Protocol Onderzoek Zvw met oplevering in 2014

Vergelijkbare documenten
Protocol. Onderzoek Zvw met oplevering in 2016

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Protocol Onderzoek Zvw met oplevering in Vooraf 2

Protocol. Onderzoek Zvw met oplevering in 2015

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Protocol Onderzoek Zvw met oplevering in Vooraf 2

Behandeld door Telefoonnummer adres Kenmerk E. Langeveld RA D

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Verantwoordingen RVE Zvw met oplevering in 2017 (Accountantsprotocol)

Accountantsprotocol Verantwoordingen RVE Zvw met oplevering in 2017

Vereveningsonderzoek Zvw met oplevering in Onderzoek uitvoeringsverslag Zvw 2012

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Controleprotocol. voor Wlz-uitvoerders die als zorgkantoor zijn aangewezen. opgave van pgb-beschikkingen over 2015

Vereveningsonderzoek Zvw met oplevering in Onderzoek uitvoeringsverslag Zvw over 2011

medisch specialisten 2014

Accountantsprotocol verantwoordingen zvw met oplevering in 2018

Controleprotocol. geriatrische revalidatiezorg (GRZ) Nacalculatie DBC s GRZ. - Oude parameters. - vaststelling verrekenbedrag 2013

Verantwoordingen Zvw met accountantsproduct,

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan: Opdrachtgever

medisch specialisten 2013

Controleprotocol geriatrische revalidatiezorg (GRZ) 2013

NADERE REGEL TH/NR-001

Copro Protocol vereveningsonderzoek Zvw 2009 en onderzoek uitvoeringsverslag Zvw 2009

Copro 18028C. Accountantsprotocol. Gegevensvraag Wlzgegevens

Administratieve Organisatie en Interne Controle AWBZ-zorgaanbieders 2011

Controleprotocol Opbrengsten Voor Regionale Ambulancevoorzieningen bij de nacalculatie 2015

Copro Protocol vereveningsonderzoek Zvw 2008

vereveningsonderzoek Zvw 2010 onderzoek uitvoeringsverslag Zvw 2010

Accountantsprotocol Gegevensvraag Wlz - gegevens, vanaf oplevering 2019

Controle- en onderzoeksprotocol Ketenzorg CZ 2013

1.2 Procedures De werkwijze van het onderzoek naar de kostprijzen ziet er als volgt uit:

Voor de geriatrische revalidatiezorg (GRZ) stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) tarieven vast van DBC-zorgproducten.

Deze regeling is van toepassing op Wlz-uitvoerders als bedoeld in artikel 1, sub e, van de Wmg.

3.1 Algemene risicoanalyse Een analyse zoals bedoeld in artikel 1, eerste lid, sub y van de Regeling zorgverzekering.

Protocol. Protocol gefactureerde omzet DBC's 2011

Algemeen Controleplan 2013

Controleprotocol Subsidies Stimuleringsfonds Creatieve Industrie

Traumazorg Opleiden, Trainen, Oefenen 2014

Controleprotocol subsidies gemeente Alkmaar voor verantwoording subsidies >

Algemeen Controleplan 2014

Protocol DBC GGZ omzet

Samenwerkingsverband Welzijnszorg Oosterschelderegio

Addendum. Model Jaarverslaggeving 2013 CAK Protocol Accountantsonderzoek 2013 CAK

Controleprotocol aanleveringen kostprijzen zorgproducten medisch specialistische zorg COS 3000-onderzoek

Algemeen Controleplan 2016 AO/IC controle

CONTROLEPROTOCOL PROJECTSUBSIDIE IN HET KADER VAN DE DEELREGELING CULTUUREDUCATIE MET KWALITEIT IN HET PRIMAIR ONDERWIJS FONDS VOOR

Behorend bij de Regeling Journalistieke Innovatie

Protocol. Protocol gefactureerde omzet DBC's 2010

SEH en/of Acute verloskunde (AV) 2013, 2014 en 2015

HANDBOEK FINANCIËLE VERANTWOORDING. Stichting Abraham Tuschinski Fonds

Controle protocol. 1 Doelstelling. 2 Eisen en aanwijzingen. 3 Toleranties en gewenste zekerheid

Controleprotocol specifieke maatregelen AMIF en ISF

Controle protocol Stichting De Friesland

Accountantsprotocol. Beschikbaarheidbijdrage cure op aanvraag. Gespecialiseerde Brandwondenzorg. COS 805 en COS 4400

CONTROLEPROTOCOL MEERJARIGE SUBSIDIES AFK KUNSTENPLANPERIODE

Rapport Samenvattend rapport rechtmatigheid uitvoering Zorgverzekeringswet 2011

Controleprotocol Projecten Partnership STW KWF Technology for Oncology. Versie d.d. 2 september 2015

Accountantsprotocol declaratieproces. revalidatiecentra fase 2 : bestaan en

Algemeen Controleplan 2018 AO/IC controle

Protocol Onderzoek Zorg verzekering s wet (Zvw) 2007

en/of acute verloskunde 2016

Controleplan Hulpmiddelen 2015

Copro 16105C. Rijksdienst voor Ondernemend Nederland. Mededeling GMO Groenten en fruit : WAP 2014 bijlage III

Algemeen Controleplan 2016 Declaratiegedrag

Vaststellen van controleprotocol Subsidies gemeente Amsterdam 2015

Copro Protocol gefactureerde DBC s 2008 (versie 1.0)

Protocol subsidieregeling voortzetting zorginfrastructuur

Accountantsprotocol declaratieproces. revalidatiecentra 2018: bestaan en werking

REGELING NR/CU-258. Transitie bekostigingsstructuur medisch specialistische zorg

Controleprotocol Multidisciplinaire zorg 2016

Controleprotocol. Beschikbaarheidbijdrage cure op aanvraag. Gespecialiseerde Brandwondenzorg. COS 805 en COS 4400

Coördinatie traumazorg en Regionaal Overleg Acute Zorg

Controleprotocol nacalculatie Voor ambulancediensten en centrale posten ambulancevervoer

NADERE REGEL NR/CU-259. Regeling Transitie huisartsenlaboratoria en zelfstandige trombosediensten. Copro 14188

Bijlage 2: Controleprotocol Algemene Subsidieverordening Lansingerland 2018

Controleprotocol voor subsidies verleend op grond van regelingen bij of krachtens de Monumentenwet 1988.

Controleprotocol verantwoording van subsidies vanaf ,- provincie Utrecht mei 2017

Accountantsprotocol Diagnose Behandel Combinatie Regio Rijk van Nijmegen

Kostprijsberekening geriatrische revalidatiezorg

Accountantsprotocol Beschikbaarheidbijdrage op aanvraag Calamiteitenhospitaal 2017

Administratieve Organisatie en Interne Controle AWBZ-zorgaanbieders 2012

Plan van aanpak Materiële controle Zvw DSW Zorgverzekeraar

Circulaire nr. Betreft uitvoering krachtens de Datum CVZ 04/42 ZFW 28 juli 2004 CTZ 04/07. Kenmerk Afdeling/Behandelaar Doorkiesnummer

Plan van aanpak Materiële controle Zvw Stad Holland Zorgverzekeraar

Samenvattend rapport Rechtmatige uitvoering Zorgverzekeringswet 2012

CONTROLEPROTOCOL Subsidieverantwoording ZonMw

Beschikbaarheidbijdrage op aanvraag. Coördinatie Traumazorg en Regionaal Overleg Acute Zorg

De controle van de groepsjaarrekening

Beschikbaarheidsbijdrage cure op aanvraag

Nacalculatie. Controleprotocol

Copro 17015O. Accountantsprotocol. Beschikbaarheidbijdrage cure op aanvraag. Calamiteitenhospitaal 2016 COS 4400

Traumazorg Opleiden, Trainen, Oefenen 2015

Transitie bekostigingsstructuur medisch specialistische zorg

Gespecialiseerde Brandwondenzorg 2016

Copro Controleprotocol m.b.t. het onderdeel CO 2 van de VOBN benchmark

Copro AWBZ-zorgaanbieders. Controleprotocol. Nacalculatie 2013

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 13 september 2011 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Accountantsprotocol Beschikbaarheidbijdrage op aanvraag Coördinatie Traumazorg en Regionaal Overleg Acute Zorg (ROAZ) 2018

Controleprotocol voor subsidies verleend op grond van regelingen bij of krachtens de Erfgoedwet.

Rapport. Materiële controle door zorgverzekeraars. Naleving van het protocol materiële controle door zorgverzekeraars

Aanwijzing Controleprotocol Forensische Zorg 2011

Transcriptie:

Protocol Onderzoek Zvw met oplevering in 2014 September 2013

2

Inhoud Vooraf 5 1. Uitgangspunten 7 1.1 Doelstelling 7 1.2 Rolverdeling CVZ en NZa 7 1.3 Voorschriften accountant en zorgverzekeraar 7 1.4 Definities en beroepsvoorschriften 8 1.5 Procedures en aanleverschema 8 1.6 Materialiteit bij controleverklaring en assurance rapporten 12 1.6.1 Tolerantie 12 1.6.2 Fouten en onzekerheden 12 1.7 Wettelijk kader 14 1.8 Standaard toetsingspunten 14 1.9 Volmachten en andere werkzaamheden door derden 14 1.10 Inzet interne accountant 15 1.11 Handhavingskader 16 1.12 Helpdesk 16 2. Toetsingskader: Controle declaratiestromen 17 2.1 Inleiding 17 2.2 Risicoanalyse 17 2.3 Formele controles 18 2.4 Materiële controles 21 2.4.1 Toetsingskader 21 2.4.2 Accountantsproduct 24 2.5 Gepast gebruik 25 2.5.1 Toetsingskader 26 2.5.2 Accountantsproduct 29 2.6 Signalen van fraude 29 2.6.1 Toetsingskader 29 2.6.2 Accountantsproduct 32 3. Onderzoek Jaarstaat Zvw, onderdeel A 33 3.1 Inleiding 33 3.2 Fouten en onzekerheden 33 3.3 Onderzoek en toetsingskader 34 3.3.1 Toetsingskader controle kosten van prestaties 34 3.3.2 Toetsingskader gedetineerden 34 3.4 Accountantsproduct 34 4. Onderzoek opgave Verzekerde periode en persoonskenmerken 2013 en opgave Persoonskenmerken 2014 35 4.1 Inleiding 35 4.2 Fouten en onzekerheden 35 4.3 Toetsingskader opgave Verzekerde periode en persoonskenmerken 2013 en persoonskenmerken 2014 35 4.4 Accountantsproduct 36 5. Onderzoek DBC-gegevens 2012, farmaciegegevens 2013, opgave gegevens opbrengstverrekening 2012 en hulpmiddelen per verzekerde 2013 37 5.1 Inleiding 37 5.2 Farmacie- en DBC-gegevens en hulpmiddelen 37 5.2.1 Fouten en onzekerheden 37 3

5.2.2 Toetsingskader farmacie- en DBC-gegevens en hulpmiddelen per verzekerde 38 5.3 Toetsingskader opgave opbrengstverrekening 39 5.4 Accountantsproduct 39 6. Onderzoek HKC 2011 somatisch en GGZ 18+ 41 6.1 Inleiding 41 6.2 Toetsingskader 41 6.3 Accountantsproduct 42 7. Onderzoek gegevensvraag kosten per verzekerde 2011 43 7.1 Inleiding 43 7.2 Toetsingskader 43 7.3 Accountantsproduct 44 8. Onderzoek uitvoeringsverslag 2013 45 8.1 Inleiding 45 8.2 Onderzoek en toetsingskader 45 8.2.1 Inrichting van het uitvoeringsverslag 45 8.2.2 Totstandkoming niet-financiële informatie 45 8.2.3 Gepast gebruik 46 8.2.4 Signalen van fraude 46 8.2.5 Naleving wettelijke bepalingen 46 8.3 Accountantsproduct 47 Bijlage 1 Controleverklaring bij jaarstaat A 49 Bijlage 2 Assurance-rapport bij opgave Verzekerde periode en persoonskenmerken 51 Bijlage 3 Assurance-rapport bij opgave persoonskenmerken 53 Bijlage 4 Assurance-rapport bij bestand farmaciegegevens 55 Bijlage 5 Assurance-rapport bij bestand DBC-gegevens 57 Bijlage 6 Assurance-rapport bij bestand hulpmiddelen per verzekerde 59 Bijlage 7 Assurance-rapport opgave gegevens voor opbrengstverrekening 61 Bijlage 8 Assurance-rapport HKC opgave 63 Bijlage 9 Assurance-rapport bestand kosten per verzekerde 65 Bijlage 10 Inrichting rapport van feitelijke bevindingen over het uitvoeringsverslag 67 Bijlage 11 Voorbeelden onbedoelde prikkels DOT 69 4

Vooraf In dit Protocol onderzoek Zvw met oplevering in 2014 (verder: Protocol) geeft de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) voorschriften voor de controle en het onderzoek Zorgverzekeringswet (Zvw) naar: de jaarstaat Zvw 2013, onderdeel A; de opgave verzekerde periode en persoonskenmerken 2013; de opgave persoonskenmerken 2014; de opgave farmaciegegevens 2013; de opgave hulpmiddelen per verzekerde 2013; de opgave DBC-gegevens 2012; de opgave gegevens 2012 voor de opbrengstverrekening; de HKC-opgave somatisch en GGZ 2011; de gegevensvraag kosten per verzekerde 2011; het uitvoeringsverslag Zvw 2013. De belangrijkste wijzigingen in het Protocol zijn: Opname in dit protocol van de relevante onderwerpen vanuit het addendum bij het Protocol van het voorgaande jaar. Dit addendum was gepubliceerd op 4 maart 2013. De documenten en bestanden voor de verevening dienen met ingang van 2014 conform een aangepast aanleverschema opgeleverd te worden, zie hiervoor paragraaf 1.5. Mede op basis van de inwerkingtreding van de Regeling controle en administratie zorgverzekeraars per 1 januari 2013 is in hoofdstuk 2 een toetsingskader voor formele controle, materiële controle, gepast gebruik en onderzoek naar signalen van fraude opgenomen. De NZa neemt de volgende performance-indicatoren op in het Samenvattend rapport rechtmatigheid uitvoering Zvw 2013: gepast gebruik, materiële controle, misbruik en oneigenlijk gebruik (m&o), herziening financiële opgaven en herziening opgaven verzekerdenstanden (zie paragraaf 1.5). CVZ vraagt in 2014 een opgave met assurance voor hulpmiddelen per verzekerde over 2013 (zie hoofdstuk 5). De NZa maakt een voorbehoud voor wijzigingen die mogelijk in een addendum op dit Protocol bekend moeten worden gemaakt voor latere aanpassingen door CVZ in de informatie-uitvraag 1 die een materiële invloed hebben op dit Protocol. De Nederlandse Zorgautoriteit mw. drs. L. de Maat directeur Toezicht en Handhaving 1 Afstemming heeft met CVZ plaatsgevonden en bekende aanpassingen zijn in het protocol meegenomen. De definitieve uitvraag voor de risicoverevening is op een later tijdstip pas bekend. 5

6

1. Uitgangspunten 1.1 Doelstelling De doelstelling van dit protocol is voorschriften te geven voor de controle en het onderzoek naar de financiële verantwoordingen van zorgverzekeraars, zoals nader omschreven in dit Protocol en het uitvoeringsverslag Zorgverzekeringswet (Zvw) die opgeleverd moeten worden in 2014 en de accountantsproducten die hieruit voortvloeien. 1.2 Rolverdeling CVZ en NZa Het CVZ geeft als uitvoerder van de verevening voorschriften voor de verantwoording door de zorgverzekeraar over de vereveningsinformatie via het Handboek zorgverzekeraars informatie Zorgverzekeringswet (verder het Handboek CVZ). De NZa houdt op grond van artikel 16 Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg) toezicht op de rechtmatige uitvoering van de Zvw door de zorgverzekeraars. Dit doet de NZa onder andere door de verantwoordingen van de zorgverzekeraars die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van de verevening te onderzoeken (het vereveningsonderzoek). De NZa geeft via dit Protocol controlevoorschriften voor het vereveningsonderzoek, stelt een review in naar de uitkomsten van het vereveningsonderzoek en verricht ook verdiepend onderzoek. Zij rapporteert aan het CVZ en de individuele zorgverzekeraar over de uitkomsten van het onderzoek per zorgverzekeraar. Het CVZ betrekt deze rapporten bij de uitvoering van de verevening. 1.3 Voorschriften accountant en zorgverzekeraar De verantwoordingsinformatie van zorgverzekeraars dienen in overeenstemming met de Zorgverzekeringswet, op de Zvw gebaseerde regelingen, besluiten en beleidsregels van de NZa, het Handboek CVZ en het Protocol te zijn. De Regeling structurele aanlevering gegevens Zvw van het CVZ schrijft voor welke gegevens, wanneer en aan wie aangeleverd moeten worden. Juistheid, volledigheid en tijdigheid zijn daarbij een vereiste. Het bestuur van de zorgverzekeraar is verantwoordelijkheid voor de opmaak van de verantwoordingen, in overeenstemming met de relevante bepalingen Zvw, het Protocol en de inrichtingsvoorschriften zoals opgenomen in het Handboek CVZ. De aangeleverde verantwoordingen moeten juist zijn. De zorgverzekeraar heft een dossier opgebouwd waarin is aangegeven: hoe de verantwoordingen tot stand gekomen zijn; welke maatregelen de zorgverzekeraar heeft getroffen om de juistheid te waarborgen, waarbij aantoonbaar rekening is gehouden met de door het CVZ en NZa gegeven voorschriften. 7

De accountant is verantwoordelijk voor het afgeven van het oordeel 2 over de verantwoordingen. Dit Protocol is bedoeld als leidraad voor de accountant om zijn werkzaamheden te plannen, uit te voeren en te evalueren. Tevens geeft het Protocol instructies voor de zorgverzekeraar. De zorgverzekeraar is immers verantwoordelijk voor de juistheid en volledigheid van de verantwoordingen en een adequate interne beheersing die hiervoor moet zorgen. Daarmee heeft het protocol een enigszins duaal karakter. 1.4 Definities en beroepsvoorschriften De Handreiking Controleprotocollen van de NBA geeft aan dat definities, voor zover niet vastgelegd in de wet- en regelgeving of algemeen bekend, in het controleprotocol moeten worden uitgewerkt. De NZa gaat ervan uit dat algemeen bekende accountantstermen, zoals review of controleverklaring, bij de gebruiker van dit protocol bekend zijn. Waar in dit rapport gesproken wordt over accountant, wordt bedoeld de externe accountant 3. Als de interne accountant van de zorgverzekeraar het accountantsproduct afgeeft wordt in dat geval de interne accountant bedoeld (zie ook paragraaf 1.9 Inzet interne accountant). De accountant dient zich bij zijn werkzaamheden te laten leiden door de geldende beroepsvoorschriften, in het bijzonder de VGC en de standaarden van de NV COS. In dit protocol zijn drie soorten accountantswerkzaamheden samengevoegd. Wat betreft de Jaarstaat Zvw, onderdeel A (hoofdstuk 3) is sprake van een bijzondere controleopdracht (Standaard 800). Het onderzoek naar de opgave Persoonskenmerken en de opgave Verzekerde periode en persoonskenmerken (hoofdstuk 4), DBC-gegevens, farmaciegegevens, DBC s opbrengstverrekening en hulpmiddelen (hoofdstuk 5), HKC somatisch en GGZ (hoofdstuk 6) en gegevensvraag kosten per verzekerde (hoofdstuk 7) betreft het uitvoeren van een assuranceopdracht (Standaard 3000). Bij dit onderzoek zijn ook andere standaarden relevant, zoals de standaarden die betrekking hebben op risico-inschatting. Het onderzoek van het uitvoeringsverslag (hoofdstuk 8) is een opdracht tot het verrichten van overeengekomen specifieke werkzaamheden zonder assurance (Standaard 4400). 1.5 Procedures en aanleverschema Onderstaand het aanleverschema van de verantwoordingen die naar de NZa en het CVZ moeten worden verzonden. 2 Met uitzondering van het uitvoeringsverslag. 3 Hierbij is het mogelijk dat de externe accountant gebruik maakt van de werkzaamheden van de interne accountant, mits de externe accountant vaststelt dat hierop gesteund kan worden. 8

Tabel 1 Aanleverschema verantwoordingen 4 in 2014 Wanneer? Aan wie? Hogekostencompensatie (HKC) Protocol hoofdstuk 5 1. het elektronische bestand HKC somatisch en GGZ 2011 1 mei CVZ 2. papieren opgave HKC somatisch en GGZ 2011, inclusief bestuursverklaring en papieren assurance-rapport HKC somatisch en GGZ 1 mei NZa Jaarstaat Zorgverzekeringswet, onderdeel A Protocol hoofdstuk 2 3. elektronische versie van de jaarstaat Zvw 2013 1 mei CVZ 4. papieren versie van de jaarstaat Zvw 2013, onderdeel A, inclusief bestuursverklaring en bijbehorende controleverklaring 1 mei NZa Gegevensaanvraag kosten per verzekerde Protocol hoofdstuk 6 5. het elektronische bestand kosten per verzekerde 2011 1 mei CVZ 6. papieren bestuursverklaring en papieren assurance-rapport opgave kosten per verzekerde 2011 1 mei NZa DBC-gegevens, farmaciegegevens, opbrengstverrekening en hulpmiddelen Protocol hoofdstuk 4 7. het elektronische bestand farmaciegegevens 2013 1 juni CVZ 8. papieren versie bestuursverklaring en papieren versie assurance-rapport farmaciegegevens 2013 1 juni NZa 9. het elektronische bestand DBC-gegevens 2012 1 juni CVZ 10. papieren bestuursverklaring en papieren assurance-rapport DBC-gegevens 2012 11. het elektronische bestand gegevens 2012 voor de opbrengstverrekening 12. papieren opgave gegevens 2012 voor de opbrengstverrekening, inclusief bestuursverklaring en papieren assurance-rapport 1 juni NZa 1 juni CVZ 1 juni NZa 13. het elektronische bestand hulpmiddelen per verzekerde 2013 1 juni CVZ 14. papieren opgave hulpmiddelen per verzekerde 2013, inclusief bestuursverklaring en papieren assurance-rapport 1 juni NZa Opgave verzekerde periode en persoonskenmerken Protocol hoofdstuk 3 15. het elektronische bestand persoonskenmerken op 1 mei 2014 1 juni CVZ 16. papieren bestuursverklaring en papieren assurance-rapport persoonskenmerken 2014 17. het elektronische bestand verzekerde periode en persoonskenmerken 2013 18. papieren bestuursverklaring en papieren assurance-rapport verzekerde periode en persoonskenmerken 2013 1 juni NZa 1 juni CVZ 1 juni NZa Uitvoeringsverslag Protocol hoofdstuk 8 19. papieren Uitvoeringsverslag Zvw 2013 en bijbehorend papieren rapport van feitelijke bevindingen Bron: NZa/CVZ 1 juli (voorkeur 1 juni 5 ) NZa 4 Daarnaast moeten zorgverzekeraars op basis van artikel 37 Zvw binnen 6 maanden na afloop va het kalenderjaar een jaarrekening opsturen aan de NZa. 5 Het heeft de voorkeur van de NZa dat het Uitvoeringsverslag op 1 juni wordt aangeleverd. De wettelijke datum is 1 juli. 9

De accountant geeft de accountantsproducten (controleverklaring, assurance-rapporten en rapport van feitelijke bevindingen) af bij de genoemde verantwoordingen volgens de voorgeschreven modellen (zie de bijlagen). Review De NZa verricht een review op de door de accountant uitgevoerde werkzaamheden. De review is bedoeld om vast te stellen of en in hoeverre de NZa gebruik kan maken van de door de accountant verrichte werkzaamheden. Voor de review neemt de NZa kennis van de verantwoordings- en accountantsproducten en verricht zij een dossierreview. Bij het onderzoek door de NZa komen naast de review ook signalen, verzoeken van CVZ, bevindingen uit centrale cijferbeoordelingen, inleesverslagen CVZ en andere aspecten met betrekking tot de uitvoering van de Zvw naar voren. Daarom volstaat de NZa bij het onderzoek niet alleen met kennisname van de dossiers van de externe accountant. De NZa benadrukt dat de zorgverzekeraar ook benaderd wordt tijdens het onderzoek. Ook verricht de NZa verdiepende onderzoeken. Voor de review en het verdiepende onderzoek van de NZa dient de zorgverzekeraar op grond van artikel 61 Wmg desgevraagd informatie aan de NZa te verstrekken. Een zorgverzekeraar moet de gegevens en inlichtingen verstrekken die nodig zijn voor het toezicht van de NZa. Deze gegevens en inlichtingen moeten duidelijk, stellig en zonder voorbehoud, binnen de daartoe gestelde termijn, worden verstrekt. Naar keuze van de NZa kan dit mondeling of schriftelijk of op andere wijze (bijvoorbeeld inzage in de boeken, bescheiden en andere gegevensdragers van de zorgverzekeraar zelf of van de externe accountant). De NZa mag kopieën maken van de gegevens. Reviewmemorandum De NZa rapporteert alleen bij zwaarwegende verbeterpunten over de uitkomsten van de review aan de accountant via een reviewmemorandum. De NZa stelt de accountant in de gelegenheid om op het concept van het reviewmemorandum te reageren en zij verwerkt deze reactie in het definitieve memorandum 6. Locatie review De zorgverzekeraar is het toezichtsobject en niet de externe accountant. Het belangrijkste product van het onderzoek door de NZa is het rapport aan de zorgverzekeraar. De externe accountant is een belangrijke schakel in de beoordeling van de verantwoordingsproducten en de controleprocessen van de zorgverzekeraar door de NZa. Zoals eerder is aangegeven onder het kopje review betrekt de NZa bij het onderzoek naast de review op de dossiers van de accountant diverse andere bronnen. Voor een goede toegang tot en afstemming met de zorgverzekeraar is de locatie bij de zorgverzekeraar het meest efficiënt. De review vindt in verband met bovengenoemde redenen in de regel plaats bij de zorgverzekeraar. Wel wordt in verband met de single audit gedachte 7 zoveel als mogelijk gebruik gemaakt van de verrichte werkzaamheden van de externe accountant. 6 De NZa maakt het reviewmemorandum niet openbaar. Het is de accountant wel toegestaan het reviewmemorandum te verstrekken aan de zorgverzekeraar. 7 Zoals eerder vermeld verricht de NZa voor de oordeelsvorming ook zelf verdiepend onderzoek. De accountantsdossiers zullen naar verwachting (wegens de andere rol) niet altijd voldoende informatie bevatten, benodigd voor het toezicht op de rechtmatige uitvoering. 10

De NZa gaat er vanuit dat een week na afgifte van de accountantsproducten het accountantsdossier beschikbaar is voor de review door de NZa 8. Het kopiëren van stukken uit het accountantsdossier De NZa richt een dossier in waarin de onderbouwing van haar oordeel is opgenomen. Hiervoor is het nodig om bepaalde stukken uit het accountantsdossier te kopiëren c.q. digitaal op te vragen. Op grond van artikel 61 Wmg is de NZa hiertoe bevoegd. De NZa beschouwt de gegevens die in het dossier van de externe accountant zijn opgenomen als bedrijfsgevoelige gegevens in het kader van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob). Dit betekent dat de NZa deze gegevens als nietopenbare informatie aanmerkt. Rapportage De NZa rapporteert de bevindingen over de uitkomsten van het onderzoek aan de individuele zorgverzekeraar 9 en het CVZ. Het conceptrapport wordt aan de zorgverzekeraar voorgelegd voor een hoorprocedure. De zorgverzekeraar moet binnen de gestelde termijn een schriftelijke reactie geven op het aangeboden conceptrapport. Hierna wordt het rapport definitief 10 gemaakt. De individuele rapporten zijn niet openbaar. Een samenvatting van de bevindingen komt terug in het Samenvattende rapport rechtmatigheid uitvoering Zvw. Dit rapport wordt jaarlijks opgesteld en is wel openbaar. De NZa maakt (onderdelen van) de onderzoeksbevindingen openbaar door oordelen per zorgverzekeraar op te nemen. De performance-indicatoren die de NZa in het Samenvattend rapport rechtmatigheid uitvoering Zvw 2013 gaat publiceren zijn: gepast gebruik; materiële controle; misbruik en oneigenlijk gebruik (m&o); herziening financiële opgaven; herziening opgaven verzekerdenstanden. Voor gepast gebruik, materiële controle en m&o hanteert de NZa de toetsingskaders, zoals opgenomen in paragraaf 2.4, 2.5 en 2.6. De oordeelsvorming vindt plaats door expertteams van de NZa. Voor de prestatie-indicatoren over de herziening van de opgaven neemt de NZa op of er ja of nee een herziening/nieuwe aanlevering heeft moeten plaatsvinden. De oorzaak van een herziening kan liggen in technische fouten in de bestanden of door geconstateerde fouten en/of onzekerheden in de opgaven. De aard en omvang / materialiteit van de geconstateerde fout en/of onzekerheid wordt afgewogen bij de bepaling of er een herziening dient plaats te vinden. 8 De Autoriteit Financiële Markten (AFM) heeft aangegeven dat op grond van artikel 11, vierde lid, Besluit toezicht accountantsorganisaties (Bta) een accountantsorganisatie ervoor dient te zorgen dat externe accountants hun controledossiers binnen twee maanden na ondertekening van de controleverklaring afsluiten. Deze norm moet volgens de AFM niet zodanig worden geïnterpreteerd dat dit betekent dat dossiers het pand niet mogen verlaten. Dit verbod volgt niet uit Wet toezicht accountantsorganisaties (Wta)/Bta wetgeving en naar het oordeel van de AFM zijn er geen belemmeringen voor accountantskantoren om dossiers gedurende een bepaalde periode op locatie van de zorgverzekeraar in een afgesloten kast te bewaren. 9 Bij concerns wordt in de regel volstaan met één rapport per concern, waarin indien nodig onderscheid wordt gemaakt per zorgverzekeraar. 10 De termijn voor definitief maken van de rapporten is 1 december 2014. 11

1.6 Materialiteit bij controleverklaring en assurance rapporten 1.6.1 Tolerantie Voor de door de accountant af te geven controleverklaring en assurancerapporten geldt een nauwkeurigheidseis voor een goedkeurend accountantsoordeel 97%. De vereiste betrouwbaarheid is 95%. De NZa benadrukt dat de nauwkeurigheidstolerantie, die de accountant hanteert voor de controle c.q. onderzoek van de financiële verantwoordingen, alleen bedoeld is voor de opzet, uitvoering en evaluatie van de controlewerkzaamheden van de accountant. Het is niet toegestaan om de nauwkeurigheidstolerantie te gebruiken als acceptabele foutmarge voor de uitvoering van de Zvw en het opstellen van de verantwoordingsinformatie. Het bestuur van de zorgverzekeraar is verantwoordelijk voor de juiste uitvoering van de Zvw en voor de juistheid van de opmaak van de verantwoordingsinformatie en een adequate interne beheersing die hiertoe moet leiden. Alle fouten moeten in de verantwoordingsinformatie door of namens het bestuur van de zorgverzekeraar worden gecorrigeerd en onzekerheden moeten nader worden onderzocht. 1.6.2 Fouten en onzekerheden Fouten Van een fout in de verantwoording is sprake wanneer gebleken is dat een gedeelte van een post niet in overeenstemming is met de relevante bepalingen van de Zorgverzekeringswet, de Regeling Zorgverzekering, de betreffende inrichtingsvoorschriften van het Handboek CVZ en het Protocol. Fouten worden in absolute zin opgevat, saldering van fouten is daarom niet toegestaan. Incidentele/structurele fouten Bij fouten in de verantwoording kan onderscheid gemaakt worden in incidentele en structurele fouten. Van een incidentele (geïsoleerde) fout is sprake als het een toevallige fout betreft. Kenmerkend voor incidentele fouten is dat in principe geen herhaling optreedt van de geconstateerde fout. Van een structurele fout is sprake als de oorzaak van de fout is gelegen in (onderdelen van) het systeem van uitvoering, waardoor fouten met een (zeker) herhalingskarakter (kunnen) optreden. Structurele fouten moeten niet alleen verder worden uitgezocht en in totaliteit worden gecorrigeerd, maar ook het systeem van uitvoering waardoor de fouten zijn ontstaan dient te worden geëvalueerd (opname in risicoanalyse, aanpassing systeem). Onzekerheden Een onzekerheid in de verantwoording doet zich voor als gebleken is dat onvoldoende (controle-)informatie beschikbaar is om een gedeelte van een post als goed of fout aan te merken. 12

Zorgverzekeraar De zorgverzekeraar dient alle geconstateerde fouten te corrigeren in de verantwoording. Dit geldt dus ook voor fouten die onder de tolerantie blijven. Indien sprake is van extrapolatie van incidentele fouten, hoeft deze extrapolatie niet gecorrigeerd te worden. In het protocol wordt ook gesproken over niet gecorrigeerde fouten, dit betreffen fouten die in de verantwoording over dat jaar niet zijn gecorrigeerd, maar in de verantwoording in een later jaar gecorrigeerd zullen worden (uiterlijk t+2). Dit kan alleen bij niet definitieve verantwoordingen. De zorgverzekeraar dient geconstateerde fouten en onzekerheden te onderzoeken en te documenteren. Bij geconstateerde fouten dient de zorgverzekeraar te onderzoeken of het een incidentele of structurele fout is. Als blijkt dat een geconstateerde fout een incidentele fout betreft, kan worden volstaan met correctie van de incidentele fout. Structurele fouten moeten leiden tot aanpassing van de verantwoording voor het (totale) gekwantificeerde bedrag. Nog niet weggenomen onzekerheden moeten zo goed mogelijk worden gekwantificeerd naar de impact op de verantwoording. Aannames die gebruikt worden bij deze berekening moeten onderbouwd worden opgenomen in het dossier. Op deze wijze kunnen niet gecorrigeerde fouten en gekwantificeerde onzekerheden bij elkaar worden opgeteld in de foutentabel en worden afgezet tegen de tolerantie. Voor de definitieve verantwoordingen 11 geldt dat de onzekerheden die de zorgverzekeraar om een bepaalde reden objectief niet kan oplossen, hij deze in een foutentabel opneemt en hij deze vermeldt in de bestuursverklaring met vermelding van de objectieve verhindering om niet te kunnen corrigeren. De zorgverzekeraar stelt per gecontroleerde verantwoording een bestuursverklaring op of hij alle geconstateerde fouten heeft gecorrigeerd. Geconstateerde onzekerheden die de zorgverzekeraar niet (tijdig) kan oplossen neemt hij (gekwantificeerd) op in de bestuursverklaring en foutentabel met een omschrijving van de aard van het probleem. Accountant De accountant dient na te gaan of de zorgverzekeraar geconstateerde fouten heeft gecorrigeerd en onzekerheden heeft geanalyseerd en met onzekerheden is omgegaan zoals hierboven is vermeld. Wanneer er geen correctie plaatsvindt, moet de zorgverzekeraar dit duidelijk motiveren. De accountant rapporteert de uit zijn onderzoek geconstateerde onjuistheden aan de zorgverzekeraar, omdat de zorgverzekeraar deze dient te corrigeren. Het onderzoek naar de fouten en onzekerheden moet duidelijk uit het accountantsdossier blijken. Voor een adequate onderbouwing van het oordeel is het noodzakelijk dat de accountant fouten en onzekerheden zoveel mogelijk kwantificeert. De accountant neemt de niet gecorrigeerde onzekerheden mee in zijn oordeelsvorming in het assurance-rapport/ controleverklaring. 11 Betreft: opgave verzekerde periode en persoonskenmerken 2013 en opgave persoonskenmerken 2014, DBC-gegevens 2012, farmaciegegevens 2013 en opbrengstverrekening 2012, HKC 2011, kosten per verzekerde 2011. 13

1.7 Wettelijk kader In dit protocol zijn voorschriften opgenomen die in acht genomen moeten worden voor de controle en het onderzoek. Daarnaast dient de specifieke wet- en regelgeving die voor de verantwoordingsdocumenten geldt in acht worden genomen. Hierbij dient de volgende wet- en regelgeving te worden betrokken: Zorgverzekeringswet; Besluit zorgverzekering; Regeling zorgverzekeringswet (Rzv); Wet marktordening gezondheidszorg, de artikelen 35 en 36; NZa beleidsregels; NZa nadere regel TH/NR-001 Regeling administratie en controle zorgverzekeraars ; Handboek Zorgverzekeraars informatie Zorgverzekeringswet / Instructies CVZ Aanlevering gegevens Zvw met accountantsproduct 2014 ; het onderhavige Protocol; de Regeling structurele aanlevering gegevens Zvw. 1.8 Standaard toetsingspunten Bij elk onderzoek dient de accountant de volgende punten mee te nemen: naleven instructies handboek CVZ; afwikkeling voorgaande onderzoek (onjuistheden, onzekerheden en verbetermogelijkheden); uitvoeren van cijferanalyses, verbandscontroles en plausibiliteitscontroles; aansluitingen bestanden/opgaven met de financiële administratie / jaarstaat. 1.9 Volmachten en andere werkzaamheden door derden Volmachten De zorgverzekeraar neemt de gegevens van de eventuele volmachten op in de opgaven. De eisen die in dit protocol zijn gesteld, zijn van overeenkomstige toepassing op de volmachten. De zorgverzekeraar is primair verantwoordelijk om de juistheid en volledigheid van de gegevens van de volmachten in voldoende mate te borgen. Hiervoor moet de zorgverzekeraar afspraken maken met de volmacht(en). De externe accountant van de zorgverzekeraar zal zich een oordeel moeten vormen of de volmachten c.q. de externe accountants van de volmachten in voldoende mate het protocol naleven en in voldoende mate de risico s afdekken. Indien de accountant van de zorgverzekeraar gebruikmaakt van de werkzaamheden van een andere accountant, dient hij conform Standaard 600 Gebruikmaken van de werkzaamheden van andere accountants te handelen. De NZa verwacht dat minimaal de volgende activiteiten worden verricht volgens het kader van Standaard 600: bepaling materieel belang van het totaal van de financiële overzichten (van de uitbestede onderdelen) en het schatten van onjuistheden van materieel belang in de financiële overzichten; 14

beoordeling vakbekwaamheid van de andere accountant; geven van instructies over de controlegebieden die speciale aandacht vragen en de geldende verantwoordings- en controlevoorschriften; verkrijgen van toereikende controle-informatie waaruit blijkt dat de door de andere accountant uitgevoerde werkzaamheden toereikend zijn: bespreken uitgevoerde controlewerkzaamheden met de andere accountant; review controledocumentatie andere accountant; vaststellen of het protocol onderzoek Zvw is nageleefd door de andere accountant; vastlegging uitgevoerde (review)werkzaamheden en bereikte conclusies; beoordeling noodzaak tot het verrichten van aanvullende werkzaamheden indien tekortkomingen zijn geconstateerd; beoordeling invloed op de af te geven controleverklaring. Werkzaamheden door derden/andere deskundigen Indien de accountant van de zorgverzekeraar gebruikmaakt van de werkzaamheden van een deskundige dient hij conform Standaard 620 (Gebruikmaken van de werkzaamheden van deskundigen) toereikende controle-informatie te verkrijgen om te kunnen vaststellen dat dergelijke werkzaamheden toereikend zijn voor de doelstellingen van de controle. 1.10 Inzet interne accountant Het is onder voorwaarden toegestaan dat de interne accountant van een zorgverzekeraar in plaats van de externe accountant het accountantsproduct afgeeft bij de volgende opgaven: verzekerde periode en persoonskenmerken; persoonskenmerken; kosten per verzekerde; DBC-gegevens; Farmaciegegevens; HKC somatisch en GGZ 18+; uitvoeringsverslag. Hiervoor gelden de volgende (aanvullende) randvoorwaarden: de onafhankelijke positie van de interne accountant binnen de organisatie moet zo veel mogelijk zijn geborgd. De interne accountantsdienst moet direct onder de hoogste leiding van de zorgverzekeraar (of op een onafhankelijke positie in een concern) zijn geplaatst. Tevens zijn er schriftelijke afspraken gemaakt dat de interne accountant rechtstreeks toegang heeft tot bestuurlijke en toezichthoudende organen van de zorgverzekeraar. de werkzaamheden moeten plaats vinden onder de verantwoordelijkheid van een accountant als bedoeld in artikel 393 van Boek 2 van het Burgerlijk wetboek. afgifte van het accountantsproduct moet plaatsvinden door een accountant als bedoeld in artikel 393 van Boek 2 van het Burgerlijk wetboek. als een zorgverzekeraar gebruikmaakt van deze mogelijkheid, dient dit 4 maanden vóór de uiterste aanleverdatum van de betreffende opgave(n) te worden gemeld bij de NZa (via vragenverantwoordingzvw@nza.nl). Een zorgverzekeraar die in het verantwoordingsjaar 2013 voor de eerste maal gebruikmaakt van de mogelijkheid moet bij de melding een document opstellen en leveren waaruit blijkt dat voldaan wordt aan de gestelde randvoorwaarden. 15

de zorgverzekeraar stelt uiterlijk 2 maanden voor de uiterste aanleverdatum van de betreffende opgave(n) het controleplan ter beschikking aan de NZa, zodat zij zich een oordeel kan vellen over de controleaanpak. De NZa kan een zorgverzekeraar weigeren voor de interne certificering als naar de mening van de NZa niet aan de randvoorwaarden is voldaan en/of de controleaanpak onvoldoende kwaliteitsborging biedt. 1.11 Handhavingskader De formele handhavingsinstrumenten die de NZa kan inzetten bij onvoldoende naleving van de Zvw of onderliggende regelgeving door een zorgverzekeraar, zijn de volgende (zie hoofdstuk 6 van de Wmg): het geven van een aanwijzing; het toepassen van bestuursdwang of het opleggen van een last onder dwangsom; het openbaar maken van voorgenoemde maatregelen; het opleggen van een bestuurlijke boete. De NZa kan een bestuurlijke boete opleggen aan een zorgverzekeraar die onjuiste of onvolledige informatie met betrekking tot de aantallen bij hem verzekerde verzekeringsplichtigen, hun verzekerdenkenmerken of zijn zorgkosten, die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van de verevening, aan het CVZ heeft verstrekt. Naast de formele handhavingsinstrumenten kan de NZa normoverdragende gesprekken voeren met bestuurders van zorgverzekeraars om naleving te bevorderen. De maatregelen zijn erop gericht om een zorgverzekeraar de van toepassing zijnde wet- en regelgeving te laten naleven. 1.12 Helpdesk Voor vragen over het protocol en de controlevoorschriften kunt u terecht bij de helpdesk van de NZa: vragenverantwoordingzvw@nza.nl. Voor vragen over de verantwoordings- en inrichtingsvoorschriften kunt u contact opnemen met het CVZ: verslagdocumenten@cvz.nl. 16

2. Toetsingskader: Controle declaratiestromen 2.1 Inleiding Per 1 januari 2013 is de Regeling controle en administratie zorgverzekeraars (hierna: Regeling) in werking getreden. Het doel van deze regeling is het stellen van nadere voorschriften aan de uitvoering van formele en materiële controles en onderzoek naar signalen van fraude door zorgverzekeraars. Deze regeling heeft invloed op meerdere verantwoordingsdocumenten welke in dit protocol behandeld worden. Mede op basis van deze regeling is in dit hoofdstuk een toetsingskader opgenomen voor de declaratiestromen die van invloed zijn op de financiële verantwoordingen. 12. De opbouw van dit hoofdstuk is als volgt: paragraaf 2.2 behandelt de risicoanalyse, paragraaf 2.3 formele controles, paragraaf 2.4 de materiële controles, paragraaf 2.5 gepast gebruik en paragraaf 2.6 het onderzoek naar signalen van fraude door zorgverzekeraars. 2.2 Risicoanalyse De zorgverzekeraar moet een risicoanalyse verrichten op de declaratiestromen. Het is hierbij van belang vast te leggen op welke wijze (bijvoorbeeld testen geprogrammeerde controles, query s, steekproeven, materiële controles) de geconstateerde risico s zijn afgedekt. De risico s moeten in voldoende mate zijn onderkend. Aangetoond moet worden dat de specifieke risico s per soort prestatie (bijvoorbeeld huisartsenzorg, farmacie, ggz, msz, etc.) zijn afgedekt. Bronnen voor de risicoanalyse zijn onder meer: het protocol; de modelovereenkomst en reglementen; signalen van binnen de organisatie van de zorgverzekeraar (bijvoorbeeld cijferbeoordelingen/-analyses, spiegelinformatie, benchmarks, fraudecoördinator, zorginkoop, materiële en formele controle, medisch adviseur, etc.); signalen van buiten de organisatie (bijvoorbeeld verzekerden, onderzoeken NZa bij zorgaanbieders; ZN, media, rapportages, etc.); de NZa beleidsregels; bepalingen in inkoopcontracten; wijzigingen in het verzekerde pakket en/of Zvw; het Handboek CVZ. 12 Dit betreffen: Jaarstaat Zvw onderdeel A, DBC-gegevens, farmaciegegevens, opbrengstverrekening, kosten per verzekerde en HKC. 17

2.3 Formele controles In de Regeling zorgverzekering is in artikel 1, lid 1, sub t als definitie voor formele controle opgenomen: Een onderzoek waarbij de zorgverzekeraar nagaat of het tarief dat door een zorgaanbieder voor een prestatie in rekening is gebracht: 1. een prestatie betreft, welke is geleverd aan een bij die zorgverzekeraar verzekerde persoon; 2. een prestatie betreft, welke behoort tot het verzekerde pakket van die persoon, 3. een prestatie betreft, tot levering waarvan de zorgaanbieder bevoegd is, en 4. het tarief betreft, dat voor die prestatie krachtens de Wet marktordening gezondheidszorg is vastgesteld of een tarief is dat voor die prestatie met de zorgaanbieder is overeengekomen. Naast de punten die uit de risicoanalyse volgen, betrekt de accountant in het kader van de formele controle minimaal de hierna volgende toetsingspunten in zijn onderzoek. Tarief De kosten van prestaties zijn gedeclareerd tegen het juiste tarief. Verzekeringsrecht De kosten zijn gemaakt voor een verzekerde, die op moment dat kosten zijn gemaakt c.q. de DBC is geopend, terecht is ingeschreven. Als uit onderzoek naar de terechte inschrijving blijkt dat een verzekerde onterecht is ingeschreven, mogen de (eventuele) kosten van prestaties niet in de jaarstaat verantwoord worden. Verzekerde prestaties: de aanspraak valt binnen de verzekerde prestaties van de Zvw; de zorg is niet in strijd met eerder geleverde zorg op basis van de schadehistorie (bijvoorbeeld samenloop farmacie/dbc, gebruikstermijnen hulpmiddelen, dubbele betalingen); controle op wettelijke indicatievoorschriften: in de Zvw is voor een aantal te verzekeren prestaties indicatievoorwaarden aangegeven. De zorg is alleen op grond van de Zvw verzekerd als de zorg toegepast wordt bij de in de wet- en regelgeving genoemde indicaties. De NZa verwacht in elk geval dat nagegaan wordt op welke wijze de zorgverzekeraar de naleving van de indicatievoorwaarden vaststelt. Lumpsumafspraken: Onder lumpsumfinanciering/plafondafspraken wordt in dit protocol verstaan de financiële afspraken die zorgverzekeraars en zorgaanbieders met elkaar maken waarbij de prestaties van de zorgaanbieder in een kalenderjaar een vast totaalbedrag (lumpsum), dan wel een maximaal totaalbedrag (plafond) zullen belopen. Op het moment dat declaraties niet aansluiten bij de schadelastafspraken is een ex-post verrekening van de prijzen het sluitstuk. Het staat partijen namelijk vrij om via de prijzen de gewenste aansluiting tussen de gedeclareerde omzet en de private lumpsum- of omzetplafondafspraken te realiseren. Hierbij zijn de volgende aspecten van belang: Aanpassing van de prijzen van zorgproducten is mogelijk binnen de grenzen van de Wmg. 18

Declaratiebepalingen van de NZa staan toe dat een vooraf overeengekomen prijs met terugwerkende kracht wordt aangepast. De regeling medisch specialistische zorg (NR/CU-220) verbiedt namelijk niet dat prijzen met terugwerkende kracht aangepast worden. De verrekening is een civiele aangelegenheid. Achteraf aanpassen van de prijzen is toegestaan op het moment dat partijen dit civielrechtelijk overeengekomen zijn. De lumpsumfinanciering/plafondafspraak is weliswaar een private overeenkomst tussen twee partijen, maar waar de lumpsumfinanciering / plafondafspraak effecten heeft voor de risicoverevening, zijn de effecten van deze overeenkomst onderwerp van controle door de NZa. Een aandachtspunt is dat het maken van een lumpsumafspraak de zorgverzekeraar niet ontslaat van het uitvoeren van controles. De vulling van de lumpsum moet plaatsvinden aan de hand van juiste declaraties/verzekerde zorg. Verdere toetsingspunten met betrekking tot de lumpsumfinanciering en plafondafspraken zijn: De zorgverzekeraar registreert, in verband met verantwoordingen op verzekerdenniveau (bijvoorbeeld opgave kosten per verzekerde), de kosten van geleverde prestaties Zvw op verzekerdenniveau, ongeacht de vorm en inhoud van gemaakte financieringsafspraken. Voor de declaraties worden de door de zorgverzekeraar met de zorgaanbieder overeengekomen tarieven gehanteerd, waarbij de tarieven op de declaraties de door de NZa vastgestelde maximumtarieven niet mogen overschrijden. Dit geldt zowel voor de tarieven voor het A segment, als voor de maximum honorariumtarieven voor het A en B segment. Daarnaast wordt het beheersplafond van de vrijgevestigde medisch specialisten niet overschreden. Verschillen tussen de gedeclareerde prestaties en de overeengekomen lumpsumfinanciering c.q. overschrijding van de gedeclareerde prestaties ten opzichte van de plafondafspraak, leiden tot vereffening tussen zorgaanbieder en zorgverzekeraar. In de verantwoordingen op verzekerdenniveau ten behoeve van de verevening, dient deze vereffening op verzekerdenniveau berekend te worden op een zodanige wijze dat alle verzekerden bij een zorgverzekeraar met een gelijk DBC-zorgproduct (of overig zorgproduct) ook een gelijke schadelast per zorgaanbieder hebben. Indien de verschillen niet op verzekerdenniveau bekend zijn, worden deze via een logische verdeelsleutel toegerekend aan de individuele verzekerden en de deelbijdragen. De onderbouwing van de verdeelsleutel wordt adequaat vastgelegd. Kosten van prestaties worden in de verantwoordingen opgenomen inclusief de vereffening (via aanpassing van de tarieven) uit hoofde van de lumpsumfinanciering (zowel onder- als overschrijdingen) en plafondafspraken (alleen bij overschrijdingen), zonder aftrek voor Eigen Risico. De vereffening in de verantwoording sluit aan op de vereffening op verzekerdenniveau genoemd bij het voorgaande punt. 19

Bonussen, kortingen en andere crediteringen Bonussen, kortingen en andere crediteringen op kosten van prestaties Zvw, moeten ten gunste van de kosten van prestaties Zvw in de jaarstaat Zvw worden gebracht. Deze posten moeten dus in mindering worden gebracht op de kosten van prestaties in de jaarstaat. Het volledigheidsaspect is hierbij een kritisch aspect waarbij een relatie kan worden gelegd met de contractenadministratie. Het gaat niet alleen om creditnota s of crediteringen met betrekking tot discussienota s DBC s, maar ook bijvoorbeeld om kortingsafspraken B-segment en hulpmiddelen, bonussen/kortingen preferentiebeleid farmacie (bijvoorbeeld pakjesprijs of couvertmodel). Bij een ontoereikende primaire registratie van de afgesproken bonussen, kortingen etc. moet vertaling plaatsvinden naar de foutentabel. Medisch specialistische zorg: DOT ( DBC s Op weg naar Transparantie ): een declaratiesysteem kan onbedoelde prikkels bevatten, die mogelijk gedragingen stimuleert die leiden tot ongewenste effecten. Zorgverzekeraars spelen een belangrijke rol bij het onderkennen en tegengaan van risico s op onbedoelde prikkels. In de tabel in bijlage 11 is een aantal voorbeelden van onbedoelde prikkels op hoofdlijnen weergegeven om zorgverzekeraars en externe accountants bewust te maken van mogelijke prikkels. De NZa merkt nadrukkelijk op dat de in de bijlagen opgenomen tabel/lijst geen limitatieve opsomming bevat. Dure geneesmiddelen: vanaf 2012 zijn dure geneesmiddelen onderdeel van de jaarstaat. Het betreffen zogenaamde Add-on s. Add-on betreft specifieke dure zorg, waaronder dure geneesmiddelen, die apart van het DOT-zorgproduct wordt bekostigd. De zorgverzekeraar zal een proces moeten inrichten om het risico op onrechtmatige vergoeding van Add-on s te mitigeren. Verwijzingen: de zorgverzekeraar moet nagaan dat elke declaratie medisch specialistische zorg een verwijzerscode heeft. Voor de classificatie zelfverwijzer, niet SEH (Spoedeisende hulp), is vergoeding en declaratie op grond van de Zvw niet mogelijk. Risico s op onjuiste toepassing van de verwijzerscodering door instellingen betrekt de zorgverzekeraar bij zijn materiële controle. De impact van onjuistheden en onzekerheden in de controleverklaringen gefactureerde omzet moet bepaald worden. GGZ: bepalen impact van eventuele onjuistheden en onzekerheden in de controleverklaringen gefactureerde omzet DBC s; Geneeskundige GGZ: uit publicaties en onderzoeken (onder andere van het CVZ13 en de NZa) komen sterke signalen en aanwijzingen naar voren dat zowel het declaratieproces door zorgaanbieders binnen de geneeskundige GGZ als het controleproces door zorgverzekeraar op inhoud en omvang van de verzekerde geneeskundige GGZ niet goed verloopt. Dit is een belangrijk attentiepunt bij de inrichting van de risicoanalyse en de uitvoering van formele en materiële controles door de zorgverzekeraar. Het gaat om aspecten als upcoding, onderscheid verzekerde en onverzekerde zorg (bijvoorbeeld relatietherapie als stoornis declareren) en gedeclareerde, maar niet geleverde zorg. 13 CVZ rapporten Geneeskundige GGZ, deel 1 en deel 2. 20

Blinde factuur : de mogelijkheid voor een zogenaamde blinde factuur (indien de verzekerde een verklaring van bezwaar tekent in verband met privacy) betekent dat de zorgverzekeraar aan de hand van de nota niet kan vaststellen welke zorg verleend is. Op basis van risicoanalyse en afhankelijk van de omvang van het aantal blinde facturen, zal de zorgverzekeraar controles moeten inrichten om dit risico af te dekken. 2.4 Materiële controles Zorgverzekeraars moeten materiële controles uitvoeren. In de regelgeving (Regeling Zorgverzekering) wordt onderscheid gemaakt tussen de volgende twee doelstellingen van materiële controles: feitelijke levering Is de prestatie geleverd?; terechte levering. Was de zorg het meest aangewezen? De feitelijke levering is een harde eis voor de juistheid van de kosten van prestaties en moet expliciet worden betrokken in het accountantsoordeel. De terechte levering staat gelijk aan het aspect redelijkerwijs aangewezen (onderdeel van gepast gebruik). Zie hiervoor paragraaf 2.5. Het wettelijk kader voor materiële controles en signalen van fraude (paragraaf 2.6) is hierna weergegeven. WMG: artikel 35: een zorgverzekeraar mag alleen betalen als de in rekening gebrachte prestatie overeenkomt met het gedeclareerde tarief; artikel 36: zorgaanbieders en zorgverzekeraars moeten een administratie voeren waaruit in ieder geval de overeengekomen en geleverde prestaties blijken. Zvw: Artikel 87: bepalingen voor het verstrekken van persoonsgegevens aan de zorgverzekeraars; Artikel 88: inzet van enquêtes onder verzekerden. Regeling Zorgverzekering (Rzv) artikel 1, eerste lid, sub u Rzv: definitie van materiële controle; artikel 1, eerste lid, sub v RZV: definitie van fraudeonderzoeken; artikelen 7.4 tot en met 7.9 Rzv: bepalingen voor de zorgverzekeraar voor materiële controle en artikel 7.10 Rzv: bepalingen voor de zorgverzekeraar voor signalen van fraude. Nadere regel NZa TH/NR-001: Regeling controle en administratie zorgverzekeraars NZa. 2.4.1 Toetsingskader Voor het onderzoek naar de uitvoering van de materiële controles betrekt de accountant de volgende toetsingspunten in zijn onderzoek. De punten zijn ook opgenomen in het Informatiemodel Uitvoeringsverslag Zvw 2013, zodat de zorgverzekeraar zich moet verantwoorden over de aspecten in het Uitvoeringsverslag Zvw. 21

Toetsingsaspect 1 Organisatie: De zorgverzekeraar moet een toereikende organisatie hebben voor de opzet, uitvoering en evaluatie van de materiële controles. Norm 1.1. De zorgverzekeraar beschikt over een administratiesysteem dat bijdraagt aan de uitvoering van materiële controles en het onderzoek naar fraudesignalen. De zorgverzekeraar neemt op inzichtelijke wijze in zijn administratie op: hoe hij zijn controleactiviteiten heeft uitgevoerd; het onderwerp en object van de controleactiviteit; wat de resultaten zijn van die controleactiviteiten; wat voor gevolgen hij heeft gegeven aan de uitkomsten van de materiële controles (zie ook 4.4). 1.2. betrokkenheid fraudecoördinator en afdeling zorginkoop bij opzet en evaluatie van de controles. 1.3. controleteams met voldoende medische deskundigheid. Voldoende medische deskundigheid houdt in dat een BIG-geregistreerde medewerker voldoende kennis moet hebben van de onderwerpen die beoordeeld worden. Deze medewerker wordt betrokken bij de opzet, uitvoering en evaluatie van materiële controle en dat de detailcontroles uit de materiële controles onder supervisie van een medisch adviseur plaatsvinden. 1.4. voldoende controlecapaciteit en capaciteit aan medisch adviseurs in relatie tot de uitgevoerde risicoanalyse. De risicoanalyse dient leidend te zijn voor de benodigde capaciteit en niet de beschikbare capaciteit voor de risicoanalyse. 1.5. controleteams waarin voldoende functiescheiding aanwezig is tussen zorginkoop en de uitvoering van materiële controles bij zorgaanbieders. Dit houdt in dat zorginkopers niet de controles uitvoeren bij de zorgaanbieders waarvoor zij de zorginkoop verzorgen. Tevens mag zorginkoop niet zelfstandig de vervolgacties naar aanleiding van de uitkomsten van materiële controles bepalen. 2 Controle-aanpak: De zorgverzekeraar heeft een algemeen en specifiek controleplan vastgesteld op basis van risicoanalyse conform de Regeling Zorgverzekering. 2.1 Tijdigheid (jaarlijks voorafgaande aan de uitvoering van de controles) van het plan van aanpak voor de uitvoering van de materiële controles. 2.2 Het plan van aanpak is gebaseerd op de Regeling zorgverzekering (Staatscourant 2010 nr. 10581 d.d. 8 juli 2010). Hierbij is onderscheid gemaakt tussen de algemene risicoanalyse/controleplan en de specifieke risicoanalyse(s)/controleplan(nen). 2.3 De zorgverzekeraar heeft het controledoel (betrouwbaarheid en nauwkeurigheid) bepaald. Bij de bepaling van het controledoel is de norm dat voor de feitelijke levering minimaal wordt voldaan aan de norm van 95% betrouwbaarheid en 97% 14 nauwkeurigheid. 2.4 De risicoanalyses voor de algemene en specifieke controleplannen zijn uitgevoerd met voldoende 14 De eis van 95/97 kan naast kwantitatief ook kwalitatief onderbouwd worden. 22

reikwijdte en diepgang. De algemene risicoanalyse raakt alle zorgsoorten. De algemene en specifieke risicoanalyses moeten worden opgesteld met inbreng van deskundigheid uit de verschillende organisatieonderdelen, waaronder in ieder geval zorginkoop, formele en materiële controle, de medisch adviseurs en de coördinator fraudebestrijding, alsmede op basis van signalen, praktijkvariatie en klachten. 2.5 In het algemene en specifieke controleplan zijn de objecten van materiële controle en de in te zetten controlemiddelen opgenomen. De NZa verwacht dat de zorgverzekeraar in ieder geval specifiek ingaat op de inzet van spiegelinformatie en datamining. 2.6 Het specifieke controleplan besteedt in opzet aandacht aan de procedurele voorwaarden voor het uitvoeren van detailcontroles. 3 Uitvoering: De zorgverzekeraar heeft uitvoering gegeven aan het algemene en specifieke controleplan. 3.1. De zorgverzekeraar heeft de uitvoering van de materiële controles gericht op de vraag of de gedeclareerde zorg daadwerkelijk is geleverd 3.2. Bij de uitvoering van de materiële controles is gebruik gemaakt van de in de controleplannen beschreven controlemiddelen (bijvoorbeeld bestandsanalyses, benchmarking/spiegelinformatie/praktijkvariatie, cijferanalyse, controleverklaring juistheid van de gedeclareerde productie). 3.3. De zorgverzekeraar heeft de materiële controle tijdig en volledig uitgevoerd conform de algemene en specifieke controleplannen of heeft afwijkingen van het plan adequaat onderbouwd en gekwantificeerd. Tijdigheid: het uitgangspunt is dat de materiële controles zo veel als mogelijk over het verantwoordingsjaar worden uitgevoerd. De context hierbij is dat declaraties, en dan vooral de declaraties in DBC s/dot, vaak laat beschikbaar komen en er voldoende massa beschikbaar moet zijn om effectief materiële controles uit te kunnen voeren. 3.4. De zorgverzekeraar heeft om de daadwerkelijke levering van gedeclareerde zorg te beoordelen, voor zover nodig om de gestelde controledoelen te behalen, gebruik gemaakt van de instrumenten detailcontrole en/of enquête (gericht op risicogebieden). 3.5. De afweging heeft plaatsgevonden of op basis van signalen, klachten, e.d. aanleiding geven tot aanpassing van het controleplan en/of uitvoering van aanvullende materiële controles. 3.6. De zorgverzekeraar heeft de zorgaanbieder geïnformeerd over de detailcontroles en voldaan aan de procedurele voorwaarden voor het uitvoeren van detailcontroles. 4 Vervolgacties en evaluatie: De zorgverzekeraar neemt vervolgacties na constatering van onregelmatigheden en verricht een evaluatie van 4.1. De zorgverzekeraar heeft voor elke uitgevoerde materiële controle een foutenevaluatie opgesteld en indien noodzakelijk de (detail)controles uitgebreid. 4.2. De zorgverzekeraar heeft na constatering van onregelmatigheden een onderbouwde afweging gemaakt voor het instellen van vervolgacties. 23