Ontwerpbesluit van Gedeputeerde Staten van Limburg Weigering omgevingsvergunning Oprichting Vleesvarkensstallen, voerkeuken, luchtwassers, loods, mest- en sleufsilo s Klevar B.V. te gemeente Horst aan de Maas Zaaknummer: 2012-0930 Kenmerk: Verzonden:
INHOUDSOPGAVE 1 Besluit 3 2 Procedure 5 2.1 De aanvraag 5 2.2 Bevoegd gezag 5 2.3 Ontvankelijkheid en opschorting procedure 5 2.4 Procedure (uitgebreid) 5 2.5 Advies en verklaring van geen bedenkingen 6 3 Overwegingen 7 4 Zienswijzen 9 Zaaknummer: 202-0930 2
1 Besluit Onderwerp Gedeputeerde Staten van Limburg hebben op 13 december 2012 een aanvraag om een omgevingsvergunning ontvangen van Klevar B.V. De aanvraag betreft het oprichten van vleesvarkensstallen, een voerkeuken, luchtwassers, een loods, mest- en sleufsilo's. De aanvraag betreft de inrichting gelegen aan Kleefsedijk nog ongenummerd te Sevenum. De aanvraag is geregistreerd onder nummer 2012-0930. Ontwerpbesluit Gedeputeerde Staten van Limburg besluiten de omgevingsvergunning, gelet op de overwegingen die zijn opgenomen in deze vergunning en gelet op artikel 2.1 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo), de aanvraag van Klevar B.V., gelegen aan de Kleefsedijk nog ongenummerd te Sevenum voor de activiteiten het (ver)bouwen van een bouwwerk en handelen in strijd met regels ruimtelijke ordening, te weigeren. Gedeputeerde Staten van Limburg voorzitter, secretaris, Zaaknummer: 202-0930 3
Procedure De besluitvormingsprocedure is uitgevoerd overeenkomstig het bepaalde in paragraaf 3.3 van de Wabo (de uitgebreide voorbereidingsprocedure). Wij hebben binnen 8 weken na ontvangst van de aanvraag gebruik gemaakt van de mogelijkheid om de beslistermijn van 6 maanden te verlengen met zes weken als bedoeld in artikel 3.12, achtste lid van de Wabo. Afschriften Een afschrift van dit besluit is verzonden aan: aanvrager van de vergunning, zijnde Klevar B.V., Steeghoek 6, 5975 NR Sevenum; het gemachtigde bedrijf, zijnde Agron Advies, Koppelstraat 95, 5741 GB Beek en Donk; het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Horst aan de Maas, Postbus 6005, 5960 AA Horst; de gemeenteraad van de gemeente Horst aan de Maas, Postbus 6005, 5960 AA Horst; de minister van Infrastructuur en Milieu (directoraat-generaal Milieu), Postbus 20951, 2500 EZ Den Haag; de inspectie voor Leefomgeving en Transport, Postbus 16191, 2500 BD Den Haag Rechtsbescherming Gereserveerd. Zaaknummer: 202-0930 4
2 Procedure 2.1 De aanvraag Op 13 december 2012 hebben wij een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen van Klevar B.V. Het verzoek is ingediend door het gemachtigde bedrijf Agron Advies. De gemachtigde is vermeld op het aanvraagformulier en er is tevens een machtiging bij de aanvraag gevoegd. De aanvraag betreft het oprichten van een varkensbedrijf, inclusief de daaraan gerelateerde bouwwerken. Er wordt vergunning gevraagd voor de volgende in de Wabo omschreven activiteiten: het (ver)bouwen van een bouwwerk (artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo); het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met een bestemmingsplan, een beheersverordening, een exploitatieplan, regels gesteld door Rijk of Provincie of een voorbereidingsbesluit (artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo). 2.2 Bevoegd gezag De inrichting is genoemd in categorie 8.1, sub a, 28.4, sub a, onder 6 en 28.4, sub c, onder 1 van onderdeel C van bijlage 1 van het Besluit omgevingsrecht (Bor). Verder bevat de inrichting één of meerdere IPPC-installaties en/of is het Besluit risico s zware ongevallen van toepassing. Daarom zijn wij het bevoegd gezag voor de integrale omgevingsvergunning. 2.3 Ontvankelijkheid en opschorting procedure Na ontvangst van de aanvraag hebben wij deze aan de hand van de Mor getoetst op ontvankelijkheid. Wij zijn van oordeel dat de aanvraag voldoende informatie bevat voor een goede beoordeling van de gevolgen van de activiteit op de fysieke leefomgeving. De aanvraag is dan ook ontvankelijk en in behandeling genomen. 2.4 Procedure (uitgebreid) Dit besluit is voorbereid met de uitgebreide voorbereidingsprocedure als beschreven in paragraaf 3.3 van de Wabo. Gelet op artikel 3.10, eerste lid, van de Wabo is deze procedure van toepassing omdat de aanvraag gedeeltelijk betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid onder c, voor zover er strijd is met het bestemmingsplan of een beheersverordening en slechts vergunning kan worden verleend met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3, of artikel 2.12, tweede lid (een omgevingsafwijkingsbesluit). Wij hebben binnen 8 weken na ontvangst van de aanvraag gebruik gemaakt van de mogelijkheid om de beslistermijn van 6 maanden te verlengen met zes weken als bedoeld in artikel 3.12, achtste lid, van de Wabo. Zaaknummer: 202-0930 5
2.5 Advies en verklaring van geen bedenkingen Advies In de Wabo en het Bor worden bestuursorganen vanwege hun specifieke deskundigheid of betrokkenheid aangewezen als adviseur. Gelet op het bepaalde in artikel 2.26 van de Wabo, alsmede de artikelen 6.1 tot en met 6.4 van het Bor, hebben wij de aanvraag ter advies verzonden aan het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Horst aan de Maas. Hierbij hebben we het college gevraagd de aanvraag voor de activiteit bouwen voor te leggen aan de welstandscommissie. Naar aanleiding van de aanvraag hebben wij geen advies ontvangen. Het advies van de welstandscommissie is meegenomen in de (negatieve) verklaring van geen bedenkingen. Verklaring van geen bedenkingen Op grond van artikel 2.27 van de Wabo wijst het Bor of een bijzondere wet categorieën van gevallen aan waarvoor geldt dat een omgevingsvergunning niet wordt verleend dan nadat een daarbij aangewezen bestuursorgaan heeft verklaard dat het daartegen geen bedenkingen heeft. Omdat het hier een aanvraag betreft waarbij tevens een omgevingsafwijkingsbesluit vereist is, op grond van artikel 6.5 van het Bor, wordt de omgevingsvergunning niet verleend dan nadat de gemeenteraad van de gemeente Horst aan de Maas heeft verklaard dat daartegen geen bedenkingen zijn. In dit kader hebben wij onverwijld na ontvangst van de aanvraag een exemplaar aan hen toegezonden. Een verklaring van geen bedenkingen is een in al haar onderdelen bindend advies. Door de verklaring van geen bedenkingen wordt de beslissingsbevoegdheid van één activiteit van de omgevingsvergunning aan een ander bestuursorgaan dan het bevoegd gezag overgelaten. De verklaring van geen bedenkingen is in het leven geroepen omdat sommige bestuursorganen bijzondere deskundigheid omtrent bepaalde activiteiten bevatten en/of omdat sommige bestuursorganen verantwoordelijkheid dragen omtrent het beleid van bepaalde activiteiten. In casu wordt de beslissing ten aanzien van het omgevingsafwijkingsbesluit overgelaten aan de gemeenteraad van de gemeente Horst aan de Maas, nu zij primair verantwoordelijk is voor een goede ruimtelijke ordening binnen haar gemeente. Voor het bevoegde gezag resteert dan ook geen beslissingsruimte binnen deze activiteit. Wij zijn verplicht de verklaring van geen bedenkingen van de gemeenteraad van de gemeente Horst aan de Maas over te nemen. Ontwerpverklaring van geen bedenkingen Op 4 januari 2013 hebben wij de raad verzocht een (ontwerp)verklaring van geen bedenkingen aan te leveren. Op 15 maart 2013 hebben wij een ontwerpbesluit van de verklaring van geen bedenkingen ontvangen. Gemeente Horst aan de Maas heeft besloten de verklaring van geen bedenkingen in ontwerp te weigeren voor het vestigen van de varkenshouderij aan de Kleefsedijk ongenummerd te Sevenum. In de bijlage treft u een kopie aan van het ontwerpbesluit van de gemeente Horst aan de Maas. Op grond van artikel 2.27 van de Wabo juncto artikel 6.5, eerste lid, van het Bor mogen wij een omgevingsvergunning niet verlenen zonder een (positieve) verklaring van geen bedenkingen. Zaaknummer: 202-0930 6
3 Overwegingen 3.1 Bouwen van een bouwwerk De omgevingsvergunning moet worden geweigerd indien de activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo niet voldoet aan de in artikel 2.10 van de Wabo gestelde toetsingsaspecten. Een toetsing aan deze aspecten heeft plaatsgevonden. Toetsingsgronden De omgevingsvergunning wordt geweigerd indien: 1. de aanvraag en de daarbij verstrekte gegevens en bescheiden het naar het oordeel van het bevoegd gezag niet aannemelijk maken dat het bouwen van een bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, voldoet aan de voorschriften die zijn gesteld bij of krachtens een algemene maatregel van bestuur als bedoeld in artikel 2 of 120 van de Woningwet; 2. de aanvraag en de daarbij verstrekte gegevens en bescheiden het naar het oordeel van het bevoegd gezag niet aannemelijk maken dat het bouwen van een bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, voldoet aan de voorschriften die zijn gesteld bij de bouwverordening of, zolang de bouwverordening daarmee nog niet in overeenstemming is gebracht, met de voorschriften die zijn gesteld bij een algemene maatregel van bestuur als bedoeld in artikel 8, achtste lid, van de Woningwet dan wel bij of krachtens een algemene maatregel van bestuur als bedoeld in artikel 120 van die wet; 3. de activiteit in strijd is met het bestemmingsplan, de beheersverordening of het exploitatieplan, of de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, of 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening; 4. het uiterlijk of de plaatsing van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, met uitzondering van een tijdelijk bouwwerk dat geen seizoensgebonden bouwwerk is, zowel op zichzelf beschouwd als in verband met de omgeving of de te verwachten ontwikkeling daarvan, in strijd is met redelijke eisen van welstand beoordeeld naar de criteria, bedoeld in artikel 12a, eerste lid, onder a, van de Woningwet, tenzij het bevoegd gezag van oordeel is dat de omgevingsvergunning niettemin moet worden verleend; 5. het advies van de Commissie voor de tunnelveiligheid, bedoeld in artikel 6, derde lid, onder b, van de Wet aanvullende regels veiligheid wegtunnels, daartoe aanleiding geeft. Toetsing De activiteit voldoet aan de voorschriften die zijn gesteld bij of krachtens het Bouwbesluit 2012. De activiteit voldoet aan de bouwverordening van de gemeente Horst aan de Maas. De activiteit vindt plaats in een gebied waarvoor het bestemmingsplan Buitengebied is vastgesteld. De aangevraagde activiteit is hiermee in strijd. Deze strijdigheid kan niet opgelost worden door het verlenen van een ontheffing danwel een omgevingsafwijkingsbesluit. Volledigheidshalve verwijzen wij hiervoor naar hoofdstuk 3.2 van dit besluit. Zaaknummer: 202-0930 7
Het uiterlijk of de plaatsing van het bouwwerk, waarop de aanvraag betrekking heeft, is in strijd met redelijke eisen van welstand zoals neergelegd in de gemeentelijke welstandnota. Het bouwplan is voorgelegd aan de bouwmeester van de gemeente Horst aan de Maas, welke een negatief advies heeft gegeven. Het volledige advies is opgenomen onder punt 4 van de ontwerpverklaring van geen bedenkingen (zie bijlage). Het college van burgemeester en wethouders heeft dit advies overgenomen. De omgevingsvergunning moet, gelet op artikel 2.10, eerste lid, onder d van de Wabo dan ook worden geweigerd. Conclusie Vanuit het toetsingskader dat betrekking heeft op het (ver)bouwen van een bouwwerk dient de omgevingsvergunning geweigerd worden. 3.2 Gebruik in strijd met ruimtelijke ordening De omgevingsvergunning moet worden geweigerd indien de activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo niet voldoet aan de in artikel 2.12 van de Wabo gestelde toetsingsaspecten. Een toetsing aan deze aspecten heeft plaatsgevonden. De omgevingsvergunning moet worden geweigerd als het bouwen van bouwwerken, het gebruiken van gronden of bouwwerken of het verrichten van andere handelingen in strijd is met het bestemmingsplan, de beheersverordening, een exploitatieplan, de regels in een provinciale verordening of een amvb of met een voorbereidingsbesluit. In afwijking van het bovenstaande kan de omgevingsvergunning, ondanks dat sprake is van strijd met het bestemmingsplan of beheersverordening worden verleend indien: de aangevraagde activiteit in lijn is met de in het plan of de verordening opgenomen regels inzake afwijking (binnenplanse ontheffing); een AMvB ontheffing het handelen in strijd met het plan mogelijk maakt (buitenplanse ontheffing op basis van artikel 4, bijlage II van het Bor); de activiteit niet in strijd is met een goede ruimtelijke ordening en voorzien is van een goede ruimtelijke onderbouwing (omgevingsafwijkingsbesluit). Toetsing De activiteit vindt plaats in een gebied waarvoor het bestemmingsplan Buitengebied is vastgesteld. De aangevraagde activiteit is hiermee in strijd. De varkenshouderij wordt gebouwd op gronden waarvoor de bestemming Agrarisch geldt. Ingevolge de beleids-/afstemmingskaart van het bestemmingsplan is het plangebied tevens aangeduid als landbouwontwikkelingsgebied en als een gebied met hoge en middelhoge indicatieve archeologische verwachtingswaarde. In artikel 3.7 is bepaald dat nieuwvestiging van een intensieve veehouderij niet mogelijk is. Deze strijdigheid kan niet worden opgelost met toepassing van de in het bestemmingsplan opgenomen regels inzake afwijking. Tevens kan de strijdigheid niet worden opgelost door gebruik te maken van de kruimellijst opgenomen in artikel 4, bijlage II van het Bor. Dit betekent dat een omgevingsvergunning slechts verleend kan worden indien de activiteit niet in strijd is met een goede ruimtelijke ordening en de motivering van het besluit een goede ruimtelijke onderbouwing bevat (omgevingsafwijkingsbesluit). Zaaknummer: 202-0930 8
Omdat het hier een aanvraag betreft waarbij een omgevingsafwijkingsbesluit vereist is, wordt de omgevingsvergunning ingevolge artikel 6.5, eerste lid van het Bor, niet verleend dan nadat de gemeenteraad van de gemeente Horst aan de Maas heeft verklaard dat daartegen geen bedenkingen zijn. Op 15 maart 2013 heeft de gemeenteraad van de gemeente Horst aan de Maas besloten de verklaring van geen bedenkingen in ontwerp te weigeren. De verklaring van geen bedenkingen maakt onderdeel uit van dit besluit en is bijgevoegd. Conclusie Vanuit het toetsingskader dat betrekking heeft op het gebruik van gronden of bouwwerken in strijd met een bestemmingsplan en gelet artikel 2.27 van de Wabo juncto artikel 6.5, eerste lid, van het Bor dient de omgevingsvergunning te worden geweigerd. 4 Zienswijzen Gereserveerd. Zaaknummer: 202-0930 9