijn geboden, inzehngen en verordeningen te onderhouden, opdat gij lee2 en talrijk wordt en de HERE, uw God, u zegene in het land, dat gij in bezit gaat nemen.
17 Maar indien uw hart zich afwendt en gij niet luistert doch u laat verleiden en u voor andere goden nederbuigt en hen dient, 18 dan verkondig ik u heden, dat gij zeker te gronde zult gaan; niet lang zult gij leven in het land, dat gij na het overtrekken van de Jordaan in bezit gaat nemen. 19 Ik neem heden de hemel en de aarde tegen u tot getuigen; het leven en de dood stel ik u voor, de zegen en de vloek; kies dan het leven, opdat gij lee2, gij en uw nageslacht,
Jesaja 48:17-19 17 Zo zegt de HERE, uw Verlosser, de Heilige Israëls: Ik ben de HERE, uw God, die u leert, opdat het u welga; die u de weg doet betreden, die gij moet gaan. 18 Och, dat gij naar mijn geboden luisterdet; dan zou uw vrede zijn als een rivier en uw gerechpgheid als de golven der zee; 19 dan zou uw nageslacht zijn als het zand en uw nakomelingschap als de korrels daarvan; hun naam zou niet uitgeroeid noch verdelgd worden voor mijn aangezicht.
Jesaja 42:14 Ik heb van oudsher gezwegen, Ik heb gezwegen en Mij ingehouden; nu zal Ik schreeuwen als een barende vrouw;
Romeinen 7:24-25 24 Ik, ellendig mens! Wie zal mij verlossen uit het lichaam dezes doods? 25 Gode zij dank door Jezus Christus, onze Here!
Romeinen 8:3-4 3 Want wat de wet niet vermocht, omdat zij zwak was door het vlees God hee2, door zijn eigen Zoon te zenden in een vlees, aan dat der zonde gelijk, en wel om de zonde, de zonde veroordeeld in het vlees, 4 opdat de eis der wet vervuld zou worden in ons, die niet naar het vlees wandelen, doch naar de Geest.
Romeinen 8:14-15 14 Want allen, die door de Geest Gods geleid worden, zijn zonen Gods. 15 Want gij hebt niet ontvangen een geest van slavernij om opnieuw te vrezen, maar gij hebt ontvangen de Geest van het zoonschap, door welke wij roepen: Abba, Vader.
Galaten 5:16-17 16 Dit bedoel ik: wandelt door de Geest en voldoet niet aan het begeren van het vlees. 17 Want het begeren van het vlees gaat in tegen de Geest en dat van de Geest tegen het vlees want deze staan tegenover elkander zodat gij niet doet wat gij maar wenst.
Galaten 5:24 Want wie Christus Jezus toebehoren, hebben het vlees met zijn hartstochten en begeerten gekruisigd.
Efeziërs 2:1-6 1 Ook u, hoewel gij dood waart door uw overtredingen en zonden, 2 waarin gij vroeger gewandeld hebt overeenkomspg de loop dezer wereld, overeenkomspg de overste van de macht der lucht, van de geest, die thans werkzaam is in de kinderen der ongehoorzaamheid, 3 trouwens, ook wij allen hebben vroeger daarin verkeerd, in de begeerten van ons vlees, handelende naar de wil van het vlees en van de gedachten, en wij waren van nature, evenzeer als de overigen, kinderen des toorns,
4 God echter, die rijk is aan erbarming, hee2, om zijn grote liefde, waarmede Hij ons hee2 liefgehad, 5 ons, hoewel wij dood waren door de overtredingen mede levend gemaakt met Christus, door genade zijt gij behouden, 6 en hee2 ons mede opgewekt en ons mede een plaats gegeven in de hemelse gewesten, in Christus Jezus,