6500 voor Chr. RAAP-NOTITIE 5449 (herziene eindversie) Plangebied Blokhoeve 7 te Nieuwegein 3750 voor Chr. Gemeente Nieuwegein Archeologisch vooronderzoek: een inventariserend veldonderzoek (verkennende en karterende fase) 2200 voor Chr. 700 voor Chr. 150 na Chr. 320 na Chr. Ar cheol ogi sch Advi esbureau 250 na Chr. 1650 na Chr.
Colofon Opdrachtgever: Homaco Houdstermaatschapij B.V. Titel: Plangebied Blokhoeve 7 te Nieuwegein, gemeente Nieuwegein; archeologisch vooronderzoek: Status: herziene eindversie Datum: 24 maart 2016 Auteur: drs. C.F.H. Coppens Projectcode: NGBL Bestandsnaam: NO5449_NGBL.docx Projectleider: drs. C.F.H. Coppens ARCHIS-onderzoeksmeldingsnummer: 3987415100 Bewaarplaats documentatie: RAAP West-Nederland Autorisatie: drs. I.A. Schute Bevoegd gezag: gemeente Nieuwegein (mevrouw L. Janssen) ISSN: 0925-6369 RAAP Archeologisch Adviesbureau B.V. Leeuwenveldseweg 5b 1382 LV Weesp Postbus 5069 1380 GB Weesp telefoon: 0294-491 500 telefax: 0294-491 519 E-mail: raap@raap.nl RAAP Archeologisch Adviesbureau B.V., 2016 RAAP Archeologisch Adviesbureau B.V. aanvaardt geen aansprakelijkheid voor eventuele schade voortvloeiend uit het gebruik van de resultaten van dit onderzoek of de toepassing van de adviezen.
Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 3 Administratieve gegevens... 4 1 Inleiding... 5 1.1 Kader...5 1.2 Omschrijving van het plangebied...5 1.3 Doel- en vraagstelling...6 1.4 Kwaliteit...6 2 Veldonderzoek... 8 2.1 Methode...8 2.2 Resultaten...9 2.3 Synthese... 10 3 Conclusies en aanbevelingen... 11 Literatuur... 13 Gebruikte afkortingen... 14 Overzicht van figuren, tabellen en bijlagen... 15 Bijlage 1: Boorbeschrijvingen... 20 RAAP-notitie 5449 / herziene eindversie, 24 maart 2016 [3]
Administratieve gegevens Projectcode NGBL ARCHIS-onderzoeksmelding 3987415100 Type onderzoek Opdrachtgever Onderzoekskader inventariserend veldonderzoek (verkennende en karterende fase) Homaco Houdstermaatschapij B.V., de heer R. van Hooijdonk aanvraag omgevingsvergunning Locatie plangebied Blokhoeve 7 Plaats Gemeente Provincie Nieuwegein Nieuwegein Utrecht Kadastrale gegevens Jutphaas G 03540 & 03601 Oppervlakte plangebied circa 500 m² Kaartblad 31H Centrumcoördinaat 134.717 / 451.321 Bevoegd gezag gemeente Nieuwegein, mevrouw L. Janssen Onderzoeksperiode februari 2016 Afbakening onderzoeksgebied het vooronderzoek bestond uit een inventariserend veldonderzoek dat is uitgevoerd binnen de grenzen van het plangebied RAAP-notitie 5449 / herziene eindversie, 24 maart 2016 [4]
1 Inleiding 1.1 Kader Aanleiding In opdracht van Homaco Houdstermaatschapij B.V. heeft RAAP in februari 2016 een Inventariserend Veldonderzoek (IVO), verkennende en karterende fase, door middel van handmatige boringen uitgevoerd in plangebied Blokhoeve 7 in de gemeente Nieuwegein (figuur 1). De aanleiding voor dit onderzoek is het voornemen om op deze locatie uitbreiding van de bestaande horeca gelegenheid te realiseren waarvoor een omgevingsvergunning nodig is. De exacte diepte van de voorgenomen graafwerkzaamheden is nog onbekend. Beleidskader Het uitgangspunt voor dit onderzoek wordt gevormd door het wettelijk en beleidsmatig kader voor de ruimtelijke ordening en monumentenzorg. De gemeente Nieuwegein is in dezen de bevoegde overheid die een besluit zal nemen over hoe om te gaan met de aanwezigheid van eventueel aanwezige archeologische waarden. Op de archeologische beleidskaart van de gemeente Nieuwegein (Sleijpen & Van Eijk, 2012) ligt het plangebied binnen de grenzen van een Archeologisch Waardevol Gebied (AWG2: terrein van archeologische waarde, niet beschermd). Het beleid voor deze categorie schrijft voor dat er bij bodemingrepen dieper dan 30 cm -Mv vroegtijdig een archeologisch onderzoek dient te worden uitgevoerd. Deze voorschriften zijn verankerd in het bestemmingsplan Blokhoeve 2012 (NL.IMRO.0356.BPBH2012). De omvang van de bodemingrepen is groter dan bovengenoemde ondergrens en een archeologische onderbouwing met betrekking tot de eventuele aanwezigheid van archeologische waarden is derhalve verplicht conform het vigerend gemeentelijk beleid. 1.2 Omschrijving van het plangebied Het plangebied ligt in de bebouwde kom van Nieuwegein aan de Blokhoeve ter hoogte van huisnummer 7. Op recente luchtfoto s uit Google Earth en Bing Maps is het plangebied te zien als tuin met verharding (terras met klinkers en tegels). Volgens de geraadpleegde topografische kaart en het Actueel Hoogtebestand Nederland (AHN; www.ahn.nl) bedraagt de huidige maaiveldhoogte in het plangebied ongeveer 0,8 m +NAP. De aanleiding voor dit onderzoek is het voornemen om op deze locatie uitbreiding van de bestaande horeca gelegenheid te realiseren, bestaande uit een zaal (1; figuur 2) en een wintertuin (2). De exacte diepte van de voorgenomen graafwerkzaamheden is nog onbekend, mogelijk is sprake van onderkeldering. RAAP-notitie 5449 / herziene eindversie, 24 maart 2016 [5]
1.3 Doel- en vraagstelling In de directe omgeving van het plangebied zijn reeds vele archeologische onderzoeken uitgevoerd (figuur 3). Van de resultaten hiervan (gespecificeerde archeologische verwachting) wordt gebruik gemaakt in onderhavig onderzoek. Het archeologisch onderzoek bestaat derhalve uitsluitend uit een inventariserend veldonderzoek (verkennende/karterende fase), conform de eisen gesteld door de gemeente Nieuwegein. Het doel van dit veldonderzoek is om vast te stellen hoe de bodemopbouw ter plaatse is en of er archeologisch relevante geo(morfo)logische eenheden en eventueel archeologische resten in het plangebied aanwezig zijn of kunnen zijn. Daarnaast wordt vastgesteld of in het plangebied grootschalige bodemverstoringen hebben plaatsgevonden die van invloed kunnen zijn geweest op de archeologische potentie van het terrein. Onderzoeksvragen 1. Hoe ziet de geologische/bodemkundige opbouw van het plangebied eruit? 2. Wat is de verspreiding en diepte van (recente) bodemverstoringen, bijvoorbeeld als gevolg van de huidige inrichting, kabels en leidingen, etc.? 3. Zijn er archeologische waarden aanwezig binnen het plangebied (max. 3 m -Mv)? En zo ja, is er iets te zeggen over de aard, diepteligging en verspreiding ervan? 4. Hoe verhouden deze (1-3) zich tot de voorgenomen werkzaamheden? 5. Is op basis van (4) archeologisch vervolgonderzoek aan de orde in (delen van) het plangebied? 6. Welke methoden zouden bij het archeologisch vervolgonderzoek ingezet kunnen worden? 7. Op welke manier dient bij eventuele graafwerkzaamheden met archeologische waarden te worden omgegaan?` 8. Zijn er op basis van het veldonderzoek suggesties te doen voor het archeologiesparend bouwen? Zo ja, welke? 1.4 Kwaliteit Het onderzoek is uitgevoerd volgens de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie (KNA, versie 3.3), beheerd door de Stichting Infrastructuur Kwaliteitsborging Bodembeheer (SIKB; www.sikb.nl). Het archeologisch onderzoek is uitgevoerd conform de geldende gemeentelijke richtlijnen voor archeologisch onderzoek, zoals beschreven in de Standaard eisen bureauonderzoek en booronderzoek (Janssen, 2016). Voorafgaand aan het veldonderzoek is een Plan van Aanpak (PvA) opgesteld en ter goedkeuring aan de gemeente Nieuwegein (mevrouw L. Janssen) voorgelegd. Dit PvA is goedgekeurd (d.d. 11-02-2016). Voor de in deze notitie genoemde archeologische perioden wordt verwezen naar tabel 1. Daarnaast is achter in dit rapport een lijst met gebruikte afkortingen opgenomen. RAAP-notitie 5449 / herziene eindversie, 24 maart 2016 [6]
Geologische perioden Archeologische perioden Tijdvak Chronozone Datering Tijdperk Datering Holoceen Laat Subatlanticum Vroeg Subatlanticum Subboreaal Atlanticum Boreaal Preboreaal Weichselien Pleniglaciaal Laat Glaciaal Laat Midden Late Dryas Allerød Vroege Dryas Bølling Vroegste Dryas Denekamp Hengelo -1150naChr. -0-450 voor Chr. -3700-7300 -8700-9700 -11.050-11.500-12.000-12.500-13.500-30.500-60.000 Prehistorie Recente tijd Nieuwe tijd Middeleeuwen Romeinse tijd IJzertijd Bronstijd Neolithicum (Nieuwe Steentijd) Mesolithicum (Midden Steentijd) -1945 C -1850 B -1650 A -1500 Laat B -1250 Laat A -1050 D: Ottoonse tijd -900 C: Karolingische tijd -725 B: Merovingisch tijd -525 A: Volksverhuizingstijd -450 Laat Midden Vroeg -270-70naChr. -15voorChr. Laat -250 Midden -500 Vroeg -800 Laat -1100 Midden -1800 Vroeg -2000 Laat -2850 Midden - 4200 Vroeg - 4900/5300 Laat - 6450 Midden - 8640 Vroeg - 9700 Vroeg Laat -12.500 Jong B -16.000 Jong A -35.000 Pleistoceen Vroeg Vroeg Glaciaal Moershoofd Odderade Brørup -71.000 Paleolithicum (Oude Steentijd) Midden Eemien Saalien II Oostermeer Saalien I Belvedère/Holsteinien Glaciaal x Holsteinien Elsterien -114.000-126.000-236.000-241.000-322.000-336.000-384.000-416.000 Oud - 250.000 463.000 tabel1_standaard_geobioarcheo_raap_2014 Tabel 1. Geologische en archeologische tijdschaal. RAAP-notitie 5449 / herziene eindversie, 24 maart 2016 [7]
2 Veldonderzoek 2.1 Methode Het inventariserend veldonderzoek bestond uit een handmatig booronderzoek verkennende/ karterende fase. Het doel van dit veldonderzoek is om vast te stellen hoe de bodemopbouw ter plaatse is en of er archeologisch relevante geo(morfo)logische eenheden en eventueel archeologische resten in het plangebied aanwezig zijn of kunnen zijn. Daarnaast wordt vastgesteld of in het plangebied grootschalige bodemverstoringen hebben plaatsgevonden die van invloed kunnen zijn geweest op de archeologische potentie van het terrein. Het inhoudelijke uitgangspunt is de gespecificeerde archeologische verwachting zoals opgesteld tijdens de reeds uitgevoerde archeologische onderzoeken direct rondom en in het plangebied (Kempen & Schute, 2000; Den Otter, 2007; Schurmans, 2008; Van der Feijst & Blom, 2010; Kodde, 2012). Gespecificeerde archeologische verwachting Het plangebied ligt binnen de grenzen van het archeologisch monumentterrein 11475. Dit betreft een terrein van hoge archeologische waarde (niet wettelijk bescherm) met resten van het versterkte huis 'Blokhoeve'. De Blokhoeve is een begraven hofstede, dat wil zeggen een omgrachte boerderij. Het terrein waarop de hofstede heeft gelegen, is grotendeels intact. Driekwart van de omgrachting is nog aanwezig. Deze is ter plekke herkenbaar aan de knotwilgen die er langs groeien. Op het terrein staat de opvolger van de hofstede. Deze boerderij is echter niet van recente datum, zodat verwacht mag worden dat oudere resten nog aanwezig zijn. De hofstede is op de rand van een stroomrug gebouwd (ARCHIS2). In de zeer directe omgeving van het plangebied zijn diverse archeologische onderzoeken uitgevoerd. Hierbij zijn resten uit de (Vroeg) Romeinse tijd, de Midden Romeinse tijd, de Late Middeleeuwen en de Nieuwe tijd aangetroffen. De diepte waarop deze resten zijn aangetroffen tijdens een opgraving op het ten zuiden van het plangebied gelegen parkeerterrein varieert tussen de 0,1 en 0,7 m +NAP. De maaiveldhoogte van het plangebied zelf bedraagt circa 1 m +NAP (AHN). Veldonderzoek In het plangebied zijn handmatig acht boringen verricht die vanwege de geringe omvang van het plangebied zo verspreid mogelijk zijn gezet (figuur 4). Er is geboord tot 3 m -Mv (ca. 2,3 m -NAP). Er is gebruikgemaakt van een Edelmanboor en een puinboor, beide met een diameter van 7 cm. Vanaf circa 1 m -Mv is, om de boringen dieper te zetten, gebruik gemaakt van een gutsboor met een diameter van 3 cm. De boringen zijn lithologisch conform NEN 5104 (Nederlands Normalisatie-instituut, 1989) digitaal beschreven in het boorbeschrijvingssysteem van RAAP (Deborah 2; bijlage 1). Alle boringen zijn met een meetnauwkeurigheid van 1 cm ingemeten met behulp van een RTK-GPS (x-, y- en z-waarden). Het opgeboorde materiaal is in het veld door middel van verbrokkeling en versnijding gecontroleerd. Daarnaast is speciale aandacht geschonken aan de aanwezigheid van bodemvorming (rijping) en aan de aard van de overgang tussen lagen (bijvoorbeeld wel of niet erosief). RAAP-notitie 5449 / herziene eindversie, 24 maart 2016 [8]
2.2 Resultaten Bodemopbouw Een gedetailleerd overzicht van de bodemopbouw, van beneden naar boven, wordt hieronder gegeven. Voor de beschrijvingen van de afzonderlijke boringen wordt verwezen naar bijlage 1. Recent opgebrachte grond De bovenste laag van de bodem bestaat uit (recent) opgebrachte grond die bestaat uit matig fijn tot matig grof zand met grind. Dit betreft mogelijk een restant van het voormalige gebruik van het plangebied als golfbaan. In deze laag is ter hoogte van de boringen 1, 2, 3, 5 en 7 de huidige tuin aangelegd en ter hoogte van de boringen 4, 6 en 8 bestaat het maaiveld uit terras (tegels). De opgebrachte grind heeft een dikte van circa 0,3-0,6 m. Boring 6 is op circa 0,4 m -Mv in deze laag gestuit op ondoordringbaar puin. Vindplaats De opgebrachte grond gaat abrupt over in een laag met donkerbruingrijze, humeuze, uiterst siltige tot zwak zandige klei. In de klei komen zeer veel fragmenten baksteenpuin, mortel, houtskool, grind en/of sintels voor. In boring 5 is een lichte zweem van fosfaatvlekken waargenomen. De top van deze laag in boring 4 bestaat uit kleiig zand, mogelijk als gevolg van enige vermenging met de opgebracht grond. De diepte waarop de laag is aangetroffen, is weergegeven in m -Mv en m +NAP in figuur 4. De laag wordt als cultuurlaag geïnterpreteerd die verband houdt met de voormalige hofstede (vindplaats) waar het plangebied deel van uit maakt. De boringen 3, 4 en 7 zijn in deze laag gestuit op ondoordringbaar puin (baksteenpuin), vermoedelijk van fundering(srest)en van de voormalige hofstede. De cultuurlaag heeft een gemiddelde dikte (op basis van de boringen 1, 2, 5 en 8) van circa 0,3 m. Fluviatiele afzettingen Hieronder komen (geleidelijk) natuurlijke, fluviatiele afzettingen voor van de Blok stroomgordel (Formatie van Echteld). Op basis van lithologische kenmerken zijn deze verder onderverdeeld in oever-, (rest)geul- en beddingafzettingen. In het gehele plangebied komt (donker)grijze, stevige, uiterst siltige klei voor. De top (ca. 0,2 m) is licht humeus en ontkalkt. De klei wordt geïnterpreteerd als (een restant van de) gerijpte oeverafzettingen. De dikte van de oeverafzettingen varieert tussen circa 0,7 en 1,4 m. In de boringen 1 en 2, in het noordelijke deel van het plangebied, gaan de oeverafzettingen op circa 1,5 m -Mv (ca. 0,7 m -NAP) over in (licht)bruingrijze, humeuze, matig slappe, kalkloze en sterk siltige klei. Deze klei wordt geïnterpreteerd als komklei afgezet door de Blok stroomgordel. In boring 2 komen naar benende toe meer en dikkere veenlagen voor; in boring 1 komt vanaf 1,8 m -Mv bosveen voor. In de boringen 5 en 8, in het zuidelijk deel van het plangebied, gaan de oeverafzettingen op circa 1,8 m -Mv over in uiterst siltige klei met enkele humus- en detrituslagen. Met het toenemen van de diepte neemt de humeusiteit af en worden de afzettingen kalkrijk. Op circa 2,7 m -Mv komt grijs, matig grof, zwak siltig zand met enkele zand- en klei lagen voor. Bovengenoemde afzettingen worden geïnterpreteerd als geul- op beddingafzettingen. RAAP-notitie 5449 / herziene eindversie, 24 maart 2016 [9]
2.3 Synthese Zoals werd verwacht, ligt het plangebied in de buitenbocht van een restgeul van de Blok stroomgordel; op de overgang van de (rest)geul met oevers van de Blok stroomgordel in het zuiden naar de komafzettingen (klei en veen) in het noorden. In de top van de natuurlijke oeverafzettingen zijn aanwijzingen voor een archeologische vindplaats (cultuurlaag en funderingsresten) aangetroffen die verband houden met de voormalige hofstede. De bovenste 0,3-0,6 m van de bodem bestaan uit recent opgebrachte grond (golfbaan), tuinlaag en terras (tegel- en klinkerverharding). Indien de voorgenomen ingrepen dieper zullen reiken dan de reeds geroerde en opgebrachte grond, dan zullen deze een bedreiging vormen voor de in het plangebied aangetroffen vindplaats. RAAP-notitie 5449 / herziene eindversie, 24 maart 2016 [10]
3 Conclusies en aanbevelingen De conclusies en aanbevelingen zullen middels het beantwoorden van de onderzoeksvragen (zie 1.3) worden verwoord. Enkele vragen zijn gebundeld beantwoord. 1. Hoe ziet de geologische/bodemkundige opbouw van het plangebied eruit? 2. Wat is de verspreiding en diepte van (recente) bodemverstoringen, bijvoorbeeld als gevolg van de huidige inrichting, kabels en leidingen etc.? Het plangebied ligt in de buitenbocht van een restgeul van de Blok stroomgordel, op de overgang van de (rest)geul met oevers van de Blok stroomgordel in het zuiden naar de komafzettingen (klei en veen) in het noorden. In de top van de natuurlijke oeverafzettingen zijn aanwijzingen voor een archeologische vindplaats (cultuurlaag en funderingsresten) aangetroffen die verband houden met de voormalige hofstede. De bovenste 0,3-0,6 m van de bodem bestaan uit recent opgebrachte grond (golfbaan), tuinlaag en terras (tegel- en klinkerverharding). Buiten deze opgebrachte laag zijn er in het plangebied geen andere aanwijzingen voor (grootschalige) bodemverstoringen aangetroffen. Verwacht wordt dat direct naast de huidige bebouwing de grond dieper geroerd zal zijn als gevolg van bouwwerkzaamheden. 3. Zijn er archeologische waarden aanwezig binnen het plangebied (max. 3 m -Mv)? En zo ja, is er iets te zeggen over de aard, diepteligging en verspreiding ervan? De opgebrachte grond gaat abrupt over in een laag met donkerbruingrijze, humeuze, uiterst siltige tot zwak zandig klei. De diepte waarop de laag in aangetroffen, is in figuur 4 weergegeven in m -Mv en m +NAP. De laag wordt als cultuurlaag geïnterpreteerd die verband houdt met de voormalige hofstede (vindplaats) waar het plangebied deel van uit maakt. De boringen 3, 4 en 7 zijn in deze laag gestuit op ondoordringbaar puin (baksteenpuin), vermoedelijk van fundering(srest)en van de voormalige hofstede. De cultuurlaag heeft een gemiddelde dikte (op basis van de boringen 1, 2, 5 en 8) van circa 0,3 m. 4. Hoe verhouden deze (1-3) zich tot de voorgenomen werkzaamheden? De exacte diepte en locatie van de werkzaamheden zijn (nog) niet bekend, maar zullen waarschijnlijk bestaan uit ontgravingen ten behoeve van de funderingen. Hiervoor wordt meestal uitgegaan van circa 0,8 m -Mv. De plannen voorzien tevens in de mogelijke aanleg van een kelder (ca. 3 m -Mv) in een deel van het plangebied. De top van de vindplaats ligt, binnen de grenzen van het plangebied, op circa 0,3-0,6 m -Mv (ca. NAP) en wordt verstoord in het geval van ontgravingen die dieper zullen reiken dan de reeds geroerde grond. De voorgenomen ingrepen bedragen ten minste circa 0,8 m -Mv en zullen de vindplaats verstoren. RAAP-notitie 5449 / herziene eindversie, 24 maart 2016 [11]
5. Is op basis van (4) archeologisch vervolgonderzoek aan de orde in (delen van) het plangebied? 6. Welke methoden zouden bij het archeologisch vervolgonderzoek ingezet kunnen worden? 7. Op welke manier dient bij eventuele graafwerkzaamheden met archeologische waarden te worden omgegaan? 8. Zijn er op basis van het veldonderzoek suggesties te doen voor het archeologiesparend bouwen? Zo ja, welke?? Op basis van de resultaten van deze fase van het archeologisch onderzoek wordt in het kader van de voorgenomen plannen aanbevolen in het gehele plangebied een vervolgstap uit het proces van de Archeologische Monumentenzorg (AMZ). Geadviseerd wordt om hier geen graafwerkzaamheden dieper dan de reeds geroerde grond (ca. 0,3 m -Mv, incl. een buffer om variatie in de top van de vindplaats op te vangen) te verrichten. Indien dit niet mogelijk blijkt, wordt geadviseerd om voorafgaand aan de werkzaamheden een archeologisch vervolgonderzoek in de vorm van een inventariserend veldonderzoek (IVO) karterende en mogelijk waarderende fase uit te voeren. Aangezien fase en vorm van het archeologisch onderzoek gescheiden zijn, kunnen er diverse paden in dit vervolgtraject bewandeld worden. Omdat de voorgenomen ingrepen nog niet exact bekend zijn, is hierover ook geen strikt advies te geven. Meest voor de hand liggend optie zou zijn om in het plangebied een proefsleuvenonderzoek uit te voeren. Een standaard proefsleuvenonderzoek (IVO-P) brengt het risico met zich mee dat een groter gebied ontgraven wordt dan de voorgenomen ingreep zelf (in het geval van funderingssleuven). Het verdient tevens de aanbeveling om bij het ontwerp van eventuele bouwwerkzaamheden de aangetroffen funderingsresten in situ te laten en mogelijk zelfs zichtbaar te maken in het geval van een kelder. Ten slotte wordt het zeer raadzaam geacht om in deze fase van planvorming het aspect archeologie zeer vroeg in het ontwerpproces mee te nemen; de uitvoerig van onderhavig onderzoek is daar een goede eerste stap in. Onverlet blijft dat indien bij de uitvoering van de werkzaamheden onverwacht toch archeologische resten worden aangetroffen, dan is conform artikel 53 en 54 van de Monumentenwet 1988 (herzien in 2007) aanmelding van de desbetreffende vondsten bij de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap c.q. de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed verplicht (vondstmelding via ARCHIS). Over dit advies kunt u contact op nemen met de bevoegde overheid, in deze mevrouw L. Janssen van de gemeente Nieuwegein. Indien u dat wenst, kunnen wij u in dit overleg assisteren. RAAP-notitie 5449 / herziene eindversie, 24 maart 2016 [12]
Literatuur Alders, P., 2004. Rapportage van de Archeologische Begeleiding in Plangebied de Blokhoeve te Nieuwegein. ADC-Rapport 228. ADC, Amersfoort. Coppens, C.F.H., 2016. Plan van Aanpak Archeologisch vooronderzoek: inventariserend veldonderzoek Plangebied Blokhoeve 7 te Nieuwegein. RAAP, Leiden. Feijst, L. M. B. van der & E. Blom, 2010. Graven met Publiek. ADC-Rapport 2229. ADC, Amersfoort. Janssen, L., 2016. Standaard eisen bureauonderzoek en booronderzoek. Gemeente Nieuwegein. Kempen, P.A.M.M. & Schute, I.A., 2000. Plangebied Blokhoeve, gemeente Nieuwegein; een Aanvullende Archeologische Inventarisatie (AAI-1). RAAP-rapport 577. RAAP, Amsterdam. Kodde, S.W., 2012. Archeologie in het buurtpark. Een archeologische begeleiding aan de Blokhoeve in Nieuwegein, ADC-rapport 3178. ADC, Amersfoort. Nederlands Normalisatie-instituut, 1989. Nederlandse Norm NEN 5104, Classificatie van onverharde grondmonsters. Nederlands Normalisatie-instituut, Delft. Otter, Y., den, 2007. Plangebied Blokhoeve te Nieuwegein. Bureauonderzoek. Inventariserend veldonderzoek, verkennende fase. BAAC-rapport V07.0024. BAC bv, Deventer. Schurmans, M., 2008. Inventariserend veldonderzoek door middel van proefsleuven in het plangebied Nieuwegein-Blokhoeve. Zuidnederlandse Archeologische Notities 155. Amsterdam. Sleijpen, E. & C. van Eijk, 2012. Van vondst naar verhaal - Beleidsnota archeologie gemeente Nieuwegein. Raadsnummer 2012-426 (Versie 2.1). Afdeling Duurzame Ontwikkeling, gemeente Nieuwegein, Nieuwegein RAAP-notitie 5449 / herziene eindversie, 24 maart 2016 [13]
Gebruikte afkortingen AHN Actueel Hoogtebestand Nederland AMK Archeologische MonumentenKaart AMZ Archeologische Monumentenzorg ARCHIS ARCHeologisch Informatie Systeem AWG Archeologisch Waardevol Gebied IVO(-P) Inventariserend VeldOnderzoek (Proefsleuven) KNA Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie -Mv beneden maaiveld NAP Normaal Amsterdams Peil PvA Plan van Aanpak RTK-GPS Real Time Kinetic Global Positioning System SIKB Stichting Infrastructuur Kwaliteitsborging Bodembeheer RAAP-notitie 5449 / herziene eindversie, 24 maart 2016 [14]
Overzicht van figuren, tabellen en bijlagen Figuur 1. De ligging van het plangebied (zwart) met ARCHIS-waarnemingen (rood) en AMK-terreinen (blauw) op een uitsnede van de archeologische beleidskaart van de gemeente Nieuwegein (Sleijpen & Van Eijk, 2012); inzet: ligging in Nederland (ster). Figuur 2. Overzicht van de voorgenomen ingrepen: zaal (1) en wintertuin (2). Figuur 3. Overzicht van de reeds uitgevoerde archeologische onderzoeken in de directe omgeving van het plangebied (blauwe cirkel). Figuur 4. Resultaten veldonderzoek. Tabel 1. Geologische en archeologische tijdschaal. Bijlage 1. Boorbeschrijvingen. RAAP-notitie 5449 / herziene eindversie, 24 maart 2016 [15]
134400 134600 134800 135000 451600 451400 11475 451200 451000 451200 451400 451600 451000 134400 134600 Figuur 1. De ligging van het plangebied (zwart) met ARCHIS-waarnemingen (rood) en AMK-terreinen (blauw) op een uitsnede van de archeologische beleidskaart van de gemeente Nieuwegein (Sleijpen & Van Eijk, 2012); inzet: ligging in Nederland (ster). 134800 135000
Figuur 2. Overzicht van de voorgenomen ingrepen: zaal (1) en wintertuin (2).
Figuur 3. Overzicht van de reeds uitgevoerde archeologische onderzoeken in de directe omgeving van het plangebied (blauwe cirkel).
Bijlage 1: Boorbeschrijvingen RAAP-notitie 5449 / herziene eindversie, 24 maart 2016 [20]
boring: NGBL-1 beschrijver: CC, datum: 16-2-2016, X: 134.722,93, Y: 451.319,22, precisie locatie: 1 cm, coördinaatsysteem: Rijksdriehoeksmeting, kaartblad: 31H, hoogte: 0,82, precisie hoogte: 1 cm, referentievlak: Normaal Amsterdams Peil, methode hoogtebepaling: GPS, boortype: Edelman-7 en guts-3 cm, doel boring: archeologie - verkenning, landgebruik: plantsoen, vondstzichtbaarheid: slecht, provincie: Utrecht, gemeente: Nieuwegein, plaatsnaam: Nieuwegein, opdrachtgever: Homaco Houdstermaatschapij B.V, uitvoerder: RAAP West 0 cm -Mv / 0,82 m +NAP Algemeen: aard ondergrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, kleiig, matig humeus, bruingrijs, matig fijn Bodemkundig: interpretatie: verstoord 5 cm -Mv / 0,77 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm), aard ondergrens: geleidelijk (0,3-3 cm) Lithologie: zand, zwak siltig, lichtgeelgrijs, matig grof Bodemkundig: enkele Fe-vlekken, interpretatie: opgebrachte grond 25 cm -Mv / 0,57 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm), aard ondergrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, zwak siltig, grijs, matig grof, interpretatie: opgebrachte grond 30 cm -Mv / 0,52 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm), aard ondergrens: diffuus (3-10 cm) Lithologie: klei, sterk zandig, zwak humeus, lichtgrijs, matig stevig, kalkrijk Archeologie: fragmenten bouwpuin (onbepaald), interpretatie: cultuurlaag 50 cm -Mv / 0,32 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: diffuus (3-10 cm), aard ondergrens: geleidelijk (0,3-3 cm) Lithologie: klei, uiterst siltig, grijs, zandbrokken, matig stevig, kalkrijk Archeologie: fragmenten bouwpuin (onbepaald), interpretatie: cultuurlaag 70 cm -Mv / 0,12 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm), aard ondergrens: geleidelijk (0,3-3 cm) Lithologie: klei, uiterst siltig, grijs, matig stevig, kalkloos, interpretatie: oeverafzettingen, interpretatie: menglaag Archeologie: enkel fragment bouwpuin (onbepaald) 80 cm -Mv / 0,02 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm), aard ondergrens: diffuus (3-10 cm) Lithologie: klei, uiterst siltig, grijs, matig stevig, kalkloos, interpretatie: oeverafzettingen, interpretatie: menglaag Archeologie: veel fragmenten verbrand bot, enkel fragment bouwpuin (onbepaald) 100 cm -Mv / 0,18 m -NAP Algemeen: aard bovengrens: diffuus (3-10 cm), aard ondergrens: geleidelijk (0,3-3 cm) Lithologie: klei, uiterst siltig, grijs, matig stevig, kalkrijk, interpretatie: oeverafzettingen 120 cm -Mv / 0,38 m -NAP Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm), aard ondergrens: geleidelijk (0,3-3 cm) Lithologie: klei, uiterst siltig, grijs, matig stevig, kalkrijk, interpretatie: oeverafzettingen Archeologie: enkel fragment aardewerk 125 cm -Mv / 0,43 m -NAP Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm), aard ondergrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: klei, uiterst siltig, grijs, matig stevig, kalkrijk, interpretatie: oeverafzettingen 140 cm -Mv / 0,58 m -NAP Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm), aard ondergrens: geleidelijk (0,3-3 cm) Lithologie: zand, matig siltig, grijs, enkele dikke kleilagen, matig fijn, kalkrijk, interpretatie: zandige/kleiige geulafzettingen 160 cm -Mv / 0,78 m -NAP Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm), aard ondergrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: klei, uiterst siltig, lichtbruingrijs, matig stevig, kalkloos, interpretatie: komafzettingen 180 cm -Mv / 0,98 m -NAP Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm), aard ondergrens: geleidelijk (0,3-3 cm) Lithologie: veen, zwak kleiig, bruin, kleibrokken, bosveen, veel hout, interpretatie: komafzettingen Litho-stratigrafie: Formatie van Nieuwkoop, Hollandveen Laagpakket 200 cm -Mv / 1,18 m -NAP Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm), aard ondergrens: geleidelijk (0,3-3 cm) Lithologie: veen, zwak kleiig, donkergrijsbruin, enkele kleilagen, bosveen, veel hout, interpretatie: komafzettingen Litho-stratigrafie: Formatie van Nieuwkoop, Hollandveen Laagpakket 220 cm -Mv / 1,38 m -NAP Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm), aard ondergrens: diffuus (3-10 cm) Lithologie: veen, zwak kleiig, donkergrijsbruin, enkele dikke kleilagen, bosveen, veel hout, interpretatie: komafzettingen Litho-stratigrafie: Formatie van Nieuwkoop, Hollandveen Laagpakket 250 cm -Mv / 1,68 m -NAP Algemeen: aard bovengrens: diffuus (3-10 cm) Lithologie: klei, sterk siltig, zwak humeus, lichtbruingrijs, enkele dikke veenlagen, matig slap, veel hout, kalkloos, interpretatie: komafzettingen Einde boring op 300 cm -Mv / 2,18 m -NAP
boring: NGBL-2 beschrijver: CC, datum: 16-2-2016, X: 134.722,77, Y: 451.328,38, precisie locatie: 1 cm, coördinaatsysteem: Rijksdriehoeksmeting, kaartblad: 31H, hoogte: 0,74, precisie hoogte: 1 cm, referentievlak: Normaal Amsterdams Peil, methode hoogtebepaling: GPS, boortype: Edelman-7 en guts-3 cm, doel boring: archeologie - verkenning, landgebruik: plantsoen, vondstzichtbaarheid: slecht, provincie: Utrecht, gemeente: Nieuwegein, plaatsnaam: Nieuwegein, opdrachtgever: Homaco Houdstermaatschapij B.V, uitvoerder: RAAP West 0 cm -Mv / 0,74 m +NAP Algemeen: aard ondergrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, kleiig, matig humeus, donkerbruingrijs, matig fijn Bodemkundig: interpretatie: verstoord 20 cm -Mv / 0,54 m +NAP Lithologie: zand, zwak siltig, geelgrijs, kleibrokken, matig grof Bodemkundig: interpretatie: opgebrachte grond 30 cm -Mv / 0,44 m +NAP Lithologie: klei, matig zandig, matig humeus, bruingrijs, matig stevig, kalkloos Bodemkundig: enkele Fe-vlekken Archeologie: fragmenten bouwpuin (onbepaald), interpretatie: cultuurlaag 40 cm -Mv / 0,34 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm), aard ondergrens: geleidelijk (0,3-3 cm) Lithologie: klei, uiterst siltig, zwak humeus, bruingrijs, matig stevig, spoor plantenresten, kalkloos Bodemkundig: enkele Fe-vlekken Archeologie: enkel fragment aardewerk, fragmenten bouwpuin (onbepaald), interpretatie: cultuurlaag 50 cm -Mv / 0,24 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm), aard ondergrens: diffuus (3-10 cm) Lithologie: klei, uiterst siltig, zwak humeus, bruingrijs, matig stevig, spoor plantenresten, kalkloos, interpretatie: oeverafzettingen Bodemkundig: enkele Fe-vlekken Archeologie: lichte zweem fosfaat, enkel fragment bouwpuin (onbepaald), interpretatie: cultuurlaag 70 cm -Mv / 0,04 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: diffuus (3-10 cm), aard ondergrens: diffuus (3-10 cm) Lithologie: klei, uiterst siltig, lichtgrijs, matig stevig, kalkloos, interpretatie: oeverafzettingen 150 cm -Mv / 0,76 m -NAP Algemeen: aard bovengrens: diffuus (3-10 cm), aard ondergrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: klei, uiterst siltig, lichtgrijs, matig stevig, spoor plantenresten, kalkloos, interpretatie: komafzettingen 190 cm -Mv / 1,16 m -NAP Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm), aard ondergrens: diffuus (3-10 cm) Lithologie: klei, sterk siltig, zwak humeus, lichtbruingrijs, enkele veenlagen, matig slap, spoor plantenresten, kalkloos, interpretatie: komafzettingen 250 cm -Mv / 1,76 m -NAP Algemeen: aard bovengrens: diffuus (3-10 cm) Lithologie: klei, sterk siltig, zwak humeus, lichtbruingrijs, enkele dikke veenlagen, matig slap, spoor plantenresten, kalkloos, interpretatie: komafzettingen Einde boring op 300 cm -Mv / 2,26 m -NAP boring: NGBL-3 beschrijver: CC, datum: 16-2-2016, X: 134.710,01, Y: 451.322,97, precisie locatie: 1 cm, coördinaatsysteem: Rijksdriehoeksmeting, kaartblad: 31H, hoogte: 0,75, precisie hoogte: 1 cm, referentievlak: Normaal Amsterdams Peil, methode hoogtebepaling: GPS, boortype: Edelman-7 en guts-3 cm, doel boring: archeologie - verkenning, landgebruik: plantsoen, vondstzichtbaarheid: slecht, provincie: Utrecht, gemeente: Nieuwegein, plaatsnaam: Nieuwegein, opdrachtgever: Homaco Houdstermaatschapij B.V, uitvoerder: RAAP West 0 cm -Mv / 0,75 m +NAP Algemeen: aard ondergrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, kleiig, matig humeus, bruingrijs, matig fijn Bodemkundig: interpretatie: verstoord 10 cm -Mv / 0,65 m +NAP Lithologie: zand, zwak siltig, geelgrijs, matig grof Bodemkundig: interpretatie: opgebrachte grond 30 cm -Mv / 0,45 m +NAP Lithologie: klei, zwak zandig, zwak grindig, grijs, zandbrokken, spoor plantenresten, interpretatie: verstoord Archeologie: enkele spikkel houtskool, enkel fragment bouwpuin (onbepaald) 70 cm -Mv / 0,05 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: klei, zwak zandig, zwak grindig, grijs, zandbrokken, spoor plantenresten, interpretatie: verstoord Archeologie: enkele spikkel houtskool, ondoordringbaar bouwpuin (onbepaald) Einde boring op 75 cm -Mv / 0,00 m +NAP
boring: NGBL-4 beschrijver: CC, datum: 16-2-2016, X: 134.727,30, Y: 451.305,43, precisie locatie: 1 cm, coördinaatsysteem: Rijksdriehoeksmeting, kaartblad: 31H, hoogte: 0,90, precisie hoogte: 1 cm, referentievlak: Normaal Amsterdams Peil, methode hoogtebepaling: GPS, boortype: Edelman-7 en guts-3 cm, doel boring: archeologie - verkenning, landgebruik: verhard, vondstzichtbaarheid: geen, provincie: Utrecht, gemeente: Nieuwegein, plaatsnaam: Nieuwegein, opdrachtgever: Homaco Houdstermaatschapij B.V, uitvoerder: RAAP West 0 cm -Mv / 0,90 m +NAP Algemeen: aard ondergrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: niet benoemd, niet benoemd Bodemkundig: interpretatie: niet benoemd 5 cm -Mv / 0,85 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm), aard ondergrens: geleidelijk (0,3-3 cm) Lithologie: zand, zwak siltig, sterk grindig, donkergrijs, matig grof Bodemkundig: interpretatie: opgebrachte grond 25 cm -Mv / 0,65 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm), aard ondergrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, sterk siltig, matig grindig, bruingrijs, matig grof Bodemkundig: interpretatie: opgebrachte grond Archeologie: veel fragmenten bouwpuin (onbepaald) 50 cm -Mv / 0,40 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm), aard ondergrens: geleidelijk (0,3-3 cm) Lithologie: zand, kleiig, zwak grindig, donkerbruingrijs, matig fijn, spoor plantenresten, kalkloos Bodemkundig: enkele Fe-vlekken Archeologie: enkel fragment bouwpuin (onbepaald), interpretatie: cultuurlaag 65 cm -Mv / 0,25 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm), aard ondergrens: geleidelijk (0,3-3 cm) Lithologie: klei, sterk zandig, matig humeus, donkerbruingrijs, stevig, kalkloos, interpretatie: verstoord Archeologie: veel fragmenten bouwpuin (onbepaald) 75 cm -Mv / 0,15 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm), aard ondergrens: geleidelijk (0,3-3 cm) Lithologie: klei, uiterst siltig, zwak humeus, donkergrijs, zandbrokken, stevig, kalkloos, interpretatie: verstoord Archeologie: enkel fragment bouwpuin (onbepaald) 90 cm -Mv / 0,00 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm) Lithologie: klei, uiterst siltig, donkergrijs, stevig, kalkloos, interpretatie: verstoord Archeologie: ondoordringbaar bouwpuin (onbepaald) Einde boring op 95 cm -Mv / 0,05 m -NAP
boring: NGBL-5 beschrijver: CC, datum: 16-2-2016, X: 134.728,16, Y: 451.290,78, precisie locatie: 1 cm, coördinaatsysteem: Rijksdriehoeksmeting, kaartblad: 31H, hoogte: 0,89, precisie hoogte: 1 cm, referentievlak: Normaal Amsterdams Peil, methode hoogtebepaling: GPS, boortype: Edelman-7 en guts-3 cm, doel boring: archeologie - verkenning, landgebruik: verhard, vondstzichtbaarheid: geen, provincie: Utrecht, gemeente: Nieuwegein, plaatsnaam: Nieuwegein, opdrachtgever: Homaco Houdstermaatschapij B.V, uitvoerder: RAAP West 0 cm -Mv / 0,89 m +NAP Algemeen: aard ondergrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, matig siltig, matig humeus, bruingrijs, matig grof Bodemkundig: interpretatie: opgebrachte grond 10 cm -Mv / 0,79 m +NAP Lithologie: zand, zwak siltig, geelgrijs, matig grof Bodemkundig: interpretatie: opgebrachte grond 30 cm -Mv / 0,59 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm), aard ondergrens: geleidelijk (0,3-3 cm) Lithologie: zand, kleiig, matig humeus, donkerbruingrijs, zand- en kleibrokken, matig fijn, spoor plantenresten, interpretatie: verstoord Archeologie: enkel fragment bouwpuin (onbepaald) 50 cm -Mv / 0,39 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm), aard ondergrens: geleidelijk (0,3-3 cm) Lithologie: klei, uiterst siltig, zwak humeus, donkergrijs, matig stevig, spoor plantenresten, kalkloos Archeologie: enkel fragment bouwpuin (onbepaald), interpretatie: cultuurlaag 70 cm -Mv / 0,19 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm), aard ondergrens: geleidelijk (0,3-3 cm) Lithologie: klei, uiterst siltig, zwak humeus, donkergrijs, matig stevig, kalkloos, interpretatie: oeverafzettingen Bodemkundig: enkele Fe-vlekken, oxidatie en reductie verschijnselen Archeologie: lichte zweem fosfaat 120 cm -Mv / 0,31 m -NAP Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm), aard ondergrens: geleidelijk (0,3-3 cm) Lithologie: klei, uiterst siltig, grijs, stevig, kalkloos, interpretatie: oeverafzettingen Bodemkundig: enkele Fe-vlekken, oxidatie en reductie verschijnselen 140 cm -Mv / 0,51 m -NAP Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm), aard ondergrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: klei, uiterst siltig, grijs, stevig, kalkloos, interpretatie: oeverafzettingen Bodemkundig: Fe-concreties, oxidatie en reductie verschijnselen 160 cm -Mv / 0,71 m -NAP Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm), aard ondergrens: geleidelijk (0,3-3 cm) Lithologie: klei, uiterst siltig, matig humeus, donkergrijs, stevig, kalkloos, interpretatie: oeverafzettingen Bodemkundig: laklaag/vegetatie-horizont, volledig gereduceerd Archeologie: enkel fragment verbrande klei/leem 175 cm -Mv / 0,86 m -NAP Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm), aard ondergrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: klei, uiterst siltig, zwak humeus, donkergrijs, enkele humuslagen, matig slap, kalkrijk, interpretatie: zandige/kleiige geulafzettingen 275 cm -Mv / 1,86 m -NAP Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, zwak siltig, grijs, enkele klei- en zandlagen, matig grof, kalkrijk, interpretatie: beddingafzettingen Einde boring op 300 cm -Mv / 2,11 m -NAP boring: NGBL-6 beschrijver: CC, datum: 16-2-2016, X: 134.724,43, Y: 451.298,16, precisie locatie: 1 cm, coördinaatsysteem: Rijksdriehoeksmeting, kaartblad: 31H, hoogte: 0,89, precisie hoogte: 1 cm, referentievlak: Normaal Amsterdams Peil, methode hoogtebepaling: GPS, boortype: Edelman-7 en guts-3 cm, doel boring: archeologie - verkenning, landgebruik: verhard, vondstzichtbaarheid: geen, provincie: Utrecht, gemeente: Nieuwegein, plaatsnaam: Nieuwegein, opdrachtgever: Homaco Houdstermaatschapij B.V, uitvoerder: RAAP West 0 cm -Mv / 0,89 m +NAP Algemeen: aard ondergrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: niet benoemd, niet benoemd Bodemkundig: interpretatie: niet benoemd 5 cm -Mv / 0,84 m +NAP Lithologie: zand, zwak siltig, sterk grindig, bruingrijs, matig grof Bodemkundig: interpretatie: opgebrachte grond 30 cm -Mv / 0,59 m +NAP Lithologie: zand, zwak siltig, zwak grindig, donkerbruingrijs, matig grof Bodemkundig: interpretatie: opgebrachte grond Archeologie: veel fragmenten bouwpuin (onbepaald) 40 cm -Mv / 0,49 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, zwak siltig, zwak grindig, donkerbruingrijs, matig grof Bodemkundig: interpretatie: opgebrachte grond Archeologie: ondoordringbaar bouwpuin (onbepaald) Einde boring op 45 cm -Mv / 0,44 m +NAP
boring: NGBL-7 beschrijver: CC, datum: 16-2-2016, X: 134.710, Y: 451.320, precisie locatie: 1 m, coördinaatsysteem: Rijksdriehoeksmeting, kaartblad: 31H, hoogte: 0,75, precisie hoogte: 1 dm, referentievlak: Normaal Amsterdams Peil, methode hoogtebepaling: GPS, boortype: Edelman-7 en guts-3 cm, doel boring: archeologie - verkenning, landgebruik: plantsoen, vondstzichtbaarheid: slecht, provincie: Utrecht, gemeente: Nieuwegein, plaatsnaam: Nieuwegein, opdrachtgever: Homaco Houdstermaatschapij B.V, uitvoerder: RAAP West 0 cm -Mv / 0,75 m +NAP Algemeen: aard ondergrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, kleiig, matig humeus, bruingrijs, matig fijn Bodemkundig: interpretatie: verstoord 10 cm -Mv / 0,65 m +NAP Lithologie: zand, zwak siltig, geelgrijs, matig grof Bodemkundig: interpretatie: opgebrachte grond 30 cm -Mv / 0,45 m +NAP Lithologie: klei, zwak zandig, zwak grindig, grijs, zandbrokken, spoor plantenresten, interpretatie: verstoord Archeologie: enkele spikkel houtskool, enkel fragment bouwpuin (onbepaald) 70 cm -Mv / 0,05 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: klei, zwak zandig, zwak grindig, grijs, zandbrokken, spoor plantenresten, interpretatie: verstoord Archeologie: ondoordringbaar bouwpuin (onbepaald) Einde boring op 75 cm -Mv / 0,00 m +NAP boring: NGBL-8 beschrijver: CC, datum: 16-2-2016, X: 134.722,00, Y: 451.292,00, precisie locatie: 1 cm, coördinaatsysteem: Rijksdriehoeksmeting, kaartblad: 31H, hoogte: 0,90, precisie hoogte: 1 cm, referentievlak: Normaal Amsterdams Peil, methode hoogtebepaling: GPS, boortype: Edelman-7 en guts-3 cm, doel boring: archeologie - verkenning, landgebruik: verhard, vondstzichtbaarheid: geen, provincie: Utrecht, gemeente: Nieuwegein, plaatsnaam: Nieuwegein, opdrachtgever: Homaco Houdstermaatschapij B.V, uitvoerder: RAAP West 0 cm -Mv / 0,90 m +NAP Algemeen: aard ondergrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: niet benoemd, niet benoemd Bodemkundig: interpretatie: niet benoemd 5 cm -Mv / 0,85 m +NAP Lithologie: zand, zwak siltig, geelgrijs, matig grof Bodemkundig: interpretatie: opgebrachte grond 60 cm -Mv / 0,30 m +NAP Lithologie: zand, kleiig, donkerbruingrijs, matig fijn Archeologie: enkel fragment bouwpuin (onbepaald), interpretatie: cultuurlaag 80 cm -Mv / 0,10 m +NAP Lithologie: klei, uiterst siltig, grijs, matig stevig, kalkrijk, interpretatie: oeverafzettingen 100 cm -Mv / 0,10 m -NAP Lithologie: klei, uiterst siltig, grijs, matig stevig, kalkloos, interpretatie: oeverafzettingen 180 cm -Mv / 0,90 m -NAP Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm), aard ondergrens: diffuus (3-10 cm) Lithologie: klei, uiterst siltig, grijs, enkele zandlagen, matig stevig, kalkrijk, interpretatie: oeverafzettingen 220 cm -Mv / 1,30 m -NAP Algemeen: aard bovengrens: diffuus (3-10 cm), aard ondergrens: diffuus (3-10 cm) Lithologie: klei, uiterst siltig, zwak humeus, lichtbruingrijs, matig slap, spoor plantenresten, kalkloos, interpretatie: zandige/kleiige geulafzettingen 260 cm -Mv / 1,70 m -NAP Algemeen: aard bovengrens: diffuus (3-10 cm), aard ondergrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: klei, uiterst siltig, zwak humeus, lichtbruingrijs, enkele dikke detrituslagen, matig slap, spoor plantenresten, kalkloos, interpretatie: zandige/kleiige geulafzettingen 270 cm -Mv / 1,80 m -NAP Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, zwak siltig, grijs, enkele kleilagen, matig grof, interpretatie: beddingafzettingen Einde boring op 300 cm -Mv / 2,10 m -NAP