Pijnbestrijding bij kanker



Vergelijkbare documenten
Pijnbestrijding bij kanker

Pijnbestrijding bij kanker

Fentanyl Matrix PCH. Patiëntinformatie. Minder pijn, een beter gevoel! Bel gratis

Hydroxychloroquine (Plaquenil)

REUMATOLOGIE. Leflunomide. (Arava ) BEHANDELING

Dagopname pijnbehandeling

LONGGENEESKUNDE. Dagboek bloedneuzen

REUMATOLOGIE. Prednison. (corticosteroïden) BEHANDELING

Behandeling met Iloprost (Ilomedine )

RF-blokkade van het ganglion sfenopalatinum

Sacro-iliacale blokkade met corticosteroïden

De verzorging van uw colostoma

INTENSIVE CARE Nazorg Intensive Care

Pijnmeting. Hulpmiddel bij pijnbestrijding

Pijnstilling na bezoek Spoedeisende Hulp

PIJNBESTRIJDING. RF-discusbehandeling BEHANDELING

Telemetrie op de verpleegafdeling

Ruggenprik in Dagbehandeling

REUMATOLOGIE. Azathioprine. (imuran ) BEHANDELING

Pijnbestrijding bij kanker

INTERNE GENEESKUNDE. De diabetesverpleegkundige

REUMATOLOGIE. Sulfasalazine. (Salazopyrine ) BEHANDELING

Ingegroeide teennagel

INTERNE GENEESKUNDE. Dorstproef ONDERZOEK

Workshop uiterlijke verzorging. voor mensen met kanker

ANESTHESIOLOGIE. Bloedpatch. Na een ruggenprik BEHANDELING

REUMATOLOGIE. Neoral BEHANDELING

CHIRURGIE. Het verpleegkundig spreekuur Chirurgie

UROLOGIE. Nefrostomiekatheter BEHANDELING

Behandeling met rituximab (MabThera ) bij reumatoïde artritis

Operatie aan de voorhuid bij uw kind

Scan van de werking van het bijniermerg

KINDERGENEESKUNDE. Koortsstuipen KINDEREN

PIJNBESTRIJDING. Caudale blokkade BEHANDELING

EEG na slaapdeprivatie

Blokkade van de plexus coeliacus

LONGGENEESKUNDE. Cyclofosfamidekuur BEHANDELING

St. Antonius Ziekenhuis

Ruggenprik tijdens opname

KLINISCHE NEUROFYSIOLOGIE EEG. (Electro-encefalogram) ONDERZOEK

Instructies en leefregels voor thuis

NUCLEAIRE GENEESKUNDE. Renografie ONDERZOEK

Onderzoek naar contactallergieën

Behandeling met tocilizumab (RoActemra )

Behandeling met adalimumab (Humira )

Locale infiltratie met corticosteroïden

Epidurale injectie met corticosteroïden

Wat te doen na een neuscorrectie

NUCLEAIRE GENEESKUNDE. Radiosynoviorthesis. Behandeling van chronische gewrichtsontstekingen BEHANDELING

INTERNE GENEESKUNDE. Aderlating BEHANDELING

ONGEVALLENCHIRURGIE/SPOEDEISENDE HULP. Gipsverband BEHANDELING

Behandeling met zoledroninezuur

DERMATOLOGIE. Dagbehandeling BEHANDELING

Adviezen voor na uw ontslag

INTERNE GENEESKUNDE. Fabels en Feiten over morfine en andere opioïden

Behandelprogramma Moeheid bij MS

Behandeling met etanercept (Enbrel )

Wondbehandeling met vacuümsysteem

Scan van de nieren na injectie met radioactieve stof

Het meten van pijn. Pijnintensiteit aangeven op een schaal

REUMATOLOGIE. Goudinjecties. (Tauredon = Aurothiomalaat) BEHANDELING

De verzorging van uw ileostoma

CHIRURGIE/PLASTISCHE CHIRURGIE. Haperende vinger BEHANDELING

St. Antonius Slaapcentrum

Wortelblokkade met corticosteroïden

Het toedienen van Fraxiparine - injecties

St. Antonius Ziekenhuis

Niet ingedaalde balletjes

De verzorging van uw urinestoma

RADIOLOGIE. Dunne-darmfoto ONDERZOEK

RADIOLOGIE. Botdichtheidsmeting ONDERZOEK

Desensibilisatie bij insectengifallergie

Het meten van pijn. Pijnintensiteit, behandelingseffect en meetinstrumenten

PIJNBESTRIJDING. De poli Pijnbestrijding

Behandeling van een hamerteen (dagopname)

Webspreekuur. Wat is het? Voordelen

UROLOGIE. Niersteenvergruizing BEHANDELING

Behandeling met Strontium-89-chloride of Samarium-153-lexidronam

Saunder s plastiek en Argonplasma

Verwijderen van huidafwijkingen

Interne Geneeskunde. Eerste bezoek Nefrologie/ Vasculaire Geneeskunde

Identificatieplicht en Burger Service Nummer (BSN)

DERMATOLOGIE. De priktest ONDERZOEK

Röntgenfoto baarmoeder en eileiders Hysterosalpingografie

Het gebruik van Isordil en Nitroglycerine Spray

Richtlijnen na een halsslagaderoperatie

RF-blokkade bij aangezichtspijn

Behandeling met Iloprost

pijnbestrijding na uw opname

PIJNBESTRIJDING. Proefblokkade BEHANDELING

ST. ANTONIUS SPATADERCENTRUM. Spataderbehandeling. Flebectomie volgens Müller BEHANDELING

ST. ANTONIUS KANKERCENTRUM. Wel of niet reanimeren in het St. Antonius Kankercentrum

Oorcorrectie bij kinderen Dagopname

Oefeningen tijdens gebruik van de Achillotrain

LONGFUNCTIE-ONDERZOEK. Ergometrie. fietstest ONDERZOEK

KLINISCHE CHEMIE. Urinezuur in urine ONDERZOEK

Verwijderen van huidafwijkingen

Schildklierscan met jodium

Lichttherapie bij huidaandoeningen

GIPSKAMER. De bovenarmbrace BEHANDELING

Transcriptie:

INTERNE GENEESKUNDE Pijnbestrijding bij kanker met morfinepleisters BEHANDELING

Pijnbestrijding bij kanker U wordt in het St. Antonius Ziekenhuis behandeld voor kanker. Ten gevolge van de kanker heeft u last van pijn en hiervoor gebruikt u oxycodon. Wanneer de oxycodontabletten bijwerkingen geven, u langdurig oxycodontabletten moet gebruiken of de dosering te hoog is, kan uw behandelend arts u voorstellen over te gaan op morfinepleisters (Durogesic pleisters). Deze folder geeft informatie over morfinepleisters en informeert u over het omzetschema van oxycodon naar morfinepleisters. De folder is een aanvulling op de folder Pijnbestrijding bij kanker met oxycodon. De pleister Durogesic De Durogesic pleister bevat fentanyl, een morfineachtige stof die helpt de pijn te verminderen. Via uw huid wordt deze stof (met een langzame afgifte) constant en gelijkmatig aan uw lichaam afgegeven. Als u de pleister heeft opgeplakt kunt u na 8 tot 12 uur resultaat verwachten (de pijn vermindert). Omdat het even duurt voordat de pleister werkt adviseert uw behandelend arts meestal bij de overgang naar de Durogesic pleister tijdelijk nog andere pijnmedicatie te gebruiken. Bij de meeste patiënten moet de pleister één keer in de drie dagen (72 uur) vervangen worden. Bijwerkingen Als u voor het eerst een pijnpleister gebruikt kunnen er bijwerkingen optreden. Deze bijwerkingen zijn: sufheid; slaperigheid of een licht gevoel in het hoofd; misselijkheid; droge mond; verstopping van de darmen (obstipatie). Meestal zijn deze bijwerkingen tijdelijk, behalve de verstopping. Uw arts schrijft u laxeermiddelen voor, die u zonodig kunt gebruiken. Mocht u ondanks het gebruik van deze laxeermiddelen toch last krijgen van verstopping, meldt dit dan bij uw behandelend arts. 1

Hebt u last van bijwerkingen? Vertel dit dan altijd aan uw (huis)arts. Meestal kan er iets aan worden gedaan. Soms is het bijvoorbeeld nodig om de dosering aan te passen. Omzetschema Hieronder vindt u het schema voor het omzetten van de oxydocontabletten - Oxy- Contin (gereguleerde afgifte) naar de Durogesic pleisters. Omzetting van 2 x daags mg oxycodon - Oxycontin (gereguleerde afgifte) naar Durogesic pleister microgr/uur. Dag 1: 2 x daags mg oxycodon - Oxycontin (gereguleerde afgifte). Dag 2: Start Durogesic pleister microgr/uur en 2 x daags mg oxycodon - Oxycontin (gereguleerde afgifte). Dit is 2/3 van dag dosis van dag 1. Dag 3: Durogesic pleister microgr/ uur (dit is nog dezelfde pleister als op dag 2) en 2 x daags mg oxycodon - Oxycontin (gereguleerde afgifte). Dit is de helft van de dagdosis van dag 2. Dag 4: Alleen de Durogesic pleister microgr/uur (dit is nog dezelfde pleister als op dag 2 en 3). Dag 5: U plakt een nieuwe Durogesic pleister microgr/uur. Naast uw Durogesic pleister van 12, 25, 50, 75 of 100 microgr/uur mag u bij doorbraakpijn. x daags 5 mg oxycodon - Oxy- Norm (snelle afgifte) extra innemen x daags 10 mg oxycodon - Oxy- Norm (snelle afgifte) extra innemen. Medicatie voor doorbraakpijn kan ook preventief gegeven worden voorafgaande aan bepaalde bewegingen of activiteiten, waarvan bekend is dat u daar pijn van krijgt. U neemt dan 1 tablet 5 mg oxycodon - Oxynorm (snelle afgifte) extra, 20 minuten voorafgaand aan deze activiteiten. Vastplakken pleister Hieronder kunt u lezen waar u op moet letten bij het opplakken van de pleister. 1. Bedenk waar u de pleister wilt opplakken. Meestal wordt de pleister op het bovenlichaam of de bovenarm geplakt. U mag de pleister niet op een beschadigde huid (wondjes) of op een geïrriteerd deel van de huid plakken. Plak de pleister ook niet op een rimpelige huid omdat de pleister dan sneller loslaat. Hoe gladder de huid, hoe beter het contact tussen pleister en huid waardoor de huid het medicijn voldoende kan opnemen. Als u op de plakplaats (borst)haren 2

heeft, knip deze dan af. Knippen is beter dan scheren, want scheren irriteert de huid. 3. Als u last heeft van zweten of koorts, plak de pleister dan op de bovenarm en plak deze eventueel met een doorzichtige pleister extra vast. Deze doorzichtige pleisters kunt u bij uw apotheek krijgen. 2. Zorg dat uw huid op de plek waar u de pleister wilt plakken schoon en vooral goed droog is. Was de plakplaats van tevoren niet met zeep, maar spoel alleen af met water. Gebruik ook geen zalven of crèmes op de plek waar u de pleister wilt opplakken. 4. Open de kinderveilige verpakking volgens de instructies op het zakje. 5. De pleister zit vastgeplakt op een grotere laag beschermfolie. Om de pleister makkelijk van de beschermfolie af te kunnen halen is de folie s-vormig gesneden. 3

6. Trek de beschermfolie van de achterkant van de pleister af. Houd de pleister alleen aan de rand vast. 9. U mag met de pleister douchen of uzelf wassen. Zorg er wel voor dat de pleister niet loslaat. Als u een bad neemt, let dan op dat het water op lichaamstemperatuur is (37 C). Te heet water kan ervoor zorgen dat er meer van de stof fentanyl (Durogesic ) vrij komt. 7. Plak de pleister op de huid. Na het opplakken drukt u de pleister 30 seconden stevig vast met de vlakke hand. Zorg ook dat alle randjes goed vastzitten. 10. Na drie dagen (of anders op advies van de arts) moet u de pleister eraf halen. Eventuele lijmresten kunt het makkelijkst verwijderen met een watje met wat babyolie. 8. Als u twee of meer pleisters gebruikt voor de pijn, plak deze dan niet tegen elkaar aan. Laat een ruimte van ongeveer drie millimeter afstand tussen de pleisters. U voorkomt daarmee dat de pleisters over elkaar schuiven en zo een blaar veroorzaken. U mag de pleisters ook op verschillende plaatsen op uw lichaam plakken. 11. Na het verwijderen van de oude pleister kunt u een nieuwe pleister opplakken. Plak de nieuwe pleister op een andere geschikte plaats op de huid (dus niet op dezelfde plek). 4

14. Als de pleister helemaal of gedeeltelijk loslaat, dan moet u de pleister verwijderen en een nieuwe pleister opplakken. Een loszittende pleister droogt snel uit en werkt dan niet goed meer. Volg voor het opplakken van een nieuwe pleister dezelfde stappen als bij het vervangen van een pleister. 12. Als u meerdere pleisters gebruikt, is het belangrijk dat u deze altijd tegelijkertijd vervangt. U voorkomt daarmee verwarring en garandeert zo de constante opname van het medicijn. 13. Vouw de pleister na het verwijderen dubbel met de kleeflaag naar binnen. Dan kan de pleister niet meer gebruikt worden. Bewaar de gebruikte pleister in een zakje in de doos. Gebruikte pleisters zijn klein chemisch afval. Aanvullende medicijnen Soms krijgt u ook andere medicijnen voorgeschreven die eigenlijk geen pijnstillers zijn, maar in combinatie met pijnstillers wel goed kunnen helpen. Dit zijn bijvoorbeeld antidepressiva (gewoonlijk gebruikt tegen depressies, maar nu vanwege de pijn) en anti-epileptica (tegen vallende ziekte, maar nu vanwege de pijn). Deze medicijnen worden in dit geval voorgeschreven vanwege hun pijnstillende neveneffecten! Daarnaast zijn er middelen die bijvoorbeeld angst verminderen, uw verdriet en gevoelens van onrust temperen of u helpen beter te slapen. Ze kunnen uw leven wat aangenamer maken. 5

Tot slot Uw arts heeft u op een eerder moment instructie gegeven wat u moet doen als de pijn op korte termijn niet afneemt. Mocht de pijn thuis onhoudbaar worden of slecht te verdragen, neem dan contact op met uw arts. De arts is overdag te bereiken via het secretariaat van de poli Interne Geneeskunde/Hematologie/ Oncologie, s avonds en s nachts via de afdeling Spoedeisende Hulp. Leg de secretaresse duidelijk uit 1. dat u kanker hebt; 2. dat u pijn hebt; 3. dat de voorgeschreven pijnstilling onvoldoende helpt. Het is handig als u uw (7-cijferige) patiëntennummer bij de hand hebt en doorgeeft. U vindt uw patiëntennummer op uw afsprakenkaart. Ook als u vragen hebt kunt u contact opnemen met het secretariaat van de poli Interne Geneeskunde/Hematologie/Oncologie. U vindt het telefoonnummer in het adreskader achterin deze folder. Bron: Patiënteninformatie Durogesic 6

St. Antonius Ziekenhuis T 088-320 30 00 E patienteninformatie@antoniusziekenhuis.nl www.antoniusziekenhuis.nl Spoedeisende Hulp 088-320 33 00 Interne Geneeskunde 088-320 47 00 Locaties en bezoekadressen Ziekenhuizen St. Antonius Ziekenhuis Utrecht Soestwetering 1, Utrecht (Leidsche Rijn) Poliklinieken St. Antonius Polikliniek Utrecht Overvecht Neckardreef 6, Utrecht St. Antonius Ziekenhuis Nieuwegein Koekoekslaan 1, Nieuwegein St. Antonius Polikliniek Houten Hofspoor 2, Houten St. Antonius Spatadercentrum Utrecht-De Meern Van Lawick van Pabstlaan 12, De Meern 7

Meer weten? Ga naar www.antoniusziekenhuis.nl Dit is een uitgave van St. Antonius Ziekenhuis INT 33/05-13