Inlichtingen. Mevr. E. L«clercq. Telefoon : nr 11

Vergelijkbare documenten
GLORIA "MARIS ANTWERPEN

MAANDBLAD UITGEGEVEN DOOR DE. BELGISCHE VERENIGING VOORy CONCHYLIOLOGIEV.ZM. Gesticht in 1961

MAANDBLAD UITGBSEVEN CK>OR DE. BELGISCHE VERENIGING VOORj> CONCHYLIOLOGIE... Gesticht in 1961

MAANDBLAD UITGEGEVEN DOOR DE. BELGISCHE VERENIGING VOORy CONCHYLIOLOGIE... VLIZ (vzw) Gesticht in 1961

Knorhaan 42 Nieuwsbrief Strandwerkgroep KNNV afd. Regio Alkmaar

Knorhaan 43 Nieuwsbrief Strandwerkgroep KNNV afd. Regio Alkmaar

Wageningen IMARES. De rol van schelpdieronderzoek in een duurzame ontwikkeling van de Waddenzee. Pauline Kamermans

Beknopt stormverslag van de periode december 2005

Verslag van een geologische excursie naar Simonszand (oostelijke Waddenzee) op 21 september 2013.

Haringkade 1 - Postbus AB IJmuiden - Tel.: Milieu Onderzoek. R.H. de Bruyne & L. van der Valk*

Knorhaan 39 Nieuwsbrief Strandwerkgroep KNNV afd. Regio Alkmaar

Beknopt stormverslag 26-27/02/1990

IMARES Wageningen UR. Schelpdieren in de Nederlandse kustwateren, een kwantitatieve en kwalitatieve bestandsopname in 2010

IMARES Wageningen UR. Schelpdieren in de Nederlandse kustwateren Bestandsopname 2011

Beknopt stormverslag 6-7/10/1988

Beknopt stormverslag 12-13/02/1997

Knorhaan 60 Nieuwsbrief Strandwerkgroep KNNV Regio Alkmaar-Den Helder

Knorhaan 37 Nieuwsbrief Strandwerkgroep KNNV afd. Regio Alkmaar

De Noordzee HET ONTSTAAN

Beknopt stormverslag 4-5/11/1996

Beknopt verslag van de stormperiode 8 en 9 november 2001

Synoptische situatie

> 18/185 (T) BENEDEN ZEESCHELDE AANMEERPONTONS LILLO

Spectaculaire stranding van verse wijde-mantelschelpen Aequipecten opercularis (L., 1758) te Bray-Dunes op 21

Berichten aan Zeevarenden OOSTENDE 21 JULI 2011 NR. 15

Berichten aan Zeevarenden NR. 19

Beknopt stormverslag van 8 en 9 december 2011

Veranderingen in de molluskenfauna van Scheveningen

SAMENVATTING RESULTATEN LENTE-PRIK OP HET STRAND 27 MAART 2004

Met een kotter op schelpenvangst in de Noordzee

Oostende 8 november 2007 Nr. 23

Oostende 5 maart 2009 Nr. 5

Berichten aan Zeevarenden. OOSTENDE 23 mei 2013 Nr. 11

GEWAPEND BETONSTAAL TOT VLAKKE PANELEN SAMENGSTELDE WAPENINGEN

OOSTENDE 05 februari 2004

Eenvoudige gids voor de meest voorkomende zeeweekdieren van Nederland

OOSTENDE 17 maart 2005

Beknopt stormverslag van de periode november 2004

Fossielen uit Cadzand

Beknopt stormverslag 24-25/11/2005

Synoptische situatie

Beknopt verslag van de stormperiode december 2003

Beknopt stormverslag 28/02/90-1/03/90

Beknopt stormverslag 25-28/12/1990

Nederlands Instituut voor Visserij Onderzoek (RIVO) BV. Rapport Nummer: C052/05

Wat betekent de zandbank voor het benthos?

Beknopt stormverslag 24-25/02/1997

Ui tgraven wel 1 en bij Andel st S

OOSTENDE 24 november 2005

Berichten aan Zeevarenden

Hoe proper is onze zee?

Berichten aan Zeevarenden. OOSTENDE 21 NOVEmBEr 2013 Nr. 24

Synoptische situatie 06/01/2005

Berichten aan Zeevarenden. OOSTENDE 31 januari 2013 Nr. 03

OOSTENDE 12 mei 2005 BELGIE. 10/115 (T) Nieuwpoort. Zeewaartse schietoefeningen.

MINISTERIE VAN LANDBOUW

Hoofdstuk 3. Getijden- en Stromingsleer. - Jonathan Devos -

door Dirk Nolf Brugge. Beide geciteerde fossielen worden trouwens echter hier in hoofdzaak Plandrien. de spuitterreinen van Zeebrugge vrijwel de

Berichten aan Zeevarenden. OOSTENDE 05 DECEmBEr 2013 Nr. 25

Beknopt Stormrapport 17 juli 2004

Beknopt stormverslag 25/01/1990

OOSTENDE 17 februari 2005

BIJZONDERE STRANDWAARNEMINGEN TUSSEN DE PANNE E ^

Berichten aan Zeevarenden OOSTENDE 1 SEPTEMBER 2011 NR. 18

Berichten aan Zeevarenden OOSTENDE 13 FEBRUARI 2014 NR. 04

OOSTENDE 14 oktober 2004

Hoofdstuk 3. Getijden- en Stromingsleer. Algemene inhoud 27/09/2012. Topografie, kennis van zee & strand. Getijdenleer.

Berichten aan Zeevarenden OOSTENDE 03 JULI 2014 NR. 14

Oostende 12 april 2007 Nr. 08

Beknopt stormverslag 15-16/10/2002

Beknopt stormverslag van 25 juli 2015

Beknopt stormverslag 04-05/12/2006

Berichten aan Zeevarenden OOSTENDE 16 JULI 2015 NR. 15

Beknopt stormverslag van de periode februari 2005

Berichten aan Zeevarenden OOSTENDE 18 DECEMBER 2014 NR. 26

EFFECTIVIEITSBEPALING VAN HET WEGVANGEN VAN DE OESTERBOORDER (UROSALPINX CINEREA & OCINEBRELLUS

Beknopt verslag van de stormperiode 25 tot 29 januari 2002

Beknopt stormverslag van de periode december 2004

Knorhaan 54 Nieuwsbrief Strandwerkgroep KNNV Regio Alkmaar-Den Helder

OOSTENDE 25 september 2003

Oostende 13 september 2007 Nr. 19

Berichten aan Zeevarenden OOSTENDE 12 MAART 2015 NR. 06

Berichten aan Zeevarenden OOSTENDE 10 APRIL 2014 NR. 08

Berichten aan Zeevarenden OOSTENDE 04 DECEMBER 2014 NR. 25

Testproject Coastbusters vlak vóór De Rampe

OOSTENDE 30 september 2004

Funderingen. Willy Naessens 7

Sedimentatie in Harderwijker Bocht ten gevolge van de strekdam bij Strand Horst Noord

ADDENDUM 10. Werkput 5

Oostende 15 februari 2007 Nr. 04

Synoptische situatie 19-21/02/2002

Berichten aan Zeevarenden OOSTENDE 05 NOVEMBER 2015 NR. 23

Koninkrijk België. iii ni s teri e van Economische Zaken NATIONAAL INSTITUUT VOOR DE STATISTIEK Leuvensewey 44 - ÏÜUO BRUSSEL

Berichten aan Zeevarenden

Oostende 20 november 2008 Nr. 24

Boring 22W0351 Oostende Earth Explorer

Beknopt stormverslag 24-25/11/2012

Berichten aan Zeevarenden. OOSTENDE 01 maart 2012 NR. 05

Inhoud. Inleiding blz. 3. Wat is een fossiel? blz. 4. Hoe fossielen ontstaan blz. 5. Fossielen van zacht weefsel blz. 6. Zeedieren blz.

Synoptische situatie 2-3/03/2000

Transcriptie:

VERENIGING VOOR CONCHYuiOuOGIE EN MALACOLOGIE GÜ ANTWERPEN AANGESLOTEN BIJ HET KONTAKTKOMITIE VAN OE KRINGEN VOOR NATUURSTUDIE EN NATUURBESCHÊRHING IN HET ANTWERPSE Redactie: A.rtoine Veraycken Inlichtingen. Mevr. E. L«clercq. Telefoon : 350581 Secretariaat : J.Wuy Wetstraat,58 Antwerpen VLIZ (vzw) 67310 VLAAMS INSTITUUT VOOR DE ZEE FLANDERS MAF^iME INSTITUTE Oostende - Belgium N O V E M B E R 1 9 6 9 nr 11 1. Algemene vergadering 2. 3.. 5. op zondag 2 november 1969 te 10.00 uur in het lokaal LE PAON ROYAL Koningin Astridplein Antwerpen. Voordracht door de heren F. Van Bulck en R. Pickery over Pholas dactylus en andere boorschelpen ( eigen waarnemingen in Bretagne) Studieavond: onder leiding van de heer P. Van Bulck op vrijdag 21 november 1969 te 20.00 uur in het lokaal Ommeganckstraat 26 te Antwerpen. ( rangschikking van de clubcollectie - Keltische en Mediterane zeeprovincies) Algemene vergadering voor de geugd op zondag 2 november 1969 te 10.00 uur De heer Bruynseels komt praten over : " Schelpen van de Middellandse Zee". Bestuursvergadering ( enkel voor bestuursleden) op donderdag 6 november 1969 te 20.00 uur. in het lokaal Ommeganckstraat 26 te Antwerpen. Vergadering van de conchyliologische studiegroep voor exotische zeeschelpen - met medewerking van de heren J. Kruyniers en E. Wils. op woensdag 26 november 1969 te 20.00 uur in het lokaal Ommeganckstraat 26 te Antwerpen.

I 196 N O O R D Z E E - O N B E R Z O E K d o o r de w e r k g r o e p v a n de v e r e n i g i n g G l o r i a M a r i s I. HOE HET GROEIDE. Onder impuls van de huidige voorzitter, Gapt. P. V M CLEEMPUT, was er in mei I96 reeds een eerste gedachtenwiss'eling tijdens onze studieavonden. Vermoedelijk is het idee van dhr. Van Cleemput dan ook veel ouder dan vijf jaar. Het duurde echter geruime tijd vooraleer een aantal mensen gingen samenwerken om in de vereniging nog een bijkomende werkzaamheid te konkretiseren. Het soepele programma van de werkgroep diende permanent aangepast aan de deelnemers. Algemene conchyliologische gesprekken en determinaties lieten niet steeds de tijd om tussen andere werkzaamheden het Noordzee-onderzoek op te dringen. Het bleef dan ook beperkt tot kleine groepsuitstappen, die in hun veldwerk hoofdzakelijk verzamelden en af en toe korte nota's publiceerden. Het resultaat hiervan was ; een voor de deelnemers verbeterde kennis over enkele littorale soorten. In december I966 werd echter een strenger georiënteerd programma vooropgezet door P. Van Bulck. Dit programma was tweeledig, nl. onderzoek van de getijzone en dregging voor de kust. Einde januari 1967 werd dan een eerste grootscheeps " veldwerk " in de getijzone op touw gezet. II. ONDERZOEK VM DE SCHELPENAANSPOELINGEN OP DE BELGISCHE STRANDEN tussen de Franse grens en Lombardzijde. Op 29 januari 1967 hebben veertien deelnemers, verdeeld in vijf ploegen, samen 309 monsters genomen van het schelpenaanspoelsel tussen Nieuwpoortbad en de Franse grens. Dhr. Saesen voegde hier later nog 76 monsters aan toe van het strand tussen de rechteroever van de Ijzermonding en V/estende. Het onderzoek van deze monsters had hoofdzakelijk tot doel een kwalitatief en kwantitatief beeld samen te stellen over de littorale weekdierfauna van de Belgische kust. In de eerste plaats werden hiervoor stalen van de aanspoelsels genomen omdat deze een vollediger beeld geven. Te weten : staal van schelpenaanspoelsel " levend materiaal "1 recente afkomst i i" dood materiaal fossiele vorm De 385 monsters werden tijdens vele bijeenkomsten gedetermineerd en geteld. Een uitslag hierover publiceren zou alleen maar leiden tot voorbarige en foutieve konklusies. Immers, de aanspoelingen zijn periodiek veranderlijk en de quantums afhankelijk van vele factoren.

197i NOORDZEE-ONDERZOEK Meerdere proeven dienen dan ook nog genomen alvorens het vooropgezette doel kan benaderd v/orden in een eerste verslag. Buiten verdere proeven van aanspoelingen dient ten eerste iiet onderzoek naar levend materiaal uitgebreid en ten tweede de kennis over fossielen uit de kuststreek opgezocht. III. DREGGING IN DE NOORDZEE. A. Na kontaktname met de Zeevaartschool te Oostende, v/erd onmiddellijk een dreg ge bouwd en naar Oostende gebracht, Deze eerste dreg ( zie fig.l) is gemaakt uit rondstaal, diameter 8 mm., gelast op alle kruisingen van de staven. De hoofdmaten zijn : 1 =75 cm., b = O cm, h = 30 cm. Het geheel is aan de binnenzijde bekleed me t gegalvaniseerd staalgaas van 5 mmi. mazen. Aan de open voorzijde zijn twee beugels geplooid voor trekkabels. De onderrand van de opening is voorzien van een mesvormig blad en sch In uitstek ende "rijftanden". Op de onderrand is een loodballast bevestigd. F<Q i 3- Dr eggmg sreeks 1. 1) op 26 mei 1967 werden 51 09'6" posities 51 10'2" 51 10'5" 51 10'" '- - -- - "' "- ' ' vier dreggingen uitgevoerd op de N 02 2'8"E N 02 2'7"E N 02 2'5"E N 02 2'2"E tussen 1600 h»en 1627h, Tijdens deze dreggingen was de waterstand te Nieuwpoort respectievelijk m60, m0, m20 en moo en het echodieplood gaf respectievelijk 7m50, 7m50, 9mOO en BmOO. 2) Tijdens dezelfde vaart werden op 28 m.ei 1967 verder nog zeven dreggingen uitgevoerd op de posities : a) 51 22'52"N J 20'20"E d) 51 22'7"N 3 19' E b) 51 22'37"N 3 20'30"E e) 51 22'7"N 3 19' E o) 51 22'51"N 3 19'5"E f) 51 22'18"N 3 18'29"E g) 51 22'5"N 3 18'15"E tussen 103 h en 1505 h. (HV/ te Zeebrugge was 1633 h).

NOORDZEE-ONDERZOEK t 198 Deze eerste reeksen hadden tot doel : het testen van de dreg en het verzamelen van levende weekdieren. In principe kan de operatie worden aanzien als geslaagd, vermits zowel bodemmonsters als levende weekdieren werden opgehaald. De dregspecie bestond uit blauwachtig-zwart slib en bevatte een groot aantal losse kleppen van dode pelecypoda. Onder het levend materiaal vonden we in hoofdzaak Donax vitatus ( Da Costa 1778) en Macoma baltica ( L.1758). Opvallend was de kleine afmeting van de dieren in vergelijking met deze welke levend aanspoelen op de Belgische stranden. Ook weze vermeld dat geen grind werd aangetroffen. Dat zich geen grote exemplaren in de dreg bevonden, kan misschien zijn verklaring vinden in de veronderstelling dat de tanden van de dreg te kort zijn ofwel omdat ze onvoldoende diep de bodem omwoelen. Gastropoda en kleine pelecypoda werden niet gevangen. C. Dreggingsreeks 2. Deze reeks werd uitgevoerd op 15 en 16 maart 1969, met aan boord Gapt. P. Van Cleemput, Voorzitter van Gloria Maris. De algemene gegevens omtrent de vijf monsternaraen geven we vooraf in onderstaande tabelvorm : staal n l n 2 n 3 n n 5 Datum 15.3.69 16.3.69 16.3.69 15.5.69 15.3.69 1900 0820 085 uur 1830 185 breedte 50<'50'35"N 50 31'37'!N''50 32"'36';N"5H: 1A36-^N51''13'5CW lengte 1 31'15"E 1 32'30"E 1 32'2"E 2 51'23"E 2 9'OOE diepte (echolood)l2,5m 18m 23m 8,5m 5,5m koers NNE NNE NNE 250 20 vaart lm/sec O l a 3m/sec 2m/sec 2m/sec O stroomrichting 187 0'5 250 225 225 kalm staat v/d zee kalm kalm golven l,5m golv.l 5m 9 7 temperatuur lucht 9 7 9 7 NE windrichting NE NE ENE ENE windkracht 3/ 5 5 kaart nr. 2/8 lengte lijn 25m 2 Om 25ra 25m 2 Om plaats Paris plage Monding Stroombank Stroomb. zeezijde rivier boei rond 6 Etaples vadem Duur van de operatie : 10 min. Tijdens de monstername n l werd vastgesteld dat met een lijn van 25 m. de dreg niet"pakte", maar los op de bodem lag. Bovendien spoelde het zand er uit, dus eveneens kleine schelpen en andere organismen. Voor monstername n 2 werd de dreg met 10 kg. ballast verzwaard. Het zand spoelde er eveneens uit niettegenstaande een langzaam ophalen met de hand. De inhoud van de stalen werd als volgt gedetermineerd :

199 i NOORDZEE-OÎÎDERZOEK Staal n l: a) grind bestaande uit krijt, silex, paniceliaan zandsteen, witte kwarts en houtskool. Geen slijk of klei, noch zand. b) fossiele Numulites planulatus o) weekdierschelpen : Donax vittatus, Mactra coralina cinerea, Gardium edule. Spisuia solida, Anomia ephiphium, Mytilus edulis, Chlamys varia, Nucula nucleus, Macoma balthica, Natica spec, Abra alba, Angulus tenuis, Ensis spec.(fragment), Petricola pholadiformis. d) zeeëgel spec', (skelet) Staal n 2: b) fossiele Numulites c) Gardium edule, Ensis siliqua (l levend ex.) Gibbula cineraria, Macoma balthica, Donax vittatus, Angulus fabulus, Angulus tenuis. d) zeeklitten e) garnaal Staal n 3: c) Angulus fabulus, Macoma balthica, Abra tenuis; Donax vittatus, Gardium edule, Barnea candida, Polinices catena, Polinices polianus, Gibula spec, Galliostoma zyzyphium. d) zeester Astrea rubeus, slangster, goudkammetjes, - schelpkokerwormen, zeeëgel. e) garnaal. Staal n : a) enkele silex keien + klei ( + slijk uit de dreg gespoeld) t) Numulites c) weekdierenschelpen -1) fossiel : Venericardia planicosta, Turitella solanderi, Corbicula fluminalis. Venus spec 2) recent : Polinices catena, Macoma balthica (levend), Donax vittatus. Spisuia solida, Mactra corallina cinerea (levend), Abra alba(levend), Petricola pholadiformis, Anomia spec Mytilus edulis, Gardium edule, Barnea candida. d) goudkammetjes, schelpkokerwormen, zeeklit. e) garnaal,zeeprik. Staal n 5: a) slijk (baggerwerken in de haven) c) Macoma balthica (levend), Donax vittatus(levend), Angulus fabulus, Spisuia solida, Spisuia eliptica, Corbula gibba ( klep). d) schelpkokerwormen, zeeden. e) garnaal.

NOORDZEE - ONDERZOEK 200 In het algemeen kan gezegd worden dat praktisch uitsluitend " dood " materiaal werd gedregd. Hier nader op ingaan zou echter voorbarig zijn. D. Dreggingsreeks 3. Op 27 april I969 werden vier dreggingen uitgevoerd waarbij een groter aantal nota's werden genomen. Deze nota's zullen we voorlopig zonder verdere interpretaties publiceren. Eerst citeren we in tabelvorm de algemene gegevens van deze reeks : Reeks dd 27..69 uur GMT breedte lengte Nr zeekaart ware koers vaart knopen diepte handlood diepte echolood stroomrichting kracht staat v.d.zee tempérât.v/ater luchtgesteldheid windrichting windkracht duur v.d.operatie Staal 1 Staal 2 0820 0807 51 2'15 'N 51 2'18"N 01 23'17"E 01 21'59"E I(D5)1828 L(D5)1828 270 26 7 7 10ra50 llm50 252 5 255 08 06 lichtgolv. lichtgolv. zw. bewolkt bewolkt SVf S"W min. 6 min. Staal 3 085 51 2'17"N 01 2'33"E L(D5)1828 085 6,5 9m kenterend 02 kabbelend bewolkt SW 3 5 min. Staal 0900 51 2'17"N 01 25'5"E L(D5')1828 095 8 12m50 kenterend 02 kabbelend bewolkt SW 3 5 min. Inhoud van de dregspecies : Staal 1 : overwegend kleine, losse kleppen van Cardium edule 1=, gemengd met enkele doubletten en kleppen van Angulus fabula, Mytilus edulis, Spisuia solida (aangeboord door Polinices), Abra alba en fragmenten van Mactra corallina cinerea. Zeer vermeldenswaard was een kleine klep van BARNEA PARVA, welke in dit staal voorkwam. Gezien er weinig plaatsen gekend zijn waar dit dier leeft, zal het zeker de moeite lonen om ooit terug naar die positie te trekken " op hoop van zege,"»... Staal 2 : bevatte eveneens overwegend losse kleppen van Cardium edule en Angulus fabula. Verder enkele Abra alba en fragmenten van Barnea Candida. ( vervolgt) VAN BULCK Pr.