BIJZONDER VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN ONTWERP

Vergelijkbare documenten
DEEL B : GEBOUWEN/RUWBOUW HOOFDSTUK 4 : GRONDWERKEN pagina 1

HOOFDSTUK 4 : FUNDERINGEN pagina 1/5

VEILIGHEIDSPLAN. DEEL B: GEBOUWEN/RUWBOUW HOOFDSTUK 5 : FUNDERINGEN pagina 1

VEILIGHEIDSPLAN. DEEL B : GEBOUWEN/RUWBOUW HOOFDSTUK 2 : WERFINRICHTING. pagina 1

Veiligheid- en gezondheidsplan ontwerp

BIJZONDER VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN ONTWERP

BIJZONDER VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN ONTWERP

1 COÖRDINATIE-INSTRUMENTEN

1 COÖRDINATIE-INSTRUMENTEN

ABESCO ACTIVITEITEN SITUATIES PREVENTIEMAATREGELEN INSTRUCTIES RISICO'S ALGEMENE RISICO S

RISICOANALYSE Incidenten met / bij Oorzaken E B W R NVTPreventiemaatregelen A) DE WERFINRICHTING

1. ORGANISATIE VAN DE PREVENTIE EN BESCHERMING

HOOFDSTUK IV: VOORBEREIDENDE WERKEN EN GRONDWERKEN

Mechelen, Sint-Alexius en Sint-Catharinakerk (interieur) Deel 1 Interieur

Bouwplaatsreglement. Definities:

Document werkwijze voorzien in artikel 30,1 van het KB TMB

Werken op hoogte PREVENTIEMAATREGELEN

Veiligheidsinstructiekaart Rolsteiger ARAB - artikel 54 quater 4. en het KB Arbeidsmiddelen (Codex Titel VI Hoofdstuk I artikel 7)

UW DAK, UW EN ONZE VEILIGHEID! LIMBURG DAKWERKERS

Task Safety Requirements Working at Height Scaffolding NL. Approved by: HSSE Manager

Het veiligheidsplan: Onderaanneming Betontrappen Geerts bvba

Kleine Landeigendom, Vorselaar Schrans, 17 sociale wooneenheden

1 Nieuwe, vereenvoudigde regelgeving TMB

VEILIGHEIDSPLAN PREVENTIEMAATREGELEN INSTRUCTIES. regelmatig onderhoud van de. machines wegnemen of signaleren van de

PREVENTIEMAATREGELEN INSTRUCTIES. - veilige toegangen tot de werf. - degelijk bevestigen van de te behandelen voorwerpen. dragen van een helm

STAD ANTWERPEN Stadsontwikkeling Openbaar domein

Vooraf gemelde examenvragen opleiding VC A en B op TMB

Afbraakwerken Wettelijk kader. 17 maart 2016 ir. Tom Vermeersch sociaal inspecteur TWW- FOD WASO

FICHE UITRUSTING VAN DE ARBEIDSPLAATSEN

De definities die hier gegeven zijn slaan enkel op deze projecten voor niet particuliere doelen

7 Documenten te bezorgen door aannemer bij zijn inschrijving

Mechelen,Inrichting onthaalbalie en bezoekersruimte

VMSW, Kaaibeeksedijk, infrastructuur

1. Organisatie veiligheid, gezondheid en milieu:

VEILIGHEIDSPLAN. DEEL C : AFWERKING & SPECIALE TECHNIEKEN HOOFDTUK 2 : ELEKTRICITEIT pagina 1

V&G-deelplan uitvoeringsfase Nummer : Versie : 1. VEILIGHEIDS- EN GEZONDHEIDSGEVAREN Status : invulform

Controle van hefwerktuigen. Bliksemacties van Toezicht Welzijn op het Werk

Veiligheidsadvies. Veiligheidsmateriaal. Opleidingen

VEILIGHEIDSADVIEZEN VOOR DE BOUWNIJVERHEID

Algemeen Ziekenhuis Vesalius Studenten- Stagiairs

6 Documenten te bezorgen door aannemer bij zijn inschrijving

Algemeen Ziekenhuis Vesalius Studenten- Stagiairs

Deel V Bepalingen met betrekking tot gemeenschappelijke industriële risico's. Titel III Veiligheid op tijdelijke of mobiele bouwplaatsen

Koninklijk besluit van 4 mei 1999 betreffende het gebruik van arbeidsmiddelen voor het hijsen of heffen van lasten (B.S )

Task Safety Requirements Working at Height Roof Work NL. Approved by: HSSE Manager

Algemeen Ziekenhuis Vesalius Studenten- Stagiairs

Maandthema: VERPLAATSINGEN. Uitglijden, struikelen en vallen voorkomen

Toelichting en gebruik V&G-deelplan.

Veilig werken & doen veilig werken

COORDINATIEVERSLAG V&G Datum: 24/03/2017 Fase ontwerp

INTENTIEVERKLARING VAN DE AANNEMER. Ik (aannemer)

Kennisgevingsformulier (Ontwerpfase) Bestek 10-13: Marktgebied centrum te Leiden Vervangen marktaansluitingen Projectnummer 10-IB-018

COORDINATIEVERSLAG V&G Datum: 13/03/2017 Fase ontwerp

De aannemer kan een attest VCA of Be Sacc voorleggen. In elk geval dient de aannemer zich minstens te houden aan volgende vereisten:

RISICO-ANALYSE VOLGENS DE HOOFDSTUKKEN VAN HET STANDAARDBESTEK 250 versie 2.1

Bladnr. 1 van VOOR HET BOUWWERK: Besteknr. REA Het project bestaat uit de herinrichting van de Noorderweg e.o. te Soest.

Werkmethode toeleveranciers tuinbouw

WERKEN IN DE NABIJHEID VAN FLUXYS- LEIDINGEN RICHTLIJNEN VOOR GRAAFMACHINISTEN EN GRONDWERKERS

V&G Bouwproces. Wettelijk en maatschappelijk kader. V&G Bouwproces / d.d

Arbocatalogus Tuinbouwprojecten

Veiligheids- en Gezondheidsplan

RISICO ANALYSE TORENKRANEN

PREVENTIEMAATREGELEN ACTIVITEIT ARBEIDSMIDDELEN RISICO S AR RR NVT. Risicoanalyse : WERKEN OP HELLENDE DAKEN

Steigercontroleur (AV-022) Versie TC-K

WERKINSTRUCTIE WERKEN IN NABIJHEID VAN SPECIALE ONDERGRONDSE NUTSLEIDINGEN

Betonstorter / gietbouwer

Werken in de nabijheid van Fluxysleidingen RICHTLIJNEN VOOR GRAAFMACHINISTEN EN GRONDWERKERS

Bouwkundige renovatiewerken aan gemaal Boekhoute

Veiligheids- en gezondheidsplan

De artikels 29 en 30 van het KB Tijdelijke of mobiele bouwplaatsen zijn gewijzigd

-1- Over welke domeinen gaat de V&G-wetgeving? -1- Voor wie geldt de V&Gwetgeving? -1- Noem de twee vormen van overleg.

1 Beschrijving. Infofiche Nr /2017. Kleedkamers, refters, wastafels en toiletten in de werkplaatsen en burelen 1/5

Algemene risicoanalyse voor de werkpost : Tafelcirkelzaagmachine Versie 99/1 Blz. 3/5

1 Beschrijving. Infofiche Nr /2017. Kleedkamers, refters, wastafels en toiletten in de werkplaatsen en burelen 1/5

WERKEN IN PUTTEN EN SLEUVEN

Wetgeving valbeveiligingsmiddelen

BVBA Na-iso-inventaris Versie nr 01 Datum: 01/01/2004 Blad 1/8

Arbocatalogus Tuinbouwprojecten

Postinterventiedossier (PID) Bodemsaneringswerken van een verontreinigd terrein van een voormalig tankstation

Algemene risicoanalyse voor de werkpost : Houtfreesmachine Versie 99/1 Blz. 1/9

Toolboxfiche U011 09/2016

Werken in de nabijheid van Fluxysleidingen RICHTLIJNEN VOOR GRAAFMACHINISTEN EN GRONDWERKERS

In deze algemene preventiefiche komen de meest voorkomende risicosituaties in een doorsnee bouwbedrijf aan bod.

4.5 RISICOANALYSE VOLGENS LASTENBOEK

dossier VETO Hfst. 2 grondwerken T 1 HOOFDSTUK 02 - GRONDWERKEN EN BIJZONDERE FUNDERINGEN

Werken in de nabijheid van Fluxysleidingen RICHTLIJNEN VOOR GRAAFMACHINISTEN EN GRONDWERKERS

Activiteit Middel Risico Preventiemaatregelen Evaluatie. Van en naar werf voertuig verkeersongeval rijbewijs B

Codex over het welzijn op het werk. Boek IX.- Collectieve bescherming en individuele uitrusting. Titel 1. Collectieve beschermingsmiddelen

ALGEMEEN VEILIGHEIDS- EN GEZONDHEIDSPLAN IST-GEB-HUI Provinciedomein Huizingen

Water, graag! Hoe bereidt u de wateraftakking voor wanneer u (ver)bouwt?

Introductie uitzendkrachten

... Think safety! Grondwerkzaamheden. VGM Algemeen. Milieu. Gezondheid. Veiligheid

VEILIGHEIDSPLAN. DEEL C : AFWERKING & SPECIALE TECHNIEKEN HOOFDSTUK 7 : VLOERBEKLEDING pagina 1

VEILIGHEIDS- EN GEZONDHEIDSPLAN

Veiligheid- en gezondheidsplan fase ontwerp

WS 3.8 Arbeidsplaats & Intern verkeersplan

Plan to keep control!

VEILIGHEIDSTIPS VOOR JOBSTUDENTEN

SPECIFIEK VEILIGHEIDS- EN GEZONDHEIDSPLAN RMT-GEB-VBP-SP PROVINCIE VLAAMS- BRABANT - PROVINCIEHUIS

Transcriptie:

BIJZONDER VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN ONTWERP Stad Antwerpen Aanleg kunstgrasveld Valaar, Pachthofplein te Wilrijk B-VGP-O_Stad Antwerpen Valaar Pachthofplein kunstgras 1 / 38

INHOUDSOPGAVE 1 INLEIDING... 3 1.1 Doel... 3 1.2 Toepassing (KB TMB art. 26)... 3 1.3 Instrumenten... 4 1.3.1 Coördinatiedagboek (CD)... 4 1.3.2 Postinterventiedossier (PID)... 4 1.3.3 Coördinatiestructuur (CS)... 5 2 PROJECTGEGEVENS... 6 2.1 Algemeen... 6 2.2 Bouwheer... 6 2.3 Ontwerper... 6 2.4 Veiligheidscoördinator... 6 2.5 NAVB... 6 2.6 FOD Arbeid, dienst Welzijn op het werk... 7 2.7 Aard van de werken:... 7 2.7.1 Kritieke fasen... 7 2.7.2 Verhoogd risico (volgens art. 26 1 van het KB):... 7 2.7.3 Project gebonden risico s:... 8 2.8 Coördinatiestructuur... 14 3 TAKEN VAN DE AANNEMER... 15 3.1 Door de aannemer aan t e leveren documenten bij inschrijving... 15 3.1.1 Bijlage: Verhoogde eb projectgebonden risico s... 15 Kolom 1: Beschrijving van de uit te voeren werken m.b.t. de verhoogde en projectgebonden risico s.... 15 Kolom 2/3 : Beschrijving en evaluatie van de risico s.... 15 Kolom 4/5: preventiemaatregelen, te gebruiken beschermingsmiddelen en prijsopgave.... 15 4 ALGEMENE VEILIGHEIDS- EN GEZONDHEIDSRICHTLIJNEN... 17 B-VGP-O_Stad Antwerpen Valaar Pachthofplein kunstgras 2 / 38

1 INLEIDING 1.1 Doel Het bijzonder veiligheids- en gezondheidsplan ontwerp (B-VGP-O) is het beknopte en meer specifieke veiligheidsdocument tijdens de ontwerpfase van dit project. Het bevat naast de algemene projectgegevens vooral de essentiële en projectgebonden risico s en preventiemaatregelen ter voorkoming van de risico s waaraan de werknemers kunnen blootgesteld worden als gevolg van de uitvoering van het werk en de activiteiten van de diverse partijen op de bouwplaats. Dit document is niet beperkend. Het is een aanvulling en/of wijziging van het algemeen veiligheidsen gezondheidsplan (ALGM. VGP). Dit algemene document, dat u steeds kan terug vinden op www.macobo.be (klik door naar Veiligheidscoördinatie) is ook van toepassing voor deze werf. Bij zijn offerte dient de hoofdaannemer verplicht een aantal documenten af te leveren (zie 3), die via de opdrachtgever terug bij de veiligheidscoördinator terecht komt. Hij maakt op basis van de kwaliteit van deze documenten een analyseverslag m.b.t. de veiligheid en de gezondheid op hetgeen bepalend kan zijn voor de eventuele gunning. De Veiligheidscoördinator acht het, gezien de belangrijke veiligheidsrisico s inherent aan betreffend project, verantwoord deze documenten reeds bij inschrijving op te vragen. Dit veiligheids- en gezondheidsplan is opgesteld conform de bepaling van het KB van 25 januari 2001 en zijn wijziging in het KB van 19 januari 2005 betreffende de tijdelijke en mobiele bouwplaatsen en conform de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvering van hun werk, en al haar addenda en uitvoeringsbesluiten. 1.2 Toepassing (KB TMB art. 26) Een veiligheids- en gezondheidsplan is verplicht zodra er ten minste twee aannemers gelijktijdig of achtereenvolgens werken uitvoeren op de tijdelijke en mobiele bouwplaats voor tijdelijke of mobiele bouwplaatsen groter dan 500 m² (Macobo gebruikt dezelfde veiligheids- en gezondheidsplannen voor projecten met een oppervlakte kleiner dan 500 m²). bij werken met een verhoogd risico (graafwerken > 1,20 m, valgevaar > 5 m, drijfzand/slib, chemische/biologische agentia, ioniserende straling, hoogspanningslijnen of drukleidingen > 15 bar, verdrinkingsgevaar, ondergrondse/tunnelwerken, werken met duikuitrusting, overdruk, springstoffen, prefab-elementen) wanneer de vermoedelijke duur langer is dan 30 werkdagen indien het vermoedelijk werkvolume groter is dan 500 mandagen B-VGP-O_Stad Antwerpen Valaar Pachthofplein kunstgras 3 / 38

1.3 Instrumenten Naast het veiligheids- en gezondheidsplan, wat in dit document beschreven wordt, beschikt de veiligheidscoördinator over volgende instrumenten. 1.3.1 Coördinatiedagboek (CD) De inhoud van het coördinatiedagboek moet bijgehouden worden, d.w.z. periodieke werfverslagen stelselmatig bijgevoegd en andere documenten naar gelang de vooruitgang en evolutie van de werf. De verschillende aannemers moeten de documenten, of kopieën ervan die hun werkzaamheden en installaties aanbelangen spontaan en tijdig aan de veiligheidscoördinator overhandigen zodat deze het coördinatiedagboek behoorlijk kan beheren. De inhoud van dit document omvat : Namen en adressen van tussenkomende partijen De beslissingen, vaststellingen en gebeurtenissen in het belang van de veiligheid De opmerkingen aan de tussenkomende partijen en de gevolgen hiervan De opmerkingen van de aannemers en de gevolgen hiervan De tekortkomingen en maatregelen inzake veiligheid Verslagen van de veiligheidscoördinator De ongevallen Het systematisch bijhouden en aanvullen van het coördinatiedagboek is de verantwoordelijkheid van de veiligheidscoördinator en dient tevens als uitbreiding op het bijzonder veiligheids- en gezondheidsplan. 1.3.2 Postinterventiedossier (PID) Het postinterventiedossier is verplicht op alle bouwplaatsen waar coördinatie moet worden georganiseerd en wordt reeds bij aanvang geopend. Het dossier moet voor uitvoerders van eventuele latere werkzaamheden, nuttige documenten bevatten m.b.t. veiligheid en gezondheid, aangepast aan de kenmerken van het bouwwerk. De opdrachtgever dient het postinterventiedossier bij te houden. De veiligheidscoördinator draagt het postinterventiedossier over aan de bouwheer en maakt hiervoor een proces-verbaal op volgens art. 22 van het KB van 25 januari 2001. De inhoud van dit document omvat het volgende : Architecturale, technische en organisatorische elementen i.v.m. de verwezenlijking, instandhouding en onderhoud van het gebouw (As-builtplannen). Informatie voor uitvoerders van later te voorziene werkzaamheden bvb. onderhoud, herstellingen, vervangingen, ontmantelingen van installaties en/of constructie-elementen. De verantwoording van de materiaalkeuzes. Wat waren op het moment van de bouwfase de redenen om welbepaalde materialen te gebruiken. B-VGP-O_Stad Antwerpen Valaar Pachthofplein kunstgras 4 / 38

1.3.3 Coördinatiestructuur (CS) Een coördinatiestructuur wordt opgericht op alle bouwplaatsen waarvan, hetzij, het vermoedelijk werkvolume meer dan 5000 mandagen bedraagt, hetzij de totale prijs van de werken, geschat door de bouwdirectie ontwerp, 2.500.000 EUR, BTW niet meegerekend, overschrijdt, en waar ten minste drie aannemers gelijktijdig werken uitvoeren. De coördinator-verwezenlijking roept de coördinatiestructuur samen en zit deze voor. De coördinatiestructuur draagt bij tot de organisatie van de coördinatie inzake veiligheid en gezondheid op de bouwplaats door: Te zorgen voor de vereenvoudiging van de informatie en de raadpleging van de verschillende tussenkomende partijen evenals van hun onderlinge communicatie; Te zorgen voor een efficiënt overleg tussen de tussenkomende partijen omtrent de toepassing van de preventiemaatregelen op de bouwplaats; Te zorgen voor de regelgeving van elke betwisting of onduidelijkheid inzake de naleving van de preventiemaatregelen op de bouwplaats; Adviezen inzake veiligheid en gezondheid uit te brengen. B-VGP-O_Stad Antwerpen Valaar Pachthofplein kunstgras 5 / 38

2 PROJECTGEGEVENS 2.1 Algemeen Adres Valaar, Pachthofplein te Wilrijk Projecttitel Aanleg kunstgrasveld Valaar, Pachthofplein te Wilrijk Besteknummer SWOU08794 Korte beschrijving De opdracht behelst vooral: aanleg kunstgrasveld, inclusief drainage en afwatering, dit volgens bestek en plannen Vermoedelijke startdatum Juni 2015 2.2 Bouwheer Naam Stad Antwerpen Contactpersoon Peter De Pauw Adres Grote Markt 1 te 2000 Antwerpen Telefoon tel + 32 3 338 67 36 gsm + 32 473 70 13 89 Email peter.depauw@stad.antwerpen.be 2.3 Ontwerper Naam Stad Antwerpen Contactpersoon Peter De Pauw Adres Francis Wellesplein 1 te 2018 Antwerpen Telefoon tel + 32 3 338 67 36 gsm + 32 473 70 13 89 Email peter.depauw@stad.antwerpen.be 2.4 Veiligheidscoördinator Firmanaam MACOBO bvba Contactpersoon Dienst Veiligheid Adres Schandooi 5, 2431 Laakdal Diesterstraat 6, 3980 Tessenderlo Telefoon 013/460.420 Email info@macobo.be Website www.macobo.be 2.5 NAVB Naam: Nationaal Actiecomité voor Veiligheid en Hygiëne in het Bouwbedrijf Adres: Sint-Jansstraat 4, 1000 Brussel Telefoon: 02/552.05.00 Email: navb@navb.be B-VGP-O_Stad Antwerpen Valaar Pachthofplein kunstgras 6 / 38

2.6 FOD Arbeid, dienst Welzijn op het werk Te raadplegen via www.werk.belgie.be 2.7 Aard van de werken: Volgens art.2 van het KB van 25/01/2001 i.v.m. de Tijdelijke of Mobiele Bouwplaatsen zijn de geplande werken van dit project onderworpen aan betreffende wetgeving. Bijgevolg dient hiervoor een Veiligheidscoördinator ontwerp en uitvoering aangesteld te worden. 2.7.1 Kritieke fasen Dit zijn momenten waarop de veiligheidscoördinator uitvoering ten minste aanwezig dient te zijn op de bouwplaats voor zover hij/zij hiervan tijdig op de hoogte werd gebracht. Deze zijn oa. de startvergadering, momenten waarop er minstens 4 aannemers gelijktijdig werken uitvoeren en de werken met een verhoogd risico. Deze laatste worden voor dit project in volgende paragraaf beschreven. 2.7.2 Verhoogd risico (volgens art. 26 1 van het KB): Verhoogd risico volgens art. 26 1 van het KB bij dit project x Sleuven of putten met een diepte groter dan 1,2 m Te bekijken (sleuven, putten) x Valgevaar van 5m hoogte of meer Werken aan de ballenvanger? Nabijheid van drijfzand of slib x Blootstelling aan chemische of biologisch agentia Leveren van MSDS-fiches Werk met ioniserende straling x Werken in nabijheid van hoogspanningslijnen of kabels of van leidingen onder een inwendige druk van 15 bar of meer Risico op verdrinking Ondergrondse werken en tunnelwerken Werkzaamheden met duikuitrusting Werkzaamheden onder overdruk Gebruik van springstoffen x Montage en demontage van geprefabriceerde elementen KLIM/KLIP plannen en asbuilt plannen van het terrein te bestuderen voor de aanvang Lijnvormige elementen B-VGP-O_Stad Antwerpen Valaar Pachthofplein kunstgras 7 / 38

2.7.3 Project gebonden risico s: Werfinrichting: Voor aanvang der werken dient de aannemer in overleg met Bouwheer en Veiligheidscoördinator een werfinrichtingsplan op te maken. Zorg voor een degelijke werfinrichting (en werfinrichtingsplan) zodat afvoeren van afval, aanvoeren van materiaal, opslag van materiaal, plaatsen van de werfkeet en sanitair wel overwogen is en geen extra risico oplevert (aanrijding, val van materiaal, etc.). De werf situeert zich op een druk bezocht pleintje, de aannemer moet er voor zorgen dat onbevoegden geen toegang krijgen tot de werf. Daartoe voorziet hij het nodige hekwerk dat op stevige voeten staat met klemmen, voorzien van windschoren. Aan de werfingang moet een poort voorzien worden met wiel en hangslot. Tijdens het verloop van de werken dient dit werfinrichtingsplan aangepast te worden naar de reële situatie. Voor de plaatsing van hijskranen (mobiel of torenkraan) dient de aannemer een hijsplan voor te leggen (type kraan, opstelling, etc. ). Alle hijs- en hefmateriaal dient 3 maandelijks gekeurd te worden. Opslag van materiaal dient te geschieden in een zone die daar voor bestemd is. Gevaarlijke producten moeten gestockeerd worden in een afgesloten lokaal of container volgens compatibiliteit. De kleedkamers, wastafels, alsook de toiletten, zullen ingericht worden in lokalen die volledig gescheiden zijn van de arbeidsplaats, met inbegrip van een scheiding mannen / vrouwen. De lokalen moeten op slot kunnen worden gedaan. Er moet tevens een van de werf gescheiden eetruimte aanwezig zijn voor het personeel actief op de werf. Er dient een lokaal aanwezig te zijn waarin de EHBO kan worden toegediend. Het nodige verzorgingsmateriaal dient aanwezig te zijn in dat lokaal en minimum 1 EHBO hulpverlener moet permanent aanwezig zijn op de werf. Doorgang voor de hulpdiensten op de werf moet zoveel mogelijk gewaarborgd blijven. Afval dient gescheiden verzameld te worden. Het is verboden om afval te verbranden op de werf (milieuvervuiling en brandgevaar). Huishoudelijk afval dient zeer regelmatig afgevoerd te worden (weren van ongedierte). De eetruimte is volledig rookvrij! Op de werfzone dient een brandblusapparaat (schuim of ABC poeder) voorzien te worden. Per ploeg werknemers dient een opgeleid persoon voor het gebruik van kleine brandblusmiddelen aanwezig te zijn. Contact met nutsleidingen: Voorzie een toolbox voor alle werknemers voor de aanvang van de werken om hen op de hoogte te brengen van de nog actieve leidingen. Visualiseer het traject van ondergrondse leidingen en scherm indien nodig de nutsleidingen extra af. Enkel gekwalificeerd personeel mag werken aan de elektriciteit uitvoeren. Werken op hoogte, Val van hoogte > 5m: Codex onder titel VI (Arbeidsmiddelen), hoofdstuk II (Specifieke bepalingen), afdeling IV (Arbeidsmiddelen voor tijdelijke werkzaamheden op hoogte) KB van 31 augustus 2005 betreffende het gebruik van arbeidsmiddelen voor tijdelijke werkzaamheden op hoogte (Omzetting van Europese richtlijn 2001/45/EG) B-VGP-O_Stad Antwerpen Valaar Pachthofplein kunstgras 8 / 38

normen NBN EN 12810 en NBN EN 12811 inzake de opbouw van steigers norm NBN EN 13374 inzake randbeveiliging Bij werken op hoogte moet zo veel mogelijk gekozen worden voor collectieve beschermingsmiddelen (steiger, leuningen, platformen, netten, etc. ). Deze moeten voldoen aan de huidige wetgeving (leuning, tussenleuning en kantplint, opbouwschema, verankeringen, windschoren, etc. ). Voor deze werken wordt geadviseerd om met hoogtewerker of rolstellingen te werken. De rolstelling moet opgebouwd worden conform de huidige regelgeving (verankeringen, windschoren, 3 punten leuningen systeem, vrijgave label, aansluitende bordessen wanneer er veel ruimte tussen de stelling en de muur is, etc. ). Steigers langs de gevels worden best zo lang mogelijk behouden zodat alle partijen op de werf veilig op hoogte kunnen werken. Het gemeenschappelijk gebruik van materiaal is mogelijk, maar een onderlinge gebruikersprocedure dient opgesteld te worden. Elke gebruiker is verantwoordelijk voor het correct gebruik van het materiaal en moeten ook opgeleid zijn voor het gebruik van het materiaal. De hoofdaannemer is verantwoordelijk voor de goede staat (inspectie, onderhoud, keuring, etc. ). Steigers / stellingen dienen opgebouwd te worden volgens de huidige wetgeving. Voorzie leuningen, kantplinten, schoren, verankeringen en voorzie een vrijgavelabel aan de steiger. Zorg voor regelmatige controle van de steiger. Bij het werken met hoogtewerkers is het verplicht om een valharnas te gebruiken als de constructeur van de hoogtewerker dit voorschrijft en het is aan te raden wanneer dit niet in de gebruikershandleiding specifiek vermeld wordt. Wanneer gewerkt wordt vanuit een hoogtewerker, zorg dan voor voldoende stabiele ondergrond, gebruik de hoogtewerker niet om materiaal los te trekken of om te duwen! Bij werken vanuit een kooi aan een hijshaak van een kraan, moet deze kooi gekeurd zijn alsook het aanslagmateriaal als de kraan en de gehele opstelling tezamen. Bij het plaatsen van de staalstructuren moet waar mogelijk gekozen worden om te werken vanop platformen met leuningen of vanuit hoogtewerkers. Wanneer van uit een werkbak, opgehangen aan de hijskraan, gewerkt wordt, is het eveneens verplicht een valharnas te dragen. Enkel wanneer in overleg met de Veiligheidscoördinator- collectieve maatregelen niet mogelijk zijn, is het verplicht om PBM s te gebruiken (ankerpunt, valharnas, etc.). De werkwijze dient in een plan van aanpak omschreven te worden en besproken te worden met de Veiligheidscoördinator voor de aanvang van de werken. Valgevaar putten: Elke onderneming is verplicht zijn eigen personeel te beschermen tegen vallen. Het gebruik van collectieve beschermingsmiddelen zoals leuningen, veiligheidsnetten, afbakening van putten en vloeropeningen en afscherming van machines is verplicht waar het noodzakelijk is voor de veiligheid van de op de werf of in de nabijheid ervan. De onderneming die de collectieve beschermingsmiddelen wegneemt om bepaalde werkzaamheden uit te voeren, moeten deze voorzieningen achteraf zo snel mogelijk terugplaatsen. Randbeveiligingen moeten moeten voldoen aan de norm NBN EN13374 (klassen A, B, C). Men plaatst best een drie-leuningen-systeem: Borstleuning op 1m à 1m20, een tussenleuning op +/- 50cm en een B-VGP-O_Stad Antwerpen Valaar Pachthofplein kunstgras 9 / 38

stootplank onderaan. Deze laatste belet het vallen van materieel (hamer, ) naar lager gelegen verdiepingen en mag niet vergeten worden. Allen voldoende stevig en goed verankerd. Veiligheidsnetten moeten voldoen aan de norm NBN EN1263-1 en 2). Leveren van materiaal (zwaar transport): Bij de aanleg van de werfwegen en de opslagplaatsen moet de nodige aandacht besteed worden om de stofvorming door het werfverkeer sterk te beperken. Indien mogelijk moet een tijdelijke verharding aangelegd worden. Indien de werfwegen niet van een verharding voorzien kunnen worden, zal erover gewaakt worden dat de voertuigen die de werf verlaten, de aanwezige verharde wegen niet bevuilen. Indien nodig wordt elke vervuiling dadelijk verwijderd. De opslagplaats voor het stockeren van de bouwmaterialen moet voldoende groot zijn om te vermijden dat paletten op elkaar gestapeld moeten worden. Bij de inplanting moet rekening gehouden worden met de bereikbaarheid vanaf de straat voor de aanvoer van de materialen en met de plaatsing van de kraan voor de manipulatie binnen de werf. Hierbij moet vermeden worden dat er lasten boven de werknemers of derden gehesen moeten worden. Indien nodig moet de onveilige zone afgebakend worden en moet de nodige signalisatie geplaatst worden. Bij het opstellen van voertuigen of machines op de bouwplaats zal in overleg met de Veiligheidscoördinator en de leverancier/onderaannemer een risicoanalyse opgemaakt worden om te waarborgen dat de uitvoering van de werken in alle veiligheid kan verlopen. Bij de levering van bouwmaterialen zal de nodige aandacht besteed worden aan de zekering van de lading om te verhinderen dat deze tijdens het transport verschuift of beweegt en hierdoor beschadigd wordt. Bij de aanvoer van elementen met grote afmetingen zal op voorhand overleg gepleegd worden tussen de leverancier en de uitvoerder van de plaatsingswerken. De nodige afspraken moeten gemaakt worden in verband met: te voorziene hijsogen in de geprefabriceerde elementen en bevestigingspunten om de elementen te stabiliseren tijdens de montage; te voorzien hijstoestellen (gieklengte en hijscapaciteit) en hijstoebehoren; toebehoren voor het verticaal stellen van horizontaal geleverde elementen; opstellingsplaats voor de hijstoestellen; stockeerplaats voor de eventuele tussenopslag en de toebehoren voor de opslag; afbakening van de werkzone waarbinnen de toegang verboden is tijdens de montagewerkzaamheden. Opstellen van werfmachines (kranen, betonmixers, vrachtwagen etc. ) Bij het opstellen van voertuigen of machines op de bouwplaats zal in overleg met de Veiligheidscoördinator en de leverancier/onderaannemer een risicoanalyse opgemaakt worden om te waarborgen dat de uitvoering van de werken in alle veiligheid kan verlopen. B-VGP-O_Stad Antwerpen Valaar Pachthofplein kunstgras 10 / 38

Hierbij zal rekening gehouden worden met: de stabiliteit van de ondergrond; de eventuele aanwezigheid van ondergrondse constructies of leidingen; de stabiliteit van uitgravingen; de in acht te nemen veiligheidsafstanden ten opzichte van de bouwput; Plaatsen van geprefabriceerde elementen: De aannemer zal voorafgaand aan de werken met Bouwheer en Veiligheidscoördinator de nodige afspraken maken in verband met: de montagewijze die hij wenst toe te passen; te voorziene hijsogen in de geprefabriceerde elementen en bevestigingspunten om de elementen te stabiliseren tijdens de montage; te voorzien hijstoestellen (gieklengte en hijscapaciteit) en hijstoebehoren; toebehoren voor het verticaal stellen van horizontaal geleverde elementen; opstellingsplaats voor de hijstoestellen; stockeerplaats voor de eventuele tussenopslag en de toebehoren voor de opslag; afbakening van de werkzone waarbinnen de toegang verboden is tijdens de montagewerkzaamheden. Werken aan elektrische installatie: Enkel gekwalificeerd personeel mag werken aan de elektrische installatie. Uitgraven van de bouwput en grondverzet algemeen: Contact met ondergrondse leidingen: Leidingen in kaart brengen (klip/klim plannen opvragen en as-builtplannen van de bestaande gebouwen) Proefsonderen (manueel) Ligging van eventueel aanwezige HS leidingen visueel maken. Instabiliteit van de bestaande infrastructuren >>> volg de opmerkingen van het bureau stabiliteit nauwgezet op. Vanaf 1,2m diepte moet er in helling uitgegraven worden. De helling is afhankelijk van de grondsoort. Een veilige hellingshoek die men voor alle grondsoorten kan toepassen is deze van 45. Indien dit in de breedte van het traject niet haalbaar is, moet er gewerkt worden met een beschoeiing. Stockage naast de bouwput te vermijden. Indien niet anders mogelijk, zeker een afstand van 60cm houden (boven 18 ton = 1m). Bouwputten worden bij voorkeur op het einde van de dag dichtgemaakt. Wanneer dit niet mogelijk is, dient de bouwput volledig afgeschermd te worden (bij voorkeur met afgesloten Heras hekwerk). Wanneer het niveauverschil tussen het werk en de plaats waar de voetgangers, de fietsers en de bestuurders van tweewielige bromfietsen zich bevinden meer dan 0,20 m bedraagt, wordt over de volledige lengte hetzij een voldoende stevige inrichting, hetzij een beschermnet aangebracht ook tijdens de werken voor de eigen werknemers. Indien dit niveauverschil minder dan 0,20 m B-VGP-O_Stad Antwerpen Valaar Pachthofplein kunstgras 11 / 38

bedraagt, worden verkeerskegels gebruikt (bakens elke 5m, minstens 40cm hoogte, ). De zijdelingse signalisatie wordt op gepaste manier verlicht met witte of geelachtige lampen. Werken met gevaarlijke producten: Alle veiligheidsinformatiebladen dienen overhandigd te worden aan de Veiligheidscoördinator en dienen aanwezig te zijn op de werf. Alle producten moeten voorzien zijn van een etiket met de gevaarsinformatie, productnaam en fabrikant. Alle werknemers die werken met gevaarlijke producten of in contact kunnen komen met deze producten moeten getraind zijn hiervoor (toolbox). Bij het ontstaan van accidentele lekken van gevaarlijke producten is het noodzakelijk om onmiddellijk actie te ondernemen (absorptiekorrels voor vloeistoffen, borstel/vuilblik PBM s). Wanneer deze producten gebruikt worden in slecht geventileerde ruimtes, wordt best geforceerde ventilatie voorzien. Wanneer dit niet mogelijk is zullen persoonlijke beschermingsmiddelen ingezet worden. Alle werknemers die in deze zone tewerk gesteld worden zullen op de hoogte gebracht worden van de risico s door de aannemer en ook voorzien worden van de nodige PBM s. Werknemers die niet in deze zone noodzakelijk zijn, moeten geweerd worden door middel van duidelijke signalisatie. Opslag van producten dient te gebeuren in een afsluitbare opslagcontainer met lekbakken waar de producten in opgeslagen worden volgens compatibiliteit van de producten. Gasflessen worden enkel toegestaan op de werkzone in de hoeveelheid noodzakelijk voor daggebruik. Lege gascilinders en gascilinders die niet in gebruik zijn worden opgeslagen in de stockage zone volgens de huidige wetgeving. Contact met biologische agentia (uitwerpselen, krengen van ongedierte, sporen van zwammen, bacteriën, etc. ): Biologische agentia: afvalwaters, slib, krengen van ongedierte, sporen van zwammen, bacteriën, etc. zijn van oorsprong gecontamineerd met ziektekiemen, virussen, schimmels en wormen die als biologische agentia worden gegroepeerd. De directe blootstelling aan deze agentia zonder beschermingsmaatregelen of hygiënische nazorg is een reëel risico voor de werknemers die ermee in direct contact komen. Te nemen voorzorgen bestaan uit: - inenting van blootgestelde werknemers tegen TETANOS en HEPATITIS A - dragen van persoonlijke beschermingsmiddelen (handschoenen, laarzen, waterdichte kledij, adembescherming (minimum type PP3) - directe verzorging van opgelopen kwetsuren door grondig te reinigen en te ontsmetten - voorzieningen (douche, wasplaats) voor het grondig wassen met vloeibare zeep als algemene en afdoende desinfectie van het lichaam - kleerkasten die toelaten om eigen kledij en verontreinigde kledij apart onder te brengen en contaminatie te vermijden - Werknemers die in contact kunnen komen met biologische agentia moeten hiervoor getraind zijn en dienen opgevolgd te worden door hun arbeidsgeneeskundige dienst. Wederzijdse beïnvloeding van verschillende werkzaamheden: Een degelijke planning van alle betrokken partijen moet tijdig overhandigd worden aan de Bouwheer, het bouwteam en de Veiligheidscoördinator. De hoofdaannemer zorgt voor een degelijke werfafsluiting met de nodige signalisatie en vermeldingen. Deze afsluiting dient ter plekke te blijven tot het einde van de werken. Het afsluiten van de werf op het einde van de werkdag dient besproken te worden. B-VGP-O_Stad Antwerpen Valaar Pachthofplein kunstgras 12 / 38

Een werfinrichtingsplan dient in onderling overleg opgesteld te worden zodat elke betrokken partij weet waar werkzone, opslag zone, etc. is en wie welk terrein mag gebruiken. Afval dient door elke betrokken partij zelf verzameld en afgevoerd te worden. Bij risicovolle taken die invloed hebben op de andere betrokkenen zal voorafgaandelijk overleg gebeuren. Gebruik van (mobiele) kraan kan enkel in overleg met de hoofdaannemer. De hoofdaannemer kan zijn kraan ter beschikking stellen voor onderling gebruik. Wanneer meerdere hijskranen te gelijk gebruikt worden is het noodzakelijk om een hijsplan op te stellen en dit te bespreken met de VEILIGHEIDSCOÖRDINATOR en het bouwteam. Wanneer met producten gewerkt wordt die schadelijk kunnen zijn voor de werknemers is het verplicht om de andere betrokkenen op de hoogte te brengen van deze werken en de nodige collectieve beschermingsmaatregelen te voorzien (ventilatie, zones tijdelijk afsluiten voor gebruik,etc. ). Indien dit niet mogelijk is, worden de werken best uitgevoerd wanneer er geen andere betrokkenen aanwezig zijn op de werf. Milieuzorgmaatregelen: Gedurende de werken houdt de aannemer zich aan de voorschriften zoals deze bepaald zijn in VLAREM I en II. Het is de aannemer ten strengste verboden afvalstoffen te laten rondslingeren, te sluikstorten, te verbranden, te begraven e.d. op de werf en in de nabijheid van de werf. Het is de aannemer gedurende de werken ten strengste verboden om nieuwe lozingspunten te creëren van DWA - afvoer naar grachten, beken en/of rivieren. De aannemer zal op de werf alle voorzorgsmaatregelen nemen ter voorkoming van grondverontreiniging door oliën of brandstoffen. In het veld opgestelde machines (o.a. bemalingspompen, groepen e.d.) en voorraadtanks zijn met passende lekbeveiligingsconstructies uit te rusten (conform de VLAREM voorschriften). Geluid- en trillingshinder moet op de werf worden beperkt. Hiervoor wordt verwezen naar de richtlijnen Bouwmateriaal en Bouwmachines van de Europese Gemeenschap en overgenomen door het Besluit Vlaamse Executieven van 30/7/92. Inbreuken hierop kunnen aanleiding geven tot het onmiddellijk stilleggen van de werf en onmiddellijke verwijdering van de werf van de verontreinigende toestellen en machines. De aannemer is verplicht op een selectieve wijze bouw- en wegenisonderdelen te slopen en op een gescheiden wijze te verzamelen en af te voeren, inclusief het op selectieve wijze inzamelen van afvalstoffen. De selectieve inzameling is minstens op elke werf te voorzien voor de volgende fracties: - gevaarlijk afval - schoon puin (niet verontreinigd) - metaal - restfractie De selectieve inzameling geschiedt in hiervoor geschikte containers en/of andere zakverpakkingen. Elke container of zakverpakking dient voorzien te worden van een duidelijk en blijvend opschrift. Gevaarlijk afval moet op wettelijke wijze worden opgeslagen en afgevoerd. B-VGP-O_Stad Antwerpen Valaar Pachthofplein kunstgras 13 / 38

Selectieve sloop: Er moet door de aannemer naar gestreefd worden de deelfracties van het puin en afval met volgende rangorde van prioriteiten te behandelen en/of te verwerken: - rechtstreeks herbruik op de werf - recyclagebedrijf - sorteerbedrijf - storten of verbranden Door de aannemer is voor elk van de afvalstoffen en puin vóór de aanvang van de werken een planvoorstel inzake afvoer- en behandeling aan de bouwheer ter goedkeuring voor te leggen. Afvoer van afvalstoffen en puin: de aannemer staat in voor de selectieve afvoer van alle afvalstoffen naar een erkend sorteer- en recyclagebedrijf of stortplaats. Alle puin is door de aannemer rechtstreeks af te voeren naar een puinbreekinstallatie. De aannemer dient ter bewijsvoering een copie van elke vervoerbon of stortbon aan de bouwheer over te maken. Opbraak asbestcementbuizen: de aannemer is verplicht bij opbraak van asbestcementbuizen een selectieve opbraak en afvoer met een afzonderlijke container te voorzien, ongeacht de grootte van de diameter van de leiding (ook indien di < 300 mm). 2.8 Coördinatiestructuur Coördinatiestructuur verplicht: Gezien er tenminste 3 aannemers gelijktijdig werken uitvoeren en de totaliteit van de werken het bedrag van 2.500.000 (excl. btw) overschrijdt of het vermoedelijk werkvolume meer dan 5000 mandagen bedraagt is een coördinatiestructuur verplicht (art.37-39 KB25/01/2001). De coördinator-verwezenlijking zit de coördinatiestructuur voor en roept ze samen op eigen initiatief of op het gemotiveerd verzoek van een lid of van de met het toezicht belaste ambtenaar. Bijdragen tot de organisatie van de coördinatie op de bouwplaats: zorgen voor de vereenvoudiging van o informatie o raadpleging van de verschillende tussenkomende partijen o onderlinge communicatie zorgen voor een efficiënt overleg tussen tussenkomende partijen omtrent de toepassing van de preventiemaatregelen zorgen voor de regeling van elke betwisting of onduidelijkheid inzake de naleving van de preventiemaatregelen adviezeren inzake veiligheid en gezondheid In de praktijk zal de veiligheidscoördinator op regelmatige basis deelnemen aan de wekelijkse werfvergaderingen. Indien nodig zal hij een extra vergadering organiseren. Coördinatiestructuur niet verplicht: Coördinatiestructuur is niet van toepassing voor dit project. B-VGP-O_Stad Antwerpen Valaar Pachthofplein kunstgras 14 / 38