1. Doelstelling en basis voor dit document. 1.1 Doelstelling



Vergelijkbare documenten
Stichting Pensioenfonds PGB Verklaring inzake de beleggingsbeginselen

Verklaring inzake beleggingsbeginselen

1. Organisatie BIJLAGE I: VERKLARING BELEGGINGSBEGINSELEN STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA. ABTN 2014 versie Stichting Pensioenfonds Achmea

Verklaring inzake de beleggingsbeginselen

Verklaring inzake de beleggingsbeginselen van Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Baksteenindustrie

Bijlage C: Verklaring Beleggingsbeginselen

voor de beleggingscommissie van Stichting Pensioenfonds voor Verloskundigen (hierna: SPV).

VERKLARING INZAKE DE BELEGGINGSBEGINSELEN. Pensioenfonds Medewerkers Apotheken

Bestuurt het pensioenfonds Stelt profielschets op voor de leden van het bestuur Kan kandidaat afwijzen indien deze niet aan profielschets voldoet

Verklaring inzake beleggingsbeginselen 2015 Stichting Pensioenfonds Openbare Bibliotheken

VERKLARING INZAKE BELEGGINGSBEGINSELEN STICHTING CRH PENSIOENFONDS 18 JUNI 2012

Stichting Pensioenfonds. voor. Verloskundigen

Verklaring beleggingsbeginselen. Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor het Schoonmaak- en Glazenwassersbedrijf

Beleggingsovertuigingen. Stichting Pensioenfonds Openbare Bibliotheken

Verklaring inzake beleggingsbeginselen Pensioenfonds Vervoer versie april Verklaring inzake beleggingsbeginselen

Stichting Pensioenfonds NEG Nederland Huishoudelijk Reglement

VERKLARING INZAKE DE BELEGGINGSBEGINSELEN

Verklaring inzake de beleggingsbeginselen van Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Baksteenindustrie

Verklaring van beleggingsbeginselen

Stichting Personeelspensioenfonds Cordares. Verklaring inzake beleggingsbeginselen

Verklaring beleggingsbeginselen

Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor het Schoonmaak- en Glazenwassersbedrijf

Verklaring inzake beleggingsbeginselen. Stichting Personeelspensioenfonds APG

VERKLARING INZAKE BELEGGINGSBEGINSELEN STICHTING BEDRIJFSTAKPENSIOENFONDS VOOR HET BEROEPSVERVOER OVER DE WEG

Beleggingsbeleid Het fonds maakt onderscheid tussen het strategisch beleggingsbeleid en het jaarlijkse beleggingsplan. Het bestuur stelt beide vast.

Verklaring inzake beleggingsbeginselen

Stichting Pensioenfonds DuPont Nederland. 1. Inleiding

Risicomanagement en toezicht DNB

Verklaring inzake beleggingsbeginselen

Verklaring inzake beleggingsbeginselen. 1 Introductie

van Stichting Achmea Algemeen Pensioen Fonds

Verklaring beleggingsbeginselen kring J

VERKLARING INZAKE BELEGGINGSBEGINSELEN

Verklaring beleggingsbeginselen kring F

Functieprofielen Algemeen Bestuur Stichting Pensioenfonds ING. Algemeen functieprofiel Bestuur Stichting Pensioenfonds ING

Onderbouwing Prudent Person regel Bijlage O bij ABTN

2. DOELSTELLING BELEGGINGSBELEID

Verklaring Beleggingsbeginselen. 1. Inleiding

Verklaring van beleggingsbeginselen

Verklaring inzake de Beleggingsbeginselen Stichting Pensioenfonds Gasunie

Beleggingsbeginselen

In deze verklaring is rekening gehouden met de wet- en regelgeving.

Verklaring inzake beleggingsbeginselen BPF VLEP

Het bestuur onderbouwt dat het strategisch beleggingsbeleid en het beleggingsplan passen binnen de prudent person regel.

Op verzoek van een belanghebbende bij het pensioenfonds wordt de Verklaring verstrekt.

Verklaring inzake de beleggingsbeginselen. Stichting De Samenwerking Pensioenfonds voor het Slagersbedrijf

Workshop Riskmanagement & Governance van beleggen VIIP congres. Amstelveen, 17 april 2012

PENSIOENFONDS HORECA & CATERING DIRECTIESTATUUT INZAKE TOEDELING TAKEN, VERANTWOORDELIJKHEDEN EN BEVOEGDHEDEN AAN DE DIRECTIE

PROFIELSCHETS LID VERANTWOORDINGSORGAAN Vastgesteld 28 maart 2019.

Concept Verklaring inzake de beleggingsbeginselen Bedrijfspensioenfonds voor de Koopvaardij

Functieprofiel lid bestuur met portefeuille vermogensbeheer en risicomanagement van Stichting Notarieel Pensioenfonds

Verklaring Beleggingsbeginselen

Verklaring beleggingsbeginselen

Strategy, business and technology. Normenkader. Versie 5.1

Beleggingsstatuut. 1. Algemene Richtlijnen. 2. Richtlijnen inzake het beleggingsbeleid

Verklaring inzake de Beleggingsbeginselen PMA

Bijlage 1 - Verklaring inzake beleggingsbeginselen

Communicatiekalender 2017 en 2018

Verklaring inzake de beleggingsbeginselen

Verklaring inzake beleggingsbeginselen

Stichting Pensioenfonds Xerox

Stichting Pensioenfonds Unisys Nederland. Verklaring beleggingsbeginselen

STICHTING PENSIOENFONDS Protector

2. Spreiding verbetert effectief de verhouding tussen rendement en risico.

Tien passen voor de tango Normenkader voor het VO

Investment beliefs Stichting Pensioenfonds van de KAS BANK

Verklaring inzake beleggingsbeginselen STIP

Beleggingsprincipes. Juli 2013

Artikel 1. Reglement 1.1 Dit reglement is vastgesteld door het bestuur van Stichting Pensioenfonds Notariaat (SPN).

Verslag bijeenkomst SVG 9 maart 2016

Verklaring beleggingsbeginselen

Verklaring inzake de beleggingsbeginselen. Vereniging Nederlands Pensioenfonds voor de Sigarenindustrie en aanverwante Bedrijven (VNPS)

Verklaring inzake de beleggingsbeginselen van de Kring Pensioenfondsenkring 1

Uitbestedingsbeleid 2015

VERKLARING BELEGGINGSBEGINSELEN STICHTING PENSIOENFONDS AVEBE 19 APRIL 2011

SPNG. veranderingen. was voor. een jaar van grote. Verkort jaarverslag 2013 >

Beleidskaders en beleid 2018 Bestuur Stichting Pensioenfonds Scildon (SPS)

STICHTING PENSIOENFONDS SAGITTARIUS BELEGGINGSBEGINSELEN

Verklaring Beleggingsbeginselen

FUNCTIEPROFIEL VOOR: BESTUURSLID NAMENS DEELNEMERS EN LID GOVERNANCECOMMISSIE STICHTING PENSIOENFONDS GRONTMIJ 22 MEI 2015

Verklaring inzake Beleggingsbeginselen

Brochure. Pensioenfonds DSM Nederland

Verklaring beleggingsbeginselen

Op verzoek van een belanghebbende bij het pensioenfonds wordt de Verklaring verstrekt.

Stichting Norit Pensioenfonds

2. Uitwerking Investment beliefs De investment beliefs zijn onderstaand als volgt uitgewerkt.

Verklaring inzake beleggingsbeginselen pagina 1 van 7

Verklaring inzake de beleggingsbeginselen

Verklaring inzake de beleggingsbeginselen

Brochure. Organisatie SPF

Reglement Verantwoordingsorgaan Stichting-Telegraafpensioenfonds 1959 Januari 2018

Verklaring inzake de beleggingsbeginselen

Een goede pensioenregeling tegen een aanvaardbare prijs. Dat is waar Stichting Bedrijfstakpensioenfonds Zorgverzekeraars (SBZ) voor staat.

REGELING TAKEN, BEVOEGDHEDEN EN VERANTWOORDELIJKHEDEN COMMISSIE BALANSMANAGEMENT. [Versie 1 januari 2019]

Beschrijving Pension Fund Governance Stichting Bedrijfspensioenfonds voor het Bakkersbedrijf

IIc. Verklaring inzake de beleggingsbeginselen. 1. Inleiding

Verklaring Beleggingsbeginselen

Beleggingsbeginselen. Inleiding Waarom een Verklaring Beleggingsbeginselen?

Profielschets voor lid verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds Chemours Nederland

Verklaring beleggingsbeginselen

Transcriptie:

Verklaring inzake de beleggingsbeginselen van Stichting Pensioenfonds voor de Grafische Bedrijven (PGB), (vastgesteld door het bestuur op 19 juni 2014) 1. Doelstelling en basis voor dit document 1.1 Doelstelling Deze verklaring inzake de beleggingsbeginselen beschrijft de uitgangspunten van het beleggingsbeleid van PGB. De uitgangspunten zijn door het bestuur vastgesteld. 1.2 Basis voor dit document In de Pensioenwet (PW) is opgenomen dat het fonds een Actuariële- en Bedrijfstechnische Nota (ABTN) opstelt. Als bijlage bij de ABTN moeten pensioenfondsen een Verklaring inzake de beleggingsbeginselen opstellen en actueel houden. Dit document wordt op de website van PGB gepubliceerd; tevens wordt dit aan belanghebbenden op verzoek verstrekt. 1.3 Bijwerken van de verklaring De verklaring moet minimaal om de drie jaar worden herzien. Daarnaast moet dit document worden herzien als er tussentijds belangrijke wijzigingen van het beleggingsbeleid optreden. 2. Doelstelling pensioenfonds en organisatie 2.1 Doelstelling pensioenfonds Doel en kerntaken Het pensioenfonds heeft ten doel werknemers, gewezen werknemers en hun (gewezen) betrekkingen van de aangesloten werkgevers tegen de financiële gevolgen van ouderdom, invaliditeit en overlijden te beschermen conform het bepaalde in de statuten en de daarop berustende reglementen. De kerntaken van PGB zijn het verstrekken van pensioenuitkeringen, het beleggen van de pensioengelden en werkzaamheden die daarmee rechtstreeks verband houden. PGB beoogt niet het maken van winst. 2.2 Organisatie Verantwoordelijkheden PGB wordt bestuurd door een bestuur, dat momenteel uit 10 leden bestaat. Het bestuur is eindverantwoordelijk voor alle activiteiten van PGB. Aan het bestuur zijn alle belangrijke beleidsbeslissingen voorbehouden, waaronder de vaststelling van het beleggingsplan, jaarverslag en premie- en toeslagbeleid. PGB kent een verantwoordingsorgaan. Dit college adviseert het bestuur over het vaststellen en wijzigingen van het beloningsbeleid voor bestuursleden en leden van de raad van toezicht, het disfunctioneren van het bestuur, de vorm en inrichting van de raad van toezicht, het vaststellen en wijzigingen van een interne klachten- en geschillenprocedure, het vaststellen en wijzigen van het communicatie- en voorlichtingsbeleid, de gehele of gedeeltelijke overdracht van de verplichtingen va het pensioenfonds of de overname van verplichtingen door het pensioenfonds, liquidatie, fusie of splitsing van het pensioenfonds, het sluiten, wijzigen of beëindigen van een uitvoeringsovereenkomst; en het omzetten van het pensioenfonds in een andere rechtsvorm. 1

Daarnaast heeft PGB een raad van toezicht ingesteld, bestaande uit drie externe onafhankelijke leden. De raad van toezicht heeft als taak om toezicht te houden op het beleid van het bestuur, op de algemene gang van zaken in het pensioenfonds, adequate risicobeheersing en op evenwichtige belangenafweging. De adviescommissie risk & Audit heeft een adviserende taak ten aanzien van de opzet en werking van het control framework en de externe financiële verslaggeving van PGB. Zij voert een integrale beoordeling uit van de beheersing van alle belangrijke risico s van het pensioenfonds en verzorgt de voorbereiding van de financiële verslaglegging van het fonds. De commissie Balansmanagement adviseert het bestuur bij het balansmanagement. Ze bereidt de besluitvorming voor over onder meer beleggings- en overlaystrategieën, actief en passief beheerde mandaten en het jaarlijkse beleggingsplan. In het verslagjaar heeft het bestuur de adviescommissie gemandateerd, om binnen de afgesproken bandbreedte van het strategisch beleggingsplan, ook beleggingsbesluiten nemen voor zover het bestaande beleggingscategorieën en bestaande mandaten betreft. Het bestuur heeft een commissie voor Juridische Zaken en Compliance ingesteld. De commissie adviseert het bestuur bij de voorbereiding van juridische zaken en bewaakt of het beleid in overeenstemming is met de geldende wet- en regelgeving. Tot de taken behoren onder meer het beoordelen en actueel houden van juridische documentatie zoals de statuten, het pensioen-, uitvoeringsreglement en de overeenkomsten en contracten op het gebied van uitbesteding en vermogensbeheer. Tevens zorgt de commissie ervoor dat het bestuur werkt volgens een gedragscode en een integriteitsbeleid. De uitvoeringsorganisatie monitort of de belangrijkste uitbestedingspartijen van PGB aan het beleid voldoen. Naast voornoemde drie (advies)commissies met een permanent karakter, kan het bestuur ook commissies met een tijdelijk karakter instellen. Ook voor die commissies geldt dat deze vooral adviserend zijn. Uitbesteding Het bestuur van PGB heeft een uitbestedingsbeleid opgesteld. Alle uitbestedingsrelaties van PGB, waaronder de uitvoeringsorganisatie, alsmede overige uitbestedingsrelaties moeten, waar mogelijk, aan dit beleid voldoen. De administratie, het vermogensbeheer en voor een deel ook de beleid van PGB zijn opgedragen aan een uitvoeringsorganisatie. In het Besluit uitvoering Pensioenwet en Wet verplichte beroepspensioenregeling is vastgelegd dat het pensioenfonds verantwoordelijk is voor de vaststelling van het beleid met betrekking tot de beheersing van risico s die samenhangen met de uitbesteding van bedrijfsprocessen. Om dit nader vorm te geven zijn tussen de uitvoeringsorganisatie en PGB een uitbestedingsovereenkomst en service level agreements (SLA s) afgesloten. 3. Balans- en vermogensbeheer 3.1 Het strategisch beleggingsbeleid De beleggingsfilosofie van PGB heeft de volgende zeven uitgangspunten. De uitgangspunten dienen een betrouwbare (tijdloos en universeel) en materiële bijdrage te leveren aan de doelstellingen van het fonds. 1. Ondernemerschap (beleggingsrisico) nemen loont. 2. Diversificatie leidt tot een betere rendement-risicoverhouding. 3. Markten zijn niet altijd efficiënt. 4. Maatschappelijk verantwoord beleggen is een onderdeel van het totale beleggingsbeleid. 5. Opkomende landen vormen dé groeiregio voor de komende decennia. 6. Tactisch beleid (afwijkend van het strategisch beleggingsbeleid) wordt terughoudend en alleen bij overtuigende argumenten ingezet. 7. Wanneer wordt belegd in nieuwe beleggingscategorieën, dan is het hebben van voldoende kennis van het rendement- en risicoprofiel essentieel. Indien sprake is van complexe beleggingen dan moet dit een additioneel rendement opleveren. 2

PGB voert het beleggingsbeleid uit op solide wijze. Daarbij wordt uitgegaan van de prudent person regel (voorzichtigheidsbeginsel), met name gebaseerd op de volgende uitgangspunten: de activa worden belegd in het belang van de pensioenaanspraken en rechten van de deelnemers; het behalen c.q. verhogen van rendement geschiedt bij een aanvaardbaar risico; de beleggingen worden gewaardeerd op basis van marktwaarde; de activa worden zodanig belegd dat de veiligheid, de kwaliteit en de liquiditeit van de portefeuille als geheel worden gewaarborgd; deskundig en zorgvuldig vermogensbeheer in overeenstemming met vastgestelde richtlijnen; een goede organisatie met deskundige leiding, adequaat toezicht en controlemechanismen, een transparant beleggingsproces en aflegging van verantwoording. Het bestuur hecht eraan dat bij nieuw beleid en nieuwe beleggingsvoorstellen voldoende kritisch tegenwicht wordt geboden. Deze countervailing power wordt onder meer vormgegeven in objectieve toetsing van beleggingsvoorstellen en kwartaalreviews op (segmenten van) de bestaande beleggingsportefeuille. Naast deskundigheid in het bestuur en de uitvoeringsorganisatie wordt ook gebruik gemaakt van externe adviseurs. PGB streeft ernaar om het risico- en rendementsprofiel van de totale portefeuille van beleggingen aan te sluiten bij de verplichtingenstructuur van PGB. De totale structuur van de portefeuille sluit aan bij de doelstelling en ambitie van PGB. Om deze doelstelling te bereiken is het van het grootste belang dat de (beleggings)opbrengsten van PGB op korte en lange termijn binnen de gestelde risicobepalingen zo optimaal mogelijk zijn. Het bestuur heeft hiertoe een (ALM-)onderzoek en aanvullende studies uitgevoerd en op basis daarvan het strategisch beleggingsbeleid vastgesteld. De strategische pensioenambitie is dat de norm koopkracht over een horizon van vijftien jaar hoger is dan 90%. De ambitie is vastgelegd ten opzichte van de nominale pensioentoezegging, gecorrigeerd voor de opgetreden prijsinflatie (het reële pensioen). Dit geldt als doelstelling op langere termijn, maar is wel afhankelijk van korte termijn ontwikkelingen. In de ALM-studie zijn duizenden economische scenario s doorgerekend, waarvan sommige pessimistische tot heel slechte pensioenuitkomsten leiden. De kans daarop wil het bestuur tot een minimum beperken. Daarom heeft het de volgende financiële maatstaven geformuleerd, gegeven de gehanteerde nominale dekkingsgraad in de ALMstudie uit 2011, die het ambitie en risicoprofiel van het fonds het beste vertalen: - De pensioenen moeten naar verwachting over een periode van 15 jaar minimaal 90% van hun koopkracht behouden; - De kans dat de pensioenen moeten worden gekort - omdat er 3 jaar lang sprake is van onderdekking ( nominale dekkingsgraad < 105% ) - mag maximaal 1,5% bedragen; - De kans dat die korting dan meer dan 10% zal zijn, mag niet groter zijn dan 0,3%. Deze ambities zullen niet op ieder moment haalbaar zijn. Zo zal bij lagere dekkingsgraden de kans op korten hoger zijn dan de geformuleerde ambitie. In het beleid is opgenomen dat de pensioenrechten en -aanspraken in principe zodanig verminderd kunnen worden ( korten ) - in geval van een korte termijn herstelplan met een periode van drie jaar aaneengesloten te lage dekkingsgraad - dat de nominale dekkingsgraad na korten zich weer op het niveau van het Minimaal Vereist Eigen Vermogen (MVEV) bevindt. De strategische pensioenambitie wordt ingevuld met feitelijk beleid en de ontwikkelingen van PGB worden gevolgd ( monitoring ) op een zodanige wijze dat er voldoende controle op het proces is en adequate rapportages naar het bestuur voorhanden zijn. 3

3.2 Uitvoering van het balans- en vermogensbeheer Het Strategisch Beleggingsplan is opgesteld in lijn met het matching en return concept. De matching portefeuille heeft vooral ten doel om het renterisico voor wat betreft het nagestreefde percentage af te dekken. De return portefeuille is bedoeld om rendement te genereren binnen het risicoprofiel dat PGB kan dragen. In de matching portefeuille wordt gebruik gemaakt van rentederivaten om de gewenste renterisico afdekking te verkrijgen, rekening houdend met de looptijdsegmenten van de verplichtingen. In de return portefeuille wordt gebruik gemaakt van derivaten om het vreemde valutarisico te verminderen en om effectieve exposure naar deelmarkten te verkrijgen. De dagelijkse uitvoering van het Strategisch Beleggingsplan ligt in handen van de uitvoeringsorganisatie. De koppeling tussen de feitelijke (deel)portefeuilles en de normportefeuille wordt verantwoord in de rapportagestructuur die is overeengekomen en in een Service Level Agreement is vastgelegd. De ruimte die is toegestaan tussen de feitelijke en de normportefeuille is in het ALM-proces getoetst en in het Strategisch Beleggingsplan vastgelegd. Voorbeelden hiervan zijn de allocatie naar assets met toegestane bandbreedtes, regioverdeling, tracking errors, ratings, exposures, tegenpartijrisico, liquiditeitsrisico, etc. 3.3 Uitbesteding van vermogensbeheer Een groot deel van de portefeuille is door de uitvoeringsorganisatie uitbesteed en daarvoor zijn externe managers aangesteld. De aanstelling van deze managers vindt plaats na goedkeuring door het bestuur. De monitoring van de prestaties van de vermogensbeheerders vindt plaats door de uitvoeringsorganisatie die daarover periodiek (maandelijks en uitgebreid op kwartaalbasis) rapporteert aan het bestuur van PGB. 3.4 Intern vermogensbeheer door de uitvoeringsorganisatie Een belangrijke taak voor de uitvoeringsorganisatie is het uitvoeren van de Matching Strategie van PGB conform het afgesproken rente-afdekkingsbeleid van PGB. 3.5 Risicometing en risicobeheersing Op regelmatige basis ontvangt het bestuur risicometingen en rapportages opgesteld, zoals maand- en kwartaalrapportages beleggingen, de Balansmonitor en de dekkingsgraadrapportage. Het opstellen van die rapportages geschiedt op onafhankelijke wijze door de afdelingen Control en Riskmanagement van de uitvoeringsorganisatie. 3.6 Resultaatsevaluatie Met de Balansmonitor wordt op kwartaalbasis een overzicht van de portefeuille op pensioenfondsniveau gemaakt; met deze analyse wordt de koppeling gelegd met de pensioenverplichtingen van PGB en de ontwikkelingen daarin. Op basis van de ultimostanden van elk kwartaal wordt een vooruitblik gegeven op de stand van zaken met betrekking tot de strategische doelstellingen van PGB en gevoeligheid voor stress-scenario s. Het beleggingsresultaat en de genomen risico s van de eigen portefeuille en de benchmark worden maandelijks door de uitvoeringsorganisatie berekend en gerapporteerd. Het betreft een gedetailleerde rapportage op hoofden subcategorie, zowel kwalitatief als kwantitatief van aard, met een bijbehorende analyse. Voorts wordt ieder kwartaal een review gegeven op de mandaten aan de vermogensbeheerders en de samenstelling van de beleggingen in de relatief illiquide portefeuilles. 4

3.7 Waarderingsgrondslag De beleggingen worden gewaardeerd op basis van actuele waarde, volgens de richtlijnen van het waarderingsbeleid. De custodian waardeert de liquide beleggingsposities op onafhankelijke wijze van de uitvoeringsorganisatie. De waardering van relatief illiquide beleggingen is gebaseerd op de rapportage door de beheerder van een beleggingsfonds of een externe taxateur. De waarderingsprocessen van de custodian zijn onderdeel van hun ISAE 3402 verklaring. De waardering van niet liquide beleggingen wordt jaarlijks beoordeeld door de externe accountant van PGB. Het bestuur behandelt tenminste één maal per jaar de waardering van alle posities die niet op een liquide markt verhandeld worden. Al dan niet met behulp van externe taxaties wordt de waarde van deze beleggingen geschat aan de hand van vergelijkbare producten of markten. 3.8 Verantwoord beleggen en corporate governance Bij het uitvoeren van het beleggingsbeleid wordt rekening gehouden met de volgende beleidsthema s: Duurzaamheid Maatschappelijk verantwoord beleggen Corporate governance richtlijnen Compliance met wet en regelgeving Naast het behalen van een zo hoog en zo stabiel mogelijk rendement (financiële verantwoordelijkheid) is ook van belang waarin wordt belegd. Deze maatschappelijke verantwoordelijkheid is bij PGB uitgewerkt in uitsluitingsbeleid, best-in-classbeleid, duurzaamheidsinvesteringen en via het stemgedrag op aandeelhoudersvergaderingen en het actief in gesprek gaan met ondernemingen. In het kader van uitsluitingsbeleid, worden ondernemingen geweerd als zij niet voldoen aan de door het fonds gehanteerde duurzaamheidscriteria. Dit beleid is gebaseerd op de tien Principes van de Verenigde Naties aangevuld met het verbod op beleggingen in controversiële wapens. 5