EUROPEES PARLEMENT. Zittingsdocument B6-0273/2007 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van de verklaringen van de Europese Raad en de Commissie

Vergelijkbare documenten
Zittingsdocument ONTWERPRESOLUTIE. ingediend overeenkomstig artikel 123, lid 2, van het Reglement

Zittingsdocument ONTWERPRESOLUTIE. ingediend overeenkomstig artikel 123, lid 2, van het Reglement

Zittingsdocument B8-0349/2014 ONTWERPRESOLUTIE

Zittingsdocument B7-0485/2010 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van vraag voor mondeling antwoord B7-0452/2010

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag

AANGENOMEN TEKSTEN. gezien zijn eerdere resoluties over het vredesproces in het Midden-Oosten,

Zittingsdocument B8-0357/2014 ONTWERPRESOLUTIE

Het is met veel emotie dat ik u welkom heet in de Belgische Senaat.

Zittingsdocument ONTWERPRESOLUTIE. ingediend overeenkomstig artikel 123, lid 2, van het Reglement

BIJLAGEN EUROPESE RAAD KOPENHAGEN CONCLUSIES VAN HET VOORZITTERSCHAP. 12 en 13 december 2002 BIJLAGEN. Bulletin NL - PE 326.

Israël-Palestina na de oorlog in Gaza en de rol van de EU

Hierbij gaan voor de delegaties de conclusies die de Europese Raad tijdens de in hoofde genoemde bijeenkomst heeft aangenomen.

Zittingsdocument B8-0072/2014 ONTWERPRESOLUTIE

Voor de delegaties gaan in bijlage dezes de conclusies van de Raad over Jemen, die de Raad in zijn zitting op 18 februari 2019 heeft aangenomen.

NL In verscheidenheid verenigd NL A8-0058/1. Amendement. Sabine Lösing, Tania González Peñas namens de GUE/NGL-Fractie

EU-beleid inzake de Westelijke Jordaanoever en Oost-Jeruzalem

betreffende de erkenning van Palestina als onafhankelijke staat

Zittingsdocument B8-0022/2015 ONTWERPRESOLUTIE

EUROPEES PARLEMENT. Zittingsdocument B6-0290/2008 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van de verklaringen van de Raad en de Commissie

Zittingsdocument ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van vraag met verzoek om mondeling antwoord B8-0361/2016

Zittingsdocument ONTWERPRESOLUTIE. ingediend overeenkomstig artikel 123, lid 2, van het Reglement

Zittingsdocument B7-0493/2011 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van de verklaringen van de Raad en de Commissie

11245/16 roe/fb 1 DGC 1

14098/15 VER/mt 1 DG C 1

Zittingsdocument ONTWERPRESOLUTIE. ingediend overeenkomstig artikel 123, lid 2, van het Reglement

EUROPEES PARLEMENT. Zittingsdocument B6-0038/2006 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van vraag voor mondeling antwoord B6-0345/2005

Zittingsdocument ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van vraag met verzoek om mondeling antwoord B8-0361/2016

SLOTVERKLARING VAN HET VOORZITTERSCHAP

Marianne van Leeuwen Atlantische onderwijsconferentie 18 april 2013

EUROPEES PARLEMENT. Zittingsdocument ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van de verklaringen van de Raad en de Commissie

A8-0316/13

15633/17 gra/fb 1 DG C 1

11246/16 roe/fb 1 DG C 1

Zittingsdocument B8-0109/2014 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van de verklaringen van de Europese Raad en de Commissie

ALTERNATIEVEN 4. OBSTAKELS OP WEG NAAR VREDE 5. HOUDING VAN VS EN EUROPA 6. CONCLUSIE

NL In verscheidenheid verenigd NL B8-0214/1. Amendement. Ulrike Lunacek namens de Verts/ALE-Fractie

betreffende de erkenning van Palestina als onafhankelijke staat

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 18 mei 2009 (19.05) (OR. en) 9976/09 PROCIV 77 JAI 302 COCON 15 RELEX 473 SAN 126 TELECOM 112 COHAFA 28

Voor de delegaties gaan hierbij de conclusies van de Raad over Iran, die op 4 februari 2019 door de Raad zijn aangenomen.

Zittingsdocument B8-0223/2015 ONTWERPRESOLUTIE

ONTWERPRESOLUTIE. NL In verscheidenheid verenigd NL. Europees Parlement B8-1249/

Zittingsdocument ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van een verklaring van de Commissie. ingediend overeenkomstig artikel 123, lid 2, van het Reglement

Leila Jordens-Cotran RIMO 2013

EUROPEES PARLEMENT. Commissie werkgelegenheid en sociale zaken

GEMOTIVEERD ADVIES VAN EEN NATIONAAL PARLEMENT INZAKE DE SUBSIDIARITEIT

Zittingsdocument ONTWERPRESOLUTIE. ingediend overeenkomstig artikel 123, lid 2, van het Reglement

Zittingsdocument B8-0681/2015 ONTWERPRESOLUTIE

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen

TRANSATLANTIC TRENDS - NETHERLANDS

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Zittingsdocument B8-0136/2015 ONTWERPRESOLUTIE

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 30 oktober 2003 (03.11) (OR. it) 11051/4/03 REV 4 CORDROGUE 66

AANGENOMEN TEKSTEN. Resolutie van het Europees Parlement van 6 april 2017 over Bangladesh, met inbegrip van kinderhuwelijken (2017/2648(RSP))

Resolutie van het Europees Parlement over de situatie in Venezuela (2018/2559(RSP))

Raad van de Europese Unie Brussel, 8 juli 2014 (OR. en)

Zittingsdocument B8-0377/2015 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van de verklaringen van de Raad en de Commissie

Zittingsdocument B8-0389/2015 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van vragen voor mondeling antwoord B8-115/2015 en B8-0116/2015

EUROPEES PARLEMENT. Commissie industrie, externe handel, onderzoek en energie. van de Commissie industrie, externe handel, onderzoek en energie

B8-0025/2014 } B8-0026/2014 } B8-0029/2014 } B8-0054/2014 } B8-0057/2014 } RC1/Am. 8

Zittingsdocument ONTWERPRESOLUTIE. ingediend overeenkomstig artikel 123, lid 2, van het Reglement

12897/15 rts/sl 1 DG C 2B

10667/16 oms/hh 1 DGG 2B

Zittingsdocument B7-0000/2012 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van een verklaring van de Commissie

10279/17 PAU/ev 1 DG C 1

Interventie Syrië. Faculteit der Rechtsgeleerdheid Afdeling Internationaal en Europees recht

Zittingsdocument ONTWERPRESOLUTIE. ingediend overeenkomstig artikel 123, lid 2, van het Reglement

Voor de delegaties gaan in bijlage dezes de conclusies van de Raad over Jemen, die de Raad in zijn 3530e zitting op 3 april 2017 heeft aangenomen.

Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Zittingsdocument B7-0200/2013 ONTWERPRESOLUTIE

Zittingsdocument B8-0132/2014 ONTWERPRESOLUTIE

EUROPEES PARLEMENT. Commissie politieke zaken

EUROPESE COMMISSIE TEGEN RACISME EN INTOLERANTIE

Internationale Rode Kruis- en Rode Halve Maanbeweging

Zittingsdocument B8-0113/2014 ONTWERPRESOLUTIE

Zittingsdocument B8-0221/2015 ONTWERPRESOLUTIE

10482/16 pro/zr/as 1 DGC 1

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 februari 2004 (03.03) (OR. en) 5655/04 LIMITE PV/CONS 2 RELEX 33

EUROPEES PARLEMENT Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken ONTWERPVERSLAG

Zittingsdocument ONTWERPRESOLUTIE. ingediend overeenkomstig artikel 132, lid 2, van het Reglement

EUROPEES PARLEMENT. VOORLOPIG 2002/2166(INI) 14 mei 2003 Deel 2 ONTWERPVERSLAG. over een waardige vrede voor het Midden-Oosten (2002/2166(INI))

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag. Datum 16 april 2018 Betreft Midden-Oosten Vredesproces

VRAAG & ANTWOORD OVER HET CONFLICT TUSSEN ISRAËL

EUROPEES PARLEMENT. Zittingsdocument GEZAMENLIJKE ONTWERPRESOLUTIE. ingediend overeenkomstig artikel 50, lid 5 van het Reglement door

ONTWERPRESOLUTIE. NL In verscheidenheid verenigd NL. Europees Parlement B8-0333/

Zittingsdocument ONTWERPRESOLUTIE. ingediend overeenkomstig artikel 123, lid 2, van het Reglement

EURO-MEDITERRAAN PARLEMENTAIR FORUM

VOORSTEL VAN RESOLUTIE. van de heer Eloi Glorieux, mevrouw Mieke Vogels, de heer Rudi Daems, mevrouw Vera Dua en de heren Jef Tavernier en Jos Stassen

Zittingsdocument B7-0263/2014 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van de verklaringen van de Raad en de Commissie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Zittingsdocument B7-0442/2013 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van de verklaringen van de Raad en de Commissie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 2 oktober 2003 (08.10) (OR. it) 11051/2/03 REV 2 CORDROGUE 66

ONTWERPRESOLUTIE. NL In verscheidenheid verenigd NL. Europees Parlement B8-1250/

NL In verscheidenheid verenigd NL B8-0455/31. Amendement

Wereldraad van Kerken

Zittingsdocument ONTWERPRESOLUTIE. ingediend overeenkomstig artikel 123, lid 2, van het Reglement

Instelling expertgroep voor vraagstuk politieke steun bij interstatelijk geweld en humanitaire interventie

Zittingsdocument ONTWERPRESOLUTIE. ingediend overeenkomstig artikel 123, lid 2, van het Reglement

Transcriptie:

EUROPEES PARLEMENT 2004 Zittingsdocument 2009 4.7.2007 B6-0273/2007 ONTWERPRESOLUTIE naar aanleiding van de verklaringen van de Europese Raad en de Commissie ingediend overeenkomstig artikel 103, lid 2 van het Reglement door Pasqualina Napoletano, Véronique De Keyser en Hannes Swoboda namens de PSE-Fractie over de situatie in het Midden-Oosten RE\675667.doc PE 391.153v01-00

B6-0273/2007 Resolutie van het Europees Parlement over de situatie in het Midden-Oosten Het Europees Parlement, gezien zijn eerdere resoluties over het Midden-Oosten, en met name die van 7 september 2006 over de situatie in het Midden-Oosten, die van 16 november 2006 over de situatie in de Gazastrook en die van 21 juni 2007 over het MEDA-programma en de financiële steun aan Palestina: evaluatie, uitvoering en controle, gelet op de resoluties van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties 242 (1967), 338 (1973), 1559 (2004), 1701 (2006) en 1757 (2007), gelet op de conclusies van de zitting van de Raad voor externe betrekkingen van 18 juni 2007, gelet op de verklaring van het Quartet van 16 juni 2007 en 27 juni 2007, gelet op artikel 103, lid 2 van zijn Reglement, A. overwegende dat op de 40 ste verjaardag van de oorlog die eindigde met de bezetting door Israël van de Gazastrook, de westelijke Jordaanoever en de Golanheuvels, het Midden- Oosten met diverse conflicten te kampen heeft en overwegende dat er vrijwel geen resultaten te zien zijn van de inspanningen om een rechtvaardige en duurzame vrede tot stand te brengen tussen Israëli's en Palestijnen en tussen Israël en de Arabische landen, B. gelet op de dramatische verslechtering van de economische en sociale situatie van de Palestijnse bezette gebieden, die geleid heeft tot een ernstige humanitaire crisis in de Gazastrook, welke op haar beurt weer ernstige politieke gevolgen heeft, C. overwegende dat de Palestijnse regering van nationale eenheid, die gevormd werd op grond van de overeenkomst van Mekka van 8 februari 2007, door president Abbas naar huis is gestuurd na de militaire machtovername door Hamas in de Gazastrook; overwegende dat president Abbas de noodtoestand heeft afgekondigd en een nieuwe noodregering heeft geïnstalleerd, welke geleid wordt door premier Fayyad, D. overwegende dat de beperkingen op het verkeer van goederen en personen, de bouw van de scheidingsmuur, de inhouding van belasting- en douane-inkomsten en het besluit van het Kwartet om de rechtstreekse steun aan de Palestijnse Nationale Autoriteit op te schorten bijgedragen hebben tot een verergering van de crisis, ondanks het tijdelijke internationale mechanisme (TIM) en de verhoging van de projecthulp die door de EU wordt verstrekt, PE 391.153v01-00 2/5 RE\675667.doc

E. overwegende dat de Raad verklaard heeft dat de Europese Unie onmiddellijk normale betrekkingen met de Palestijnse Autoriteit zal hervatten en voorwaarden zal opstellen voor dringende praktische en financiële bijstand, met inbegrip van rechtstreekse financiële steun aan de regering, steun aan de Palestijnse civiele politie door hervatting van EUPOL COPPS en hervatting van de EU-grensbijstandsmissies te Rafah, F. overwegende dat op de Top van de Arabische Liga te Riyad op 29 maart 2007 het Arabische vredesinitiatief opnieuw tot leven is gebracht en dat hierdoor een nieuwe en geloofwaardige gelegenheid is geboden voor een alomvattende vredesregeling in de regio, na tientallen jaren van oorlog en conflicten tussen Israëli's en Palestijnen en Israël en de Arabische landen, G. overwegende dat er een risico bestaat van verdere verslechtering van de situatie in Libanon na de recente uitbraak van geweld, die geleid heeft tot de dood van vele burgers, de aanslag op UNIFIL, de geleid heeft tot de dood van zes soldaten en de moord op Walid Eido, H. overwegende dat deze noodsituatie eens te meer het licht werpt op de beproevingen van de Palestijnse vluchtelingen in Libanon, I. overwegende dat de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties op 30 mei zijn resolutie 1757 heeft goedgekeurd, dat in hoofdstuk VII voorziet in de oprichting van een tribunaal met een internationaal karakter dat verantwoordelijk is voor het berechten van de moordenaars van de Libanese premier Rafik al-hariri in 2005 en de slachtoffers van een reeks andere politieke moorden in Libanon, 1. geeft uitdrukking aan zijn diepe ongerustheid over mogelijke ernstige gevolgen van de huidige crisis in het Midden-Oosten, waaronder ook verdere militaire en terroristische aanvallen en een toegenomen radicalisering, die de fragiele politieke situatie in de regio dreigt te ondermijnen; 2. dringt aan op hervatting van de interne politieke dialoog tussen de Palestijnen, welke moet leiden tot de vorming van een nieuwe regering in een geest van verzoening en nationale eenheid, waarbij een geografische en politieke verdeeldheid tussen de westelijke Jordaanoever en de Gazastrook moet worden voorkomen; 3. benadrukt dat de steun die door de internationale gemeenschap gegeven wordt aan president Abbas vergezeld moet gaan van een concreet en realistisch plan dat leidt tot een permanente overeenkomst, die een perspectief biedt voor een algemene en duurzame regeling gebaseerd op het bestaan van twee democratische, soevereine en levenskrachtige staten en vreedzaam naast elkaar leven binnen veilige en internationaal erkende grenzen overeenkomstig de desbetreffende resoluties van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties; 4. benadrukt dat de Europese Unie en de internationale gemeenschap alles moeten doen wat in hun macht ligt om noodhulp en humanitaire bijstand te verlenen aan de bevolking van de Gazastrook, die niet aan haar lot mag worden overgelaten; RE\675667.doc 3/5 PE 391.153v01-00

5. doet een beroep op de Raad en de Commissie om de lokale autoriteiten te betrekken bij het verstrekken van de humanitaire hulp, om de doelmatigheid en het nut hiervan voor de bevolking te vergroten; 6. verheugt zich erover dat het Kwartet de duur van het tijdelijke internationale mechanisme heeft uitgebreid tot eind september 2007 en dat de rechtstreekse financiële bijstand aan de Palestijnse Nationale Autoriteit is hervat; dringt aan op een opvoering van de internationale en regionale steun; 7. neemt kennis van het feit dat de Israëlische regering besloten heeft opnieuw te beginnen met een gedeeltelijke overdracht van de ingehouden belasting- en douaneinkomsten; dringt aan op een volledige en regelmatige overdracht van deze inkomsten; 8. benadrukt dat een reeks vertrouwensvormende maatregelen moet worden genomen door zowel de Israëli's als de Palestijnen, en dat de internationale gemeenschap hierbij moet helpen; is van mening dat deze maatregelen ondermeer moeten omvatten: een onmiddellijke vrijlating van alle in hechtenis genomen Palestijnse ministers, parlementsleden en burgemeesters en van de Israëlische korporaal Gilad Shalit; is ingenomen met de vrijlating van BBC-journalist Alan Johnston en beschouwt dit als een stap in de goede richting; 9. is van oordeel dat de regionale dimensie en een regionale benadering de basis moeten vormen voor alle inspanningen die gericht zijn op het vinden van een duurzame vrede in het Midden-Oosten, en herinnert er daarbij aan dat vooropgestelde voorwaarden of een unilaterale benadering daarbij niet behulpzaam zijn; hecht in dit verband een grote betekenis aan de rol van Syrië en een dialoog met dat land; spreekt nogmaals de hoop uit dat de diverse inspanningen tot het weer op gang brengen van de dialoog tussen Syrië, de naburige landen en de internationale gemeenschap tot een positief resultaat zullen leiden; 10. doet een beroep op de Raad en de Commissie om alle noodzakelijke middelen te verstrekken om het tribunaal met een internationaal karakter dat verantwoordelijk is voor de berechting van de moordenaars van de Libanese premier Rafik al-hariri en de slachtoffers van een reeks andere politieke moorden in Libanon in staat te stellen om effectief te werken en zijn mandaat uit te voeren; dringt er bij alle partijen in Libanon op aan om deze rechtbank te ondersteunen en dringt bij Syrië aan op volledige samenwerking bij de werkzaamheden van dit gerecht; 11. spreekt zijn waardering uit voor het feit dat de regering en de politieke partijen van Libanon, ondanks de recente uitbraak van geweld, die geprovoceerd werd door terroristische netwerken van buitenaf, erin geslaagd zijn om een verdere verslechtering en escalatie van de interne politieke crisis in het land te voorkomen; onderstreept nog eens de belangrijke rol die UNIFIL hierbij speelt; PE 391.153v01-00 4/5 RE\675667.doc

12. benadrukt dat politieke stabiliteit in Libanon niet kan worden opgebouwd op een basis van geweld, noch op die van invloeden van buitenaf, maar alleen op basis van een interne politieke dialoog die tot een versterking van de regering leidt; dringt nogmaals aan op het opnieuw op gang brengen van een dialoog voor nationale eenheid, teneinde de meningsverschillen te overbruggen en een regeringsvacuüm te voorkomen in de periode voorafgaande aan de presidentsverkiezingen, die voor de herfst van dit jaar gepland zijn ; verwelkomt alle initiatieven die gericht zijn op het bevorderen van deze dialoog; 13. dringt er bij de Libanese regering op aan om alles te doen dat in haar macht ligt om een eind te maken aan de discriminatie tegen de Palestijnse vluchtelingen; dringt in dit verband bij de Raad en de Commissie aan op verlening van de nodige bijstand in het kader van het actieplan; 14. dringt aan op de onmiddellijke invrijheidstelling van de twee ontvoerde Israëlische soldaten Eldad Regev en Ehud Goldwasser; 15. benadrukt het belang van het Arabische plan en de gelegenheid die hierdoor wordt geboden tot een intensieve samenwerking tussen het Kwartet, de Arabische Liga en de landen in de regio; 16. dringt er bij de Raad op aan ervoor te zorgen dat de Europese Unie met één stem spreekt, ook in het kader van het Kwartet, bij de inspanningen die gericht zijn op het opnieuw op gang brengen van werkelijke onderhandelingen over de diverse onderdelen van het vredesproces in het Midden-Oosten; benadrukt dat deze onderdelen niet noodzakelijkerwijze allemaal tegelijkertijd ter sprake moeten worden gebracht, maar dat zij wel nauw met elkaar samenhangen; benadrukt dat in dit politieke kader het streven naar een internationale vredesconferentie voor het Midden-Oosten een haalbaar perspectief moet worden; 17. verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de Raad, de Commissie, de Hoge Vertegenwoordiger van het GBVB, de president van de Palestijnse Autoriteit, de Palestijnse Wetgevende Raad, de Knesset en de regering van Israël, het parlement en de regering van Libanon, het parlement en de regering van Syrië en de secretaris-generaal van de Liga van Arabische Staten. RE\675667.doc 5/5 PE 391.153v01-00