Postbus LP DEN HAAG. Middelharnis, 10 juni Onderwerp: Startdocument planmer Windenergie Goeree-Overflakkee

Vergelijkbare documenten
Duurzame energie op Goeree-Overflakkee

3. Coöperatie Windgroep Goeree-Overflakkee, namens deze Arjan van der Tol, handelend als voorzitter, hierna te noemen: Windgroep.

Vraag- en antwoordlijst Windenergie op Goeree-Overflakkee Aanleiding

Samenwerkingsovereenkomst Wind Werkt voor Goeree-Overflakkee. Gemeente Goeree-Overflakkee Provincie Zuid-Holland Coöperatie Windgroep

Startdocument planmer Windenergie Goeree-Overflakkee

NOTITIE MILIEUOVERWEGINGEN CONCEPT VKA WINDENERGIE GOEREE-OVERFLAKKEE

Windenergie Goeree-Overflakkee

SAMENVATTING. Inleiding en aanpak planmer

Registratienummer: Z / Vaststelling Reikwijdte en Detailniveau Windpark Haringvliet GO

Motivering besluit ontwerp-vvgb windturbinepark Havenwind

2. BESLUITVORMINGSPROCES NIET CONFORM BESTUURSOPDRACHT EN STRUCTUURVISIE

Betreft: Zienswijze op Startdocument planmer Windenergielocatie No. 45 A12, De Balij

Bijlage A. Begrippenlijst

Gedeputeerde Staten. Burgemeester en Wethouders van Binnenmaas Postbus ZH Maasdam. Ontheffing Verordening ruimte 2014 Windpark Oude Maas

windenergie beter te vertegenwoordigen in de structuurvisie dan nu het geval is.

5 -minuten versie voor Provinciale Staten

899824/ Motivering besluit ontwerp-vvgb windturbinepark Groetpolder

mer windenergie Leeswijzer

Morgen, woensdag 8 juni 2016, bespreekt u in de commissie Ruimte en Leefbaarheid onder meer de partiële herziening VRM / PlanMER windenergie.

Proactieve aanwijzing Windpark Kabeljauwbeek, Woensdrecht

TECHNISCHE HAALBAARHEID WINDENERGIE Een eerste verkenning van windenergie in de Ondernemingspolder

PLANMER WINDENERGIE GOEREE-OVERFLAKKEE. Provincie Zuid-Holland en Gemeente Goeree-Overflakkee. Eindconcept november 2013

Eerste officiële inspraak Windenergie A16

1 - Drentse Mondenweg 2 - Nieuw Buinen Zuid 3 - Nieuw Buinen Noord. 7 - Gieterveen zuid 8 - N Annerveensekanaal

Wij hebben uw verzoek beoordeeld en besloten de gevraagde ontheffing te verlenen. Bijgaand treft u een afschrift aan van ons besluit.

Procesbijlage. Van planmer naar Ontwerp Structuurvisie

Staatsbosbeheer & Windenergie

Voor de wind. Advies bij het Startdocument planmer partiёle herziening VRM windenergie. provinciaal adviseur ruimtelijke kwaliteit in zuid-holland

Windpark Dintel. Informatieavond Startnotitie MER Fijnaart Dinteloord

Hierbij dienen de volgende organisaties een zienswijze in betreffende de beoogde locatie no.45 in de Balij.

ADVIES ONTWERP PIP WINDENERGIE A16

Motivering besluit ontwerp-vvgb windturbinepark Waardpolder

Ontwerp wijziging PRVS

PASSENDE BEOORDELING OP HOOFDLIJNEN PLANMER WINDENERGIE GOEREE-OVERFLAKKEE. Provincie Zuid-Holland. Eindconcept november 2013

FRYSLÂN FOAR DE WYN. Plan van aanpak. Finale versie, 14 november 2013

Windturbinepark Spui, gemeente Korendijk

L.S. Wij adviseren nogmaals de heroverweging van de plaatsing van windturbines op zee. Met vriendelijke groet namens de BHWP

Behandelend ambtenaar: W. Ubachs Akkoord. Ambtelijk opdrachtgever / Leidinggevende: Murk, PJCM digitaal

Herstructurering Wind op Land provincie Noord-Holland

Verzenddatum O 9 OKT Paraaf Provin. retaris. Onderwerp Zienswijze op NRD van het PlanMER Structuurvisie Windenergie op Land

Houtskoolschets Windstreek 2011

Bewonersavond Windenergie Korendijk. John Ebbelaar (Tauw) Bob Schulte (Ecofys)

Publicatie beoordelingscriteria zonneparken op maaiveld Dalfsen

Waarom dit windpark? Windplan Blauw. Energieakkoord 2020: Megawatt (MW) aan windenergie op land in 11 provincies

Raadsvoorstel. Agendapunt: 12b. Onderwerp: Bestemmingsplan Windturbines Netterden-Azewijn. Portefeuillehouder: wethouder F.S.A.

PER MAIL / AANGETEKENDE BRIEF

Bij brief van 13 december 2016, ingekomen op 13 december 2016, heeft u namens de GroenLinks fractie schriftelijke vragen gesteld.

Effecten provinciale ruimtelijke structuurvisie op natuur Provincie Utrecht

Vragen bijeenkomst Windmolens 6 maart 2014

Planning Milieu-effectstudie Windenergie Eemshaven-West

Waarom windenergie? Steeds meer schone energie Energietransitie Structuurvisie windenergie op land Windpark Fryslân

Onderwerp Brief van Provincie Zuid-Holland over windenergie A44-zone - Ter kennisname

Spiekbriefje Frisse Wind

Noord-Holland. Stuknummer: AM q lllfjl? JUNI Raad van de gemeente Den Helder Postbus AA DEN HELDER

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van. A.H.K. van Viegen (PvdD), A. van Hunnik (GL) en H. van Dieren (SGP/CU) (d.d. 4 mei 2017) Nummer 3292

Structuurvisie Windenergie gemeente Dordrecht

Gedeputeerde Staten. Gemeente Goeree-Overflakkee t.a.v. het college van burgemeester en wethouders Postbus AA MIDDELHARNIS

Betreft: ernstige twijfels over zorgvuldigheid proces provinciale opgave windenergie 6MW Groote Lindt


Statenvoorstel. Perspectief Groene Hart Bestuurlijke samenvatting van het voorstel

Twee zwermopstellingen van windturbines in Duitsland

Markstudie naar kleine windturbines in Vlaanderen

Federatieplan Windenergie Wind werkt voor Flevoland

Geachte heer/mevrouw,

Partiële herziening Visie ruimte en mobiliteit Windenergie

Vindt u ook dat hierdoor de noodzaak aanwezig is wel "een verklaring van bedenking" in te dienen?

ALTERNATIEVEN ONTWIKKELING OOSTPOLDER

Resultaten Bewonersavonden, enquête Quick Scan Windenergie Korendijk

Ontwerpprocedure. locatie nr. 24 / maart Michel Simons. Programmamanager Windenergie

Datum vergadering Gedeputeerde Staten Verzenddatum Geheim. 28 oktober 2014 J j OKF ZOU

Fryslân. Windmolens op land zijn belangrijk en zullen wij stimuleren. Doelstelling voor de provincie:

Registratienummer: Z / Vaststelling Reikwijdte en Detailniveau Windpark Anna Wilhelminapolder

Limburg. De partij zal sociale windmolens actief stimuleren, ook solitair staande sociale molens.

Wij hopen dat u deze punten zult meenemen in de definitieve startnotitie. 1

Voorkeursvariant Windpark Industrieterrein Moerdijk. Raadsinformatieavond 10 maart 2016

Windpark en zonneveld Koningspleij te Arnhem

Advies concept Brede MER windenergie Korendijk

Univé Rechtshulp Windmolenpark

Vraag en antwoord windmolens in de gemeente Dronten

WEIGERING OMGEVINGSVERGUNNING. ENGIE t.a.v. de heer O. Keet Postbus GB Zwolle. Betreft: Weigering omgevingsvergunning (ontwerp)

Aan: Het college van Gedeputeerde Staten Provincie Noord-Brabant Postbus MC s HERTOGENBOSCH. Geachte college,

Betreft: Visie Vogelwerkgroep Arnhem e.o. op windmolenplannen Kleefse Waard / Koningspleij

Flevoland. Windmolens op land zijn belangrijk en zullen wij stimuleren. Doelstelling voor de provincie

Entiteit: Energiecoöperatie Dordrecht Datum: Project: Windturbine Krabbegors Versie: 1.0 Auteur: E. van den Berg Status: Concept

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van J.J. Rijken (PVV) (d.d. 1 december 2015) Nummer 3103

Opstelling Windpark Krammer (VKA uit het MER)

Wie zit achter Windpark Fryslân?

omgevingsdienst HAAGLANDEN

1 9 JUNI wnr 6 I

Beleidskader windenergie

statenstukken Provinciale Staten Vragen van het statenlid dhr. Babijn (Partij voor Zeeland) ingevolge artikel 44 reglement van orde AANHANGSEL

Analyse ruimtelijke mogelijkheden

Antwoord Toelichting Antwoord Toelichting Antwoord Toelichting. instrumentarium geeft om goed op de windmolens om zo in %

Windpark Delfzijl Zuid

PlanMER/PB Structuurvisie Wind op Zee Resultaten beoordeling Natuur. Windkracht14 22 januari 2014 Erik Zigterman

Bijgevoegd is een kopie van de brief welke verzonden is naar Gedeputeerde Staten van Zuid- Holland.

Mogelijkheden windenergie langs A67 Gemeente Peel en Maas jan Windpark Groote Molenbeek

Deelnotitie 4.6 Landschappelijke inpassing en voorlopige grenzen zoekgebied

Tekst inspreekbeurt voor de Commissie Samen Wonen, 7 september 2017

Programma vanavond.

Transcriptie:

Aan het college van Gedeputeerde Staten van de Provincie Zuid-Holland t.a.v. C. Smith Postbus 90602 2509 LP DEN HAAG Middelharnis, 10 juni 2013 Onderwerp: Startdocument planmer Windenergie Goeree-Overflakkee Geacht College, De Vereniging voor Natuur- en Landschapsbescherming Goeree-Overflakkee heeft als missie het streven om een actieve vereniging te zijn, die alle vormen van natuur- en landschapsontwikkeling, natuur- en landschapsbescherming en natuur- en landschapsbeleving in zich verenigt en de uitoefening / ontwikkeling ervan stimuleert. Hierin komt het woord energie, als zodanig, niet voor. Dat geeft aan dat wij de nadruk leggen op de ontwikkeling van de natuur en het landschap op Goeree Overflakkee. Dat neemt niet weg dat wij ons, als natuurorganisatie, betrokken voelen bij de ontwikkeling en het gebruik van herbruikbare energiedragers. Wind is hiervan een, zeker op Goeree Overflakkee, bijna tastbaar voorbeeld van. Met onze missie in het achterhoofd hebben wij het startdocument planmer Windenergie Goeree Overflakkee gelezen en hiernavolgend van commentaar voorzien. Een belangrijk punt van afweging is de ruimtelijke kwaliteit van het eiland. Goeree Overflakkee staat te boek als een eiland van ruimte en rust. Het plaatsen van windmolens levert horizonverstoring en tevens kans op ongewenste zoef -geluiden van de (60-80) te plaatsen windmolens. Daarnaast verwachten wij hinder voor dieren: vogels, vleermuizen, en wellicht nog meer. Aangezien we het belang van de alternatieve energieopwekking door wind onderkennen, is het van groot belang dat de MER op een diepgaande en transparante wijze (meetbare criteria) wordt uitgevoerd, zodat effecten van windmolens geen onomkeerbare schadelijke gevolgen hebben voor de natuur en de leefbaarheid op het eiland. Goeree Overflakkee is omringd door natuurgebieden, van hoge kwaliteit. Hoewel het eiland (van Ouddorp tot Ooltgensplaat) zo n 35 km lang is, is het op z n breedst hooguit 5 km. Kortom een beperkt eiland voor hoog opgaande obstakels, als windmolens.

Het startdocument planmer (tekst cursief) heeft ons de volgende constateringen, opmerkingen en vragen (vetgedrukt) ontlokt, waarvoor wij aandacht vragen. Blz 2: 1.2 Pan-MER-plicht Geconstateerd wordt: Goeree-Overflakkee is omringd door Natura 2000 gebieden. Mogelijke significant negatieve effecten van de voorgenomen windturbineparken kunnen niet op voorhand worden uitgesloten. Dit betekent dat conform de Natuurbeschermingswet een zogenaamde passende beoordeling nodig is. De passende beoordeling moet onderdeel uitmaken van het planmer. Hierboven hebben wij aangegeven dat wij er vanuit gaan dat de Plan-MER er voor moet waken dat er onomkeerbare schadelijke gevolgen ontstaan door de plaatsing van 260 MW capaciteit windmolens. Of mogen wij dit niet verwachten van een MER? Blz. 3: De ontwikkeling van windenergie is alleen mogelijk in een context van een bredere duurzame ontwikkeling van het eiland; Wat betekent dit? Over welke bredere context gaat het hier? Blz. 3 Voor het mogelijk maken van maximaal 260 MW is een ruimtelijk kader nodig dat bestaat uit een plaatsingsvisie (de hoe vraag) en daarvan afgeleid plaatsingsgebieden (de waar vraag). Wat wordt bedoeld met de hoe vraag? Blz.4. Plaatsingsvisie: ruimtelijke concept voor het hele eiland met randvoorwaarden voor plaatsing van windturbines. Waar worden de randvoorwaarden benoemd? We hebben slechts globale randvoorwaarden kunnen vinden. Blz.7. Voor de gemeente Goeree-Overflakkee zijn de volgende zaken van groot belang: o inpassing in het landschap; o gevolgen voor natuur; o ontwikkeling van lokale economie (toerisme & recreatie ); o lokale participatie -en verdienmogelijkheden; o alternatieve vormen van energieopwekking; o draagvlak onder bewoners; o de energie-infrastructuur op Goeree-Overflakkee. Moeten al deze voorwaarden in de planmer terug te vinden zijn? In welke mate? Welke weegfactoren worden gebruikt? Blz.7. 2.3 Het bestuursakkoord Het bestuursakkoord is een start van het onderzoekstraject waarin duidelijk dient te worden hoe de afspraken op een goede manier, en binnen de daarvoor geformuleerde uitgangspunten, tot uitvoering kunnen worden gebracht. Een start of Dé start? Blz. 8:

Uit de Samenwerkingsovereenkomst: De uitgangspunten, de criteria, de weging van criteria en de te onderzoeken varianten in de planm.e.r. worden door GS van Zuid-Holland en B&W van Goeree-Overflakkee in samenspraak met de Rijksoverheid en Windgroep opgesteld. Wanneer worden deze criteria opgesteld en waarin kunnen we deze t.z.t. lezen? Deze criteria moeten toch uitgangspunt zijn voor de planmer en dus in dit Startdocument terug te vinden zijn? Blz. 9 Onderzoeksvragen: 1. Plaatsingsvisie: Met welke ruimtelijke kaders is de windenergieopgave (maximaal 260MW) in de randzone realiseerbaar? Welke randvoorwaarden zijn er aan deze ruimtelijke alternatieven gekoppeld? Welk alternatief heeft de voorkeur? 2. Plaatsingsgebieden: Wat betekent het voorkeursalternatief, dat uit de m.e.r. voortvloeit, met bijbehorende randvoorwaarden (resultaten eerste onderzoeksvraag) voor de verdere onderverdeling van de randzone in plaatsingsgebieden en open gebieden (vides) tussen/naast de windparken? Dezelfde vragen als bij Blz. 8. Blz. 10 Fase 1: Uitwerking plaatsingsvisie Windturbines hebben een impact op het landschap van Goeree-Overflakkee. Vanwege hun aantal en dimensie zal vooraf goed over de landschappelijke gevolgen nagedacht moeten worden. Voorafgaand aan deze m.e.r. procedure zijn door de provincie de landschappelijke mogelijkheden voor het plaatsen van 200-300 MW windenergie in de randzone van het eiland onderzocht (ref. 5). Een groot aantal verschillende plaatsingsconcepten (onder andere enkele lijnen, dubbele lijnen, clusters bij poorten (aanlanding dammen) en één groot cluster) is landschappelijk onderzocht. Een vergelijkbare landschappelijke studie is uitgevoerd om de impact van de gemeentelijke energievisie te onderzoeken (ref. 4). Ook in deze studie zijn theoretische modellen beschreven en onderzocht. De resultaten van beide studies zullen bij het opstellen van het planmer gebruikt worden. Onder meer op basis van deze studies is bestuurlijk de voorkeur uitgesproken voor de plaatsingsvisie die ook in het Bestuursakkoord Duurzame energie op Goeree-Overflakkee is opgenomen. In het planmer zal deze ruimtelijke visie, en alternatieven daarvoor, worden getoetst aan milieu-, water-, natuur-, economische-, leefomgevings- en landschapscriteria (zie verder hoofdstuk 3).Dit zal leiden tot een gewogen ruimtelijke visie die uiteindelijk het kader geeft voor het aanwijzen van plaatsingsgebieden. De vermelde referenties, zie Blz. 16, zijn niet te vinden op de website van de Gemeente. Als deze wel worden gebruikt voor het opstellen van de planmer, dan is de informatie, om de Startnotitie te kunnen beoordelen, onvolledig. Blz. 10: Voorgenomen plaatsingsvisie 2. De windturbines binnen een plaatsingsgebied vormen één landschappelijk ontwerp, dat wil zeggen dat in principe binnen een plaatsingsgebied ruimte is voor één formaat windturbine (ashoogte en rotordiameter) en de turbines bij voorkeur worden geplaatst in dubbele lijnopstellingen of clusters. Bij het gefaseerd realiseren van windturbines in een plaatsingsgebied wordt vooraf een integraal landschappelijk ontwerp voor het hele plaatsingsgebied gevraagd. Op basis waarvan is deze voorkeur hier uitgesproken?

Blz. 12: Vragen voor het planmer zijn o.a.: In hoeverre is er synergie met andere (toekomstige) ontwikkelingen op Goeree-Overflakkee of in hoeverre beïnvloedt de windenergieopgave deze ontwikkelingen? Waaraan wordt gedacht bij deze vraag? Kan dit leiden tot vermindering van de energieopgaaf voor windmolens? B.v. een getijdenkrachtcentrale in de Brouwersdam? Of juist extra molens op de Brouwersdam om de alternatieve energieopwekking op die locatie te accentueren? Een te verwachten, toekomstige ontwikkeling rond Goeree Overflakkee is het terugbrengen van eb&vloed in het Haringvliet (i.v.o. het Kierbesluit) en in het Krammer-Vokerakbekken. Dit levert een andere biodiversiteit (veel meer waadvogels en vogelbewegingen). Worden deze verwachte ontwikkelingen meegenomen? Detaillering: Bij de onderzoeken naar de natuur zijn verschillende aandachtspunten. Vooreerst de vliegende dieren, waarbij de grootte van 3 MW molens nog onvoorziene effecten kunnen hebben. Hierbij denken we aan trillingen op grondgebonden zoogdieren als woelmuizen? Extra aanzuigkracht voor vleermuizen en vogels op verschillende hoogten? Sonarverstoringen bij vleermuizen. Er zullen altijd slachtoffers vallen, maar er zal naar de locaties met zo minimaal mogelijke slachtoffers worden gezocht. Derhalve is het belangrijk om daar per locatie een kwantitatieve uitspraak over de verschillende soorten te doen. We denken ook aan compensatie. Door bijvoorbeeld de hoogspanningsleidingen op de Hellegatsplaten en het grote gat te verwijderen (immers er moeten toch een nieuwe leidingen naar Goeree-Overflakkee worden gelegd) kunnen veel huidige slachtoffers worden voorkomen en daarmee de onoverkoombare toekomstige slachtoffers worden gecompenseerd. Compensatie mogelijkheden zullen derhalve ook moeten worden onderzocht. Dagelijkse trek kan veel slachtoffers veroorzaken. Wanneer er een duidelijke dagelijkse trek is (winter, zomer) zullen vooral de grote vogels slachtoffer zijn (zie opmerking over blz 36). Goed inzicht over de dagelijkse of te wel foerageer trek is een must en de molens zouden niet tussen twee natuurgebieden in mogen staan. Seizoen trek is een ander kwetsbare natuur verschijnsel. Niet alleen zijn de voorjaars en de najaarstrek verschillend, ook zijn er verschillen in de nacht - en dagtrek. De vogels vliegen op verschillende hoogten. De effecten van de nieuwe molens moeten hierop worden getoetst. De vraag is of alle aspecten van de vogeltrek rond Goeree-Overflakkee goed in beeld is. Vooral wat betreft de nachtelijke (hoge) trek is nog veel onbekend c.q. te onderzoeken. Vleermuizen blijken bijzonder kwetsbaar voor grote molens. Nederland kent speciale internationale verplichtingen ten opzichte van de water en meer vleermuizen. Ook de lokale dwergvleermuizen soorten en de rossenvleermuis vragen haar aandacht.

Blz. 14: Tabel 3: Toetsingskader planmer Leefmilieu (hinder). Lichthinder door (boven een bepaalde hoogte) verplichte waarschuwingslichten bovenop de mast of aan de tips van de wieken is in deze tabel niet vernoemd. De nachtelijke hemel boven Goeree Overflakkee is de donkerste van Zuid Holland en dit donkere karakter willen wij graag behouden. Blz. 16: 5 Referenties Zie opmerking t.a.v. Blz. 10 over de vindbaarheid van de uitkomsten van de studies van ref. 4 en Ref. 5. Blz. 27: Wind werkt voor GO: - windenergie zal een financiële impuls geven aan verdere (breed gedefinieerde) duurzame ontwikkeling van Goeree-Overflakkee; Optimisme of hoe te definiëren? Blz. 29 : Windfonds Goeree-Overflakkee Wat kan het fonds betekenen voor de waardevermindering van woningen en bedrijven? Blz. 36 Bijlage 6: Bebouwingsconturen Goeree Overflakkee De kaart mist enkele bebouwingscontouren. De Langstraat staat niet op de kaart. De zoeklokatie C: Noordrand, Zuiderdiepolders staat niet groen aangegeven op de kaart. Op Kaart 2 is de Hellegatsdam als zoeklokatie ingekleurd, maar uit eerder ecologisch onderzoek is al gebleken dat hoge obstakels (b.v. windmolens) hier onomkoombare natuurschade aanrichten. Onlangs hebben Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland het Gebiedsprofiel Hoeksche Waard vastgesteld. Met de introductie van zo n profiel wil de provincie ruimtelijke kwaliteit als belangrijke voorwaarde stellen voor nieuwe gebiedsontwikkelingen. Het gebiedsprofiel verbeeldt en beschrijft de ruimtelijke kwaliteiten en ambities voor het landelijke gebied. Hierdoor wordt duidelijk waar rekening mee moet worden gehouden bij nieuwe ruimtelijke ingrepen. Wij zouden graag zien dat een dergelijk Gebiedsprofiel ook uitgangspunt is voor de ruimtelijke ontwikkelingen op Goeree Overflakkee. Tot slot nog een aantal opmerkingen over de gang van zaken tot nu toe. Een belangrijk punt hierbij is dat een groot deel van de aangemerkte zonering is bepaald door partijen, die grond inbrengen (landeigenaren). Dit beïnvloed ons inziens de objectiviteit van de afweging.

Een echt toetsingskader met éénduidige criteria en afwegingsfactoren hebben wij niet kunnen vinden. B.v. welke (meetbare) verstoring van vogels of vleermuizen leidt tot een negatieve waardering? En hoe wordt de borging van deze voorwaarden? Aangezien NLGO, vanuit haar bijna 35-jarige historie, veel kennis heeft van het gebied en ook veel natuurgegevens over het gebied heeft aangedragen, willen wij graag betrokken worden bij het natuuronderzoek binnen de plan-mer. Dit zou bijvoorbeeld kunnen in het beoordelen van een tussenrapportage. Hoogachtend, H. Baas Voorzitter