Opstandingskerk - 31 december 2015 Avondgebed BIJBEL met Hem meegaan, a) Omzien: de drempel over, met alles wat we afgelopen jaar meemaakten In dit avondgebed op de grens van 'oud en nieuw' lichten drie motieven op. Jesaja 51 brengt het motief van omzien. De profeet biedt woorden van troost. Achteromkijkend ziet het volk de ruïnes van de stad Jeruzalem: wat een woestenij! Wie denkt niet aan de beelden van de verwoeste steden van Syrië. Maar als alles uiteenvalt, is er Gods belofte dat Hij toekomst opent. Kijk omhoog naar de hemel, kijk naar de aarde beneden Lezing: Jesaja 51,1-6 Liedboek 90a: 1, 2, 3 b) Onze persoonlijke lotgevallen met onze vragen waar God in dit alles was De apostel Paulus (in Romeinen 8) brengt het aspect van de persoonlijke lotgevallen in. Een jaar ging voorbij met talloze bootvluchtelingen, ziekte en verdriet in het eigen leven. Mensen vragen: waar is God in deze wereld? Ís God er wel in al deze dingen? Paulus troost de gemeente in Rome: als God voor ons is, wie of wat kan dan tegen ons zijn? Lezing: Romeinen 8,31b-39 Lied 675: 2 c) Waakzaamheid: wachten we op Hem die komt Een derde motief is de waakzaamheid. Mooie symbolen biedt de parabel van Lucas 12, die we straks zullen lezen. Alles staat klaar voor wie je verwacht: de kamer opgeruimd, bloemen op tafel, het buitenlicht aan; misschien duurt het nog: vertraging, files. Maar je laat het licht branden. Of nog anders: je wacht op Hem die komt, zittend op je gepakte koffers, want je wilt wel met Hem meegaan Lied Suzanne (m Leonard Cohen, t Rob Crispijn) Suzanne neemt je mee, naar een bank aan het water, duizend schepen gaan voorbij en toch wordt 't maar niet later, en je weet dat zij te gek is, want daarom zit je naast haar en ze geeft je pepermuntjes, 1
want ze geeft je graag iets tastbaars en net als je haar wilt zeggen: 'ik kan jou geen liefde geven' komt heel de stad tot leven en hoor je meeuwen schreeuwen, je hebt steeds van haar gehouden, en je wilt wel met haar meegaan, en je moet haar wel vertrouwen, want ze houdt al jouw gedachten in haar hand En Jezus was een visser, die het water zo vertrouwde, dat Hij zomaar over zee liep, omdat Hij had leren houden van de golven en de branding, waarin niemand kan verdrinken, Hij zei: ' Als men blijft geloven, kan de zwaarste steen niet zinken'. Maar de hemel ging pas open, toen Zijn lichaam was gebroken en hoe Hij heeft geleden, dat weet alleen die Visser aan 't kruis en je wilt wel met Hem meegaan, en je moet Hem wel vertrouwen, want Hij houdt al jouw gedachten in Zijn hand. Suzanne neemt je mee, naar een bank aan het water, je onthoudt waar ze naar kijkt, als herinnering voor later en het zonlicht lijkt wel honing, waaraan kinderen zich te goed doen en het grasveld ligt bezaaid met wat de mensen zoal weg doen, in de goot liggen de helden, met een glimlach op de lippen en de meeuwen in de lucht, lijken net verdwaalde stippen, als Suzanne je lachend aankijkt en je wilt wel met haar meegaan, en je moet haar wel vertrouwen, want ze houdt al jouw gedachten in haar hand. Lezing: Lucas 12, 35-40 Overweging Suzanne vind ik een fascinerend lied. Je vraagt je af: waar gaat het over? Wie of wat is Suzanne? Is zij de vrouw op wie je verliefd werd, omdat je met haar de tijd vergat? Wat betekent het, dat je met haar wilt meegaan naar de overkant. Waarheen? 2
En wat dat je haar wel moet vertrouwen. Wat houdt je tegen? Wie is Suzanne? Zij belichaamt voor mij het vertrouwen: het besef dat je gekend bent, dat al jouw gedachten veilig zijn. Vertrouwen dat je op weg durft te gaan naar een andere wereld, daar aan de overkant. Het is denk ik niet voor niets dat dit liedje Suzanne verbindt met Jezus. Hij belichaamt vertrouwen: dat zijn liefde sterker is dan het diepe water van de angst. En dat voor een gebroken mens, een gebroken lichaam de hemel opengaat. Geloof in God omarmt de waarheid, verwelkomt de werkelijkheid, ook als die niet overeenkomt met onze eigen wensen of dromen. Oók als die werkelijkheid niet overeenkomt met Góds eigen goede wil. Veel van mijn pastoraat bestaat uit het mensen helpen aanvaarden van hun werkelijke situatie. Om die niet te ontkennen, of er voor weg te lopen. Maar ook niet om het negatieve hun hele leven te laten beheersen. Alleen maar onder ogen zien wat er is, zoals het is, niet meer en niet minder daar ligt onze grootste moeite. Maar pas als we dat doen, kunnen we in de werkelijkheid een weg vinden. Omdat altijd een spoor is, een woord, een belofte, van God: De HEER troost Sion, hij biedt troost aan haar ruïnes. Hij maakt haar woestenij aan Eden gelijk, haar wildernis wordt als de tuin van de HEER. Het zal een oord zijn van vreugde en gejuich, waar muziek en lofzang klinken. (Jesaja 51,3). Maar dan moeten we ook wel in de woestijn ZIJN en niet in fantasie, niet in de ontkenning of de angst weggevlucht. Verlies en dood blijven verlies en dood. Maar in de handen van God hoeft het niet einde van het verhaal te zijn. Misschien wel van het verhaal dat ik er van kan maken, maar niet wat God ermee kan doen. Wie kan ons scheiden van de liefde van God? Noch dood noch leven, noch engelen of machten, want uit hem en door hem en tot hem zijn alle dingen.. (Romeinen 8,38/11,36) Dát is op Jezus vertrouwen: het leven -in liefde en waarheid- uit Gods hand ontvangen. Op die weg krijg je geen antwoord op je vragen naar waarom?. Er is lang niet altijd een diepe betekenis achter wat jou overkomt. Maar het woord van God wordt jou gegeven in de dalen van het leven is wie je zelf wórdt. Hoe jij erdoor gevormd wordt en hoe God van jouw leven zijn woord máákt - hier en nu. Wij hebben geen woord in het donker maar zijn een woord in het donker - zoals Jezus het zijn zal. God gaat zijn weg met ons niet in de fantasie, maar in de werkelijkheid. Waarheid en liefde zijn vruchten van het échte leven, niet van onze dromen. Niet van onze dagdromen en ook niet van onze nachtmerries. Wat is de waarheid van dat vertrouwen als het gaat over onze gezondheid, onze politiek, onze economie, onze relaties, onze eigen ambities en angsten? Kunnen we erkennen hoe het echt met ons is en dan - ziende op God, zoekend naar zijn wil in dit alles? 3
Soms ga je door een woestijn. Maar alleen in de woestijn is de troost. Alleen in het gebroken leven is de verlossing. de hemel ging pas open, / toen Zijn lichaam was gebroken / en hoe Hij heeft geleden, / dat weet alleen die Visser aan 't kruis Gods rijk omvat alles van het leven, niet alleen de mooie, leuke dingen. Ook het negatieve, het onaffe, het gebrokene kan opgenomen worden in de bedoelingen van God. Er ligt er een nieuw jaar vóór ons. We gaan het in, en we gaan het aan: op hoop van zegen. Niet wetend wat de toekomst brengen zal. God is niet te berekenen, maar wel te verwachten. En als Hij komt, is dat altijd verrassend. Met kerst vonden we hem in een kribbe. Zo verrassend is steeds zijn komen. Ook in de gelijkenis: Binnengekomen slaat de Heer zijn gordel om nodigt zijn dienaren aan tafel u hoort het goed, de heer nodigt zijn dienaren aan tafel. En hij bedient hen. Hij serveert de maaltijd. Hij is de aartsdiaken zoals Lucas letterlijk schrijft. Hij een ongekende wereld gaat voor ons open Hij is niet gekomen om gediend te worden maar om te dienen. En zijn leven te geven, als een losprijs, voor velen. En zo houdt Hij al onze gedachten in zijn hand. Heel ons leven in zijn hand. The whole world in His hands. Blijf wachten. Wachten op God. Dat is actief en alert leven, vurig, dringend, hartstochtelijk want je weet niet wanneer, maar wel dát Hij komt. Kijk omhoog naar de hemel, kijk naar de aarde beneden: Vrees niet, kleine kudde, - daar klinkt weer de boodschap van kerst: niet bang zijn! want jullie Vader heeft jullie het Koninkrijk willen schenken. Daar heeft Hij plezier in. Dat is zijn welbehagen: Schenken. Geven. Zichzelf. Hij is de schat van je hart. Zet je zinnen dus op Hem. Niet op dat wat voorbij gaat, wat alleen maar tijdelijk vervulling geeft. Want waar je schat is, daar zal ook je hart zijn. Wat baat het je als je alles veilig vasthoudt maar je ziel verliest, je werkelijke Godgelijkheid, die door de dood heen tot rijping komt? Wat baat het ons om onze welvaart vast te houden en de rest van de wereld verdrinkt en verhongert? Is dat dan niet ook onze eigen dood? Dat God komt dat is de schat van mijn leven, het onuitblusbare binnenpretje van het christelijk geloof. Gelukkig ben je als je dat kan zien in de gewone dingen van het leven. Zittend op een bankje aan het water. Herman van Veen zingt van Suzanne. Lelie betekent haar naam. Let op Suzanne! Kijk naar de lelies op het veld zegt Jezus. Maak je geen zorgen over de dag van morgen zegt Jezus. 4
Suzanne is het vertrouwen dat er is te midden van alle zorgen. Vertrouwen midden in ons gedoe. Heilzame onbezorgdheid: Je zult met Hem meegaan. We maken de oversteek. Vannacht in het klein, naar een nieuw jaar. In de navolging van Jezus in het groot. Hij houdt al onze gedachten in zijn hand. Je bent niet alleen in dit leven. Niet alleen, onderweg naar de overkant van de zee. Als men blijft geloven, kan de zwaarste steen niet zinken'. 5