BUREAU VOOR OFFICIËLLE PUBLICATIES DER EUROPESE GEMEENSCHAPPEN L-2985 Luxembourg

Vergelijkbare documenten
Omschrijving beleidsruimte

NOTA VAN DE COMMISSIE OVER DE VASTSTELLING VAN INSTANDHOUDINGSDOELSTELLINGEN VOOR NATURA 2000-GEBIEDEN

Omschrijving beleidsruimte

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN, VOLKSGEZONDHEID EN LEEFMILIEU

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

RICHTLIJN 2009/147/EG VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

MINISTERIE VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST

NATURA 2000 in Vlaanderen. Filiep CARDOEN Afdelingsverantwoordelijke NATUUR

Art. 14. Art. 15. Art. 16.

'H &RPPLVVLH WUHHGW RS WHJHQ WLHQ OLGVWDWHQ GLH GH ULFKWOLMQHQ RYHU GH YRJHOVWDQG HQ KDELWDWV QLHW WHQ XLWYRHUKHEEHQJHOHJG

Juridische reis door de Nederlandse natuurbescherming

Openbare raadpleging in het kader van de "fitness check" van de EU-natuurwetgeving (vogel- en habitatrichtlijn)

BIODIVERSITEIT, NATUUR EN BODEM

(98/C 364/02) Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 130 S, lid 1,

Vrij vertrouwd. Redelijk vertrouwd

Tweede Kamer der Staten-Generaal

regels ter bescherming van de natuur (Wet natuurbescherming)

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

bijzonder nationaal natuurgebied: gebied als bedoeld in artikel 2.11;

ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 20 september 2007 *

Overzicht van internationale context van de materiële voorschriften van het wetsvoorstel natuurbescherming. Behorende bij het antwoord op vraag nr.

Mededeling van de Commissie. Beheer van Natura-2000-gebieden De bepalingen van artikel 6 van de habitatrichtlijn (92/43/EEG)

De das in de nieuwe wet natuurbescherming. Beleven, benutten en beschermen

)UDQNULMN. Brussel, 14 maart 2002

Regels ter bescherming van de natuur Wet Natuurbescherming dec 2015

Aanbeveling 6: Stimuleer behoud en herstel biodiversiteit in eigen land

RECHTSGROND RESULTATEN

EUROPEES PARLEMENT. Commissie verzoekschriften MEDEDELING AAN DE LEDEN

ECLI:NL:RVS:2005:AU6656

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

Vogel- en Habitatrichtlijn: de Commissie neemt gerechtelijke stappen tegen acht lidstaten

Beheer van Natura 2000-gebieden. De bepalingen van artikel 6 van de habitatrichtlijn (92/43/EEG) Milieu

1 NATUUR. 1.1 Natuurwetgeving & Planologie

Toekomst voor eeuwenoud bos Samenvatting van het beheerplan Norgerholt Concept

bijzonder nationaal natuurgebied: gebied als bedoeld in artikel 2.11;

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

ZA5223. Flash Eurobarometer 290 (Attitudes of Europeans Towards the Issue of Biodiversity, wave 2) Country Specific Questionnaire Netherlands

Compensatieverordening gemeente Midden-Drenthe

Het wettelijke statuut van de meeuw. Michiel Vandegehuchte

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Conclusies van de Raad betreffende de bestrijding van het tabaksgebruik

WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

LIFE - III. Financieringsinstrument voor het milieu. Europese Commissie

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD, HET EUROPEES ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ EN HET COMITÉ VAN DE REGIO'S

Tabel 1: Inventarisatieschema onderzoek Waterspitsmuis.

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 7 november 2000 *

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 14 maart 2003 (OR. en) 7276/03 LIMITE AGRILEG 49 ENV 150

EIR 2019: Selectie van de belangrijkste feiten over de stand van de uitvoering van de milieuwetgeving in Europa

Essay%Governance%Noordzee%

geraadpleegd door de Raad overeenkomstig artikel 39, lid 1 van het EU-Verdrag (C5-0757/2000),

Quickscan samenvatting twee percelen Staphorst

QUICKSCAN FLORA EN FAUNA

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van

Voorwoord. 1 Overzicht van het internationale natuurbeschermingsrecht 1

MEDEDELING AAN DE LEDEN

Ik verleen u deze ontheffing voor de periode van 29 oktober 2014 tot en met 28 oktober 2019.

Alfabetische lijst van beschermde vogels 2012

Quickscan flora en fauna Grasveld Venneperweg 827 Nieuw-Vennep

Informatie aan de Europese Commissie inzake plan/project in Natura 2000 vogelrichtlijngebieden (SBZ-V) en habitatrichtlijngebieden (SBZ-H)

(Mededelingen) RAAD. GEMEENSCHAPPELIJK STANDPUNT (EG) Nr. 13/2002. door de Raad vastgesteld op 13 december 2001

Onderzoek flora en fauna

HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN Begrippen, reikwijdte en bevoegdheden. Artikel 1.1

MEDEDELING AAN DE LEDEN

BEHEER VAN NATURA GEBIEDEN De bepalingen van artikel 6 van de habitatrichtlijn (Richtlijn 92/43/EEG)

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 20 maart 2000 (OR. en) 5685/00 Interinstitutioneel dossier: 96/0304 (COD) LIMITE ENV 22 CODEC 68

EU legt zich toe op de bescherming van de natuur. Europese Commissie

Weigering ontheffing Wet natuurbescherming. artikel 3.10, eerste lid, onder a, Wnb

NL In verscheidenheid verenigd NL A8-0176/288. Amendement. Patrick Le Hyaric, Younous Omarjee namens de GUE/NGL-Fractie

Stichting Reinier van Arkel en Stichting Overlast A2 Vught e.o., vertegenwoordigd door L. Bier, advocaat,

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 10 mei 2006 (15.05) (OR. en) 9133/06 ADD 2. Interinstitutioneel dossier: 2005/0153 (CNS) LIMITE

Directie Natuur en Biodiversiteit Team Vergunningen Nb-wet POV-dag 'het delen-durven-doen'festival donderdag 5 januari 2017

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 april 2002 (02.05) (OR. en) 8318/02 LIMITE PROCIV 16 FSTR 3

Bijlage 3: Natuurtoets Westhavendijk (KuiperCompagnons)

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 129,

13395/2/01 REV 2 ADD 1 gys/hb/dm 1 DG I

de aangevraagde ontheffing voor het onder zich hebben en vervoeren van de overige in de aanvraag genoemde soorten te weigeren;

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 18 november 2008 (OR. en) 15311/08 E V 781 MAR 199 MED 76

Wildernistrek E.G.C. van Uchelen Reeweg GA VLEDDER. Datum 19 juni 2015 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

MEDEDELING AAN DE LEDEN

omgevingsdienst HAAGLANDEN

ILIEUHANDHAVING. Wat hebt u eraan? Milieuvervuiling stopt niet bij de grens

Wijziging begrenzing ingevolge Beslissing op bezwaar van 18/12/2014 MEDEDELING

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Resolutie van het Europees Parlement over de financiering van Natura 2000 (2004/2164(INI))

Stichting Nationaal Klok & Peel museum Asten H. A. van der Loo Ostadestraat WC ASTEN

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Procedurewijzer. Voor de (ontwerp)wijzigingsbesluiten van de Natura 2000-gebieden Rijntakken en Veluwe. #038 Rijntakken (ontwerpwijziging)

EUROPEES PARLEMENT. Commissie verzoekschriften MEDEDELING AAN DE LEDEN

Arcus Zuid Projectontwikkeling B.V. B.J.M. Mertens Dorpstraat JX OIRSBEEK

Natuurbescherming in Nederland

bron : Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB C 177 E van 27/06/2000

Tweede Kamer der Staten-Generaal

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESCHIKKING VAN DE RAAD

De vragenlijst van de openbare raadpleging

De Vuurvogel B.V. J. van Lamoen en T. Etaoil Coninckstraat WD AMERSFOORT

Transcriptie:

14 CR-16-98-174-NL-C BUREAU VOOR OFFICIËLLE PUBLICATIES DER EUROPESE GEMEENSCHAPPEN L-2985 Luxembourg

NATURA 2000 het behoud van ons natuurlijk erfgoed EUROPESE COMMISSIE DGXI - Milieuzaken, Nucleaire Veiligheid en Civiele Bescherming

Inhoudsopgave Een rijk maar kwetsbaar natuurlijk erfgoed 2 De handen ineenslaan om de biologische diversiteit in stand te houden 4 NATURA 2000, een grote uitdaging voor de Unie 8 NATURA 2000 en daarna 12 2 opez/bios

Op weg naar een verantwoord beheer van ons natuurlijk erfgoed D e rijkdom van de Europese Unie is gebaseerd op wederzijdse eerbied voor de verscheidenheid aan entiteiten waaruit zij samengesteld is. De biologische diversiteit in de Unie, die van onschatbare biologische, esthetische en genetische waarde is, vormt een stuk van onze identiteit en een natuurlijk erfgoed dat wij moreel verplicht zijn zorgvuldig te beheren om het aan de komende generaties te kunnen overdragen. Dit natuurlijk erfgoed is weliswaar nog overvloedig, maar ook kwetsbaar. Er is de Unie dan ook alles aan gelegen om het behoud ervan te verzekeren. Natuurbehoud is sinds het begin van de jaren zeventig een van de belangrijkste doelstellingen van het milieubeleid van de Unie. De Vogelrichtlijn en vervolgens de Habitatrichtlijn vormen een stevige wettelijke grondslag voor de bescherming van zeldzame en bedreigde planten- en diersoorten en natuurlijke habitats. Door de Unie is meer dan 250 miljoen ecu besteed aan de totstandbrenging van honderden natuurbeschermingsprojecten in alle lidstaten. De Raad van de Unie heeft thans een grote uitdaging aangegaan, namelijk de totstandbrenging, aan de vooravond van het derde millennium, van een communautair netwerk van beschermde natuurgebieden. Dit NATURA 2000 -netwerk zal een essentiële rol spelen bij de instandhouding van onze natuurlijke hulpbronnen. Om dit gezamenlijke project tot een succes te maken, is iedere lidstaat verantwoordelijk voor de keuze van de op zijn grondgebied aan te wenden middelen. Dezen moeten rekening houden met zowel de wetenschappelijke als de economische, sociale en culturale vereisteneconomische én sociaal-culturele vereisten. Voor het welslagen van NATURA 2000 is dus de volledige deelname en medewerking van alle betrokken partners vereist. De totstandbrenging van NATURA 2000 is ook een unieke gelegenheid om aan te tonen dat de zorg voor het milieu in het beleid op andere terreinen kan worden geïntegreerd. Natuurbehoud vormt een onderdeel van de ruimtelijke ordening en is te verenigen met tal van economische activiteiten; er kan op deze manier zelfs nieuwe werkgelegenheid worden gecreëerd. Ik hoop dat deze brochure allen die haar ter hand nemen een beter inzicht zal verschaffen in hetgeen met NATURA 2000 wordt beoogd en wat er nodig is om dit netwerk tot een succes te maken, en dat een en ander bevorderlijk zal zijn voor de dialoog over de te beschermen gebieden van communautair belang. 3

4 (1) Environment in the European Union 1995, Report for the review of the Fifth Environmental Action Programme - European Environment Agency, EEA Copenhagen, 1995. Een rijk maar kwetsbaar natuurlijk erfgoed M et een oppervlakte van meer dan 3 miljoen km 2 en een inwonertal van 370 miljoen beslaan de vijftien lidstaten van de Europese Unie het grootste deel van West-Europa. De diverse klimaatzones, bodemtypen, reliëfvormen en menselijke activiteiten liggen hier ten grondslag aan een grote verscheidenheid van natuurlijke en halfnatuurlijke milieus, waarin een veelheid aan planten- en diersoorten een leefgebied vinden. De Europese Unie telt aldus enkele duizenden typen natuurlijke habitats met 150 soorten zoogdieren, 520 soorten vogels, 180 soorten reptielen en amfibieën, 150 vissoorten, 10.000 plantensoorten en minstens 100.000 soorten ongewervelden (1). Deze cijfers getuigen van de immense rijkdom van het Europese natuurlijke erfgoed met zijn uiteenlopende levensvormen, prachtige landschappen en onmiskenbare levenskwaliteit. Bedreigde soorten Ondanks de bij het natuurbeschermingsbeleid van de lidstaten gemaakte vorderingen lopen de populaties van talrijke soorten nog steeds terug. Deze snelle en continue teruggang is niet alleen bij zeldzame soorten te zien. In recente studies wordt een sterke achteruitgang geconstateerd van de populaties van algemeen voorkomende soorten als de tuinfluiter (Sylvia borin) of de veldleeuwerik (Alauda arvensis). Tegenwoordig zijn de helft van alle zoogdiersoorten en een derde van alle soorten reptielen, vissen en vogels bedreigd. Zeedieren (monniksrobben, zeeschildpadden ), die te lijden hebben onder vervuilings- en visserijproblemen die men niet in de greep krijgt, behoren tot de meest kwestbaren. De dunbekwulp en de steur zijn nu al zo zeldzaam dat zij binnenkort zouden kunnen uitsterven. Wat het plantenrijk betreft, zijn er 3 000 soorten bedreigd en staan er 27 op het punt uit te sterven. De achteruitgang van de natuur De spectaculaire achteruitgang van talrijke soorten is voor alles het gevolg van de aantasting van de voor de overleving van deze soorten belangrijkste natuurlijke habitats. In enkele tientallen jaren heeft de intensivering van talrijke menselijke activiteiten (landbouw, bosbouw, industrie, energiewinning, vervoer, toerisme ) geresulteerd in het verlies of de versnippering van natuurlijke leefmilieus, waardoor voor wilde flora en fauna op het communautaire grondgebied maar weinig plaats overblijft. Aldus zijn de rivierecosystemen en estuaria - voor talrijke soorten van vitaal belang - in geheel Europa sterk achteruitgegaan. Andere leefmilieus van grote biologische waarde beslaan nog maar een gering gedeelte van hun oorspronkelijk areaal. Heidegronden, steppen en veengronden zijn, naar gelang de lidstaat, met 60 à 90% ingekrompen. Sinds het begin van deze eeuw is 75% van de duinen in Frankrijk, Italië en Spanje verdwenen. Traditionele landbouw, akkerbouw en veeteelt hebben eeuwenlang halfnatuurlijke habitats in stand gehouden. Dat men deze agrarische activiteiten steeds meer de rug toekeert, heeft tot een algemene verarming van de biologische diversiteit en de verscheidenheid aan landschappen geleid. Patrimonio Legambiente Halleux/Bios Alpiene biogeografische regio

Atlantische biogeografische regio Boreale biogeografische regio Schulz/Bios Norberg 5 Continentale biogeografische regio Mediterrane biogeografische regio Macaronesisce biogeografische regio Feve/Bios

De handen ineenslaan om de biologische diversiteit in stand te houden T (1) Richtlijn 79/409/EEG van de Raad van 2 april 1979 inzake het behoud van de vogelstand. (2) Richtlijn 92/43/ EEG van de Raad van 21 mei 1992 inzake de instandhouding van de natuurlijke habitats en de wilde flora en fauna. er bevordering van een beter beheer van het natuurlijk erfgoed is de Gemeenschap geleidelijk aan een beleid tot instandhouding van de natuur op haar grondgebied gaan voeren. In 1973 worden in het eerste Actieprogramma voor het milieu de prioriteiten vastgelegd. Tien jaar later zien de eerste specifieke financieringsinstrumenten voor natuurbescherming het licht. Door de achtereenvolgende herzieningen van de Verdragen zijn de juridische grondslagen van dit beleid steeds sterker geworden. Het Verdrag van Maastricht voert in 1992 de verplichting in om de bescherming van het milieu tot integrerend onderdeel van alle beleidssectoren van de Europese Unie te maken. Het vijfde Milieuactieprogramma noemt de bescherming van de natuur en van de biologische diversiteit als twee van zijn centrale actiethema s. De communautaire wetgeving berust op twee teksten: de Vogelrichtlijn (1) en de Habitatrichtlijn (2). Deze twee richtlijnen beogen de instandhouding van de natuurlijke leefmilieus en de wilde flora en fauna, voornamelijk via de totstandbrenging van een Europees netwerk van beschermde gebieden. 6 ajard

De Vogelrichtlijn, een eerste stap om de achteruitgang van soorten een halt toe te roepen De in 1979 goedgekeurde Vogelrichtlijn heeft de bescherming op langere termijn en het beheer van alle op het communautaire grondgebied in het wild levende vogels en hun habitats ten doel. De lidstaten zijn verantwoordelijk voor de instandhouding van al deze vogelsoorten en in het bijzonder de trekvogels, een gemeenschappelijk erfgoed van alle Europeanen. Zij moeten de verschillende natuurlijke habitats die het leefmilieu van de wilde vogels vormen, instandhouden. Voor 181 soorten en ondersoorten werden vanwege hun geringe populatie en/of hun beperkt verspreidingsgebied, specifieke beschermingsmaatregelen genomen. De lidstaten moeten de hiertoe meest geschikte gebieden als speciale beschermingszones aanwijzen. Welbekende vogelsoorten als de ooievaar, de kraanvogel en de vale gier hebben baat bij deze maatregelen. Hoewel meer dan 1.600 gebieden, met een totale oppervlakte ter grootte van de Benelux (meer dan 100.000 km 2 ), thans als speciale beschermingszones te boek staan, blijven er in de meeste lidstaten nog tal van gebieden van ornithologisch belang over die behouden moetn worden. De Habitatrichtlijn, een gemeenschappelijk kader ter bevordering van de biologische diversiteit Deze in 1992 - het jaar van de topconferentie te Rio over milieu en ontwikkeling - goedgekeurde richtlijn is het voornaamste stuk wetgeving van de Gemeenschap ter bevordering van de biologische verscheidenheid. Deze richtlijn houdt de verplichting in om van communautair belang geachte habitats en soorten in stand te houden. Iedere lidstaat moet op zijn grondgebied de gebieden die voor het behoud van de onder de richtlijn vallende habitats en soorten het belangrijkst zijn identificeren en vervolgens aanwijzen als speciale beschermingszones. Met betrekking tot deze zones worden dan juridische of contractuele maatregelen genomen of worden eventueel beheersplannen opgesteld om deze zones op langere termijn te behouden, waarbij menselijke activiteiten geïntegreerd worden vanuit een optiek van duurzame ontwikkeling. Al deze door de lidstaten aangewezen speciale beschermingszones tezamen zullen het Europese netwerk van beschermde gebieden, NATURA 2000, vormen. Ook alle speciale beschermingszones van de Vogelrichtlijn behoren tot dit netwerk. Iedere lidstaat kan zelf kiezen welke middelen hij op zijn grondgebied wil aanwenden om uitvoering te geven aan dit gezamenlijk project. Harerzijds biedt de Commissie de helpende hand bij de totstandbrenging van dit netwerk en zorgt zij ervoor dat de doelstellingen die gezamenlijk vastgelegd werden, werkelijk bereikt worden. 7 Klein/Bios

8 Habitats en soorten van communautair belang Dit begrip dekt bijvoorbeeld heide- en veengronden, duinen, kusten zoetwaterhabitats stuk voor stuk habitattypen waarvan het natuurlijk verspreidingsgebied op het communautaire grondgebied zeer beperkt is of sterk achteruit is gegaan. Maar het omhelst eveneens natuurlijke leefmilieus die zeer bijzonder en representatief zijn voor een van de zes biogeografische regio s van de Europese Unie (larikswouden in de Alpen, schorren van het Atlantische kustgebied ). In totaal zijn er bijna 200 typen habitat die door de richtlijn als zijnde van communautair belang worden aangemerkt. Van de als van communautair belang beschouwde soorten zijn er sommige die met uitsterven worden bedreigd, alsmede bepaalde endemische soorten. De richtlijn somt bijna 200 diersoorten en meer dan 500 plantensoorten op wier leefmilieu bescherming behoeft. Om rekening te houden met verschillen tussen de lidstaten geldt er voor sommige van communautair belang geachte soorten een uitzonderingsclausule, die wordt toegepast in die gevallen waarin van een levensvatbare populatie sprake is (bijvoorbeeld in het geval van de lynx in Finland). Spoedmaatregelen voor bepaalde prioritaire leefmilieus en soorten De Europese Unie heeft een bijzondere verantwoordelijkheid voor het behoud van natuurlijke habitats die dreigen te verdwijnen (zeegrasvelden, lagunes, ooibossen ) en van soorten die met uitsterven worden bedreigd (veelvraat, monniksrob...). Deze als prioritair aangemerkte habitats en soorten komen voor urgente beschermingsmaatregelen in aanmerking. Het Europese netwerk NATURA 2000 zal representatieve delen omvatten van alle van communautair belang geachte natuurlijke habitats en van de prioritaire habitats in het bijzonder. Aldus wordt aan alle van communautair belang zijnde dier- en plantensoorten een zodanige bescherming verzekerd dat hun voortbestaan op langere termijn wordt gegarandeerd. Sinds de inwerkingtreding van deze richtlijnen zijn de natuurlijke leefmilieus en soorten in kwestie verder geëvolueerd. De wetenschappers zullen de inmiddels getroffen maatregelen daarom moeten evalueren om de Europese Commissie en de lidstaten in staat te stellen de richtlijnen, na overleg met de gespecialiseerde comités (Habitat-comité en Ornis-comité), aan te passen. Thauront

De Habitatrichtlijn in het kort Definities Art. 1 Art. 2 Voornaamste begrippen: behoudstoestand, prioritaire habitats of soorten of habitats en soorten van communautair belang Doelstellingen van de richtlijn Instandhouding van de natuurlijke habitats en de habitats van soorten Art. 3 Art. 4 Art. 5 Art. 6 Art. 7 Art. 8 Art. 12 t/m 16 Definitie van het NATURA 2000 -netwerk Opstellen van nationale lijsten van gebieden die van communautair belang worden geacht en aanwijzing van speciale beschermingszones (SBZ) Rol van de Raad bij de aanwijzing van gebieden van communautair belang op voorstel van de Commissie Beschermingsmaatregelen en beheersplannen in de SBZ Verplichtingen met betrekking tot de speciale beschermingszones (Vogelrichtlijn) Instandhouding en communautaire medefinanciering Bescherming van de soorten Maatregelen ter bescherming van bedreigde planten- en diersoort Pernot/Bios Art. 20 t/m 21 Bijlage I Overige bepalingen Rol van het Habitat-comité Natuurlijke en halfnatuurlijke habitats voor de instandhouding waarvan SBZ moeten worden aangewezen 9 Bijlage II Planten- en diersoorten voor de instandhouding waarvan SBZ moeten worden aangewezen Bijlage III Criteria voor de selectie van als SBZ aan te merken gebieden Bijlage IV Planten- en diersoorten die een strikte bescherming behoeven Bijlage V Planten- en diersoorten waarvan de onttrekking aan de natuur en de exploitatie aan controlemaatregelen onderhevig zijn Bijlage VI Wijzen van vangst, doding en vervoer die verboden zijn Roche/Bios

Natura 2000, een grote uitdaging voor de Unie D e totstandbrenging van het NATURA 2000 -netwerk vormt de spil van het communautaire natuurbeschermingsbeleid en een grote uitdaging voor de vijftien lidstaten. De totstandbrenging van een waaier van maatregelen voor doeltreffende bescherming en beheer van de natuurgebieden in kwestie is een forse onderneming, welke enerzijds de medewerking van alle nationale en plaatselijke betrokkenen en anderzijds een nauwgezette selectie van de in aanmerking komende gebieden op communautair niveau vereist. Om deze grootschalige operatie tot een goed einde te kunnen brengen, moeten de Europese Commissie en de vijftien lidstaten in drie etappes te werk gaan. Eerste fase: opstellen van de nationale lijsten De onder de Habitatrichtlijn vallende habitats en soorten worden als bedreigd of kwetsbaar io Europees niveau erkend. De kennis over hun verspreiding en behoudstoestand in iedere lidstaat loopt echter uiteen. De eerste fase van het aanwijzingsproces bestaat dus voor iedere lidstaat in een nauwkeurige wetenschappelijke evaluatie op nationale schaal van elke habitat of soort van communautair belang. Uitgaande hiervan, worden de belangrijke gebieden geselecteerd en voorgesteld in de vorm van een aan de Europese Commissie voor te leggen nationale lijst. 0 NATURA 2000 NETWERK Vogelrichtlijn Habitatrichtlijn Speciale beschermingszones Bijlage I: Habitat types Bijlage II: Soorten Nationale lijst der gebieden Communautaire lijst der gebieden Speciale beschermingszones Netwerk NATURA 2000

Een eerste selectie van deze gebieden vindt plaats aan de hand van de volgende gemeenschappelijke criteria: representativiteit, ecologische kwaliteit van de habitat, omvang en dichtheid van de betrokken populaties, mate van isolement ten opzichte van de rest van het natuurlijke verspreidingsgebied, oppervlakte van de biotoop Tweede fase (overleg): aanwijzing van de gebieden van communautair belang In de tweede fase worden, met de hulp van het thematisch centrum Natuur van het Europees Milieuagentschap, de gebieden van communautair belang geselecteerd welke tezamen het netwerk NATURA 2000 zullen vormen. Deze selectie vindt plaats onder leiding van de Europese Commissie, in samenwerking met de lidstaten. Ieder op een nationale lijst geplaatst gebied wordt beoordeeld aan de hand van zijn relatieve waarde, zijn belang als trekroute of grensoverschrijdend natuurgebied, zijn totale oppervlakte, het eventueel naast elkaar bestaan van diverse typen habitats en soorten, en tenslotte van de vraag hoe uniek dit gebied voor de biogeografische regio is. Op de nationale lijsten geplaatste gebieden waar prioritaire habitats of soorten voorkomen, worden als gebieden van communautair belang geselecteerd. Mocht een lidstaat nagelaten hebben een gebied van uitzonderlijke betekenis voor te stellen, dan kan de Commissie voorstellen dit alsnog aan de lijst toe te voegen, mits op basis van wetenschappelijke gegevens kan worden aangetoond dat dit gebied van essentieël belang is voor het behoud van de in de Europese richtlijnen bedoelde habitats of soorten. Na overleg met de lidstaat in kwestie, valt de definitieve beslissing toe aan de Raad van de Europese Unie, met eenparigheid van stemmen. Slotfase: aanwijzing van de speciale beschermingszones Wanneer een gebied als gebied van communautair belang wordt geselecteerd, zijn de lidstaten verplicht dit binnen een termijn van zes jaar en uiterlijk in 2004 als speciale beschermingszone aan te wijzen. Hierbij moet prioriteit worden gegeven aan de ernstigst bedreigde of uit natuurbehoudsoogpunt meest belangrijke gebieden. Deze zesjarige periode zal door de lidstaten worden benut om geleidelijk aan de vereiste beschermings- en beheersmaatregelen in deze gebieden door te voeren. Het bijzondere geval van de Vogelrichtlijn De Vogelrichtlijn voorziet eveneens in de aanwijzing van gebieden met het oog op het behoud van de habitats van de meest bedreigde vogelsoorten alsmede van trekkende soorten. In deze richtlijn wordt bijzondere betekenis gehecht aan de bescherming van waterrijke gebieden. Alle gebieden worden evenwel door de lidstaten ineens (dus zonder fasering) als speciale beschermingszones aangewezen. Zij worden dan rechtstreeks in het NATURA 2000 -netwerk opgenomen. De beschermingsdoelstellingen zijn vergelijkbaar met die voor de speciale beschermingszones van de Habitatrichtlijn. 11

2 Kovacs Enkele vragen die Natura 2000 bij u oproept Dient het NATURA 2000 -netwerk ertoe, reservaten voor bedreigde soorten en habitats te creëren? De Habitatrichtlijn draagt bij tot de algemene doelstelling van duurzame ontwikkeling. Deze richtlijn heeft ten doel het behoud van de biologische diversiteit te bevorderen, zonder hierbij de wetenschappelijke, economische, sociale, culturele en regionale vereisten uit het oog te verliezen. Het NATURA 2000 - netwerk is dus niet geconcipieerd om natuurreservaten in het leven te roepen waar iedere menselijke activiteit stelselmatig verboden is. Voor de instandhouding van de biologische diversiteit in de aangewezen gebieden kan het nodig zijn de menselijke aanwezigheid te handhaven en zelfs te stimuleren. Zo moeten bepaalde typen grasland gemaaid of begraasd worden om niet te verruigen, waardoor bepaalde bedreigde soorten zouden verdwijnen. Het menselijk ingrijpen moet echter wel verenigbaar blijven met de nagestreefde bescherming van de aangewezen gebieden. Daarom moeten de lidstaten, bij het opstellen van de beheersmaatregelen, iedere in het gebied plaatsvindende activiteit evalueren, teneinde elke achteruitgang van de habitats of bedreiging voor de soorten waarvoor het gebied is aangewezen, te vermijden. Wat zijn de beheersverplichtingen voor de NATURA 2000 -gebieden? Op grond van artikel 6 van de richtlijn dienen de lidstaten behoudsmaatregelen te treffen. De zekerste manier on dit doel te verwezenlijken lijken specifiek op de gebieden in kwestie toegesneden of in andere bestemmingsplannen geïntegreerde beheersplannen. Aan de hand van deze plannen kan men met name de na te streven doelstellingen preciseren, eventuele moeilijkheden met eigenaren of gebruikers van het gebied ondervangen en oplossen, bepalen welke middelen moeten worden aangewend en werk maken van een langere-termijnplanning voor het beoogde behoud. Het staat iedere lidstaat vrij zijn eigen werkmethoden en maatregelen vast te stellen, maar de gekozen maatregelen of deze nu van wettelijke, bestuursrechtelijke of contractuele aard zijn - Thauront

moeten er in elk geval voor zorgen dat de gebieden in kwestie er niet verder op achteruitgaan, wel integendeel. Zijn nieuwe projecten of activiteiten nog mogelijk in een NATURA 2000 gebied? Artikel 6 van de richtlijn laat hieromtrent geen twijfel bestaan: voor elk plan of project dat significante gevolgen voor een NATURA 2000 -gebied kan hebben, moet rekening worden gehouden met de natuurwaarden die voor de opneming van dit gebied in het netwerk bepalend zijn geweest. Er moet dus een passende evaluatie plaatsvinden van de gevolgen van dit project voor de behoudsdoelstellingen van het gebied. Niets belet de nationale autoriteiten om de activiteit in kwestie in het gebied toe te staan indien de evaluatie geen kwalijke gevolgen voor het gebied aan het licht brengt. In het tegengestelde geval en indien er geen alternatieve oplossing kan worden gevonden, kan de activiteit in kwestie in het gebied alleen dan doorgang vinden indien deze van groot openbaar belang wordt verklaard. De lidstaat neemt dan alle nodige compenserende maatregelen en stelt de Europese Commissie hiervan in kennis. Mocht het evenwel zo zijn dat een gebied prioritaire habitats of soorten herbergt, dan kan een vergunning alleen worden afgegeven om redenen van groot openbaar belang die verband houden met de volksgezondheid of de veiligheid van de bevolking of het milieu. Indien er andere dwingende redenen van groot openbaar belang in het spel zijn, moet het advies van de Commissie worden ingewonnen. Hoeveel gaat het beheer van NATURA 2000 kosten? Krachtens artikel 8 van de richtlijn maakt iedere lidstaat een schatting van de bedragen die nodig zijn voor het behoud van gebieden met prioritaire habitats of soorten en stelt hij de Europese Commissie hiervan in kennis. De Commissie dient financieel bij te dragen tot essentiële beschermingsmaatregelen van tot NATURA 2000 behorende gebieden. Sinds het begin van de jaren tachtig financiert de Europese Commissie natuurbeschermingsprojecten in de lidstaten. Het huidige communautaire fonds LIFE participeert reeds in de totstandbrenging van NATURA 2000 en financiert daartoe acties in de toekomstige delen van het netwerk. Het onderdeel natuur van de beschikbare LIFE middelen zullen uiteindelijk echter niet voldoende zijn om in de behoeften van alle tot het netwerk behorende gebieden te voorzien. Door integratie van het milieubeleid in de overige communautaire beleidssectoren zullen verdere middelen moeten worden vrijgemaakt. Nu al is het zo dat via milieumaatregelen in de landbouw financieel tot het beheer van bijzondere natuurgebieden door landbouwers wordt bijgedragen. Evenzo steunen de Structuurfondsen, het Cohesiefonds en verscheidene communautaire initiatieven maatregelen die erop gericht zijn natuurgebieden economisch te doen renderen. Pajard Dham 13

Natura 2000 en daarna D oor mee te werken aan de totstandbrenging van het NATURA 2000 -netwerk en de onderlinge verbindingen tussen de ertoe behorende gebieden, wil de Commissie de geloofwaardigheid van de Unie bij het nakomen van haar internationale verplichtingen onderstrepen. Op het gebied van natuurbehoud vormen de Habitatrichtlijn en de Vogelrichtlijn de hoofdpijlers van de communautaire bijdrage tot de instandhouding van de biologische diversiteit, zoals voorgeschreven bij het Verdrag van Rio (1992) en eerder bij het Verdrag van Bern inzake het behoud van wilde dieren en planten en hun natuurlijk leefmilieu in Europa (1979). Deze richtlijnen beantwoorden ook aan de algemene beginselen van meer specifieke verdragen, zoals de Overeenkomst inzake het behoud van waterrijke gebieden (Ramsar, 1971) en het Verdrag inzake de bescherming van trekkende wilde diersoorten (Bonn, 1979), en van meer regionaal georiënteerde verdragen zoals dat van Helsinki voor de Oostzee (1974), dat van Barcelona voor het Middellandse Zeegebied (1976) en het Alpenverdrag (1991). Dejonghe/Quetzal 4 Bertrand/Bios

De totstandbrenging van NATURA 2000 vormt een onderdeel van het grotere geheel van communautaire milieumaatregelen. Overeenkomstig de tijdens de topconferentie van Rio (1992) aangegane verplichtingen ontwikkelt de Unie een scala aan verschillende instrumenten waarmee een grotere mate van ecologische verantwoordelijkheid wordt betracht in alle betrokken sectoren en op alle niveaus van onze samenleving: integratie van het milieuaspect in het gemeenschappelijk landbouwbeleid, industriële milieukeuren, milieueffectstudies Tevens intensiveert de Unie haar rol bij acties en internationale samenwerking met het oog op duurzame ontwikkeling, vooral met onze nabuurlanden in Midden- en Oost-Europa. Indien u op de hoogte wenst te blijven van de door de Europese Commissie ontplooide natuurbeschermingsactiviteiten, gelieve u zich, onder vermelding van uw volledige adres en de door u gekozen taal (Duits, Engels of Frans) tot onderstaand adres te wenden: Europese Commissie DG XI.D.2 - Natuurbescherming, kustgebieden en toerisme - TRMF 02/04 200, Wetstraat, 200 B - 1049 BRUSSEL Fax : + 32.2.296 95 56 U zult dan gratis, driemaal per jaar, de informatiebrief NATURA 2000 ontvangen. U kunt de gewenste inlichtingen ook vinden op het volgende adres van de INTERNET-server van de Commissie: http://europa.eu.int/comm/dg11/nature/home.htm 15 Omslagfotos : Bertrand/Bios, Boutin/Bios, Cornuet, Bringard/Bios, Dejonghe/ Quetzal Tekenaar : Manuel Manolos