VAKGROEP ONDERWIJSKUNDE

Vergelijkbare documenten
VAKGROEP ONDERWIJSKUNDE

VAKGROEP ONDERWIJSKUNDE ONDERZOEKSGROEP PISA OVERZICHT VAN DE EERSTE VLAAMSE RESULTATEN

VAKGROEP ONDERWIJSKUNDE ONDERZOEKSGROEP PISA SAMENWERKEND PROBLEEMOPLOSSEN BIJ VLAAMSE 15-JARIGEN

Het Vlaamse secundair onderwijs in PISA: wat leren we hieruit?

WETENSCHAPPELIJKE GELETTERDHEID BIJ 15-JARIGEN

PISA-resultaten Financiële geletterdheid

Wiskundige geletterdheid bij 15-jarigen

Wiskundige geletterdheid bij 15-jarigen

1. LEERLINGEN MET EEN BUITENLANDSE HERKOMST

WISKUNDIGE GELETTERDHEID BIJ 15-JARIGEN

De peilingsresultaten PAV in internationaal perspectief Colloquium peiling PAV, Brussel, 11 juni 2014

WETENSCHAPPELIJKE GELETTERDHEID BIJ 15-JARIGEN

DIGITALE WISKUNDIGE GELETTERDHEID

PIAAC Studiedag. Workshop 4: Maakt ons secundair onderwijs de leerlingen vaardig genoeg voor de 21ste eeuw? Brussel, 20 maart 2014

15-jarigen: wiskundige bollebozen?

Wetenschappelijke vaardigheden voor de toekomst

DIGITALE GELETTERDHEID

Samenvatting Resultaten PISA-2006

Probleemoplossend vermogen bij 15-jarigen

TIMSS-2011: Nederland in TIMSS-2011: Rekenprestaties van leerlingen in groep 6 van het basisonderwijs in de afgelopen 16 jaar

Samenvatting van het Nederlandse rapport over het PISAonderzoek 2003 uitgevoerd door het CITO, Arnhem

Uitwisseling van bankinlichtingen Kalender van onderhandelingen (art. 26 OESO)

Interactief aan de slag met de resultaten van financiële geletterdheid bij PISA2012

nr. 726 van ORTWIN DEPOORTERE datum: 27 juni 2017 aan JO VANDEURZEN Kinderbijslag - Kinderen in het buitenland

nr. 272 van ORTWIN DEPOORTERE datum: 23 januari 2018 aan JO VANDEURZEN Kinderbijslag - Kinderen in het buitenland

P SA Leesvaardigheid van 15-jarigen in Vlaanderen De eerste resultaten van PISA 2009

Uitwisseling van bankinlichtingen Kalender van onderhandelingen (art. 26 OESO)

PISA Leesvaardigheid van 15-jarigen in Vlaanderen De eerste resultaten van PISA 2009

JAAROVERZICHT 2010 gedetailleerd per Categorie, Regio en Land Bron: CBS

VOETBAL TORNOOI VAN DE LAGERE SCHOLEN VAN SINT-LAMBRECHTS-WOLUWE

PISA IN FOCUS 5: HEBBEN DE LEERLINGEN DE WIL OM TE SLAGEN? VERSCHILT DE WIL OM TE SLAGEN OVER DE ONDERWIJSVORMEN?

Uitwisseling van bankinlichtingen Kalender van onderhandelingen (art. 26 OESO)

JAAROVERZICHT 2010 gedetailleerd per Categorie, Regio en Land Bron: CBS

Instituut voor de nationale rekeningen. Statistiek buitenlandse handel. Kwartaalbericht 2014-II

AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN

Volume: 0-49 zendingen per jaar Europa 0 2 kg 2-10 kg kg kg

Uitwisseling van bankinlichtingen Kalender van onderhandelingen (art. 26 OESO)

2018 no. 45 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA

Instituut voor de nationale rekeningen. Statistiek buitenlandse handel. Kwartaalbericht 2013-I

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

LAND WERELDDEEL VIDEOREPORTAGES VLAANDEREN VAKANTIELAND

PIRLS 2016 Begrijpend lezen 4 e leerjaar

PIRLS Het leesniveau in Nederland. Ludo Verhoeven. In samenwerking met Andrea Netten en Mienke Droop

Lijst van verdragen op alfabetische volgorde: A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Leren voor de problemen van morgen

SIM KAART USA UNLIMITED

Tarieven Europa: staffel 1

Financiële geletterdheid van 15-jarigen

Tarieven Internationale registratie (Benelux basis) 2016

over de resultaten van het PISA-onderzoek 2015 en van het TIMSS-onderzoek 2015

PIAAC IN FOCUS 1: IS ONDERWIJS WEL EEN HEFBOOM VOOR HET WEGWERKEN VAN HET GELETTERDHEIDSDEFICIT?

PIRLS Wat is PIRLS? 1.1. Algemeen 1.2. PIRLS Vlaamse deelname. Bijlage: Voorbeeldvragen

De buitenlandse handel van België

Statistiek internationale kinderontvoering 2008

Statistiek internationale kinderontvoering 2008

nr. 811 van TOM VAN GRIEKEN datum: 10 augustus 2015 aan JO VANDEURZEN Kinderbijslag - Kinderen die worden opgevoed in het buitenland

Bijlage B4. Werken aan de start. Freek Bucx

Bijlage B4. Eerste treden op de arbeidsmarkt. Freek Bucx

Tarieven Europa: staffel 1

VERTALING. Amendement op het protocol van Montreal inzake substanties die de ozonlaag aantasten ARTIKEL 1

Arbeidsmarkt allochtonen

HANDLEIDING SIM KAART CANADA

Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen ROESELARE. Opsplitsing in nationaliteitsgroepen

Zuivelproductie per land 2015 Dairy production by country

Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen KORTEMARK. Opsplitsing in nationaliteitsgroepen

Handels- en investeringscijfers Kenia-Nederland juli 2019

ICCS-Vlaanderen 2016 Internationaal vergelijkend onderzoek burgerschapseducatie

Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen SPIERE-HELKIJN. Opsplitsing in nationaliteitsgroepen

Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen LANGEMARK-POELKAPELLE. Opsplitsing in nationaliteitsgroepen

Overzicht van ontwerp-verdragen (verdragen in voorbereiding) Peildatum 31 maart 2019; *= politiek belangrijk Bijlage 2

ANNEX BIJLAGE. bij VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Aankomsten en overnachtingen Oost-Vlaanderen Januari-april

Aankomsten en overnachtingen Oost-Vlaanderen Januari-juli

Aankomsten en overnachtingen Oost-Vlaanderen Januari-september

Bijlage. 3 - meename door moeder meename door beiden meename door derde(n)

Dit besluit vervangt het Besluit van 31 december 2015, nr. DGBel 2015/5911M, Stcrt. 2015, nr n1

België in de Europese informatiemaatschappij. Een benchmark van het bezit en het gebruik van ICT in België t.o.v. 24 Europese landen in 2006

Auteur. Federale Overheidsdienst Financiën. Onderwerp

Visumvereisten voor buitenlanders die Oekraïne betreden. Land Visum vereist / niet vereist Opmerking*

Aankomsten en overnachtingen Oost-Vlaanderen Januari-augustus

Iedereen West-Vlaams!

Aankomsten en overnachtingen Oost-Vlaanderen Januari-juni

Europese feestdagen 2017

Europese feestdagen 2019

De vaardigheid in samenwerkend probleemoplossen van 15-jarigen in PISA 2015

Europese feestdagen 2018

PIAAC: Kernvaardigheden voor Werk en Leven Resultaten van de Nederlandse survey Willem Houtkoop

Persvoorstelling Resultaten Europees Vreemdetalenonderzoek. 21 juni 2012

Resultaten TIMSS Wiskunde & wetenschappen 4 e leerjaar in internationaal perspectief

Handelsstromen Rozenstruiken 2009 / 14. Zoetermeer, Maart 2009 Peter van der Salm Productschap Tuinbouw, Afdeling Markt en Innovatie

HERKOMST EN BESTEMMING GOEDEREN VIA ROTTERDAM

Hoofdstuk 4 Leerling- en schoolkenmerken in relatie tot onderwijsopbrengsten

DOCUMENTEN WETTIG VERBLIJF

De arbeidsmarkt in oktober 2013

Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen KORTRIJK. Opsplitsing in nationaliteitsgroepen

Rapport met betrekking tot Gegunde Uitvoer Periode : van 01/07/2012 tot en met 31/08/2012

Resultaten PISA-2009

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

De arbeidsmarkt in december 2014

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2017/309 VAN DE COMMISSIE. van 23 februari 2017

Transcriptie:

VAKGROEP ONDERWIJSKUNDE ONDERZOEKSGROEP PISA PISA 2015 OVERZICHT VAN DE EERSTE VLAAMSE RESULTATEN LiSO-studiedag Mechelen, 13 december 2016

INLEIDING

PISA: PROGRAMME FOR INTERNATIONAL STUDENT ASSESSMENT Een driejaarlijkse internationale studie die de leesvaardigheid en de wiskundige en wetenschappelijke geletterdheid test van 15- jarigen in de geïndustrialiseerde landen In 2015 namen ongeveer 540.000 leerlingen deel uit 72 verschillende landen. In de meeste landen werd het onderzoek op computer afgenomen; 15 landen testten op papier In Vlaanderen werden 5.675 leerlingen uit 175 scholen bevraagd. In de steekproef zaten ook DBSO- en BuSO-scholen zodat deze representatief is voor de 15-jarigen in het Vlaamse onderwijs. Naast de cognitieve test vullen alle leerlingen (en hun ouders) ook een achtergrondvragenlijst in en wordt per school één schoolvragenlijst afgenomen

PISA: PROGRAMME FOR INTERNATIONAL STUDENT ASSESSMENT Vlaamse steekproef: representatief voor populatie 15-jarigen in het Vlaamse onderwijs Verdeling leerlingen geb. in 1999 in schooljaar 2014-2015 1,1 2,7 0,1 71,7 24,4 1e middelbaar 2e middelbaar 3e middelbaar 4e middelbaar 5e middelbaar

PISA: PROGRAMME FOR INTERNATIONAL STUDENT ASSESSMENT Vlaamse steekproef: representatief voor populatie 15-jarigen in het Vlaamse onderwijs Verdeling leerlingen geb. in 1999 in schooljaar 2014-2015 Verdeling van de leerlingen in de PISA2015-steekproef 1,1 2,7 0,1 1,1 2,4 0,06 24,4 1e middelbaar 2e middelbaar 26,3 1e middelbaar 2e middelbaar 3e middelbaar 3e middelbaar 4e middelbaar 4e middelbaar 71,7 5e middelbaar 70,2 5e middelbaar

PISA: PROGRAMME FOR INTERNATIONAL STUDENT ASSESSMENT Vlaamse steekproef: representatief voor populatie 15-jarigen in het Vlaamse onderwijs Verdeling leerlingen geb. in 1999 in schooljaar 2014-2015 Verdeling van de leerlingen in de PISA2015-steekproef 1,1 2,7 0,1 1,1 2,4 0,06 24,4 1e middelbaar 2e middelbaar 26,3 1e middelbaar 2e middelbaar 3e middelbaar 3e middelbaar 4e middelbaar 4e middelbaar 71,7 5e middelbaar 70,2 5e middelbaar 4,2 2% 1,9 20 29,6 44,2 ASO TSO KSO BSO BUSO 2% 20% 30% 46% ASO TSO KSO BSO BUSO

WETENSCHAPPELIJKE GELETTERDHEID

WETENSCHAPPELIJKE GELETTERDHEID: DEFINITIE Het beheersen van vaardigheden om als kritische burger om te gaan met wetenschappelijke onderwerpen en ideeën. Een wetenschappelijk geletterd persoon is bereid om een zinvolle discussie over wetenschap en technologie aan te gaan waarbij het nodig is om: fenomenen wetenschappelijk te verklaren; wetenschappelijk onderzoek te ontwerpen en te evalueren; en gegevens en bewijzen wetenschappelijk te interpreteren. Bevraagd door middel van 184 speciaal voor PISA ontwikkelde vragen

WETENSCHAPPELIJKE GELETTERDHEID: DEFINITIE Vaardigheid Inhoudelijk domein Kenmerk PISAraamwerk Moeilijkheidsgraad Vraag 3/3 unit METEORIETEN EN KRATERS Gegevens en bewijzen wetenschappelijk interpreteren Aarde en het heelal a/ score:299 Niveau 1b b/ score:438 Niveau 2

WETENSCHAPPELIJKE GELETTERDHEID: RESULTATEN Rapportering in het Vlaamse rapport: Vanuit Vlaams perspectief - Landen die significant hoger presteren - Landen die niet significant verschillend presteren - Landen die significant lager presteren Alle landen die een hogere gemiddelde score behalen voor wetenschappen dan het laagst presterende OESO-land (Mexico) 57 landen (waaronder België) + de Belgische Gemeenschappen + het OESOgemiddelde

Land Gem St fout Interval WETENSCHAPPELIJKE GELETTERDHEID: RESULTATEN Singapore 556 1,2 553-558 Japan 538 3 533-544 Estland 534 2,1 530-538 Taipei China 532 2,7 527-538 Finland 531 2,4 526-535 Macao-China 529 1,1 526-531 Canada 528 2,1 524-532 Vietnam 525 3,9 517-532 Hongkong-China 523 2,5 518-528 B-S-J-G (China) 518 4,6 509-527 Korea 516 3,1 510-522 Vlaanderen 515 2,6 510-521 Nieuw-Zeeland 513 2,4 509-518 Slovenië 513 1,3 510-515 Australië 510 1,5 507-513 Verenigd Koninkrijk 509 2,6 504-514 Duitsland 509 2,7 504-514 Nederland 509 2,3 504-513 Zwitserland 506 2,9 500-511 Duitstalige Gem. 505 4,8 496-515 Ierland 503 2,4 498-507 België 502 2,3 498-506 Denemarken 502 2,4 497-507 Polen 501 2,5 497-506 Portugal 501 2,4 496-506 Noorwegen 498 2,3 494-503 Verenigde Staten 496 3,2 490-502 Oostenrijk 495 2,4 490-500 Frankrijk 495 2,1 491-499 Zweden 493 3,6 486-500 OESO Gem. 493 0,4 492-494 Vlaanderen bekleedt tussen de 10-de en de 18-de plaats in de rangschikking volgens gemiddelde prestatie voor wetenschappelijke geletterdheid Een groep van 9 landen presteert significant beter dan Vlaanderen. Tot deze groep behoren 6 Aziatische landen, 2 Europese (Estland en Finland) en Canada. 7 landen, alsook de Duitstalige Gemeenschap, presteren op hetzelfde niveau als Vlaanderen; alle andere deelnemende landen en regio s presteren significant lager. Absolute koploper in 2015 is Singapore, met een gemiddelde score van 556 punten.

WETENSCHAPPELIJKE GELETTERDHEID: RESULTATEN VAARDIGHEIDSNIVEAUS PISA-test: 184 items met een verschillende moeilijkheidsgraad. Op basis van de vragen die een leerling correct beantwoordde, kan hij/zij toegewezen worden aan een bepaald vaardigheidsniveau dat beschrijft over welke wetenschappelijke vaardigheden hij/zij beschikt. Er zijn 7 vaardigheidsniveaus voor wetenschappelijke geletterdheid bij PISA2015. Dit is één meer dan in 2006: niveau 1 wordt nu opgedeeld in niveaus 1a en 1b zodat de vaardigheden van leerlingen die op het laagste niveau presteren, gedifferentieerder kunnen beschreven worden.

WETENSCHAPPELIJKE GELETTERDHEID: RESULTATEN VAARDIGHEIDSNIVEAUS Niveau Scorepunten OESO-gem. Vlaanderen 6 Meer dan 708 5 633-708 4 559-633 3 484 559 2 410-484 1a 335-410 1b 261-335 <1b Minder dan 261

WETENSCHAPPELIJKE GELETTERDHEID: RESULTATEN VAARDIGHEIDSNIVEAUS Niveau Scorepunten OESO-gem. Vlaanderen 6 Meer dan 708 1,1% 1,4% 5 633-708 6,7% 10,6% 4 559-633 19,0% 25,3% 3 484 559 27,2% 26,0% Toppresteerders (niveau 5 en 6): OESO: 7,7 % Vlaanderen: 12,0% (bijna 1 op 8) (9 de positie) 2 410-484 24,8% 19,6% 1a 335-410 15,7% 12,6% 1b 261-335 4,9% 4,2% <1b Minder dan 261 0,6% 0,4% Niveau 2: basisniveau (volwaardige participatie aan de maatschappij) OESO: 21,1% onder niveau 2 Vlaanderen 17,1% onder niveau 2

Vietnam Macao-China Estland Hongkong-China Singapore Japan Canada Finland Taipei China Duitstalige Gem. Korea Slovenië Ierland Denemarken B-S-J-G (China) Polen Duitsland Vlaanderen Letland Portugal Verenigd Koninkrijk Nieuw-Zeeland Australië Russische Federatie Spanje Zwitserland Nederland Noorwegen België Verenigde Staten Tsjechische Republiek Oostenrijk OESO gem. Zweden Frankrijk Franse Gem. Italië Kroatië Litouwen IJsland Luxemburg Hongarije Slowaakse Republiek Israël Malta Griekenland Chili Bulgarije Roemenië Uruguay Albanië Verenigde Arabische Emiraten Cyprus Moldavië Turkije Trinidad en Tobago Costa Rica Thailand Mexico Colombia Qatar -100% -80% -60% -40% -20% Niveau 1a Niveau 1b Onder niveau 1b Niveau 2 Niveau 3 Niveau 4 Niveau 5 Niveau 6 WETENSCHAPPELIJKE GELETTERDHEID: 1 RESULTATEN 1 2 2 7 2 2 3 8 7 6 1 2 1 1 2 12 1 2 1 1 2 3 2 13 10 6 1 2 1 12 13 9 9 6 6 24 19 11 6 3 1 1 9 7 4 1 1 1 1 5 1 11 9 10 9 9 9 7 8 7 6 7 1 7 7 7 5 4 4 4 3 VAARDIGHEIDSNIVEAUS 28 27 22 17 16 6 4 1 2 20 27 29 26 20 20 19 26 24 22 21 20 22 22 27 24 25 22 22 23 22 22 19 18 19 19 19 19 17 14 3 15 15 5 2 21 17 17 6 1 13 12 9 3 1 6 1 15 28 15 11 7 4 3 1 1 9 8 6 5 1 3 7 5 2 4 2 32 31 37 31 31 34 36 31 28 30 29 29 31 30 31 29 29 28 28 29 26 26 27 26 26 27 27 28 28 27 27 28 29 28 26 27 25 27 25 25 24 20 20 19 26 23 23 19 20 20 15 8 19 15 16 16 18 27 26 22 16 23 25 21 20 20 15 18 20 26 19 18 22 23 26 26 21 27 30 31 23 25 27 20 23 22 22 23 22 25 22 25 26 24 25 24 22 25 27 29 30 29 25 25 28 24 23 28 31 35 35 30 25 27 29 31 31 35 32 35 27 31 25-0% --20% --40% 6 7 8 8 7 8 9 9 9 12 11 12 12 13 12 13 13 13 15 14 14 13 13 15 14 14 14 14 14 15 16 16 16 15 15 1 2 2 2 17 17 19 19 19 19 18 1 2 2 3 20 20 18 3 3 3 3 3 4 3 4 4 3 3 3 4 4 In Vlaanderen presteert 17,1% van de leerlingen onder niveau 2 (18 e plaats in de ranking) 3 4 4 4 4 5 4 4 5 5 6 6 6 5 1 1 5 5 6 1 6 7 1 1 1 1 1 9 9 11 9 22 25 23 28 28 30 26 27 28 32 28 28 36 34 35 33 9 12 2 2 4 1 1 3 9 11 13 10 13 12 15 12 10 12 12 14 18 1 1 2 3 2 2 1 3 1 1 1 2 4 --60%

Oostenrijk Costa Rica Italië Chili Japan Vlaanderen België Franse Gem. Ierland Duitsland Portugal Colombia B-S-J-G (China) Tsjechische Republiek Uruguay Mexico Luxemburg Verenigde Staten Spanje Singapore Polen Zwitserland Denemarken Kroatië Nieuw-Zeeland Taipei China Russische Federatie Israël Nederland OESO gem. Estland Hongarije Noorwegen Australië Duitstalige Gem. Frankrijk Canada Verenigd Koninkrijk Slowaakse Republiek Hongkong-China Vietnam IJsland Zweden Slovenië Roemenië Turkije Moldavië Litouwen Macao-China Griekenland Thailand Korea Letland Malta Bulgarije Cyprus Finland Trinidad en Tobago Qatar Albanië Verenigde Arabische Emiraten Verschillen tussen jongens en meisjes voor wetenschappen 25 20 15 10 5 19 18 17 WETENSCHAPPELIJKE GELETTERDHEID: RESULTATEN VERSCHILLEN presteren TUSSEN beter JONGENS EN MEISJES 15 14 12 12 11 11 10 10 10 9 9 9 8 8 Jongens 7 7 6 6 6 6 6 5 4 4 4 4 4 3 3 3 Significant verschil Niet-significant verschil Overheen de OESOlanden presteren jongens voor wetenschappen gemiddeld 4 punten hoger dan meisjes 0-5 -10-15 -20 2 2 2 1 1 1 1 3 3 5 6 6 6 7 7 8 9 9 10 11 11 Meisjes presteren beter 15 17 19 20 23 24 26 Ook in Vlaanderen halen jongens een hogere gemiddelde wetenschapsscore dan meisjes (12 pt) -25-30

ATTITUDES

ATTITUDES TEGENOVER WETENSCHAPPEN Categorieën Leerlingkenmerken (PISA-index) Voorbeeldstelling Antwoordcat. (#) Deelname aan wetenschappelijke activiteiten Engagement tegenover wetenschappen Motivatie om wetenschappen te leren Zelfvertrouwen in wetenschappen Plezier in wetenschappen Interesse in brede wetenschappelijke onderwerpen Instrumentele motivatie bij het leren van wetenschappen Perceptie van eigen wetenschappelijke bekwaamheid (science self-efficacy ) Hoe vaak doe je deze dingen: Tv-programma's over wetenschappelijke onderwerpen bekijken. Wetenschappelijke tijdschriften of artikels over de wetenschap in kranten lezen. In welke mate ga je akkoord met de onderstaande uitspraken over jezelf: Ik lees graag over wetenschap. In het algemeen beleef ik plezier aan het leren van wetenschappelijke onderwerpen. In welke mate ben je geïnteresseerd in de volgende wetenschappelijke onderwerpen: De biosfeer (bijv. ecosystemen, duurzaamheid). Het universum en de geschiedenis ervan. In welke mate ga je akkoord met de volgende uitspraken: Wat ik in mijn lessen wetenschappen leer, is belangrijk voor mij, omdat ik het nodig heb voor wat ik later wil doen. Hoe gemakkelijk zou het voor jou zijn om de volgende taken alleen uit te voeren? De rol van antibiotica beschrijven in de behandeling van een ziekte. Uit twee verklaringen over het ontstaan van zure regen de beste aanduiden. Heel vaak tot Nooit of bijna nooit (4) Helemaal akkoord tot Helemaal niet akkoord (4) Veel interesse tot geen interesse (4) Helemaal akkoord tot Helemaal niet akkoord (4) Ik zou dit gemakkelijk kunnen doen tot Ik zou dit niet kunnen doen (4)

ATTITUDES TEGENOVER WETENSCHAPPEN PISA-indexen bij Motivatie om wetenschappen te leren Vlaanderen Jongens Meisjes Plezier in wetenschappen -0,15-0,04-0.25 Interesse in brede wetenschappelijke onderwerpen 0,12 0,22 0,02 Instrumentele motivatie bij het leren van wetenschappen -0,05-0,02-0,09 Vlaamse jongeren laten zich het meest positief uit op het vlak van interesse in brede wetenschappelijke onderwerpen (gemiddelde index-score van 0,12). Op alle 3 de indexen bij motivatie om wetenschappen te leren laten de Vlaamse jongens zich significant positiever uit dan de meisjes. Alle drie de indexen vertonen, zowel overheen de OESO-landen als in Vlaanderen, een significant verband met de wetenschappenprestatie. Dit verband is in Vlaanderen het grootst voor interesse in wetenschappen en plezier in wetenschappen. Voor interesse in wetenschappen komt een verschil van 1 indexpunt in Vlaanderen overeen met een scoreverschil van 35 punten op de wetenschappenschaal; voor plezier in wetenschappen is dit 31 punten. De samenhang is kleiner voor de index instrumentele motivatie : 1 indexpunt = een scoreverschil van 9 punten.

ATTITUDES TEGENOVER WETENSCHAPPEN PISA-index bij Engagement tegenover wetenschappen Vlaanderen Jongens Meisjes Deelname aan wetenschappelijke activiteiten -0,17 0,11-0.45 PISA-index bij Zelfvertrouwen in wetenschappen Vlaanderen Jongens Meisjes Perceptie van eigen wetenschappelijke bekwaamheid (science self-efficacy ) -0,04 0,09-0.18 Het Vlaamse genderverschil bij deelname aan wetenschappelijke activiteiten is het op één na grootste van alle landen. Enkel in Nederland laten jongens zich nog positiever uit op deze index dan de meisjes (verschil van 0,62 indexpunten). Ook voor deze beide indexen is er een significante samenhang met de prestatie voor wetenschappen. Voor de index deelname aan wetenschappelijke activiteiten is deze in Vlaanderen niet zo sterk: een verschil van 1 indexpunt komt overeen met een scoreverschil van 10 punten. Voor de index perceptie van de eigen wetenschappelijke bekwaamheid is de samenhang groter : 1 indexpunt = een scoreverschil van 21 punten.

VERSCHILLEN TUSSEN LEERLINGEN

STERKE VERSUS ZWAKKE LEERLINGEN De spreiding in de scores toont het verschil tussen de prestatie van de 5% sterkste leerlingen en de 5% zwakste leerlingen. Overheen de OESO-landen behaalt de 5% laagst presterende leerlingen een gemiddelde score van 336 punten; de groep hoogst presterende leerlingen één van 645 punten. Dit levert een verschil op van 309 punten. In Vlaanderen is de spreiding groter. De 5% laagst presterende Vlaamse leerlingen heeft een gemiddelde score van 338 punten; de groep hoogst presterende leerlingen één van 668 punten. Goed voor een verschil van 330 punten. Voor de andere domeinen is de Vlaamse spreiding gelijklopend: 324 punten voor wiskundige geletterdheid en eveneens 330 punten voor leesvaardigheid.

Mexico Colombia Qatar Costa Rica Thailand Trinidada en tobago Turkije Albanië Moldaviê Cyprus Roemenië Uruguay Ver. Arabische Em. Bulgarije Chili Griekenland Slowaakse republiek Malta Israël IJsland Kroatië Litouwen Hongarije Italië Luxemburg Franse Gem. Russische federatie Letland Spanje Tsjechische Republiek OESO-gem. Zweden Frankrijk Oostenrijk Vereningde Staten Noorwegen Portugal Polen Denemarken België Ierland Duitstalige Gem. Zwitserland Nederland Duitsland Verenigd Koninkrijk Australië Slovenië Nieuw-Zeeland VLAANDEREN Korea B-S-J-G (China) Hongkong-China Vietnam Canada Macao-China Finland Taipei China Estland Japan Singapore STERKE VERSUS ZWAKKE LEERLINGEN A = Verschil tussen percentiel 5 en 10 B = Verschil tussen percentiel 10 en 25 C = Verschil tussen percentiel 25 en gemiddelde D = Gemiddelde + 95% betrouwbaarheidsinterval E = Verschil tussen gemiddelde en percentiel 75 F = Verschil tussen percentiel 75 en 90 G = Verschil tussen percentiel 90 en 95 Spreiding in de wetenschappenscores - verschil ts de 5% laagst- en hoogstpresteerders A B C D Percentielen 5p 10p 25p Gem+interval 75p 90p 95p E F G 708 633 559 484 410 336 261 Briefing kabinet Vlaams Minister van onderwijs Eerste resultaten bij PISA2015 Brussel, 22 november 2016

Malta Israël Nieuw-Zeeland Singapore B-S-J-G (China) Zweden Australië Frankrijk VLAANDEREN Bulgarije Nederland Taipei China Duitsland Luxemburg Verenigd Koninkrijk Slowaakse republiek België Ver. Arabische Em. Zwitserland Vereningde Staten Qatar Oostenrijk Noorwegen Finland Korea Slovenië Hongarije Tsjechische Republiek Franse Gem. OESO-gem. Japan Trinidada en tobago Canada Cyprus Griekenland Portugal Italië IJsland Litouwen Denemarken Polen Estland Kroatië Ierland Spanje Uruguay Chili Moldaviê Duitstalige Gem. Russische federatie Letland Macao-China Hongkong-China Colombia Roemenië Thailand Turkije Albanië Vietnam Mexico Costa Rica STERKE VERSUS ZWAKKE LEERLINGEN A = Verschil tussen percentiel 5 en 10 B = Verschil tussen percentiel 10 en 25 C = Verschil tussen percentiel 25 en gemiddelde D = Gemiddelde + 95% betrouwbaarheidsinterval E = Verschil tussen gemiddelde en percentiel 75 F = Verschil tussen percentiel 75 en 90 G = Verschil tussen percentiel 90 en 95 Puntenverschil tussen de 5% laagst en hoogst presteerders voor wetenschappelijke gel. A B C Percentielen 5p 10p 25p Gem+interval 75p 90p 95p D E F G 400 350 300 250 200 150 100 50 0

VERSCHILLEN OP BASIS VAN SES Sociaal-economische thuissituatie: voorgesteld aan de hand van een index (de PISA ESCS-index) die wordt samengesteld op basis van: * het beroep van beide ouders * het onderwijsniveau van beide ouders (i.h.b. het aantal jaar onderwijs dat ze genoten) * de materiële, educatieve en culturele middelen thuis * het aantal boeken thuis Hoe groter het percentage van de variantie in de leerlingprestaties dat verklaard wordt door SES, hoe groter de ongelijkheid in het onderwijs.

Gemiddelde prestatie voor wetenschappen OESO gem. Grotere kwaliteit 575 525 475 425 375 VERSCHILLEN OP BASIS VAN SES De impact van socio-economische achtergrond op prestatie verschilt niet significant van de gemiddelde impact 25 De impact van socio-economische achtergrond op prestatie is groter dan gemiddeld De impact van socio-economische achtergrond op prestatie is kleiner dan gemiddeld Prestatie voor wetenschappen hoger dan gemiddeld Gelijkheid in het onderwijs kleiner dan gemiddeld Singapore Japan Taipei China Estland Finland Macao-China Vietnam B-S-J-G ChinaVLAANDEREN Canada Hongkong Nieuw-Zeeland Korea Duitsland Australië Ver. Koninkr. België Zwitserland Polen Nederland Frankrijk Ierland Denemarken Duitst. Gem. Oostenrijk Portugal Noorwegen Ver. Staten Franse Gem. Tsjech. Rep. Zweden Letland OESO gem. Russ. Fed. Luxemburg Hongarije Litouwen Italië Slow. Rep. Kroatië IJsland Israel Malta 20 Chili Uruguay Costa Rica Bulgarije 15 Griekenland Roemenië Moldavië Colombia Prestatie voor wetenschappen lager dan gemiddeld Gelijkheid in het onderwijs kleiner dan gemiddeld Prestatie voor wetenschappen hoger dan gemiddeld Gelijkheid in het onderwijs groter dan gemiddeld Trinidad Mexico 10 Turkije Thailand 5 Ver. Arabische Em. Qatar Prestatie voor wetenschappen lager dan gemiddeld Gelijkheid in het onderwijs groter dan gemiddeld 0 Kwaliteit versus gelijkheid: Overheen de OESO-landen wordt 12,9% van de variatie in de wetenschappenprestatie verklaard door SES. In Vlaanderen is dit 17,6%. Tot de landen die een hoge kwaliteit combineren met een hoge mate van gelijkheid behoort naast bijv. Estland, Hongkong-China en Macao- China ook onze Duitstalige Gemeenschap (4,8%). Percentage van de variantie in de wetenschappenprestaties dat verklaard wordt door SES Grotere LiSO-studiedag gelijkheid Eerste resultaten bij PISA2015 Mechelen, 13 december 2016

VERSCHILLEN OP BASIS VAN MIGRATIESTATUS PISA operationaliseert de herkomst van leerlingen op basis van hun geboorteland en dat van hun beide ouders (werden de leerlingen of één van hun ouders geboren in een ander land?) Autochtone leerlingen Tweede-generatieleerlingen Eerste-generatieleerlingen Leerlingen geboren in het land van de testafname en minstens één van hun beide ouders ook. Leerlingen geboren in het land van de testafname, maar waarvan beide ouders in een ander land zijn geboren. Leerlingen niet geboren in het land van de testafname, waarvan beide ouders ook in een ander land zijn geboren.

Qatar Ver. Arabische Em. Costa Rica Cyprus Griekenland Israel Kroatië Italië Russissche Fed. Franse Gem. Spanje OESO-gem. Portugal Ierland Luxemburg Frankrijk Ver. Staten Noorwegen Zweden Oostenrijk Denemarken Duitst. Gem. Australië België Ver. Koninkrijk Nederland Nieuw-Zeeland Macao-China Slovenië Duitsland Zwitserland Hongkong-China VLAANDEREN Canada Estland Singapore VERSCHILLEN OP BASIS VAN MIGRATIESTATUS Overheen de OESO-landen: Gem. 650 Autochtone leerlingen Tweede-generatieleerlingen Eerste-generatieleerlingen 12,5% leerlingen met een buitenlandse herkomst: 7,1% tweede-generatie 5,4% eerste-generatie 600 550 Score autochtone leerlingen: 500 punten Tweede-generatieleerlingen: 469 punten Eerste-generatieleerlingen: 447 punten 500 450 Vlaamse steekproef: 14% leerlingen met een buitenlandse herkomst: 7,2% tweede-generatie 6,8% eerste-generatie 400 350 Score autochtone leerlingen: 529 punten Tweede-generatieleerlingen: 448 punten Eerste-generatieleerlingen: 446 punten

Qatar Ver. Arabische Em. Macao-China Singapore Australië Cyprus Canada Hongkong-China Israel Zweden Ver. Staten Nieuw-Zeeland Russissche Fed. Ierland Luxemburg Kroatië Portugal Ver. Koninkrijk Italië Griekenland Franse Gem. Duits. Gem. Spanje Estland OESO-gem. Frankrijk Nederland Noorwegen Zwitserland België Slovenië Oostenrijk Zweden Duitsland Denemarken VLAANDEREN VERSCHILLEN OP BASIS VAN MIGRATIESTATUS Puntenverschil Na controle voor SES Voor controle voor SES Na controle voor SES verkleint het prestatieverschil tussen autochtone leerlingen en leerlingen met een buitenlandse herkomst in de meeste landen, maar het blijft meestal wel nog significant. 100 80 60 40 20 0 81 79 22 13 16 20 32 82 71 70 70 72 69 66 62 63 60 52 45 46 41 42 43 33 32 26 23 16 13 15 16 18 19 23 26 28 28 31 31 32 33 35 41 43 45 46 49 50 51 57-20 17 In Vlaanderen verkleint het prestatieverschil met ongeveer 30% (van 82 punten naar 57), maar het verschil is nog steeds het grootst van alle deelnemende landen. -40-60 -80-100 82 80 28

VERSCHILLEN OP BASIS VAN THUISTAAL Vlaamse PISA2015-steekproef: 67% van de leerlingen spreekt thuis de instructietaal (Nederlands) en nog eens 18% spreekt een Vlaams dialect Van zodra leerlingen thuis een andere taal spreken dan Nederlands (of een Vlaams dialect), heeft dit een invloed op hun gemiddelde score voor wetenschappelijke geletterdheid en op hun score op de SES-index (significante verschillen t.o.v. Nederlands thuis staan in het geel) N % van steekproef Wetenschappelijke geletterdheid Index voor SES Nederlands 3775 67% 528,4 (2,7) 0,35 (0,02) Frans 257 5% 494,8 (15,9) 0,38 (0,12) Een Vlaams dialect 1013 18% 526,1 (3,9) 0,11 (0,03) Een Europese taal 158 3% 452,0 (13,7) -0,01 (0,11) Arabisch 111 2% 427,1 (12,3) -0,33 (0,10) Turks 118 2% 399,5 (10,2) -0,71 (0,07)

VERSCHILLEN OP BASIS VAN THUISTAAL Thuistaal heeft zowel voor autochtone als voor leerlingen van buitenlandse herkomst een effect op hun PISA-prestaties. Leerlingen die thuis Nederlands of een Vlaams dialect spreken Leerlingen die thuis een andere taal spreken Autochtone leerlingen 532,44 (2,4) 483,24 (12,7) Leerlingen met een buitenlandse herkomst 478,24 (8,5) 426,4 (6,8)

LEESVAARDIGHEID

LEESVAARDIGHEID: DEFINITIE Het begrijpen en gebruiken van geschreven teksten, reflecteren over geschreven teksten en zich inlaten met geschreven teksten zodat doelen bereikt worden, kennis en capaciteiten ontwikkeld worden en er adequaat kan geparticipeerd worden aan de maatschappij.

LEESVAARDIGHEID: VOORBEELDVRAAG Kenmerken Vraag 3 bij de unit LUCHTBALLON Vaardigheid Subschaal Context Moeilijkheidsgraad Lokaliseren van informatie Niet-doorlopende tekst Educatief score:595 Niveau 4 (partiële score: 449 niveau2) Vraag 3: LUCHTBALLON Vijaypat Singhania gebruikte technieken die komen uit twee andere soorten transport. Welke soorten transport zijn dat? 1. 2.

Land Gem St fout Interval LEESVAARDIGHEID: RESULTATEN Singapore 535 1,6 532-538 Hongkong-China 527 2,7 521-532 Canada 527 2,3 522-531 Finland 526 2,5 521-531 Ierland 521 2,5 516-526 Estland 519 2,2 515-523 Korea 517 3,5 511-524 Japan 516 3,2 510-522 Noorwegen 513 2,5 508-518 Vlaanderen 511 2,8 505-516 Nieuw-Zeeland 509 2,4 505-514 Duitsland 509 3 503-515 Macao-China 509 1,3 506-511 Polen 506 2,5 501-511 Slovenië 505 1,5 502-508 Nederland 503 2,4 498-508 Australië 503 1,7 500-506 Duitstalige Gemeenschap 501 4,2 493-509 Zweden 500 3,5 493-507 Denemarken 500 2,5 495-505 Frankrijk 499 2,5 494-504 België 499 2,4 494-503 Portugal 498 2,7 493-503 Verenigd Koninkrijk 498 2,8 493-503 Taipei China 497 2,5 492-502 Verenigde Staten 497 3,4 490-504 Spanje 496 2,4 491-500 Russische Federatie 495 3,1 489-501 B-S-J-G China 494 5,1 484-504 OESO-gemiddelde 493 0,5 492-591 Vlaanderen bekleedt tussen de 7-de en de 15-de plaats in de rangschikking volgens gemiddelde prestatie voor leesvaardigheid 6 landen presteren significant beter dan Vlaanderen: Singapore, Hongkong-China, Canada, Finland, Ierland en Estland. Een groep van 8 landen presteert op hetzelfde niveau als Vlaanderen; alle andere deelnemende landen en regio s presteren significant lager. Absolute koploper is, net als bij wetenschappelijke geletterdheid, Singapore - met een gemiddelde score van 535 punten.

LEESVAARDIGHEID: RESULTATEN VAARDIGHEIDSNIVEAUS Niveau Scorepunten OESO-gem. Vlaanderen 6 Meer dan 698 5 626-698 4 553-626 3 480 553 2 407-480 1a 335-407 1b 262-335 <1 Minder dan 262

LEESVAARDIGHEID: RESULTATEN VAARDIGHEIDSNIVEAUS Niveau Scorepunten OESO-gem. Vlaanderen 6 Meer dan 698 1,1% 1,4% 5 626-698 7,2% 10,7% 4 553-626 20,5% 25,5% 3 480 553 27,9% 26,3% Toppresteerders bij PISA (niveau 5 en 6): OESO: 8,3% Vlaanderen: 12,1% (8st positie) 2 407-480 23,2% 19,0% 1a 335-407 13,6% 11,7% 1b 262-335 5,2% 4,7% <1 Minder dan 262 1,3% 0,7% Niveau 2: basisniveau (volwaardige participatie aan de maatschappij) OESO: 20,1% onder niveau 2 Vlaanderen 17,1% onder niveau 2

Hongkong-China Ierland Estland Canada Finland Singapore Macao-China Japan Korea Vietnam Duitstalige Gemeenschap Polen Noorwegen Denemarken Slovenië Duitsland Spanje Russische Federatie Vlaanderen Taipei China Portugal Nieuw-Zeeland Letland Verenigd Koninkrijk Nederland Australië Zweden Verenigde Staten België Kroatië Zwitserland OESO-gemiddelde Italië Frankrijk B-S-J-G China Tsjechische Republiek IJsland Oostenrijk Franse Gemeenschap Litouwen Luxemburg Israel Griekenland Hongarije Chili Slowaakse Republiek Malta Roemenië Uruguay Turkije Costa Rica Verenigde Arabische Emiraten Bulgarije Mexico Trinidad en Tobago Colombia Moldavië Thailand Albanië Qatar 100 80 60 40 LEESVAARDIGHEID: RESULTATEN 1 1 1 2 2 1 4 2 1 2 1 1 10 9 10 6 3 2 1 1 1 1 12 12 10 5 7 6 15 11 8 5 6 10 16 10 11 6 7 VAARDIGHEIDSNIVEAUS 24 24 23 22 19 19 22 22 29 26 25 27 28 27 26 25 Niveau 1a Niveau 1b Onder niveau 1b Niveau 2 Niveau 3 Niveau 4 Niveau 5 Niveau 6 24 22 23 24 35 32 32 34 33 32 32 31 32 29 31 31 30 31 30 28 29 30 30 30 29 29 28 26 26 27 28 27 28 28 28 27 26 26 3 4 11 22 1 1 2 1 1 1 1 1 1 1 2 2 1 1 1 8 9 9 8 8 8 5 7 7 5 20 23 22 22 21 23 19 21 20 19 10 9 7 6 6 6 4 19 18 20 20 17 21 23 1 1 7 4 4 2 8 16 17 12 3 1 5 2 2 1 19 14 1 19 14 8 6 5 3 3 4 2 1 9 11 7 12 9 27 28 27 27 27 27 21 19 20 27 21 27 25 21 25 25 21 24 22 24 21 1 7 4 5 20 20 19 15 16 7 17 20 18 21 22 19 18 17 23 20 19 32 23 22 20 24 23 21 24 27 19 22 23 21 27 24 22 21 22 23 21 27 23 23 25 19 21 23 26 23 24 27 22 22 25 24 30 26 22 30 28 33 35 25 22 34 26 29 28 31 27 23 0-20 7 8 8 8 8 8 9 9 10 12 10 11 11 11 11 11 12 13 12 12 13 11 13 13 13 12 12 2 13 13 15 14 14 15 13 14 15 14 14 2 15 2 2 3 17 16 15 2 17 18 20 18 17 2 3 3 1 2 4 3 4 3 3 4 3 3 5 4 4 5 4 4 4 5 5 5 5 5 5 5 5 6 6 6 6 7 6 7 8 8 8 8 7 9 11 23 24 27 28 22 20 28 22 26 25 32 27 23-40 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 2 1 1 1 1 1 1 2 2 1 2 2 1 In Vlaanderen presteert 17% van de leerlingen onder niveau 2 (19 e plaats in de ranking) 1 2 3 2 1 1 4 7 12 12 13 14 11 10 11 4 3 5 8 2 2 2 14 14 15 6 3 6 15 3 16 18 7 11-60

WISKUNDIGE GELETTERDHEID

WISKUNDIGE GELETTERDHEID: DEFINITIE Het vermogen van een individu om wiskunde in verschillende contexten te gebruiken, te formuleren en te interpreteren. Dit omvat wiskundig redeneren en het gebruik van wiskundige begrippen, werkwijzen, feiten en hulpmiddelen om fenomenen te beschrijven, te verklaren en te voorspellen. Wiskundige geletterdheid helpt mensen om de rol van wiskunde in het dagelijkse leven in te schatten en om gefundeerde oordelen te maken en gefundeerde beslissingen te nemen als constructieve, betrokken en reflectieve burgers.

APPARTEMENT KOPEN WISKUNDIGE GELETTERDHEID: VOORBEELDVRAAG Dit is de plattegrond van het appartement dat de ouders van Gerard via een makelaarskantoor willen kopen. Kenmerken Vraag APPARTEMENT KOPEN Vaardigheid Formuleren Badkamer Keuken Schaal: 1 cm stelt 1 m voor Subschaal Context Vorm en ruimte (~meetkunde) Persoonlijk Moeilijkheidsgraad score:576 Niveau 4 Woonkamer Terras Slaapkamer Met een efficiënte methode kan je de totale vloeroppervlakte schatten door slechts vier lengtes te meten. Duid op bovenstaande plattegrond de vier lengtes aan die nodig zijn om de totale vloeroppervlakte van het appartement te kunnen schatten.

Land Gem St fout Interval WISKUNDIGE GELETTERDHEID: RESULTATEN Singapore 564 1,5 561-567 Hongkong-China 548 3,0 542-554 Macao-China 544 1,1 542-546 Taipei China 542 3,0 536-548 Japan 532 3,0 527-538 B-S-J-G China 531 4,9 522-541 Korea 524 3,7 517-531 Vlaanderen 521 2,5 517-526 Zwitserland 521 2,9 516-527 Estland 520 2,0 516-524 Canada 516 2,3 511-520 Nederland 512 2,2 508-517 Denemarken 511 2,2 507-515 Finland 511 2,3 507-516 Slovenië 510 1,3 507-512 België 507 2,4 502-512 Duitsland 506 2,9 500-512 Polen 504 2,4 500-509 Ierland 504 2,1 500-508 Duitstalige Gemeenschap 502 5,1 492-512 Noorwegen 502 2,2 497-506 Oostenrijk 497 2,9 491-502 Nieuw-Zeeland 495 2,3 491-500 Vietnam 495 4,5 486-503 Russische Federatie 494 3,1 488-500 Zweden 494 3,2 488-500 Australië 494 1,6 491-497 Frankrijk 493 2,1 489-497 Verenigd Koninkrijk 492 2,5 488-497 Tsjechische Republiek 492 2,4 488-497 Portugal 492 2,5 487-497 OESO-gemiddelde 490 0,4 489-491 Italië 490 2,8 484-495 Franse Gemeenschap 489 4,4 481-498 Vlaanderen bekleedt tussen de 6-de en de 11-de plaats in de rangschikking volgens gemiddelde prestatie voor wiskundige geletterdheid Een groep van 5 (Aziatische) landen presteert significant beter dan Vlaanderen. Net als in vorige cycli behoort Vlaanderen nog steeds tot de toplanden voor wiskundige geletterdheid, maar het aantal landen dat het Vlaamse niveau haalt, stijgt elke cyclus. Ook voor dit domein is de absolute koploper Singapore, met een gemiddelde score van 564 punten.

WISKUNDIGE GELETTERDHEID: RESULTATEN VAARDIGHEIDSNIVEAUS Niveau Scorepunten OESO-gem. Vlaanderen 6 Meer dan 669 5 607-669 4 545-607 3 482 545 2 420-482 1 358-420 <1 Minder dan 358

WISKUNDIGE GELETTERDHEID: RESULTATEN VAARDIGHEIDSNIVEAUS Toppresteerders (niveau 5 en 6): OESO: 10,7% Vlaanderen: 20,7% (6de positie) Niveau Scorepunten OESO-gem. Vlaanderen 6 Meer dan 669 2,3% 5,5% 5 607-669 8,4% 15,2% 4 545-607 18,6% 23,4% 3 482 545 24,8% 22,5% 2 420-482 22,5% 16,6% 1 358-420 14,9% 10,8% <1 Minder dan 358 8,5% 6,2% Niveau 2: basisniveau (volwaardige participatie aan de maatschappij) OESO: 23,4% onder niveau 2 Vlaanderen 17% onder niveau 2

Macao-China Singapore Hongkong-China Japan Estland Taipei China Finland Denemarken Canada Ierland Korea Zwitserland B-S-J-G China Slovenië Nederland Vlaanderen Noorwegen Duitstalige Gemeenschap Duitsland Polen Russische Federatie Vietnam België Zweden Letland Nieuw-Zeeland Tsjechische Republiek Oostenrijk Verenigd Koninkrijk Australië Spanje Italië OESO-gemiddelde Frankrijk IJsland Portugal Franse Gemeenschap Litouwen Luxemburg Slowaakse Republiek Hongarije Malta Verenigde Staten Kroatië Israel Griekenland Roemenië Bulgarije Cyprus Verenigde Arabische Emiraten Chili Moldavië Turkije Trinidad Tobago Uruguay Albanië Thailand Mexico Qatar Costa Rica Colombia 100 Niveau 1 Onder niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Niveau 4 Niveau 5 Niveau 6 80 60 40 20 5 17 29 27 WISKUNDIGE GELETTERDHEID: RESULTATEN 13 8 2 5 3 2 2 19 15 11 10 4 9 10 8 11 18 22 VAARDIGHEIDSNIVEAUS 24 24 23 21 21 23 19 18 23 21 21 27 25 26 7 5 9 14 14 17 2 1 3 3 5 3 3 2 2 10 9 8 12 10 9 7 7 15 22 23 23 23 22 23 23 22 1 4 2 12 8 5 30 29 29 29 28 27 27 29 27 27 27 27 26 25 26 20 23 24 24 23 21 21 23 19 16 29 1 3 2 3 2 3 1 9 8 10 8 6 2 2 2 1 2 3 2 1 1 9 8 8 10 8 9 9 6 8 7 7 3 19 18 20 19 19 18 18 19 18 21 19 20 16 9 18 17 16 17 25 26 25 26 25 28 25 25 25 25 24 24 24 24 24 24 22 1 1 2 5 5 7 3 15 13 16 12 3 1 4 3 9 1 11 9 3 1 2 6 1 8 7 6 2 2 1 1 8 6 5 5 3 24 23 22 20 22 19 19 17 16 16 16 16 15 15 14 13 2 6 2 13 9 2 10 0 15 12 14 17 21 15 22 22 20 24 17 18 16 21 20 17 24 22 22 23 26 26 19 23 28 23 23 21 23 23 25 23 23 21 24 22 22 26 23 24 23 20 26 26 21 26 27 24 26 23 25 25 25 22 24 25 26 27 20 26 22 5 6 6 1 8 9 8 2 10 10 11 11 10 11 10 12 12 11 3 12 13 12 13 14 15 13 14 16 15 14 14 14 3 14 15 15 15 15 15 15 15 2 17 17 16 17 4 14 19 4 3 21 4 17 21 4 5 5 6 24 21 22 4 5 6 24 5 26 25 4 5 4 28 5 5 7 7 6 7 7 8 8 8 7 8 8 9 8 9 9 8 9 12 11 15 24 27 27 30 31 24 35 31-20 11 12 15 15 16 21 20-40 -60 In Vlaanderen presteert 17% van de leerlingen onder niveau 2 (16 e plaats in de ranking) 24 23 25 23 28 25 26 24 26 35 27 35-80

TRENDS

If you want to measure change don t change the measure.

TRENDS IN PISA Naam schaal 2000 2003 2006 2009 2012 2015 Leesvaardigheid 2000 2009 Wiskundige geletterdheid 2003 2012 Wetenschappelijke geletterdheid 2006 2015

TRENDS IN PISA Naam schaal 2000 2003 2006 2009 2012 2015 Leesvaardigheid 2000 2009 Trends kunnen voor de periode 2000-2015 gerapporteerd worden Wiskundige geletterdheid 2003 2012 Wetenschappelijke geletterdheid 2006 2015

TRENDS IN PISA Naam schaal 2000 2003 2006 2009 2012 2015 Leesvaardigheid 2000 2009 Trends kunnen voor de periode 2000-2015 gerapporteerd worden Wiskundige geletterdheid 2003 2012 Trends kunnen voor de periode 2003-2015 gerapporteerd worden Wetenschappelijke geletterdheid 2006 2015

TRENDS IN PISA Naam schaal 2000 2003 2006 2009 2012 2015 Leesvaardigheid 2000 2009 Trends kunnen voor de periode 2000-2015 gerapporteerd worden Wiskundige geletterdheid 2003 2012 Trends kunnen voor de periode 2003-2015 gerapporteerd worden Wetenschappelijke geletterdheid 2006 2015 Trends kunnen voor de periode 2006-2015 gerapporteerd worden

Japan Estland Taipei China Finland -33 Macao-China 18 Canada Hongkong-China -19 Korea Vlaanderen -14 Nieuw-Zeeland -17 Slovenië Australië -17 Verenigd Koninkrijk Duitsland Nederland -16 Zwitserland Duitstalige Gem. -11 Ierland België Denemarken Polen Portugal 27 Noorwegen 12 Verenigde Staten Oostenrijk -16 Frankrijk Zweden OESO gem 2006 Tsjechische Republiek -20 Spanje Letland Russische Federatie Franse Gem. Luxemburg Italië Hongarije -27 Litouwen -13 Kroatië -18 IJsland -18 Israël Slowaakse Republiek -28 Griekenland -19 Chili Bulgarije Uruguay Roemenië 16 Turkije Thailand Qatar 68 Colombia 28 Mexico TRENDS IN WETENSCHAPPELIJKE GELETTERDHEID 575 525 Overheen de OESO-landen veranderde de gemiddelde wetenschappenscore niet 2006 tussen 2006 2015 en 2015, maar in 21 landen/regio s is er wel een significante verandering. In 15 van die landen (waaronder Vlaanderen) is de trend negatief. 475 425 375 325

Gemiddelde 3-jaarlijkse trend in prestatie voor wetenschappen TRENDS IN WETENSCHAPPELIJKE GELETTERDHEID Prestatie in 2006 ONDER het OESO gemiddelde Prestatie in 2006 BOVEN het OESO gemiddelde 25 Prestatie in 2006 ONDER het OESO gemiddelde Prestatie in 2006 BOVEN het OESO gemiddelde 20 15 10 5 0-5 -10 Qatar Nieuwe manier om trends in PISA te rapporteren: 3-jaarlijkse trend = een indicatie van de gemiddelde snelheid waarmee de prestaties van een land veranderen over de periode van drie jaar (~ het interval tussen 2 PISA cycli) = een meer robuuste maat voor trends omdat het alle gegevens van de verschillende PISA-cycli waaraan een land deelnam, in rekening brengt en zo minder gevoelig is voor statistische schommelingen Colombia Roemenië Op basis van de 3-jaarlijkse trend zijn Thailand er Bulgarije in 24 landen/regio s Russische Fed. Noorwegen significante Polen veranderingen Japan in de Spanje Italië Denemarken Estland wetenschappenprestatie. Vlaanderen Mexico Ver. Staten Turkije behoort Chili opnieuw tot deze Letlandgroep: de prestatie van Vlaamse Frankrijk Uruguay Luxemburg Ierland Taipei China Franse Gem. 15-jarigen daalde per PISA-cyclus met 5 scorepunten. Ver. Koninkrijk Slovenië Israël Griekenland Portugal Litouwen Kroatië IJsland Slowaakse Rep. OESO gem. Zwitserland België Zweden Oostenrijk Macao-China Hongarije Nederland Tsjech.Rep. Duitstalige Gem. Korea Canada Vlaanderen Australië Nieuw-Zeeland Hongkong-China Finland -11 Gemiddelde prestatie stijgt Gemiddelde prestatie daalt -15 325 350 375 400 425 450 475 500 525 550 575 Gemiddelde prestatie voor wetenschappen in 2006

TRENDS IN WETENSCHAPPELIJKE GELETTERDHEID Verschillen in de scores volgens onderwijsvorm ASO 593,0 (2,3) PISA 2006 PISA 2015 582,3 (3,1) Zowel in het TSO als in het BSO daalden de gemiddelde wetenschappenscores significant tussen 2006 en 2015. TSO 525,2 (2,7) KSO 544,5 (12,9) BSO 433,2 (3,0) 508,2 (3,8) 523,1 (11,4) 402,3 (3,8) Ook in het ASO en in het KSO ligt de gemiddelde prestatie lager in 2015 dan in 2006, maar hier is de daling niet significant.

TRENDS IN WETENSCHAPPELIJKE GELETTERDHEID Verschillen in de scores van laag- en hoogpresteerders PISA 2006 PISA 2015 Perc. 10 Perc. 25 Perc. 75 Perc. 90 Perc. 10 Perc. 25 Perc. 75 Perc. 90 OESO 373,5 (0,8) 432,5 (0,7) 565,4 (0,6) 619,8 (0,7) 367,7 (0,6) 426,1 (0,6) 561,0 (0,5) 614,8 (0,5) Vlaanderen 400,2 (6,7) 468,1 (4,5) 597,7 (2,6) 641,7 (2,7) 372,0 (5,0) 442,7 (4,1) 591,8 (2,8) 641,6 (2,7) In Vlaanderen daalden de prestaties van de groepen laagpresteerders significant tussen 2006 en 2015.

TRENDS IN WETENSCHAPPELIJKE GELETTERDHEID Verschillen in het percentage laag- en hoogpresteerders PISA 2006 PISA 2015 VERSCHIL 2015-2006 < niv. 2 Niv. 5 of hoger < niv. 2 Niv. 5 of hoger < niv. 2 Niv. 5 of hoger OESO 19,8% 8,7% 21,2% 7,7% 1,5 (1,8) -1,0 (0,6) Vlaanderen 11,6% 12,3% 17,1% 12,0% 5,5 (1,7) -0,3 (0,6) In vergelijking met 2006 is er in Vlaanderen een significante stijging van het aantal leerlingen dat het benchmarkniveau 2 voor wetenschappelijke geletterdheid niet haalt.

Taipei China Japan Finland Estland Nieuw-Zeeland Canada Vlaanderen Australië Nederland Verenigd Koninkrijk Korea Slovenië Duitsland Zwitserland Macao-China België Verenigde Staten Zweden Frankrijk Noorwegen OESO gemiddelde % 30 25 20 15 10 5 0 0 5 10 15 20 25 % 30 TRENDS IN WETENSCHAPPELIJKE GELETTERDHEID Leerlingen op of boven niveau 5 Trends in de laag- en hoogpresteerders van toplanden uit PISA2006 Leerlingen onder niveau 2 2006 2015 Van de 20 trend landen die in PISA2006 boven het OESOgemiddelde scoorden, zijn er drie waarbij zowel het percentage hoogpresteerders significant afneemt als het percentage laagpresteerders significant toeneemt (Finland, Nieuw-Zeeland en Australië). Vlaanderen behoort samen met Nederland en Zweden tot de landen waarbij enkel de toename van het percentage laagpresteerders significant is. Van de toplanden uit PISA2006 heeft enkel Macao- China in 2015 significante positieve trends (én meer hoogpresteerders én minder laagpresteerders)

Singapore Hongkong-China Canada Finland Ierland Estland Korea Japan Noorwegen Vlaanderen Nieuw-Zeeland Duitsland Macao-China Polen Slovenië Nederland Australië Duitstalige Gem. Zweden Denemarken Frankrijk België Portugal Verenigd Koninkrijk Taipei China Verenigde Staten Spanje Russische Federatie OESO gem. 2009 Zwitserland Letland Tsjechische Republiek Kroatië Italië Franstalige Gem. IJsland Luxemburg Israël Litouwen Hongarije Griekenland Chili Slowaakse Republiek Malta Uruguay Roemenië Bulgarije Turkije Costa Rica Trinidad en Tobago Colombia Mexico Moldavië Thailand Albanië Qatar TRENDS IN LEESVAARDIGHEID 575 525 475 Overheen de OESO-landen veranderde de gemiddelde leesscore niet tussen PISA2009 en 2015 2015, maar in 27 landen/regio s is er wel een significante verandering. In 17 van die landen stijgt de leesprestatie significant; in de 10 overige is er een significante daling. Ook in Vlaanderen daalde de gemiddelde score voor leesvaardigheid, maar het verschil van 8 punten is niet significant. 425 375 325

Singapore Hongkong-China Macao-China Taipei China Japan Korea Vlaanderen Zwitserland Estland Canada Nederland Denemarken Finland Slovenië België Duitsland Polen Ierland Duitstalige Gem. Noorwegen Oostenrijk Nieuw-Zeeland Vietnam Russische Federatie Zweden Australië Frankrijk Verenigd Koninkrijk Tsjechische Republiek Portugal OESO gem. 2003 Italië Franse Gem IJsland Spanje Luxemburg Letland Litouwen Hongarije Slowaakse Republiek Israël Verenigde Staten Kroatië Griekenland Roemenië Bulgarije Cyprus Verenigde Arabische Emiraten Chili Turkije Uruguay Thailand Albanië Mexico Qatar Costa Rica Colombia TRENDS IN WISKUNDIGE GELETTERDHEID 550 500 450 Overheen de OESO-landen veranderde de gemiddelde score voor wiskunde niet significant zowel niet tussen 2003 en 2015 als in vergelijking met 2012. 2003 2012 2015 In 19 landen/regio s is er een significante verandering tussen PISA2003 en 2015. In de meerderheid hiervan (15 landen/regio s, waaronder Vlaanderen) is de trend negatief. Van deze landen heeft Vlaanderen samen met Finland en Australië de grootste daling in de wiskundeprestatie (meer dan 30 scorepunten). 400 350

TRENDS IN WISKUNDIGE GELETTERDHEID Buurlanden Nederland, Frankrijk hebben net als Vlaanderen een negatieve trend in hun wiskundeprestatie, maar enkel Vlaanderen en Nederland hebben een systematische daling overheen elke cyclus. PISA2003 PISA2006 PISA2009 PISA2012 PISA2015 VLAANDEREN 553 (2,1) 543 (3,7) 537 (3,1) 531 (3,3) 521 (2,5) Nederland 538 (3,1) 531 (2,6) 526 (4,7) 523 (3,5) 512 (2,2) Duitsland 503 (3,3) 504 (3,9) 513 (2,9) 514 (2,9) 506 (5,4) Frankrijk 511 (2,5) 496 (3,2) 497 (3,1) 495 (2,5) 493 (4,8) Luxemburg 493 (1,0) 490 (1,1) 489 (1,2) 490 (1,1) 486 (1,3) Finland 544 (1,9) 548 (2,3) 541 (2,2) 519 (1,9) 511 (2,3) Denemarken 514 (2,7) 513 (2,6) 503 (2,6) 500 (2,3) 511 (2,2

Inge De Meyer / Nele Warlop / Sigrid Van Camp PISA-team UGent Martin Valcke / Bram De Wever / Johan van Braak / Hilde Van Keer Promotor en copromotoren VAKGROEP ONDERWIJSKUNDE E pisa@ugent.be T +32 9 264 86 66 www.pisa.ugent.be www.ugent.be Ghent University @ugent Ghent University

VAKGROEP ONDERWIJSKUNDE ONDERZOEKSGROEP PISA PISA 2015 OVERZICHT VAN DE EERSTE VLAAMSE RESULTATEN LiSO-studiedag Mechelen, 13 december 2016