MANUAL VOORHANGSLOT. Stand: juni 2013

Vergelijkbare documenten
PRODUCTMANUAL PROGRAMMEERTRANSPONDER Stand: Ontwerp 2012 v02 baseert op april 2007_V

MANUAL SMART HANDLE SCANDINAVIAN OVAL (SO) Stand: augustus 2012

HANDLEIDING CILINDER-SC. Stand: juni 2013

Handboeak SMARTCD.G

Digitale sluitcilinder 3061 VdS-Version

PASSIEVE SMART CARD-TECHNOLOGIE DIGITALE CILINDERS 3061 SC SIMONS VOSS 79

Handboek SmartCD.G

HANDBOEK PINCODE TERMINAL. Stand: mei 2012

Handboek Digitale cilinder

MANUAL TransponderTerminal. Stand: juli 2012

HET SUMMUM IN BEVEILIGING ZONDER SLEUTELS.

HANDBOEK SMART READER

HANDBOEK PINCODETOETSENBORD Versie: Februari 2012

PASSIEVE SMART CARD-TECHNOLOGIE IDENTIFICATIEMEDIA EN HUN PROGRAMMERING SIMONS VOSS 69

Transponder Manual

Handleiding van het elektronisch slot DFS SB

DIGITALE SLUITCILINDER 3061

MEUBELSLOTEN (LOCKERSLOTEN) DS300 / DS400 1/13. t f INHOUDSOPGAVE

51KC-P. ELLsys. 1. Verkorte handleiding ELLsys 51KC-P. 2. Onderdelen (Standaard word de cilinder volledig geassembleerd geleverd)

Starter-System. 10/ (SW v3.3)

GfS Day Alarm. Algemene omschrijving...p. 2. Montage handleiding en functies...p. 3. Instellingen van magneet contacten...p. 4

Digitale sluitsysteem 3060

Handleiding Code Combi B 30

Productcatalogus. Starter-systeem. Het summum in beveiliging zonder sleutels.

WERKING VAN HET VDS- BLOKSLOT 3066 GEBRUIKERSRICHTLIJN. Version: september 200s

Handboek Q 3007/2 Biometrietransponder

MEUBELSLOTEN (LOCKERSLOTEN) TC-LS100 LS VERGRENDELINGEN. t f

PinCode-toetsenbord. Manual

gebruikershandleiding Elektronisch slot met noodsleutel think safe

Handleiding SmartCD Stand: januari 2006

Handleiding. bluesmart Rhino

SmartCD.G2 Manual

HANDLEIDING QUICKHEAT-FLOOR THERMOSTAAT

Handboek Door Monitoring-Cilinder

Gefeliciteerd met uw nieuwe autoalarm! Inhoud

Handboek Door Monitoring Cilinder

Inhoudstafel pagina. Gebruikte symbolen, inbouw batterij / batterij vervangen.. 3

MEUBELSLOTEN (LOCKERSLOTEN) TC-LS200 LS t f

GfS Nooduitgang beveiliging

Uitschakelen in noodgevallen Doe de touch-key kort in de opening op het bedieningspaneel. Het alarm zal uitgaan.

Werking van het VdS-blokslot 3066 Gebruikersrichtlijn

Integratie van Net2 met een inbraakalarmsysteem

PRODUCTINFORMATIE LOCKING SYSTEM MANAGEMENT 3.4 BASIC BASIC ONLINE BUSINESS PROFESSIONAL STAND: JANUARI 2018

Montagevoorschriften

Starter System. 01/ (SW v3.2)

Handboek SREL & SREL

Multi Level Software Sloten

HANDLEIDING SMARTCD Version: december 2007

802/13 LEGIC/815 ½ LEGIC

Mauer GmbH Technologie voor beveiliging. Code Combi B VdS-Cl 2 Artikelnummer standaard

PalmCD2-Programmeerapparaatl

ACTIEVE TECHNOLOGIE DIGITALE SMART RELAIS 3063 SIMONS VOSS 53

OPERTIS elock express Systeemmanagement

GEBRUIKSAANWIJZING EASYSTART REMOTE

GfS Push Bar Alarm. Algemene omschrijving...p. 2. Opbouw GfS Push Bar Alarm...p. 3. Installatie GfS Push Bar Alarm...p. 4

SmartUserGuide LSM 3.4 SP

Gebruikershandleiding

GfS Day Alarm. Montage handleiding. Art.-Nr.: / Art.-Nr.: Art.-Nr.: Art.-Nr.: Art.-Nr.: Art.-Nr.:

HANDLEIDING BEDIENINGSPANEEL

Blokslotfunctie 3066 Stand: Januari 2004

Switch. Handleiding

APT-200. Tweeweg handzender. Firmware versie 1.00 apt-200_nl 03/19

E-Pass EP1750 alle versies

27/03/2014. GSM102 2 relais GSM OPENER PROGRAMMATIE HANDLEIDING

Handleiding. MED PLUS software

Bestnr Temperatuur datalogger EL-USB-1

Montage- en gebruiksaanwijzing

GfS Nooduitgang beveiliging

FLEXERIA AFSTANDSBEDIENING GEBRUIKERSHANDLEIDING TC-GTA100 GTA t f

Het instellen van de ControlBox 3.0 moet worden uitgevoerd door gekwalificeerde mensen.

Programma Eco stand 8-SYMBOOL DISPLAY

SmartHome Huiscentrale

Snel beginnen Starter System 3.2

installatiehandleiding Alarmlicht met sirene

LE10 Draadloze ontvanger

KEYSTONE. OM8 - EPI 2 AS-Interface module Handleiding voor installatie en onderhoud.

PRODUCTINFORMATIE LOCKING SYSTEM MANAGEMENT 3.3 SERVICE PACK 1 BASIC BASIC ONLINE BUSINESS PROFESSIONAL STAND: JUNI 2016

Smart.Surveil. Manual

AN1035-NL Integratie Net2 met een inbraak alarm systeem

VOEDINGSBANK 9000 MET AUTO JUMPSTARTER

Digitale sluitcilinder 3061

istorage datashur Gebruikershandleiding Gebruikershandleiding Pagina 1

H A N D L E I D I N G D A Z A T O O L S - O N T V A N G E R

PACK TYXIA 541 et 546

Smartphone. Fingerprint. Bluetooth 4.0 LE RFID. Pincode. Elektronisch Deurslot. KeyApp. NFC voorbereid

Technische gegevens DOM Guardian S Mifare

Clifford Electronics Benelux bv. Tel Fax

GT909NL. Gebruikershandleiding

Duurzame energie. Aan de slag met de energiemeter van LEGO

Elektronisch slot 7202

CONFIGURATIE VAN DE ONTVANGER Twee bedrijfsmodi zijn beschikbaar: Basic (basis) en Advanced (uitgebreid).

AS DataLog. Bedieningsen montagehandleiding

Chronis Comfort RTS. Installatiehandleiding. Chronis Comfort RTS Artikelnummer

Xesar. De veelzijdige beveiliging

Digitale sluitsystemen

HANDZENDER CENTRALE VERGRENDELING

Het Keypad (met segmenten)

Uitsluitend aansluiten op de spanning en frequentie zoals aangegeven op het typeplaatje.

Handleiding A-LOX-CX-DBNM. Montage handleiding. A-LOX-CX Deurklink rond Mastercard. Artikelnummer: A-LOX-CX-DBNM. Versie: 1.0

installatiehandleiding Alarmlicht met sirene

Transcriptie:

Stand: juni 2013

1.0 PRODUCTAANDUIDING 4 1.1 Bestelcode 4 2.0 WAARSCHUWING 4 2.1 Beveiliging 4 3.0 VERSIES 5 3.1 Actieve versie 5 3.2 SC-versie 5 3.3 ZK-versie (.ZK) 6 3.4 WaveNet-versie (.WN) 6 3.5 WaveNetManager-versie (.WNM) 6 4.0 PROGRAMMERING 6 4.1 Programmering en configuratie 6 4.1.1 Toegangscontrole 9 4.1.2 Tijdzonesturing 9 4.1.3 Protocolleren van onbevoegde toegangspogingen 10 4.1.4 Flip Flop 10 4.1.5 Geen akoestische batterijsignalen (alleen G2 en SC) 10 4.1.6 Tijdomstelling 10 4.1.7 Geen akoestische programmeerbewijzen 11 4.1.8 Lange activering (alleen G1) 12 4.1.9 Pulslengte (alleen G2 en SC) 12 4.1.10 Overlay (alleen G1) 12 4.1.11 Andere functies 12 4.2 Uitrustingen 12 4.3 Statusmeldingen 13 4.3.1 Batterijstatus is kritiek (G1) 14 4.3.2 Noodbatterij actief (G1) 14 4.3.3 Batterijstatus (G2 en SC) 14 4.3.4 Noodvrijschakeling actief 15 4.3.5 Gedeactiveerd 15 4.3.6 Opening met tijdsturing in gang 15

4.3.7 Vrijgeschakeld 15 5.0 AKOESTISCHE SIGNALEN / BATTERIJ-ALARMEN 15 5.1 Akoestische signalen actief-versie 15 5.2 Batterij-alarmen actief-versie 16 5.3 Batterij-alarm Transponder 17 5.4 Akoestische signalen SC-versie 17 5.5 Batterij-alarmen SC-versie 18 6.0 NOODBATTERIJ-OPSLAGMODUS (G1) 18 7.0 FREEZEMODUS (G2 EN SC) 19 8.0 BATTERIJVERVANGING 19 8.1 Algemene adviezen 19 8.2 Batterijvervanging actief-versie 20 8.3 Batterijvervanging SC-versie 21 9.0 DATASHEET 24 10.0 INDEX AFBEELDINGEN 25

4 1.0 PRODUCTAANDUIDING 1.1 Bestelcode PL2.WP PL3.WP Zie voor andere aanduidingen van varianten hoofdstuk 3.0 VERSIES of de SimonsVoss prijslijst 2013. 2.0 WAARSCHUWING 2.1 Beveiliging De programmering en het vervangen van batterijen mogen alleen uitgevoerd worden door deskundigen! Voorhangsloten niet in aanraking brengen met olie, verf, zuren of andere agressieve substanties. Er mogen uitsluitend batterijen worden gebruikt die SimonsVoss heeft vrijgegeven! De batterijen die in het digitale voorhangslot worden gebruikt, kunnen bij verkeerde behandeling tot brand- of verbrandingsgevaar leiden. Deze batterijen mogen niet worden opgeladen, geopend, verhit of verbrand! Niet kortsluiten! Oude en verbruikte batterijen moeten op de juiste manier als afval worden behandeld en mogen niet binnen bereik van kinderen worden bewaard. Verwisseling van de polariteit kan leiden tot beschadiging van het voorhangslot. Bij vervanging van de batterijen altijd alle batterijen vervangen! Bij een vervanging van de batterijen mogen de contacten van de nieuwe batterijen niet met de handen worden aangeraakt. Gebruik hiervoor schone, vetvrije handschoenen. Het voorhangslot moet bediend worden met twee batterijen. Bij vervanging van de batterijen moet er op gelet worden dat de elektronica niet mechanisch wordt belast of op een andere manier wordt beschadigd. Bij vervanging van de batterijen moet er op gelet worden dat de elektronica niet in aanraking komt met vocht. Voor het vervangen van batterijen uitsluitend de montage-/batterijsleutel (Z4.SLEUTEL) van SimonsVoss gebruiken.

5 Voor beschadiging van deuren of componenten als gevolg van verkeerde montage aanvaardt SimonsVoss Technologies AG geen aansprakelijkheid. Door foutief geïnstalleerde of geprogrammeerde voorhangsloten kan de doorgang door een deur geblokkeerd zijn. Voor de gevolgen van verkeerde installatie, zoals geen toegang tot gewonden, materiële of andere schade is SimonsVoss Technologies AG niet aansprakelijk. Het SimonsVoss voorhangslot mag alleen voor het beoogde gebruik, het openen en sluiten van bijv. deuren, gebruikt worden. Een andersoortig gebruik is niet toegestaan. Aanpassingen of nieuwe technische ontwikkelingen kunnen niet uitgesloten worden. De documentatie werd te goeder trouw vervaardigd. Eventuele fouten kunnen niettemin niet worden uitgesloten. Voor dergelijke fouten wordt geen aansprakelijkheid aanvaard. Indien afwijkingen van de inhoud in vertaalde versies van de documentatie optreden, geldt in geval van twijfel de tekst van het Duitse origineel. Voor de zekerheid dienen dragers van elektronische geneeskundige implantaten (pacemakers, hoorapparaten, etc.) bij hun arts informatie in te winnen over eventuele gevaren door radiografische componenten (13,56 MHz). 3.0 VERSIES Bij het voorhangslot zijn de elektronische knop en de behuizing altijd afgedicht, zodat een hogere beschermingscategorie IP 66 wordt bereikt. 3.1 Actieve versie De actieve versie van het voorhangslot is zowel in een G1-uitvoering als in een G2- uitvoering verkrijgbaar. Meer informatie over de G2-protocollen is te vinden in het manual "G2-protocollen". 3.2 SC-versie Alleen G2: het voorhangslot is verkrijgbaar in een SC-versie Hierbij kunnen SmartCards/SmartTags als media gebruikt worden met de onderstaande leesprocedures: Mifare Classic Mifare Plus Mifare DESFire

6 3.3 ZK-versie (.ZK) Uitvoering als de standaardversie, maar nu met toegangsprotocollering en tijdzonesturing. Toegangsprotocollering Het voorhangslot slaat maximaal de laatste 3.072 doorgangen op met vermelding van datum, tijdstip en transponder-id (TID). Met het programmeerapparaat of via het netwerk kunnen de gegevens worden uitgelezen. Tijdzonesturing Het voorhangslot kan dusdanig geprogrammeerd worden dat geautoriseerde media maar op bepaalde tijden over toegangsrechten beschikken. Binnen de afzonderlijke tijdzoneplannen staan 5+1 (G1) en 100+1 (G2/SC) tijdzonegroepen per bereik (bijv. buitenwand) ter beschikking 3.4 WaveNet-versie (.WN) Het voorhangslot kan desgewenst uitgerust worden met een netwerkkapje (LockNode Inside). Dit netwerkkapje maakt een rechtstreekse integratie van het sluitelement in een netwerk mogelijk zodat programmeertaken centraal kunnen worden beheerd. Het is te allen tijde mogelijk de netwerkfunctionaliteit als uitbreiding te kiezen zonder de noodzaak om daarvoor het voorhangslot te vervangen. 3.5 WaveNetManager-versie (.WNM) Het voorhangslot kan desgewenst uitgerust worden met een netwerkkapje (LockNode Inside). Dit netwerkkapje maakt een rechtstreekse integratie van het sluitelement in een netwerk mogelijk zodat programmeertaken centraal kunnen worden beheerd. Doordat autoconfiguratie mogelijk is, wordt de standaard configuratie van het netwerk beduidend vereenvoudigd. Het is te allen tijde mogelijk de netwerkfunctionaliteit als uitbreiding te kiezen zonder de noodzaak om daarvoor het voorhangslot te vervangen. 4.0 PROGRAMMERING De beschrijving in het volgende hoofdstuk is gebaseerd op de LSM-versie 3.2. 4.1 Programmering en configuratie Meer informatie is te vinden in de manuals "LSM" en "G2-protocollen". Bij de programmering van het sluitsystemen kunnen de volgende protocolgeneraties geselecteerd worden: G1: G1 G2: G2

7 SC: G2 Afbeelding 1 dient als algemene toelichting. Afbeelding 1: Input interface nieuw sluitsysteem Bij de configuratie van het voorhangslot moet het volgende soort sluiting gekozen worden: G1: G1-cilinder G2: G2-cilinder SC: G2-kaartcilinder Afbeelding 2: Input interface nieuwe sluiting (Afbeelding 2 geldt alleen exemplarisch als voorbeeld). De volgende configuratieopties van de cilinder zijn beschikbaar:

8 Afbeelding 3: Configuratiemenu G1-cilinder Afbeelding 4: Configuratiemenu G2-cilinder

9 Afbeelding 5: Configuratiemenu G2-kaartcilinder 4.1.1 Toegangscontrole Alleen mogelijk bij de ZK-versie. Maximaal de laatste 3.072 activeringen door transponders of SmartCards/SmartTags worden telkens met datum, tijdstip en transponder-id (TID) in het sluitelement opgeslagen. 4.1.2 Tijdzonesturing Alleen mogelijk bij de ZK-versie. Er kan een tijdzoneplan geladen worden en daarna worden de transponders of SmartCards/SmartTags overeenkomstig hun tijdzonegroep geautoriseerd of geblokkeerd. Hiervoor is het volgende aantal verschillende tijdzonegroepen beschikbaar. G1: 5+1 G2: 100+1 SC: 100+1 Met behulp van een tijdzoneplan (tijdzonegroep 5) kan de tijdgestuurde omschakeling gerealiseerd worden.

10 4.1.3 Protocolleren van onbevoegde toegangspogingen Alleen bij de.zk-versie: Gewoonlijk worden alleen activeringen door geautoriseerde media geprotocolleerd. Indien gewenst is dat ook de poging geregistreerd wordt om een deur te openen met een onbevoegde transponder, moet deze optie worden gekozen. Tot onbevoegde toegangspogingen behoren: toegangspogingen zonder autorisatie toegangspogingen buiten de ingestelde tijdzone toegangspoging met afgelopen tijdstempel (expiry date) toegangspogingen bij gedeactiveerde voorhangsloten In het algemeen worden alleen geprogrammeerde media uit het sluitsysteem geprotocolleerd, d.w.z. dezelfde sluitsysteem-id (SID) moet voorhanden zijn. 4.1.4 Flip Flop Het voorhangslot verandert bij ingeschakelde flip flop modus zijn toestand bij elke activering van vrijgeschakeld naar uitgeklonken en omgekeerd. De impulsmodus (default instelling) wordt uitgeschakeld, de duur van de impuls is niet meer van belang. Deze modus is o.a. aan te bevelen als deuren overdag zonder media vrij begaanbaar moeten zijn. 4.1.5 Geen akoestische batterijsignalen (alleen G2 en SC) Wanneer het gewenst is dat het voorhangslot geen akoestische batterijsignalen geeft, kan dat in dit veld aangevinkt worden (bijv. in ziekenhuizen). Let op: In dit geval kan bij geringe batterijcapaciteit geen akoestische feedback van de sluitelementen aan de gebruiker worden verstrekt. Bij het gebruik van deze functie wordt aanbevolen om regelmatig (afhankelijk van de gebruiksfrequentie van de deur) het voorhangslot uit te lezen of de batterijen met een vooraf vastgelegde interval te vervangen. 4.1.6 Tijdomstelling Alleen mogelijk bij de ZK-versie. Als de tijdomstelling wordt geactiveerd, moet eerst een tijdzoneplan geladen worden dat een algemene vrijschakeling van het voorhangslot tijdens de gemarkeerde tijden (in tijdzonegroep 5 - vergrendeling) mogelijk maakt. Overdag kan bijv. een deur met een draaiknop vrij toegankelijk zijn en 's nachts alleen maar met een geautoriseerd medium functioneren. Als de tijdomstelling wordt gekozen, staan in het veld "Tijdgestuurde omschakeling" de volgende opties ter beschikking:

11 Afbeelding 6: Tijdomstelling 1. Handmatig uitklinken De knop van het voorhangslot klinkt na de ingestelde tijd niet automatisch uit maar doet dat pas als een geautoriseerd medium na dat tijdstip boekt. 2. Automatisch uitklinken (basisinstelling) De knop van het voorhangslot klinkt automatisch uit na een vastgelegde tijd in het tijdzoneplan. 3. Handmatig vrijschakelen (basisinstelling) De knop van het voorhangslot schakelt na de ingestelde tijd niet automatisch vrij maar doet dat pas als een geautoriseerd medium na dat tijdstip boekt. 4. Automatisch vrijschakelen Gewoonlijk schakelt de knop van het voorhangslot niet automatisch op de ingestelde tijd vrij maar doet dat pas na activering door het eerste geautoriseerde medium. Indien gewenst is dat de knop van het voorhangslot in ieder geval automatisch op de ingestelde tijd vrijschakelt, moet deze optie gekozen worden. 5. Transponder actief Altijd: Gewoonlijk kan een medium tijdens de vrijschakelperiode niet gebruikt worden. Als het echter gewenst is dat de deur dan ook indien nodig kan worden gesloten (bijvoorbeeld als alle personen het gebouw verlaten), moet deze optie gekozen worden. D.w.z. dat de tijdomstelling handmatig onderbroken kan worden. Alleen indien uitgeklonken: In deze bedrijfsmodus werken media niet tijdens de vrijschakeltijd, d.w.z. dat de knop van het voorhangslot in vrijgeschakelde staat is en geen werking heeft. 4.1.7 Geen akoestische programmeerbewijzen Indien gewenst is dat bijv. bij een programmering van het voorhangslot geen akoestische programmeerbewijzen worden verstrekt, kan dat met het aanvinken van dit veld aangegeven worden.

12 Deze functie is met name bij het programmeren of uitlezen via het netwerk van voordeel, aangezien de akoestische feedback van het voorhangslot vanwege de afstand in de regel niet kan worden waargenomen. 4.1.8 Lange activering (alleen G1) Wanneer deze functie wordt gekozen, wordt de vrijschakeltijd van het voorhangslot tot 10 seconden verlengd. Dit leidt niet tot een afname van de levensduur van de batterij. 4.1.9 Pulslengte (alleen G2 en SC) Standaard schakelt het voorhangslot ca. 5 seconden vrij. Met de software is de vrijschakeltijd variabel van 1 tot 25 seconden vrij te configureren. Dit leidt niet tot een afname van de levensduur van de batterij. 4.1.10 Overlay (alleen G1) Reservetransponders kunnen hun origineel overschrijven. Na de eerste activering met een reservetransponder is de originele transponder geblokkeerd. Deze modus geldt voor het complete sluitsysteem en moet al bij het aanmaken van het sluitsysteem worden geselecteerd. 4.1.11 Andere functies De opties "OMRON", "Gateway" en "Kaarteninterface" zijn in combinatie met het voorhangslot niet beschikbaar. 4.2 Uitrustingen Bij een voorhangslot zijn de gegevens van de uitrusting vastgelegd in de firmware en worden bij de eerste programmering uitgelezen en in de databank geregistreerd.

13 Afbeelding 7: Uitrusting 4.3 Statusmeldingen In de LSM wordt de toestand van het voorhangslot sinds het laatste uitlezen, dan wel de communicatie tussen het voorhangslot en de LSM SW via WaveNet weergegeven. Deze gegevens kunnen niet door de LSM ingesteld, maar alleen gelezen worden. Afbeelding 8: Statusmenu G1

14 Afbeelding 9: Statusmenu G2 4.3.1 Batterijstatus is kritiek (G1) Bij afnemende batterijcapaciteit en overgang naar batterij-alarmniveau 1 wordt dit veld automatisch door de programmeersoftware aangevinkt. De batterijen moeten vervangen worden. Bij G2 wordt de batterijstatus aangegeven. 4.3.2 Noodbatterij actief (G1) Bij een verder afnemende batterijcapaciteit en het negeren van batterij-alarmniveau 1 gaat de cilinder automatisch over naar batterij-alarmniveau 2. De programmeersoftware vinkt dit veld automatisch aan. De batterijen moeten absoluut vervangen worden. Het voorhangslot gaat na ca. 50 activeringen, dan wel 4 weken automatisch over naar de noodbatterij-/opslagmodus (zie hoofdstuk 6.0 Noodbatterij-opslagmodus (G1)). 4.3.3 Batterijstatus (G2 en SC) De volgende statussen worden hier, afhankelijk van de batterijcapaciteit, weergegeven of onderscheiden: OK: Batterijstatus is OK, het voorhangslot bevindt zich in de normale bedrijfsmodus (geen actie nodig) Kritiek: Batterij-alarm 1, de batterijen onmiddellijk vervangen Noodbatterij actief: Batterij-alarm 2, de batterijen snel vervangen Freezemodus (G2/SC): Wanneer evenmin acht geslagen wordt op batterij-alarm 2, gaat het voorhangslot automatisch over naar de freezemodus. In deze toestand kan alleen de systeembeheerder het sluitelement nog bereiken en activeren Meer informatie is te vinden in hoofdstuk 7.0 Freezemodus (G2 en SC).

15 4.3.4 Noodvrijschakeling actief Bij een geïnstalleerd SimonsVoss netwerk kunnen voorhangsloten via een geautomatiseerd commando van de programmeersoftware automatisch continu vrijgeschakeld worden. Dit signaal is in de regel afkomstig van een brandalarminstallatie en kan door de LSM (bij passende configuratie) geïnterpreteerd worden. 4.3.5 Gedeactiveerd Als het voorhangslot via een SimonsVoss blokslot (alleen actief), dan wel het netwerk, werd gedeactiveerd, vinkt de programmeersoftware dit veld automatisch aan. De deactivering kan weer opgeheven worden via het blokslot (alleen actief), de activeringstransponder (alleen actief) of het netwerk. 4.3.6 Opening met tijdsturing in gang Bij geprogrammeerde tijdomstelling is hier een vinkje geplaatst als het voorhangslot door de automatische tijdomstelling werd vrijgeschakeld. 4.3.7 Vrijgeschakeld Bij geprogrammeerde tijdomstelling, dan wel bij de geprogrammeerde flip flop modus is hier een vinkje geplaatst als het voorhangslot vrijgeschakeld is. 5.0 AKOESTISCHE SIGNALEN / BATTERIJ-ALARMEN 5.1 Akoestische signalen actief-versie Het voorhangslot geeft de toestand en een autorisatie akoestisch weer. De tabel hieronder beschrijft de betekenis van de akoestische signalen: Soort signaal Betekenis Noodzakelijke handeling 2 korte signalen voor het vrijschakelen en een kort signaal na het uitschakelen Normale bediening Geen 1 kort signaal voorhangslot schakelt niet vrij. Geen rechten Geen Batterij-alarm stap 1: De batterijen hebben een lage 8 korte signalen voor het lading vrijschakelen Batterij-alarm stap 2: De batterijen zijn bijna volledig leeg 30 seconden lang 8 korte signalen met telkens een seconde pauze voor het vrijschakelen Freezemodus (alleen G2): Batterij leeg. Het voorhangslot Zie hoofdstuk 7.0 Batterijen in het voorhangslot vervangen. Meteen de batterijen in het voorhangslot vervangen!

16 6 signalen (lang pauze kort) kan niet meer geopend worden door een geautoriseerde transponder. Het voorhangslot cilinder kan alleen nog maar vrijgeschakeld worden met een G2-transponder voor batterijvervanging. 8 korte signalen na het vrijschakelen De transponderbatterij heeft een lage lading Tabel 1: Akoestische signalen actief-versie Freezemodus (G2 en SC) Transponderbatterij laten vervangen 5.2 Batterij-alarmen actief-versie In het voorhangslot en de transponder is een batterijbeheer geïmplementeerd dat in een vroeg stadium op een lage capaciteit wijst. Op die manier wordt voorkomen dat de batterijen ongemerkt compleet leeg kunnen zijn. Hieronder worden de afzonderlijke niveaus van het batterij-alarm behandeld. De batterijen van het voorhangslot fungeren redundant. Als één van de batterijen uitvalt of de lading onder een bepaalde waarde komt, schakelt het systeem een batterij-alarm in. Schema Batteriewarnung Restkapazität < 25 % SmartCD Batteriewechseltransponder (G2) Bis zu 15.000 Öffnungen bzw. bis zu 9 Monate 50 Öffnungen bzw. 30 Tage Lagermodus (G1) Freezemodus(G2) Notbatteriewarnung Afbeelding 10: Schematische weergave van de batterij-alarmniveaus van de actieve cilinder De batterij-alarmniveaus tussen G1 en G2 onderscheiden na het batterij-alarmniveau 2 of de waarde onder het niveau van het noodbatterij-alarm valt.

17 G1: Noodbatterij Opslagmodus (zie hoofdstuk 6.0 Noodbatterij-opslagmodus (G1)) G2: Freezemodus (zie hoofdstuk 7.0) Cilinder actief: Alarmniveau 1 Alarmniveau 2 Freezemodus 8 korte signalen voor 30 seconden lang 6 signalen (lang het vrijschakelen acht korte signalen pauze kort) met telkens een seconde pauze voor Tot max. 15.000 activeringen of tot max. 9 maanden het vrijschakelen Tot max. 50 activeringen of tot max. 30 dagen Tabel 2: Batterij-alarmen G2 Zie hoofdstuk 7.0 Freezemodus (G2 en SC) 5.3 Batterij-alarm Transponder Alleen voor actief-variant: Bij een lage lading van de transponderbatterij klinken na elke activering van de transponder bij het voorhangslot (niet de transponder) na het vrijschakelen acht korte signalen snel achter elkaar. 5.4 Akoestische signalen SC-versie Soort signaal Betekenis Noodzakelijke handeling 2 korte signalen + 2x kort blauw knipperen van de LED voor het vrijschakelen en een kort signaal na het uitschakelen Normale bediening Geen 1 kort signaal + LED knippert 2x kort rood Batterij-alarm stap 1: 8 korte signalen + LED knippert 8x kort rood voor het vrijschakelen Batterij-alarm stap 2: 30 seconden lang 8 korte signalen + LED knippert telkens 2x kort rood met elke keer een Geen rechten Batterijen zijn spoedig leeg Noodbatterij-alarm Batterijen zijn extreem leeg Geen Batterijen in het voorhangslot vervangen. Meteen de batterijen in het voorhangslot vervangen!

18 seconde pauze Tabel 3: Akoestische signalen SC-versie 5.5 Batterij-alarmen SC-versie Voorhangslot -SC: Alarmniveau 1 Alarmniveau 2 Freezemodus LED knippert tegelijk LED knippert 30 LED knippert 1x rood 8x kort rood seconden lang en 1x blauw voor het telkens 2x kort rood vrijschakelen voor het Tot max. 300 activeringen of tot max. 30 dagen vrijschakelen Tot max. 200 activeringen of tot max. 20 dagen Tabel 4: Batterij-alarmniveaus SC-versie Batterijvervanging: activering met batterijvervangingska art Na het eerste optreden van alarmniveau 2 kunnen er nog max. 200 activeringen worden uitgevoerd. Na het bereiken van dit aantal of na 20 dagen gaat de cilinder automatisch over tot de Freeze-modus. In de Freeze-modus kan alleen de systeembeheerder van het sluitsysteem nog toegang krijgen, SmartCards/SmartTags van gebruikers worden niet meer geaccepteerd (meer informatie hierover in hoofdstuk 7.0 Freezemodus (G2 en SC)). 6.0 Noodbatterij-opslagmodus (G1) Wanneer het voorhangslot zich bevindt in de noodbatterij-opslagmodus, moeten batterijen op de volgende manier worden vervangen: Met notebook of PDA (sluitschema eerst exporteren) en het programmeerapparaat naar de deur gaan. De bijbehorende sluiting in het sluitschema selecteren. Voorhangslot zonder aanpassing één keer herprogrammeren. Hierbij worden het batterij-alarm en de opslagmodus opgeheven. Het voorhangslot met een geautoriseerde transponder laten vrijschakelen en de deur opendoen. (Het voorhangslot schakelt meteen weer terug in de opslagmodus want beide batterijen zijn bijna leeg.) Batterijen vervangen (zie hieronder). Voorhangslot zonder aanpassing één keer herprogrammeren. Hierbij worden de twee haakjes van het batterij-alarm en de opslagmodus verwijderd. Het voorhangslot met een geautoriseerde transponder laten vrijschakelen.

19 Het voorhangslot geeft na het vervangen van de batterijen nog één keer de melding van alarmniveau 2. Daarna herkent de elektronica van het voorhangslot dat de batterijen weer op volle capaciteit werken, dan wel vervangen werden, en het voorhangslot is weer gewoon beschikbaar. 7.0 Freezemodus (G2 en SC) In de freezemodus klinkt bij een poging tot openen met een geautoriseerde transponder een signaal (verdedigingssignaal) en het voorhangslot schakelt niet vrij. In deze toestand heeft alleen nog de systeembeheerder van het sluitsysteem toegang. Er dient hierbij als volgt gehandeld te worden: G2-batterijvervangingstransponder of -kaart programmeren. Met de G2-batterijvervangingstransponder of -kaart de freezemodus deactiveren. Let op: Daardoor wordt de freezemodus blijven opgeheven. Het is absoluut noodzakelijk om daarna meteen de batterijen te vervangen zodat er geen batterijalarmen meer optreden! Met een geautoriseerd medium het voorhangslot laten vrijschakelen en de deur openen. Batterijen vervangen. Met een geautoriseerd medium een opening van het voorhangslot uitvoeren om het functioneren te testen.! Let op: De G2-batterijvervangingstransponder of de G2-batterijvervangingskaart uitsluitend gebruiken voor het deactiveren van de freezemodus en vervolgens meteen de batterijen van het voorhangslot vervangen. Foutief gebruik kan leiden tot batterijen die volledig leeg zijn en op die manier het totale uitvallen van het product veroorzaken. 8.0 BATTERIJVERVANGING 8.1 Algemene adviezen Het vervangen van de batterijen mag alleen door deskundig personeel worden uitgevoerd. Bij het vervangen van de batterijen vetvrije, schone handschoenen dragen om vervuiling van de batterijen te vermijden. Bijv. vingerafdrukken op de batterijen kunnen de levensduur van de batterijen aanzienlijk reduceren. Er mogen uitsluitend batterijen worden gebruikt die SimonsVoss heeft vrijgegeven!! Verwisseling van de polariteit kan leiden tot beschadiging van het voorhangslot. De batterijen die in dit apparaat worden gebruikt, kunnen bij verkeerde behandeling tot brand- of verbrandingsgevaar leiden. Niet opladen, openmaken, boven 100 C verhitten, kortsluiten of verbranden.

20! Lege lithiumbatterijen moeten onmiddellijk als afval worden afgevoerd. Niet binnen het bereik van kinderen bewaren, niet openmaken of in het vuur werpen. Bij een batterijvervanging moeten in het algemeen alle batterijen worden vervangen! Instructies in hoofdstuk 2.1 Beveiliging in acht nemen 8.2 Batterijvervanging actief-versie 1. De montage-/batterijsleutel dusdanig aan de knop plaatsen dat de twee neuzen in de openingen van de schijf inrasten (indien nodig de knop draaien totdat beide neuzen van het gereedschap in de knop inrasten). Let op: Om te zorgen dat de montage-/batterijsleutel in de schrijf kan inrasten, moet deze tegen het front aan de binnenkant van de ring met inkepingen liggen. 2. Knop vasthouden en de montage-/batterijsleutel behoedzaam ca. 30 met de klok mee draaien (tot een knak is te horen). 3. Montage-/batterijsleutel van de knop nemen. 4. De ring met inkepingen naar achteren in de richting van de behuizing van het voorhangslot schuiven, zodat hij los komt van de knop. 5. De ring met inkepingen vasthouden en de knop 10 tegen de klok in draaien en eraf trekken. 6. Beide batterijen voorzichtig uit de houder trekken. 7. De nieuwe batterijen met de pluspolen naar elkaar toe tegelijk in de houder schuiven (batterijen zo snel mogelijk vervangen). De batterijen mogen alleen met schone, vetvrije handschoenen worden aangeraakt. Afbeelding 11: Batterijvervanging actief-versie 8. De kap van de knop weer terug plaatsen (overeenkomstig de driehoekige markeringen, zie schets), de ring met inkepingen vasthouden en de binnenknop met de klok mee (ca 10 ) vastdraaien.

21 9. De ring met inkepingen weer op de knop schuiven zodat de kap van de knop en de ring met elkaar zijn uitgelijnd. 10. De montage-/batterijsleutel dusdanig aan de binnenknop plaatsen dat de twee neuzen in de openingen van de schijf inrasten (indien nodig de knop draaien totdat beide neuzen van de sleutel in de knop inrasten). 11. Knop door middel van een draai van ca. 30 tegen de klok in weer sluiten (tot u een knak hoort). Activeer nu het voorhangslot met een geautoriseerde transponder en test of alles correct functioneert.! Na het vervangen van de batterij moet bij de ZK-versie evt. de tijd opnieuw worden ingesteld, aangezien de klok zonder stroom stilstaat (software gebruiksaanwijzing: Programmering tijdstip van de sluiting instellen). 8.3 Batterijvervanging SC-versie 1. De montage-/batterijsleutel dusdanig aan de knop plaatsen dat de twee neuzen in de openingen van de schijf inrasten (indien nodig de knop draaien totdat beide neuzen van het gereedschap in de knop inrasten). Let op: Om te zorgen dat de montage-/batterijsleutel in de schrijf kan inrasten, moet deze vlak tegen het front aan de binnenkant van de ring met inkepingen liggen. 2. Knop vasthouden en de montage-/batterijsleutel behoedzaam ca. 30 met de klok mee draaien (tot een knak is te horen). 3. Montage-/batterijsleutel van de knop nemen. 4. De ring met inkepingen naar achteren in de richting van de behuizing van het voorhangslot schuiven, zodat hij los komt van de knop. 5. De ring met inkepingen vasthouden en de knop 10 tegen de klok in draaien en eraf trekken. 6. Voorzichtig de batterijhouder dichtdrukken (waar de drie kleine pijlen te zien zijn), zodat de antennehouder inrast. 7. De antennehouder voorzichtig opzij klappen (zie afbeelding) en niet mechanisch belasten.

22 Batterijhouder Antennehouder Afbeelding 12: Batterijvervanging SC-versie 8. Optioneel: Wanneer een printplaat voor een netwerk is ingebouwd, moet deze behoedzaam uit de houder getrokken worden. 9. De bovenste batterij uit de houder trekken. 10. Om de tweede batterij te kunnen verwijderen, moet de knop 180 omgedraaid worden. De batterij valt dan vanzelf uit de houder. 11. De nieuwe batterijen met de pluspolen naar elkaar toe tegelijk in de houder schuiven (batterijen zo snel mogelijk vervangen). De batterijen mogen alleen met schone, vetvrije handschoenen worden aangeraakt. 12. Optioneel: De printplaat van het netwerk er weer insteken, wanneer deze zoals bij punt 8 omschreven, werd verwijderd. 13. De antennehouder weer laten inrasten. Hierbij opletten dat beide zijden goed zijn ingerast. 14. De kap van de knop weer terug plaatsen (overeenkomstig de drie driehoekige markeringen, zie schets) en met de klok mee (ca. 10 ) vastdraaien.

23 Afbeelding 13: Batterijvervanging SC-versie 15. De ring met inkepingen weer op de knop schuiven zodat de kap van de knop en de ring met elkaar zijn uitgelijnd. 16. De montage-/batterijsleutel dusdanig aan de knop plaatsen dat de twee neuzen in de openingen van de schijf inrasten (indien nodig de knop draaien totdat beide neuzen van de sleutel in de knop inrasten). 17. Knop door middel van een draai van ca. 30 tegen de klok in weer sluiten (tot u een knak hoort). Activeer nu het voorhangslot met een geautoriseerde SmartCard/SmartTag en test of alles correct functioneert.

24 9.0 DATASHEET Technische gegevens Afmetingen voorhangslot (b x h x d) zonder cilinderknop Doorsnede beugel Versies Binnenhoogte beugel Beschermingsgraad Soort batterij Levensduur batterij Actief Levensduur batterij SC Temperatuurbereik Geheugen voor opslag doorgangen 60 x 72,5 x 25 mm 11 mm PL2: niet zelf-vergrendelend PL3: zelf-vergrendelend PL2: 35 mm PL3: 50 mm IP66 2x CR2450 3V Lithium Tot max. 300.000 activeringen of 10 jaar standby Tot max. 65.000 activeringen of 6 jaar standby In bedrijf: -25 C tot +65 C Opslag (korte duur): -45 C tot +70 C Opslag (lange duur): 0 C tot +30 C tot 3.000 Tijdzonegroepen G1: 5+1 G2: 100+1 SC: 100+1 Aantal media dat per voorhangslot beheerd kan worden Aantal sluitelementen dat per medium beheerd kan worden Geschiktheid voor netwerken Overige Transponders: tot max. 8.000 activeringen (G1), tot max. 64.000 (G2) SmartCards (G2): tot max. 64.000 (afhankelijk van de configuratie / het template) transponders: tot 304.000 SmartCards: tot max. 64.000 (afhankelijk van de geheugencapaciteit van de SmartCard) Verschillende duur-/open-modi Direct in netwerk op te nemen met geïntegreerde LockNode Vrij te configureren

25 10.0 Index afbeeldingen Afbeelding 1: Input interface nieuw sluitsysteem...7 Afbeelding 2: Input interface nieuwe sluiting...7 Afbeelding 3: Configuratiemenu G1-cilinder...8 Afbeelding 4: Configuratiemenu G2-cilinder...8 Afbeelding 5: Configuratiemenu G2-kaartcilinder...9 Afbeelding 6: Tijdomstelling...11 Afbeelding 7: Uitrusting...13 Afbeelding 8: Statusmenu G1...13 Afbeelding 9: Statusmenu G2...14 Afbeelding 10: Schematische weergave van de batterij-alarmniveaus van de actieve cilinder...16 Afbeelding 11: Batterijvervanging actief-versie...20 Afbeelding 12: Batterijvervanging SC-versie...22 Afbeelding 13: Batterijvervanging SC-versie...23