Kwaliteit eindproduct. waarmee de markt zich niet dagelijks bezighoudt. Ook is een certificatieregeling

Vergelijkbare documenten
BRL6000 Installatietechniek

Presentatie Workshop. Borging en registratie van kwaliteit - Welke instrumenten hebben we nodig? Rotterdam, 3 juli W.

Positie van BRL s bij certificering van bedrijven. Wil van Ophem. Nationaal Congres Warmtepompen te Ede, 23 mei Presentatie vandaag

BRL 9500 Deel

Roadmap CO-certificering. In heldere stappen voldoen aan de nieuwe CO-certificering

BRL 9500 Deel

Certificering voor ontwerpen, installeren en beheren van installaties conform BRL6000

BRL s. drs. ir. T. (Ton) van Oostwaard. Presentatie Workshop BRL /

Hieronder vind u onze bevindingen. Ter verduidelijking zijn de meest relevante onderdelen van wetsteksten in kaders toegevoegd.

KBI. Vergelijkingsdocument BRL6001-BRL6000

Kwaliteitsborging. Voorkomen van installatiefouten leidt tot hoog rendement zonnepanelen

NEN 1010:2015. Stellingen

Veelgestelde vragen BRL9500

BRL 9500 Deel

BRL 6000 Deel

Wat certificatie voor u betekent.

Certificering voor Energieprestatieadvisering. conform BRL9500 voor woningen en utiliteitsgebouwen

2 drs. G.J. Zoetbrood. E R.C. Verhagen. KOMO INSTAL procescertificaat

, J.B.J. Luttikhold. 2 drs. G.J. Zoetbrood. KOMO INSTAL procescertificaat. 4-Elements Systeemtechniek. Besluit bodemkwaliteit

Kwaliteitsborging in de vernieuwde erkenningsregelingen Fred Vos UNETO-VNI Marco Hofman ISSO

, J.B.J. Luttikhold. j B.T.M. Holtus. KOMO INSTAL procescertificaat. Hoppenbrouwers Techniek B.V. INSTAL. Besluit bodemkwaliteit

Waar moeten instrumenten voor kwaliteitsborging aan voldoen? Hajé van Egmond

Wat betekent het Wijzigingsbesluit bodemenergiesystemen voor uw bedrijf? Stappenplan voor uw certificering en erkenning voor bodemenergiesystemen

Nummer: K pag. 1 van 6

KOMO betekent kwaliteit voor de bouw. Maar CE-markering dan? ir. Ger J.M. Mars Stichting Bouwkwaliteit

versie: mei 2014 over onze certificaten doen we graag n boekje open

Borgen Kwaliteit van opleidingen & examinering

KOMO INSTAL. Electrasluis B.V. Bouwbesluit. Procescertificaat

Elektro-Technisch Installatiebedrijf Leerkes B.V.

1. Voor welke deelregelingen wilt u zich certificeren?

Kiwa N.V. 3/12/14. Roy Senden. Partner for progress

KOMO INSTAL. Van Haren Installaties B.V. Besluit bodemkwaliteit

BRL 6000 Deel

Wijzigingsblad BRL 4702

Certificering: Workshop hoe werkt dat? Regionale Bodemdagen Ketenhandhaving 2010 door SIKB en CI (Kiwa-Intron-Eerland)

Besluitenlijst CCvD-bijeenkomst , schriftelijk vastgesteld d.d

NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN. voor het KOMO -, respectievelijk het NL-EPBD -procescertificaat voor ENERGIEPRESTATIEADVISERING BIJZONDER DEEL

Zonnekeur - Installateur -

Verbetering kwaliteitsborging

Nummer K82701/03 Vervangt K82701/02. Uitgegeven D.d Geldig tot Pagina 1 van 5. Elektrotechnisch Bureau Verweij B.V.

INSTITUUTvoorBOUWKWALITEIT EIT. Het nieuwe stelsel in een notendop. Harry Nieman Hajé van Egmond

Certificering Legionellapreventie

BRL 9500 Deel

NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN. voor het KOMO -, respectievelijk het NL-EPBD -procescertificaat voor ENERGIEPRESTATIEADVISERING BIJZONDER DEEL

BRL 9500 Deel

BRL 9500 Deel 06 concept

Wijzigingsblad BRL 5023 d.d

Kwaliteitsborging: 100% verantwoordelijk voor wat je doet! Harry Nieman Kwartiermaker/docent 8 februari 2018

KOMO INSTAL Procescertificaat K83203/03

NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN. voor het KOMO -, respectievelijk het NL-EPBD -procescertificaat voor ENERGIEPRESTATIEADVISERING BIJZONDER DEEL

Gecontroleerde En gegarandeerde

FedEC Certificaat Kwaliteits Borging EPA-U

Boren en bodemenergie: goed bezig!

2 drs. G.J. Zoetbrood. ) R.H. Hoveijn. KOMO INSTAL procescertificaat. Brusche Elektrotechniek. Bouwbesluit. Geïnstalleerd In bouwwerk

Datum Oktober 2017 GASTEC QA ALGEMENE EISEN

INSTITUUTvoorBOUWKWALITEIT

BRL 6000 Deel

DEKRA Certification B.V. Marco Erdhuizen Ex Certification Manager SHAPING THE FUTURE

Enkele type certificaten: Procescertificaat NL-BSB en KOMO certificaat Productcertificaat Systeemcertificaat Certificaat van vakbekwaamheid

Kwaliteitsborging voor het bouwen VNAB Visie Event

WIJZIGINGSBLAD BRL 1332 Het thermisch isoleren met een in situ spraysysteem van polyurethaanschuim. Pagina 1 van 5 d.d

Wijzigingsblad BRL 7700

4. De toetsing vindt of individueel (per systeem of schema) plaats of breder (per sector, groep, formule).

SECTOR VOORZICHTIG POSITIEF OVER BRL-CERTIFICERING VOOR BODEMENERGIESYSTEMEN

De kansen en bedreigingen van kwaliteitsborging

Belangrijke aspecten van een wettelijke regeling zijn in de opinie van Sterkin:

BEOORDELINGSRICHTLIJN voor het HortiQ kwaliteitssysteemcertificaat voor BEDRIJVEN IN DE KASSENBOUWSECTOR

KvINL. Wijzigingsblad d.d. 1 augustus 2015 bij BRL 9500, deel 00 ENERGIEPRESTATIEADVISERING, ALGEMEEN DEEL

L I G T H A R T A D V I E S 1

Themaochtend zonne-energie

) R.H. Hoveijn. 2 drs. G.J. Zoetbrood. KOMO INSTAL procescertificaat. Tabak Installatietechniek. Bouwbesluit. Geïnstalleerd In bouwwerk

Sjablonen voor kwaliteitsdocumenten

Vakbekwaamheidseisen en -bewijzen in het kader van procescertificering voor het ontwerpen, installeren en beheren van gebouwinstallaties

CE en KOMO. Resultaten CE werkgroep. Ton van Beek IKOB-BKB Voorzitter CE-werkgroep

Bevordering naleving Ventilatie en EPC regels. Verslag uitgevoerde activiteiten Datum 13 december 2010 Status Definitief

Tweede Kamer der Staten-Generaal

een veilig gevoel: dat wil toch iedereen?

2 drs. G.J. Zoetbrood. , J.B.J. Luttikhold. KOMO INSTAL procescertificaat. Bucas Installatiebedrijven B.V. Bouwbesluit. Geïnstalleerd In bouwwerk

Wijzigingsblad BRL 0503

PERSOONSCERTIFICATIE AANSTOOT OF PRIKKEL?

Preview van het niet-opgemaakte artikel dat op 2 oktober in de Enervision en op verschijnt.

CONTROLEPLAN gasinstallaties. Over dit controleplan

Energielabels Inhoudelijke gevolgen van de overgang naar de nieuwe BRL 9500, d.d

CE en KOMO. Maximale bouwkwaliteit

BRL 6000 Deel

NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN. voor het KOMO -, respectievelijk het NL-EPBD -procescertificaat voor ENERGIEPRESTATIEADVISERING BIJZONDER DEEL

Welkom bij het AAIZOO symposium 25 oktober 2014 in Doorn

Voorziene stelselwijziging in de bouw. en verzekerde kwaliteit voor bronbemaling?? Platform Bronbemalen BOUWTOETS BOUWTOETS

NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN. voor het KOMO -, respectievelijk het NL-EPBD -procescertificaat voor ENERGIEPRESTATIEADVISERING BIJZONDER DEEL

App asbestproces v 2.0. Jan Horyon 21 mei 2015

BRL 9500 Deel oktober 2016

) R.H. Hoveijn. 2 drs. G.J. Zoetbrood. KOMO INSTAL procescertificaat. Klimax Installatie Services B.V. h.o.d.n. Klimax Installatiebedrijven

BRL 9500 Deel 00 NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN. voor het KOMO -, respectievelijk het NL-EPBD -procescertificaat voor ENERGIEPRESTATIEADVISERING

De volgende stap naar certificering!

2 drs. G.J. Zoetbrood. , J.B.J. Luttikhold. KOMO INSTAL procescertificaat. Heijmans Utiliteit. Bouwbesluit. Geïnstalleerd In bouwwerk

BRL 7700 regelgeving nu en in de toekomst. 15 mei 2017

Ambitieus & enthousiast!

Uitgangspunt 1: technische toets bevoegd gezag na bouw en voor ingebruikname. Omgevingsvergunning vooraf zonder technische toets

Transcriptie:

Opzet en uitwerking van nieuwe Komo-Instal certificering Kwaliteit eindproduct Sinds december 2000 zijn de Komo-Instal procescertificaten in omloop. Eind deze maand brengt de Stichting KBI volledig aangepaste beoordelingsrichtlijnen (BRL s) naar buiten en kunnen de eerste bedrijven volgens de nieuwe systematiek een certificatie aanvragen. Niet de persoon of het bedrijf moet bij certificering volgens Komo-Instal aan hoge kwaliteitseisen voldoen, maar het eindproduct. Meer dan voorheen is de kwaliteit van het uitgevoerde installatiewerk tijdens de audits de belangrijkste graadmeter. Markt Tekst Will Scheffer, Rob van Mil Fotografie: Rob Niemantsverdriet Intech: Op dit moment zijn er in de installatiebranche voor de aanleg van gas, water en elektriciteit verschillende mogelijkheden: niet-erkende bedrijven, Sterkin-erkende bedrijven, Uneto-VNI oftewel SEI-erkende bedrijven en Komo-Instal gecertificeerde bedrijven. Begrijpt de markt het verschil nog, en ook wat het verschil is tussen erkenningen en certificering? Richard Meijburg, Kiwa: Ik denk dat voor heel veel opdrachtgevers het begrijpen en doorgronden van deze regelingen heel moeilijk is. De regelingen zijn allemaal op verschillende momenten ontstaan en worden door verschillende organisaties uitgevoerd. Ook zijn de certificatieschema s allemaal anders. En de installatiebedrijven die zo n certificatie aanvragen, zijn ook niet allemaal even transparant over wat ze nu precies met de certificering willen en welke betekenis zij eraan geven. Daarnaast is certificatie een moeilijk onderwerp, waarmee de markt zich niet dagelijks bezighoudt. Ook is een certificatieregeling vaak niet eenvoudig uit te leggen aan partijen die het zouden moeten snappen. Harm van den Oever, Uneto-VNI: Al die regelingen zijn hoogst verwarrend. Wij zijn dan ook geen voorstander van particuliere erkenningsregelingen. Maar zij zijn onontkoombaar. Wij als brancheorganisatie zien het liefst één regeling, waarbij wij de voorkeur geven aan Komo-Instal, een regeling die door de wetgever in ons land wordt erkend. Bedrijven die aan deze regeling voldoen, hebben ten minste de zekerheid dat de kwaliteit van hun werk rechtsgeldigheid heeft. En dat is uiteindelijk waar het, zeker in de toekomst, om zal draaien. Cas Hordijk, Trijselaar Vermeer: De verwarring kom je in de dagelijkse praktijk wel tegen, al letten onze opdrachtgevers over het algemeen bouwkundige aannemers niet zo op certificaten. Maar een erkenning, die vooral op een persoon van toepassing is, is voor een aannemer zeker niet belangrijk. Wel zie ik langzaam maar zeker het aantal opdrachtgevers groeien dat vraagt naar een certificering volgens Komo-Instal of ISO. Het voldoen aan een beoordelingsrichtlijn (BRL) geeft in dat opzicht toch meer status. Coos Schouten, J&P Schouten Installatietechniek: Als directeur vind ik het kwaliteitssysteem volgens Komo-Instal belangrijk. Maar de markt vraagt er nauwelijks om. Toevallig kwam ik de laatste tijd een enkele keer in een bestek de vraag naar certificering volgens Komo-Instal tegen. Maar ik weet zeker dat ik, als ik geen Komo-Instal zou hebben maar wel de laagste prijs, toch die opdracht zou krijgen. De verwarring is ook groot binnen ons bedrijf. Mijn medewerkers weten gewoon niet goed hoe het zit met de vele certificaten en erkenningen en hoe we ons daarin moeten opstellen. De Sterkin-erkenningen heb ik opgezegd ik doe daar even helemaal niets meer mee. Paul Jansen, Stichting Bouwkwaliteit: In een tijd waarin de overheid hamert op deregulering zul je je als branche moeten afvragen of je zoveel regelingen nog wel in stand wilt houden. In elk geval zijn al die verschillende regelingen en aparte certificaten in tegenspraak met het overheidsbeleid. Tegelijk wil een bedrijf in de installatiesector kunnen aantonen dat het werkzaamheden uitvoert die aan de bouwregelgeving voldoen. Als er dan, zoals in de installatiesector, meerdere erkenningsregelingen zijn, kan dat verwarrend werken. In principe mogen alle erken- 48 oktober 2005 intech

wordt doorslaggevend ningsregelingen hun eisen zodanig opstellen dat de bedrijven die eraan voldoen, kunnen claimen dat hun werk aan het Bouwbesluit voldoet. Maar op dit moment geeft alleen de certificering volgens Komo-Instal ook daadwerkelijk een wettelijk erkende kwaliteitsverklaring; een installatiebedrijf dat voldoet aan Komo-Instal levert werk dat aan het Bouwbesluit voldoet. Het verschil is dat Komo-Instal door de minister erkend is, terwijl alle andere erkenningsregelingen uit onderlinge afspraken bestaan. Certificering volgens Komo-Instal wordt daarom door onafhankelijke, externe partijen gecontroleerd. Intech: De Woningwet vereist kwalitatief goede gebouwen. Maar daarvoor zijn volgens de wet niet noodzakelijk goed opgeleide vakmensen nodig. Hoe zit het dan met de opleidingseisen bij certificering volgens Komo-Instal? Jaap Hogeling, Stichting KBI: Dat is inderdaad de reden dat we in de nieuwe beoordelingsrichtlijnen, die eind dit jaar van kracht worden, geen eisen meer stellen aan opleidingseisen van de medewerkers in een installatiebedrijf. Het is aan de certificatieinstellingen die de audits verzorgen om in overleg met de directie van het installatiebedrijf een inschatting te maken of het kennisniveau in het installatiebedrijf voldoende is. De expliciete eisen komen niet in de BRL s voor, omdat het college van deskundigen vindt dat ook zeer ervaren mensen of mensen die permanent aan bijscholing doen op een bepaald moment voldoende kennis en kunde in huis hebben om een eindproduct te realiseren, waarvan het kwaliteitsniveau hoog genoeg is. Het Komo-Instal certificeringssysteem richt zich daarom op het beoordelen van het eindproduct van het gecertificeerde bedrijf. Een onafhankelijke derde, een certificatie-instelling, moet daarover een uitspraak doen zodat er, zoals dat heet, een gerechtvaardigd vertrouwen bestaat in de producten en diensten van dit bedrijf. Schouten: De BRL s waarmee wij in ons bedrijf werkten, stellen eisen aan een zogeheten technisch beheerder. Als die eisen nu uit de nieuwe BRL s verdwijnen, zou ik dat een slechte zaak vinden. Voor de technisch beheerders konden we, op basis van die BRL s, leerdoelen vaststellen. Alleen al om die reden zou ik ervoor pleiten vast te houden aan opleidingseisen. Zo kun je garanderen dat er binnen een bedrijf voldoende vakkennis aanwezig blijft. Ik zorg er bijvoorbeeld altijd voor dat de technische beheerders op de hoogte blijven van nieuwe Isso-publicaties, door hen opfriscursussen te laten volgen. De motivatie hiervoor kan wel eens verdwijnen als je in de BRL s niet meer op opleidingseisen toetst. Meijburg: Als certificatie-instellingen hebben wij bij het aanpassen van de BRL s ook kritiek geleverd op het verdwijnen van de technisch beheerder en de opleidingseisen. Het wordt bij audits minder makkelijk te toetsen of binnen een bedrijf voldoende kennis en kunde aanwezig zijn om een kwalitatief goed eindproduct af te leveren. Daarom zullen wij tijdens audits meer aandacht moeten schenken aan de output en dat betekent dat er meer controles nodig zijn van de installaties die de bedrijven maken. Hordijk: Op zichzelf vind ik het een goed uitgangspunt dat, bij de controle van de kwaliteit van het werk, niet het opleidingsniveau van het personeel binnen een bedrijf bepalend is. Een opleiding is slechts een stuk gereedschap en, zoals bij alle soorten gereedschap, is de kwaliteit ervan volledig afhankelijk van de wijze waarop je het gebruikt. Aan de andere kant vind ik dat een BRL toch ook moet waarborgen dat binnen een be- intech oktober 2005 49

De tendens is dat wij naar een volledig Komo-gecertificeerde bouwvergunning toegaan Harm van den Oever, hoofd beleidsontwikkeling Uneto-VNI. drijf een bepaald kennisniveau aanwezig is. Ik ben het eens als men stelt dat voor het kennisniveau van de uitvoerders geen permanente toetsing nodig is. Zij kunnen hun kennis in de praktijk op niveau houden. Maar van de ontwerpers mag je toch wel eisen dat zij de ontwikkelingen in hun vak op een of andere manier bijhouden. Het meest voor de hand liggend is dat we via de BRL de ontwikkeling van hun kennisniveau op de een of andere manier in de gaten houden. Meijburg: Wij waren dan ook erg tevreden met de oude BRL s die voorschreven welke kennis nodig is om bepaalde werkzaamheden uit te voeren. Daarmee moest een installateur, zoals Coos Schouten zegt, zijn mensen bepaalde opleidingen laten volgen, zodat die kennis in elk geval in zijn bedrijf aanwezig is. Nu we die opleidingseisen verlaten, betekent dat, en ik zeg het nog maar een keer, dat er veel meer nadruk komt te liggen bij de controle van de output, het eindproduct. Hogeling: Het stellen van kenniseisen, maar ook het opzetten en onderhouden van een systeem, waarin je de competenties van mensen moet rangschikken, is echt heel complex. En in de nieuwe systematiek van de beoordelingsrichtlijnen voor Komo-Instal, die wij vanaf eind dit jaar invoeren, beginnen we al meteen met zestien verschillende deelgebieden die binnen de nieuwe BRL 6000 worden onderscheiden. Dat aantal zal in de loop der jaren ongetwijfeld verder groeien. Als je voor al die BRL s steeds weer aparte kenniseisen moet vastleggen, vergt dat erg veel inspanningen bij vooral het onderhouden van de BRL s. Terwijl de wet helemaal niet om die opleidingseisen vraagt. Van den Oever: De Woningwet, en dat is toch de basis voor de Komo-Instal certificering, heeft geen enkele boodschap aan hoe goed opgeleid de Cas Hordijk, adviseur van Trijselaar Vermeer sanitair installatiebedrijf. mensen in de praktijk zijn. De wet vraagt om goede gebouwen. Dat vereist een omslag in ons denken, omdat wij natuurlijk van oudsher een systeem van persoonlijke erkenningen gewend zijn. Maar bij de grotere installatiebedrijven vormen die persoonlijke erkenningen al veel langer een obstakel. Zij zeggen, en naar mijn idee terecht, de vakkennis van een bepaalde discipline zit niet bij één persoon. De ontwerper, de uitvoerder, de monteur, de kwaliteitscontroleur, de man die de oplevering verzorgt. Het zijn allemaal losse schakels in een proces. Daarom willen zij op het hele proces en in elk geval op het eindproduct worden afgerekend en niet op de kennis bij één of twee personen. Hogeling: Daarom besteden we in de nieuwe BRL s meer aandacht aan het eindproduct, de installatie. Of dat expliciet of impliciet betekent dat de certificatie-instellingen tijdens audits meer tijd nodig hebben om projecten op de bouwplaats te bekijken, dat kan ik nu niet zeggen. Meijburg: Het uitgangspunt dat het proces op zichzelf bepalend is voor de certificering, dat geldt ook bij ISO 9000. Daarbij moet de auditor zelf ook veel nadrukkelijker bepalen, in samenspraak met de leiding van een bedrijf, of het bedrijf het vereiste kwaliteitsniveau haalt. Bij productcertificaten daarentegen zijn wel meer inhoudelijke eisen mogelijk. Ik weet dat bij de certificatieregelingen voor de installatie van buizen en kabels hele concrete eisen worden gesteld, ook aan de mensen die het uitvoeren. Volgens mij kan het dus wel. Jansen: Samenvattend moeten we vaststellen dat de nieuwe BRL s voor Komo-Instal meer output georiënteerd zullen zijn, waardoor dus minder nadruk ligt op opleidingseisen. De BRL s blijven daarmee in elk geval aansluiten op de eisen van de Woningwet, die vereist dat wij de kwaliteit van het eindproduct garanderen, en niets anders. Het is aan het College van Deskundigen of zij eisen willen stellen aan de persoon binnen een bedrijf. Los daarvan lijkt het mij vanzelfsprekend dat ondernemers werknemers inzetten die inhoudelijk ook gekwalificeerd zijn voor het werk dat ze doen. Schouten: Toch is dit voor mij niet concreet genoeg. Ik zou duidelijker willen weten waar wij aan toe zijn, als het gaat om de benodigde kennis. In de oude BRL s met daarin de voorschriften voor de technisch beheerder, was dit wel helder. Je werd eraan herinnerd dat je het kennisniveau in de organisatie op peil moest houden. Ook voor onze mensen was het overzichtelijk. Iedereen wist wie voor welk onderdeel verantwoordelijk is. Want uiteindelijk gaat het er in de uitvoering toch om wie zijn handtekening ergens onder kan zetten. Met die mate van simpelheid wil ik een systeem in mijn bedrijf. Hogeling: Als installateurs voor het intern kwaliteitshandboek behoefte hebben aan een overzicht op het gebied van competenties en kennis, dan kunnen wij dat natuurlijk verzorgen. Daarvoor zou de brancheorganisatie of Isso kunnen zorgen. Maar dat zal dan een apart document worden dat naast de BRL s komt te staan. Intech: Mag een opdrachtgever ervan uitgaan dat, zodra hij een installatiebedrijf inschakelt met een Komo-Instal certificaat, die installateur dan ook automatisch uitsluitend producten gebruikt die over een Komo-keur, of gelijkwaardig keurmerk (Kiwa, Kema, Gastec QA) beschikken? Schouten en Hordijk in koor: Ja, dat is vanzelfsprekend! Hordijk: Bij ons is het zelfs beleid dat wij in elk project een lijst bijhouden van producten die niet over zo n keurmerk beschikken, maar die voor de uitvoering van de werkzaamheden wel nodig zijn. Wij hebben bo- 50 oktober 2005 intech

Paul Jansen, directeur van de Stichting Bouwkwaliteit (SBK). vendien eigen controleurs binnen ons bedrijf die op de toepassing van gekeurde materialen toezien. Van den Oever: Het enige probleem hierbij is dat Komo inderdaad een wettelijk erkend, en dus door de minister geaccordeerd keurmerk is, terwijl dat feitelijk met het Kiwa- en Kema-keur niet zo is. De juridische status van de producten met deze keurmerken is dus niet dezelfde. Jansen: Feitelijk is dat juist, want Kiwa en Kema hebben het systeem waarmee zij producten keuren, nooit officieel ter goedkeuring aan de minister voorgelegd. In de praktijk is het wel geaccepteerd dat producten met Kiwa- en Kema-keur dezelfde status hebben. Vanaf volgend jaar zullen ook Kiwa- en Kema-keur, indien zij dat wensen, eenvoudiger onder de werking van het door de minister erkende stelsel kunnen vallen. Daarbij gaan wij langzaam maar zeker naar een soort van Komo-totaal projecten. Dit betekent dat zowel de gebruikte producten als het complete eindproduct, bijvoorbeeld een installatie, aan een Komo-keur moeten voldoen. Dat merk je bijvoorbeeld duidelijk aan de toegenomen vraag steeds grotere bouwdelen volgens Komo-keur te certificeren. Het einddoel kan zijn dat wij naar een volledig Komo-gecertificeerde bouwvergunning toegaan. Die ontwikkeling is helemaal niet meer zo ver weg. Van den Oever: Ik ben er ook van overtuigd dat wij die kant opgaan. Voor steeds meer opdrachtgevers, maar ook voor toezichthouders, is alleen het voldoen aan de bouwvergunning onvoldoende. Men wil dat uitvoerders ook de garantie geven dat zij voldoen aan de bouwvereisten, dus aan de regels uit de bouwwetgeving. Sterker nog, er ligt nu een wetsvoorstel bij de Tweede Kamer die de verplichting voorschrijft voor aannemers om aan de bouwvereisten te voldoen. Dit betekent dat bepaalde opdrachtgevers Richard Meijburg, lid managementteam Kiwa Certification and Inspection. straks niet meer om een installateur met Komo-Instal heen kunnen. Intech: Bent u het eens met de stelling dat Bouw en Woningtoezicht minder intensief toezicht hoeft te houden op bedrijven met een Komo-Instal certificaat en dat die bedrijven daarom meer ruimte hebben om innovatieve oplossingen aan te bieden? Jansen: Naarmate grotere delen van een bouwwerk Komo-gecertificeerd zijn, zal Bouw en Woningtoezicht vooral toezicht moeten houden op die projecten waarin iets nieuws wordt toegepast of nieuwe methoden worden gebruikt en waar het Komo-certificaat ontbreekt. Ook voor deze innovatieve technieken zullen we binnen de Komo-systematiek ruimte moeten maken. Bedrijven die over een Komo-Instal certificaat beschikken en bepaalde innovaties of nieuwe technieken willen toepassen, zullen de kwaliteit van die nieuwe technieken minder nadrukkelijk hoeven aan te tonen, mits zij binnen de scope van de BRL blijven. Voor B&W is de Komo-Instal certificering voldoende waarborg dat het eindproduct aan wettelijke normen voldoet. Hogeling: Bouw en Woningtoezicht zal bedrijven met Komo-Instal in principe niet meer hoeven te controleren. Ik ga ervan uit dat vooral de mensen van de certificatie-instellingen tijdens de audits voor het Komo- Instal certificaat goed opletten of innovatieve technieken en werkmethoden aan de eisen uit de BRL s voldoen. Bovendien is de aanwezige kennis bij de afdelingen Bouw en Woningtoezicht vaak te algemeen; zij moeten nu eenmaal op een veel breder vakgebied toezicht houden en hebben niet overal specialisten voor in huis. Schouten: In de praktijk blijkt dat zowel Bouw en Woningtoezicht als de mensen van de certificatie-instellingen geen kennis van zaken hebben van de innovatieve technieken in onze sector. Neem bijvoorbeeld warmtepompen. Er is niemand die kan controleren of een warmtepompinstallatie goed ontworpen is en of die goed functioneert. Die kennis van zaken is bij de genoemde partijen gewoon nog niet aanwezig. Ook voor de certificatie-instellingen zal het verkrijgen van die actuele kennis lastig zijn. Meijburg: Dat is een reden te meer om naar productcertificatie te kijken. Met die regelingen naast de BRL voor Komo-Instal kunnen wij bij audits meer zekerheid geven. Overigens zullen ook de mensen die in de installatiesector de audits afnemen, steeds meer specialisten worden. Maar de praktijkervaring van die mensen zal inderdaad nog verder moeten groeien. Intech: Straks zijn er zestien bijzondere delen binnen de beoordelingsrichtlijn en in de toekomst wellicht nog meer, allemaal onder het Komo- Instal logo. Toch kan het voeren van dat logo bij opdrachtgevers veel verwarring stichten. Men kan de indruk krijgen dat een bedrijf voor alle disciplines het Komo-Instal certificaat heeft, terwijl dat wellicht maar voor één of enkele disciplines geldt. Zou je die onduidelijkheid met symbolen kunnen voorkomen? En hoe kun je het Komo-Instal certificaat überhaupt bekender maken? Schouten: Het lijkt me prima om het Komo-Instal certificaat op een of andere manier met symbolen te profileren. Aan de andere kant kun je ook weer niet achttien verschillende symbolen op je briefpapier of op je bedrijfsauto gaan plaatsen. We zullen dus een manier moeten vinden om de boodschap simpel, maar krachtig te communiceren. Ik neem aan dat daar bij SBK, KBI of bij Uneto-VNI over wordt nagedacht. Jansen: Wij zijn, onder meer met Bouwend Nederland en de certificatie-instellingen, al met een driejarige promotiecampagne voor het Komo-certificaat gestart. Als je echter te veel gaat differentiëren, wordt het ook steeds moeilijker de boodschap helder te profileren. Ik denk dat een opdrachtgever bij een aanbesteding altijd zal vragen aan welke BRL s een bedrijf voldoet, zodra hij met een Komo-Instal gecertificeerd bedrijf in zee wil gaan. Als een installateur ook in zijn dagelijkse communicatie, op auto s of op briefpapier, wil laten zien welke BRL s hij in huis heeft, dan zouden aparte logo s daarover duidelijkheid kunnen geven. Maar de ontwikkeling en het gebruik daarvan zijn in principe een zaak van de branche zelf. intech oktober 2005 51

Er is niemand die het ontwerp en functioneren van een warmtepompinstallatie kan controleren Jaap Hogeling, directeur Stichting Kwaliteitsborging Installatiesector (KBI). Hogeling: Zodra de nieuwe BRL-systematiek eind dit jaar van start gaat, zullen we ook aan de communicatie en profilering ervan aandacht besteden. In eerste instantie is die gericht op de installatiesector, zodat zij weten wat er is veranderd. Zo komt er een vergelijkingsdocument waarmee de veranderingen in een oogopslag duidelijk worden. Hoe je echter moet communiceren naar je klanten dat er achttien verschillende BRL s zijn en dat je aan een aantal van die achttien voldoet, zal niet eenvoudig zijn. Jansen: In onze campagne richten wij ons vooral op de opdrachtgevers, waaronder de gemeenten. Daar is vooral van belang dat zij weten wat de essentie van Komo is: het voldoen aan wettelijke eisen en algemene, door de bouwpraktijk gewenste kwaliteitseisen. Dat neemt niet weg dat wij ook de taak hebben om duidelijkheid te scheppen over de reikwijdte van de individuele kwaliteitsverklaring. Toen we anderhalf jaar geleden met de campagne begonnen, hebben wij een nulmeting verricht om te kijken hoe het met de bekendheid stond. Binnenkort zullen we een tussenbalans opmaken en aan het eind van de driejarige campagne moet blijken hoe sterk de bekendheid van het Komo-certificaat is toegenomen. Van den Oever: Wij vinden dat je juist de afdelingen Bouw en Woningtoezicht gericht moet voorlichten. Gemeenten die bij een vergunningsaanvraag op de veiligheid willen letten, moeten weten dat ze zeker van de kwaliteit kunnen zijn als het installatiebedrijf over een Komo-Instal certificaat beschikt. Maar dat verhaal moeten de meeste ambtenaren nog te horen krijgen. Hordijk: In mijn beleving zijn het uitsluitend bouwkundig aannemers die heel af en toe informeren naar het Komo-Instal certificaat, omdat zij daar ook in de eigen bedrijfsvoering waarde aan hechten. Er zijn steeds meer aannemers die beseffen wat de Coos Schouten, directeur J&P Schouten en Pol Soest Installatietechniek. juridische waarde ervan is en wat de voordelen zijn om een installateur met Komo-Instal certificaat in te schakelen. Schouten: Bij ons zie ik die vraag naar Komo-Instal nog niet. Volgens mij moet er eerst een dwingende reden zijn, bijvoorbeeld vanuit de regelgeving, voordat Komo-Instal een eis van de opdrachtgever wordt. Aannemers zouden nadrukkelijker moeten beseffen dat zij juridisch goed zijn afgedekt, als zij installaties volgens Komo-Instal laten aanleggen. Daar zou de promotiecampagne zich volgens mij ook op moeten richten. Jansen: En vergeet de groep van de bestekschrijvers niet. Naast de bouwkundig aannemers moeten ook bestekschrijvers op de hoogte zijn dat zij, met een eis voor Komo-Instal in het bestek, de kwaliteit van het eindproduct kunnen garanderen. Nu zie je dat bij de aanbesteding uitsluitend de prijs bepalend is in de concurrentiestrijd. Maar iedereen worstelt met het probleem hoe je tegelijk de kwaliteit van de projecten op een hoog niveau kunt handhaven. Als wij de boodschap kunnen overbrengen dat zij dit kunnen doen door in het bestek Komo als eis op te nemen, heb je al een flinke slag gewonnen. Wij kunnen Komo-Instal echter alleen promoten als de branche daar zelf geld voor vrijmaakt. Intech: Ter afsluiting willen wij weten hoe u de mogelijkheden van Komo-Instal voor de toekomst ziet? Hogeling: Met de nieuwe BRL 6000-serie zijn wij in staat heel veel deelgebieden van de installatietechniek onder één certificatieregeling te brengen. Dit bezorgt de branche een enorme efficiëntieslag. Men hoeft straks niet voor elke certificering de algemene zaken te beoordelen, maar alleen de specifieke voor een bepaalde discipline. Wellicht dat er een iets intensievere controle zal plaatshebben tijdens de audits, maar dat weegt volgens mij zeker op tegen de efficiëntie van het nieuwe systeem. Van den Oever: Laat ik voorop stellen dat wij als brancheorganisatie in principe geen voorstander zijn van certificering. Wij hebben wel eens uitgezocht dat er in onze branche zeventien verschillende certificatieregelingen zijn. Dat wij wél de certificering volgens de BRL 6000 steunen, komt omdat deze allereerst een wettelijke basis heeft. Verder kun je in deze serie veel certificaten onder één regeling combineren. Wij willen de komende jaren proberen nog meer regelingen, die nu nog apart worden gecertificeerd zoals voor sprinklerinstallaties of voor grote stookinstallaties, ook wel bekend als Scios onder het Komo-Instal keurmerk te brengen. Jansen: Zo n ontwikkeling sluit ook mooi aan bij het overheidsbeleid. Vrom gaat bijvoorbeeld één omgevingsvergunning invoeren, waarin alle oude Vrom-vergunningen worden gecombineerd. Dan kun je het als sector eigenlijk niet maken om nog zeventien aparte certificatieregelingen in stand te houden. Meijburg: Het is dan wel essentieel dat de branche hard werkt aan een brede bekendheid en een brede basis voor deze certificatieregeling. Nu zit er in het College van Deskundigen bijvoorbeeld niemand uit de aannemerswereld. Zeker als ik van de installateurs hier hoor dat de bouwkundige aannemers een belangrijke groep van opdrachtgevers vormt, lijkt het mij belangrijk een vertegenwoordiger van die groep in het college uit te nodigen. Hogeling: Ik ben het ermee eens dat vertegenwoordigers uit die beroepsgroep van harte welkom zijn. We zullen hen uitnodigen en hopelijk maken zij van de uitnodiging gebruik. 52 oktober 2005 intech