Beleidsregels. Innovatieve particuliere initiatieven. Aanvullend personenvervoer



Vergelijkbare documenten
Handleiding en aanvraagformulier. Subsidie. Innovatieve particuliere initiatieven Aanvullend personenvervoer

STADSREGIO AMSTERDAM ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING

gezien het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders van 15 november 2016, kenmerk SBH/ ;

Subsidieverordening Hollands Kroon

Algemene subsidieverordening Texel

Gemeente Strijen. Subsidieverordening. duurzaamheidsmaatregelen Strijen

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 24 maart 2015 ; Subsidieverordening Maatschappelijk Innovatiefonds gemeente Ommen

PROVINCIAAL BLAD. Dit besluit treedt in werking op de eerste dag na bekendmaking in het Provinciaal Blad en werkt terug tot en met 1 januari 2019.

Subsidie vrijwillige inzet en informele zorg gemeente Ermelo 2016.

HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN

Gelet op het artikel 90, tweede en derde lid van de Wet raadgevend referendum;

eurne DE RAAD VAN DE GEMEENTE DEURNE Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 21 augustus 2018, nr. 56;

ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING GEMEENTE MAASTRICHT 2015

NADERE REGELS SUBSIDIE WONEN BOVEN WINKELS ARNHEM 2012

Concept ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING GEMEENTE MOERDIJK

Het COLLEGE van BURGEMEESTER en WETHOUDERS van de gemeente DORDRECHT; BESLUIT:

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van de Gemeente Hoom, inzake de Algemene subsidieverordening Gemeente Hoom 2015;

maken overeenkomstig artikel 136 van de Provinciewet bekend dat Provinciale Staten van Noord-Holland in

BELEIDSREGELS BUURTBUSPROJECTEN STADSREGIO AMSTERDAM HERIJKING 2012

GEMEENTEBLAD. Nr HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN

Bijdrageregeling versterking economisch vestigingsklimaat Metropoolregio Rotterdam Den Haag 2015

Specifieke subsidieregeling energiesbesparende maatregelen gemeente Overbetuwe

ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING GEMEENTE TYNAARLO. De raad van de gemeente Tynaarlo,

Subsidieregeling Wmo vernieuwende activiteiten Weert 2017

Onderwerp: Vaststelling Algemene subsidieverordening Purmerend 2014

Algemene subsidieverordening gemeente Landsmeer 2016

Besluit van de gemeenteraad d.d. 12 december 2011, nr. 14B/B, tot vaststelling van de Algemene subsidieverordening Tubbergen

Algemene subsidieverordening Gemeente Werkendam 2012

Algemene subsidieverordening gemeente Cromstrijen Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen. Hoofdstuk 2 Subsidieplafond en begrotingsvoorbehoud

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING LEIDERDORP 2012

Nadere regels en beleidsregel incidentele subsidie voor culturele activiteiten

Algemene subsidieverordening Texel 2016

gelet op artikel 5 van de Algemene subsidieverordening Den Haag 2014

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 20 mei 2014, nummer 001,

Specifieke subsidieregeling energiebesparende maatregelen gemeente Overbetuwe

en met inachtneming van: Titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb); en de Wet Infrastructuurfonds, alsmede het Besluit Infrastructuurfonds;

Subsidieregeling Kindgebonden financiering peuteropvang en voorschoolse educatie gemeente Alblasserdam 2019

Gelet op het bepaalde in de artikelen 147 en 149 van de Gemeentewet en titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht;

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Tijdelijke subsidieregels Innovatiegelden

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Algemeen Subsidiereglement stichting Fonds voor Cultuurparticipatie

Subsidieverordening voorziening laadpalen op eigen terrein

Kaderverordening subsidies provincie Groningen 1998

Subsidieverordening duurzaam bouwen op bedrijventerreinen gemeente Borsele 2014

Naam regeling: Algemene Subsidieverordening gemeente Zundert Citeertitel: Algemene Subsidieverordening gemeente Zundert 2011

Subsidieverordening investeringsimpuls terrasschermen en parasols op

Subsidieregeling Klimaat Actief! Steden en dorpen schuilen niet voor regen of zon

Subsidieverordening maatschappelijke ontwikkeling gemeente Buren 2011

dat het noodzakelijk is regels vast te stellen voor het subsidiëren van deze algemene voorzieningen,

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 23 februari 2012, nr. 9A;

PROVINCIAAL BLAD. vast te stellen de Subsidieregeling gedragsbeïnvloeding verkeersveiligheid Fryslân:

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders 4 augustus 2015, nummer /c; gelet op artikel 149 van de Gemeentewet;

Subsidieregeling Onderwijs en Kinderopvang Weert 2017

VERORDENING (re)integratie arbeidsgehandicapten

Raadsvoorstel. Agendanummer: Datum raadsvergadering: Registratienummer: Onderwerp:

REGELING BEWONERSINITIATIEVEN 2019

Subsidieregeling gemeentelijke monumenten

Algemene subsidieverordening gemeente Scherpenzeel 2018

SUBSIDIEREGELING TOEKOMSTFONDS ONDERWIJS ARBEIDSMARKT AMERSFOORT

SUBSIDIEREGELING BUURTBUSSEN LELYSTAD 2016

PROVINCIAAL BLAD. Tweede wijzigingsregeling Subsidieregeling energie Noord-Brabant

c. Meerjarige subsidie: subsidie die voor twee kalenderjaren 5. Europees steunkader: een mededeling, richt-

Nadere regels subsidieverstrekking gemeente Medemblik 2014

Kaderverordening subsidies provincie Groningen Hoofdstuk 1: Begripsbepalingen en algemene bepalingen

Algemene subsidieverordening Haaksbergen (9.16b)

gelet op de Algemene wet bestuursrecht, de Provinciewet en de Gemeenschappelijke regeling Samenwerkingsverband Noord-Nederland;

NADERE REGELS AARDGASVOERTUIGEN HAAGLANDEN 2010 behorende bij de Subsidieverordening Luchtkwaliteit Haaglanden 2010

Subsidieverordening Actielijnen 3a, 3b en 4 Lokale Educatieve Agenda

Vast te stellen de Subsidieverordening opvang en begeleiding van kwetsbare burgers

gelet op de Algemene wet bestuursrecht en de vigerende Algemene Subsidieverordening van gemeente Amersfoort;

gelet op artikel 156, eerste lid van de Gemeentewet en op de Algemene Subsidieverordening 2013 gemeente Dongeradeel;

SAMEN AAN DE SLAG: BELEIDSREGELS BEWONERSBIJDRAGE GEMEENTE DRIMMELEN 2015

Interestsubsidieregeling energiebesparing bestaande bouw particulieren Drenthe

gemeente Eindhoven Het college van burgemeester en wethouders van Eindhoven,

Onderwerp : Algemene Subsidieverordening Bergeijk 2016

gelet op de Algemene wet bestuursrecht en de vigerende Algemene Subsidieverordening van gemeente Amersfoort;

ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING HEERENVEEN 2014

SUBSIDIEREGELING INNOVATIEAGENDA CULTUUR MAASTRICHT ( )

Regeling subsidie Duurzaam wonen in Kennemerland

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 20 februari 2014;

Subsidieregeling Klimaatactieve Stad 2017 Steden en dorpen schuilen niet voor regen of zon

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Helmond;

Algemene subsidieverordening gemeente Harlingen overwegende dat het gewenst is voor subsidiering algemene regels vast te stellen;

Uitgegeven: 12 april , no. 12 PROVINCIAAL BLAD VAN FRYSLAN

Subsidieregeling maatschappelijke inzet sportverenigingen

Subsidieverordening waardevolle panden gemeente Veere 2017

Subsidieregeling Energielening particulieren Noord-Brabant

Toelichting op de Algemene Subsidieverordening Gemeente Heerde 2017

Algemene Subsidieverordening. Datum :

GEMEENTEBLAD. Nr

BESLUITEN: vast te stellen de navolgende Subsidieregeling voor evenementen 2016.

Subsidieregeling Mijn Mooi Brabant Noord-Brabant

SUBSIDIEREGELING COLLECTIEVE ZONNE-ENERGIEPROJECTEN

gelezen de nota subsidieregeling Projecten#InDeBuurt d.d. 15 november 2016 nr ;

Subsidieverordening Duurzaam Bouwen op bedrijventerreinen Reimerswaal dubo

Algemene subsidieverordening gemeente Harlingen 2015

Algemene subsidieverordening GOES 2011

gelet op artikel 3 van de Algemene Subsidieverordening Weert 2017, de Gemeentewet en de Algemene wet bestuursrecht;

SUBSIDIEREGELING ENERGIEBESPARING BESTAANDE BOUW PARTICULIEREN 2009

Transcriptie:

Beleidsregels Innovatieve particuliere initiatieven Aanvullend personenvervoer Vastgesteld bij besluit van het dagelijks bestuur van de Stadsregio Amsterdam van 6 december 2012

Aanleiding In de vergadering van het dagelijks bestuur op 18 oktober 2012 is 600.000 gereserveerd ten behoeve van innovatieve voorstellen op het gebied van particuliere initiatieven voor aanvullend vervoer voor de periode 2013-2015. Beleidsregels buurtbusprojecten Stadsregio Amsterdam herijking 2012 Beleidsregels buurtbusprojecten Stadsregio Amsterdam zijn apart opgesteld. De beleidsregels buurtbusprojecten zijn opgesteld om aanvragen van gemeenten (of adviescommissies van de concessies) tot instelling van een buurtbusproject te behandelen. Dit opent de mogelijkheid inwoners van rurale gebieden en daarin gelegen kernen en buurten waar lijngebonden busvervoer ontbreekt of dreigt te ontbreken, toch een vorm van openbaar vervoer aan te (blijven) bieden op basis van inzet van vrijwilligers uit de betrokken kernen. De beleidsregels Innovatieve particuliere initiatieven Aanvullend personenvervoer zijn opgesteld voor aanvragen van andere vormen van particulier openbaar vervoer. Aanvragen kunnen worden ingediend door iedereen die aan de eisen voldoet. Deze regeling is ook van toepassing op aanvragen voor buurtbusprojecten door andere personen dan gemeenten, die niet onder de beleidsregels buurtbusprojecten vallen.

Artikel 1 Begripsbepaling a. ASV: de Algemene Subsidieverordening Stadsregio Amsterdam; b. Awb: de Algemene wet bestuursrecht; c. dagelijks bestuur: het dagelijks bestuur van de Stadsregio Amsterdam, als bedoeld in artikel 16 van de Gemeenschappelijke regeling Stadsregio Amsterdam; d. ov-kenmerken: vaste halte, vaste route, voor iedereen openstaand; e. Stadsregio Amsterdam: de plusregio, op grond van hoofdstuk XI van de Wet gemeenschappelijke regelingen, als bedoel in artikel 1 van de Gemeenschappelijke regeling Stadsregio Amsterdam; f. Subsidieverordening WP2000: Subsidieverordening Wet Personenvervoer 2000 Stadsregio Amsterdam. Artikel 2 Toepasselijkheid Deze beleidsregels zijn van toepassing op subsidieaanvragen voor innovatieve voorstellen op het gebied van particuliere initiatieven voor aanvullend personen vervoer voor de periode 2013-2015. De ASV, Subsidieverordening WP2000 en titel 4.2 van de Awb zijn van overeenkomstige toepassing op deze beleidsregels, voor zover daarvan in deze regels niet wordt afgeweken. Artikel 3 Subsidieplafond 1. Het dagelijks bestuur kan per kalenderjaar een bedrag reserveren ten behoeve van het stimuleren van particulier aanvullend personen vervoer. 2. Subsidie wordt slechts verleend, onder voorwaarde, dat het jaarlijks door het dagelijks bestuur vastgestelde subsidieplafond voor particulier aanvullend personen vervoer niet wordt overschreden. 3. Het vastgestelde subsidieplafond bedraagt 200.000 per kalenderjaar voor 2013, 2014 en 2015. 4. Het dagelijks bestuur verdeelt het beschikbare budget in de volgorde van ontvangst van de (volledige) aanvragen. Artikel 4 Subsidiabele activiteiten In aanvulling op de Subsidieverordening WP2000 kan het dagelijks bestuur een opstartsubsidie verlenen aan een aanvrager voor een project ten dienste van aanvullend personenvervoer dat naar het oordeel van het dagelijks bestuur (1) een voldoende meegewogen innovatief karakter heeft en (2) bijdraagt aan de fijnmazigheid van het openbaar vervoer in het concessiegebied. Artikel 5 Proces 1. Een aanvraag voor subsidie kan het gehele jaar worden ingediend. 2. Een aanvraag voor subsidie wordt tenminste 4 maanden voor de aanvang van de start van het project waarvoor subsidie wordt aangevraagd, ingediend bij het dagelijks bestuur. 3. Een aanvraag voor subsidie wordt in behandeling genomen op het moment dat de Stadsregio heeft geconstateerd dat de aanvraag volledig is. 4. Het dagelijks bestuur beslist op aanvragen binnen 12 weken. 5. Het dagelijks bestuur kan zijn beslissing voor ten hoogste 20 weken verdagen. De aanvrager wordt hiervan schriftelijk in kennis gesteld. Artikel 6 Formulieren Het dagelijks bestuur kan formulieren voor de aanvraag van subsidie voor particuliere vormen van aanvullend personen vervoer vaststellen.

Artikel 7 Aanvraag 1. De subsidieaanvraag omvat: a. een motivatie van de aanvraag met daarin een toelichting van het innovatieve karakter en de ovkenmerken; b. een toekomstvisie; c. businessplan of financiële onderbouwing; d. een vermelding van de onderdelen waarvoor de opstartsubsidie voor particuliere initiatieven wordt aangevraagd; e. een vervoerplan met de naam en het adres van de betrokken organisaties, de te rijden route(s), een overzicht van de halteplaatsen, dienstregeling, het verwachte aantal reizigers, het aantal geraamde dagen waarop het vervoer wordt aangeboden en een overzicht van de in te zetten (motor)voertuigen; f. een machtiging ingeval de aanvrager optreedt namens één of meerdere organisaties; g. een afschrift van eventueel gesloten overeenkomsten met een beroepsvervoerder voor het verrichten van het aanvullend personen vervoer; h. een afschrift van een uittreksel Kamer van Koophandel van de aanvrager (maximaal 3 maanden oud), en voor zover de aanvrager gemachtigd is door één of meerdere organisaties, afschriften van de uittreksels uit het Handelsregister van de organisaties die hij/zij vertegenwoordigt; i. een kopie van de communautaire vergunning (CV) als het busvervoer is of de ondernemingsvergunning taxi als het onder taxivervoer valt; j. een kopie van de KIWA registratie van de voertuigen. Artikel 8 Toetsingscriteria 1. Voor aanvragen voor de subsidie gelden de volgende toetsingscriteria: a. het project dient ten goede te komen aan de reiziger; b. het vervoer ontbrekende schakels in het netwerk opvult of onrendabele lijnen op innovatieve wijze gaat vervangen; c. het vervoer zal op geen enkele wijze het lokale/regionale door de overige concessiehouders verrichte bus- en tramvervoer hinderen; d. het project dient nieuw te zijn; e. de uitvoering van het project is gelegen in de Stadsregio Amsterdam; f. het vervoer voor alle reizigers die zich aanbieden toegankelijk is; g. indien het vervoer wordt verricht met motorvoertuigen, dan dienen die te voldoen aan minimaal Euro V/EEV normen; h. het materieel voldoet aan geldende wet- en regelgeving wat betreft veiligheid; i. de motivatie, het vervoerplan en de toekomstvisie voldoende innovatief zijn en beschikken over een ov-kenmerk; j. het vervoer wordt minimaal gedurende een hele kalenderjaar uitgevoerd; k. het businessplan aangeeft dat de bijdrage van de Stadsregio Amsterdam in goede verhouding staat tot het (nieuw te generen) vervoer.

Artikel 9 Hoogte van de subsidie / subsidiabele kosten 1. De opstartsubsidie voor het particulier aanvullend personen vervoer bedraagt maximaal 75.000,- per initiatief bestaande uit: a. max. 2.500,- kan worden verstrekt als éénmalige tegemoetkoming in de kosten van het oprichten van een vereniging; b. max. 5.625,- per voertuig kan worden verstrekt als éénmalige tegemoetkoming in de kosten van het aanpassen van een voertuig voor het geschikt maken van het OV-chipkaart systeem; c. max. 50.000,- kan worden verstrekt als éénmalige tegemoetkoming in de kosten van marketingen communicatiekosten. Artikel 10 Vorm van de subsidie 1. De subsidie wordt verleend als bijdrage in de kosten voor het opstarten van het initiatief. 2. De subsidie wordt verleend onder de ontbindende voorwaarde dat de subsidieaanvrager, indien van toepassing, beschikt over een ontheffing als bedoeld in artikel 29 WP2000. 3. Het dagelijks bestuur verleent een voorschot van maximaal 50% van de subsidiabele kosten bij het afgeven van de subsidiebeschikking. Artikel 11 Weigeringsgronden 1. De aanvraag voor een subsidie voor particulier openbaar vervoer kan, naast de in artikel 4:25 lid 2 en 4:35 Awb, artikel 11 ASV en artikel 3.4 Subsidieverordening WP2000 genoemde gronden, worden geweigerd indien: a. de concessiehouder kan aantonen dat het initiatief tot gevolg heeft een substantiële derving van inkomsten van de concessiehouder; b. het vervoer gebruik maakt van specifieke openbaar vervoer infrastructuur voor bussen en trams; c. het initiatief niet openstaat voor andere gebruikers (geen voor een ieder openstaand vervoer); d. niet voldaan is aan de eisen gesteld in artikel 8; e. de aanvrager niet meewerkt aan een ontwikkeltraject voor ingebruikneming van de ov-chipkaart; f. het project niet voldoet aan de ontheffingsvoorwaarden artikel 29 WP2000 Artikel 12 Verplichtingen 1. De subsidieaanvrager voor een subsidie voor particulier aanvullend personenvervoer is, naast de in artikel 4:37 Awb en artikel 4.5 Subsidieverordening WP2000 genoemde gronden, verplicht om: a. op verzoek van databasehouders van reisinformatie, zoals 9292OV, reisinformatie te verstrekken aan deze organisaties; b. zorg te dragen voor verrichting van het particuliere vervoer in overeenstemming met het vervoerplan; c. een lijst bij te houden van reizigers die gebruik maken van het particuliere vervoer (tellijsten). d. het dagelijks bestuur onverwijld te informeren over de wijze waarop het plan uitgevoerd wordt en wijzigingen in en afwijkingen van het vervoerplan, die leiden tot wijziging van het aantal reizigers; e. op verzoek van het dagelijks bestuur alle bescheiden en inlichtingen die nodig zijn om te beoordelen of de aanvrager voldoet aan zijn subsidieverplichtingen te verschaffen.

Artikel 13 Vaststelling 1. Tenzij bij beschikking anders is bepaald, dient de subsidieontvanger de aanvraag tot het vaststellen van een subsidie in binnen zes maanden na afronding van het project, respectievelijk de activiteit of na afloop van het tijdvak waarvoor de subsidie wordt gevraagd. 2. Het dagelijks bestuur kan formulieren voor de vaststelling van subsidie voor particuliere vormen van aanvullend personenvervoer vaststellen. 3. Bij een aanvraag tot vaststelling van de subsidie levert de subsidieontvanger de navolgende gegevens aan: a. een financiële verantwoording vergezeld van een originele, goedgekeurde controleverklaring betreffende de werkelijk gemaakte, subsidiabele kosten en baten van het project; b. de lijst met het aantal reizigers dat gebruik heeft gemaakt van het particuliere vervoer; c. afwijkingen van het bij aanvraag ingediende vervoerplan. 4. Het dagelijks bestuur stelt de subsidie vast binnen drie maanden na ontvangst van de aanvraag tot vaststellen van de subsidie. Artikel 14 Bijzondere bepalingen betreffende de vaststelling van de subsidie 1. De subsidie kan, naast de in artikel 4:46, lid 2 Awb en artikel 5.3 Subsidieverordening WP2000 genoemde gronden, lager of op nihil worden vastgesteld indien: a. de werkelijk gemaakte subsidiabele kosten minder bedragen dan de berekening waarop de verleende subsidie is gebaseerd; b. niet is voldaan aan de verplichtingen gesteld in artikel 12. 2. Indien de aanvraag, als bedoeld in artikel 13, niet binnen de gestelde termijn is ontvangen, kan het dagelijks bestuur binnen 3 maanden na een eenmalig rappel overgaan tot ambtshalve vaststelling. 3. Aanvrager kan geen rechten of verplichtingen uit hoofde van dit besluit kan overdragen aan een derde partij Artikel 15 Hardheidsclausule Het dagelijks bestuur kan in bijzondere gevallen afwijken van een of meer bepalingen van deze beleidsregels. Artikel 16 Inwerkingtreding Deze beleidsregels treden, na bekendmaking, in werking met ingang van 1 januari 2013. Artikel 17 Citeertitel Deze verordening wordt aangehaald als: Beleidsregels Innovatieve particuliere initiatieven aanvullend personen vervoer Stadsregio Amsterdam.