Halfjaarlijks financieel verslag per 30 juni Groep Brussel Lambert



Vergelijkbare documenten
Nettoresultaat EUR 297 miljoen (EUR 98 miljoen) EUR 1,91 (EUR 0,63)

Nettoresultaat EUR 596 miljoen (EUR miljoen) EUR 3,84 (EUR 6,91)

Nettoresultaat (globaal/per aandeel) EUR 848 miljoen (EUR 588 miljoen) EUR 5,44 (EUR 4,01)

Groep Brussel Lambert 4 september 2003

Halfjaarlijks financieel verslag per 30 juni Groep Brussel Lambert

1. Voorstelling van de geconsolideerde resultaten. Groep Brussel Lambert 26 maart Persbericht

Groep Brussel Lambert 31 juli 2007

Gewone Algemene Vergadering

Halfjaarresultaten per 30 juni 2012

Groep Brussel Lambert 3 september 2002

Resultaten per 30 september 2012

Resultaten op 31 maart 2013

Nettoresultaat (globaal/per aandeel) EUR 555 miljoen (EUR 458 miljoen) EUR 3,56 (EUR 3,23)

Halfjaarlijks verslag per 30 juni Groep Brussel Lambert

Persbericht Fluxys Belgium 27 maart 2019 Gereglementeerde informatie: resultaten 2018

Halfjaarverslag per 30 juni 2008

Halfjaarlijks. financieel verslag per 30 juni Groep Brussel Lambert

Persbericht Fluxys Belgium

Nettoresultaat (deel van de groep) EUR 416 miljoen (EUR 297 miljoen) EUR 2,68 (EUR 1,91)

HUNTER DOUGLAS RESULTATEN EERSTE HALFJAAR 2015

CASHRESULTAAT EN DIVIDEND SOLVAC STABIEL IN 2009 VERGELEKEN MET 2008

CMB Persmededeling Gereglementeerde informatie Press release- Regulated information

SOLVAC: DIVIDENDVOORSCHOT ONVERANDERD OP 2,20 EUR NETTO

SOLVAC : CASH-RESULTAAT EN DIVIDEND STABIEL IN 2010 IN VERGELIJKING MET 2009

Beluga JAARRESULTATEN 2006

Stijging toegevoegde waarde in lijn met stijging volumes van 11% Stijging ebitda met meer dan 15% Stijging Resultaat na belasting met meer dan 40%

HUNTER DOUGLAS N.V., Piekstraat 2, 3071 EL Rotterdam, Nederland, Tel , Telefax HUNTER DOUGLAS RESULTATEN 2011

Sterke stijging Ebitda en netto resultaat Verhoging dividend

Groep Brussel Lambert 12 september 2006

RESILUX Halfjaarlijks financieel verslag per 30 juni 2012 INHOUDSTAFEL

David Plas. Financiële presentatie

Persbericht Embargo, 1 augustus 2014 om 17u40 GEREGLEMENTEERDE INFORMATIE HALFJAARLIJKS FINANCIEEL VERSLAG

FINANCIEEL HALFJAARVERSLAG OPGESTELD OP 30 JUNI 2008 Gereglementeerde informatie volgens het Koninklijk Besluit van 14 november 2007

Geconsolideerde winst- en verliesrekening (in miljoen euro)

HUNTER DOUGLAS N.V., Piekstraat 2, 3071 EL Rotterdam, Nederland, Tel , Telefax HUNTER DOUGLAS RESULTATEN Q1 2012

Stijging toegevoegde waarde in lijn met stijging volumes van 11% Stijging ebitda met meer dan 15% Stijging Resultaat na belasting met meer dan 40%

Geconsolideerde winst- en verliesrekening

Gewone Algemene Vergadering Financiële presentatie

Gerealiseerde investeringen en acquisities zorgen voor een groei van de toegevoegde waarde (+14.3%), de ebitda (+13.9%) en de netto-winst (+17.

Financiële staten. a) IAS 1, Presentatie van de jaarrekening

Geconsolideerde jaarrekening

SOFINA GECONSOLIDEERDE FINANCIËLE STATEN OP 30 JUNI 2012

Omzet 293,7 miljoen (+1%) Toegevoegde waarde (*1) 74,5 miljoen (+3%) Bruto bedrijfskasstroom (EBITDA) (*1) 40,2 miljoen (+4%)

SOFINA GECONSOLIDEERDE REKENINGEN OP 30 JUNI 2009

Halfjaarverslag per 30 juni 2006

EURONAV. Verkorte tussentijdse geconsolideerde rekeningen voor de periode van zes maanden eindigend op 30 juni /08/ :05

GBL Jaarlijks financieel verslag 2009

Omzet bereikt recordhoogte van 2,5 miljard en stevige prestaties in 2013

Gewone Algemene Vergadering 13 april 2010

HUNTER DOUGLAS N.V., Piekstraat 2, 3071 EL Rotterdam, Nederland, Tel , Telefax HUNTER DOUGLAS RESULTATEN Q1 2014

Omzet 148,6 miljoen (+1%) Toegevoegde waarde 37,2 miljoen (+10%) Bruto bedrijfskasstroom (EBITDA) 20,2 miljoen (+12%)

Tessenderlo Group: resultaten eerste kwartaal 2007

Sterke groei van de Resilux kern business : stijging van de volumes met 9% zorgt voor toename Ebitda met 12%

HUNTER DOUGLAS N.V., Piekstraat 2, 3071 EL Rotterdam, Nederland, Tel , Telefax HUNTER DOUGLAS RESULTATEN EERSTE HALFJAAR 2011

Financiële kalender

RESILUX Halfjaarlijks financieel verslag per 30 juni 2010 INHOUDSTAFEL

Geconsolideerde winst- en verliesrekening (in miljoen euro)

Groep Brussel Lambert. Gewone Algemene Vergadering 25 april 2006

Beluga GEREGLEMENTEERDE INFORMATIE TUSSENTIJDS FINANCIEEL VERSLAG PER 30/06/2011 PERSBERICHT PER 31/08/2011. Tussentijds jaarverslag

Geconsolideerde winst- en verliesrekening (in miljoen euro)

EMBARGO TOT EN MET MAANDAG 19 DECEMBER U.

Gewone Algemene Vergadering 2014 Financiële presentatie

HUNTER DOUGLAS RESULTATEN Q1 2015

JAARVERSLAG 2018 CREATIVE SPIRIT, SUSTAINABLE IDEAS

PERSBERICHT HALFJAARRESULTATEN. IMMOBEL kondigt sterke resultaten aan voor het eerste halfjaar van 2014.

BETER BED HOLDING NV HALFJAARCIJFERS 2009

Groep Brussel Lambert

Beluga. GEREGLEMENTEERDE INFORMATIE TUSSENTIJDS FINANCIEEL VERSLAG PER 30/06/2013 PERSBERICHT PER 30/08/ u00. Tussentijds jaarverslag

Beluga. GEREGLEMENTEERDE INFORMATIE JAARRESULTATEN 2013 PERSBERICHT PER 28/02/ u00. Jaarlijks communiqué

Jaarresultaten Hogere winst exclusief joint venture Airolux met lagere Ebitda

SOLVAC: DIVIDENDVOORSCHOT BEPAALT OP 2,20 EUR NETTO

Voornaamste financiële gegevens. Cash earnings ,4% 489 Nettoresultaat

RESILUX Halfjaarlijks financieel verslag per 30 juni 2011 INHOUDSTAFEL

Gewone Algemene Vergadering Strategie en actieplan

Beluga. GEREGLEMENTEERDE INFORMATIE JAARRESULTATEN 2012 PERSBERICHT PER 28/02/ u00. Jaarlijks communiqué

SOLVAC: CASHRESULTAAT 8,5% HOGER DIVIDENDVOORSCHOT ONVERANDERD OP 2,20 EUR NETTO

PERSMEDEDELING 20 augustus 2009

Persbericht 1 e Halfjaar cijfers 2013

Aantal werknemers * Het resultaat na belasting en het eigen vermogen zijn gedeeld door aandelen.

Inhoudstafel: 1. Halfjaarverslag raad van bestuur Miko per 30 juni 2009 OMZET

Miko NV Steenweg op Mol Turnhout KBO nr RPR Turnhout

Toename van de winst met meer dan 10% Verhoging van dividend

HUNTER DOUGLAS RESULTATEN EERSTE HALFJAAR 2016

Resultaten op 31 maart 2014

HUNTER DOUGLAS N.V., Piekstraat 2, 3071 EL Rotterdam, Nederland, Tel , Telefax HUNTER DOUGLAS RESULTATEN NEGEN MAANDEN 2013

SOFINA GECONSOLIDEERDE JAARREKENING OP 30 JUNI 2011

Resultaten Miko per 30 juni Omzet + 5,1 % - Nettowinst + 2,1 % - EBIT + 1,4 %

OMZET Nederland Duitsland

JAARRESULTATEN IMMOBEL kondigt een kleine winst aan, ondanks het uitstel van de verkoop van het Belair 1 project tot begin 2014

Halfjaarlijks financieel verslag

PERSBERICHT - AANKONDIGING JAARRESULTATEN Gereglementeerde informatie. Embargo tot 17 maart 2015, 17h40. The innovative packaging company

RESILUX Halfjaarlijks financieel verslag per 30 juni 2009 INHOUDSTAFEL

Gewone Algemene Vergadering Actieplan en verwezenlijkingen 2012

Miko NV Steenweg op Mol Turnhout KBO nr RPR Turnhout. Halfjaarlijks financieel verslag 2017

Miko N.V. Steenweg op Mol Turnhout KBO nr RPR Turnhout. Halfjaarlijks financieel verslag 2016

Geconsolideerde winst- en verliesrekening (in miljoen euro)

Stijging EBITDA en volumegroei Schulden herleid tot minimaal niveau Sterke toename van de netto winst Betaling van dividend

Groep Brussel Lambert 13 september 2005

Kerngegevens 30-jun dec jun-17. Bedrijfsresultaat (x 1.000) Netto resultaat (x 1.000)

Jaarrekening. Innovatieve medicijnen, gericht op het verbeteren. van mensenlevens. Geconsolideerde jaarrekening voor het boekjaar 2017

Transcriptie:

Halfjaarlijks financieel verslag per 30 juni 2010 Groep Brussel Lambert

Groep Brussel Lambert Voor meer inlichtingen over GBL, gelieve u te richten tot Carine Dumasy Tel.: +32-2-289.17.17 Fax: +32-2-289.17.37 e-mail: cdumasy@gbl.be http://www.gbl.be

Halfjaarlijks financieel verslag per 30 juni 2010 Gegevens eind juni 2010 en 2009, globaal en per aandeel Globaal in miljoen EUR Per aandeel in EUR 30 juni 2010 30 juni 2009 30 juni 2010 30 juni 2009 Nettoresultaat 297 98 1,91 0,63 Nettoresultaat zonder waardeverminderingen 317 353 2,04 2,27 Cash earnings 361 371 2,24 2,30 Aangepast netto-actief 12.671 12.299 78,53 76,22 De berekeningsmethode per aandeel steunt op het aantal uitgegeven aandelen op 30 juni (161,4 miljoen), behalve voor het nettoresultaat per aandeel, waarvoor, in toepassing van de IFRS, wordt verwezen naar het gewogen gemiddelde aantal gewone aandelen (155,1 miljoen effecten in 2010). De Raad van Bestuur van GBL van 30 juli 2010 heeft de volgens IFRS geconsolideerde financiële staten van GBL voor het eerste halfjaar van 2010 afgesloten. Deze rekeningen zijn in overeenstemming met IAS 34 (Tussentijdse Financiële Verslaggeving) en werden onderworpen aan een beperkte controle door de Commissaris Deloitte. Het geconsolideerd nettoresultaat per 30 juni 2010 bedraagt EUR 297 miljoen, tegen EUR 98 miljoen over dezelfde periode van 2009. Deze evolutie weerspiegelt het behoorlijke niveau van de cash earnings van de vennootschap en de hogere bijdrage van de vennootschappen waarop vermogensmutatie wordt toegepast (+ EUR 50 miljoen). Voorts werden in 2010 slechts voor EUR 20 miljoen waardeverminderingen geboekt op de participatie in Iberdrola, terwijl vorig boekjaar deze lasten opliepen tot EUR 235 miljoen met betrekking tot Pernod Ricard en Iberdrola. In totaal, gaat het geconsolideerd nettoresultaat er met EUR 199 miljoen op vooruit. De cash earnings zijn stabiel gebleven op EUR 361 miljoen tegen EUR 371 miljoen in 2009. De uitzonderlijke uitkering door GDF SUEZ in 2009 werd immers deels gecompenseerd door de toename van de dividenden van Lafarge, Imerys en Pernod Ricard, die het gevolg zijn van de bijkomende investeringen van GBL in deze deelnemingen die sinds juni 2009 EUR 642 miljoen bedragen. Het aangepast netto-actief van GBL per 30 juni 2010 bedraagt EUR 78,53 tegen EUR 94,40 in december 2009 en is het gevolg van de evolutie van de beurskoersen van de deelnemingen sinds het begin van het jaar op een zeer volatiele markt. De beurskoers van GBL (EUR 57,14 per 30 juni 2010) is, in de lijn van de indexen Cac 40 en Eurostoxx 50, met 13,4% gedaald ten opzichte van het einde van het jaar. Een deel van deze daling, hetzij 3,7%, houdt verband met het afknippen van de coupon GBL die in 2010 werd uitbetaald. *** Om de financiering op middellange termijn veilig te stellen, heeft GBL de gunstige marktvoorwaarden aangegrepen om in juni 2010 een lening uit te schrijven van EUR 350 miljoen op 7,5 jaar. Deze obligatielening, bestemd voor particulieren in België en het Groothertogdom Luxemburg, levert een rente op van 4,0%. Bovendien heeft GBL op 30 juni voor een gecumuleerd bedrag van EUR 98 miljoen omruilbare obligaties ingekocht die in 2012 vervallen. Op geconsolideerde basis, levert deze verrichting een rendement van 3,7% op. De langlopende schulden van GBL zijn zodoende al volgt samengesteld: EUR 337 miljoen omruilbare obligaties GBL met vervaldag in april 2012; EUR 350 miljoen obligaties met vervaldag in december 2017. Tijdens het eerste halfjaar 2010 heeft GBL haar belang in Pernod Ricard opgetrokken van 9,1% tot 9,8%, voor een bedrag van zowat EUR 110 miljoen, hetzij EUR 61,4 per aandeel. Eind juni beschikte GBL over om en bij de EUR 570 miljoen liquide middelen en quasi liquide middelen, inclusief het product van de uitgegeven obligatielening 2017. Rekening gehouden met de 3,8% eigen aandelen, gewaardeerd op EUR 346 miljoen, en de schulden ten bedrage van EUR 687 miljoen, bedragen de netto liquide middelen per 30 juni 2010 ongeveer EUR 230 miljoen. GBL Halfjaarlijks financieel verslag / 1

1. Portefeuille en aangepast netto-actief van GBL op 23 juli 2010 Portefeuille Aangepast netto-actief % in kapitaal Beurskoers (in EUR) (in miljoen EUR) Total 4,0 38,14 3.583 GDF SUEZ 5,2 25,31 2.966 Lafarge 21,1 43,12 2.600 Pernod Ricard 9,8 62,61 1.623 Imerys 30,6 45,25 1.046 Suez Environnement 7,1 14,45 506 Iberdrola 0,6 5,30 167 Private equity - - 162 Arkema en andere deelnemingen - - 100 Portefeuille 12.753 Nettocash/trading/eigen aandelen 373 Aangepast netto-actief 13.126 Aangepast netto-actief per aandeel (in EUR) 81,35 Beurskoers (in EUR) 58,92 Het aantal uitstaande aandelen bedraagt 161.358.287. De thesaurie per 23 juli houdt rekening met de inning begin juli van de dividenden van Lafarge, Pernod Ricard en Iberdrola (EUR 143 miljoen). 2. Geconsolideerd halfjaarresultaat (IFRS) in miljoen EUR Cash earnings Mark to market en andere non cash 30 juni 2010 30 juni 2009 Eliminaties, meerwaarden, Geassocieerde waardeverminderingen ondernemingen en Gecon- Gecon- terugnemingen solideerd solideerd Nettoresultaat van de geassocieerde ondernemingen - - 125,2-125,2 75,5 Nettodividenden van deelnemingen 370,8 - - (144,0) 226,8 304,0 Opbrengsten en kosten van interesten (4,8) (2,0) - - (6,8) (4,7) Andere financiële opbrengsten en kosten 6,2 (21,5) - - (15,3) (10,0) Andere bedrijfsopbrengsten en -kosten (11,3) (2,1) - - (13,4) (11,9) Resultaten op overdrachten, waardeverminderingen en terugnemingen van niet-courante activa - - - (20,4) (20,4) (255,6) Belastingen - 0,6 - - 0,6 0,5 Geconsolideerd resultaat (6 maanden 2010) 360,9 (25,0) 125,2 (164,4) 296,7 Gewoon resultaat per aandeel 1,91 Verwaterd resultaat per aandeel 1,91 Geconsolideerd resultaat (6 maanden 2009) 371,3 8,3 75,5 (357,3) 97,8 Gewoon resultaat per aandeel 0,63 Verwaterd resultaat per aandeel 0,63 Het gewogen gemiddeld aantal aandelen gebruikt voor de berekening van het gewoon resultaat per aandeel bedraagt 155.186.234 (155.792.046 per 30 juni 2009). Voor de berekening van het verwaterd resultaat per aandeel bedraagt het 159.398.376 (155.792.046 per 30 juni 2009). GBL Halfjaarlijks financieel verslag / 2

2.1. Cash earnings (EUR 361 miljoen tegen EUR 371 miljoen) Nettodividenden in miljoen EUR 30 juni 2010 30 juni 2009 Lafarge 120,9 82,5 Total (saldo) 101,8 99,7 GDF SUEZ (uitzonderlijk) - 93,7 GDF SUEZ (saldo) 78,5 70,3 Imerys 23,1 19,2 Suez Environnement 22,8 22,8 Pernod Ricard (voorschot) 15,8 11,4 Iberdrola (saldo) 6,2 4,6 Andere 1,7 1,5 Totaal 370,8 405,7 Het uitzonderlijk dividend van GDF SUEZ van EUR 94 miljoen in 2009 buiten beschouwing gelaten, zijn de nettodividenden van de deelnemingen over het eerste halfjaar 2010 met EUR 59 miljoen toegenomen. Die stijging is toe te schrijven aan het gecombineerd effect van: de aanvullende bijdrage van EUR 42 miljoen, ingevolge de investeringen in Lafarge en Imerys, ter gelegenheid van de in 2009 doorgevoerde kapitaalverhogingen, met een ongewijzigd dividend per aandeel; de inning van het standvastig dividend van Total en Suez Environnement; de stijging met EUR 14 miljoen van de dividenden van GDF SUEZ en Pernod Ricard: enerzijds hebben GDF SUEZ en Pernod Ricard een dividend uitgekeerd dat respectievelijk 12% en 22% is toegenomen en, anderzijds, heeft GBL, sinds juni 2009, in Pernod Ricard een bedrag geïnvesteerd van om en bij de EUR 150 miljoen. De interestlasten bedragen EUR - 5 miljoen en houden gelijke tred met die van 2009. De in juni 2010 uitgeschreven obligatielening zal pas in het tweede halfjaar het resultaat 2010 beïnvloeden. De andere financiële opbrengsten en kosten bedragen EUR 6 miljoen, tegen EUR - 22 miljoen in 2009. In het eerste halfjaar 2009 werd immers een verlies van EUR 40 miljoen geleden ten gevolge van de afwikkeling van tradingoperaties. De andere bedrijfsopbrengsten en -kosten bleven stabiel op ongeveer EUR 11 miljoen. 2.2. Mark to market en andere non cash (EUR - 25 miljoen tegen EUR 8 miljoen) in miljoen EUR 30 juni 2010 30 juni 2009 Opbrengsten en kosten van interesten (2,0) (1,9) Andere financiële opbrengsten en kosten (21,5) 11,5 Andere bedrijfsopbrengsten en -kosten (2,1) (1,8) Belastingen 0,6 0,5 Totaal (25,0) 8,3 Deze post omvat op 30 juni 2010 voornamelijk de actuariële afschrijving van de omruilbare obligaties (EUR - 2 miljoen), de schommelingen van de reële waarde van de optie-instrumenten (EUR - 7 miljoen) en de eliminatie van het dividend op de eigen aandelen (EUR - 15 miljoen). In 2009 omvatte deze post daarenboven een terugneming van EUR 34 miljoen op de bovenvermelde tradingoperatie. GBL Halfjaarlijks financieel verslag / 3

2.3. Geassocieerde ondernemingen (EUR 125 miljoen tegen EUR 76 miljoen) De nettobijdrage van de geassocieerde ondernemingen bedraagt EUR 125 miljoen tegen EUR 76 miljoen over dezelfde periode van 2009: in miljoen EUR 30 juni 2010 30 juni 2009 Lafarge 82,8 78,3 Imerys 36,5 3,6 ECP 5,9 (6,4) Totaal 125,2 75,5 Lafarge (EUR 83 miljoen tegen EUR 78 miljoen) Na een eerste kwartaal 2010, dat gekenmerkt werd door een moeilijk economisch klimaat in Europa en de Verenigde Staten en bijzonder ongunstige weersomstandigheden voor de bouwmarkt in de ontwikkelde landen en sommige opkomende landen, vertoont het tweede kwartaal een gunstiger beeld, met een verbetering van de volumes in Noord- Amerika, tekenen van stabilisatie in de landen van Noord-Europa en tegenstrijdige tendensen in de opkomende landen. Onder dergelijke omstandigheden is de halfjaaromzet, ten bedrage van EUR 7.712 miljoen, 3% (4% met ongewijzigde consolidatiekring en wisselkoersen) teruggelopen en het courant bedrijfsresultaat van EUR 1.072 miljoen, 5% (- 9% met ongewijzigde consolidatiekring en wisselkoersen) achteruitgegaan. De over het algemeen solide cementprijs, de dalende energiefactuur en de door de groep geleverde belangrijke inspanningen tot kostenverlaging ondersteunden de operationele marge, die voor de hele groep 13,9% bereikt, en voor de afdeling Cement zelfs de 20% overschrijdt, en zulks niettegenstaande de terugval van de volumes over het eerste halfjaar. In het tweede kwartaal is de EBITDA-marge van de afdeling Cement met 110 basispunten opgelopen tot 32,7%. Het nettoresultaat over de periode komt uit op EUR 393 miljoen, tegen EUR 370 miljoen over het eerste halfjaar 2009. Het effect van de aanpassing van de voorzieningen voor het geschil Cement Duitsland in 2009 en de meerwaarde op de overdracht van de effecten Cimpor in 2010 buiten beschouwing gelaten, is het nettoresultaat deel van de groep 29% achteruitgegaan. De forse waardestijging van de dollar en het pond sterling ten opzichte van de euro op 30 juni 2010 gaf aanleiding tot een nadelig omrekeningverschil op de schuld van EUR 1 miljard ten opzichte van 31 december 2009. Overigens blijft de groep zijn inspanningen tot verbetering van zijn liquiditeit en zijn financiële structuur voortzetten. Aldus heeft de groep per eind juli 2010 voor EUR 350 miljoen desinvesteringen doorgevoerd in het kader van zijn in februari 2010 aangekondigd plan tot overlatingen van EUR 300 tot 500 miljoen. Op dezelfde datum werden eveneens alle vervaldagen 2010 van de langlopende schuld van Lafarge geherfinancierd en werden de bevestigde en niet-opgenomen kredietlijnen, zowel qua bedrag als looptijd, uitgebreid en tot EUR 3,8 miljard opgetrokken met een gemiddelde maturiteit van meer dan drie jaar. Imerys (EUR 37 miljoen tegen EUR 4 miljoen) Imerys realiseerde over het eerste halfjaar 2010 een omzet van EUR 1.623 miljoen, 18% meer dan over dezelfde periode van 2009. Daarin is een gunstig wisselkoerseffect verwerkt van EUR 35 miljoen, ten gevolge van de verzwakking van de gemiddelde wisselkoers van de euro ten opzichte van de andere munten met uitzondering van de Amerikaanse dollar, en een consolidatiekringeffect van EUR - 6 miljoen. Imerys kon immers voordeel trekken uit de over het algemeen aantrekkende economische activiteit, die gestimuleerd werd door het krachtig effect van de heraanvulling van de voorraden, vooral in activiteiten die verband houden met de industriële uitrusting. In de opkomende landen, die 26% van de verkopen voor hun rekening nemen, werd de groei doorgezet. Dankzij een forse bijdrage van de volumes en een behoorlijke beheersing van de vaste en variabele kosten, ging het courant bedrijfsresultaat er met 88% op vooruit tot EUR 207 miljoen. Het nettoresultaat, deel van de groep, bedraagt EUR 119 miljoen, tegen EUR 12 miljoen over het eerste halfjaar 2009. De industriële ontwikkeling van Imerys wordt voortgezet met de indienstneming, in het tweede kwartaal 2010, van een nieuwe fabriek voor de vervaardiging van calciumcarbonaat voor papier in China en de verwerving, op 26 juli 2010, van Para Pigmentos S.A., een Braziliaanse producent van kaolien voor papier. Ergon Capital Partners / Ergon Capital Partners II (ECP) (EUR 6 miljoen tegen EUR - 6 miljoen) De bijdrage van ECP tot het resultaat van GBL per 30 juni 2010 bedraagt EUR 6 miljoen, tegen EUR - 6 miljoen per 30 juni 2009. De schommeling is hoofdzakelijk te wijten aan de evolutie van de boekhoudkundige waardering van de portefeuille. GBL Halfjaarlijks financieel verslag / 4

2.4. Eliminaties en meerwaarden (EUR - 164 miljoen tegen EUR - 357 miljoen) in miljoen EUR 30 juni 2010 30 juni 2009 Waardeverminderingen op genoteerde deelnemingen (20,4) (234,7) Pernod Ricard - (198,2) Iberdrola (20,4) (36,5) Andere - (20,9) Eliminaties van de dividenden (Lafarge en Imerys) (144,0) (101,7) Totaal (164,4) (357,3) Ter herinnering: wegens de daling van de financiële markten heeft GBL, met inachtneming van de IFRS, EUR 637 miljoen gecumuleerde waardeverminderingen geboekt op de deelnemingen in Pernod Ricard en Iberdrola waarvan EUR 402 miljoen in 2008 en EUR 235 miljoen in 2009. De slotkoers van Iberdrola per 30 juni 2010 bedroeg EUR 4,63 per aandeel. Dienvolgens was GBL, in toepassing van de IFRS, verplicht om een bijkomende waardevermindering van EUR 20 miljoen op Iberdrola te boeken. De gecumuleerde waardevermindering op Iberdrola bedraagt sindsdien EUR 144 miljoen. Op Pernod Ricard had GBL een waardevermindering van EUR 513 miljoen geboekt. De geconsolideerde nettowaarde van deze deelneming bedraagt derhalve EUR 41,2 per aandeel. Op basis van de beurskoers van EUR 63,98 per 30 juni 2010 komt evenwel een latente meerwaarde van EUR 76 miljoen te voorschijn, bovenop de waardevermindering die niet langer verantwoord zou zijn. Overeenkomstig de IFRS mag deze terugneming echter niet in resultaat worden genomen. Gelet op de daling van de beurskoers van Lafarge moest op deze deelneming een impairment test worden uitgevoerd. Daaruit is gebleken dat bij de afsluiting per 30 juni geen waardevermindering op de geconsolideerde waarde (EUR 69,0 per aandeel) verantwoord is op grond van de beschikbare informatie op die datum. De nettodividenden van de deelnemingen waarop vermogensmutatie wordt toegepast werden geëlimineerd. Het betreft een bedrag van EUR 144 miljoen afkomstig van Lafarge en van Imerys. GBL Halfjaarlijks financieel verslag / 5

3. Globaal resultaat Resultaat van de periode (nota 2 supra) 30 juni 2010 30 juni 2009 Rechtstreeks in eigen vermogen Globaal Globaal geboekte bestanddelen resultaat resultaat in miljoen EUR Mark to market Geassocieerde ondernemingen Bijdragen van de deelnemingen 331,6 (1.585,8) 466,4 (787,8) (836,9) GDF SUEZ 78,5 (795,1) - (716,6) (866,0) Suez Environnement 22,8 (88,9) - (66,1) 36,8 Total 101,8 (755,3) - (653,5) 59,3 Lafarge 82,8-394,8 477,6 25,8 Imerys 36,5-71,6 108,1 24,3 Pernod Ricard 15,8 86,8-102,6 (84,5) Iberdrola (14,2) (43,6) - (57,8) - Andere 7,6 10,3-17,9 (32,6) Andere opbrengsten en kosten (34,9) 0,0 0,0 (34,9) (26,1) 30 juni 2010 296,7 (1.585,8) 466,4 (822,7) 30 juni 2009 97,8 (929,1) (31,7) (863,0) Overeenkomstig IAS 1 publiceert GBL een globaal geconsolideerd resultaat, dat integraal deel uitmaakt van de geconsolideerde financiële staten. Dit globaal resultaat per eind juni 2010 bedraagt EUR - 823 miljoen, tegen EUR - 863 miljoen in 2009. Die evolutie is voornamelijk te wijten aan de schommeling van de beurskoers van de deelnemingen van de portefeuille. Dit globaal resultaat staat voor de wijziging in het eigen vermogen over het eerste halfjaar 2010, zonder de uitkering van het dividend van GBL. Het wordt berekend op basis van het geconsolideerd resultaat over de verslagperiode (EUR 297 miljoen), waarbij het effect van de beurs op de voor verkoop beschikbare deelnemingen (Total, GDF SUEZ, Pernod Ricard, enz.) (EUR - 1.586 miljoen) en de wijzigingen in het eigen vermogen van de geassocieerde ondernemingen (EUR 466 miljoen) wordt gevoegd. 4. Risicofactoren Alle belangrijke deelnemingen van de portefeuille die door GBL worden aangehouden zijn blootgesteld aan specifieke risico s die werden toegelicht in het jaarlijks financieel verslag van GBL per 31 december 2009 (p. 110), dat voor nadere informatie verwijst naar de websites van de verschillende deelnemingen. De eigen risico s van GBL per 31 december 2009 worden toegelicht in het jaarlijks financieel verslag van GBL (p. 110-111). Tijdens het tweede halfjaar 2010 blijft GBL aan dezelfde risico s onderworpen. 5. Vooruitzichten voor het boekjaar 2010 Het leeuwenaandeel van de nettodividenden van de deelnemingen die de cash earnings van GBL uitmaken, wordt in het eerste halfjaar geïnd. In het tweede halfjaar verwacht GBL nog interimdividenden te innen, hoofdzakelijk vanwege Total, GDF SUEZ en Pernod Ricard, die evenwel nog door de respectieve organen moeten worden goedgekeurd. Het geconsolideerd resultaat zal verder worden beïnvloed door de evolutie van de bijdragen van de geassocieerde ondernemingen (Lafarge, Imerys en ECP), die zelf afhankelijk is van de conjunctuur, en door de schommeling van de reële waarde van de financiële instrumenten en de eventuele impairments/terugnemingen van impairments op de portefeuille. De resultaten per 30 september zullen op 5 november 2010 worden bekendgemaakt. GBL Halfjaarlijks financieel verslag / 6

6. Verslag van de Commissaris over de halfjaarinformatie Wij hebben een beperkt nazicht uitgevoerd van de bijgevoegde geconsolideerde verkorte balans, verkorte overzicht van het volledige resultaat, verkort mutatieoverzicht van het eigen vermogen, verkort kasstroomoverzicht en selectieve toelichtingen 1 tot 6 (gezamenlijk de tussentijdse financiële informatie ) van Groep Brussel Lambert N.V. ( de vennootschap ) en haar dochterondernemingen (samen de Groep ) voor de zes maanden eindigend op 30 juni 2010. De Raad van Bestuur is verantwoordelijk voor het opstellen en het getrouw beeld van deze tussentijdse financiële informatie. Onze verantwoordelijkheid is een oordeel uit te brengen op deze tussentijdse financiële informatie op basis van ons beperkt nazicht. De tussentijdse financiële informatie is opgesteld in overeenstemming met de International Accounting Standard IAS 34, Tussentijdse financiële verslaggeving zoals aanvaard door de EU. Ons beperkt nazicht van de tussentijdse financiële informatie werd verricht overeenkomstig de in België geldende controleaanbevelingen i.v.m. het beperkt nazicht zoals uitgevaardigd door het Instituut der Bedrijfsrevisoren. Een beperkt nazicht bestaat voornamelijk uit de bespreking van de financiële informatie met het management en analytisch onderzoek en andere ontledingen van de tussentijdse financiële informatie en onderliggende financiële data. Een beperkt nazicht is minder diepgaand dan een volkomen controle van de geconsolideerde jaarrekening in overeenstemming met de algemeen aanvaarde controlenormen i.v.m. de geconsolideerde jaarrekening zoals uitgevaardigd door Instituut der Bedrijfsrevisoren. Dienovereenkomstig verstrekken wij geen controleverslag. Op basis van ons beperkt nazicht, kwamen er geen elementen of feiten aan onze aandacht welke ons doen geloven dat de tussentijdse financiële informatie voor de zes maanden eindigend op 30 juni 2010 niet is opgesteld, in alle materiële opzichten, overeenkomstig IAS 34, Tussentijdse financiële verslaggeving zoals aanvaard door de EU. 30 juli 2010 De Commissaris, DELOITTE Bedrijfsrevisoren BV o.v.v.e CVBA Vertegenwoordigd door Michel Denayer 7. Verklaring van de Verantwoordelijken Baron Frère, Gérald Frère en Thierry de Rudder, het Uitvoerend Management, en Patrick De Vos, Financieel Directeur, verklaren, in naam en voor rekening van GBL, dat bij hun weten: de op 30 juni 2010 afgesloten geconsolideerde financiële staten zijn opgesteld overeenkomstig de IFRS en een getrouw beeld geven van het vermogen, de financiële toestand en de resultaten van GBL en de in de consolidatie opgenomen ondernemingen (1) ; het halfjaarlijks financieel verslag een getrouw overzicht geeft van de ontwikkeling van de zaken, de resultaten en de positie van GBL en van de in de consolidatie opgenomen ondernemingen, alsook een beschrijving van de voornaamste risico s en onzekerheden waarmee zij worden geconfronteerd. (1) De in de consolidatie opgenomen ondernemingen omvatten de dochtervennootschappen van GBL in de zin van artikel 6 van het Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen GBL Halfjaarlijks financieel verslag / 7

Halfjaarlijkse financiële staten IFRS Geconsolideerd overzicht van het volledige resultaat in miljoen EUR Noten 30 juni 2010 30 juni 2009 Deel in het nettoresultaat van de geassocieerde ondernemingen 1 125,2 75,5 Nettodividenden van deelnemingen 2 226,8 304,0 Opbrengsten en kosten van interesten 3 (6,8) (4,7) Niet- courante activa 0,3 (0,5) Courante activa en financiële schulden (7,1) (4,2) Andere financiële opbrengsten en kosten 4 (15,3) (10,0) Resultaten op beleggingseffecten en afgeleide producten (14,2) (8,5) Andere (1,1) (1,5) Andere bedrijfsopbrengsten en -kosten (13,4) (11,9) Resultaten op overdrachten en waardeverminderingen van niet- courante activa 2 (20,4) (255,6) Belastingen 0,6 0,5 Geconsolideerde resultaat over de periode 296,7 97,8 Andere elementen van het volledige resultaat - - Voor verkoop beschikbare deelnemingen Wijziging van de reële waarde 2 (1.585,8) (929,1) Deel in de andere elementen van het volledige resultaat van de geassocieerde ondernemingen 1 466,4 (31,7) Andere - - Globaal resultaat (822,7) (863,0) Minderheidsbelangen - - Geconsolideerde resultaat over de periode per aandeel 6 Gewoon 1,91 0,63 Verwaterd 1,91 0,63 GBL Halfjaarlijks financieel verslag / 8

Geconsolideerde balans in miljoen EUR Noten 30 juni 2010 31 dec. 2009 Niet- courante activa 13.699,9 14.711,0 Materiële vaste activa 20,4 18,0 Deelnemingen 13.657,2 14.671,3 Deelnemingen in geassocieerde ondernemingen 1 5.005,0 4.556,4 Voor verkoop beschikbare deelnemingen 2 8.652,2 10.114,9 Andere niet- courante activa 21,8 21,2 Uitgestelde belastingvorderingen 0,5 0,5 Courante activa 3 700,8 632,2 Beleggingsactiva 12,9 14,7 Liquide middelen en gelijkgestelde 533,3 604,8 Andere activa 154,6 12,7 Totaal activa 14.400,7 15.343,2 Eigen vermogen 6 13.644,8 14.845,1 Kapitaal 653,1 653,1 Uitgiftepremies 3.815,8 3.815,8 Reserves 9.175,9 10.376,2 Minderheidsbelangen - - Niet- courante passiva 683,1 428,4 Obligatieleningen 3 680,8 424,7 Uitgestelde belastingverplichtingen 1,7 2,7 Voorzieningen 0,6 1,0 Courante passiva 72,8 69,7 Financiële schulden - - Fiscale schulden 2,3 1,5 Afgeleide producten 37,7 26,1 Andere schulden 32,8 42,1 Totaal passiva en eigen vermogen 14.400,7 15.343,2 GBL Halfjaarlijks financieel verslag / 9

Geconsolideerd overzicht van de wijzigingen in het eigen vermogen in miljoen EUR Kapitaal Uitgiftepremies Eigen aandelen Ingehouden winsten Per 31 december 2008 653,1 3.815,8 3.021,9 (207,7) (212,5) 17,6 6.330,2 13.418,4 Globaal resultaat - - (926,0) - (24,6) - 87,6 (863,0) Totaal van de verrichtingen met de aandeelhouders - - - (12,8) - - (353,5) (366,3) Herwaarderingsreserves Omrekeningsverschillen Omruilbare obligatie 2005-2012 Totaal van de reserves Per 30 juni 2009 653,1 3.815,8 2.095,9 (220,5) (237,1) 17,6 6.064,3 12.189,1 Globaal resultaat - - 1.708,3-24,4-939,6 2.672,3 Totaal van de verrichtingen met de aandeelhouders - - - (14,6) - - (1,7) (16,3) Per 31 december 2009 653,1 3.815,8 3.804,2 (235,1) (212,7) 17,6 7.002,2 14.845,1 Globaal resultaat - - (1.616,7) - 512,8-281,2 (822,7) Totaal van de verrichtingen met de aandeelhouders - - - (10,0) - - (367,6) (377,6) Per 30 juni 2010 653,1 3.815,8 2.187,5 (245,1) 300,1 17,6 6.915,8 13.644,8 Op 20 april 2010 werd aan de aandeelhouders van GBL een brutodividend uitgekeerd van EUR 2,42 per aandeel (tegen EUR 2,30 in 2009). Op 30 juni 2010 bezat GBL 6.099.444 eigen aandelen (tegen 6.054.739 op 31 december 2009). GBL Halfjaarlijks financieel verslag / 10

Geconsolideerd overzicht van de kasstromen in miljoen EUR 30 juni 2010 30 juni 2009 Kasstromen uit bedrijfsactiviteiten 187,2 443,2 Geconsolideerd resultaat van de periode vóór interesten en belastingen 302,9 102,0 Aanpassing voor: Nettoresultaat van de geassocieerde ondernemingen (125,2) (75,5) Dividenden van de geassocieerde ondernemingen 23,1 - Herwaarderingen tegen reële waarde 2,1 (0,7) Resultaten op overdrachten, waardeverminderingen en terugnemingen van niet- courante activa 20,4 255,6 Andere (13,7) 13,7 Opbrengsten en kosten van geïnde (betaalde) interesten (12,2) (12,4) Terugbetaalde belastingen - - Wijziging van financiële beleggingsinstrumenten 1,8 150,3 Wijziging van de behoefte aan werkkapitaal (12,0) 10,2 Kasstromen uit investeringsactiviteiten (124,8) (564,8) Verwervingen van: Deelnemingen Andere financiële activa (130,4) (397,2) - (167,5) Inkomsten uit de overdracht van materiële vaste activa - - Overdrachten van deelnemingen en andere financiële activa 5,6 - Kasstromen uit financieringsactiviteiten (133,9) 378,9 Uitgekeerde dividenden (375,7) (358,3) Ontvangsten uit financiële schulden 349,8 750,0 Terugbetalingen van financiële schulden (98,0) - Nettobewegingen op eigen aandelen (10,0) (12,8) Nettotoename (afname) van liquide middelen en gelijkgestelde (71,5) 257,3 Liquide middelen en gelijkgestelde bij het begin van de periode 604,8 966,0 Liquide middelen en gelijkgestelde bij de afsluiting van de periode 533,3 1.223,3 GBL Halfjaarlijks financieel verslag / 11

Noten Boekhoudkundige methoden en seizoensgebonden karakter De geconsolideerde financiële staten werden opgemaakt in overeenstemming met de door de Europese Unie aangenomen IFRS (International Financial Reporting Standards) en de door het International Financial Reporting Interpretations Committee van de IASB (IFRIC) gepubliceerde interpretaties. De voor de opmaak van de tussentijdse financiële staten toegepaste boekhoudkundige methoden en berekeningsmodaliteiten zijn identiek aan deze die voor de financiële verslaggeving over het boekjaar 2009 werden gebruikt. De geconsolideerde financiële staten per 30 juni 2010 zijn in overeenstemming met IAS 34 Tussentijdse financiële verslaggeving. De consolidatiekring is identiek aan die van 31 december 2009. Merk op dat de dochteronderneming GBL Participations, Ergon Capital Partners III is geworden. De seizoensgebondenheid van de resultaten werd hiervoor toegelicht in de vooruitzichten voor het boekjaar 2010. 1. Vermogensmutatie van Lafarge, Imerys en Ergon Capital Partners (ECP) 1.1. Deel in het nettoresultaat in miljoen EUR 30 juni 2010 30 juni 2009 Lafarge 82,8 78,3 Imerys 36,5 3,6 ECP 5,9 (6,4) Deel in het nettoresultaat van de geassocieerde ondernemingen 125,2 75,5 Het resultaat van Lafarge op 30 juni 2010 bedraagt EUR 393 miljoen. 0p basis van het deelnemingspercentage van GBL, bedraagt de bijdrage van Lafarge bijgevolg EUR 83 miljoen, tegen EUR 78 miljoen in juni 2009. Het geconsolideerd nettoresultaat van Imerys over het eerste halfjaar 2010 bedraagt EUR 119 miljoen. Op basis van het deelnemingspercentage van GBL bedraagt de bijdrage van Imerys tot het halfjaarresultaat dus EUR 37 miljoen, EUR 33 miljoen meer dan vorig jaar. De bijdrage van ECP per 30 juni 2010 bedraagt EUR 6 miljoen, tegen EUR - 6 miljoen in juni 2009. 1.2. Vermogensmutatiewaarde in miljoen EUR Lafarge Imerys ECP Totaal Per 31 december 2009 3.807,0 658,0 91,4 4.556,4 Investeringen - - 1,0 1,0 Resultaat van de periode 82,8 36,5 5,9 125,2 Uitkering (120,9) (23,1) - (144,0) Omrekeningsverschillen 442,5 70,4-512,9 Wijziging van de herwaarderingreserves (30,9) 1,0 - (29,9) Andere (16,8) 0,2 - (16,6) Per 30 juni 2010 4.163,7 743,0 98,3 5.005,0 Op 30 juni 2010 bedroeg de beurswaarde van de deelneming in Lafarge EUR 2.718 miljoen (tegen EUR 3.486 miljoen per 31 december 2009). De impairment test die door GBL werd uitgevoerd ingevolge de evolutie van de beurswaarde van Lafarge, heeft geen aanleiding gegeven tot een waardevermindering op deze deelneming. GBL heeft dezelfde methodologie toegepast als voorheen en, in toepassing van de IFRS, de in het verleden gebruikte waarderingsmodellen geüpdatet. GBL Halfjaarlijks financieel verslag / 12

2. GDF SUEZ, Suez Environnement (SE), Total, Pernod Ricard, Iberdrola en andere deelnemingen beschikbaar voor verkoop 2.1. Nettodividenden in miljoen EUR 30 juni 2010 30 juni 2009 GDF SUEZ 78,5 164,0 SE 22,8 22,8 Total 101,8 99,7 Pernod Ricard 15,8 11,4 Iberdrola 6,2 4,6 Andere 1,7 1,5 Totaal 226,8 304,0 Ter herinnering: in 2009 heeft GBL van GDF SUEZ een uitzonderlijk dividend ontvangen (EUR 94 miljoen). 2.2. Reële waarde en schommeling De deelnemingen in de beursgenoteerde ondernemingen werden gewaardeerd op basis van de slotkoers. De deelnemingen in de Fondsen, die PAI Europe III, Sagard I en Sagard II omvatten, werden geherwaardeerd op basis van de reële waarde van hun beleggingsportefeuille. Wijziging van de herwaarderingsreserves Resultaat van de beleggingsfondsen/ Andere 30 juni 2010 in miljoen EUR 31 december 2009 Aankopen/ Verkopen Waardeverminderingen Total 4.227,8 - - (755,3) - 3.472,5 GDF SUEZ 3.548,9 - - (795,1) - 2.753,8 Pernod Ricard 1.444,4 109,1-86,8 15,8 1.656,1 SE 564,4 - - (88,9) - 475,5 Iberdrola 209,6 - (20,4) (43,6) - 145,6 Fondsen 56,3 3,7-5,4 (1,6) 63,8 Andere 63,5 16,8-4,9-85,2 Reële waarde 10.114,9 129,6 (20,4) (1.585,8) 14,2 8.652,5 2.3. Resultaten op overdrachten en waardeverminderingen op deelnemingen beschikbaar voor verkoop in miljoen EUR 30 juni 2010 30 juni 2009 Waardeverminderingen op deelnemingen beschikbaar voor verkoop (20,4) (252,5) Pernod Ricard - (198,2) Iberdrola (20,4) (36,5) Fondsen - (17,8) Andere - (3,1) Totaal (20,4) (255,6) In toepassing van de IFRS werd op Iberdrola een bijkomende waardevermindering van EUR 20 miljoen geboekt, ten einde de deelneming in overeenstemming te brengen met de beurskoers op 30 juni 2010, zijnde EUR 4,63 per aandeel. Pernod Ricard, daarentegen, sloot op 30 juni 2010 af op EUR 63,98 per aandeel, ten opzichte van een geconsolideerde nettowaarde van EUR 41,20. We herinneren eraan dat GBL Pernod Ricard had afgewaardeerd voor een gecumuleerd bedrag van EUR 513 miljoen, waarvan EUR 198 miljoen in het eerste halfjaar 2009. In het eerste halfjaar 2010 heeft GBL geen resultaten verwezenlijkt op overdrachten van deelnemingen beschikbaar voor verkoop. GBL Halfjaarlijks financieel verslag / 13

3. Liquide middelen en schulden 3.1. Courante activa en passiva in miljoen EUR 30 juni 2010 31 dec. 2009 Courante activa 700,8 632,2 waarvan liquide middelen en gelijkgestelde 532,9 604,8 dividend Lafarge 120,9 - andere 47,0 27,4 Courante passiva 72,8 69,7 waarvan financiële schulden - - Courante activa Courante passiva 628,0 562,5 Het dividend van Lafarge geïnd door GBL begin juli 2010 (EUR 121 miljoen) werd in vermindering gebracht van de geconsolideerde nettowaarde van Lafarge op de balans van GBL. 3.2. Niet-courante financiële passiva in miljoen EUR 30 juni 2010 31 dec. 2009 Niet- courante financiële schulden 680,8 424,7 Omruilbare leningen 2005-2012 331,0 424,7 Nominale waarde 435,0 435,0 Inkoop (98,0) - Gecumuleerde actuariële afschrijving (6,0) (10,3) Geamortiseerde kostprijs 331,0 424,7 Omruilbare leningen 2010-2017 349,8 - GBL heeft in het eerste halfjaar 2010 voor een bedrag van ongeveer EUR 100 miljoen, hetzij 23% van de totale nominale waarde, omruilbare obligaties, uitgegeven door haar dochter Sagerpar, ingekocht. Ter herinnering: Sagerpar had voor een bedrag van EUR 435 miljoen obligaties uitgegeven, met vervaldag in april 2012 omruilbaar in 5.085.340 GBL- aandelen. Deze inkoop levert een rendement op van 3,7% op geconsolideerde basis. Daarenboven heeft GBL, gelet op de gunstige marktvoorwaarden, in juni 2010 obligaties (EUR 350 miljoen) uitgegeven met een looptijd van 7,5 jaar (vervaldag 29 december 2017) en een (bruto)rente van 4,00%. Deze obligaties worden genoteerd op de Beurs van Luxemburg en op NYSE Euronext Brussels (ISIN-code: BE0002174408). Ten slotte beschikt GBL over EUR 1.800 miljoen bevestigde, niet- opgenomen kredietlijnen. 3.3. Opbrengsten en kosten van interesten in miljoen EUR 30 juni 2010 30 juni 2009 Interesten op niet-courante activa 0,3 (0,5) Interesten op omruilbare leningen (8,3) (8,3) Nominale interest (cash earnings) (6,3) (6,4) Geamortiseerde kostprijs (2,0) (1,9) Interesten van thesaurie 1,2 4,1 Opbrengsten en kosten van interesten (6,8) (4,7) De interesten op liquide middelen (EUR 1 miljoen in 2010) zijn gedaald, vooral ten gevolge van de vermindering van de rentevoeten. De interesten op omruilbare leningen omvatten de kost van de jaarlijkse coupon (2,95%) en de kost van de wedersamenstelling van de nominale waarde van de omruilbare obligatie. GBL Halfjaarlijks financieel verslag / 14

4. Andere financiële opbrengsten en kosten in miljoen EUR 30 juni 2010 30 juni 2009 Resultaten op beleggingseffecten en afgeleide producten (14,2) (8,5) Andere (1,1) (1,5) Totaal (15,3) (10,0) Deze post omvat per 30 juni 2010 vooral het effect van de renteswap en de posities in lopende afgeleide producten met een nominaal bedrag van EUR 96 miljoen. 5. Verrichtingen met verbonden/verwante partijen in miljoen EUR Pargesa ECP Andere Activa Niet- courante - - 0,1 Beleggingsactiva 12,1 - - Passiva Afgeleide producten 5,0 - - Resultatenrekening 0,3 0,1 - De bedragen vermeld bij Pargesa, als verbonden onderneming, hebben betrekking op de door GBL uitgeschreven opties op Pargesa-aandelen, alsook op de dekking van dit optieplan bij GBL. 6. Eigen vermogen 6.1. Herwaarderingsreserves Deze reserves omvatten de schommelingen van de reële waarde van de deelnemingen beschikbaar voor verkoop en van de reserves van de ondernemingen waarop vermogensmutatie wordt toegepast. in miljoen EUR Total GDF SUEZ Suez Environnement Pernod Ricard Iberdrola Fondsen Andere Totaal Per 31 december 2009 2.102,6 965,5 218,7 486,8 43,6 7,4 (20,4) 3.804,2 Wijziging van de reële waarde (755,3) (795,1) (88,9) 86,8 (43,6) 5,4 (26,0) (1.616,7) Per 30 juni 2010 1.347,3 170,4 129,8 573,6 0,0 12,8 (46,4) 2.187,5 6.2. Resultaat per aandeel Geconsolideerd resultaat in miljoen EUR 30 juni 2010 30 juni 2009 Gewoon 296,7 97,8 Verwaterd 304,6 97,8 GBL Halfjaarlijks financieel verslag / 15

Aantaal aandelen in miljoen aandelen 30 juni 2010 30 juni 2009 Uitgegeven aandelen 161,4 161,4 Eigen aandelen bij begin van de periode (6,1) (5,6) Gewogen variatie van de periode (0,1) 0,0 Gewogen gemiddeld aantal aandelen weerhouden voor het gewoon resultaat per aandeel 155,2 155,8 Invloed van financiële instrumenten met verwaterend effect: Omruilbare lening 2005-2012 5,1 - Inkoop van omruilbare leningen (1,1) - Aandelenopties (in the money) 0,2 - Gewogen gemiddeld aantal aandelen weerhouden voor het verwaterd resultaat per aandeel 159,4 155,8 Tijdens het eerste kwartaal werden 154.306 aandelenopties uitgeschreven ten voordele van het Uitvoerend Management en het personeel. Deze opties hebben een looptijd van 10 jaar en zullen 3 jaar na de aanbiedingsdatum definitief door de verkrijgers zijn verworven. De uitoefenprijs werd vastgesteld op EUR 65,82 per optie. Samenvatting van het resultaat per aandeel in EUR 30 juni 2010 30 juni 2009 Gewoon 1,91 0,63 Verwaterd 1,91 0,63 GBL Halfjaarlijks financieel verslag / 16

Evolutie van de deelnemingen tijdens het eerste halfjaar 2010 Total (27,3% van het aangepast netto-actief) www.total.com De olie-industrie bleef ook het eerste halfjaar 2010 van doorgaans gunstige marktvoorwaarden profiteren. Vergeleken met het eerste halfjaar 2009 zijn de gemiddelde prijzen van de ruwe olie (+ 50%) erop vooruit gegaan, maar die van het gas (- 8%) teruggelopen. Bij elkaar genomen is de door Total voorgelegde gemiddelde verkoopprijs van de koolwaterstoffen met 33% gestegen. Stroomafwaarts is de ERMI-indicator van de raffinagemarges met 28% toegenomen en konden de petrochemieactiviteiten profiteren van het verbeterd klimaat, gedragen door hoge marges in het Atlantisch bekken. Onder dergelijke omstandigheden noteert de onderneming over het eerste halfjaar 2010 een aangepast nettoresultaat van EUR 5,3 miljard, 37% meer dan op 30 juni 2009 (EUR 3,8 miljard). Uitgedrukt in dollar per aandeel is het aangepast nettoresultaat 36% hoger dan dat van het eerste halfjaar 2009. De rendabiliteit van de petroleummaatschappij, berekend over de laatste twaalf maanden, bereikt eind juni 2010 14,4%. De schuldratio per 30 juni 2010 bedraagt zowat 23%. De groep heeft over hetzelfde halfjaar een netto cashflow gerealiseerd van EUR 5,0 miljard, tegen EUR 0,7 miljard een jaar eerder. Die resultaten worden mede beïnvloed door de toename met 6,5% van de koolwaterstofproductie ten opzichte van het eerste halfjaar 2009, voornamelijk toe te schrijven aan de opdrijving van de vermogens in de in 2009 opgestarte projecten. De geraffineerde volumes zijn wel met 6% achteruitgegaan ingevolge het stilleggen van de raffinaderij van Duinkerke en van een distillatie-eenheid van de raffinaderij in Normandië. De investeringsuitgaven, zonder verwervingen, van het jaar 2010, zouden gelijke tred moeten houden met de oorspronkelijk voorziene begroting van USD 18 miljard, waardoor de groep zijn streefcijfer van een schuldratio tussen de 25 tot 30% tegen eind 2010 handhaaft. Aangezien Total het vertrouwen bewaart in de toekomst en in haar financiële soliditeit, zal de groep in november eerstkomend een interimdividend uitkeren van EUR 1,14 per aandeel, hetzelfde bedrag als het voorschot op en het saldo van het dividend over het boekjaar 2009. GDF SUEZ (22,6% van het aangepast netto-actief) www.gdfsuez.com Het eerste halfjaar 2010 werd gekenmerkt door een nog moeizaam economisch klimaat, met toch enige tekenen van herstel, onder meer de vraag naar elektriciteit en gas. In Frankrijk kon de groep partij trekken van de strenge winter, de uitvoering van de nieuwe overeenkomst voor de openbare dienstverlening in aardgas en de toename van de elektriciteitsproductie. De resultaten van de groep werden eveneens gedragen door de industriële ontwikkelingen in de internationale activiteiten en in de afdeling Infrastructures. De afdeling Global Gaz & LNG had daarentegen erg te lijden onder het aanhouden van het fenomeen van de decorrelatie gas/aardolie en van een ongunstig prijsklimaat. Suez Environnement, ten slotte, kon profiteren van een behoorlijke commerciële activiteit en van de voortzetting van het kostenbesparingsprogramma. Onder dergelijke omstandigheden kon GDF SUEZ over het eerste halfjaar 2010 een omzet realiseren van EUR 42,3 miljard, ongeveer hetzelfde niveau (+ 0,3%) als op 30 juni 2009. De operationele prestatie is er wel op verbeterd: over dezelfde periode laat de groep een EBITDA optekenen die met 4,3% opgelopen is tot EUR 8,2 miljard. De uitvoering van het prestatieprogramma Efficio draagt tot dit resultaat bij ten belope van EUR 1,0 miljard. Het nettoresultaat deel van de groep bedraagt EUR 3,6 miljard, 9,3% hoger dan op 30 juni 2009, toe te schrijven aan de operationele prestatie van de afdelingen en de meerwaarden op de verkopen van activa (Elia, Fluxys) en de vriendschappelijke overname van Agbar. Dankzij die prestatie kon de financiële structuur van de groep worden versterkt: de nettoschuld bedraagt EUR 33,5 miljard en de schuldratio 48% (tegen respectievelijk EUR 30 miljard en 46% eind december 2009). De groep herbevestigt al zijn streefcijfers 2010 en 2011, ondermeer een EBITDA over 2010 die hoger uitkomt dan die van 2009 en een EBITDA over 2011 die minstens 15% beter is dan die van 2009. Op 15 november 2010 zal een interimdividend van EUR 0,83 per aandeel over het boekjaar 2010 worden uitgekeerd. Voorts heeft GDF SUEZ de inhoud bekendgemaakt van het akkoord betreffende de samenvoeging van haar Activités Energie International (buiten Europa en met inbegrip van bepaalde activa in het Verenigd Koninkrijk en Turkije) met International Power, met de bedoeling een wereldleider van de onafhankelijke energieproductie te creëren. GBL Halfjaarlijks financieel verslag / 17

Lafarge (19,8% van het aangepast netto-actief) www.lafarge.com Lafarge legt voor het eerste halfjaar 2010 iets mindere bedrijfsprestaties en marges voor dan voor het eerste halfjaar 2009, onder meer wegens de slechte weersomstandigheden van het eerste kwartaal, die deels werden gecompenseerd door de hogere volumes in Noord-Amerika en de eerste tekenen van stabilisatie in de meeste ontwikkelde landen in het tweede kwartaal. In de opkomende landen blijft de tendens van de volumes evenwel gecontrasteerd. Onder dergelijke omstandigheden is de omzet, afgesloten op EUR 7,7 miljard, 3% teruggelopen (4% met ongewijzigde consolidatiekring en wisselkoersen) en het courant bedrijfsresultaat, ten bedrage van EUR 1,1 miljard, 5% achteruit gegaan (- 9% met ongewijzigde consolidatiekring en wisselkoersen). Het nettoresultaat over de verslagperiode komt uit op EUR 0,4 miljard, 6,2% meer dan over het eerste halfjaar 2009. Het effect van de meerwaarden op de overdracht van activa, waaronder Cimpor (EUR 0,2 miljard), en van de aanpassing van voorzieningen buiten beschouwing gelaten, is het nettoresultaat deel van de groep 28,7% teruggelopen tot EUR 0,2 miljard. In dit klimaat van steeds onzeker en per land wisselend economisch herstel, blijft de groep zijn kostenbesparende maatregelen (EUR 0,2 miljard besparingen gerealiseerd in het eerste halfjaar) en onderhoudsinvesteringen voortzetten. De over het eerste halfjaar 2010 gegenereerde vrije cashflow bedraagt EUR 0,5 miljard, tegen EUR 0,9 miljard in 2009, inzonderheid wegens het effect van de hogere behoefte aan werkkapitaal dan in dezelfde periode van vorig jaar. Pernod Ricard (12,4% van het aangepast netto-actief) www.pernod-ricard.com Pernod Ricard sluit het boekjaar af op 30 juni. Op 22 juli deelde de groep mee dat zijn omzet 2009/2010 ongeveer 2% is teruggelopen, met een interne groei van om en bij de 2%, een negatief wisselkoerseffect van ongeveer 1% en een negatief consolidatiekringeffect van 3%, voornamelijk te wijten aan de overlating van de merken Wild Turkey en Tia Maria. Na een moeilijk eerste halfjaar (juli - december 2009), is de omzet van Pernod Ricard in het tweede halfjaar snel toegenomen (interne groei van 9%), ingevolge de geleidelijke herleving van de consumptie op de ontwikkelde markten, de versnelling van de groei in de opkomende landen en de gunstige vergelijkingsbasis, onder meer in het derde kwartaal (effect van de crisis en de voorraadafbouw van de verdelers in heel wat landen tijdens het voorgaande boekjaar). De interne groei over het vierde kwartaal komt uit op bijna 3%, tegen 12% voor het derde kwartaal. In Azië en Latijns-Amerika hield de dynamiek aan. In Oost-Europa, de Verenigde Staten en op de duty free markten werd de verbetering van de tendens bevestigd, terwijl in West-Europa de activiteit over het algemeen bleef dalen. De resultaten van het boekjaar zullen op 2 september 2010 worden gepubliceerd. Het management van de groep verwacht dat het courant bedrijfsresultaat, met vergelijkbare gegevens, tussen de 3 tot 4% hoger zal liggen, terwijl de reclame-promotie-investeringen werden verhoogd. Op dezelfde basis was het courant bedrijfsresultaat op het einde van het eerste halfjaar 2009/2010 (31 december 2009) 11% teruggelopen (maar met een stabiele interne groei) en het courant nettoresultaat 5% gedaald, met een negatieve organieke omzetgroei van 3%. Imerys (8,0% van het aangepast netto-actief www.imerys.fr In het eerste halfjaar 2010 kenden de resultaten en bedrijfsprestaties van Imerys een behoorlijke heropleving. De verbetering in het eerste halfjaar werd gunstig beïnvloed door de economische herstelplannen (automobiel-, bouw-, infrastructuursector, enz.) en de heraanvulling van de voorraden in de activiteiten in verband met de industriële uitrusting die aangezwengeld werden door de dynamiek van de opkomende economieën. Aldus is de omzet per 30 juni 2010, ten bedrage van EUR 1,6 miljard, 18,1% gestegen ten opzichte van dezelfde periode 2009. Deze evolutie, die binnen de afdelingen geen gelijkmatig beeld vertoont, markeert het globaal herstel van de verkoopvolumes (+ 14,1%) en de vooruitgang ervan in de opkomende landen (+ 35%). Ook het courant bedrijfsresultaat, dat EUR 0,2 miljard bedraagt, is ten opzichte van 30 juni 2009 88% toegenomen. Het kan bogen op hogere volumes, het gunstig effect van de prijs-productmix en een vermindering van de variabele kosten. De operationele marge van de groep, die afsloot op 12,8%, is 4,8 punten hoger dan over het eerste halfjaar 2009. Op 30 juni 2010 is het nettoresultaat deel van de groep van meer dan EUR 0,1 miljard tienmaal hoger dan over het eerste halfjaar 2009 en gelijk aan het courant nettoresultaat deel van de groep over de verslagperiode. Dankzij de aanzienlijke cashflows die in de verslagperiode konden worden verwezenlijkt, blijft de financiële nettoschuld per 30 juni 2010 onder de EUR 1,0 miljard. In een omgeving waarin de stimulerende en vraagondersteunende maatregelen bijna afgelopen zijn en er nog weinig zicht is op de evolutie van de macro-economische ontwikkelingen, meent de groep dat zijn operationele marge over het volledig jaar 2010 boven de 12% moet uitkomen. GBL Halfjaarlijks financieel verslag / 18

Suez Environnement (3,8% van het aangepast netto-actief) www.suez-environnement.com Suez Environnement legt voor het eerste halfjaar 2010 resultaten in stijgende lijn voor die, zowel in het water als in het afvalbeheer, werden aangetrokken door een niet aflatende commerciële dynamiek, alsook door de ontwikkeling van de activiteiten op internationaal niveau. De omzet over het eerste halfjaar 2010 bedraagt EUR 6,6 miljard, hetzij 12,3% meer dan op 30 juni 2009. Het brutobedrijfsresultaat (BBR) gaat 9,6% omhoog tot iets meer dan EUR 1,0 miljard, inzonderheid dankzij het prijsherstel van de secundaire grondstoffen in de sorteer- en recyclageactiviteiten en het doorlopend effect van het kostenoptimaliseringsplan. De operationele marge (BBR ten opzichte van de omzet) over het eerste halfjaar 2010 is lichtjes gedaald (15,8% tegen 16,2% per 30 juni 2009) en werd gunstig beïnvloed door de hogere bijdrage van de internationale activiteiten, in het bijzonder Degrémont. Het nettoresultaat deel van de groep komt uit op EUR 0,4 miljard, meer dan het dubbele van het eerste halfjaar 2009, onder meer ten gevolge van de meerwaarden die werden verwezenlijkt naar aanleiding van de vriendschappelijke overname van Agbar en van de ontknoping van de gemeenschappelijke deelnemingen in het water in Frankrijk. De financiële nettoschuld per 30 juni 2010 van EUR 8,3 miljard, omvat, voor bijna EUR 1,4 miljard, de gevolgen van de overname van Agbar. Gelet op wat voorafgaat, voorziet Suez Environnement, voor 2010 met ongewijzigde wisselkoersen ten opzichte van 2009 een groei van haar omzet en van haar brutobedrijfsresultaat van respectievelijk ten minste 7% en 9%. Tevens zou de vrije cashflow voor 2010 tot meer dan EUR 0,7 miljard moeten oplopen en zouden de netto-investeringen moeten beperkt blijven tot EUR 1,3 miljard, plus EUR 0,6 miljard in verband met de overname van Agbar. Iberdrola (1,3% van het aangepast netto-actief) www.iberdrola.es Niettegenstaande de weinig gunstige evolutie van de prijzen van de nutsvoorzieningen en van de regulering in Spanje, kan Iberdrola over het eerste halfjaar 2010 een verbetering van de bedrijfsresultaten melden. De EBITDA en de EBIT zijn ten opzichte van het eerste halfjaar 2009 met 12% en 7% omhooggegaan tot respectievelijk EUR 3,8 miljard en EUR 2,5 miljard. Die prestaties steunen op het behoorlijk standhouden van de gereguleerde, hernieuwbare en internationale activiteiten en konden profiteren van de hogere elektriciteitsproductie uit waterkracht en kernenergie met een hogere bijdrage. Het nettoresultaat deel van de groep per half 2010 bedraagt EUR 1,5 miljard, hetzij 3% minder dan op 30 juni 2009. Deze winst werd ongunstig beïnvloed door de verhoging van de financiële kosten ten gevolge van de verhoging van de gemiddelde financiële schuld over het halfjaar, alsook door het gebrek aan belangrijke niet-courante bestanddelen op 30 juni 2010. De recurrente nettowinst gaat er met 7% op vooruit tot EUR 1,3 miljard. De financiële nettoschuld per 30 juni 2010 bedraagt EUR 30,7 miljard. Daarin is de ongunstige evolutie van het tarieftekort verrekend. De ratio schuld/eigen vermogen bedraagt 98%. Iberdrola heeft haar ambities om de EBITDA en het courant nettoresultaat over de periode 2010-2012 met 5 tot 9% te doen toenemen bevestigd. Arkema (0,8% van het aangepast netto-actief) www.arkema.com Arkema kan voor het eerste halfjaar 2010 een aanzienlijke stijging van haar bedrijfsresultaten voorleggen. De chemiegroep kon over het algemeen profiteren van een verbetering van de marktvoorwaarden, zowel qua volumes als prijzen, en partij trekken van de bijdrage van haar nieuwe uitbreidingen en van het effect van de sinds jaren doorgevoerde kostenbesparingsprogramma s. De omzet per 30 juni 2010 is 29% hoger dan over het eerste halfjaar 2009 en opgelopen tot EUR 2,9 miljard. De EBITDA is verdrievoudigd om uit te komen op EUR 0,4 miljard, waarbij een marge op omzet van 13% werd behaald over het halfjaar, aanzienlijk hoger dan eind juni 2009 (5,6%). Tegen deze achtergrond kondigde de vennootschap aan dat haar EBITDA over 2010 op meer dan EUR 0,6 miljard zou uitkomen, bijna het dubbele van de EBITDA over 2009. Het nettoresultaat deel van de groep over het eerste halfjaar 2010 bedraagt EUR 0,2 miljard, tegen een gelijkwaardig verlies een jaar eerder. De financiële nettoschuld per eind juni 2010 is zo goed als stabiel gebleven op EUR 0,4 miljard. De ratio schuld/eigen vermogen bedraagt 18%. Private equity (1,2% van het aangepast netto-actief) GBL heeft zich ertoe verbonden om voor EUR 240 miljoen in te schrijven op de fondsen Sagard Private Equity Partners, Sagard Private Equity Partners II en PAI Europe III. Deze verbintenis werd aangegaan bij de oprichting van de diverse fondsen in de periode van 2001 tot 2006. Per 30 juni 2010 heeft GBL stortingen gedaan voor een gecumuleerd bedrag van EUR 139 miljoen en uitkeringen geïnd ten belope van EUR 149 miljoen. GBL heeft in 2005/2006 ongeveer 43% geïnvesteerd in Ergon Capital Partners en vervolgens in Ergon Capital Partners II. Dit zijn Belgische vennootschappen die actief zijn in de private equity, met een totale investeringscapaciteit van EUR 425 miljoen, waarvan GBL reeds EUR 156 miljoen heeft gestort. Daarenboven heeft GBL in 2010 beslist om Ergon Capital Partners III op te starten, een beleggingfonds dat volledig door GBL wordt gecontroleerd en over een financiële draagkracht beschikt van EUR 350 miljoen. Over het eerste halfjaar 2010 heeft de private-equitypool tot het resultaat van GBL bijgedragen voor een bedrag van EUR 4 miljoen. GBL Halfjaarlijks financieel verslag / 19