Protocol. de Inspectie voor de Gezondheidszorg. de Nederlandse Zorgautoriteit

Vergelijkbare documenten
Protocol. de Inspectie voor de Gezondheidszorg. de Nederlandse Zorgautoriteit

Ondergetekenden, overwegende dat

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Dit samenwerkingsconvenant vervangt het Samenwerkingsprotocol tussen de AFM en de NZa van 10 september 2007;

Samenwerkingsprotocol. de Stichting Autoriteit Financiële Markten. de Nederlandse Zorgautoriteit

Samenwerkingsconvenant informatieuitwisseling CIZ - NZa

Samenwerkingsprotocol. Consumentenautoriteit Nederlandse Zorgautoriteit

Samenwerkingsprotocol Consumentenautoriteit de Inspectie voor de Gezondheidszorg

Artikel 2 Samenwerking en informatie-uitwisseling met betrekking tot de Wok, Wft en Wwft

Samenwerkingsprotocol. Commissariaat voor de Media. Agentschap Telecom

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Samenwerkingsprotocol Autoriteit Consument en Markt en Commissariaat voor de Media

Protocol. tussen. de Stichting Autoriteit Financiële Markten. de Nederlandse Zorgautoriteit

Samenwerkingsprotocol Consumentenautoriteit Voedsel en Waren Autoriteit

Samenwerkingsprotocol Consumentenautoriteit Commissariaat voor de Media

Samenwerkingsprotocol Consumentenautoriteit Inspectie Verkeer en Waterstaat

b) er overtredingen van wetgeving in de gezondheidszorg zijn die zowel strafrechtelijk als bestuursrechtelijk kunnen worden gesanctioneerd;

Samenwerkingsprotocol NMa-NZa

Samenwerkingsprotocol CBP-IGZ

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Convenant inzake de samenwerking bij het tegengaan van ontoelaatbaar gedrag van (i) externe

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Autoriteit Consument en Markt en Stichting Autoriteit Financiële Markten,

Samenwerkingsprotocol. Autoriteit Consument en Markt. Nederlandse Zorgautoriteit

TOELICHTING SAMENWERKINGSPROTOCOL NZA - CONSUMENTENAUTORITEIT

De werkafspraken hebben vooralsnog alleen betrekking op geneesmiddelenreclame in de zin van hoofdstuk 9 van de Geneesmiddelenwet.

Samenwerkingsprotocol. Consumentenautoriteit - Stichting Autoriteit Financiële Markten

De ondergetekenden, Zijn het volgende overeengekomen: Er is een samenwerkingsverband zonder rechtspersoonlijkheid.

Gelet op de uitkomsten van de evaluatie van het op 13 februari 2013 ondertekende convenant;

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.

de Nederlandse Zorgautoriteit

Langdurige ggz: De zorg geleverd aan verzekerden als bedoeld in artikel van de Wet langdurige zorg (Wlz).

BELEIDSREGEL CA-BR Experiment regelarme instellingen Wlz CONCEPT / PUBLICATIE VOORGENOMEN BESLUIT

Convenant inzake de samenwerking bij het tegengaan van ontoelaatbaar gedrag van (i) externe

Partijen, Autoriteit Consument en Markt, en, Stichting Infofilter. Gelet op de (wettelijke) bepalingen en doelstellingen dat:

Deze regeling is van toepassing op Wlz-uitvoerders als bedoeld in artikel 1, sub e, van de Wmg.

OVEREENKOMST NZa en DBC-Onderhoud inzake DIS (uitwerking artikel 7.9 convenant NZa, CVZ en DBC-Onderhoud)

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Samenwerkingsprotocol ConsuWijzer Consumentenbond

BELEIDSREGEL BR/REG Experiment regelarme instellingen Wlz. Grondslag

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Relatiestatuut Kansspelautoriteit en Ministerie van Veiligheid en Justitie 2015

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Regeling TH/NR-011 Transparantie zorginkoopproces Zvw

Deze beleidsregel heeft tot doel de deelnemende zorgaanbieders de mogelijkheid te bieden om een experiment uit te voeren.

Samenwerkingsprotocol

BELEIDSREGEL CA-BR-1517a. Experiment regelarme instellingen Wlz. Bijlage 17 bij circulaire Care/AWBZ/14/10c

Convenant inzake samenwerking op het gebied van toezicht op accountantsorganisaties. tussen

Macrobeheersinstrument geneeskundige geestelijke gezondheidszorg 2017

Overwegende, In aanmerking genomen:

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Samenwerkingsovereenkomst cliëntenraad BovenIJ Ziekenhuis

Reglement Dienstraden

Reglement Raad van Advies NZa

Samenwerkingsprotocol. Consumentenautoriteit Stichting Reclame Code

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Tweede Kamer der Staten-Generaal

STICHTING AUTORITEIT FINANCIËLE MARKTEN, hierna AFM, Gevestigd te Amsterdam, STICHTING DSI, hierna: DSI, Gevestigd te Amsterdam

SAMENWERKINGSPROTOCOL BUREAU TELECOMMUNICATIE EN POST EN DE FAIR TRADE AUTHORITY CURAÇAO

1.2 De klacht: Een gemotiveerde uiting van ontevredenheid over een concrete gedraging van personen werkzaam bij de zorgaanbieder en haar partners.

Beleidsregel handhaving informatieverstrekking overstapperiode

BELEIDSREGEL CA-BR Experiment proeftuinen meerzorg 2.0 Wlz

Eerste Kamer der Staten-Generaal 1

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Samenwerkingsprotocol CBP-OPTA

Het algemeen bestuur van de gemeenschappelijke regeling Groenalliantie Midden-Holland e.o.;

Samenwerkingsovereenkomst

REGLEMENT GEZAMENLIJKE VERGADERING VAN DE ONDERNEMINGSRAAD EN DE STUDENTENRAAD VAN DE TECHNISCHE UNIVERSITEIT DELFT

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Bij deze brief ontvangt u de herziene Beleidsregel toezichtkader zorgplicht zorgverzekeraars Zvw.

Experiment proeftuinen meerzorg 2.0 Wlz 2018

Beschikbaarheidsbijdrage continuïteit van zorg

Algemeen gegevensbeheer code (AGB-code) Unieke code die aan iedere zorgaanbieder wordt toegekend, waarmee deze kan worden geïdentificeerd.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Samenwerkingsprotocol tussen Autoriteit Consument en Markt en de Consumentenbond

Convenant. het College voor zorgverzekeringen. De Nederlandsche Bank N.V.

Gewijzigde Voorbeeldregeling Melding Vermoeden Misstand 2013

Regeling innovatie voor kleinschalige experimenten

Privacyreglement Medewerkers Welzijn Stede Broec

Waarborgen NZa voor DIS-beheer met het oog op publieke taakuitoefening DBC s

Gewijzigde voorbeeldregeling Melding Vermoeden Misstand. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente ;

Tijdelijke instandlating gevolgen experimenten

Op grond van artikel 56a lid 2 Wmg geeft de NZa ambtshalve toepassing aan artikel 56a leden 1 en 7 Wmg.

Besluit vast te stellen de:

[Aanvrager A] heeft ter onderbouwing van het handhavingsverzoek van 3 augustus 2016 een aantal documenten aan de NZa overlegd.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz.

DERDE NOTA VAN WIJZIGING. Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:

nr Klachtenregeling Veilig Thuis Gooi en Vechtstreek (AMHK Gooi en Vechtstreek)

Deze regeling is voorts van toepassing op zorgverzekeraars als bedoeld in artikel 3.10 hierna.

Het Algemeen Bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio Fryslân

Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een misstand ( Klokkenluidersregeling PO )

3.2 Zorgaanbieder De natuurlijke persoon of rechtspersoon die beroeps- of bedrijfsmatig farmaceutische zorg verleent.

Protocol inzake de samenwerking op het gebied van voogdijvoorzieningen tussen Nederland en de Nederlandse Antillen

Regeling inzake het omgaan met een vermoeden. van een misstand (klokkenluiderregeling)

Toezichtkader SWV PO3002

Klachtenregeling. Regeling met betrekking tot externe klachten. - Bestuur: Het bestuur van Van der Zwet Accountants en Adviseurs;

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.

Reglement Commissie Onderwijs & Onderzoek Raad van Toezicht. Inlichtingen Sandra Vermeulen, Secretaris RvT

gelet op de wenselijkheid over te gaan tot instelling van een Adviescommissie Bezwaar en Beroep;

BELEIDSREGEL AL/BR Overheveling GGZ budget AWBZ-Zvw

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

WET OP DE MEDISCHE HULPMIDDELEN

Transcriptie:

Protocol tussen de Inspectie voor de Gezondheidszorg en de inzake samenwerking en coördinatie op het gebied van beleid, regelgeving, toezicht & informatieverstrekking en andere taken van gemeenschappelijk belang november 2015

Protocol tussen de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) en de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) inzake de samenwerking en coördinatie op het gebied van beleid, regelgeving, toezicht & informatieverstrekking en andere taken van gemeenschappelijk belang Ondergetekenden, gelet op de wettelijke taken van de IGZ als bedoeld in artikel 36 van de Gezondheidswet; gelet op de wettelijke taken van de NZa op basis van de Wmg; overwegende dat met het oog op een effectieve en efficiënte besluitvorming over de wijze van behandeling van aangelegenheden van wederzijds belang en het verzamelen van informatie daarvoor, op grond van artikel 17 Wmg, afspraken dienen te worden gemaakt tussen de IGZ en de NZa; in geval van wederzijds belang en ter waarborging van de doeltreffendheid en doelmatigheid van het toezicht afspraken gemaakt dienen te worden; de uitgangspunten zijn: samenwerking voor zo optimaal mogelijk toezicht van zowel de IGZ als de NZa; het voorkomen van overlap van toezichtinspanningen en het tot een verantwoord minimum beperken van de belasting voor onder toezichtgestelden; het bij de uitoefening van toezichttaken rekening houden met de belangen van de andere partij; het uitwisselen van informatie en waar nodig afstemming ter zake; de IGZ verantwoordelijk is voor de oordeelsvorming over de kwaliteit van het handelen van zorgaanbieders op grond van artikel 19 Wmg; zowel de NZa als de IGZ hun eigen bevoegdheden en verantwoordelijkheden houden op het gebied van handhaving; 2 van 7

Zijn het volgende overeengekomen: Hoofdstuk 1 Inleidende bepaling Artikel 1 Definities In dit protocol wordt verstaan onder: a. protocol: samenwerkingsprotocol IGZ NZa; b. IGZ: Inspectie voor de Gezondheidszorg; c. NZa: de ; d. toezichthouders: IGZ en NZa; e. Wmg: Wet marktordening gezondheidszorg; f. zorgaanbieder: zorgaanbieder in de zin van artikel 1 Wmg; g. handhavingsmaatregelen: bevoegdheden die de NZa en de IGZ in het kader van de hen wettelijk toegekende (toezicht)taak kunnen toepassen. Artikel 2 Reikwijdte 1. In geval van samenloop met het Protocol normnaleving zorgsector gaat het Protocol normnaleving zorgsector voor. Hoofdstuk 2 Samenwerking Artikel 3 Ambtelijk overleg 1. Elke partij wijst binnen zijn organisatie een accounthouder aan. 2. De toezichthouders hebben drie keer per jaar, of zoveel vaker als nodig is, een ambtelijk overleg, waarbij ten minste de accounthouders van IGZ en NZa aanwezig zijn. 3. In dit overleg worden in ieder geval de volgende onderwerpen ter sprake gebracht: - Actualiteiten en beleidsvoornemens die de andere toezichthouder mogelijk raken; - Mogelijke casuïstiek waarbij sprake kan zijn van wederzijds belang, in het bijzonder als het onderzoek bij dezelfde partijen betreft. Voor het handelen van de toezichthouders op dit laatste punt zijn aanvullende werkafspraken gemaakt. 4. Accounthouders binden hun partij niet. Artikel 4 Bestuurlijk overleg 1. De toezichthouders hebben minimaal één keer per jaar, of zoveel vaker als nodig is, een bestuurlijk overleg, waarbij in ieder geval de Inspecteur-generaal van de IGZ of haar/zijn vervanger en een lid van de Raad van Bestuur van de NZa aanwezig zijn. 2. In dit overleg wordt gesproken over onderwerpen van bestuurlijk gewicht en belang. Artikel 5 Expertise benutten De toezichthouders staan elkaar op basis van hun eigen deskundigheid op verzoek met raad en daad bij als er sprake is van activiteiten die duidelijk verband houden met de activiteiten van de ander of zaken waarover de andere partij de nodige kennis bezit. 3 van 7

Artikel 6 Informatie-uitwisseling 1. De toezichthouders stemmen hun informatiebehoefte waar mogelijk af om de hoeveelheid vragen bij zorgaanbieders te stroomlijnen. Zo dragen de NZa en de IGZ er zorg voor dat de informatie bij zorgaanbieders voor zover mogelijk slechts één keer wordt opgevraagd. 2. Indien de NZa en de IGZ voor het uitoefenen van hun wettelijke taken structureel of incidenteel informatie nodig hebben over een zorgaanbieder en die voorhanden is bij de ander, verstrekt de toezichthouder deze informatie aan de ander, voor zover wettelijk mogelijk. 3. Indien mogelijk en van toepassing vragen de IGZ en de NZa informatie op zodanige wijze op dat deze voor de andere partij voor de uitoefening van de wettelijke taken ook bruikbaar is. 4. Informatie (waaronder signalen) over een zorgaanbieder die bij het meldpunt van de IGZ of de NZa wordt ingediend en die van belang kan zijn voor de uitoefening van de wettelijke taken van de andere toezichthouder, wordt aan elkaar verstrekt. Artikel 7 Onderzoeken/interventies 1. Partijen informeren elkaar tijdig over voorgenomen onderzoeken waarbij sprake kan zijn van raakvlakken met de activiteiten van de ander, zodat eventuele wensen van de andere toezichthouder worden meegenomen in het onderzoek. Hierdoor wordt overlap of mogelijke nadelige interferenties zo veel mogelijk voorkomen. 2. Bij gezamenlijke onderzoeken worden de onderscheidenlijke rapporten zo mogelijk gezamenlijk uitgebracht. Artikel 8 Overige samenwerking 1. De toezichthouders faciliteren elkaars contacten met buitenlandse toezichthouders in het kader van informatie-uitwisseling. 2. Op gebieden die niet door dit protocol worden bestreken kan, waar wenselijk en doelmatig, worden samengewerkt. Hoofdstuk 3 Toezicht en handhaving Artikel 9 Toezicht 1. De NZa volgt het oordeel van de IGZ over de kwaliteit van het handelen van zorgaanbieders. Als zo n oordeel ontbreekt kan de NZa de IGZ vragen om een oordeel te geven. Dit oordeel kan vervolgens door de NZa gebruikt worden in de onderbouwing van haar toezicht. 2. Handhavingsmaatregelen worden door ieder der toezichthouders zelfstandig binnen hun verantwoordelijkheidsgebied getroffen. 3. Voor zover één van beide toezichthouders bij de uitoefening van zijn taken (tevens) een vermoedelijke overtreding constateert van normen op de naleving waarvan de andere toezichthouder toezicht houdt, dan meldt hij dit zo spoedig mogelijk aan de andere toezichthouder, onder verstrekking van de informatie waaruit de vermoedelijke overtreding blijkt. Is volgens de andere toezichthouder het vermoeden juist dat sprake is 4 van 7

van een overtreding waarop hij toezicht houdt, dan is hij de aangewezen partij om te besluiten of verder onderzoek dan wel interventie wenselijk of noodzakelijk is. 4. De NZa en IGZ betrekken elkaar bij de voorbereiding en uitvoering van onderzoeken indien dat voor het verrichten van ieders onderscheidenlijke wettelijke taken relevant is. Indien een toezichthouder een besluit neemt in een geval waarin de andere toezichthouder is geconsulteerd, geeft hij bij dat besluit in overleg op hoofdlijnen de overwegingen weer van de andere toezichthouder. 5. De toezichthouders reageren zo spoedig mogelijk op onderlinge verzoeken. In geval van spoedeisendheid kan op verzoek van één der toezichthouders door middel van ambtelijk overleg of door contact tussen de accounthouders terstond overleg plaatsvinden. Artikel 10 Handhavingsmaatregelen 1. De toezichthouders wisselen informatie uit die relevant kan zijn voor de ander met het oog op het nemen van handhavingsmaatregelen. 2. Daar waar sprake is van wederzijds belang (tenzij dat door urgentie niet mogelijk is) overleggen de IGZ en de NZa voorafgaand aan het treffen van een maatregel met elkaar. 3. De IGZ dan wel de NZa informeert de andere toezichthouder over genomen maatregelen indien dat in het belang van de uitoefening van de taken wenselijk wordt geacht. Hoofdstuk 4 Beleid, regelgeving en (inter)nationaal overleg Artikel 11 Beleid en regelgeving 1. De toezichthouders voeren overleg en indien vereist bereiken overeenstemming over beleids- en/of toezichtkaders, voor zover dat zowel het toezicht van de IGZ als het toezicht van de NZa aangaat. 2. De toezichthouders informeren elkaar op eigen initiatief over wijzigingen in eigen beleid of regelgeving indien die van belang worden geacht voor de uitoefening van de wettelijke taken van de andere toezichthouder. Artikel 12 Nationaal en internationaal overleg 1. De toezichthouders adviseren gevraagd en ongevraagd gezamenlijk (al naar gelang het onderwerp dat voorligt) de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over aangelegenheden van beleid en regelgeving, voor zover dat een samenhang of overlap betreft tussen het toezicht van de IGZ en het toezicht door de NZa. 2. De toezichthouders informeren elkaar aangaande de actualiteiten binnen de internationale samenwerkingsverbanden. Desgevraagd kunnen de toezichthouders deelnemen aan elkaars internationale werkgroepen. Er vindt afstemming plaats over de participatie van de toezichthouders aan de Raads- en andere werkgroepen met betrekking tot Europese richtlijnen. 5 van 7

Hoofdstuk 5 Coördinatie Artikel 13 Werkafspraken De toezichthouders kunnen over een aantal onderwerpen als gesteld in het onderhavige protocol nadere werkafspraken maken en vastleggen. Artikel 14 Bekostiging toezicht 1. Er vinden geen onderlinge verrekeningen plaats voor de bekostiging van de samenwerking tussen de IGZ en de NZa op grond van dit protocol. 2. Indien één van de toezichthouders van mening is dat de afspraak als genoemd in het eerste lid buiten toepassing gelaten dient te worden, wordt in het structureel overleg ten aanzien van de dekking van kosten die ontstaan wegens werkzaamheden die zij (mede) voor elkaar verrichten bij het toezicht, een besluit genomen. Artikel 15 Naleving, wijziging en evaluatie 1. De toezichthouders bespreken jaarlijks tijdens het bestuurlijk overleg of de in dit protocol neergelegde afspraken worden nageleefd. 2. Indien naar het oordeel van één van de toezichthouders de noodzaak bestaat tot wijziging van het protocol, treden de toezichthouders over de noodzaak tot wijziging ervan in overleg. 3. De toezichthouders zullen de uitvoering en werking van dit protocol iedere vier jaar, of vaker indien nodig, uitgebreider evalueren. De eerste evaluatie vindt plaats uiterlijk vier jaar na de inwerkingtreding van dit protocol. Artikel 16 Geheimhouding De toezichthouders wisselen onderling informatie uit met inachtneming van de artikelen 17, 65, 67 en 70 Wmg en andere van toepassing zijnde wettelijke voorschriften. Artikel 17 Inwerkingtreding Dit protocol treedt in werking na publicatie in de Staatscourant. Artikel 18 Slotbepaling In gevallen waarin dit protocol niet voorziet, treden de toezichthouders in overleg en streven zij ernaar te beslissen in overeenstemming. 6 van 7

Aldus overeengekomen en in tweevoud ondertekend te Utrecht op 9 december 2015. Inspectie voor de Gezondheidszorg Mw. Dr. J.A.A.M van Diemen-Steenvoorde Inspecteur-generaal voor de Gezondheidszorg Mw. dr. M.J. Kaljouw voorzitter Raad van Bestuur Dit protocol wordt gepubliceerd in de Staatscourant en zal tevens te vinden zijn op de website van de NZa en de IGZ. 7 van 7