verslag Expert Meeting Zorgschade donderdag 10 mei 2016, uur Van der Valk Hotel Breukelen

Vergelijkbare documenten
Conceptverslag van de Expert Meeting Zorgschade donderdag 18 februari 2016, uur Van der Valk Hotel Breukelen

Zorgschaderegeling in de letselschadepraktijk; de noodzaak van een (door de branche zelf opgestelde) regeling Erwin Audenaerde & Marco Speelmans

Datum Nijkerk, 27 augustus 2014 Referentie 1056/901C Betreft Reactie op wetsvoorstel affectieschade en zorgkosten van NVvA

De belangenbehartiger en zorgschade. mr. Armin Vorsselman

Nieuwe afbakening verzorging kinderen

Zorgschade. Kenmerken en uitdagingen. 7 september 2017

Zorg voor kinderen met een intensieve zorgvraag

Aanvraagformulier persoonsgebonden budget verpleging en verzorging (PGB vv)

Datum 26 juni 2017 Betreft Advies Overige zorg voor cliënten met ADL assistentie en een zeer zware zorgvraag

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Hertoetsrapport naar aanleiding van het inspectiebezoek aan Thuiszorg Diamond in Den Haag op 27 september Utrecht, maart 2018

Zorgplan. Wonen / Dagbesteding / Stage en Vrijetijdsbesteding in Hardinxveld-Giessendam ten behoeve van verstandelijk en of meervoudig beperkten

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Aanvraagformulier Persoonsgebonden Budget verpleging en verzorging (pgb/vv)

Aanvraagformulier Persoonsgebonden Budget verpleging en verzorging (PGB vv)

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 16 mei 2018 Betreft Oplossingen voor de zorgval

AWBZ en tandheelkundige hulp

Hebt u langdurige zorg nodig? CZ zorgkantoor regelt uw langdurige zorg

Zorg en Ondersteuning aan mensen met een verstandelijke beperking. Wat verandert er in de zorg in 2015

Utrecht, mei Follow-up rapport van het inspectiebezoek aan Perla Direct te Almelo op 30 november 2016

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Aanvraagformulier Persoonsgebonden Budget deel 1 verpleging en verzorging (pgb vv)

Datum 23 september 2014 Betreft Commissiebrief over meer duidelijkheid over de kinderen die vallen onder de Intensieve Kindzorg

Aanvraagformulier meerzorg voor PGB-houders 2018

AANVRAAGFORMULIER PERSOONSGEBONDEN BUDGET VERPLEGING EN VERZORGING. DEEL 1: verpleegkundig- deel

Aanvraagformulier Persoonsgebonden Budget Verpleging en Verzorging (pgb vv)

Aanvraagformulier Persoonsgebonden Budget verpleging en verzorging (PGB vv)

Introductie. wetsvoorstel Toegang tot de Wlz voor mensen met een psychische stoornis en het bijhorende implementatietraject

Het Persoonsgebonden Budget in de WlZ en de Wmo in 2016

De regels zijn gelijk. Toch is iedereen anders. Heeft u blijvend zorg nodig? Over de Wet langdurige zorg (Wlz)

1. Alle dagbesteding inclusief vervoer gaat naar de gemeente (Wmo en Jeugdwet). Ook de dagbesteding van cliënten met een hoog zzp.

Hertoetsrapport naar aanleiding van het inspectiebezoek aan Relaunch, handelsnaam van Cok van den Heuvel Motoren in Tiel op 15 november 2018

De regels zijn gelijk. Toch is iedereen anders. Wlz-toegangscriteria voor cliënten met een psychische stoornis

Aanvraagformulier persoonsgebonden budget verpleging en verzorging

Aanvraagformulier Persoonsgebonden Budget Verpleging en Verzorging

Hebt u langdurige zorg nodig? CZ zorgkantoor wijst u de weg

De Wet Langdurige Zorg- samenvatting gericht op de gevolgen voor mensen met chronische

Wet langdurige zorg (Wlz) Van aanvraag tot besluit

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 7 december 2015 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Factsheet: Leveringsvormen in de Wet Langdurige Zorg

VERBOND VAN VERZEKERAARS

Toezicht op kwaliteit van de Wmo persoonsgebonden budget (Pgb)

Wet langdurige zorg (Wlz) 2015

Wet langdurige zorg (Wlz) 2015

Aanvraagformulier meerzorg voor PGB-houders 2018

follow-up rapport van het inspectiebezoek aan Maison-Thuiszorg B.V. te Zaandam op 9 november 2016 Utrecht, maart 2017

Wet langdurige zorg (Wlz) Van aanvraag tot besluit

1. Hoe stap ik het (her)indicatiegesprek in bij een cliënt met een gerichte PGB-vraag?

Verenso. Vereniging van specialisten ouderengeneeskunde en sociaal geriaters

Wet langdurige zorg Informatieblad Ieder(in) Juni 2014

Presentatie NCA op 7 november 2015

Follow-up rapport van het inspectiebezoek aan Thuiszorg Soesa BV in De Haag op 24 mei Utrecht, oktober 2017

Aanvraagformulier Persoonsgebonden budget Verpleging en Verzorging

Grip op uw letselschade

In deze informeren wij u graag over de veranderingen die in de zorg gaan plaatsvinden per 1 januari 2015.

ZN Doelgroepenregistratie schema en beslisboom, d.d. 01 juli 2018, versie 2.0

Datum 20 oktober 2015 Betreft Commissiebrief Tweede Kamer inzake PGB in de Zorgverzekeringswet in verhouding tot de Wet marktordening gezondheidszorg

Aanvraagformulier Persoonsgebonden budget Verpleging en Verzorging Deel 1

Utrecht, mei Hertoetsrapport naar aanleiding van het inspectiebezoek aan Arja Zorg & Welzijn B.V. in Rotterdam op 11 december 2017

Actualiteiten en pgb. Waar gaan we het over hebben? Wat is jouw beperking? Hans van der Knijff. 28 november 2014

Onafhankelijke cliëntondersteuning Wlz

Voorletters Geboortedatum BSN Telefoonnummer Relatienummer verzekeraar

Brochure Modulair Pakket Thuis

Langdurige zorg in een instelling. CZ zorgkantoor wijst u de weg

Dit deel vult de verpleegkundige in samen met de verzekerde of een (wettelijke) vertegenwoordiger 1.

Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad. 11 september 2017 U Lbr. 17/050 (070)

Aanvraagformulier Persoonsgebonden Budget Verpleging en Verzorging (Zvw-pgb)

Follow-up rapport van het inspectiebezoek aan Stichting Zorgu te Zoetermeer op 28 november Utrecht, maart 2017

Aanvraagformulier Persoonsgebonden budget Verpleging en Verzorging (Zvw-pgb) - Deel 1

Mantelzorgbeleid ZAB Nederland

Achternaam Voorletters de heer* mevrouw* Adres Postcode en woonplaats Geboortedatum BSN Telefoonnummer Relatienummer verzekeraar

B&W-voorstel. Persgesprek : 23 december 2014

DE FINANCIËLE ASPECTEN VAN OUDER WORDEN: EEN ZORG MEER OF MINDER?

Inhoudsopgave Wet langdurige zorg... 2 De huisarts en de WLZ... 6

Zorgverzekeraar:... Achternaam:... Voorletters:... Geboortedatum :... BSN:... Relatienummer verzekerde:...

Utrecht, mei Concept hertoetsrapport naar aanleiding van het inspectiebezoek aan Huize Hebe B.V. in Zeist op 14 februari 2019

Factsheet. De overheid gaat de langdurige zorg anders organiseren. Wat betekent dat voor mijn pgb?

Aanvraagformulier Persoonsgebonden Budget deel 2 verpleging en verzorging (Zvw pgb)

Wet langdurige zorg (Wlz) 2015

Maatschappelijke ondersteuning Twente 2017

AANVRAAGFORMULIER PERSOONSGEBONDEN BUDGET VERPLEGING EN VERZORGING

OHRA Zorgverzekering. Aanvraagformulier Persoonsgebonden Budget verpleging en verzorging (Zvw pgb) Deel 2: Verzekerde deel aanvraag

Onderwerp : Verordeningen Wmo en Jeugdhulp BMWE gemeenten 2017

Aanvraagformulier Persoonsgebonden budget Verpleging en Verzorging Deel 1

Toekomst voor verzekeraars

Aanvraagformulier Persoonsgebonden budget Verpleging en Verzorging (Zvw-pgb) - Deel 2

Utrecht, juli Follow-up rapport van het inspectiebezoek aan Stichting Care 2 Get There in Rotterdam op 6 april 2017

Overzicht veranderingen persoonsgebonden budget verpleging en verzorging 2016

Financiële regelingen voor personen met PWS

Samenvatting Consultatieversie Concept Wetsontwerp LIZ 10 september Wet LIZ

Langdurige zorg thuis. CZ zorgkantoor wijst u de weg

DEEL 2: Verzekerde deel aanvraag 2017

Utrecht, maart Rapport van het inspectiebezoek aan Stichting Nova Zorggroep in Den Haag op 28 januari 2019

Hertoetsrapport naar aanleiding van het inspectiebezoek aan Smoel Kunstwerkplaats VOF in Leeuwarden op 2 augustus Utrecht, november 2017

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA..DEN HAAG

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Achtergrondinformatie geldstromen en wetten

Transcriptie:

verslag Expert Meeting Zorgschade donderdag 10 mei 2016, 14.00-17.00 uur Van der Valk Hotel Breukelen Aanwezig: Voorzitter: prof. mr. S. Lindenbergh - Erasmus Universiteit, Erasmus School of Law dhr. E. Audenaerde - NVvA mr. M. Berruezo - Verbond van Verzekeraars, Rechtsbijstand mr. M. de Blaeij - Verbond van Verzekeraars drs. T. Brandt - GAV mr. L. Hoppe - Ministerie van Veiligheid en Justitie drs. V. Jammers - Slachtofferhulp Nederland mr. T. Kremer - PIV mr. A.M. van Laarhoven - DLR dhr. E. Lantinga - Verbond van Verzekeraars, Medische Aansprakelijkheid dhr. D. van Laren - NIS dhr. P. den Ouden - Verbond van Verzekeraars, Wettelijke Aansprakelijkheid drs. L. Renders - Trivium Advies mr. dr. R. Rijnhout - Universiteit Utrecht privaatrecht mr. A. Santen - Verbond van Verzekeraars, Medische Aansprakelijkheid mr. M. Speelmans - Verbond van Verzekeraars, Wettelijke Aansprakelijkheid mr. E. Verhoeven - NIVRE mr. M. Vermaat - Van der Woude De Graaf Advocaten Afwezig: drs. B. Admiraal - GAV mr. J. Broeders - Asselbergs & Klinkhamer Advocaten, werkgroep Normering mr. B. de Hek - Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden mr. E. Huijsmans - Kenniscentrum Milieu en Gezondheid v/d Rechtspraak dhr. J. Schrok - NVvA mr. S. Zoeteman - Ministerie van Veiligheid en Justitie mr. G. van Wassenaer - Van Wassenaer Wytema Letselschade-advocaten & mediation, LSA Verslag: mw. E. Viezee-Fock - Secretary for You De Letselschade Raad Verslag Expertmeeting Zorgschade d.d. 10 mei 2016 pagina 1/5

Opening en inleiding door de dagvoorzitter, prof. mr. S. D. Lindenbergh De voorzitter opent de vergadering en heet allen van harte welkom. In een korte inleiding licht hij toe dat dit de tweede expertmeeting is die fungeert als klankbord bij het onderzoek naar verbetering van de behandeling van zorgschade. Daarbij, refererend aan het concept wetsvoorstel, spelen twee aspecten een centrale rol: het verbeteren van de levenskwaliteit en het behoud van de regie door de gekwetste. Het onderzoek is begonnen met een inventarisatie van de knelpunten bij de behandeling van zorgschade. De vraag voor DLR was: wat kunnen wij bijdragen aan oplossingen en is eventuele wetgeving voor dit onderwerp noodzakelijk? Een voorontwerp van de wet zorg- en affectieschade ligt er, maar stuitte op kritiek. Deze expertmeetings over problemen en oplossingen dienen om de wetgever te faciliteren ten aanzien van de vraag welke bijdrage de wetgever op dit punt kan leveren. Tijdens de eerste expertmeeting op 18 februari 2016 zijn twee vragen vastgesteld: 1. Hoe stel je de zorgbehoefte vast en wat is zorgschade? Het bestaande indicatiemodel WLZ leek behulpzaam te zijn, maar mogelijk kan ook aansluiting worden gevonden bij andere bestaande indicatiestellingen. 2. Als men de zorgbehoefte wil laten vervullen door een ander, wat is dan nodig? De elementaire voorvraag daarbij is wat professioneel en kwalitatief nodig is. Uit de eerste expertmeeting bleek dat het besluit tot het bieden van informele zorgverlening door naasten van de gekwetste een delicaat proces is, dat deskundige begeleiding en coaching op de langere termijn vergt. Punten van aandacht in het geval van zorg door naasten zijn de volgende: - Arbeidsrechtelijke en fiscale aspecten. - De bestendigheid van de gekozen constructie. - Er blijkt al geëxperimenteerd te worden door creatieve oplossingen te zoeken, in samenspraak met alle betrokkenen. Inleiding voorstel stroom schema zorgkosten Erwin Audenaerde houdt aan de hand van een powerpoint presentatie een inleiding over het voorstel voor het stroomschema dat de werkgroep naar aanleiding van de eerste expertmeeting heeft uitgewerkt en uitgeschreven (zie bijlagen). In het stroomschema is aandacht besteed aan de volgende aspecten: - Hoe ziet de doelgroep eruit, zowel wat betreft de slachtoffers als de informele zorgverleners? - Damage control: hoe kun je voorkomen dat een informele zorgverlener onvoorbereid aan de verzorging begint of dat de verzorging te zwaar blijkt te zijn? - Realisatie: als alles gefaciliteerd en gefinancierd is, aan welke aspecten dient er nog aandacht te worden geschonken? Erwin denkt daarbij met name aan borging van opleiding. Het stroomschema kent een aantal fasen: 1. Prefase: gesprek met partijen die de schade gaan regelen: slachtoffer en mogelijke informele zorgverlener uiten de wens om de zorg thuis te organiseren. Wat zijn de mogelijkheden? Is het wenselijk voor het slachtoffer? In deze fase is het al van belang om een deskundige in te schakelen, die het proces begeleidt tot de realisatiefase. De mogelijke informele zorgverlener kan al kennis maken met de consequenties van de verzorging thuis, door hem in de praktijk mee te laten lopen met de professionele zorgverlener. De Letselschade Raad Verslag Expertmeeting Zorgschade d.d. 10 mei 2016 pagina 2/5

2. Poortwachtersfase: behoren slachtoffer en informele zorgverleners wel tot de doelgroep? Wanneer is sprake van een ernstige beperking? De WLZ staat open voor mensen die permanente zorgbehoefte hebben. Daarbij is sprake van permanent toezicht, of een situatie waarin 24-uurszorg noodzakelijk is. De volgende zin klopt niet. Dit moet worden: Hier loopt de toegang tot de WLZ uiteen met de wens hoe dit vanuit de letselschadepraktijk geregeld zou moeten worden. De toegang tot de WLZ wordt steeds lastiger en het tendeert ertoe om alleen die mensen tot de WLZ toegang te geven die kampen met ernstige regieproblemen. In nagenoeg alle andere situaties is men aangewezen op de WMO. Dat zou er voor pleiten om vanuit de letselschadepraktijk wel te blijven kijken naar de toegang tot de WLZ, maar de toegangscriteria zo te formuleren dat de regeling openstaat voor mensen die 24 uur per dag permanent toezicht nodig hebben dan wel zorg in de nabijheid. Dat is een ruimere formulering dan alleen mensen toelaten met ernstige regieproblemen. De ontwikkelingen in de Domotica nemen fors toe. Die ontwikkeling kan invloed hebben op de zorgomvang van een slachtoffer. Het is inmiddels mogelijk om vanuit een ipad of iphone deuren, ramen of gordijnen te openen en te sluiten. Ook kan met een dergelijk apparaat de stereoinstallatie en de tv worden aangestuurd. Dit zijn slechts enkele voorbeelden. 3. Onderzoeksfase: wat is nodig om zorg thuis te realiseren? Welke vorm van zorg en in welke omvang is dit noodzakelijk? Wat gaat het uiteindelijk kosten? Is het dan nog realiseerbaar? 4. Realisatiefase Plenaire discussie De voorzitter opent de plenaire discussie met de constatering dat het zorgbestel in toenemende mate een onzekere factor is geworden. Hij stelt de vraag in hoeverre de hoogte van de zorgschade een algemene vraag is en waar die meer bijzonder is voor de gefinancierde informele zorgverlener als deze een inkomen opgeeft dat hoger is dan de kosten van een professionele zorgverlener. Tijdens het debat komen de volgende punten aan de order. Een algemeen probleem is de vraag in hoeverre aansprakelijkheidsrecht en het publiek stelsel op elkaar aansluiten, zeker nu in de meeste gevallen het regres is afgekocht. Voor een groot aantal van de slachtoffers is het toegangscriterium van de WLZ te eng. Mogelijk moet dat ruimer worden of moet een nieuwe regeling in het leven worden geroepen, los van het huidige sociaal bestel. Het voorstel van de werkgroep leunt echter niet op de WLZ: op dossierniveau zal moeten worden bekeken welke budgetten beschikbaar zijn (inclusief diverse meerkostenregelingen en toeslagen). De WLZ, WMO of Zorgverzekeringswet bieden wel handvatten om vast te stellen wat de grootte van de zorgbehoefte is. Theo Kremer stelt dat drie vragen beantwoord moeten worden: wat is de zorgbehoefte, hoe ga je die invullen (professioneel, met mantelzorg of een combinatie van de twee), hoe ga je het financieren (WMO, zorgverzekering, WLZ, wat overblijft is voor de aansprakelijkheidsverzekeraar). De Letselschade Raad Verslag Expertmeeting Zorgschade d.d. 10 mei 2016 pagina 3/5

De voorzitter inventariseert onder de aanwezigen hoe groot de groep is die permanent veel zorg nodig heeft en voor wie de informele verzorging meer kost dan professionele verzorging. Verschillende aanwezigen hebben dergelijke slachtoffers in hun bestand. Aernout Santen geeft aan dat hij zelfs tientallen van dergelijke gevallen heeft, met name kinderen met geboorteletsel en dwarslaesie. Voor de zorgverlening thuis bestaan twee wezenlijke problemen:zowel het toezicht als het managen van de handicap wordt niet gefinancierd. Met het managen van de handicap wordt bedoeld allerhande activiteiten die een rechtstreeks gevolg zijn van de handicap, bijvoorbeeld het regelen dat de band van de rolstoel wordt vervangen wanneer deze is lekgereden of wanneer het hoog-/laagbed weigert te functioneren. Maar ook het te woord staan van allerhande functionarissen van instanties die bij de zorg betrokken zijn. Voor dwarslaesiepatiënten is hiernaar een kleinschalig onderzoek verricht en dat is gebeurd in opdracht van het revalidatiecentrum Rijndam. Het kost veel tijd om achter regelingen en hulpverleners aan te gaan (zie een desbetreffend onderzoek van Rijndam). Tot circa vier jaar geleden bestonden deze problemen nauwelijks, maar door de wetswijzigingen, de terugtredende overheid en de inkomenstoets zijn zo veel onzekerheden ontstaan dat veel naasten het niet meer aandurven om de verzorging thuis op zich te nemen. De grote frictie is dat de informele zorgverlener er in belangrijke mate financieel bij inschiet. Dit soort problemen doet zich niet voor wanneer het slachtoffer in een instelling wordt opgenomen. Zodra echter het in de instelling nauwkeurig opgestelde zorgplan, inclusief de verschillende subsidies en budgetten, naar de thuissituatie wordt verplaatst,schieten de publiek gefinancierde regelingen te kort. Het gaat namelijk niet alleen om een PGB, maar het gaat ook om natura verstrekkingen. Bovendien vertoont het zorgstelsel een dalende tendens. Die wijzigingen zijn echter voorzienbaar. Tijdens de evaluatiemomenten die in het stroomschema zijn opgenomen, kan men daar met de verzekeraar tijdig op anticiperen. De voorzitter trekt de conclusie dat civielrechtelijk gezien, het uitgangspunt op individueel niveau is dat de aansprakelijke partij verantwoordelijk is voor het volledige schadebedrag: dat is het raamwerk. Pas daarna komen vragen aan de orde als wat kan voor rekening van het sociaal stelsel komen. Aernout Santen tekent daarbij aan dat dit uitgangspunt de verzorging thuis ongelooflijk moeilijk gaat maken en dat het leidt tot lange processen. Stappenplan en beslismomenten De voorzitter legt de vraag neer waar de zorg door een informele zorgverlener een bijzonder element wordt. Kennelijk bepaalt de financiering het verschil. Een verschil bestaat ook tussen mensen die een baan opgeven en mensen die geen baan hebben. De voorzitter constateert dat uit veel dossiers veel is te leren en te winnen. De voorzitter schetst op een flipover de stappen: 1. Zorgbehoefte 2. Zorgtaken 3. Persoon (professional/mengvorm/mantel) 4. Lange termijn 5. Fiscus, arbeidsrecht, publiek bestel ---------------------------------------------------------------------------- 6. Financiering (kosten/plafond/boven plafond) De Letselschade Raad Verslag Expertmeeting Zorgschade d.d. 10 mei 2016 pagina 4/5

Hij constateert dat veel zaken al worden besproken in de stappen 1 t/m 5. Bij 6 gaat pas het specifieke probleem spelen van de hoger betaalde informele zorgverlener. Het probleem lijkt het tarief te zijn. In het wetsvoorstel is juist dit element van belang. In de praktijk blijkt, dat zo lang het aantal uren overzichtelijk is, het tarief ook bij deze groep zorgverleners geen problemen oplevert. Zodra echter het aantal uren hoger wordt (50-60 uur per week), ontstaan problemen. Een en ander is ook afhankelijk van de vorm van zorg en welk tarief daarbij hoort: enkel toezicht, begeleiding of hooggekwalificeerde verpleging. Het continuïteitsprobleem lijkt niet te spelen als de zorg periodiek wordt afgewisseld. Om tot een goede afweging te komen onder de streep moet men altijd al de stappen 1 t/m 5 doorlopen. Bij complexe casuïstiek is men echter geneigd in vijftig procent van de gevallen de zorg pas in de eindfase regelen. Rianka Rijnhout is van mening dat de categorieën 1 t/m 5 voor alle slachtoffers van toepassing zijn. Pas daarna volgt de problematiek voor de specifieke zorg met de hoger betaalde informele zorgverlener. Plenaire discussie - 2 Matthijs Vermaat legt de vraag neer in hoeverre ook in deze gevallen de zogenaamde monetarisering van de mantelzorg kan ontstaan zoals bij het PGB het geval was wanneer mensen hun inkomen opgeven om zorg te gaan verlenen. Hij vraagt zich af of het verstandig is om bedragen op individueel niveau aan te passen. Volgens het stroomschema worden in de poortwachtersfase intensieve gesprekken gevoerd met degene die zorg wil verlenen. Daarbij onderzoekt men ook de intrinsieke motivatie. Dan heeft de potentiële informele zorgverlener al praktische ervaring met het verlenen van zorg opgedaan in de prefase. Verschillende aanwezigen gaan ervan uit dat men deze vorm van zware zorgverlening niet volhoudt voor alleen een financiële prikkel. Het kan voorkomen dat de informele zorgverlener meer ontvangt dan zijn laatstgenoten inkomen. Een suggestie is om uit te gaan van 90 % van het laatstverdiende salaris. Deze suggestie stuit op weerstand: men acht dit geen juiste verhouding tot de zeer zware zorg die op een lange termijn geleverd moet worden. Dick Lam geeft aan dat de definitie van de informele zorgverlener en procesbeschrijvingen goed vastgelegd moeten worden, daarmee is voor de letselschadepraktijk al veel opgelost. Besloten wordt dat de werkgroep een en ander verder uitbouwt tot een concreet stappenplan voor de hele zorgschade thematiek. Door dit stappenplan te volgen is er al een oplossing voor het grootste deel van de dossiers en komt men vanzelf onder de streep uit. Het voorstel is om het stappenplan digitaal te maken, inclusief bedragen, zodat het een dynamisch document wordt dat indien nodig aangepast kan worden. Erwin Audenaerde verzoekt de werkgroep hem extra tijd te geven om het stappenplan op te stellen, gezien de complexiteit van de materie. De ervaring wijst uit dat het jaarlijks marktbreed gaat om 50-100 zeer ernstige letselgevallen, waarbij slechts een zeer beperkte groep informele zorgverleners onder de streep komt (dat wil zeggen een hoger inkomen prijsgeeft dan wat een professionele hulpverlener zou hebben gekost). De vraag is of er een regeling voor zo n kleine groep moet komen: het betreft dan immers altijd maatwerk. De voorzitter verzoekt de deelnemers vijf zorgprofielen te maken van slachtoffers die onder deze bijzondere groep vallen: welke gevallen zijn dat en waar zit hun specifieke problematiek: uren? Toekomst? Financiën? Welke gevallen zijn wellicht niet met een dubbele redelijkheidstoets op te lossen? De aanwezigen willen ook een aantal scenario s ontvangen van situaties waarbij respectievelijk de informele zorgverlener 24-uurszorg verricht en een thuiszorgorganisatie die zorg verleent. Het is de vraag of het goedkoper is wanneer een informele zorgverlener de zorg op zich neemt. Mogelijk kan een thuiszorgorganisatie door haar systematiek goedkoper professionele zorg verlenen. De Letselschade Raad Verslag Expertmeeting Zorgschade d.d. 10 mei 2016 pagina 5/5

Een vraag is hoe om te gaan met mensen die niet geschikt zijn om iemand te verzorgen en aangeven dat wel te willen doen. In de procedure is het van belang om daar oog voor te hebben en het advies te geven de verzorging voor een bepaalde tijd op zich te nemen (een of twee jaar). Mensen die het niet aankunnen, blijken zich vanzelf terug te trekken: gemiddeld houden informele zorgverleners het circa zes maanden vol. Mogelijk kan CIZ van advies dienen, daar is veel ervaring met indicatiestellingen, weliswaar vanuit een andere invalshoek. Tekstueel: in doelgroep C moet de term eerste graad bloedverwanten zijn: eerste graad bloed- en aanverwanten. Samenvatting, conclusies en afspraken De voorzitter heeft het als instructief ervaren om de stappen langs te lopen en te bespreken hoe die ordentelijk in te vullen. Hij concludeert dat het nuttig was om te kijken naar de meer algemene zorgschade problemen. Het punt waar de hoger betaalde informele zorgverlener in beeld komt vormt een hefboom: door die vraag te stellen, komen alle andere punten uitvergroot terug. Het is daarom nuttig om eerst de eerdere stappen beter in kaart te brengen. De werkgroep kan aan de hand van het besprokene definities en processen beschrijven. Zo ontstaat meer helderheid over welke vragen overblijven. De werkgroep reikt daarmee verder dan alleen de categorie waar het onderzoek mee is begonnen: zij geeft het afwikkelingsproces een geweldige impuls en ontwikkelt een goed bruikbare zorgwijzer met stappen en inzichten. Vervolgens kan de vraag worden bezien of, en zo ja, op welke punten, de wetgever zou kunnen bijspringen. Voorts is de voorzitter geïnteresseerd in drie tot vijf casus van situaties waar men onder de streep komt. De vraag is wat dan de specifieke vertrekpunten zijn. Erwin Audenaerde doet de suggestie om daarbij ook te kijken naar situaties waarbij geen aansprakelijke partij betrokken is. De voorzitter dankt de aanwezigen voor hun inbreng en sluit de vergadering om 17.00 uur. De Letselschade Raad Verslag Expertmeeting Zorgschade d.d. 10 mei 2016 pagina 6/5