Wetsus academy UCF. University Campus Fryslân. Business plan hotspot Water Technology. Programmalijn onderwijs. Water. Water business.



Vergelijkbare documenten
Aanvraag beoordeling macrodoelmatigheid International Bachelor of Bioscience. Leiden, 17 januari 2017

Uitvoeringskader Watertechnologie Bijlage Succesvolle watertechnologieprojecten

Macrodoelmatigheidsdossier BSc Business Analytics AANVRAAGFORMULIER NIEUWE OPLEIDING. 1. Basisgegevens. Tongersestraat LM Maastricht

Aanvraagformulier nieuwe opleiding. Basisgegevens. Contactpersoon/contactpersonen Postbus GG Amsterdam

Aanvraagformulier Nieuwe opleiding macrodoelmatigheidstoets beleidsregel 2014

BASISGGEVENS. Naam Functie

Samenvatting aanvraag

Samenvatting aanvraag

Aanvraagformulier Nieuwe opleiding macrodoelmatigheidstoets beleidsregel 2014

Opleidingsspecifiek deel bij de OER Bacheloropleiding Natuurwetenschap en Innovatiemanagement Undergraduate School Geosciences

Wet- en regelgeving. Rosa Becker, Nuffic Guido van Leerzem, Tilburg University. Hogeschool Utrecht, 6 juli 2017

Format samenvatting aanvraag. Opmerking vooraf

Men komt in aanmerking voor toelating tot het programma Kunstgeschiedenis indien men aantoont te beschikken over de volgende competenties:

INHOUDSOPGAVE ALGEMEEN Aard van dit document Informatie en communicatie Inwerkingtreding en duur

VOORSTEL VOOR HET AB. Datum vergadering: 7 november Agendapunt: 8. Portefeuillehouder: De heer Bolsius

Neerlandistiek CROHO 60849

Koen Lemmink Lectoraat Praktijkgerichte Sportwetenschap Instituut voor Sportstudies van de Hanzehogeschool

Deze brochure schetst de onderwijsvisie van onze universiteit op hoofdlijnen. De doelen die horen bij die visie kunnen we alleen samen bereiken.

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN) Ruitenberglaan 27, 6826 CC Arnhem. n.v.t. n.v.t. n.v.t. bachelor

Protocol voor Nederlandse aanvragen Toets Nieuwe Opleiding leidend tot een Joint degree. 7 juni 2010

Format samenvatting aanvraag. Opmerking vooraf

BESTUURSKUNDE DYNAMIEK VAN BESTUREN

FACULTEIT DER NATUURWETENSCHAPPEN, WISKUNDE EN INFORMATICA. ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Masterschool Life and Earth Sciences studiejaar

mastertrack Governance & Law in Digital Society

Voorlichtingsdag Bedrijfskunde. Faculteit der Economische Wetenschappen en Bedrijfskunde

Speel een rol in de Waterwereld En word een held!

Milieuwetenschappen in Leiden

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen

Cijfermatige achtergrondinformatie ten behoeve van Slotconferentie HO-tour

Milieu-natuurwetenschappen en Environmental Sciences

Opleidingsspecifiek deel Natuurwetenschap en Innovatiemanagement bij de OER Bacheloropleidingen Undergraduate School Geosciences

(Nieuwe) opleiding hbo master. Bas Bauland (HAN Kwaliteitszorg) HAN Kwaliteitszorg, t.a.v. Bas Bauland Postbus EJ Arnhem

MBAprogramma. MBA in Innovation & Technology (MIT) Polytechnic College Suriname. TSM Business School Nederland. Lectoraat

Bachelor Europese studies. uva.nl/ba-europese-studies


Marjolijn Staal (Projectleider) Padualaan CH Utrecht. Postadres Postbus SB, Utrecht

Investeren in kwaliteit Kansrijk op arbeidsmarkt. Onderzoek met impact. Hbo als emancipatiemotor. Hbo in vogelvlucht. #hbocijfers

Management & Organisatie

UNIVERSITY OF EYE-OPENING SCIENCE. BACHELOR OF SCIENCE CIVIELE TECHNIEK

Naar transparanter hoger onderwijs. Het Nederlandse Nationale Kwalificatieraamwerk

In aanvulling op bovenstaande voorwaarden gelden de volgende aanvullende toelatingsvoorwaarden per track:

Greenport Horti Campus. Burgemeester Sjaak van der Tak 16 december 2011

Binnen twee jaar als leerkracht voor de klas. Verkorte opleiding Leraar Basisonderwijs (pabo) share your talent. move the world.

Samenvatting. Samenvatting 9

VISIE OP ONDERWIJS. Associate degrees voltijd

2. Selectie van studenten geschiedt op basis van een oordeel over de volgende kerncompetenties van belangstellenden:

BESTUURSKUNDE BESTUREN VAN ZORGVERNIEUWING

BESTUURSKUNDE BESTUREN VAN VEILIGHEID

Samenvatting aanvraag Governance of Sustainability

Sessie 4 (4): Good practices internationale joint master

Samenvatting aanvraag. Bijlage 8

Industrieel Ontwerpen

Master Healthy Ageing Professional (MHAP)

Bijlage 1 Programma- en actielijnen Pieken

UNIVERSITY OF INFINITE AMBITIONS.

Samenvatting aanvraag Innovative Textile Development Deze samenvatting is ingevuld o.b.v. het CDHO format d.d. oktober 2014 (via

Conferentie Promoveren en promotietrajecten. VU Amsterdam, 15 mei 2013

Lid Raad van Toezicht Met een achtergrond in het agrarisch bedrijfsleven en afkomstig uit Noord-Nederland

Van financieel talent naar Public Business Controller

Associate degree Deeltijd

UNIVERSITY CAMPUS FRYSLÂN

BESTUURSKUNDE BESTUREN VAN VEILIGHEID

PROFIEL. Adviseur Onderwijs HAS Hogeschool

F4-GEMEENTEN. Manifest voor de vorming van een nieuw provinciaal coalitieakkoord. Versterk Economie en Werkgelegenheid

Format samenvatting aanvraag. Opmerking vooraf

Studeren in Nederland

«nvao. fluit. w nederlands - ulaamse accreditatieorganisatie

Operationeel Programma EFRO Noord-Nederland

VAN KORTSLUITING NAAR CONTACT BETA CHALLENGE PROGRAMMA EEN LEERROUTE MAVO-MBO-HBO

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologe en Religiewetenschappen. Deel 2 (opleidingsspecifiek deel): Bachelor Theologie

profiel Open Universiteit Voorzitter en leden raad van toezicht

Opleidingsspecifieke deel OER, Opleiding / programma: BA Liberal Arts and Sciences

Van de 293 Wageningse respondenten zijn er 109 man (37%) en 184 vrouw (63%). De gemiddelde leeftijd van de respondenten is 28 jaar.

UNIVERSITY OF INFINITE AMBITIONS. MASTER OF SCIENCE SCIENCE EDUCATION AND COMMUNICATION

Opleiding / programma: BA Liberal Arts and Sciences. Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum

Instellingsbeleid doelstellingen en profiel

Professionele Masters. Uitgangspunten verdere uitbouw aanbod professionele masters

Regeling collegegeld

Protocol voor Nederlandse Aanvragen Accreditatie leidend tot een Joint degree. 7 juni 2010

Veloncongres Promotiebeurs voor Leraren Een basis voor de wetenschapper van de toekomst. Over het programma Promotiebeurs - doel

Bijzonder kenmerk Kleinschalig en intensief onderwijs

Opleiding / programma: Neerlandistiek/ Neerlandistiek (voorheen Nederlandse taal en cultuur)

BESTUURSKUNDE DYNAMIEK VAN BESTUREN

Samenwerking Erasmus School of Economics en de Erasmus School of Law

Postbus BM Utrecht

BASISGEGEVENS. Contactpersoon. Dr. E.W.M. Gielen. Naam. Portfoliomanager & Organisatieontwikkeling Adacademies. Functie

Benchmark Hogescholen In opdracht van Platform Bètatechniek Ten behoeve van bestuurlijk overleg met hogescholen

INTERSECTORALE MOBILITEIT IN HET HOGER ONDERWIJS ROB GRÜNDEMANN (HOGESCHOOL UTRECHT)

Bijlage Onderwijs- en Examenregeling (OER) Master Programma van Pedagogische Wetenschappen. Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen

Talent in eigen hand. De positie van jonge wetenschappers in Nederland. december 2006

Raadsvoorstel. jaar stuknr. Raad. categorie/agendanr. stuknr. B. en W RA A 6 11/105

OPLEIDINGSMANAGER MARKETING, SALES & TRADE

Basisgegevens. Soort aanvraag (kruis aan wat van toepassing is): Nieuwe opleiding. Nieuw Ad programma. Nieuwe hbo master. Nieuwe joint degree

CONVENANT ASSOCIATE DEGREE

Feiten en cijfers. Studentenaantallen in het hoger beroepsonderwijs

Plant, mens en innovatie. BSc Plantenwetenschappen 17 maart 2018

Voor het programma van de opleiding gelden geen aanvullende toelatingsvoorwaarden.

Kadernotitie Platform #Onderwijs 2032 SLO, versie 13 januari 2015

Show & Share 2008 Promoveren bij Hogeschool INHOLLAND Ad van Blokland, coördinator Promotieonderzoek Institute of Advanced Studies and Applied

Format samenvatting aanvraag. Opmerking vooraf

Transcriptie:

University Campus Fryslân Business plan hotspot Water Technology Programmalijn onderwijs Water business Wetsus academy UCF Water technology Water management Nelleke van Dorenmalen Wetsus Academy, Leeuwarden 1 oktober 2010

Business Plan UCF 1 oktober 2010 versie 11 2 1. Fryslân, natuurlijk laboratorium voor Watertechnologie Inleiding Het ministerie van Economische Zaken heeft in het haar programma 'Pieken in de Delta' de provincie Fryslân aangewezen als 'Piek voor Watertechnologie'. Het doel is om in Leeuwarden een cluster van bedrijven, onderwijs en research te ontwikkelen rond het thema watertechnologie. De gemeente Leeuwarden, de provincie Fryslân en Wetsus hebben het initiatief genomen tot de bouw van een hightech Water Campus op het voormalige Atoglasterrein. Het Van Hall Larenstein instituut biedt gelegenheid om te experimenteren met nieuwe watertechnologieën in het huidige Wetsus-laboratorium en in het in ontwikkeling zijnde Applicatiecentrum. De bouw van een serie demosites rond een specifieke waterstroom, zoals drinkwater (Burgum), zeewater (Harlingen), rioolwater (Leeuwarden) en ziekenhuiswater (Sneek), biedt de gelegenheid om op grotere schaal te experimenteren met nieuwe watertechnologieën. Tenslotte biedt Fryslân de mogelijkheid voor grootschalige demo-installaties. Te denken valt aan een demo-installatie Blue Energy bij de Afsluitdijk of het gebruik van nieuwe waterbronnen voor een duurzame watervoorziening op één van de Waddeneilanden. Andere unieke mogelijkheden voor grootschalige demo s zijn de toepassing van nieuwe sensortechnologie in Spannenburg, de grootste grondwaterbron van de EU en de toepassing van waterbesparing en hergebruik in woonwijken van Sneek en Leeuwarden. Leeuwarden: City of Water Technology Wetsus is de kern van Leeuwarden, city of water technology. De rol van Wetsus richt zich op onderzoek en entrepreneurship (valorisatie). Ook onderwijs is als sleutelgebied opgenomen in het Wetsus-programma, vanwege de grote belangstelling voor het aantrekken en opleiden van talent. In deze notitie willen we de mogelijke relatie en synergie tussen Wetsus Academy en UCF beschrijven. Water Een groeiende wereldbevolking, economische ontwikkelingen en de uitputting van beschikbare zoetwaterbronnen vragen om duurzame technologieën om schoon en voldoende water wereldwijd veilig te stellen. Wetsus richt zich op de ontwikkeling van nieuwe technologieën voor een duurzame zuivering van water. De naam Wetsus is ontstaan uit een samenvoeging van het Friese woord voor water wetter 'en de Engelse term voor duurzaamheid 'sustainability. De belangrijkste toegevoegde waarde van Wetsus ligt in de multidisciplinaire onderzoeksaanpak en de bundeling van krachten van gerenommeerde universiteiten en industriële partners.

Business Plan UCF 1 oktober 2010 versie 11 3 Wetsus is gevestigd in Leeuwarden, de hoofdstad van de provincie Friesland, en is te beschouwen als een koploper in Europa als het gaat om de ontwikkeling van duurzame watertechnologieën. Wetsus heeft de ambitie om in Friesland een Europese waterhub te ontwikkelen (figuur 1). Voor de ontwikkeling van een waterhub spelen onderzoek, onderwijs en het bedrijfsleven een belangrijke rol. De uitdaging binnen het onderzoek naar duurzame watertechnologieën ligt o.a. op het vlak van winning van drinkwater uit nieuwe bronnen en duurzame productie, schonere afvalwaterstromen en hergebruik van bruikbare elementen en vrijkomende energie uit afvalwater. Figuur 1 Waterhub Het is bekend dat innovaties bij voorkeur ontstaan op het snijvlak van wetenschappelijke disciplines. Op dit moment is de keuze voor waterbehandeling globaal beperkt tot twee soorten van technologieën, namelijk biologisch of chemisch-fysisch. De kenmerken van het te behandelen water is bepalend voor de keuze. De conventionele methoden zijn ontwikkeld voor de behandeling van grote hoeveelheden water en vragen dus om aanzienlijke investeringen, technische deskundigheid en infrastructurele voorzieningen. Een wereldwijd gebruik is hierdoor beperkt en voorbehouden aan de rijke(re) landen. Zelfs in sterk geïndustrialiseerde landen leiden de geïnvesteerde tijd in de ontwikkeling van deze systemen en de kosten niet tot de gewenste oplossing voor alle problemen. Bovendien veroorzaken het gebruik van chemicaliën en de afvalstoffen die na waterbehandeling overblijven tot verontreiniging en verzilting van de zoetwatervoorraden. Onderzoek & business en valorisatie De aanpak, waarop Wetsus zich richt, is dan ook geheel anders. Onderzoek en ontwikkeling van duurzame watertechnologieën is altijd gebaseerd op een integratie van wetenschappelijke disciplines en hun inzichten. Onderzoek naar en ontwikkeling van duurzame watertechnologieën vinden plaats op het snijvlak van de biotechnologie en de scheidingtechnologie. Voorbeelden zijn kristallisatie, membraantechnologie, adsorptie en elektrochemie. Wetsus voert haar onderzoek onder de vlag van het Technologisch Top Instituut voor Watertechnologie. Dit instituut maakt deel uit van het Nederlandse Innovatie Programma Watertechnologie, dat de ontwikkeling van duurzame waterbehandeling met een sterke focus op export ten doel heeft. De focus op export vergt een andere dynamiek binnen de Nederlandse waterindustrie. De huidige waterindustrie, die weinig export gericht en sterk civiel technisch is georiënteerd, is voor de export van haar conventionele systemen sterk afhankelijk van het bestaande leidingennetwerk binnen een bepaald gebied of land.

Business Plan UCF 1 oktober 2010 versie 11 4 De aanpak van Wetsus is echter gevoelig voor de mate van samenwerking en clustering van partijen. De aanpak staat of valt met de bereidheid tot samenwerking op wetenschappelijk en commercieel vlak. Bedrijven, die participeren in Wetsus, definiëren en begeleiden het onderzoeksprogramma om de commerciële relevantie te waarborgen. Zij spelen een belangrijke rol bij de export van de technologieën. Promovendi voeren het onderzoek uit bij Wetsus onder begeleiding van haar wetenschappelijke staf. De wetenschappelijke verantwoordelijkheid ligt bij de deelnemende universiteiten. Alleen een goede samenwerking tussen kennisinstellingen en bedrijven voor de langere termijn vergroot de kans dat succesvolle innovaties daadwerkelijk hun weg naar de markt vinden. Onderwijs De wetenschappelijke onderzoekers bij Wetsus beslaan ca. 15 disciplines, welke nodig zijn voor watertechnologie. Deze staf breidt zich ieder jaar verder uit naar meer disciplines. Dit gegeven en het inzicht vanuit het onderzoek hebben geleid tot de idee om een uniek mulitidisciplinair wetenschappelijk masterprogramma in de watertechnologie te ontwikkelen en een nieuwe generatie studenten op te leiden. Wetsus heeft hierbij haar visie op een integrale en multidisciplinaire aanpak doorgetrokken naar het wetenschappelijke onderwijs. Eind 2006 hebben Wetsus, twee technische universiteiten, de provincie Friesland en de gemeente Leeuwarden de intentie uitgesproken om gezamenlijk een academisch programma in de watertechnologie te ontwikkelen. Uitgangspunt voor het multidisciplinaire karakter was een integratie van de vakgebieden (micro)biologie, chemie, natuurkunde en (bio)technologie in één programma.

Business Plan UCF 1 oktober 2010 versie 11 5 Studenten met een afgeronde HBO Bachelor of universitaire Bachelor of Sciences (BSc), die toegang geeft tot de opleidingen Chemische Technologie, Biotechnologie of Scheikundige Technologie, kunnen instromen. De start van een specialisatie Watertechnologie maakt het mogelijk om alle academische graden voor één universitaire studie fysiek in Leeuwarden te halen (figuur 2). Na afronding van de materspecialisatie behoort een promotietraject binnen Wetsus tot de mogelijkheden. Voor de watersector rond Leeuwarden is een nieuwe instroom van academisch opgeleide professionals een belangrijke impuls voor verdere economische ontwikkeling van de waterhub. Figuur 2 PhD Water technology 4 jaar MSc Water technology 2 jaar Hbo bachelor / WO Bachelor 4 jaar / 3 jaar Havo / VWO Leerlijn Water technology In 2007 is de ontwikkeling van deze specialisatie gestart en is de Wetsus Academy opgericht om het samenwerkingsverband tussen de verschillende universiteiten te duiden. In september 2008 is de eerste groep studenten gestart met dit nieuwe programma, dat de universiteiten in zijn geheel verzorgen in Leeuwarden. Op dit moment werken de Wageningen universiteit, de universiteit Twente en de Rijksuniversiteit Groningen samen binnen de Wetsus Academy en bieden zij deze multidisciplinaire masterspecialisatie in de watertechnologie aan. Het programma is ontwikkeld en wordt gegeven door wetenschappelijke docenten van de drie deelnemende universiteiten. Meer informatie over de Wetsus Academy en de masterspecialisatie is te vinden in bijlage 1. Wetsus wil meer wetenschappelijke programma s aanbieden op korte termijn om op het gebied van de watertechnologie kennis over te dragen en ondernemerschap te stimuleren. Hiermee zal meer arbeidspotentieel voor onderzoek en de waterindustrie beschikbaar komen.

Business Plan UCF 1 oktober 2010 versie 11 6 2. De UCF en Watertechnologie De rol van watertechnologie binnen de UCF In de rapportage naar een university campus Fryslân, het mastercollege is de master specialisatie Water technology benoemd als een belangrijke actor. De focus van de MSc specialisatie is internationaal gericht en gericht op kansen voor afgestudeerde Hbo ers. Deze aspecten sluiten goed aan bij de ideeën voor een mastercollege. De ontwikkeling van een mastercollege in Leeuwarden vergroot het draagvlak om de gewenste ontwikkelingen binnen de MSc-specialisatie Water technology (versneld) te realiseren. De eerste stap voor watertechnologie op weg naar een mastercollege vraagt om een aantal structurele veranderingen op korte termijn om de continuïteit op weg naar het eindstation te waarborgen. Deze veranderingen zijn verschillend van karakter, maar versterken allen de uitgangspunten van het mastercollege. Universitaire docenten Universitaire docenten buiten Leeuwarden De docenten, die het onderwijs verzorgen voor de MSc-studenten Water technology in Leeuwarden, zijn allen woonachtig in de omgeving van de Wageningen universiteit, de universiteit Twente en de universiteit Groningen (eigen universiteit). Dit brengt een aantal structurele problemen met zich mee, waarvoor een oplossing nodig is om de continuïteit van het programma in Leeuwarden veilig te stellen. De structurele problemen liggen op het vlak van de roostering (verre van optimaal), het draagvlak (weinig motivatie om te reizen) en de inbreng van watertechnologische know-how (bekende lessof niet gericht op watertechnologie, maar op de monodiscipline van de docent). Het rooster is nooit optimaal te krijgen, doordat het rooster voor de MSc-studenten in Leeuwarden ondergeschikt is aan het rooster van de eigen universiteiten en aan de voorkeur van de docenten om zo min mogelijk te reizen. Het contact met de studenten is minimaal en beperkt zich tot de college-uren. De docenten komen en gaan. De betrokkenheid tussen student en docent zal hierdoor nooit groeien. Begeleiding buiten de college-uren is niet aanwezig. Ook is het contact tussen de docenten onderling en met het wetenschappelijke personeel van Wetsus minimaal, waardoor de docent zijn/haar kennis op het gebied van de watertechnologie niet (verder) ontwikkelt en een goed afgestemd programma niet verder optimaliseert. Universitaire docenten in Leeuwarden De geschetste structurele problemen zijn op te lossen door de aanstelling van een team docenten in Leeuwarden (1 docent per vak). Ideaal is een team dat roostertechnisch optimaal inzetbaar is, aanwezig en zichtbaar is, onderling contact heeft en beter tot afstemming en integratie van lesstof komt en beschikt over kennis van het werkveld van de water(proces)technologie. De docenten vormen een belangrijke schakel tussen de kennisinstellingen en Leeuwarden (ambassadeursrol). In een later stadium kunnen de docenten ook een rol krijgen bij de inzet als gastdocent bij Europese universiteiten. De aanstelling kan 2 vormen krijgen: 1. docenten, die wonen in de omgeving van Leeuwarden, aanstellen voor minimaal 50% bij een van de deelnemende universiteiten en voor de overige tijd bij Wetsus of een ander watergerelateerde kennisinstelling en/of;

Business Plan UCF 1 oktober 2010 versie 11 7 2. geselecteerde wetenschappers van Wetsus halen hun BasisKwalificatie Onderwijs (BKO) en krijgen een aanstelling als universitair docent op basis van een 0-urencontract bij één van de universiteiten. Betrokken hoogleraren van de universiteiten blijven verantwoordelijk voor het curriculum, maar delegeren onderwijstaken naar deze universitair docenten. Curriculum Veel buitenlandse studenten, die instromen, hebben een BSc-degree in environmental engineering/sciences. Het karakter van dergelijke programma s is breed en kent veel verschillende accenten. Dit betekent dat het niveau van de studenten voor met name bètavakken grote verschillen kent. Daarnaast zijn veel studenten uit het buitenland alleen bekend met de traditionele werkvormen gericht op reproductie van kennis. Ook Hbo-studenten kennen een kennishiaat als het gaat om specifieke bètavakken. Het programma probeert deze verschillen in de eerste periode te vereffenen. Daarnaast zijn dit jaar een training presentation and academic writing skills georganiseerd, voorafgaand aan het academische jaar. In dit zelfde kader krijgen een aantal studenten extra lessen Engels aangeboden. Het verdient de voorkeur om voor deze studenten een schakeltraject met keuze opties te ontwikkelen, opdat het MSc-programma meer diepgang kan bieden. Dit schakeltraject kan bij uitstek opgenomen worden in het UCF-programma. Deeltijdopleiding Veel afgestudeerde Hbo ers gaan eerst werken en besluiten na een aantal jaren werk alsnog een masterstudie te starten. Op dit moment hebben meerdere personen gevraagd naar de mogelijkheid om de master in deeltijd te doen. Twee personen zijn parttime aan de opleiding begonnen en nemen deel aan het fulltime-rooster. Op dit moment kent het programma geen echte deeltijd-variant. Een goede deeltijd-variant kan meer studenten en meer instroom vanuit het MKB opleveren. Hierdoor is er een opwaardering van de Nederlandse watersector mogelijk. Docenten in Leeuwarden en een geaccrediteerde opleiding Water technology zijn hiervoor goede uitgangspunten. Joint degree Vanaf 1 juli 2010 is het wettelijk mogelijk om een bachelor- of een masteropleiding door twee of meer instellingen gezamenlijk te verzorgen, waarbij elke instelling een substantieel deel verzorgt. Dit kan zowel met instellingen in Nederland als daarbuiten. De NVAO beoordeelt of een opleiding te kwalificeren is als een joint degree. Daartoe is een protocol in voorbereiding. De joint degree wordt als zodanig in het CROHO geregistreerd. Bij een joint degree volgen de studenten een curriculum dat meerdere universiteiten, vaak uit verschillende landen, verzorgd. Joint degrees leiden direct tot een internationale studieomgeving. De nadruk ligt vooral op gezamenlijke masterprogramma s. De drie deelnemende universiteiten zijn voorstander om de MSc-specialisatie Water technology om te vormen tot een joint degree MSc-opleiding. Veel verschillen tussen de universiteiten, die nu veel overleg, creativiteit en afstemming vergen, komen dan grotendeels te vervallen. Studenten ontvangen een diploma Water technology, dat voldoet aan academische domein- en beroepsspecifieke competenties vanuit het werkveld watertechnologie. Een meer toegespitst programma is dan mogelijk. Bovendien behoort de ontwikkeling van meerdere keuzevarianten binnen het domein watertechnologie tot de mogelijkheden.

Business Plan UCF 1 oktober 2010 versie 11 8 Faciliteiten (internationale) studenten Het merendeel van de studenten Water technology komt uit het buitenland. Veel van hen heeft een gedeeltelijke of volledige beurs nodig om te kunnen studeren in Nederland. Het hoger onderwijs is vooral voor niet Europese studenten duur. In een aantal Europese landen betalen studenten geen collegegeld. Een Nederlandse student krijgt maar voor 5 jaar een studiebeurs. De beslissing voor een Hbo er om direct door te stromen is mede afhankelijk van zijn/haar financiële situatie en de arbeidsmarkt. Voor studenten met een technologisch achtergrond is het relatief gemakkelijk werk te vinden. De oprichting van een gezamenlijk beurzensysteem is, naast een goede marketing en zicht op een PhD-project of werk, zeer wenselijk. De Nederlandse universiteiten reserveren gemeubileerde huisvesting voor internationale studenten. Het financiële en administratieve proces, dat nodig is om huisvesting te regelen en te onderhouden voor een kleine groep studenten is omslachtig en duur. Afgelopen jaar is gestart met gezamenlijke huisvesting voor de MSc-studenten Water technology en Environmental and Energy Management. Dit heeft veel voordelen opgeleverd voor het administratieve, maar vooral voor het financiële proces. Een gezamenlijke huisvesting voor alle internationale studenten in Leeuwarden via UCF zal zeker de efficiëntie en de flexibiliteit verder bevorderen. Bovendien herkent de student hierin de uitstraling van een campus. Verder bieden de Nederlandse universiteiten studenten gratis taalonderwijs aan. Een aanbod van een cursus Nederlands is aantrekkelijk en stimulerend voor buitenlandse studenten, die na hun studie als kenniswerker in Nederland aan de slag willen.

Business Plan UCF 1 oktober 2010 versie 11 9 3. Van MSc-specialisatie naar MSc-opleiding Kenmerken MSc-specialisatie In het academisch jaar 2008/2009 is door Wetsus Academy gestart met de MScspecialisatie Water technology. Wetsus Academy is een samenwerkingsverband tussen Wetsus, Wageningen Universiteit (WU), de Universiteit Twente (UT) en de Rijksuniversiteit Groningen (RUG). De MSc-specialisatie is geen zelfstandige MScopleiding, maar een afstudeervariant binnen de huidige geaccrediteerde MScopleidingen Biotechnology (WU), Chemical Engineering (RUG) en Chemical Engineering (UT). Studenten worden ingeschreven aan één van de drie deelnemende universiteiten en krijgen ook hun diploma van de betreffende universiteit. Het onderwijs in de specialisatie is ontwikkeld en wordt verzorgd door wetenschappelijke docenten van de drie deelnemende universiteiten. Knelpunten MSc-specialisatie Samenwerking tussen de drie universiteiten en Wetsus vereist veel overleg en afstemming. Zo moet de huidige specialisatie voldoen aan alle onderwijskaders van drie deelnemende universiteiten en aan de algemene domein- en beroepsspecifieke competenties van het werkveld van Biotechnology en Chemical engineering. Studenten ontvangen na hun afstuderen geen diploma Water technology, maar een diploma Biotechnology of Chemical Engineering met een aantekening specialisatie Water technology. De eisen van de huidige opleidingen komen niet altijd overeen met de wensen van het werkveld van de watertechnologie. Zo is bijvoorbeeld meer behoefte aan de inbreng van specifieke watertechnologische kennis. De huidige docenten die het onderwijs verzorgen werken en/of wonen niet in de buurt van Leeuwarden waardoor het contact tussen docent en student minimaal en er niet echt sprake is van een inspirerend academisch klimaat. Daarnaast voelen de docenten zich ook niet betrokken bij de specifieke specialisatie en vindt geen verdere kennisontwikkeling op het gebied van de watertechnologie plaats. Voordelen joint MSc-opleiding Voordeel van een MSc-opleiding middels een joint degree is dat universiteiten ieder een deel van het programma verzorgen en gezamenlijk een diploma uitgeven. Het is echter nog steeds noodzakelijk om goede afspraken te maken over financiering, inschrijving, onderwijs- en examenreglement, organisatie van de opleiding, inhoud en eindtermen van de opleiding, inzet staf, studieadvisering, studentenwerving en faciliteiten. Een joint degree is dan ook geen wondermiddel, maar moet alleen worden gebruikt als samenwerking echte meerwaarde oplevert. Een joint degree werkt alleen als de partners van elkaar houden. Alle partners moeten overtuigende antwoorden kunnen geven op vragen als: Waarom een gezamenlijke (joint) MSC-opleiding? Waarom een samenwerkingsverband met juist deze universiteiten? Waarom Leeuwarden kiezen als vestigingsplaats? Wat levert het mij als deelnemer op om mee te werken aan een joint MSc-opleiding Water technology in Leeuwarden?

Business Plan UCF 1 oktober 2010 versie 11 10 De MSc-opleiding is interessant voor een groep BSc-studenten van de eigen instelling en biedt de MSc-opleiding de mogelijkheid om extra studenten aan te trekken. Geen van de drie deelnemende universiteiten kan een dergelijke MSc-opleiding zelf opzetten; samenwerking is noodzakelijk. Wel heeft iedere universiteit zijn eigen inhoudelijk sterke punten en deze sterke punten moeten nadrukkelijk tot uitdrukking komen en zichtbaar zijn in de nieuwe MSc-opleiding. De ontwikkeling tot een joint MSc-opleiding Water technology vergt enige tijd. Belangrijke stappen zijn de vorming van voldoende draagvlak voor deze nieuwe opzet, en de formulering van de eindtermen. De MSc-opleiding Water technology is een nieuwe opleiding, waarvoor een aanvraag voor macrodoelmatigheid ingediend moet worden (voor CROHO-registratie en bekostiging). Daarnaast zal de opleiding getoetst moeten worden bij de NVAO (accreditatieproces). In bijlage 2 is een stappenplan opgenomen. Concept opzet voor een joint MSc-opleiding Doel en doelgroep Het doel van de MSc-opleiding en de doelgroep blijven gelijk aan die van de MSc specialisatie. Het programma zelf zal geoptimaliseerd en aangepast worden aan de nieuw te formuleren eindtermen. Een voorlopige opzet op hoofdlijnen is hieronder uitgewerkt. Uiteraard zal verfijning plaatsvinden in overleg met de te betrekken leerstoelgroepen en docenten. De opzet van het programma Het programma omvat twee studiejaren met een totale omvang van 120 credits. De voertaal van de MSc-opleiding blijft Engels. Het eerste jaar bestaat uit een aantal verplichte vakken en een academische stage bij een (internationaal) bedrijf uit de watersector. Doel van de verplichte vakken is om studenten aan de ene kant meer kennis en vaardigheden bij te brengen op de basisdisciplines, die ten grondslag liggen aan het domein van de watertechnologie en aan de andere kant meer specifieke kennis en vaardigheden te leren op het specifieke domein van de watertechnologie. Daarnaast leren studenten specifieke onderzoeksmethodieken en vaardigheden. In de stageperiode leren studenten hun kennis en vaardigheden te integreren en maken ze kennis met het werkveld van de watertechnologie. Het tweede jaar draait om het thesisonderzoek van de studenten. Studenten starten dit jaar met een Research Master Cluster (RMC) in Leeuwarden. In het RMC leert de student alle fases van onderzoek doen en schrijft hij zijn eigen onderzoeksvoorstel. In het RMC maken de studenten ook kennis met de leerstoelgroepen en het onderzoek van de samenwerkende universiteiten. Op termijn kan dit vak interessant zijn voor studenten van nog te ontwikkelen MSc-programma s. Na het RMC starten de studenten met hun thesis en volgen zij twee keuzevakken bij de universiteit ter ondersteuning van hun thesis (verdieping met gespecialiseerde kennis). De opleiding wordt afgerond met een thesis. Studenten kunnen kiezen bij welke van de betrokken leerstoelgroepen van één van de universiteiten ze een thesis volgen. De thesis is een samenwerkingsproject tussen de betreffende leerstoelgroep en Wetsus.

Business Plan UCF 1 oktober 2010 versie 11 11 In figuur 3 is deze opzet globaal weergegeven ter illustratie. Figuur 3 MSc opleiding Water technology Jaar 1 60 EC Jaar 2 60 EC Verplichte vakken Stage RMC Thesis + 2 KV 36 EC 24 EC 12 EC 36 EC + 12 EC KV = keuzevak Wetsus -docenten De verzorging van het onderwijs, met uitzondering van de keuzevakken, vindt plaats in Leeuwarden. De mogelijkheid om direct in contact te treden met de docent, ook buiten de geroosterde uren, bepaalt in grote mate het gevoel van kwaliteit bij de student en geeft veel meerwaarde aan het imago van de opleiding. Docenten zullen, meer dan in de huidige situatie het geval is, aanwezig moeten zijn in Leeuwarden. Hierdoor worden ze zichtbaar en aanspreekbaar voor de studenten. Inzet van wetenschappelijke stafmedewerkers van Wetsus, met een 0-uren-aanstelling als docent bij één van de deelnemende leerstoelgroepen, vergroot de gewenste aanwezigheid in Leeuwarden. Alle docenten van de MSc-opleiding moeten in het bezit zijn of komen van de basiskwalificatie onderwijs (BKO) en lid zijn van een onderzoeksinstituut. Examinatoren zijn verantwoordelijk voor de wetenschappelijke kwaliteit van een vak. De examencommissie van de opleiding wijst de examinatoren aan. Het ligt voor de hand per vak een hoogleraar van één van de betrokken leerstoelgroepen aan te wijzen als examinator. De examinator toetst regelmatig de inhoud en examen van het vak. Waar mogelijk worden hiervoor peers van andere (internationale) universiteiten bij betrokken. De examinator wijst een docent binnen zijn leerstoelgroep aan als verantwoordelijke voor de onderwijstaak. Naast de aanstelling van Wetsus -docenten zal de aanstelling van twee wetenschappers van Europese topuniversiteiten het beoogde internationale karakter van de MSc-opleiding kracht bij zetten. Relatie onderwijs en onderzoek Wetenschappelijk onderzoekers, die een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van het vakgebied, zullen voor een belangrijk deel het onderwijs verzorgen. De Wetsus-docenten vormen de schakel tussen de universiteiten en Leeuwarden (ambassadeurs). Zij zijn verantwoordelijk voor de ontwikkeling en het up-to-date houden van de vakken in nauwe samenwerking met de betrokken leerstoelgroepen. Het is een feit dat de totstandkoming van draagvlak en samenwerking gemakkelijker verloopt via onderzoek dan via onderwijs. Daarnaast moet onderzoek de basis vormen voor een MSc-opleiding. De kans op een goede samenwerking binnen het onderwijsprogramma, en dus een kwalitatief goede opleiding, is dan ook groter bij een gelijktijdige samenwerking binnen gezamenlijke onderzoeksprojecten. De PhD-studenten van deze projecten krijgen een rol binnen het onderwijs, niet alleen voor werkcolleges maar ook voor begeleiding tijdens het RMC en de thesis. Op dit moment zijn niet alle beoogde leerstoelgroepen even zwaar vertegenwoordigd binnen het huidige Wetsus-onderzoeksprogramma.

Business Plan UCF 1 oktober 2010 versie 11 12 Een extra impuls om gezamenlijke onderzoeksprojecten te starten in het verlengde van het onderwijsprogramma zal een enorm draagvlak creëren, zal de interactie tussen Wetsus-docenten en docenten van de leerstoelgroepen vergroten en zal het academische onderzoeksklimaat bij de student zichtbaar maken. Dit laatste aspect, een academisch klimaat met daarbinnen veel mogelijkheden voor afgestudeerde MScstudenten, speelt bij de werving van buitenlandse studenten een grote rol om definitief te kiezen voor Leeuwarden. De eerste studenten Water technology komen dit jaar en volgend jaar vrij voor de arbeidsmarkt. Een unieke kans om de beste studenten een positie als PhD-student binnen de gezamenlijke onderzoeksprojecten aan te bieden en daarmee de meerwaarde van het onderwijsprogramma ook binnen het onderzoek tot leven te laten komen. Het bedrijfsleven stuurt het Wetsus-onderzoeksprogramma aan. Daarom is het voorstel om 10 PhD-projecten te financieren via UCF, om zo onafhankelijk van het bedrijfsleven onderzoekers te kunnen binden aan het onderwijsprogramma. Organisatie De universiteiten zullen duidelijke afspraken moeten maken over allerlei procedures en processen van aanmelding tot toelating, studentenadministratie, studentenzorg, huisvesting, ICT-ondersteuning, kwaliteitszorg en overige faciliteiten. In figuur 4 is een minimale organisatiestructuur weergegeven met een aantal verplichte organen, die volgens de WHW ingesteld moeten worden: een toelatingscommissie, een examencommissie en een opleidingscommissie. Daarnaast zal de opleiding een eigen Onderwijs- en ExamenReglement (OER) krijgen. Figuur 4 Organisatie MSc-opleiding Water technology Deelnemende universiteiten UCF Bestuur joint degree MSc Water technology WETSUS Werkveld adviescommissie Examencommissie Opleidings - commissie Opleidingsdirecteur Opleidingsprogramma

Business Plan UCF 1 oktober 2010 versie 11 13 Meerjarenbegroting onderwijs De voorstellen uit dit hoofdstuk zijn globaal begroot voor een periode van 10 jaar. Deze meerjarenbegroting dient als basis voor besluitvorming bij de universiteiten en het bestuur van de University Campus Fryslân. De meerjarenbegroting is gebaseerd op aannames, volgens opzet MSc-opleiding (figuur 3), organisatiestructuur (figuur 4) en aantal verwachte studenten (maximaal 30). In de loop van het proces zal de meerjarenbegroting aangepast moeten worden aan de daadwerkelijke keuzes die worden gemaakt. De meerjarenbegroting is daarnaast nog redelijk globaal. Zo is geen indexering toegepast (niet op de inkomsten en niet op de kosten), is geen rekening gehouden met een uitval van studenten en is gerekend met gemiddelden. Inkomsten In de begroting is uitgegaan van twee vaste inkomsten bronnen, waar de hoogte afhankelijk is van het aantal studenten en de samenstelling van de groep studenten. Collegegelden Voor NL/EU-studenten is het collegegeld voor 2010/2011 vastgesteld op 1.672 per jaar en voor 2011/2012 op 1.705 per jaar. Voor niet-eu-studenten is het collegegeld 2010/2011 vastgesteld op 9.480 per jaar en voor 2011/2012 op 9.670 per jaar. Omdat ook de kosten voor het onderwijs zullen stijgen is geen rekening gehouden met prijsindexering en rekenen we voor het gemak voor de meerjarenbegroting voor NL/EU studenten met een collegegeld van 1.700 per jaar en voor niet-eu-studenten met een collegegeld van 9.700 per jaar. De collegegelden voor de studenten die zich inschrijven aan de MSc opleiding Water technology zullen allemaal ten goede komen aan de opleiding en naar Wetsus worden overgemaakt. Inkomsten overheidsgelden Vanaf 2010 worden de overheidsgelden berekend volgens: 1. het aantal studenten gewogen naar drie onderscheiden bekostigingsniveaus dat in de peilperiode is ingeschreven bij geaccrediteerde bachelor- en masteropleidingen; 2. het aantal bachelor- en mastergraden dat aan deze studenten wordt verleend 3. en een instellingsspecifieke onderwijsopslag. Bij de berekening van de overheidsgelden is uitgegaan van een globale inschatting van 5.000 per ingeschreven NL/EU-student en 10.000 per diploma. In de praktijk zal de uitkering van de overheidsgelden een stuk ingewikkelder liggen en is niet zeker dat voor alle ingeschreven NL/EU-studenten ook daadwerkelijk dit bedrag van circa 20.000 ontvangen zal worden. De inkomsten overheidsgelden zullen allemaal ten goede komen aan de opleiding en naar Wetsus worden overgemaakt. Instellingsspecifieke onderwijstoeslag Universiteiten krijgen naast een studentspecifieke vergoeding ook een instellingsspecifieke onderwijstoeslag. Daarnaast ontvangt de universiteit eerste geldstroommiddelen voor onderzoek. Een deel van deze middelen wordt ook besteed aan onderwijs, met name aan zaken als centrale onderwijsfaciliteiten als onderwijsruimtes, ICT en bibliotheek. Daarnaast wordt hier een deel van de docentenkosten uit vergoedt, bijvoorbeeld bezoek aan seminars, cursussen, etc. De drie universiteiten zullen ook nog een deel van deze instellingsspecifieke inkomsten in de opleiding moeten investeren.

Business Plan UCF 1 oktober 2010 versie 11 14 Studenten en docenten kunnen vrij gebruik maken van de onderwijsfaciliteiten van de universiteiten, zoals de bibliotheek, ICT-ondersteuning, inschrijving, kwaliteitszorgsysteem, docentenondersteuning en ondersteuning centrale diensten van de universiteiten. Kosten De universiteiten zullen de berekeningsmethodiek, die gebruikt is om de kosten voor de verzorging van het onderwijs te berekenen, moeten afstemmen en goedkeuren. In de meerjarenbegroting is uitgegaan van twee bestaande keuzevakken in het 2 e studiejaar. Het is goed mogelijk dat de universiteiten uiteindelijk kiezen om op termijn bij een groeiend aantal studenten eigen keuzevakken te ontwikkelen afgestemd op watertechnologie. Deze keuze zal tot hogere kosten leiden. Nogmaals het betreft hier een globale meerjarenbegroting met nog veel open discussiepunten. Waar het gaat om de kosten, zijn drie periodes te onderscheiden: 1. opstartkosten: september 2010 september 2012; 2. exploitatietekort MSc-specialisatie: september 2010 september 2012; 3. exploitatietekort MSc-opleiding: september 2011 september 2020. Voor de berekening van de kosten voor de uitvoering van het programma zijn drie componenten meegenomen: 1. kosten voor de verzorging van onderwijs, volgens het concept in figuur 3; 2. kosten voor de huur van onderwijsruimten, volgens de huidige afspraak zijnde 2000 per student per jaar; 3. personeelskosten voor de aansturing van de opleiding (opleidingsdirecteur, marketingen administratieve ondersteuning). Voor berekening van de inkomsten en de kosten is uitgegaan van een groeiscenario, waarbij het aantal studenten van 15 in september 2010 geleidelijk toeneemt tot 30 in 2014. De opleiding zal uiteindelijk kostendekkend kunnen draaien in 2018 bij dit aantal van 30 (figuur 5). Figuur 5 Meerjarenbegroting marginale inkomsten en onderwijskosten

Business Plan UCF 1 oktober 2010 versie 11 15 Overige kosten en financiering De kosten voor een tijdelijk onderzoeksprogramma (10 PhD-projecten) en het aantrekken van twee internationale wetenschappers zijn globaal begroot en hebben een omvang van ca. 5.500.000. Uiteindelijk zal dit programma en de financiën opgaan in het onderzoeksprogramma van Wetsus. Het is noodzakelijk gebleken om beurzen beschikbaar te stellen voor buitenlandse studenten om het onderwijsprogramma internationaal op gang te krijgen. Het voorstel is om te starten met 15 beurzen en dit aantal over een periode van 10 jaar af te bouwen tot 5. Wetsus zal in deze periode ook 5 beurzen beschikbaar stellen. Wetsus Academy zal in deze periode alternatieve bronnen voor beurzen zoeken en meer betalende studenten aantrekken. Voor dit beurzenfonds is 2.000.000 nodig. Studenten met een BSc-diploma en een GPA van 80% komen in aanmerking voor een volledige beurs. Samenvatting globale kosten 2010 2020 In bijlage 3 is de meerjarenbegroting voor de MSc-opleiding, het onderzoeksprogramma en het beurzenfonds opgenomen (figuur 1, 2 en 3). De meerjarenbegroting voor de MSc-opleiding begint met de studenten die in 2011 starten met de opleiding. SNN en de provincie Fryslân hebben al subsidiegelden beschikbaar gesteld voor de groep studenten die het programma volgt vanaf 2010 tot 2012. De ontwikkelkosten voor de ombuiging naar een MSc-opleiding lopen van september 2010 tot september 2012. De verdeling van de kosten voor het onderzoeksprogramma en het beurzenfonds is gebaseerd op een mogelijk scenario. Andere scenario s zijn denkbaar. In onderstaande tabel zijn de te verwachten kosten de komende tien jaar samengevat op basis van de gegevens uit bijlage 3. Tevens is de verdeling over twee gelijke periodes aangegeven. Kostenpost Omvang (in 10 6 Euro s) 2010-2020 2010-2015 2015-2020 Opstartkosten 0,3 0,3 0 Exploitatietekort tot 2020 1,8 1,4 0,4 Onderzoeksprogramma 5,5 2,3 3,2 Beurzenfonds 2,0 1,0 1,0 Totaal 9,6 5,0 4,6

Business Plan UCF 1 oktober 2010 versie 11 16 4. Watertechnologie in het Hbo-onderwijs Het beleid van de Wetsus Academy binnen UCF is mede gericht op de doorstroom van afgestudeerde Hbo-studenten. Op dit moment kent de hogeschool Van Hall Larenstein (VHL) binnen de opleiding milieukunde een major watertechnologie en -kwaliteit. Studenten Milieukunde kunnen zich vanaf het 2 e studiejaar specialiseren in watertechnologie. Verdere ontwikkeling en vormgeving van deze major is vereist om een betere aansluiting op de MSc Water technology te verkrijgen. Hiermee zal de schakel Hbo/WO binnen de leerlijn watertechnologie (figuur 2) gerealiseerd worden. Wetsus zal de verdere ontwikkeling van het curriculum voor deze major ondersteunen. Ter versterking van watertechnologie in het Hbo-onderwijs biedt Wetsus VHL/NHL docenten de mogelijkheid om te promoveren binnen het Wetsus onderzoeksprogramma. Tijdens het promotieonderzoek blijven de docenten voor 50% beschikbaar voor onderwijstaken. Vanaf 2008 zijn twee lectoren vanuit Wetsus gedetacheerd bij hogeschool VHL om onderwijs en toegepast onderzoek op het gebied van de watertechnologie een sterke impuls te geven. Wetsus heeft voor de financiering van deze lectoren een lectorenfonds opgericht. De lectoren voeren toegepast onderzoek uit en werken hierbij nauw samen met bedrijven. Daar waar mogelijk, betrekken zij onderwijs (docenten en studenten) bij het onderzoek. De lectoren brengen projecten in op het gebied van de waterketen, de - cyclus, en drinkwatertechnologie. Door een bundeling van kennis en ervaring bouwen de lectoren aan een netwerk met als uiteindelijk doel de realisatie van een waterkenniscentrum in Leeuwarden. Vitens en het Wetterskip financieren samen een lector watermanagement bij NHL. De UCF zou de kenniskring watertechnologie en -management verder kunnen uitbouwen en versterken. Investering in een sterke kenniskring rond onderzoek en onderwijs komt de gewenste interface tussen hogescholen en universiteiten binnen het UCF ten goede. Als penvoerder van het lectoraat VHL bevordert en stimuleert Wetsus de realisatie van lectoraten watertechnologie aan andere hogescholen en een landelijk lectorenoverleg. In dit overleg zijn naast VHL, Saxion, Hogeschool Zeeland (HZ) en Hogeschool HAS Den Bosch vertegenwoordigd. Hiermee versterkt Leeuwarden zijn positie als landelijk kennisknooppunt voor watertechnologie. UCF kan een stimulerende rol spelen, waardoor de kritische massa verder toeneemt. Realisatie van deze initiatieven binnen het Hbo-onderwijs maken het mogelijk om een Europees onderscheidend cluster te vormen, waar talentvolle studenten op Hbo-niveau (Bachelor) op academisch niveau in kunnen stromen (MSc, PhD).

Business Plan UCF 1 oktober 2010 versie 11 17 Academische omgeving Academische omgeving Leeuwarden Voor de uitstraling van de Europese Waterhub en de daar aan gerelateerde kenniseconomie is een sterk (academisch) opleidingsklimaat een vereiste. Het onderzoeksprogramma van Wetsus en de groei van kennisintensieve technologiebedrijven in de regio versterken de uitstraling van Leeuwarden als vestigingsplaats. Dit is van groot belang om afgestudeerde studenten Water technology te behouden in de regio. Voor de rekrutering van talent is naast het bieden van goede toekomstperspectieven ook een sterk kennisimago nodig. Contact met (veel) andere studenten, faciliteiten en meer keuzemogelijkheden tijdens de studieperiode zijn belangrijke elementen voor dit imago. Wetsus speelt met een aantal nieuwe ontwikkelingen op het gebied van onderwijs hierop in. Water(technologie)management Wetsus wil samen met het Centrum voor Schone Technologie en Milieubeleid (CSTM) van de universiteit Twente een specialisatie Water technology management ontwikkelen. Het (CSTM) van de universiteit Twente biedt een eenjarige MSc Environmental and Energy management aan in Leeuwarden. Dit internationaal masterprogramma is gestart in Franeker in het jaar 1999 en is in 2005 verhuisd naar Leeuwarden. Studenten uit de hele wereld zijn inmiddels getraind en opgeleid. De MSc Environmental and Energy Management is gericht op de verbetering van milieuprestaties en het gebruik van duurzame technologieën bij industrieën, organisaties, regio's en/of naties. Modern management en beleidsinstrumenten staan centraal in het programma. Afgestudeerde studenten vinden werk bij grote bedrijven, het MKB, NGO s en de overheid. Binnen de publieke sector kunnen deze studenten ook terecht komen bij waterbedrijven of waterschappen. Naast docenten van de universiteit Twente verzorgen Wetsus-PhD-studentenonderwijs binnen dit programma. Studenten CSTM en Wetsus Academy 2009

Business Plan UCF 1 oktober 2010 versie 11 18 Binnen de watersector bestaat naast de huidige specialistische opleiding Water technology ook een behoefte aan een bredere opleiding waarbij de bestuurskundige en politiek/juridische context bij de ontwikkeling en implementatie van innovatieve en duurzame technologieën op het gebied van water meer centraal staan. Een nieuwe variant (Water technology management), die bestaat uit een combinatie van vakken uit de bestaande MSc Water technology en MSc Environmental and Energy management komt tegemoet aan deze behoefte. Bovendien krijgen beide bestaande opleidingen hiermee meer massa. Figuur 6 Bestaande en nieuwe opleidingstrajecten Water business en innovatie Binnen de Nederlandse watersector bestaat een toenemende behoefte aan andere kennis, competenties, arbeidskracht en expertise om in te kunnen spelen op de internationale trends en marktleider te blijven. Hierbij kan niet alleen gekeken worden naar nieuwe (internationale) instroom van medewerkers in de watersector. Het is belangrijk ook huidige medewerkers tools te bieden om in te springen op de uitdagingen van de toekomst. Het onderzoeksprogramma van Wetsus richt zich op de ontwikkeling van nieuwe kennis. Het daadwerkelijk in de markt zetten van deze kennis vraagt om een sterk ondernemerschap op korte termijn. Daarom start Wetsus in 2011 samen met internationaal gerenommeerde business scholen met Rotterdam, School of Management, als lead partner een op water gefocust onderwijs business programma (MBA Water). Dit programma zal aanvullend zijn op de huidige watertechnologie opleidingen en zich richten op mensen met meerjarige ervaring in wetenschappelijke en/of management functies in het bedrijfsleven. De hoofdlocatie van dit programma is Leeuwarden. Afgestudeerde deelnemers zijn in staat om het innovatievermogen en het ondernemerschap in de sector te versterken. Zij gaan onderdeel uitmaken van sterke netwerken en meer kenniswerkers zullen zichtbaar zijn. Leeuwarden is dan het knooppunt van 3 internationale opleidingen: Water business (MBA executive); Water technology (MSc 2-jarig); Water management (MSc 1 jarig).

Business Plan UCF 1 oktober 2010 versie 11 19 5. MSc Water technology en het stimuleringsprogramma UCF Het stimuleringsprogramma UCF kan een grote impuls betekenen voor het draagvlak en de daadwerkelijke verankering van lopende onderwijsactiviteiten, zoals geschetst in de voorgaande hoofdstukken. Continuïteit, internationale uitstraling, draagvlak en middelen zijn op de korte termijn nodig om de haalbaarheid en de ambitie voor versteviging van de kennisinfrastructuur in Friesland veilig te stellen en daarmee een mondiaal leidende positie in watertechnologie te behouden. Masterprogramma Voor de continuïteit van de MSc-specialisatie Water technology is het van groot belang om op korte termijn (2010-2012) met de voorbereiding van een Joint Degree Water technology te beginnen. Ondersteuning van het stimuleringsprogramma UCF voor onderstaande items is het wenselijk om deze transitieperiode te overbruggen. Voor uitvoering van deze activiteiten wil Wetsus dan ook een beroep doen op het stimuleringsprogramma en het gezag van UCF. Docenten in Leeuwarden De inzet van het stimuleringsprogramma UCF is nodig om het draagvlak en de wil bij de deelnemende universiteiten te versterken om tot ontwikkeling van een joint degree over te gaan. Op dit moment is behoefte aan financiële middelen om docenten aan te trekken in Leeuwarden voor de verzorging van vakken in het huidige programma. Deze docenten zullen ook een belangrijke rol gaan spelen bij de formulering van eindtermen, een verbeterd curriculum en de accreditatie, die nodig zijn voor de Joint Degree. Beurzen voor studenten Het belangrijkste criterium om een programma te continueren is het aantal studenten. Op dit moment is het aantal aanmeldingen en toegelaten studenten voldoende om het programma te bekostigen. Echter, veel studenten haken wegens een gebrek aan financiële middelen af. De studiekosten spelen ook bij aantrekking van Hbo-studenten een rol. Een speciaal beurzenfonds voor studenten, die kiezen voor watertechnologie, is in de startfase naar een mastercollege nodig om massa te krijgen, zelfbetalende studenten aan te trekken en het gewenste imago te ontwikkelen. Voor het imago is het van belang dat niet alleen studenten uit ontwikkelingslanden een financiële impuls krijgen, maar ook studenten uit Nederland en West-Europa. Naast giften kan ook gedacht worden aan leenbeurzen. Bijscholing Het mastercollege heeft een schakeltraject voor Hbo ers op het oog. In het huidige curriculum van de specialisatie zitten elementen om het kennisniveau tussen afgestudeerde Hbo ers en buitenlandse BSc-studenten te nivelleren met het niveau van Nederlandse BSc-studenten. Deze initiatieven zijn nodig om de studenten succesvol op het eindniveau van de master te krijgen. Wetsus wil een beroep doen op het stimuleringsprogramma om genoemde bouwstenen onder te brengen in een UCFschakeltraject en beschikbaar te stellen aan studenten met andere keuzetrajecten.

Business Plan UCF 1 oktober 2010 versie 11 20 Nascholing Zowel de MSc Water technology als de MBA Water biedt een aantrekkelijk carrièreperspectief voor werknemers in de watersector. Inpassing in het stimuleringsprogramma van deze nascholingsactiviteiten draagt bij aan de versteviging van kennisinfrastructuur en komt het innovatievermogen van de regionale sector in Friesland ten goede. Marketing en imago-opbouw Leeuwarden heeft geen universitaire traditie en uitstraling. Extra marketing binnen de EU is nodig om een universitair imago te bouwen rond de hotspots, in ons geval water. Academische omgeving Leeuwarden heeft een rijk cultureel aanbod van (historische) gebouwen zoals musea en podia. Verder kent Leeuwarden vier andere instituten, die academisch onderzoek beheren en/of verrichten. Twee van deze instituten zijn KNAW-instituten (Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen), namelijk de Waddenacademie en de Fryske Akademy. Vorig jaar hebben de academische instituten gezamenlijk een dag georganiseerd met het karakter van een Studium Generale. UCF kan binnen haar stimuleringsprogramma een vervolg geven aan dergelijke activiteiten om het academische karakter van de stad Leeuwarden te versterken.