Eerste indruk broedseizoen 2013 voor nestkastbroeders Door Leo Ballering en Ronald Beskers, NESTKAST Uit een compilatie van recente berichten van de Yahoo! NESTKAST nieuwsgroep blijkt dat het koude voorjaar bijzondere effecten heeft op het broedgedrag van nestkastbroeders in Nederland en Vlaanderen. Eileg van mezen en Boomklevers is bijna één maand later dan vorig jaar maar de eileg van Afrikagangers lijkt gewoon op tijd. In het noorden van het land zorgt dit voor het unieke situatie dat er eerder eieren van Bonte vliegenvangers en Gekraagde roodstaarten zijn gevonden dan van Koolmezen. Die Koolmezen lijken dan ook een heel slecht broedseizoen tegemoet te gaan terwijl Pimpelmezen en Bonte vliegenvangers daarvan lijken te profiteren. En juist nu er, eind mei, de eerste jongen zijn en de rupsenpiek zich aankondigt, komt er een natte en koude periode aan. Hoe gaan de jongen en de ouders zich redden? Een mooie gelegenheid om goed vast te leggen wat er in de nestkasten gebeurd! Voor diegene die niet met nestkasten onderzoek bekend zijn geeft deze compilatie een aardig inzicht in wat er zoal in dit wereldje afspeelt. Al op 9 maart, na een paar warme dagen, kwam er een bericht uit het Gooi dat er beginnende nestbouw was van een Koolmees die ook nog alarmeerde. Op 19 maart werd nog het begin van een boomkleverlegsel gemeld maar daarna werd het stil. Half maart is traditioneel de tijd dat de Bosuilkasten gecontroleerd worden en de eerste resultaten waren niet hoopgevend of eigenlijk ronduit slecht. In 28 kasten werd door Ronald Beskers in het Gooi geen enkele bosuilennest aangetroffen. Begin april als normaliter de eerste eileg plaatsvindt en het controleren van de nestkasten structureel wordt komen de eerste berichten los van achterlopende natuur: Frans Deuring meldt vanuit Harderwijk dat er een beetje nestbouw was terwijl vorig jaar meer dan de helft van de kasten al bezette nesten had en zelfs al enkele met eieren. Frank Adriaensen, Universiteit van Antwerpen meldt dat door de koudste tweede maarthelft sinds 1870 nog maar 10% van de 432 kasten bezet zijn, tegen normaal 70% of meer. Uit Uden meldt Leo Ballering één iel nestje in aanbouw op 58 kasten. VWG Het Gooi meldt nestbouw van mezen in 10 van de 119 kasten. Op de Hoge Veluwe (Henri Bouwmeester) een vergelijkbaar beeld: 440 kasten gecontroleerd, 12 met een paar plukjes mos of een paar snippers schors van boomklever. In 6 kasten een dode pimpel
(merkwaardig genoeg geconcentreerd in 1 gebied) en in 2 kasten een dode koolmees waarbij de oudste vogel uit de populatie van vorig broedseizoen. Op 10 april werd in Het Gooi het eerste Boomklever ei gevonden, traditioneel de vroegste soort qua eileg, gevolgd door andere meldingen van de eerste Boomklevereieren. Onder andere uit het Hilversum (Pascal Gijsen) op 12 april en op 11 april ZW-Drenthe waar Christiaan Both van de Universiteit van Groningen onderzoek doet. Daar werd op 13 april ook de eerste bonte vliegenvanger waargenomen in het nestkastengebied; Ook dat is veel later dan de afgelopen jaren. In Goor, Twente werd het eerste Boomklever ei gevonden op 15 april. In het noorden is het dan nog bar en boos. Bert Winters uit Den Oever, de kop van Noord Holland meldt nog maar 1 schamel nestje in aanbouw in 40 kasten, net als Jan Andries Wagenaar met vijf nesten in 55 kasten in het Geastmerbosk (Friesland) en Germ de Vries (Eastermar, Friesland) met één maar nestje. Henri Bouwmeester heeft ondertussen zo'n 1000 maal in een nestkast gekeken zowel op de Veluwe als in Twente maar ik heb nog steeds geen ei gezien. Nestbouw zit nog rond de 5 % maar loopt nu snel op, alles zoekt naar materiaal. Maar ook verder in Gelderland vond Maarten Hageman (70 kasten) nog steeds geen eieren. Frans Deuring meldt vervolgens op 19 april een eerste Koolmees ei dat op 9 april gelegd moet zijn en dan komen langzamerhand ook de meldingen van eileg van andere mezen: Uit Antwerpen eerste eileg op 16 april en in het Gooi op 19 april. Tegelijkertijd stromen de bonte vliegenvangers en gekraagde roodstaarten binnen. Christiaan Both meldt: Afgelopen dagen waren bizar in ZW-Drenthe: op basis van de aantallen bonte vliegen die zijn gearriveerd en de populatie-aantallen in vorige jaren schat ik dat in vier dagen tijd (maandag-donderdag) zo'n 75% van de mannenpopulatie is gearriveerd. Nooit eerder meegemaakt. De eerste mannen waren laat (13 april de eerste vogel, zondag 3 vogels)), maar vanaf maandag liep het opeens storm. Alles wijst er op dat die vogels ongeveer twee nachten van NL hebben zitten wachten op een weersomslag: want als ze heel dichtbij hadden gezeten dan had je zeker afgelopen zondag al veel vogels moeten zien. Gelukkig hadden we vrij veel vogels met geolocator-loggers uitgerust vorig jaar, en gisteren heb ik de eerste twee al weer gevangen. Die moeten we binnenkort gaan uitlezen, en hopelijk hebben ze het hele jaar gewerkt zodat we werkelijk kunnen laten zien waar die vogels precies hebben gezeten dit voorjaar. Wat verder erg intrigerend is, is dat we de afgelopen dagen ook al veel vrouwen hebben gezien. In andere jaren is tegen deze tijd
ongeveer 7% van de vrouwen terug (behalve in het warme voorjaar 2011 toen het ca 25% was), maar dit jaar lijken we ook al op die 25% te zitten. Die vrouwen die beginnen ook al met nestbouw, wat de absurde situatie oplevert dat kool- en pimpelmezen in onze nestkasten nog nauwelijks zijn begonnen met nestbouw, en dat die tegelijk met de vliegenvangers opgaan. Ook nooit eerder gezien, want vliegenvangers zijn vaak 2-3 weken later... De vraag is hoe de vliegenvangers het koudere weer van vandaag en komende dagen gaan doorstaan. Ze lijken vooral te fourageren op spinnetjes e.d. die op de grond rondlopen. Gistermiddag met die harde wind leken ze het niet heel makkelijk te hebben, en vandaag met regen kunnen ze het nog moeilijker hebben. Aan de andere kant: in Siberie kunnen vliegenvangers arriveren wanneer er nog een meter sneeuw ligt... Ik hoop dat we dat uit dit jaar ook gaan leren. Ook uit t Harde Noord Veluwe worden bonte vliegenvangers en gekraagde roodstaarten gezien zonder dat er mezeneieren zijn. In Uden ook de eerste eileg van Kool- en Pimpelmees op 18 april tegelijkertijd met de waarnemingen van bonte vliegenvangers en gekraagde roodstaarten. In Amersfoort meldt Adriaan Sleeuwenhoek op 23 april nog steeds geen mezeneieren en in het noorden worden dan net pas de eerste eieren gezien, eerste eileg in Eastermar (Fr) op 20 april en Leek (Gr) op 22 april. Interessant is dat, overal in het land dan ook de eerste nesten van bonte vliegenvangers en gekraagde roodstaarten gevonden worden! In den Oever op 25 april nog steeds geen eieren! Nu het Boomklever broedseizoen een tijdje aan de gang is kan de voorlopige balans worden opgemaakt en uit verschillende gebieden komen meldingen van minder boomklevers dan normaal, maar niet van overal. In veel gebieden lijken er veel minder Koolmezen te gaan broeden dan normaal het geval is en uit Schaijk (NO Brabant) wordt geopperd dat de Bonte vliegenvanger lijken te profiteren van de late start en/of slechte bezetting van de Koolmees. Ook op de Hoge Veluwe meer adulte bonte vliegen dan gemiddeld. Henri Bouwmeester meldt op 29 april: Deze week hadden we ook het eerste ei terwijl de mezen maar heel voorzichtigjes zijn begonnen met de eileg en ik deze week ook al de eerste legpauzes kon vaststellen (goed opletten bij het tellen, en dit toont maar weer aan hoe belangrijk het is om wekelijks te controleren). We gaan denk ik een historisch jaar tegemoed waarin de vroegste jonge bonte vliegenvangers eerder worden geboren dan mezen... Op 27 april meldt Jan Wouters vanuit Veldhoven een Kuifmees met
jongen! Die was dus echt vroeg, eerste eileg moet voor 8 april hebben plaatsgevonden. En eindelijk kan ook Bert Winters uit Den Oever een eerste eileg op 27 april melden! Germ de Vries meldt op 1 mei uit Eastermar (Fr) dat daar de Ringmus jongen eerder gaan uitvliegen dan de mezen. Van de 60 paar Ringmussen die nu in de kasten zitten hebben 15 paar al eieren, twee paar zitten op 5-6 eieren te broeden. Verder vind hij ook Spreeuwen en Gekraagde roodstaarten met eieren; eerste eilegdatum resp. 26 en 27 april. Maar veel nestkasten blijven leeg of hangen in het nestbouwstadium. Ondanks de massale vroege aankomst lijken de Bonte vliegenvangers ook massaal te wachten met eileg, op 2 mei wel veel nesten klaar maar nog geen eieren in het Gooi, daar wordt het eerste ei op 5 mei gelegd en gemeld door Harry de Rooij. Henri Bouwmeester bevestigd dat: Die bonte vliegen lieten ons na de massale aankomst wel lang wachten op de eerste eieren. op de Hoge Veluwe hadden we het eerste ei op de 27e April. Daarna werd het rustig... heel lang rustig, we hadden compleet kant en klare nesten die nog 10 dagen leeg bleven... Nu is de eileg goed begonnen. Ook bij ons extreem lage aantallen boomklevers en zoals het zich nu laat aanzien voor het tweede jaar op rij totaal geen zwarte mezen op de 440 kasten. Op 13 mei beginnen de alarmerende berichten weer. Ronald Beskers uit het Gooi meldt: Vandaag 92 kasten gecontroleerd op Pijnenburg. Maar 40% bezet! vorig jaar 73,4%. Eerst waren er een aantal eistops en nu broeden de vrouwtjes Pimpelmees al voor het laatst gelegde ei. Dus eerst afremmen en nu weer versnellen. Met de Koolmezen gaat het superslecht: maar 12 legsels en daarvan zijn er 4 verlaten. Ook kleine legsels van 4 en 6 eieren (normaal 8 tot 10). Zelfs de enige Boomklever heeft het legsel verlaten. Dit beeld wordt bevestigd uit Goor, Twente met meerdere verlaten legsels van mezen die tijdens de eileg er gewoon de brui aan hadden gegeven. Ook kasten waar de nestbouw gestaakt was, maar dat is een jaarlijks terugkerend fenomeen. Bij de boomklevers 1 kast met jongen van 7 dagen oud, 2 kasten met jongen en eieren van koolmees van dag 0 en 1 kast met koolmeesjongen van zowel 2 als 3 dagen. En dat terwijl er ook nog mezen aan het eileggen zijn... Wat zullen de winnaars worden... de vroeg timende mezen, de grote middenmoot of de laat timende? Die laatsten zullen zeker moeten hopen op een tweede rupsenpiek want het zal nu hard gaan nu het eikenblad zich snel ontwikkeld. Germ de Vries uit Friesland meldt op 15 mei het opmerkelijke fenomeen dat hij 160 nestkasten gecontroleerd heeft en nog steeds geen jonge mezen, maar de van uit Afrika gekomen Gekraagde
roodstaart heeft pullen van 1 dag oud. Vanaf half mei komt de geboortegolf van de mezen opgang en dat is precies wanneer ook de eerste rupsen in de bossen gemeld worden maar dan volgt in de week van 20-24 mei een mini koudegolf die al het prille geluk in de kiem dreigt te smoren: Bert Winters (21 mei): Beetje chaos in de nestkasten (Den Oever) vandaag. Diverse legsels verlaten, nesten overhoop gehaald. Maar ook Koolmezen die tot 11, 12, 13, 14 eieren doorgeschoten zijn. Vorige week kast met wespennest, nu Steenhommel in dezelfde kast, dode Steenhommel in een andere. Eerste jongen van zowel Kool- als Pimpelmees van enkele dagen oud, naast net gestarte legsels. Nu maar weer afwachten, wat het natte koude weer voor gevolgen heeft. Frans Deuring (21 mei): Tot nu toe optimistisch maar er komt wat mij betreft een cruciale week aan gezien de weersvoorspellingen die niet best zijn. Koud en nat. Als er maar voldoende voedsel te vinden is deze periode want er zit ontzettend veel leven in de kasten. En, om met een cliff hanger te eindigen, een laatste bericht uit van Henri Bouwmeester: In Twente begon het de afgelopen dagen al in te storten, meerdere kasten verlaten in de broedfase en enkele kasten met kleine dode jongen. In sommige gevallen was duidelijk te zien dat de jongen ten gevolge van honger één voor één dood waren gegaan, je kunt dit dan zien aan het stadium van de ontbinding van de dode jongen. in de meeste gevallen zal het vrouwtje kleine dode jongen afvoeren (zodat je je bij een volgende controle ineens bij een mooi schoon maar volledig leeg nest staat af te vragen wat hier gebeurd is) maar in andere gevallen besluit ze om te blijven hoeden op de nog levende jongen. De ontbinding van de dode jongen gaat dan bij een lichaamstemperatuur van 40 graden extra snel, met alle gevolgen van dien... Tja, en als je nu na vandaag dan realiseert dat we de koudste 23 mei in 112 jaar achter de rug hebben (vorig jaar op deze dag 30 graden...) en dat daar morgen nog geen verandering komt, dan verwacht ik een echte wreck bij de mezen. De vrouwen moeten op zulke dagen de keuze maken: kies ik voor het warm houden van mijn jongen en laat ik mijn man alle rupsen zoeken, of ga ik hem helpen en lopen mijn jongen het risico om onderkoeld te raken omdat het zoeken naar rupsen met dit weer ook nog eens langer duurt... Een duivels dilemma voor die ouders die zelf ook al niet in opperste conditie waren na een stevige winter met weinig voedsel in de bossen. De mezen in de steden hebben het in die maanden dan een stuk beter gehad....
NESTKAST het landelijk NEtwerk voor STudies aan nestkastbroeders is een netwerk waarin amateur nestkastonderzoekers (controleurs en ringers), professionele nestkastonderzoekers (NIOO, Nederlands Instituut voor Ecologie), de Ringcentrale / Vogeltrekstation (VT) en dé gegevensbeherende instantie op vogelgebied van Nederland (Sovon Vogelonderzoek Nederland) bij elkaar komen voor het uitwisselen van resultaten, wederwaardigheden en ervaringen op het gebied van nestkastenonderzoek aan zangvogels en bosuilen. Alle binnenkomende gegevens worden in databases van Sovon en het NIOO-KNAW bewaard voor nader onderzoek en trend analyses Geïnteresseerd in het wel en wee van nestkastbroeders en/of controle? Stuur een mail naar nestkast@nioo.knaw.nl of meldt je aan voor de Yahoo! NESTKAST nieuwsgroep: http://groups.yahoo.com/group/nestkast/