Inspectierapport Small Kidz (BSO) Schiedamsesingel 149 3012BB ROTTERDAM Registratienummer 105902421 Toezichthouder: GGD Rotterdam-Rijnmond In opdracht van gemeente: ROTTERDAM Datum inspectie: 06-08-2014 Type onderzoek : Regulier onderzoek Status: Definitief Datum vaststelling inspectierapport: 26-08-2014
Inhoudsopgave Het onderzoek...3 Observaties en bevindingen...4 Pedagogisch klimaat...4 Personeel en groepen...5 Ouderrecht...6 Inspectie-items...7 Gegevens voorziening...9 Gegevens toezicht...9 Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum... 10 2 van 10
Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 3 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd regulier onderzoek. Risicogestuurd toezicht: In dit inspectierapport zijn niet alle items beoordeeld, omdat er sprake is van het zogeheten risicogestuurd toezicht (RGT). Met behulp van het model risicoprofiel zijn de inspectieactiviteiten bepaald. Deze inspectieactiviteiten richten zich primair op de kwaliteit van de dagelijkse praktijk, aangevuld met aandachtspunten uit vorige inspecties. Beschouwing Buitenschoolse opvang Small Kidz is onderdeel van Small Kidz Kinderdagverblijf B.V. De organisatie bestaat uit twee locaties, alle in het centrum van Rotterdam gevestigd. De locaties bieden buitenschoolse opvang en één kinderdagverblijf. De locatie op de Schiedamsesingel betreft een buitenschoolse opvang voor kinderen van 4-13 jaar en heeft drie groepen. Tijdens het inspectiebezoek heeft de toezichthouder aan de hand van een observatie instrument de pedagogische praktijk geobserveerd op de groep. Uit de observatie is gebleken dat de pedagogische praktijk voldoet aan de voorwaarden. De oordelen uit dit reguliere onderzoek van 6 augustus 2014 zijn gebaseerd op de gesprekken met de aanwezige beroepskrachten, de aanwezige documenten die ter plekke zijn ingezien/nagestuurd en de observatie. Met de uitkomst van dit onderzoek is geconstateerd dat alle getoetste voorwaarden voldoen aan de Wet Kinderopvang en Kwaliteitseisen Peuterspeelzalen. Advies aan College van B&W Geen handhaving. 3 van 10
Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Binnen dit domein zijn de volgende competenties geobserveerd en beoordeeld: Emotionele veiligheid; Persoonlijke competentie; Sociale competentie; Overdracht van normen en waarden. Tijdens de observatie van de pedagogische praktijk wordt gebruik gemaakt van het veldinstrument observatie kindercentrum. Pedagogische praktijk Tijdens het inspectiebezoek heeft de toezichthouder de pedagogische praktijk geobserveerd. Hieruit is gebleken dat de pedagogische praktijk voldoet aan de minimumeisen van de Wet kinderopvang. Dit blijkt bijvoorbeeld uit: Emotionele veiligheid: Kinderen hebben vaste beroepskrachten en bekende kinderen om zich heen. De beroepskrachten reageren op een warme en ondersteunende manier op kinderen. Ze geven complimentjes, maken grapjes, en treden bemoedigend op als een kind dat nodig heeft. De beroepskrachten gedragen zich sensitief en responsief. De beroepskrachten geven veel positieve bevestiging aan de kinderen met complimenten als: "keurig gedaan", "knap van jou hoor", "ik vind het geweldig". Persoonlijke competentie: De beroepskrachten ondersteunen en stimuleren individuele kinderen. Het aanwezige spelmateriaal en de activiteiten zijn passend voor de leeftijd en zijn stimulerend voor de ontwikkeling. Tijdens het bezoek zijn de kinderen creatief bezig met hoedjes versieren met glitters. De beroepskracht ondersteunt de kinderen waar nodig en stimuleert de creatieve initiatieven van de kinderen. De kinderen zijn betrokken met de activiteit bezig en hebben er zichtbaar plezier in. Er heerst een ontspannen en prettige sfeer op de groep. Sociale competentie: De kinderen maken betrokken deel uit van de groepsactiviteiten. Kinderen helpen elkaar en hebben oog voor wat een ander doet. Er wordt samen gespeeld. Normen en waarden: Beroepskrachten kennen de afspraken regels en omgangsvormen en dragen dit over naar de kinderen. Gebruikte bronnen: Interview anderen Observaties 4 van 10
Personeel en groepen Binnen dit domein zijn de pedagogisch medewerkers gecontroleerd op een passende beroepskwalificatie en een geldige verklaring omtrent het gedrag. De beroepskracht-kindratio en de stamgroepen zijn gecontroleerd door middel van roosters, presentielijsten en bezettingslijsten. Beoordeeld is of de praktijk met de theorie overeenkomt. Verklaring omtrent het gedrag In het kader van de continue screening heeft Small Kidz voor al haar medewerkers nieuwe verklaringen omtrent het gedrag aangevraagd. Deze nieuwe VOG's zijn ingezien en voldoen aan de wettelijke eisen. Passende beroepskwalificatie Alle medewerkers beschikken over een passende beroepskwalificatie. Opvang in groepen Ieder kind behoort bij een basisgroep. Beroepskracht-kindratio Middels een steekproef is geconstateerd dat de beroepskracht-kindratio voldoet aan de gestelde eisen. Gebruikte bronnen: Interview anderen Observaties Verklaringen omtrent het gedrag Diploma's beroepskrachten Presentielijsten 5 van 10
Ouderrecht Oudercommissie De oudercommissie is niet actief benaderd om na te vragen of aan deze voorwaarden is voldaan. Er zijn geen signalen ontvangen van ouders of de oudercommissie dat de werking van het adviesrecht niet goed verloopt. 6 van 10
Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. (art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. (art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. (art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden. (art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd. (art 1.50 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) De verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is bij aanvang van de werkzaamheden niet ouder dan twee maanden. (art 1.50 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) De verklaringen omtrent het gedrag die zijn afgegeven vóór 1 maart 2013 zijn niet ouder dan twee jaar. (art 1.50 lid 3 en 3.8g Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1, 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Opvang in groepen Ieder kind behoort bij een basisgroep. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) 7 van 10
De basisgroep bestaat uit maximaal twintig kinderen in de leeftijd van 4 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) OF De basisgroep bestaat uit maximaal dertig kinderen in de leeftijd van 8 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Beroepskracht-kindratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 4 jaar. - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 3 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) OF De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 2 beroepskrachten en een extra volwassene per 30 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kindratio. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) 8 van 10
Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening : Small Kidz Aantal kindplaatsen : 57 Gegevens houder Naam houder : Small Kidz Kinderdagverblijf B.V. Adres houder : Bredestraat 31 Postcode en plaats : 3011RC ROTTERDAM Website : www.smallkidz.nl KvK nummer : 24312885 Gegevens toezicht Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD : GGD Rotterdam-Rijnmond Adres : Postbus 70014 Postcode en plaats : 3000KS ROTTERDAM Telefoonnummer : 010 4984015 Onderzoek uitgevoerd door : J. Dielemans Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente : ROTTERDAM Adres : Postbus 70014 Postcode en plaats : 3000KS ROTTERDAM Planning Datum inspectie : 06-08-2014 Opstellen concept inspectierapport : 11-08-2014 Zienswijze houder : Niet van toepassing Vaststelling inspectierapport : 26-08-2014 Verzenden inspectierapport naar houder : 28-08-2014 en oudercommissie Verzenden inspectierapport naar : 28-08-2014 gemeente Openbaar maken inspectierapport : 16-09-2014 9 van 10
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. De houder heeft geen gebruik gemaakt van de gelegenheid een zienswijze in te dienen. 10 van 10