Korporaal Pompbediening



Vergelijkbare documenten
Bluswater wordt onder druk gebracht, onder druk gehouden en getransporteerd met behulp van pompen.

Handleiding aansluiten en in gebruik nemen zelfaanzuigende SHE pompen

Hfdst 5 : Aanwenden materieel bij interventies - Blusmaterieel

STANDAARD OPERATIONELE PROCEDURE. Aflegsysteem lage druk: bundels

TESTRESULTATEN 05/11/2016 : Fomtec FFFP-ARC 3X3 (Film Forming Fluoroprotein Foam Concentrate) met tankwagen 45 ( lichte pomp)

Montage- en Gebruikshandleiding

Korporaal Pompbediening - besturen van voertuigen

Handleiding Zelfaanzuigende e-she pomp

FIKTECH. Ontstoffingstechniek & Productieoptimalisatie. Gebruiksinstructies FikVacWet vacuüm zuig/pers pomp

Aflegsysteem brandbestrijding

HANDLEIDING CHAPEPOMP

RC030/RC035 Pneumatisch (handmatig) vloeistof afzuigapparaat. Instructies

200 bar, 15 l/min., l, tandemasser met honda benzine motor (11,7 Hp 8.6 kw) Instructies voor gebruik, onderhoud en transport.

Voorzitter Valideringscommissie: Lt-Kol ir VANDEVOORDE. Leden van de werkgroep procedure

Opmaak: Lt. Van Der Cruyssen Guy 1

Voertuig voor Heide- en Bosbrandbestrijding

Verkorte gebruikershandleiding Multihog CX met Heatweed XL.

INSTRUCTIEBOEKJE HG800P / HG1200R. hydrofoorgroepen

EcoAir 60. Gebruiksaanwijzing

DERIA NEDERLAND DERIA VERWARMINGSSYSTEMEN d.m.v. STRALINGSWARMTE


Tuin Woningbouw Regenwater Regenwater Tuin Utiliteitsbouw Regenwater Grijswater Infiltratie Afvalwater

INSTRUCTIEBOEKJE TP800P-TP800R-TP1200R. tuinpompen

Handleiding rookgascondensor INHOUDSOPGAVE: WERKING. 1.1 Algemeen 1.2 Werking INSTALLATIE

HOOFDSTUK V. Hierbij zijn twee hoofdtypen te onderscheiden, n.l. die met centrale kraanspil en die met afzonderlijke

Landini Pompen. Leverbaar met vele soorten overbrengingen, waardoor vooral zwaardere tractoren zeer rustig kunnen draaien (1600 toeren).

Korporaal CENTRIFUGAALPOMPEN

STANDAARD TIJDSCHAKELAAR VOOR BEWATERING VOOR BEWATERING VAN DE TUIN AUTOMOTIVE INDUSTRIIE

Gebruik en functies van de 6 wegklep voor filtersets FS350- FS400- FS450- FS500- FS650

Project Bluswater. Spoor 2: Bluswateralternatieven DEFINITIEF. Regionale Brandweer Zaanstreek-Waterland. Versie 1.1, 15 juni 2006

Handboek van een vacuümunit type VHU-40-HE Type: VHU-3000-HE Gewicht: 145 kg

ZD COMPACT SILENT - DIESEL

ONDERDRUKBEVEILIGING IN SPRINKLERINSTALLATIES

MEMORANDUM 71A ONDERDRUKBEVEILIGING IN SPRINKLERINSTALLATIES

ZD 600/900 COMPACT SILENT COMBI

Technische Fiche Reni MAXI KUNSTSTOF pakket

Landini Pompen. Pompen voor kleine lichte trekkers, direct op de aftakas. Niet zelfaanzuigend

TANKWAGEN 4000 liter met onafhankelijk aangedreven pomp (perceel 2)

Voorwoord: Cool 150/250 Basis set. Cool 150/250 DeLuxe set. Lees eerst de hele handleiding door alvorens met de installatie te beginnen.

TANKWAGEN LITER

Leidingreparatie en -onderhoud

GEBRUIKERSHANDLEIDING

Schakel de cv-pomp uit. Trek de stekker uit de wandcontactdoos.

GEBRUIKERSHANDLEIDING MOBIELE DIESELOLIETANK MET POMP TYPE FIELDMASTER

Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing centrifugaalpomp RC-Pomp

BRAND CAFE ZONDER NAAM

Alternatieven voor primaire bluswatervoorziening. Nederlandse Vereniging voor Brandweerzorg en Rampenbestrijding

TANKWAGEN 8000 LITER

Montagehandleiding. van drukdompelpomp

A Stoel naar voren klappen. B Controleer of de batterijstekker in het apparaat is gestoken. C Klap de stoel naar achteren.

Gebruikershandleiding Bodemsaneringswagen Deco-SV400T

Brandkranen. Kaders en richtlijnen

ONTHAALBROCHURE WELKOM BIJ...

Hooiland pomp, Handleiding

Technische Fiche Reni MAXI BETON pakket

[INSTALLATIE HANDLEIDING]

Montagehandleiding van TEO systeembesturing

Technische Fiche Reni MAXI BETON (+) pakket

Technische Fiche Reni MAXI BETON pakket

Bedieningsvoorschrift Analoge doseerpomp TEKNA EVO APG serie

MEMORANDUM 71 ONDERDRUKBEVEILIGING IN SPRINKLERINSTALLATIES

OVERZICHT Elektrisch gedreven, droge opstelling

Specialistengroep WTS 806

Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing centrifugaalpomp RC-Pomp

Inbedrijfstelling van de installatie

Handleiding: Rupsdumper zelfladende bak.

Componenten voor hydraulische uitrusting. Algemeen. Maatregelen vóór het starten van een nieuw hydraulisch systeem

aanvullende gebruikers handleiding AQUA Plus Versie

Prestaties van (filter)pompen. Door : Rob M.

Stabu breektank documentatie. Inleiding

LAADZUIL ELEKTRISCHE MONTAGE EN GEBRUIK Deze handleiding is van toepassing op een DIC laadzuil met plug and play systeem

De hogedrukreiniger is robuust en eenvoudig te bedienen, echter als problemen zich voordoen, benader dan uw dealer. Veiligheid

HANDLEIDING RO-STEAM 1000 / 2000

BioFleece. Biologisch Vliesfilter. Gebruiksaanwijzing

Pompputten in PE 04/2015. Van regen naar rivier

A Controleer of de batterijstekker in het apparaat is gestoken.

UltraFleece. Professioneel Bandfilter. Gebruiksaanwijzing

Innovation Protection Conseil

DIC WANDMODEL HANDLEIDING MONTAGE EN GEBRUIK Deze handleiding is van toepassing op een DIC wandmodel met plug and play systeem

Alfamix (wasmachines) Handleiding

Tactiek en techniek Het aflegsysteem. Tactiek en techniek Het aflegsysteem. Tactiek en techniek Het aflegsysteem.

Gebruiksaanwijzing. Gasbranders Gasbrander zonder vlambeveiliging Gasbranders met vlambeveiliging.

Hydrauliek 1 AOC OOST Almelo Groot Obbink

Probleemoplossingsgids

WINFORMATIE OVER REGENWATERGEBRUIK.doc

GEBRUIKERSHANDLEIDING HYDRAPAK

GRUNDFOS mq -upa compacte pompen voor huishoudelijke watervoorziening

Bedieningsvoorschrift Analoge doseerpomp TEKNA EVO AKL serie

Gebruiksaanwijzing Decontaminatie-Unit 320

TOEBEHOREN. Zuigkit. Drukregelaar DSK. Drukregelaar 02. Drukregelaar Kit 05. Drukregelaar SK. Drukschakelaars, manometers.

BEWAKING EN BESTURING. VOORDELEN VAN AANDRIJVINGEN MET VARIABELE FREQUENTIE (VFD's)


Provinciaal Technisch Instituut EEKLO. Automatiseringstechnieken. Hydraulica toepassingen

Motor start niet. Startmotor defect Batterij leeg Elektrische aansluiting(en) defect. Startinrichting werkt niet

Tips Voor een brandveilig evenement

DIENSTNOTA 2006/13. Herentals, 17 juli BETREFT : standaard operatie procedures brandweer Herentals

1. BESCHRIJVING. "-" aansluiting. power LED. ventilator "+" aansluiting zekering. ON/OFF schakelaar. AC uitgangsstopcontact 2.

AFVOER-/AANZUIGAPPARAAT RQN 1071 GEBRUIKSAANWIJZING

USER MANUAL BUS. Art. No Edition 2.1

Ç)- EASY DOZ. Installatie handleiding

Transcriptie:

Korporaal Pompbediening Hfst. 6 Bluswatervoorzieningen Hfst. 8 Pompopstelling Kapt. Bob De Ryck september/oktober 2015

Hfst. 6 Bluswatervoorzieningen 1. Bluswatertank 2. Drinkwaterleidingnet en hydranten 3. Open water 4. Overige bluswatervoorzieningen

Inleiding Water is de meest gebruikte blusstof bij de brandweer. Komt overal voor. Water is een levensbehoefte, zonder water houdt een mens het niet lang uit, daarom zijn er overal drinkwaternetten. Plaatsen waar de bw water neemt noemt u bluswaterwinplaatsen.

Opgelet voor de bereikbaarheid! Wat in de winter? Sommige bluswaterwinplaatsen hebben een beperkte capaciteit. U moet daar dus rekening mee houden in verband met de pompcapaciteit.

1. Bluswatertank De meeste branden worden geblust met hoge druk. Bij een autopomp gebruikt u in eerste instantie uw watertank. Waterverbruik bij een HD inzet met 2 stralen is ong. 250 l/min. Opgelet bij een tankinhoud van 1500 l is dat dus ong. 6 minuten!!!

U moet dus onmiddellijk een alternatieve waterwinplaats gaan zoeken! Hydrant, maar meestal is dat een tankwagen.

2. Drinkwaterleidingnet en hydranten Voor onze drinkwatervoorzienig zijn er in het hele land drinkwaterleidingnetten aangelegd. Brandweer heeft inspraak bij het plaatsen van de drinkwaterleidingnetten: Diameter, denk aan bebouwde kom, bedrijven, industriepark Bovengrondse of ondergrondse

De drinkwaterleidingnetten zijn in ringvorm. Een bepaald punt zal dus aan 2 zijden gevoed worden. Druk = 2 a 7 bar. Door gebruik van bw ontstaat er een drukval!!

Eisen gesteld aan een hydrant Worden niet geplaatst in parkeervakken. Het blusvoertuig moet bij voorkeur binnen een straal van 5 m opgesteld kunnen worden. Zij moeten onder alle omstandigheden direct kunnen gebruikt worden. Zij moeten duidelijk herkenbaar zijn met een aanwijsplaat!!

2.1.Ondergrondse hydrant De hydrant bij gebruik altijd volledig open draaien. Als dat niet gebeurd zal de volle waterleidingdruk via de leegloopinrichting de grond om de hydrant wegspoelen! Denk ook aan het insluiseffect!!!!

2.2. Bovengrondse hydrant De bovengrondse hydrant heeft één afsluiter. Heeft 1 of 2 of 3 aftappunten. Opgelet!!! Gevaar om de voeding te moeten onderbreken wanneer u achteraf nog een extra voeding aftakt op dezelfde bovengrondse hydrant!

Vraag Op een industrieterrein wordt als algemene eis gesteld dat een zware autopomp op een hydrant moet kunnen afleggen. Welk type hydrant dient in een dergelijke situatie toegepast te worden?

3. Open water Hydrant heeft een beperkte capaciteit, bij grotere branden wordt er gezocht naar een alternatieve bluswatervoorziening. Dat kan bv open water zijn. Open water = plaats waar water in onbeperkte mate aanwezig is, en niet speciaal voor de bw is aangelegd. Bv. Rivieren, grachten, vijvers

Eisen voor open water De bluseenheid moet goed kunnen worden opgesteld. De zuighoogte mag maximaal 8 meter zijn. Voldoende diep zijn, minimaal 80 cm. Het water moet zo schoon mogelijk zijn. Het water moet een onbeperkte waterhoeveelheid zijn.

Een autopomp heeft een aanzienlijk gewicht, indien mogelijk de plaats laten verharden. Indien niet bereikbaar met een autopomp, misschien geschikt voor met draagbare pompen te werken. In de winterperiode, dichtgevroren, gat maken. Opletten, eigen veiligheid en van andere personen!!!

4. Overige bluswatervoorzieningen 4.1. Geboorde putten 4.2. Bluswaterreservoir

4.1. Geboorde putten

4.1. Geboorde putten eisen Capaciteit moet minimaal 1.000 l/min bedragen. De put moet bereikbaar zijn voor autopompen. De grondwaterstand mag bij het ontrekken van water niet gestoord worden. Er is een vergunning nodig om een put aan te leggen. Filter met een zandvang van ong. 1 m lengte. Om de filter wordt een grindlaag gestort van ongeveer 20 cm dikte. Om de snelheid van het instromende water te beperken. Om zand tegen te houden.

Twee soorten Open geboorde put: geboorde putten Heeft een stijgbuis die groot genoeg is om de zuigbuis te laten zakken. Gesloten geboorde put: Heeft een stijgbuis tot aan het maaiveld of daarboven uitsteekt. Er is aan het einde een koppeling gemonteerd waar wij onze zuigslang op kunnen aansluiten.

Aanzuigen aan een geboorde put Pompbediener moet oog hebben voor: Langzaam beginnen met pompen. De put moet 2x/jaar getest worden door de brandweer. Deksel en omgeving van de put dienen vrij te zijn van vuil. Ga eens na in uw gemeente waar er putten zijn en hoe er moet op aangesloten worden. Wacht niet tot het te laat is!!!

4.2. Bluswaterreservoir Bij bijzondere objecten met een groot risico kan het noodzakelijk zijn om een bluswaterreservoir te plaatsen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen open en gesloten reservoirs. Reservoirs kunnen transportabel en stationair zijn.

Samenvatting

1. Inwerkstelling Hfst. 8 Pompopstelling 2. Algemene onderrichtingen 3. Onregelmatigheden in de werking van de pomp, het opsporen en opheffen van eenvoudige storingen

1. Inwerkstelling Alle pompen bespreken is niet mogelijk. De grote hoofdlijnen worden in dit hfst besproken. Centrifugale pompen werken volgens dezelfde principes. Zorg dat u de pompen kent in uw korps!!!

1.1. Routinecontroles in de brandweerpost Verschil tussen beroeps en vrijwilliger!! Beroeps = bij aanvang diensturen Vrijwilligers = wanneer de pomp periodiek wordt nagezien

De volgende punten worden gecontroleerd: Peil van de brandstoftank Oliepeil van de motor Waterpeil van de radiator Toestand (lading) batterij Vulling watertank (bij autopompen en tankwagens)

1.2. Voorzorgen te nemen bij aankomst op de interventieplaats De bestuurder moet aandacht hebben voor: Plaatsing van het voertuig: Volgens aanwijzing van de bevelvoerder Moeten er nog andere voertuigen voorbij? Toestand wegdek? Winter? Lekkende vloeistoffen? Vallende dakpannen? Helling? Kant van de rijbaan?

Vervolgens: De handrem zorgvuldig aantrekken. Vergeet u niet in neutraal te zetten!!! De krachtafnemer (PTO) inschakelen. Nagaan of perskranen gesloten zijn. Enkel water geven op bevel en steeds progressief (anticiperen).

1.3. Voedingswijze van pompen Volgens de soort pomp en volgens de omstandigheden (aard van tussenkomst, waterbronnen, enz..) kunnen de bw pompen gevoed worden, hetzij: Door de tank van het voertuig Door een hydrant Door open water, geboorde putten, reservoirs In aanjaagverband

1.3.1. Werking op open water Bij werking op open water zal de centrifugaalpomp via een ontluchtingsinrichting, ontlucht moeten worden!!! (denk aan rietje) Wateringpomp Trokomat (droge zuigerontluchtingspomp)

Te verrichten handelingen Het voertuig opstellen dat op eenvoudige wijze water kan onttrokken worden. Handrem aantrekken (helling = stopblokken). Klein materieel klaar leggen (drijver, lijnen, zuigkorf) Uitleggen van de nodige zuigslangen en behulpzaam zijn met aansluiten van de zuigslangen.

Bevelvoerder bepaalt op welke wijze Zuigslangleidingen aankoppelen aan pomp => zuigslang zo houden dat de pompbediener gemakkelijk kan koppelen de zorg voor de zuigkorf : vrij om water te zuigen» korf aan vlotter vastmaken» korf op plank of ladderdeel voorkomt vastzuigen in de modder

Aansluiten van de zuigslang aan de pomp en zuigleiding te water laten. Pomp inschakelen = PTO De sluiting van de afsluiters en kranen controleren. Vacuümpomp inschakelen. Toerental opvoeren.

Vacuümmanometer controleren, bij uitslaan van de meter en continu aanwijzing van druk, langzaam de nodige perskranen openen. Aanvals of voedingsslangen worden gevuld. De werkdruk regelen in functie van vereiste straalpijpdruk, lengte slangenleiding,hoogteverschillen. Indien geen specifieke druk gevraagd = 5 bar voor een lage druk pomp 30 bar voor een hoge druk pomp Constant letten op de goede werking van de motor / pomp

Voorzorgen Dichtingringen nazien. Koppelingen degelijk aanspannen met de aanzetsleutels. Zuigkorf diep genoeg onder de waterspiegel, niet in de modder. Aftapkraantjes en kranen dicht.

1.3.2. Werking op Opstelling: hydrant pomp zo dicht mogelijk bij de hydrant. waterleidingen met kleine diameter, afleggen op 2 hydranten, liefst langs verschillende kant van het straat

Voorkeur Voeding hydrant niet op zuiginlaat (verzamelstuk) maar rechtstreeks op de aansluiting hydrant voeding.

Voorzorgen Dichtingsring standpijp nazien Leiding en hydrant doorspoelen Zuigzeef nazien, moet proper zijn Minstens één perskraan openen (voorkomt waterslag in pomphuis en manometers)

Opmerking Bij werking op hydrant moet de ontluchtingspomp niet worden ingeschakeld, het toerental mag ook lager zijn, heeft te maken met de druk waarbij het water de pomp instroomt = druk van de waterleiding. Nooit aanzuigen met stijve zuigslang op de waterleiding!!

1.3.1. Werking in aanjaagverband In lange leidingen ontstaat drukverlies. Beschikbare druk tussen pomp en verdeelstuk slechts 2 bar. Om grote afstanden te overbruggen kunnen 2 of meerdere pompen in lijn opgesteld worden = aanjaagverband.

Aanjaagverband Twee soorten: Serieschakeling = gesloten aanjaagverband Relais = open aanjaagverband We noemen: Haler = pomp aan de waterbron Blusser = pomp bij brand Aanjagers = pomp(en) tussen haler en blusser Aanvoerleidingen = slangen tussen haler en blusser Blusleiding = slangen vanaf de blusser naar de brand

Serieschakeling of gesloten aanjaagverband Gesloten aanjaagverband grotere afstanden overbruggen met verscheidene pompen in één lijn opgesteld in serie schakeling rekening houden dat: hoe meer debiet hoe groter de snelheid grotere wrijvingsverliezen

Persslangen van haler en aanjager(s) telkens aan de zuiginlaat van de volgende pomp aangesloten dmv een verzamelstuk of een overgangskoppeling.

Algemene regels Voorkeur van alle pompen dezelfde capaciteit, indien niet zwaarste pomp als haler en de kleinste als blusser. Ingangsdruk bij aanjagers en blusser minimum 1 bar en de aanvoerslang moet hard aanvoelen. Pompdruk voor alle pompen gelijk. Steeds u concentreren!!!

Relaisopstelling of open aanjaagverband Haler en aanjager(s) storten hun water in een reservoir, waaruit de volgende pomp aanzuigt en verder transporteert. Dit systeem laat toe een zwaardere pomp te voeden met kleinere pompen in parallelopstelling.

1.3.4. Werking op de watertank In principe wordt de watertank alleen gebruikt voor de HD. De werkzaamheden bij werking op de tank zijn gelijk aan die van 1.3.1. met het verschil dat:

Geen ontluchtingspomp moet ingeschakeld worden. De verbindingskraan tussen pomp en tank moet geopend worden. Peilglas of niveaumeter van de watertank constant in het oog houden! Zien voor een alternatieve voedingsbron van de watertank.

Bediening van de ontluchtingspomp De ontluchtingspomp: Die altijd meedraait (zonder koppeling) Die manueel moet in- en uitgeschakeld worden Die automatisch werkt!!!

De droge zuigerontluchtingspomp of trokomat

1.5. Belangrijke opmerkingen Voertuig bij voorkeur evenwijdig en zo dicht mogelijk bij het wateroppervlak om de hoogte van de zuigleidingen te beperken. Luchtzakken in de zuigleiding vermijden, niet teveel bochten en hoeken. Een normale aanzuig mag niet langer dan één minuut duren, indien langer is er een probleem.

Brandweerpompen zijn bluspompen geen ledigingspompen!!! Zuigzeef in de korf plaatsen Persdruk moet tenminste 2 bar blijven om het uitschakelen van de ontluchtingspomp te verzekeren. Nooit de motor op volle toeren laten draaien.

2.1.5.Maatregelen tijdens inzet Pomp laten werken en tankvulkraan gebruiken om een constante circulatie te bekomen in de watertank. In de slangen en straalpijpen continu stroming in stand houden, dus nooit geheel afsluiten!

2.2. Controle van de persdruk bij verschillende handelingen De persdruk steeds controleren. Drukwijzigingen steeds rustig aanpassen. Denk aan de straalpijpdragers!!! Moeilijke posities Op een ladder.. De watertoevoer nooit stoppen zonder de straalpijpdrager te verwittigen.

2.3. Diverse opstellingen

3. Onregelmatigheden in de werking van de pomp Opsporen en opheffen van eenvoudige storingen. Wordt verder besproken in de praktijkles.

De aanzuiging is onmogelijk Na meerdere keren lukt het niet!!! Droge aanzuiging testen: Normaal aanzuigmaneuver uitvoeren: Gesloten perskranen Blinde zuiginlaat Naald van manovacuümmeter moet zakken Pomp stilleggen Naald mag niet snel terug naar nul komen!!

Test laat zien dat je een luchtlek hebt! De pomp dmv hydrant onder druk zetten Op één perskraan slang dia 70 aansluiten en openen Via de zuiginlaat de hydrant laten voeden De geopende perskraan sluiten zodra water uit de persslang komt Door het uitstromen van water kan u het lek vinden.

Indien geen lek in de pomp? Op de pomp volledig stel zuigslangen aansluiten. Op het einde van de zuigslang blinde plaat plaatsen. Wat water in pomp laten om te vermijden dat ze droog draait. Perskranen,ledigingskranen,voeding tank moeten gesloten zijn. Droge aanzuigproef uitvoeren.