BEDIENINGS INSTRUCTIE BE 1000 Brand 30.0221.9535 A3 INHOUDSOPGAVE Inleiding en aanwijzingen voor de veiligheid............. 2 Toelichting weergave en bedieningselementen Display en toetsen..................................... 3 Weergave van meldingen............................... 4 Variabele functietoetsen en het display................... 5 Vaste functietoetsen.................................... 6 Weergave van meldingen en bewerking Weergave van meldingsoorten, meldingen, melders........ 7 Weergave van extra informatie.......................... 9 Bedieningsbevoegdheid Gebruikercode invoeren............................... 10 Gebruikercode invoeren bij meldingen................... 11 Functies in het hoofdmenu bedienen Hoofdmenu en submenu s oproepen/beëindigen.......... 12 Dag /nachtbedrijf omschakelen........................ 13 De centrale terugnemen............................... 14 Interne alarmen terugnemen........................... 15 Weergavetest........................................ 16 614 30.0221.9520 08 A3 1
Inleiding en aanwijzingen voor de veiligheid Waarover informeert deze bedieningsinstructie u? In dit document vindt u alle informatie die u nodig heeft om de centrale te bedienen. De centrale mag alleen door bevoegde personen worden bediend! Uit veiligheidsoverwegingen en om verkeerd gebruik te vermijden, is het raadzaam de eventueel benodigde toegangscode voor de bediening slechts aan deze personen bekend te maken. Waarover informeert deze gebruiksaanwijzing u niet? De bedieningsinstructie geeft geen informatie over algemene of veiligheidstechnische aspecten. Vergewist u zich ervan dat u alle veiligheidstechnische handelingen en veiligheidsvoorschriften binnen uw gebouw kent (bijvoorbeeld hoe te handelen bij alarm, brandweerplannen, alarmorganisatie, etc.). Let er bij het reinigen van het oppervlak, speciaal van de bedienings en weergave eenheid op, dat er geen bijtende en schurende reinigingsmiddelen worden gebruikt en dat er geen vloeistoffen in het binnenste van het apparaat komen. Bij vernieling van het display door invloed van buitenaf, bestaat er voor de gebruiker geen direct gevaar (zoals explosie, implosie, schadelijke gassen, etc.). Bij beschadiging van de centrale moet de servicedienst op de hoogte worden gesteld. Centrale Service Hoofdbureau Telefoon: 614 30.0221.9520 08 A3 2
Toelichting weergave en bedieningselementen Display en toetsen Display (LCD) Toetsen voor het invoeren van cijfers en vaste functietoetsen Verzamelalarmen Alarm Storing ABC DEF GHI STOP 1 2 3 JKL MNO PQR 4 5 6 STU VWX YZ./: 7 8 9 0 Variabele functietoetsen 614 30.0221.9520 08 A3 3
Toelichting weergave en bedieningselementen Weergave van meldingen Verzamelweergave voor alarm: Alarm (rood) licht op bij een brandalarm, een vooralarm of een alarmverificatie. Het alarm in kwestie wordt opgeslagen en door een zoemer gesignaleerd. Verzamelweergave voor storing: Storing (geel) licht op bij elk storingsoort. De overeenkomstige storingsmelding wordt doorgaans opgeslagen (niet bij b.v. netstoring) en de zoemer geactiveerd. Kan de bevoegde gebruiker de storing niet opheffen, dan moet de storingsdienst worden gewaarschuwd. Nummer van de actuele melding Soort melding Nummer meldergroep Meldernummer van die meldergroep 3 BRAND 0012 06 Melding? Melder Weergegeven functie van de variabele functietoets Variabele functietoetsen: Met de variabele functietoetsen kunnen de via deze toetsen op het display weergegeven meldingen/functies worden opgeroepen. 614 30.0221.9520 08 A3 4
Toelichting weergave en bedieningselementen Variabele functietoetsen en het display 15:13 22.11.1996 Menu Het display: Het display bestaat uit 2 regels met 16 tekens. Op het display worden alle aan de orde zijnde meldingen en de bedieningsaanwijzingen in het hoofdmenu weergegeven. Rusttoestand: verkeert het bedieningspaneel in rusttoestand, d.w.z. dat er geen meldingen zijn binnengekomen en geen submenu s uit het hoofdmenu zijn opgeroepen, dan verschijnt de actuele tijd, de datum en de toegang met de middelste variabele functietoets tot het hoofdmenu. 3 BRAND 0012 06 Melding? Melder Variabele Functietoetsen Variabele functietoetsen: Met de variabele functietoetsen kunnen de op het display weergegeven functies worden opgeroepen. De tekst boven de toets op het display verstrekt informatie voor het bedienen van de variabele functietoets in kwestie, d.w.z.: met de linker toets wordt de volgende melding opgeroepen met de middelste toets wordt de hulptekst gedurende 3 seconden weergegeven met de rechter toets wordt de volgende melder van de meldgroep opgeroepen... Extra functies doorbladeren: > vooruit bladeren met de daaronder liggende toets < achteruit bladeren met de daaronder liggende toets 614 30.0221.9520 08 A3 5
Toelichting weergave en bedieningselementen Vaste functietoetsen Cijfers invoeren ABC DEF GHI 1 2 3 Voor zover er getallen moeten worden ingevoerd (b.v. gebruikercode), kan dit op de plaats gebeuren waar de cursor zich bevindt. JKL MNO PQR 4 5 6 Invoer bevestigen Druk op deze toets nadat cijfers werden ingevoerd de submenu s werden opgeroepen Naar bedieningsniveau terugschakelen STOP Met deze toets wordt één niveau teruggeschakeld of een gestarte functie afgebroken. Zoemer uitschakelen ABC DEF GHI 1 2 3 De zoemer weerklinkt bij de volgende meldingen: Alarm Storing Druk op een willekeurige toets om de zoemer uit te schakelen. 614 30.0221.9520 08 A3 6
Weergave van meldingen en bewerking Weergave van meldingsoorten, meldingen, melders De volgende meldingsoort oproepen 03 BRAND EXT < Menu > Er zijn in totaal 3 meldingen (meldergroepen) van b.v. de meldingsoort BRAND EXTERN aan de orde. Zijn er meerdere meldingsoorten aan de orde, dan worden deze volgens hun prioriteit weergegeven. Met de rechter variabele functietoets kan de volgende meldingsoort (b.v. STORING) worden opgeroepen. Verdere meldingsoorten oproepen 02 STORING < Menu > Zijn er bijkomende meldingsoorten voorhanden, dan kunnen die worden opgeroepen door opnieuw op de rechter variabele functietoets te drukken. Na de laatste weergegeven meldingsoort en het indrukken van de rechter variabele functietoets verschijnt de meldingsoort met de hoogste prioriteit op het display. Meldingsweergave van de gekozen meldingsoort oproepen 1 BRAND 0001 12 Melding? Melder Op het display verschijnt de chronologisch eerste melding (1) met de meldergroep (nr. 0001) en de melder (nr. 12). vervolg volgende pagina 614 30.0221.9520 08 A3 7
Weergave van meldingen en bewerking Weergave van meldingsoorten, meldingen, melders Verdere meldingen oproepen 1 BRAND 0001 12 Melding? Melder Na het bevestigen van de geselecteerde meldingsoort kunnen de meldingen (meldergroepen) met de linker variabele functietoets individueel worden opgeroepen. Verdere meldingen worden achtereenvolgens op de eerste regel weergegeven; b.v. meldergroep (nr. 0012) met melder (nr. 07) 2 BRAND 0012 07 Melding? Melder Verdere melders oproepen 2 BRAND 0012 07 Melding? Melder Na het bevestigen van de geselecteerde meldingsoort kunnen de melders met de rechter variabele functietoets individueel worden opgeroepen. De volgende geactiveerde melder (nr. 14) van de meldergroep (nr. 0012) wordt op de eerste regel weergegeven. 2 BRAND 0012 14 Melding? Melder vervolg volgende pagina 614 30.0221.9520 08 A3 8
Weergave van meldingen en bewerking Weergave van extra informatie Extra informatie oproepen 2 BRAND 0012 14 Melding? Melder Bij elke opgeroepen melding (zie vorige pagina) kan met de middelste variabele functietoets extra informatie worden opgeroepen. 2 BRAND 0012 14 Trappenhuis De tekst van de extra informatie (b.v. trappenhuis) wordt gedurende ongeveer 3 seconden weergegeven. Daarna verschijnt de vorige melding weer. 614 30.0221.9520 08 A3 9
Bedieningsbevoegdheid Gebruikercode invoeren Code invoer starten 1 2 3 15:13 22.11.1996 Menu Druk op een willekeurige toets of op de middelste variabele functietoets. Met de gebruikercode wordt de bedieningsautorisatie 1 voor de basisbediening of de bedieningsautorisatie 2 voor de totale bediening ingevoerd. Gebruikercode invoeren Codebedrijf starten Codebedrijf beëindigen 1 2 3 Code: * * * * * * 01: Dag/Nacht 00: Code uit De gebruikercode kan naar keuze uit 2 tot 6 cijfers bestaan. De eerste twee cijfers zijn vast aan de gebruiker toegewezen (kunnen niet worden veranderd). De overige cijfers worden gebruikt voor het persoonlijke wachtwoord van de gebruiker (kan worden veranderd). Werd de gebruikercode correct ingevoerd en bevestigd, dan verschijnt het eerste submenu van het hoofdmenu op het display (zie pagina 17 om het submenu op te roepen). Rustbeeld in het codebedrijf: wordt 30 seconden lang geen toets ingedrukt, dan verschijnt het rustbeeld van het hoofdmenu of de melding met de hoogste prioriteit. Door op de middelste variabele functietoets menu te drukken, wordt naar het eerste submenu van het hoofdmenu overgegaan. Wordt binnen 15 minuten niets ingevoerd, dan wordt het codebedrijf automatisch verlaten en dooft de indicatie. Roep in het hoofdmenu het submenu Code beëindigen op (zie pagina 17) en bevestig met de toets. Het codebedrijf wordt verlaten. 614 30.0221.9520 08 A3 10
Bedieningsbevoegdheid Gebruikercode invoeren bij meldingen Code invoer starten 03 BRAND EXT < Menu > Druk op de middelste variabele functietoets. Gebruikercode invoeren Codebedrijf starten Meldingweergave in het codebedrijf terug oproepen 1 2 3 STOP Code: * * * * * * 01: Dag/Nacht 03 BRAND EXT < Menu > De gebruikercode kan naar keuze uit 2 tot 6 cijfers bestaan. De eerste twee cijfers zijn vast aan de gebruiker toegewezen (kunnen niet worden veranderd). De overige cijfers worden gebruikt voor het persoonlijke wachtwoord van de gebruiker (kan worden veranderd). Werd de gebruikercode correct ingevoerd en bevestigd, dan verschijnt het eerste submenu van het hoofdmenu op het display. Wordt binnen 15 minuten niets ingevoerd, dan wordt het codebedrijf automatisch verlaten en dooft de indicatie. Door op STOP te drukken verschijnt de melding op het display zonder dat het codebedrijf wordt beëindigd. Codebedrijf beëindigen 00: Code UIT Roep in het hoofdmenu het submenu Code beëindigen op (zie pagina 17) en bevestig met de toets. Het codebedrijf wordt verlaten. 614 30.0221.9520 08 A3 11
Functies in het hoofdmenu bedienen Hoofdmenu en submenu s oproepen/beëindigen Codebedrijf starten/beëindigen 01: Dag/Nacht Werd de gebruikercode correct ingevoerd en bevestigd, dan verschijnt het eerste submenu (dag/nacht) van het hoofdmenu op het display. Ga in het hoofdmenu naar de individuele submenu s 02: Algemene Reset 03: Intern Reset 04: Lamptest 00: Code UIT Met de variabele functietoets kan in het hoofdmenu achtereenvolgens naar de individuele submenu s worden overgegaan. Wordt 30 seconden lang geen toets ingedrukt, dan verschijnt het rustbeeld van het hoofdmenu. Door op de middelste variabele functietoets menu te drukken, wordt naar het submenu dag/nacht overgegaan. Submenu s oproepen/beëindigen De individuele submenu s worden met de toets opgeroepen In het submenu code beëindigen wordt met de toets het codebedrijf verlaten. 614 30.0221.9520 08 A3 12
Functies in het hoofdmenu bedienen Dag /nachtbedrijf omschakelen Dag/nacht uit het hoofdmenu oproepen (zie pagina 12). 01: Dag/Nacht Dag /nachtbedrijf oproepen Dag 01 = UIT AAN Op het display verschijnt de toestand van het dag /nachtbedrijf. Dag /nachtbedrijf omschakelen Dag 01 = AAN UIT Het omschakelen van dag op nachtbedrijf en omgekeerd gebeurt met de middelste variabele functietoets. Terug naar het hoofdmenu overgaan STOP 01: Dag/Nacht 614 30.0221.9520 08 A3 13
Functies in het hoofdmenu bedienen De centrale terugnemen Alles terugnemen uit het hoofdmenu oproepen (zie pagina 12) 02: Algemene Reset Roep alles terugnemen op Algemene Reset? Reset Voer alles terugnemen uit Met de variabele functietoets worden alle activeringen van de centrale teruggenomen. De meldingen verdwijnen van het display zodra alle teruggenomen melders zich in de rusttoestand bevinden. Kan de bevoegde gebruiker de meldingsoort niet terugnemen, dan moet de storingsdienst worden gewaarschuwd. 614 30.0221.9520 08 A3 14
Functies in het hoofdmenu bedienen Interne alarmen terugnemen Intern alarm terugnemen uit het hoofdmenu oproepen (zie pagina 12) 03: Intern Reset Roep intern alarm terugnemen op BRA INT RESET? Reset Voer intern alarm terugnemen uit Met de variabele functietoets worden alle geactiveerde interne alarmen teruggenomen. De meldingsoort in kwestie verdwijnt van het display zodra alle teruggenomen melders zich in de rusttoestand bevinden. 614 30.0221.9520 08 A3 15
Functies in het hoofdmenu bedienen Weergavetest Weergavetest uit het hoofdmenu oproepen (zie pagina 17) 04: Lamptest Voer de weergavetest uit ************************************************ ************************************************ ************************************************ ************************************************ ************************************************ ************************************************ Met worden de LEDs, het display en de zoemer op hun werking gecontroleerd. De weergavetest wordt automatisch na 3 seconden beëindigd. 614 30.0221.9520 08 A3 16