TD42 Thermodynamische condenspot

Vergelijkbare documenten
INSTALLATIE en ONDERHOUD Wijzigingen voorbehouden

A3S Klepafsluiter - Balgmembraan - ANSI

MST21 Thermostatische Instrument tracer condenspot

SSC20 Staalnamekoeler - Sanitair

M21Si / M21Vi Kogelafsluiters DN15 tot DN150

F12 / F14HP / F16 / F16L / F16HP Filter

SGC40 / SGS40 Kijkglas

S1 / S2 / S3 / S5 / S6 / S7 / S8 / S12 / S13 Waterafscheider

AE30 Automatische ontluchter voor water

LSB3 / LSB4 Schakeldoos voor pneumatische servomotor BVA

S / SF Klokvlottercondenspot

TD120M Thermodynamische condenspot

EPM1 / EPM2 Elektronische pompmonitor

LCV3 / LCV4 / LCV6 / LCV7 Terugslagkleppen

INSTALLATIE en ONDERHOUD Wijzigingen voorbehouden

BTM7 / BTS7 / BTS7.1 Thermostatische condenspot - RVS

HM / HM34 Klokvlottercondenspot

200 Gietijzeren klokvlotterkondenspot

BPC32 / BPC32Y / BPC32F / BPC32CV / BPC32CVF / BPC32YCV / BPC32YCVF Thermostatische condenspot - Drukevenwicht - Staal PN40

FTC32 Gesloten vlottercondenspot - Staal (DN15-DN20)

AE44 / AE44S Ontluchter voor vloeistoffen

INSTALLATIE en ONDERHOUD Wijzigingen voorbehouden

BM / BX / KA / KB / KC / KX Autonome tweeweg temperatuurregelklep

AE44 / AE44S / AE46 / AE46S Ontluchter voor vloeistoffen

INSTALLATIE en ONDERHOUD Wijzigingen voorbehouden

130 / HL10 Temperatuurbegrenzer - Autonoom werkend

PC10HP Leidingconnector

BPS32 / BPS32Y Thermostatische condenspot - Drukevenwicht - RVS

SRV2S Drukreduceertoestel

F7 / F33 / F34 / F34HP / F36 / F36HP / F3616 / F37 / F3716 Filter

SRV66 Drukreduceertoestel - Clean Steam

INSTALLATIE en ONDERHOUD Wijzigingen voorbehouden

CAS14 Condenspot voor lucht en gassen - RVS

TDC46M / TDS46M / UTDS46M Thermodynamische condenspot

HP45 BYVAP bimetaalcondenspot - PN150

INSTALLATIE en ONDERHOUD Wijzigingen voorbehouden

EL2270 / EL2271 Temperatuurtransmitter

M70i / M80i Kogelafsluiter - Roestvast staal - Zuivere stoom

PA20 Voorversterker voor niveauregelaar LP20

BRV71 / BRV73 Drukreduceertoestel

BRV2S / BRV2P Drukreduceertoestel

FT44 Gesloten vlotterkondenspot (DN15 tot DN50)

BDV1 / BDV2 Ontlastingsklep

MFP14-PPU Automatische pompset

FT14 / FT14HC Gesloten-vlottercondenspot (1"HC,1"1/4,1"1/2 en 2")

KBV21i / KBV40i Bodemspuiafsluiter

CSF16 Filter in roestvast staal

LCV3 / LCV4 / LCV6 / LCV7 Terugslagklep

INSTALLATIE en ONDERHOUD Wijzigingen voorbehouden

PF5 / PF6 Pneumatische afsluiter met schuine spindel

PF51G Pneum. afsluiter met schuine spindel - Brons

INSTALLATIE en ONDERHOUD Wijzigingen voorbehouden

STS17.2 Compacte ontwateringspost - RVS

FT44 Koolstofstaal Gesloten vlotterkondenspot (DN15 tot DN50)

FT46 Gesloten-vlottercondenspot - RVS - DN15 tot DN50

CP30 Geleidbaarheidssonde

FTS14 Gesloten-vlotter condenspot - RVS

FT46 Gesloten-vlottercondenspot - RVS - DN15 tot DN50

LP31 Zelfcontrolerende niveausonde

FT43 / FT44 / FT46 / FT47 Gesloten vlottercondenspot

FT14 / FT14HC Gesloten-vlottercondenspot (1"HC,1"1/4,1"1/2 en 2")

CP32 Geleidbaarheidssonde

SV60 / SV60H Veiligheidsklep

PC3 / PC4 Leidingconnector

CP32 Geleidbaarheidssonde

CSF16 / CSF16T Filter in roestvast staal - stoom

MSC Manifold voor stoom en condensaat

PF6 Pneumatische afsluiter met schuine spindel - RVS

QLM / QLD Drieweg regelklep - DN125 tot DN200 INSTALLATIE en ONDERHOUD

MFP14-PPU Automatische pompset

SDP143 Overstortregelaar

BSA / BSAT Klepafsluiter - Balgmembraan klepsteeldichting

BCV Deconcentratie Spuiklep

M21Si / M21Vi Kogelafsluiters - Eéndelig - Gereduceerde doorlaat DN15-DN150

SI20 / SI40 Stoomluchtbevochtiger

M21Si / M21Vi Kogelafsluiters - Eéndelig - Gereduceerde doorlaat DN15-DN150

BVA300 Pneumatische servomotoren. Installatie- en onderhoudsinstructies

BSA / BSAT Balgmembraan klepafsluiter

LP10-4 Conductieve niveausonde

37D / 37DE Temperatuurregelaar

DRV7 Nodulair gietijzeren drukreduceerventiel

EL7200 Elektrische servomotor

SVL488 Veiligheidsklep - Veerbelast - RVS - Clean Service

DP163 / DP163G Drukreduceertoestel

ABV21i / ABV40i Pneumatische bodemspuiafsluiter

VISCO / VISCOROL Magnetisch peilglazen

LE / LF / LL / KE / KF / KL Spira-Trol Tweeweg Regelklep

APT14 / APT14HC / APT14SHC Gesloten vlotter pompcondenspot

PA420 Voorversterker voor niveauregelaar LP20

DRV4 Stalen Drukreduceerventiel

GILFLO-ILVA Transducer

KE(A) / KF(A) / KL(A) SPIRA-TROL TM 2-wegregelkleppen (EN / ASME)

DP143 / DP143H / DP143G / DP143Y Drukreduceertoestel - servogestuurd

DP143 / DP143G / DP143H / DP163 / DP163G / DP163Y Drukreduceertoestel

DEP7 Nodulair gietijzeren overstortregelaar-tegendrukregelaar

ABV21i / ABV40i Pneumatische bodemspuiafsluiter

DEP4 Stalen overstortregelaar-tegendrukregelaar

DRV4 Stalen Drukreduceerventiel

37D / 37DE Temperatuurregelaar

SV60 Veiligheidsklep

Transcriptie:

IM-P068-24 ST-BEn-05 4.3.1.030 Thermodynamische condenspot Beschrijving Het gamma reviseerbare thermodynamische condenspotten type zijn geschikt voor drukken tot 42 bar g met ingebouwd filterelement en geschroefde aansluitingen. De L en LC werden ontworpen voor kleine capaciteiten zoals voor leidingontwatering en zijn daarom ideaal voor ontwatering van tracing- en hoofdstoomleidingen. Noot: L en LC staat voor lage capaciteit. De en H zijn specifiek ontworpen voor hoge capaciteitstoepassingen. De A, HA, LA en LCA hebben een zelfontluchtend schijfje voor de ontluchting bij opstart. Noot: de letter A in de naamgeving staat voor het zelfontluchtende schijfje. De, A, LC en LCA zijn chemisch vernikkeld (ENP) wat bijdraagt tot corrosiebestendigheid en energiebesparing. De, A, LC en LCA hebben een zwart geverfd lichaam. Noot: De S2 en S3 zijn condenspotten met aansluitingen in socketweld en worden uitvoerig besproken in de afzonderlijke IM. Zie IM-P068-37 voor de S2 en IM-P068-38 voor de S3. groef Groef ter identificatie van A, LA, LCA en TD2HA die een zelfontluchtend schijfje bezitten. TD 42 afgebeeld Zelf-ontluchten schijfje Fig. 1 en varianten Opties Isotub: Isolerend deksel wat beïnvloeding van de werking verhinderd veroorzaakt door overmatig warmteverlies verhinderd door lage omgevingstemperaturen, wind, regen enz. Geïntegreerde afblaaskraan: een BDV1 en BDV2 kan in het filterdeksel worden aangebracht. Hiervoor is een boring van 3/8 BSP of NPT nodig. Normen Europese richtlijn aangaande drukapparatuur (PED) Dit product is volledig conform de Europese Richtlijn aangaande Drukapparatuur 97/23/EC. Certificatie Deze producten zijn tegen meerprijs beschikbaar met certificaat volgens EN 10204 2.2. Certificaten worden enkel geleverd indi en gevraagd bij de bestelling. Noot: Voor verdere informatie zei volgende Technische informatiefiches: TI-P068-22, TI-P151-04 en TI-S002-03. INSTALLATIE en ONDERHOUD Wijzigingen voorbehouden

Installatie en Onderhoud Diameters en aansluitingen 3/8", ½" LC, ½" en ¾" geschroefd BSP of NPT A 3/8", ½" LC en ½" geschroefd BSP (BS 21 parallel) of NPT H ½", ¾" et 1" geschroefd BSP of NPT L 3/8", ½", ¾" en 1" geschroefd BSP of NPT HA ½" geschroefd BSP of NPT LA 3/8", ½", ¾" en 1" geschroefd BSP of NPT LCA ½" geschroefd BSP Druk- en temperatuursgrenzen (ISO6552) Druk psi eff. Temperauur C Stoomcurve Temperauur F In deze zone de condenspot niet gebruiken Maximaal toelaatbare werkdruk en en Druk bar eff. Ontwerpvoorwaarden huis PN63 PMA Maximum toegelaten druk 63 bar eff @ 100 C TMA Maximum toelaatbare temperatuur 400 C @ 42 bar eff. Minimaal toelaatbare temperatuur 0 C PMO Maximale werkdruk 42 bar eff. TMO Maximale werktemperatuur L en H 400 C @ 42 bar eff. LA en HA 255 C @ 42 bar eff. Minimale werktemperatuur 0 C Minimale verschildruk voor een correcte werking L / H 0,25 bar LA / HA 0,80 bar PMOB De tegendruk moet steeds kleiner zijn dan 80% van de werkdruk om volledige afdichting te bekomen. Koudwaterdrukproef 95 bar eff. SPIRAX-SARCO N.V. Industriepark 5 B 9052 ZWIJNAARDE IM-P068-24 / ST-BEn-05 HRG 665 46 Tel. +32 (0)9 244 67 10 Fax +32 (0)9 244 67 20-2 / 8 - BE 0400.104.610 info@be.spiraxsarco.com www.spirax.sarco.com/be

Installatie en Onderhoud Noot: 3. Installatie Gelieve alvorens de installatie op te starten de veiligheidsvoorschriften te raadplegen uit Paragraaf 1. Controleer of het product geschikt is voor de toepassing in de onderhouds- en installatieinstructies, naamplaat en technische informatiefiche. 3.1 Controleer de materialen, de drukken en temperaturen en de maximumwaarden indien mogelijk. Indien de maximum werkingsdruk minder is dan die van het systeem waarin het geïnstalleerd is, zorg ervoor dat er een veiligheidstoestel in het systeem is aangebracht dat beschermt tegen overdruk. 3.2 Controleer of de juiste installatie en de stromingsrichting. 3.3 Verwijder alle plastic beschermingskappen van alle aansluitingen en, indien nodig, de plastic folie op het naamplaatje alvorens te installeren op een stoom of hoge temperatuurstoepassing. 3.3 De condenspot dient in een horizontaal vlak te worden gemonteerd met een daling in de leiding ervoor. Een geschikte afsluiter voor en na de condenspot om veilig onderhoud en vervanging te kunnen garanderen. Een geschikte controlewijze dient overwogen te worden voor het testen van de correcte werking van de condenspot. Dit kan enerzijds een kijkglas zijn of anderzijds het Spiratec systeem. Een kijkglas dient ten minste 1meter stroomafwaarts te worden geïnstalleerd na elke condenspot met een stotende afvoer. Indien de condenspot afvoert naar een gesloten systeem, dient een terugslagklep te worden voorzien om een terugstroming te verhinderen. 3.5 Een geschikte afsluiter voor en na de condenspot om een veilig onderhoud en vervanging te kunnen garanderen. 3.6 Open de afsluiters steeds langzaam tot de werkdruk bereikt is (om op die manier plotse veranderingen in het systeem te vermijden). 3.7 Controleer op lekken en correcte werking Noot: Indien de condenspot naar de atmosfeer afblaast, verzeker dan een veilige afblaaslocatie, de temperatuur van de vloeistoffen kan oplopen tot 100 C. Stoom Condensaat Fig. 2 Typische opstelling Ontwateringspost IM-P068-24 / ST-BEn-05-3 / 8 -

Installatie en Onderhoud Opstart Verzeker u, bij elke opstart na installatie of na onderhoud, van de goede werking van het systeem. Voer de nodige tests uit van alarm- en veiligheidssystemen. Isoleerafsluiters moeten steeds voorzichtig en traag geopend worden. Werkingsprincipe De thermodynamische condenspot is een condenspot die het condensaat stotend afblaast bij enkele graden onder verzadigingstemperatuur, vandaar dient de nodige zorg worden besteed aan de afblaaslocatie. Onderhoud Noot: Gelieve alvorens het onderhoud de veiligheidsvoorschriften te raadplegen uit Paragraaf 1. 6.1 Algemene informatie - Verifieer of het product geschikt is voor uw toepassing aan de hand van de installatie- en onderhoudinstructies, naamplaat en technische fiche. - Verifieer de materiaalgeschiktheid en de maximum en minimum toelaatbare werkdruk en werktemperatuur in onderlinge combinatie. Indien de maximum gebruikslimieten van het product lager zijn dan het systeem waarin het gemonteerd is, of wanneer een defecte werking van het product tot een gevaarlijke overdruk of overtemperatuur kan leiden, dan moet het systeem voorzien worden van een overdruk en/of overtemperatuurbeveiliging. - Neem kennis van het systeem waarin het toestel zal ingebouwd worden. Verzeker u van de juiste stroomrichting en -zin van het fluïdum. - Verwijder alle beschermingskappen van aansluitingsopeningen - Gebruik steeds de juiste gereedschappen en de nodige beschermingsmaterialen. - Na het onderhoud dient de afsluiter langzaam te worden geopend om thermische schokken en waterslagen te vermijden, controleer tevens op lekken. 6.2 Service - Verwijder de Isotube (7) indien aanwezig en schroef de dop los met de juiste sleutel, zorg ervoor dat het kapje niet verwrongen wordt (vandaar dat het gebruik van Engelse sleutels te vermijden is) - Indien de zittingsoppervlakken beschadigd zijn, kunnen deze opnieuw afgevlakt worden met een vlakplaat. Indien de beschadiging te erg is, kan er maximaal 0,25mm materiaal weggenomen worden na het afvlakken. Schijfje (3) moet steeds vervangen worden. - Bij montage is het schijfje (3) met de groeven tegen het contactoppervlak van het lichaam(1) georiënteerd. - Schroef het kapje (2) dicht met de aangewezen moment (zie tabel 1), er is geen pakking nodig, een geschikte hogetemperatuurssmeering kan worden aangebracht op de schroefdraad. 6.3 Reiniging of vervanging van de zeef - Verwijder de zeefdop (5) met het juiste gereedschap. - Verwijder de zeef (4) en reinig of vervang indien nodig. - Voor de montage, stop de zeef in de dop en schroef deze in het huis. Het is aan te raden voor een smering toe te passen op de schroefdraadaansluitingen. Zorg ervoor dat de pakkingen proper zijn. - Draai het filterdopje vast met het aangewezen aanschroefmoment. (tabel 1) - Na het onderhoud dient de afsluiter langzaam te worden geopend om thermische schokken en waterslagen te vermijden, controleer tevens op lekken. SPIRAX-SARCO N.V. Industriepark 5 B 9052 ZWIJNAARDE IM-P068-24 / ST-BEn-05 HRG 665 46 Tel. +32 (0)9 244 67 10 Fax +32 (0)9 244 67 20-4 / 8 - BE 0400.104.610 info@be.spiraxsarco.com www.spirax.sarco.com/be

Installatie en Onderhoud Fig. 3 Tabel 1 Aandraaimomenten of Nr. DN Nm 3/8 36 SW 135 150 ½ LC 36 SW 135 150 2 / H ½, ¾ 41 SW 180 200 L ½, ¾, 1 36 SW 135 150 H 1 55 SW 250 275 5 Alle DN 32 SW M28 170 190 IM-P068-24 / ST-BEn-05-5 / 8 -

Installatie en Onderhoud 7. Wisselstukken De beschikbare reservedelen zijn getekend in volle lijn, onderdelen getekend in streeplijn zijn niet leverbaar als reservedeel. Beschikbare wisselstukken Schijfje (set van 3) 3 Schijfje en zeef (LA, HA, A of LCA) 3, 4, 6 Zeef en pakking 4, 6 Set pakking zeefdop (set van 3) 6 Isotube 7 Bestellen: Gebruik bovenstaande omschrijving en vermeld daarbij type en DN van de condenspot. Voorbeeld: 1 - Set zeef en pakking voor thermodynamische condenspot TD 42L, ½" BSP. Fig. 4 SPIRAX-SARCO N.V. Industriepark 5 B 9052 ZWIJNAARDE IM-P068-24 / ST-BEn-05 HRG 665 46 Tel. +32 (0)9 244 67 10 Fax +32 (0)9 244 67 20-6 / 8 - BE 0400.104.610 info@be.spiraxsarco.com www.spirax.sarco.com/be

Installatie en Onderhoud IM-P068-24 / ST-BEn-05-7 / 8 -

Installatie en Onderhoud Veiligheidsinstructies Het vermijden van risico s bij het installeren, gebruiken en onderhouden van Spirax-Sarco producten De veilige werking van deze producten kan enkel gegarandeerd worden indien ze op de juiste manier geïnstalleerd, opgestart en onderhouden worden door gekwalificeerd personeel (zie sectie Werkvergunningen hieronder) in overeenstemming met de installatie- en onderhoudsinstructies. Er moet ook voldaan worden aan de algemeen geldende installatie- en veiligheidsinstructies voor pijpleiding- en installatietechnieken. Het juiste gebruik van werktuigen en van veiligheidsapparaten moet ook voldoende gekend zijn. Toepassing Verzeker u ervan dat het product geschikt is voor de toepassing aan de hand van de installatie- en onderhoudsinstructies (IM), de naamplaat en de technische fiche (TI). De producten in de lijst hieronder voldoen aan de vereisten van de Europese PED richtlijn 97/23/EC en zijn voorzien van een markering, tenzij ze vallen onder de voorwaarden van artikel 3.3 van de richtlijn: DN Categorie Product min. max. Gassen Vloeist. G1 G2 G1 G2 H 1/2" 1" - Art.3.3 - Art.3.3 HA 1/2" 1/2" - Art.3.3 - Art.3.3 L 3/8" 1" - Art.3.3 - Art.3.3 i) De producten zijn specifiek ontworpen voor gebruik met : - stoom - water - perslucht Toepassingen met andere fluïda zijn mogelijk, doch hiervoor is steeds overleg met en toestemming van Spirax-Sarco noodzakelijk. ii) Verifieer de materiaalgeschiktheid en de maximum en minimum toelaatbare werkdruk en werktemperatuur in onderlinge combinatie. Indien de maximum gebruikslimieten van het product lager zijn dan het systeem waarin het gemonteerd is, of wanneer een defecte werking van het product tot een gevaarlijke overdruk of overtemperatuur kan leiden, dan moet het systeem voorzien worden van een overdruk en/of overtemperatuurbeveiliging. iii) Volg nauwgezet de installatie-instructies met betrekking tot inbouw en de richting en zin van de stroming van het fluïdum. iv) Spirax-Sarco producten zijn niet bestand tegen externe belasting geïnduceerd door het systeem waarin ze geïnstalleerd zijn. De installateur moet deze externe belastingen inschatten en alle voorzorgsmaatregelen nemen om ze te minimaliseren. v) Verwijder alle beschermingskappen van aansluitingseinden alvorens in te bouwen. Toegankelijkheid Alvorens een product in te bouwen in een leidingsysteem en/of handelingen uit te voeren aan een ingebouwd product, verzeker u van een veilige bereikbaarheid, en gebruik indien nodig een beveiligd werkplatform. Verlichting Zorg voor een adequate verlichting, die toelaat alle details van het product en zijn onmiddellijke omgeving duidelijk waar te nemen. Gevaarlijke gassen en/of vloeistoffen in de leiding Verifieer wat er zich in de leiding bevindt of bevonden heeft. Neem gepaste voorzorgen indien het gaat om fluida die brand-, ontploffings-, of gezondheidsgevaar kunnen opleveren. Gevaarlijke omgeving rond het product Verifieer en evalueer het explosiegevaar in de onmiddellijke omgeving, de aanwezigheid van voldoende ademlucht (bvb. In tanks en putten...), de mogelijke aanwezigheid van toxische gassen, extreem hoge omgevingstemperaturen, hete oppervlakken (t.g.v. van laswerken...), overdreven lawaai, bewegende machines. Het systeem Verifieer en evalueer het effect van de inbouw van het product op het complete systeem. Zorg ervoor dat geen enkele manipulatie van het product (bvb. bediening van handwielen en/of hendels, thermische en elektrische isolatie..) eender welk gedeelte van het systeem of eender welke persoon in gevaar brengt. De grootste omzichtigheid moet in acht genomen worden bij het tijdelijk buiten dienst stellen van alarmsystemen of het afsluiten van ontluchtingsen/of beluchtingsystemen. Isolatieafsluiters geleidelijk openen en sluiten om systeemschokken te voorkomen. Systemen onder druk Verifieer dat de druk volledig van het systeem weggenomen is, en er een voldoende gedimensioneerde ontluchtingsopening aanwezig is. Zorg, indien mogelijk, voor een dubbele isolatie t.o.v. onder druk staande delen van het systeem. Borg de afsluiters in gesloten toestand en/of voorzie ze van een duidelijk waarschuwingslabel. Vertrouw nooit op de aflezing van een manometer die een drukloze toestand aanduidt. Temperatuur Laat, na demontage, voldoende afkoelingstijd om brandwonden te vermijden. Draag beschermende kledij en veiligheidsbril. Werktuigen en wisselstukken Alvorens met de werken te starten, verzeker er u van dat de nodige werktuigen en wisselstukken beschikbaar en aanwezig zijn. Gebruik enkel originele Spirax-Sarco wisselstukken. Hergebruik nooit een gebruikte dichting. Beschermkledij Verifieer en evalueer of beschermende kledij noodzakelijk is tegen gevaren zoals contact met chemicaliën, extreem hoge en/of lage temperaturen, straling, lawaai, vallende objecten en aantasting van ogen en aangezicht. Werkvergunningen Alle werkzaamheden moeten uitgevoerd en/of gesuperviseerd worden door een terzake bevoegd persoon. Monteurs en operatoren moeten opgeleid worden in het correct gebruik van het product aan de hand van de installatieen onderhoudsvoorschriften. Indien vereist moet een werkvergunning aangevraagd en verstrekt worden. De procedures van deze werkvergunning moeten strikt opgevolgd worden. Indien een werkvergunning niet vereist is, wordt er aanbevolen een verantwoordelijk persoon aan te duiden die op de hoogte is van de installatie, geassisteerd indien nodig door een veiligheidspersoon. Indien nodig moeten er ook waarschuwingspanelen geplaatst worden. Behandeling Manuele behandeling van grote en/of zware producten kan tot kwetsuren leiden. Opheffen, duwen, trekken, dragen en/of steunen van een last met het lichaam is zeer belastend en dus potentieel gevaarlijk voor de rug. Evalueer het risico op kwetsuren door rekening te houden met de aard van het werk, de uitvoerder, de grootte van de last en de werkomgeving. Gebruik een werkmethode die aangepast is aan al deze omstandigheden. Restgevaar Het oppervlak van een product kan, na buiten dienst stelling, nog gedurende lange tijd zeer heet blijven. Indien deze producten gebruikt worden op hun maximum werktemperatuur, kan deze oppervlaktetemperatuur oplopen tot 500 C. Hou er rekening mee dat sommige producten bij demontage niet volledig leeglopen, en er dus nog hete vloeistof kan in achterblijven (zie Installatieen onderhoudsinstructies). Vorstgevaar Voorzorgsmaatregelen tegen vorstgevaar moeten genomen worden bij producten die niet volledig vloeistofvrij zijn bij stilstanden of periodes van lage belasting. Verschroting Tenzij anders vermeld in de Installatie- en Onderhoudsinstructies, zijn deze producten volledig recycleerbaar, en kunnen zonder gevaar voor milieuvervuiling opgenomen worden in het recyclagecircuit. Terugsturen van producten Klanten en voortverkopers worden eraan herinnerd dat, volgens de milieuwetgeving, teruggestuurde producten moeten vergezeld worden van informatie aangaande de mogelijke gevaarlijke residuen in de producten en de te nemen voorzorgsmaatregelen. Deze informatie moet schriftelijk de producten vergezellen, en alle nodige gezondheids- en veiligheidsgegevens bevatten van de gevaarlijke of potentieel gevaarlijke substanties. SPIRAX-SARCO N.V. Industriepark 5 B 9052 ZWIJNAARDE IM-P068-24 / ST-BEn-05 HRG 665 46 Tel. +32 (0)9 244 67 10 Fax +32 (0)9 244 67 20-8 / 8 - BE 0400.104.610 info@be.spiraxsarco.com www.spirax.sarco.com/be