hÿ schrÿft rugzak banaan zÿ vindt

Vergelijkbare documenten
Dit programma is gemaakt voor leerlingen vanaf groep 6 van de basisschool, alle niveaus van het vmbo en mbo 1 en 2.

Spelling Werkwoorden. Doelgroep Spelling Werkwoorden. Omschrijving Spelling Werkwoorden

Alles over. Taal actief. Achtergrondinformatie, bestellijsten en additionele materialen

instapkaarten spelling

Werkwoordspelling op maat

Basis Werkwoordspelling is onderdeel van de Bundel Basisprogramma's. Deze bundel bevat ook Basisspelling en Basisgrammatica.

Benodigde voorkennis spelling groep 5

Benodigde voorkennis taal verkennen groep 5

Extra oefeningen voor werkwoordspelling

Alles over. Taal actief. Achtergrondinformatie, bestellijsten en additionele materialen

Alles over. Taal actief. Achtergrondinformatie, bestellijsten en additionele materialen

LESSTOF. Basis Werkwoordspelling

Lesstof groep 8 Wat leert uw kind de komende maanden.

IN DRIE STAPPEN NAAR EEN FOUTLOZE WERKWOORDSPELLING. werkwoordspelling.com M.Kiewit

LESSTOF. Werkwoordspelling op maat

LESSTOF. Basis Werkwoordspelling

(ZAKELIJKE) TAALVERZORGING 1 NEDERLANDS

Werkwoordspelling 1F. Doelgroepen Werkwoordspelling 1F. Omschrijving Werkwoordspelling 1F

Basis Werkwoordspelling

LESSTOF. Spelling Werkwoorden

instapkaarten spelling

Klankzuivere werkwoorden vervoegen Methode voor beelddenkers Juf Kitty 2016

Het Muiswerkprogramma Grammatica op maat bestrijkt de grammatica die nodig is voor het leren van de Nederlandse spelling en zinsbouw.

DPS. Communicatie. Werkblad: werkwoordspelling

instapkaarten spelling

Indien je de regels uit dit bestand kunt toepassen en je kent de stappen die je in het schema moet maken, dan beheers je de werkwoordspelling goed.

Talenknobbel of taalachterstand?

INFORMATIEBROCHURE. Voortgezet technisch lezen groep 4 tot en met 8. lnformatiebrochure Grip op lezen 3

LESSTOF. Werkwoordspelling op maat

instapkaarten spelling

De spelling van de werkwoorden

Taal/spelling Themaweek 7 is gaat volgende week van start. Voor groep 6 heet het thema boeken en voor groep 7 heet het thema Verzamelingen.

Wegwijs in de werkwoordspelling

Deel 1: Persoonsvorm tegenwoordige tijd

Programma. Starten met Pluspunt. Pluspunt in het kort Materialen Starten met Pluspunt Handige tips en weetjes Afronding. Tussendoor opdrachten

Woordsoorten. De woorden in een zin kunnen in een bepaalde groep worden ingedeeld. De woordsoort geeft aan tot welke groep een woord behoort.

LESSTOF. Spelling Werkwoorden

Ezel- en kikkerwoorden Groep 7 Week 1

Basisgrammatica. Doelgroep Basisgrammatica

Voor welke groepen? Voor het onderdeel spelling is er materiaal voor de groepen 4 t/m 8.

Werkwoordspelling Leer- en oefenboek (2) Spellingsoefeningen verleden tijd en voltooid deelwoord Groep 7

Het Muiswerkprogramma Basisgrammatica bestrijkt de grammatica die nodig is voor het leren van de Nederlandse spelling en zinsbouw.

instapkaarten spelling

taal actief malmberg 0C1F6DEEC91AB4681B9557C1D0E7637D Taal Actief Malmberg 1 / 6

Eigen vaardigheid Taal

Toelichting bij de kaartjes die in het opzoekboekje spelling en werkwoordspelling zijn opgenomen

Online cursus spelling en grammatica

Dat is duidelijk! INFORMATIEBROCHURE. Rekenen Groep 1 tot en met 8

Sterk in Taal en Spelling

LESSTOF. Werkwoordspelling 1F

Werkwoordspelling Leer- en oefenboek (1) Spellingsoefeningen tegenwoordige tijd en bijzondere werkwoorden Groep 7

instapkaarten taal verkennen

Werkwoorden. Hebben en zijn. De twee belangrijkste werkwoorden in het Nederlands zijn hebben en zijn. Ik ben Thomas. Ik heb een fiets.

LESSTOF. Grammatica op maat

Nieuwe generatie rekenmethodes vergeleken

Alles over. Wereld in getallen. Achtergrondinformatie, bestellijsten en additionele materialen

Inleiding 7. Deel 1 BASISVAARDIGHEDEN SPELLING 9

Alles over. Wijzer! Natuur en techniek. Achtergrondinformatie, bestellijsten en additionele materialen

LESSTOF. Grammatica op maat

Alles over. Staal. Achtergrondinformatie, bestellijsten en additionele materialen

Instructieboek Koken. Voor de Mpower-coach

In elke zin staat een werkwoord. Werkwoorden zijn woorden die aangeven welke handeling of toestand of welk proces in de zin centraal staat.

Hoe spel ik een werkwoord?

1 Werkwoorden. Voor deze aanbieding geld: op = op!!!

Alles over. Staal. Achtergrondinformatie, bestellijsten en additionele materialen

Alles over. Wijzer! Natuur en techniek. Achtergrondinformatie, bestellijsten en additionele materialen

Herhalingsoefeningen. Thema 3 Familie en relaties. 1 Woorden. Familie

Toetsenperiode juni 2018

Taaljournaal, tweede versie

Nationaal congres Taal en Lezen. 15 oktober 2015 Effectief spellingonderwijs

Vakonderdeel: TAALBESCHOUWING: NADENKEN OVER TEKSTEN

Werkwoordspelling Leer- en oefenboek (3) Spellingsoefeningen gemengd Groep 6

UITNEEMVEL > Alle taalmethoden in 1 overzicht!

Voor welke groepen? Voor het onderdeel spelling is er materiaal voor de groepen 4 t/m 8.

Alles over. Wijzer! Geschiedenis. Achtergrondinformatie, bestellijsten en additionele materialen

Alles over. Wijzer! Aardrijkskunde. Achtergrondinformatie, bestellijsten en additionele materialen

HANDLEIDING INSTAPPROGRAMMA STAAL SPELLING 8

Kun je dit nog? Spelling. Kaartjes met schrijfaanwijzingen. Kaartje bij woordpakket 1. Voorbeeld

LESSTOF. Werkwoordspelling 1F

De stof wordt veel beter ingeoefend en herhaald in vergelijking met de vorige methode. Ineke Kempers-Schaafsma, OBS Haarschool, Holten

HANDLEIDING INSTAPPROGRAMMA STAAL SPELLING 7

INFORMATIEBROCHURE. Rekenen Groep 3 tot en met 8

Ursula Nederlands brugklas havo werkwoordspelling

BIJBELS GRIEKS HERHALING 2

Spelling - Persoonsvorm HV12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

LESSTOF. Basisgrammatica

De bovenkamer. Het gebruik van De bovenkamer bij Taal actief. Josée Coenen. een kleurrijke grammatica van het Nederlands

Toets grammaticale termen met sleutel

Lesdoelen De kinderen leren dat er woorden zijn die de (soort)naam voor mensen en dieren aanduiden en maken kennis met de term zelfstandig naamwoord.

Lijn 3 in een combinatiegroep

Spiekkaart. Persoonsvorm - p.v.

Het werken met een weektaak is snel duidelijk voor ze. A Wijfjes, KBS Sint Nicolaas, Nieuwveen

Kijk na! Buiten spelen

Inhoud De inhoud van het computerprogramma is hetzelfde als die van het foliomateriaal.

Alles over. Reken zeker. Achtergrondinformatie, bestellijsten en additionele materialen

WELKOM INFORMATIEAVOND VAN GROEP 7 14 SEPTEMBER 2017

Lesdoelen De kinderen herkennen het werkwoord in een zin. Materiaal Oefenblad instaples 1 taal Antwoordblad instaples 1 taal. Lesduur 25 minuten

LESBRIEF. Laat uw leerlingen 10 minuten lezen in 7Days. Uw leerlingen mogen zelf weten welke artikelen ze deze 10 minuten lezen.

Informatie. vakgebieden. Groep 6

Les 5 Werkwoorden 22 Les 6 De persoonsvorm van het werkwoord 24 Les 7 De, het, een 26 Les 8 Het meervoud (op -en, -s of - s) 28 Herhalingstoets 2 30

Transcriptie:

aardappelen hÿ schrÿft rugzak banaan wÿ raadden zÿ vindt INFORMATIEBROCHURE Werkwoordspelling, s morgens ik nies

lnhoud Werkwoordspelling in Taal actief Zo zit dat! 2 Organisatie 4 Differentiatie 6 Inhoud en didactiek 8 Voorbeeldpagina s 10 Informatie 12

Werkwoordspelling in Taal actief Zo zit dat! Het goed leren vervoegen van werkwoorden is een van de uitdagingen in de bovenbouw van het basisonderwijs. Taal actief begint echter al vroeg met voorbereidende activiteiten in het taalprogramma. Vanaf eind groep 6 staan er wekelijks twee lessen werkwoordspelling op het programma en leert u de kinderen om werkwoorden op de juiste manier te vervoegen. De leerlijn werkwoordspelling biedt veel herhaling, oefening én differentiatie op drie niveaus. Werkwoordspelling is een geïntegreerd onderdeel van Taal actief Spelling en kost u dus geen extra tijd. Vroegtijdig starten De methode Taal actief bestaat uit twee modules: Taal actief Taal en Taal actief Spelling. De toepassing van werkwoordspelling gebeurt vanaf eind groep 6. De voorbereiding gebeurt al eerder in het taalonderdeel. Belangrijke grammaticale begrippen en de regels voor werkwoordspelling komen al vanaf groep 4 aan bod. In deze lessen verkent u met de kinderen de begrippen en regels voor werkwoordspelling die ze later vanaf eind groep 6 gaan toepassen in het spellingprogramma. Zo bereidt u de kinderen goed voor op het correct leren schrijven van de werkwoorden in een zin. Aanbod van grammaticale begrippen en oriëntatie op werkwoordspelling in het taalprogramma, per jaargroep: groep 4 groep 5 groep 6 groep 7 groep 8 werkwoord wie-deel (onderwerp) werkwoord hele werkwoord stam regelmatige en onregelmatige werkwoorden (hebben, zijn) in de tegenwoordige tijd enkelvoud en meervoud werkwoord stam sterke en zwakke werkwoorden ott en ovt het onderwerp de persoonvorm (betekenis-, vraag-, getals- en tijdproef) je/jij achter de persoonsvorm gezegde persoonsvormen van sterke en zwakke werkwoorden 1e, 2e, 3e persoon enkelvoud en meervoud infinitief soorten onderwerpen naar omvang zelfstandig werkwoord en hulpwerkwoord voltooid deelwoord hoofdvormen van het werkwoord bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord gebiedende wijs bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord (h) voltooid deelwoord (h) tegenwoordig deelwoord incongruentie onderwerp persoonsvorm 2 lnformatiebrochure Taal actief Werkwoordspelling

Les Taal verkennen groep 6. De kinderen maken in het taalprogramma eerst stapsgewijs kennis met de vervoegingsregel verleden tijd: ze schrijven de stam + uitgang op. Als vervolgens de regel in het spellingprogramma aan de orde komt, wordt op deze kennis teruggegrepen. Eerst proberen Schrijf de stam van de persoonsvorm op en schrijf de uitgang erachter. 1 Mijn zus raadde mij dit boek aan over Romulus en Remus. Doe het zo: raad + de 2 Deze broers stichtten een stad. 3 Ik vermoedde dat al. Heb je een fout? Begin bij Heb je alles goed? Begin bij 1 Schrijf de stam van het gekleurde woord (de persoonsvorm) op. Onderstreep de laatste letter. Tip: de stam is de ik-vorm in de tegenwoordige tijd. taal verkennen Dit ga je leren Je leert hoe het komt dat je in de verleden tijd de persoonsvorm soms met -dd of -tt schrijft. Dit moet je weten In de verleden tijd is de regel voor zelfdeklankwerkwoorden stam + de(n) of stam + te(n). Dus als de stam eindigt op een -d of -t krijg je -dd of -tt. stam + de/den ik, jij? kleur + de raad + de jij, u, hij, zij, het wij, jullie, zij kleur + den raad + den stam + te/ten ik, jij? fiets + te praat + te jij, u, hij, zij, het wij, jullie, zij fiets + ten praat + ten 2 a Schrijf de stam van de persoonsvorm op en schrijf de uitgang erachter. Pas op voor oplichters! 1 De politie meldde het volgende. Doe het zo: meld + de 2 Een oplichtster verleidde de mensen de deur te openen. 3 Ze gebruikte geloofwaardige smoezen. 4 Je verwachtte dat niet van zo n vrouw. 5 De politie raadde mensen aan niet open te doen. 6 De mensen volgden de aanbeveling: deuren dicht. b Kijk naar je antwoorden van opdracht 2a. Wanneer komt -tt en -dd in werkwoorden voor? Ik ben erg duizelig geworden. Heeft u een glaasje water voor mij? de smoes Wat je verzint om je uit een vervelende situatie te redden. 78 1 De familie Van Luid vierde feest in de garage. Doe het zo: vier 2 De garage barstte bijna uit zijn voegen. 3 De gasten feestten tot diep in de nacht. 4 Hun buren klaagden over het lawaai. 5 Ze verwachtten dat het wel rustig zou worden. 6 Maar de herrie duurde tot in de ochtend. 3 Schrijf de persoonsvorm op. Schrijf de stam erachter. Schrijf dan de persoonsvorm(en) in de verleden tijd. Let op: in zin 5 staan twee persoonsvormen. Aankondiging 1 Kinderen voeren samen met muzikanten een toneelstuk op. Doe het zo: voeren, voer, voerden 2 Echte toneelspelers begeleiden de jonge spelers. 3 Ze spelen de legende van Koning Midas. 4 Deze koning wenst rijk te worden. 5 Alles wat hij aanraakt, verandert in goud. 6 De schouwburg barst bijna uit zijn voegen. Wanneer komt in de persoonsvorm van een zelfde-klankwerkwoord -dd voor? 79 lnformatiebrochure Taal actief Werkwoordspelling 3

Werkwoordspelling in Taal actief Organisatie Werkwoordspelling vanaf eind groep 6 Na de voorbereiding kunnen de kinderen werkwoordspelling echt gaan toepassen vanaf thema 7 in groep 6. De helft van de spellinglessen per thema gaat over het correct spellen van werkwoorden. Dit zijn de lessen op donderdag en vrijdag. Elke basisweek staat één spellingcategorie werkwoorden centraal. Maar tijdens de instructie en het oefendictee worden ook eerder geleerde spellingcategorieën herhaald. De lessen werkwoordspelling hebben dezelfde stapsgewijze opbouw volgens het IGDI-model als de spellinglessen onveranderlijke woorden. 4 lnformatiebrochure Taal actief Werkwoordspelling

Organisatie per thema Elk thema in Taal actief bestaat uit vier weken, waarvan de eerste drie weken basislessen zijn. Week 4 begint op maandag met een (werk)woordendictee en daarna drie differentiatielessen. U sluit het thema af met een zinnendictee. De organisatie van de drie basisweken ziet er per week als volgt uit. maandag - Organisatie week 1-3: Inhoud: spellen van soort les lesduur materiaal dinsdag onveranderlijke woorden instructie 20 min. werkboek woensdag onveranderlijke woorden zelfstandig werken 20 min. werkboek donderdag werkwoorden instructie 20 min. werkboek vrijdag werkwoorden zelfstandig werken 20 min. werkboek lnformatiebrochure Taal actief Werkwoordspelling 5

Werkwoordspelling in Taal actief Differentiatie Standaard differentiëren op 3 niveaus Met Taal actief differentieert u standaard op 3 niveaus, en dat gebeurt dus ook in de leerlijn werkwoordspelling. Elke instructieles eindigt met een oefendictee voor werkwoorden. Dit is het onderdeel Eerst proberen. De resultaten hiervan bepalen op welk niveau elk kind start tijdens de lessen zelfstandig werken. Elke zelfstandig werkenles heeft verwerkingsopdrachten op 3 niveaus: drempelniveau (minimumniveau) basisniveau verrijkingsniveau De kinderen die het oefendictee niet goed hebben gemaakt krijgen verlengde instructie. Daarna gaan ze aan de slag op niveau en gaan vervolgens door naar niveau. De andere kinderen beginnen direct met de -opdrachten en maken daarna de - opdrachten. In week 4 werkt het iets anders. Aan het begin van die week maken de kinderen een werkwoordendictee. De individuele score bepaalt of een kind in aanmerking komt voor instructie en op welk niveau het kan beginnen. Ook hier worden oefeningen aangeboden op drie niveaus. 6 lnformatiebrochure Taal actief Werkwoordspelling

Weet wat je leert! Kinderen begrijpen de stof beter en zijn meer gemotiveerd als ze weten wat ze leren. Taal actief besteedt hier veel aandacht aan. Elke les start met een instapkaartje. Hierin staat een duidelijke beschrijving van het leerdoel ( Dit ga je leren ) en een uitleg in begrijpelijke taal ( Dit moet je weten ). Spellingcategorieën De werkwoordsvormen worden aangeboden aan de hand van 10 voorbeeldwerkwoorden. Hiermee wordt in de instructie en het instapkaartje (werkwoordschema) de werkwoordsvervoeging voorgedaan en uitgelegd. De voorbeeldwoorden zijn: kleuren, raden, proeven, reizen, fi etsen, praten, roepen, vinden, fl uiten, schrijven, kiezen en zoeken. Op bijna elk instapkaartje staat een werkwoordschema. lnformatiebrochure Taal actief Werkwoordspelling 7

Werkwoordspelling in Taal actief Inhoud en didactiek Spellinghulp persoonsvorm Achterin het werkboek staat de spellinghulp Persoonsvorm. Hierin komen alle persoonsvormen samen in één denkstappenschema. Regelstrategie Voor de spelling van werkwoordsvormen is veel grammaticale kennis nodig om de spellingregels te kunnen begrijpen. Daarom komen de begrippen en regels vanaf groep 4 verkennend aan bod in de lessen taal verkennen van de module Taal actief Taal. Als de kinderen de geleerde stof vanaf eind groep 6 gaan toepassen in de leerlijn werkwoordspelling van Taal actief Spelling, dan gebruiken zij de zogenaamde regelstrategie : pas de regel toe die bij dit probleem hoort. Spellinghulp persoonsvorm groep 7 Persoonsvorm ik, jij? enkelvoud stam kleur, vind fluit tegenwoordige tijd jij, hij enkelvoud stam +t kleurt, vindt fluit meervoud hele werkwoord kleuren, vinden fluiten verleden tijd zelfde klank enkelvoud meervoud stam +de stam +te stam +den stam +ten kleurde, raadde fietste, praatte kleurden, raadden fietsten, praatten enkelvoud eindigt op t maak meervoud, dan hoor je d of t floot vond verleden tijd andere klank enkelvoud eindigt niet op t schrijf wat je hoort riep meervoud schrijf wat je hoort floten vonden 8 lnformatiebrochure Taal actief Werkwoordspelling

Opbouw leerlijn De leerlijn werkwoordspelling is als volgt opgebouwd: groep 6 groep 7 groep 8 tegenwoordige tijd tegenwoordige tijd verleden tijd voltooid deelwoord gebiedende wijs tegenwoordige tijd verleden tijd voltooid deelwoord bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord tegenwoordig deelwoord Aansluiting bij Cito Alle spellingproblemen die door Cito worden getoetst zijn vóór het moment van afname opgenomen in de leerlijn werkwoordspelling van Taal actief Spelling. Veel oefenen en herhalen Taal actief besteedt veel aandacht aan het oefenen en herhalen van de geleerde stof. Deze wordt op verschillende manieren aangeboden. - Systematisch herhalen van moeilijkere spellingcategorieën binnen de leerlijn. - In elke instructieles wordt een eerdere categorie werkwoordspelling opgefrist. - Bij elke instructieles werkwoordspelling is een extra oefenblad beschikbaar voor kinderen die meer herhaling nodig hebben. Op dit oefenblad staan het instapkaartje, een oefening op - niveau en een oefening op -niveau. - Voor elke basisweek is 15 minuten oefensoftware voor werkwoordspelling beschikbaar per leerling op niveau, en. - Voor spellingzwakke kinderen is er de map Speciale spellingbegeleiding. De map biedt handreikingen en oefenmateriaal om deze kinderen extra te begeleiden en te laten oefenen (preteaching) of om een individuele leerroute samen te stellen. lnformatiebrochure Taal actief Werkwoordspelling 9

Voorbeeldpagina s Werkwoordspelling groep 6 Eerst proberen 1 Onze wandelende tak 2 Je 3 Hij 4 Ik heb Ik begin bij Ik begin bij fout. Dit ga je leren Je leert hoe je werkwoorden in de tegenwoordige tijd schrijft. Werkwoorden als schrijven onderwerp tegenwoordige tijd ik, jij? stam schrijf jij, u, hij, zij, het stam +t schrijft wij, jullie, zij hele werkwoord schrijven hij 5 Ik 6 7 8 werkwoordspelling Dit moet je weten De stam eindigt op f: schrijf. we we we 2 Vul de goede vorm van het werkwoord in. ik 1 geef 2 3 4 surf 5 6 7 schroef 8 mijn neef geeft leeft blaft erft mijn ouders geven zwerven drijven 3 Schijf het tegendeel op. De freule leeft. De freule sterft. Wij gaan weg. Wij hier. Ik lees een boek. Ik een boek. De juf krijgt les. De juf les. Het bootje zinkt. Het bootje. erven Geld of dingen krijgen van iemand die net overleden is. de jarige een cadeau. op planeet Aarde. door de straten. op het internet. tegen de hond. op een vlot. de dop er weer op. een beetje geld van oma. 1 Vul de goede vorm van het werkwoord in. Kies uit: blijf proeven hoeven durft sterft zwerf zwerven schrijven 1 durven Een echte kunstenaar durft te leven! 2 sterven Voordat hij, wil hij de hele wereld hebben gezien. 3 zwerven Daarom sommige kunstenaars van stad naar stad. 4 proeven Ze van alle gerechten. 5 schrijven Over hun avonturen ze verhalen. 6 hoeven Maar niet alle kunstenaars dat te doen. 7 blijven Daarom ik lekker zitten voor de televisie. 8 zwerven Ik over de wereld vanuit mijn luie stoel. 4 Vul de goede vorm van het werkwoord in. Tip: kijk naar het groene woord. 1 Een zwerver zwerft door de stad. 2 Bij een aardbeving bee de aarde. 3 In de herfst stui de stuifzwammen. 4 Het zweefvliegtuig zwe door de lucht. 5 Als handhaver han ik de wet. 6 Wie een belofte doet, bel iets. 7 De gasten ver in het gastenverblijf. 8 Ik sch de schroeven in de plank. Kruis aan wat bij jou past. Ik weet wanneer ik een werkwoord met f of v moet schrijven. Ik schrijf werkwoorden met f of v soms nog verkeerd. 46 47 10 lnformatiebrochure Taal actief Werkwoordspelling

H! E werkwoordspelling Dit ga je leren Je leert hoe je werkwoorden in de tegenwoordige tijd schrijft. Y Werkwoorden als vinden. Dit moet je weten De stam eindigt op d: vind. In de ik-vorm hoor je t, maar je schrijft d. In de hij-vorm hoor je t, maar je schrijft dt. bieden Zeggen hoeveel geld je ergens voor wilt geven. 2 Vul de goede vorm van het werkwoord in. 1 Wie biedt er meer dan vijftig euro? Jij biedt maar de helft! jullie niet meer? veertig euro. Achmed 2002 tegenwoordige tijd stam vind jij, u, hij, zij, het stam +t vindt wij, jullie, zij hele werkwoord vinden O BCE ik, jij? ECB EZB EKT EKP onderwerp Zijn vrienden niet meer. 2 Ik wed om tien euro dat het lukt. Jij niet mee. Jullie Eerst proberen toch wel mee? Wendy 1 5 2 6 3 7 4 8 in ieder geval mee. Alleen Victor eigenlijk nooit. 3 Wij baden ons graag met warm water. Ik Paul warm water. Ik heb fout. Jij Jullie zich graag met John en Ger met warm water. Ik begin bij Ik begin bij 4 Raad jij waar ik heen ga? me graag met warm water. Jij zich graag Aisha heen ga. je ook graag met warm water. nooit waar ik heen ga. niet waar ik heen ga. vast wel waar ik Wie er waar ik heen ga? zijn kruiwagen vol met bladeren H 3 Vul de goede vorm van het werkwoord in. 1 Vul de goede vorm van het werkwoord in. Kies uit: biedt vinden melden meldt word Maak dan de zin af. vindt vindt Lisette een portemonnee op straat. Ze brengt hem naar het politiebureau. Ze het op het politiebureau. 1 laden De tuinman 2 redden Ik laadt het niet om 3 schudden Waarom 4 leiden De scheidsrechter 5 weten Wie 6 rijden Herman jij? waarom?.. 64 bieden De politieagent worden Ik haar een beloning aan. er helemaal verlegen van, zegt Lisette. 7 lijden.. Ik. geleerd met een Je hebt werk woorden. aan wat bij jou past stam op d. Kruis elijk hoe het zit met Nu snap ik eind die dt. goed wanneer je Ik snap nog niet dt schrijft. 65 lnformatiebrochure Taal actief Werkwoordspelling 11

lnformatie Meer weten over Taal actief? Wilt u graag meer informatie over Taal actief? De specialisten van Malmberg helpen u graag met al uw vragen. Maar ook bieden zij ondersteuning wanneer u op uw school start met Taal actief. Zichtzending Vraag een gratis zichtzending aan van Taal actief. Met deze zichtzending kunt u de lesmaterialen geheel vrijblijvend vier maanden op school uitproberen. lnternet Op www.taalactief.nl vindt u informatie over de methode, de materialen, referentiescholen en nog veel meer. Bestellen en prijzen Voor meer informatie over prijzen en bestellingen kunt u contact opnemen met uw schoolleverancier of met de afdeling Klantenservice van Malmberg via het telefoonnummer (073) 628 87 22. E-mail: klantenservice.bao@malmberg.nl Telefoon De Malmberg-methodespecialisten hebben ruime ervaring in het onderwijs en beantwoorden graag uw vragen. U kunt ze rechtstreeks bellen op telefoonnummer (073) 628 87 22. U kunt ook mailen naar voorlichting.bao@malmberg.nl. Uitgeverij Malmberg Magistratenlaan 138 Postbus 233 5201 AE s-hertogenbosch 12 lnformatiebrochure Taal actief Werkwoordspelling

Vroegtijdig starten Vanaf groep 4 worden kinderen langzaam voorbereid op werkwoordspelling. De grammaticale begrippen en oriëntatie op de regels van werkwoordspelling komen meerdere malen per jaargroep aan bod. Vanaf eind groep 6 kunnen de kinderen werkwoordspelling echt gaan toepassen. Veel oefenen en herhalen! Taal actief besteedt veel aandacht aan het oefenen en herhalen van de geleerde stof. De leerlijn is zo opgebouwd, dat regels en begrippen meerdere keren per jaargroep aan de orde komen. Daarnaast zijn er oefenbladen beschikbaar en kan er extra geoefend worden op drie niveaus met de oefensoftware. Werken op drie niveaus Vanaf dag één worden de lessen werkwoordspelling op 3 niveaus aangeboden. In de week na de toets wordt er tevens een plusniveau aangeboden. ISBN 978 90 345 3724 9 9 789034 537249 505295 549501