We lezen de aanvang van deze Sidra (in Naardense Vertaling), Exodus 21 vers 1 en 2:



Vergelijkbare documenten
Zondag 17 maart Voorganger: Ds. Jennie Lambers-Niers. Organist: Eril Nijzink

Maar hoe in de wereld is dat mogelijk als we vanmiddag horen dat het gaat om oog om oog, tand om tand?

Waarom doet Hij dat zo? Om de diepste bedoeling van Gods geboden aan te geven. Daar kom ik straks op terug. Hij geeft in de Bergrede de beloften en

De Bijbel zegt JHWH, de Vader, is de enige God!

16 Leg over een ander geen vals getuigenis af. Exodus 20

Ontmoetingskerk Heerde Zondag 14 januari 2018 Voorganger: Ds. Hanneke Diermanse Koster: Gijsbert Pap Organist: Henk van der Maten Lector: Muriëlle

Voorbeeld brief 2de eeuw 2 Petrus)

1 februari uur JH Smit. Liturgie bij Leerdienst Het doel van God. Votum: gezongen Groet Amen: gezongen. LvdK 434, (LB 868) Gebed.

Er zijn drie sleutelwoorden in Galaten 3:15-20: Belofte, Verbond en Wet. We zouden moeten bestuderen hoe Paulus deze drie woorden in dit gedeelte

Het pauselijke Rome heeft. 1. het 2e gebod weggelaten, 2. het vierde gebod grondig gewijzigd 3. het 10e gebod gesplitst

Exodus 3, 1-15 Belijdenis- en doopdienst 9 oktober 2011 Wehl. Thema: 'Ik heb je bij je naam geroepen!' Gemeente,

Wij zingen voor de dienst: Lied 216:1, 2 en 3

Ochtenddienst 25 juni Zondag 17

ORDE VAN DIENST zondag 14 april 2019

Toon Uw heerlijkheid Opwekking 505

De Sabbat in de Thora

Lukas 22, Jezus: meer dan Pesach

Paasfeest een traditie?

Die dingen, waar wij onze aandacht op mogen richten, worden beschreven in de verzen 1 t/m 11. Meer deel krijgen aan de natuur van Jezus

Welkom in Open Hof op zondag 12 augustus 2018 om 9.30 uur. Protestantse Wijkgemeente Open Hof te Kampen

De tien Geboden. Tien belangrijke regels. Aangepaste dienst Zondag 17 april 2016 Ds. Henk Bondt

Wettig gebruik der wet

Gemeente van onze Heer Jezus Christus, lieve mensen,

worden beschreven in de verzen 1 t/m Petrus 1 De Goddelijke natuur

Openluchtdienst! speelruimte om te leven!

Geloof omwille van de ander. Evert Jan Ouweneel Meerkerk, 3 april 2013

Liturgie Ds L. Compagnie

lied 119: 5 ( Diep in mijn hart berg ik uw heilig woord )

3. Jezus is een Jood Romeinen 15:7-13, Mattheüs 5: De verwachting van de Messias in het Oude Testament...

De zegen uit Numeri 6. Deze zegen-formule is kunstig opgebouwd: zij bestaat uit 15 Hebreeuwse woorden.

Het nieuwe verbond Een Stap in je geloof. Kortrijk, 25 februari 2015

DUINZICHTKERK - zondag 15 oktober 2017 Wijkgemeente Archipel- Benoordenhout

MISJPATIEM (Bepalingen) Sjemot 21:1-24:18

Organist:Cor van Kooten

Bekering en discipelschap in het Oude Testament

Gebedsdienst bij een gedenkdag

THEMAREEKS: 10 GEBODEN

Jeugddienst 1 oktober 9.30 uur Vrouw met de kruik

- 1 - Christus. Maar ook een apostel en dat betekent: een gezondene van Jezus Christus. Goddelijke natuur 2 Petrus 1

Jezus is De Wet Vervuld

Zondag 21 oktober Zuiderkerk. Voorganger: ds Harmen Jansen Organist: E. Bremer. Orgelspel. Welkom. Zingen: lied 217 vers 1, 3, 4 en 5

Liturgie voor de ochtenddienst op zondag 25 juni 2017, in de Hervormde Kerk te Den Ham, aanvang 10:00 uur. Welkom

DIENST VAN DE VOORBEREIDING

Romeinen 1:1-5 & 21-31, 6:13-22

LIEFLIJKHEID, SAMENBINDING. Hoe heten de stokken die in onderstaand vers genoemd worden? de ene noemde Ik. de andere. en Ik weidde die schapen.

pgscheemda e.o. Dit document staat t/m 12-7-'19 17:00 uur online op pgscheemda.nl 1

Preek Marcus 7: 1 23 over de Wet

28 oktober uur AvdLugt orgel: Jannes Munneke schriftlezing: Diny van Dijk LITURGIE:

Geloven is vertrouwen. Ik geloof het wel. de waarheid omtrent iets of iemand aannemen. Over het

Welke instelling heeft God bepaald en waarom mag er niet gegeten worden wat gezuurd is?

Mozes, openbaart De Engel des Heren (Jezus?) openbaarde zich (2) Ongerechtigheid..(7,9). onbekwaam geen spraakvaardigheid Kende God dan Mozes niet?

Paasviering. Sing-in 2017

Luister, Israël: de HEER, onze God, de HEER is de enige!

1. Grote God, Gij hebt het zwijgen met uw eigen,

WITTE DONDERDAG Protestantse Gemeente Beverwijk 24 MAART uur Grote Kerk

1 februari 2018 Bodegraven

Orde II Schrift, zegen en gebed

Uit de prekenserie van Bart Gijsbertsen

Liturgie ochtenddienst zondag 12 februari 2017 in de Westerkerk te Veenendaal

Belijdenis en doop van volwassenen Orde II

Waar genade zijn juiste plaats krijgt daar zal genezing gaan stromen.

Paulus in actie. In een heilige actie. Gericht op de drie-enige God. Dat is tot eer van God en uitbreiding van Zijn Koninkrijk.

Een volk van priesters

De zegen uit Numeri 6. Deze zegen-formule is kunstig opgebouwd: zij bestaat uit 15 Hebreeuwse woorden.

k wil even bij U komen (U bent mijn vriend) Tekst: Arend Jansen Muziek: Marcel Zimmer 2005 Celmar Music / Eagle Music

Zingen: Lied: 287 Rond het licht dat leven doet 1 en 2

Christus in de Psalmen

Bijbelteksten Feest van Genade

Werkelijk vrij. Zonde is overtreding van Gods wetten. Men moet dus weten, of iets zonde is of niet.

Wie is GOD? Een studie over de bijbelse doctrine van God.

De Bijbel open (07-12)

Fundamentele Leerstellige Werkbladen

10 redenen voor de komst van de Heere Jezus

Iiturgie voor de -12 jeugddienst van zondagmorgen 28 Juni in de Westerkerk te Veenendaal

De Bijbel Open (13-07)

Belijdenis en doop van volwassenen Orde I

DEUTERONOMIUM 6:4-25 serie Deuteronomium - 6

Siddoer van Yeshivat HaChaverim

ORDE van DIENST voor zondag 10 december BEDIENING VAN DE HEILIGE DOOP aan

Kerkelijk jaar: 24 e zondag na Pinksteren Schriftlezing Marcus 12 : 28 34

Kringstudie 3: Heersen als Koningen

Genade & Waarheid. Johannes 1:17 (NBG) Want de Wet is door Mozes gegeven, de genade en de waarheid zijn door Jezus Christus gekomen.

LES6. De wegloper belonen. Sabbat. Zondag Lees Lees 'De wegloper. Teken Teken een gympie en. Leer Begin met het uit je hoofd


- 1 - Werkelijk vrij. Want de zonde zal over u niet heersen. U bent namelijk niet onder de wet, maar onder de genade.

Zondag 20 augustus 2017

1 Korintiёrs 1:9. Marcus 10:45. Handelingen 4:12. Johannes 17:3. 1 Korintiёrs 3:16. Johannes 15:9,10. Psalm 32:8

= = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = We vieren de dienst aan tafels in de voorhal

Welkom in de Hoeksteen. Voorganger: ds. Tonny Nap

Gebedsdienst dinsdag 22 oktober 1991 Thema: De lofzang van Maria: Lied van opstanding. Openingswoord

Welkom en Afkondigingen >

Witte Donderdag. 29 maart Johanneskerk Leersum

Orde van dienst Tweede Kerstdag. Voorganger: Dr. J.C. Borst Muzikale begeleiding: enkele muzikanten van Jeduthun

God, laat ons uw liefde zien en maak ons gelukkig.

Protestantse Gemeente Nunspeet (Driestwegkerk) 18 april uur

De Heer zal voor u strijden en gij zult stil zijn.

Liturgie voor de Startdienst op Zondagochtend 25 September 2016

De kracht van Zijn vrede in jou

Welkom en Afkondigingen >

Transcriptie:

Misjpatiem Exodus 21:1 24:18 25 Sjewat 5774 / 26 januari 2014 Exodus 21: 1-11 Thema: Onmogelijke slavernij We richten ons vanmiddag op de eerste elf verzen van de Sidra Misjpatiem. Deze Sidra van de afgelopen sabbat ligt direct in het verlengde van de Sidra Jitro die eindigde met de Tien Woorden en een instructie over de eredienst. En de eerste woorden van Sidra Misjpatiem worden er in het Hebreeuws stevig mee verbonden door het woordje ook, en. Met andere woorden: het gedeelte van vandaag wordt rechtstreeks verbonden met de Openbaring op de Sinaï. Ze zijn gegeven in één adem met de Tien Woorden en net als deze van goddelijke oorsprong. Dat komt wat merkwaardig over. Want deze woorden gaan over hoe om te gaan met een slaaf of een slavin. Is dat nu het eerste waar je aan denkt als je de Tien Woorden wilt gaan toepassen? Want om de toepassing van de Tien Woorden gaat het hier; de Tien Woorden worden als het ware nader verklaard door deze rechtsregels dat is wat misjpatiem betekent. Je kunt ook zeggen: de Tien Woorden waaieren uit in al die 613 geboden en verboden in het Joodse leven. Het moet iets te zeggen hebben dat de eerste rechtsregels, de eerste misjpatiem, gaan over slavernij. Op het moment dat je deze woorden dan nader gaat bestuderen merk je dat deze slaven en slavinnen eigenlijk niet te houden zijn. Slaaf-zijn wordt in feite een onmogelijkheid. En we gaan eens zien hoe dat komt en hoe zich dat verhoudt met de cultuur in die dagen, zo n 1600 jaar voor Christus. En uiteraard ook: wat heeft ons dat vandaag te zeggen? We lezen de aanvang van deze Sidra (in Naardense Vertaling), Exodus 21 vers 1 en 2: (En) Dit zijn de rechtsregels (misjpatiem) die je voor hun aanschijn zult stellen. Stel, je koopt een Hebreeuwse man als dienaar; zes jaren mag hij dienen; maar in het zevende gaat hij als vrij man weg, tot niets verplicht.

We kennen diverse wetten uit die oeroude tijd in Mesopotamië, en ze worden tot de dag van vandaag door wetenschappers bestudeerd. Zo zijn er de codex van de stad Esjnoena uit de 20 e eeuw voor Christus, de wetten van koning Lipit-Isjtar uit de 19 e eeuw, en wel de beroemdste de codex van koning Hammurabi uit de 18 e eeuw voor Christus. Wat in die wetten opvalt is dat ze door bevoegd gezag worden verordend, meestal de koning. Gewoonterecht en wil van de koning worden in steen vastgelegd en zijn daarmee onveranderbaar. Iedereen weet waar hij zich aan heeft te houden en zo wordt een maatschappelijke orde nagestreefd. Van koning Hammurabi is bekend dat hij die wetten schreef om de goden te behagen. Maar de goden zelf spelen in die wetten geen rol, ze worden ook niet door de goden verordonneerd. En al die wetten betreffen alleen wereldse zaken; ze betreffen nooit eredienst of religieuze zaken. Dit zijn dus ook de wetten en regels die gangbaar zijn in de tijd van Mozes. Rondom Mozes en Israël, wil dit ook zeggen, bestond geen wetteloze of rechtsloze wereld en er wordt in de Tora ook regelmatig aan die wetten gerefereerd. Soms wordt er summier naar zo n wet verwezen en wordt er alleen een correctie bij geïntroduceerd. Soms kant de Tora zich tegen bepaalde elementen van het gewoonterecht. Soms worden bestaande rechtsregels ook bevestigd, maar nu gesteld in het kader van de relatie tussen God, mens en wereld. En met die laatste woorden staan we dan ook in één keer buiten de codex Hammurabi. Want dan stuiten we op het fundamentele verschil tussen alle wetten in die dagen en de Tora: de Tora wordt namelijk niet door bevoegd gezag of zelfs door een koning gegeven, maar door God zelf bij de openbaring op de Sinaï. Aan bijna elke wetsregel in de Tora gaat vooraf: en de Eeuwige sprak tot Mozes en zei zeg tot het volk. Hier wordt om zo te zeggen goddelijk recht gedoceerd. En niet om alleen te vertellen hoe het in een eredienst toe moet gaan, maar vooral ook om te zeggen hoe het in het dagelijkse leven toe zal moeten gaan. Want Israel wordt geroepen tot een heilig leven; een levensstijl die verwijst naar de Heilige die hen de leefregels voorschrijft. Hoe het tussen mensen toe zal gaan wordt dus door God zelf voorgeschreven. Het gaat nog een stapje verder zelfs: hoe het tussen mensen toe zal gaan wordt gefundeerd in hoe God zelf denkt, handelt, in relatie staat. De misjpatiem, de rechtsregels, hebben hun diepste basis in het hart, het wezen van God zelf, van JHWH. En, andersom gezegd, de misjpatiem zijn dus de uitdrukking en uitwerking van hoe het hart, het wezen van JHWH is. En je houdt dus de Tora niet alleen om de HERE God te behagen zoals voor koning Hammurabi gold -, maar je houdt de Tora vooral om dicht bij Gods hart te zijn en dicht bij de uitdrukking van zijn wil en wezen. Zodat in onze levensstijl een transparantie komt waardoor wij doorzichtig worden tot op God zelf; zodat niet zozeer door buitenstaanders gezien wordt hoe wij moeten handelen op grond van de wetten die ons zijn voorgeschreven, maar zodat door buitenstaanders iets door ons heen gezien wordt van een andere wereld, een hogere wereld; iets gezien wordt van JHWH zelf. Dit wil ik nu ook duidelijk proberen te maken aan die eerste woorden betreffende het dagelijks leven, de omgang met elkaar, die als in één adem met de Tien Woorden worden genoemd in Exodus 21:1-11. En dan

wordt ook gelijk duidelijk waarom het juist déze woorden zijn, de slavernij betreffend. Daarvoor is van belang dat we ons herinneren dat de Joodse telling van de Tien Woorden verschilt van de bij ons gebruikelijke. Bij ons is het eerste gebod: Gij zult geen andere goden voor mijn aangezicht hebben. Maar in het Jodendom is het eerste gebod: Ik ben de HERE, uw God, die u uit Egypte, uit het huis van de slavernij heeft gevoerd. Het eerste gebod staat voor hen dus in het teken van een je altijd herinneren dat wij leven niet met zo maar een God, maar met JHWH. De God die zegt: Ik ben erbij, Ik ga met je mee, Ik ga voor je uit en Ik kom achter je aan. En de weg die Hij voor ons kiest is de weg van de bevrijding. Waar toen en altijd weer er machten zijn die mensen aan banden leggen, mensen willen knechten, is Hij de God die mensen bevrijdt. Wij zullen en moeten nooit slaven zijn van mensen. En wij zullen en moeten nooit slaven zijn van regels en wetten die mensen niet tot hun recht laten komen. Het mag niet meer zo zijn dat mensen worden verdrukt en vermoord omdat er een groter belang zou zijn. En het mag niet meer zo zijn dat mensen elkaar beoordelen vanuit het perspectief van goden die bepalen wie meer en wie minder waard is, gelet op zijn IQ, of gelet op zijn motoriek, of gelet op zijn geloof of zijn maatschappelijke positie; gelet op wat dan ook. Wij zullen vrij zijn! Dat moet en zal Israel voorleven vanuit de Tien Woorden; daar beginnen die woorden mee. Dat is het eerste gebod van de Tien. En dan is het dus niet zo gek, integendeel, dan is het begrijpelijk dat de eerste misjpatiem - die de omgang met elkaar betreffen - over slaaf-zijn en over bevrijding gaan. Er wordt gezegd: stel dat het gebeurt dat iemand zo verpaupert, zozeer in de schulden komt, dat hij zichzelf moet verkopen als slaaf, dan ontstaat in feite een contradictio in terminis; want dan zou sprake zijn van een Hebreeuwse slaaf. Dus: iemand die leeft uit het eerste gebod van de Tien Woorden (je zult nooit slaaf meer zijn), en die nu toch als slaaf zijn leven leidt. De Tora beseft: dat kan gebeuren, want zo gaat het in de wereld, en iemand kan tot zo n verschrikkelijke armoede vervallen. Maar gelijk wordt daar in deze eerste misjpatiem een grens aan gesteld. Dit kan en mag in feite niet gebeuren, en het moet zeker niet voor altijd zijn. Dus, als het gebeurt: hoogstens zes jaar! Want dit is het volk dat leeft bij het eerste gebod. Dit is het volk dat leeft met zes dagen arbeiden en de zevende dag: vrijheid. Dit is het volk dat weet dat elk zevende jaar een sabbatsjaar is of zelfs een jubeljaar (bij 7x7 jaar). Het zou dus nog mooier zijn als zo n slaaf nog eerder dan in zes jaar weer werd ontslagen. In elk geval: het zevende jaar gaat hij weg, als vrij mens, tot niets verplicht. Want zo is mens-zijn bedoeld. Was hij getrouwd, dan gaat hij getrouwd weg. Is hij tijdens zijn slavernij getrouwd: dat had hij niet moeten doen, dat is geen situatie voor goede keuzes; hij had kunnen wachten tot het zevende jaar; hij had zijn vrouw een vrij man kunnen bieden maar heeft dat niet gedaan. Wil hij dan slaaf blijven, echt slaaf blijven.. Dat kan niet. Dat is in feite een onmogelijkheid, dat druist in tegen alles was de HERE God voor een mens zoekt. Als hij dan toch niet vrij wil weggaan, dan zal hij dat ook weten. Zijn meester moet hem voor God leiden. En laat zijn oor dan doorboord worden; het oor dat de stem van God, dat de Tien Woorden had kunnen

verstaan. En: aan de deurpost; de deurposten zegt de Joodse traditie die God nu juist oversloeg in de paasnacht opdat zijn volk vrij zou zijn, zou leven. En zo luidt het vervolg van de tekst is iemand zo verpauperd dat hij geen andere uitweg ziet dan zijn eigen dochter aan te bieden zodat zij de vrouw van haar meester wordt of de vrouw van haar meesters zoon, dan gaat de rechtsregel in Exodus 21 nog verder: dan geldt ze in feite niet als slavin maar heeft ze alle rechten van een echtgenote. Dan heeft ze dus recht op de drie grondrechten van elke getrouwde vrouw in die tijd: voeding, kleding, en bemind te worden. En krijgt ze die niet of naar verhouding met eventuele andere vrouwen niet genoeg, dan gaat ze vrij heen, tot niets verplicht. Het is dus in feite onmogelijk dat in Israel iemand slaaf of slavin wordt; en als het gebeurt: niet voor lang. Want zo wordt het ook wel verwoord Israel dient alleen God en zijn Tien Woorden. Dus: Israel is al dienaar, is al slaaf; namelijk van God zelf. Hij heeft het oor van zijn dienaar doorboord (Ps. 40:7); Israel is knecht des HEREN. Dus zijn daar in principe geen meesters. Iedereen is daar slaaf. En hoe zou iemand nu de slaaf van een slaaf kunnen zijn? Dat slaat nergens op. En dan werpt de Midrasj een heel interessante vraag op. Namelijk: maar is een lid van het volk Israel dan dus toch slaaf; zij het: slaaf van de HERE God? Is het volk Israel dan toch van de regen in de drup gekomen, of erger? Want nu zijn de wetten waaraan men zich moet houden niet van Hammurabi, maar nu zijn ze van God zelf. En ook in steen gegrift! Dus daar kom je dan helemaal niet meer onderuit; je kunt je immers niet op hoger recht beroepen. Ja, maar als dat zo zou zijn, dan is het eerste gebod van de Tien Woorden niet meer waar. Dan is men alleen maar zogenaamd bevrijd, maar moet men nu leven onder de last van de Tien Woorden, de Tora en alle 613 geboden. Dan is er geen bevrijdingsfeest te vieren (Simchat Tora). En dat is dus ook niet zo. En dan vinden we in de Joodse traditie regels die ons duidelijk maken hoe serieus de woorden van bevrijding zijn bedoeld en hoe ver dat gaat. Er wordt namelijk gesteld: de rechtsregels, de misjpatiem hebben niet het laatste woord. Misjpat moet altijd hand in hand gaan met tsedaka. Zo vind je dat ook overal in de Schrift. Zo hebben we dat daarnet nog gezongen met Psalm 72: O God, geef de koning uw misjpatiem en uw tsedaka aan de zoon van de koning. Dus: schenk uw rechtsregels, uw wetten, hand in hand met uw gerechtigheid. Wat wil dat zeggen? Het wil zeggen dat misjpat, de wet op zichzelf, niet volledig is zonder tsedaka, dus zonder de individuele zorg en aandacht voor ieder mens opdat hij of zij tot recht komt in de wereld. Nog anders gezegd: hoe belangrijk wetgeving ook is, hoe belangrijk ook de Tien Woorden zelf zijn, je mag er nooit automatisch mensen aan onderwerpen, want het leven zelf heeft de hoogste religieuze waarde. Wij mogen niet de slaaf worden van ons eigen rechtssysteem. En het Jodendom kent zo tal van voorbeelden waarin buiten de formele wet om gehandeld wordt en gehandeld moet worden. Bijvoorbeeld omwille van de vrede, om een conflict te voorkomen. Of omwille van de goede orde, als de wetten het normale leven onder de voet dreigen te lopen. Of omwille van de lieflijkheid: de wet moet soms veranderd worden wanneer de Tora, de bron van de wet, anders voor onrecht gehouden zou kunnen worden.

Enzovoort. Dus: anders handelen dan de Tora voorschrijft opdat vooral gehandeld wordt naar de geest van de Tora. Opdat Israel waarlijk vrij zal zijn. Opdat wij, ieder mens want de Tora in Israel heeft ieder mens op het oog vrij zal zijn; geen slaaf of slavin van welke macht ook. Godlof, wij zijn geen slaven meer en zullen ons dus ook niet zo gedragen. Wij leven in een vrijheid die in God zelf is gefundeerd en in het dagelijks leven wordt vertaald. Hoe zei ik het in het begin? Hoe het tussen mensen toe zal gaan wordt gefundeerd in hoe God zelf denkt, handelt, in relatie staat. De misjpatiem, de rechtsregels, hebben hun diepste basis in het hart, het wezen van God zelf, van JHWH. En, andersom gezegd, de misjpatiem zijn dus de uitdrukking en uitwerking van hoe het hart, het wezen van JHWH is. Jezus Christus heeft als geen ander ons dit hart van God verklaard, zijn wil, zijn wezen. Aan Joden en christenen zal duidelijk zijn of worden hoe wij als mensen zijn bedoeld. De Tora schept vrije mensen. En vanuit deze bron zingen wij wereldwijd bijna 4000 jaar later: O Christus, wees geprezen! Gij hebt ons vrij gemaakt om nooit meer slaaf te wezen, weerloos en zwak en naakt. Gij hebt ons uitverkoren om, aan Uzelf gelijk, als koningen herboren te heersen in uw rijk. En: Laat al wie zijn gebonden, vervolgd, verdrukt, geschonden bij ons zich veilig weten. Maak ons aan U gelijk, Christus naar wie wij heten, - voorboden van uw rijk. Jezus, vleesgeworden Tora, vervuller van ook Ps 40, Knecht des HEREN, zendt in deze vrijheid zijn discipelen uit de wereld in; zendt ons uit. Ik noem u geen slaven, maar vrienden. Hoe traag wij zijn van gehoor mag duidelijk zijn (understatement). Deze Tora klonk ca 1600 jaar voor Christus. Pas zo n 150 jaar geleden hebben wij de letterlijke slavernij afgeschaft. Paulus durfde en deed 2000 jaar geleden al veel meer dan wij: hij stuurde de slaaf Onesimus terug naar zijn meester Filemon, maar schreef erbij: vergeet niet dat hij je broeder is; je viert samen avondmaal. Dat wordt onmogelijke slavernij. De slavernij onder de machten in deze wereld gaat nog steeds door. Zelfs de Kerk heeft zo vaak mensen geknecht (en nog). Het is de hoogste tijd dat wij ons niet verschuilen maar overal opkomen voor een recht dat mensen het leven geeft. Zodat wie de Tora niet kennen en van Jezus niet weten in onze manier van handelen iets zien van een andere wereld, een hogere wereld; iets zien van JHWH zelf, zijn hart. Ik ben de HERE, uw God, die u uit Egypte, uit het huis van de slavernij heb gevoerd. Dat is het eerste gebod. En dus ook de eerste misjpat.