Uitleg externe tijdelijke pacemaker



Vergelijkbare documenten
Gebruikershandleiding AT-300T/R UHF-PLL. 40 kanaals rondleidingsysteem & draadloze microfoon systemen.

OVERZICHT APPARAAT. Knop Type patiënt. Pacemaker. Sync. Knop Rapporten Knop Afdrukken. Navigatieknoppen. Therapiepoort. ECG-poort.

Tijdelijke eenkamerpacemaker (AAI/VVI)

Nederlandstalige handleiding Autoalarm AS5

installatiehandleiding Alarmlicht met sirene

installatiehandleiding Alarmlicht met sirene

MILTON KLOKTHERMOSTAAT

Proteus EEC 2505 / 3000 / 3005

Elektrische muurbeugel

LCD scherm va LCD scherm

Gebruikershandleiding

Afstandsbediening Telis 16 RTS

Printerinstellingen wijzigen 1

installatiehandleiding Alarmlicht

DT-F1/DT-F1V. NL Revision 1

Parkinson Thuis Probleemoplossing

Cobra Alarm Gebruikers Handleiding

DAB+ FM-RADIO DAB-42 GEBRUIKSHANDLEIDING

Pacemakers en ICD s. Symposium voor anesthesiemedewerkers. Kitty van der Beek-Schouten. Cardiac Device Specialist RdGG.

DT-210/DT-210L/DT-210V. NL Revision 1

Draadloze radiatorknop

installatiehandleiding Rookmelder

Gebruiksaanwijzing TR12-1-

Plantronics Calisto II -headset met Bluetooth USB-adapter Gebruikershandleiding 56-K61L-23004

Handleiding voor VAT810-CO2/SD-B Luchtkwaliteit monitor

Handleiding Quick start

GEBRUIKSHANDLEIDING SHINE. De functies, vorm en uitzicht kunnen voorafgaande mededeling worden. gewijzigd voor kwaliteits verbeteringen.

installatiehandleiding Rookmelder

Programma Eco stand 8-SYMBOOL DISPLAY

Gebruikershandleiding AT-500T/R. 40 kanaals rondleidingsysteem & draadloze microfoon systemen.

CADD Solis VIP pomp. uw behandeling thuis

LCD scherm ve LCD scherm

Snelstart Gids. Menustructuur. Opstarten en Afsluiten. Formatteren van Disk. 72xxHVI-ST Series DVR

INSTALLATIE HANDLEIDING DANALOCK V3 BTHK (Apple HomeKit).

Nederlands. Handleiding. Inhoud :

Maverick ET 732 Handleiding

installatiehandleiding Bewegingsmelder

Gebruiksaanwijzing JBM

Het NESS H200 Wireless-systeem bedienen

TPC-200. Draadloos schakelen via de PC. Handleiding voor de KlikAan-KlikUit TPC-200 PC gestuurde zender en timer

Basisbeginselen van de pacemaker voor de anesthesist. Dr. Laurence Van Gestel Dr. Steve Coppens

PowerLocus SportTouch Draadloze Bluetooth Headset Gebruiksaanwijzing

GEBRUIKERSHANDLEIDING

ResponseCard AnyWhere Display

installatiehandleiding Bewegingsmelder

HANDLEIDING BEDIENINGSPANEEL

Switch. Handleiding

ALCT 6/24-2 GEBRUIKSAANWIJZING

Plantronics Calisto II -headset met Bluetooth USB-adapter Gebruikershandleiding FEBRUARI 2013

Item Radiogestuurde projectieklok met binnentemperatuur Gebruikershandleiding

GEBRUIKERSHANDLEIDING. Elektronisch slot Multicode. think safe

DIGITAL DOOR VIEWER GEBRUIKERSHANDLEIDING

4. Sluit de connectoren (L) aan, die zich aan de achterkant van de hoofdstructuur bevinden zoals wordt getoond in de figuur.

App Socrative. Zonder app Kamer Naam: CNEPACEMAKER

installatiehandleiding Slimme Radiatorknop Geschikt voor de SmartHome Huiscentrale (model GATE-02)

2015 Multizijn V.O.F 1

Handleiding bedieningspaneel

TechGrow HS-1 PORTABLE CO 2 METER HANDLEIDING. software versie: 1.00

Timer TI 100. Nederlandse Handleiding. w w w. b i t n e d e r l a n d. n l

WS 9006 instructiehandleiding. Gebruikershandleiding 1. Functies

Gefeliciteerd met uw nieuwe autoalarm! Inhoud

Programmeer- en bedieningsinstructies

handleiding beeldschermloep Basic Simpleview. (zie voor foto s de originele Engelstalige handleiding)

D-LUX. Veiligheid. Onderbreek de stroomtoevoer alvorens dit product te installeren of onderhouden!

Introductie. HomeSecure 433MHz Handleiding draadloos keypad:

2. Geadviseerde omgevingstemperatuur van 0 C tot 50 C.

GEBRUIKSAANWIJZING EN. PROJECTION ALARM CLOCK INSTRUCTION MANUAL DE. PROJEKTIONSWECKER

PACK TYXIA 541 et 546

GfS Day Alarm. Algemene omschrijving...p. 2. Montage handleiding en functies...p. 3. Instellingen van magneet contacten...p. 4

2015 Multizijn V.O.F 1

LifeSpan TR800 Loopband. Gebruikershandleiding. Versie 1.0

nl BeknOpte handleiding

Inleiding. Intelligent Targeting System (ITS) overzicht SYSTÈME INTELLIGENT DE DÉTECTION DE CIBLE

Versie: juni installatiehandleiding. Alarmlicht LXA-8A

RFI 1000 / RFI Magnetische sleutellezer INSTRUCTIEHANDLEIDING

1. Ingebouwde AM/FM antenne voor goed ontvangst vooraf instelbare stations ( 5 voor elke golflengte ) 3. Waterbestendig tot JIS7 standaard

Inhoudstafel pagina. Gebruikte symbolen, inbouw batterij / batterij vervangen.. 3

1. INCLINE: Gebruik de INCLINE knoppen om het loopvlak te verhogen of te verlagen. De helling is instelbaar van 0% tot 12%.

Beknopte handleiding voor de Nucleus CP910 en CP920 geluidsprocessors. Eerste stappen Beknopte handleiding

Gebruiksaanwijzing GPS car cam

INSTALLATIE INSTRUCTIES

InteGra Gebruikershandleiding 1

Gebruikershandleiding voor gegevensoverdracht van camera naar camera

7 Serie. The Future Starts Now. Digitale thermometers Temp7. Temp7 PT100. Temp7 NTC. Temp7 K/T

PRODUCTBESCHRIJVING...

Handleiding: instelling en werking E-Drive LCD display

DIGITALE SCREEN VIEWER MET 3,5 INCH BEELDSCHERM ARTIKELNUMMER 39704

Gebruiksaanwijzing MA-200X -1-

Infiniti ST-790 Computerhandleiding Introductie

GEBRUIKSAANWIJZING v. 1.0 ATMT-502 AFSTANDSBEDIENING MET TIMERFUNCTIE

HANDLEIDING! " # $ %! & ' ' ' % $ %! & ( % ) * +, -. +/ ". +/

Gebruiksaanwijzing TR20-1-

Rider 60. Stop ( /BACK/ / ) LAP PAGE

CS-269-A externe ontvanger

Gebruikers handleiding. JupiterPro. P2000 alarmontvanger

Inhoudsopgave. Inhoudsopgave


Wind, Sun & Rain Sensor Instructions

Gebruikershandleiding. DEVIreg 550. Intelligente elektronische thermostaat.

Alarmlicht met sirene

Transcriptie:

Uitleg externe tijdelijke pacemaker De eerste externe pacemaker (1958) drs. M. van Trigt Sr. Therapy Sales Specialist Medtronic Trading NL BV 1

Externe tijdelijke tweekamerpacemaker Marcel van Trigt 10 juni 2015 Maasziekenhuis Pantein 2

Toepassing tijdelijke pacemaker De tijdelijke pacemaker is bedoeld voor gebruik in combinatie met een cardiaal stimulatiegeleidingsdraadsysteem voor tijdelijke eenkamer- of tweekamerstimulatie in een klinische omgeving door getraind personeel. De tijdelijke pacemaker is geschikt voor tijdelijke demand-stimulatie (synchrone stimulatie) of asynchrone stimulatie met therapeutische, profylactische of diagnostische doeleinden. De tijdelijke pacemaker moet worden gebruikt in een omgeving waar de patiënt constant wordt bewaakt, om er zeker van te zijn dat de pacemaker correct werkt en de juiste therapie aan de patiënt afgeeft. 3

Inhoud 5392 verpakking De 5392 tijdelijke externe tweekamerpacemaker wordt geleverd met: 5392 tijdelijke externe tweekamerpacemaker Twee LR6 (AA) alkaline batterijen Documentatie (handleidingen) Accessoires die toegevoegd kunnen worden; Wegwerpbeschermhoes Model 5409 van Medtronic Wegwerpbeschermkap Model 53922 van Medtronic De serie patiëntkabels Model 5433 van Medtronic De serie chirurgische kabels Model 5832 van Medtronic Opmerking: De 5392 kan worden aangesloten met de kabels die gebuikt worden voor apparaten 5833, 5832, en 5433. 4

Vergelijking tussen Model 5388 & 5392 5388 5392 5

Voordelen 5392 t.o.v. 5388 Toevoeging van een verhogende rand; Vermijd het per ongeluk indrukken van de DOO/Noodgevallen-knop, pauzeknop en aan/uit-knop als het apparaat op een vlakke ondergrond ligt. 6

Voordelen 5392 t.o.v. 5388 De infuushanger Model 53921 van Medtronic is bevestigd aan de achterkant van de tijdelijke pacemaker en wordt gebruikt om de tijdelijke pacemaker aan een infuusstandaard op te hangen. Wanneer de infuushanger niet wordt gebruikt, kan deze plat tegen de achterkant van de tijdelijke pacemaker worden gevouwen. 8

Voordelen 5392 t.o.v. 5388 Elektrodeaansluitbussen Directe aansluiting van draden niet meer mogelijk. Vergrendeling door een klik systeem. Duidelijke markering; A voor de atriale kabel (blauw) V voor de ventriculaire kabel (wit) 9

Aansluiten van de geleidingsdraden Elektrodeaansluitkabel mogelijkheden 1 chirurgische-kabels modellen 5832 of 5833 2 patient-kabels modellen 5433A en 5433V 10

Aansluiten van de geleidingsdraden Plaats het rode en zwarte busje in het connectorblok en draai de schroeven losjes aan. De pacemakerlead kan op de busjes geschoven worden. 11

Aansluiten van de geleidingsdraden Verbinden Leads/Kabel Connector pins van de lead(s) moeten volledig in het connectorblok geschoven worden Let op de polariteit Zwart > negatief Rood > positief Gebruik uw handen om de draden vast te zetten (geen instrumenten of gereedschap) 5433 Patiëntkabel 12

Batterij verbeteringen Voordelen t.o.v. 5388 Gebruikt 2 AA batterijen i.p.v. 9-volt Duidelijke waarschuwing bij een bijna lege batterij Verlenging operationele tijd tijdens batterijwissel (90 sec totaal) 13

Batterij verbeteringen Batterijstatusindicator De indicator voor bijna lege batterij, een rood lampje, knippert achter de batterijstatusindicator als er nog maar één balk zichtbaar is. Als de indicator voor bijna lege batterij begint te knipperen, kunnen de batterijen van de tijdelijke pacemaker nog ongeveer 24 uur of minder worden gebruikt. 14

Batterij verbeteringen Batterijstatusindicator Een batterij gaat minimaall7 dagen mee bij continue gebruik bij nominaal gebruik*. Tijdens het wisselen van de batterijen zal de pacemaker gegarandeerd 30 seconden stimuleren (typisch 90 sec.) Als alle indicatorbalken worden weergegeven, beschikken de batterijen over de volledige spanning of zijn er nieuwe batterijen geplaatst. *Onder de volgende voorwaarden: FREQUENTIE 80 min -1 (ppm) of minder, A OUTPUT en V OUTPUT 10 ma or minder 15

Batterij verbeteringen Batterijvak Verwijder de oude batterijen. Plaats nieuwe batterijen en zorg ervoor dat de polen van de batterijen de juiste kant opwijzen, zoals aangegeven in het batterijvak. Nadat u de batterijen geplaatst heeft, controleert u of de batterijstatusindicator aangeeft dat het volledige batterijvermogen beschikbaar is. Sluit het batterijvak. Het vak moet worden dichtgeklikt. 16

Basiswerking Welke settings programeer je op het apparaat om de juiste therapie te geven? Gebruik NBG code Tabel pacing instellingen Troubleshooting Aanpassen sensing/output 17 MEDTRONIC CONFIDENTIAL FOR INTERNAL USE ONLY

NBG Code 1ste letter Gestimuleerde kamer(s) A = Atrium V = Ventrikel D = Dual (beide A+V) O = geen 2de letter Waargenoming kamer(s) A = Atrium V = Ventrikel D = Dual (beide A+V) O = geen 3de letter Reactie op waarneming I = Inhiberen (Demand mode) T = getriggered D = Dual (beide I+T) O = geen (Asynch) Gestimuleerde kamer(s) Waargenoming kamer(s) (Re)actie op een waargenomen event V V I 18

Tabel pacing instellingen 19

Overzicht 1 DOO/Noodgevallen-knop 2 Aan/uit-knop 3 Statusbalkindicatoren voor stimulatie en waarneming 4 Frequentie draaiknop (RATE) 5 Draaiknop A (Atriale) OUTPUT 6 Draaiknop V (Ventriculaire) OUTPUT 7 Vergrendelings-/ontgrendelingsknop 8 Enter-knop 9 Selectie-indicator 10 Pijlknoppen omhoog/omlaag 11 Parametermenu-draaiknop 12 Pauzeknop 13 Onderste scherm 14 Vergrendelingsindicator 15 Stimulatiemodusindicator 16 Batterij-indicator 17 Schaal V OUTPUT 18 Schaal A OUTPUT 19 Schaal RATE (Frequentie) 20 Bovenste scherm 20

Gebruiksinstructies Aan/uit-knop Om de tijdelijke pacemaker in te schakelen, houdt u de Aan/uit-knop kort ingedrukt. Als de tijdelijke pacemaker wordt ingeschakeld, gebeurt het volgende: Er wordt een zelftest gestart. Wanneer de zelftest met succes is uitgevoerd, zoekt de tijdelijke pacemaker eerst naar hartactiviteit (tijdens de eerste stimulatiecyclus). Vervolgens begint de tijdelijke pacemaker in beide kamers met waarnemen en stimuleren (DDD-stimulatiemodus). 21

Gebruiksinstructies Aan/uit-knop Om de tijdelijke pacemaker in te schakelen, houdt u de Aan/uit-knop kort ingedrukt. Uitschakelen van de pacemaker; 1. Ontgrendel de tijdelijke pacemaker. 2. Druk eenmaal op de Aan/uit-knop. In het onderste scherm wordt het bericht weergegeven dat u moet bevestigen dat u de tijdelijke pacemaker wilt afsluiten. 3. Druk binnen 30 sec eenmaal op de Enter-knop om te bevestigen dat de tijdelijke pacemaker moet worden afgesloten. Opmerking: Als u niet op de Enter-knop drukt, blijft de tijdelijke pacemaker ingeschakeld. 22

Gebruiksinstructies Bovenste scherm Laat de volgende onderdelen zien: Indicatoren voor stimulatie en waarneming Frequentie A (Atriale) OUTPUT V (Ventriculaire) OUTPUT Statusbalkindicatoren De ingestelde FREQUENTIE, A OUTPUT en V OUTPUT worden zowel numeriek als grafisch weergegeven 23

Gebruiksinstructies Bovenste scherm Indicatoren voor stimulatie en waarneming 1 A en V kamer indicatoren 2 PACE en SENSE LEDs 3 PACE en SENSE indicatoren 24

Gebruiksinstructies Bovenste scherm Statusbalkindicatoren De stimulatiemodusindicator geeft de huidige stimulatiemodus aan. De batterijstatusindicator geeft aan hoeveel batterijspanning er nog resteert. De vergrendelingsindicator wordt weergegeven wanneer de tijdelijke pacemaker vergrendeld is. 1 Statusbalkindicatoren voor stimulatie en waarneming 2 Stimulatiemodusindicator 3 Batterijstatusindicator 4 Vergrendelingsindicator 25

Gebruiksinstructies Stimulatiefrequentie instellen Met de RATE draaiknop kan u de stimulatiefrequentie verhogen of verlagen. Draai rechtsom als u de waarde wilt verhogen en linksom als u de waarde wilt verlagen of op nul wilt zetten. 26

Gebruiksinstructies Output-amplitude instellen Met de A OUTPUT en V OUTPUT draaiknop kan u de outputamplitude atriaal en ventriculair verhogen of verlagen. Draai rechtsom als u de waarde wilt verhogen en linksom als u de waarde wilt verlagen of op nul wilt zetten. 27

Gebruiksinstructies Zet Mode VVI aan & frequentie sneller dan intrinsiek ritme Outputamplitude ~10 ppm instellen Vermijd inhibitie Verlaag het voltage tot de stimulatie geen effect meer heeft. Geen capture; ECG laat intrinisiek ritme zien Verhoog het voltage tot stimulatie pulsen capture laten zien. Zet het voltage significant hoger dan de capture drempel Dit is de pacing of capture drempel Veiligheidsmarge: 2x, 3x capture drempel 28

Gebruiksinstructies Output-amplitude instellen Verlies van capture 29

Gebruiksinstructies Onderste scherm Mogelijkheid om de stimulatieparameters te selecteren en aan te passen in het menu Pacing Parameters Enter- knop Pijlknoppen omhoog/omlaag Parametermenu-draaiknop Pauzeknop (vasthouden) 30

Gebruiksinstructies Onderste scherm U kunt Mode Selection in het menu Pacing Parameters selecteren na inschakelen van de pacemaker. Het Pacing Parameters menu zie je linksonder in beeld. Via het menu Pacing Parameters kunt u de stimulatieparameters voor de geselecteerde stimulatiemodus weergeven en aanpassen, het scherm Rapid Atrial Pacing (Snelle atriale stimulatie) weergeven of naar het menu Mode Selection navigeren 31

Gebruiksinstructies Stimulatiemodus selecteren Het menu Mode Selection wordt gebruikt om een tweekamerstimulatiemodus (DDD, DDI of DOO), een eenkamerstimulatiemodus (AAI, AOO, VVI of VOO), of geen stimulatietherapie (OOO) in te stellen. Volg voor de selectie van de stimulatiemodus de volgende stappen: 1. Navigeer naar het menu Mode Selection. 2. Druk op de pijl omhoog of omlaag om de stimulatiemodus te markeren. 3. Druk op de Enter-knop om de stimulatiemodus te selecteren. 32

Gebruiksinstructies Stimulatiemodus selecteren Via het menu Pacing Parameters kunt u de stimulatieparameters voor de geselecteerde stimulatiemodus weergeven en aanpassen. Volg de volgende stappen om een stimulatieparameters aan te passen: 1. Selecteer in de Mode Selection menu de stimulatiemodus. 2. Gebruik de pijlknoppen om de gewenste stimulatieparameter te selecteren 3. Draai aan de parametermenu-draaiknop om de gewenste waarde in te stellen. 33

Gebruiksinstructies Rapid Atrial Pacing (RAP) afgeven RAP kan worden gebruikt om bepaalde soorten atriale tachycardieën te onderbreken of om een atriale tachycardie op te wekken. Als u RAP wilt afgeven, voert u de volgende stappen uit: 1. Navigeer naar het menu Pacing Parameters. 2. Druk op de pijl omhoog of omlaag om Rapid Atrial Pacing (RAP) te markeren. 3. Controleer of de geleidingsdraden in het atrium zijn ingebracht en goed aangesloten zijn. 4. Druk op de Enter-knop om het scherm RAP te openen. 5. Op het scherm RAP wordt de RAP-frequentie weergegeven. De initiële frequentie is 250 ppm.wijzig, indien nodig (mogelijkheden tussen 80 ppm en 800 ppm). 6. Houd de Enter-knop ingedrukt om een RAP-burst af te geven. 34

Gebruiksinstructies Rapid Atrial Pacing (RAP) afgeven RAP stimulatie is in AOO modus. Er is geen ventriculaire ondersteuning tijdens RAP-afgifte. RAP is alleen bedoeld voor atriaal gebruik. Controleer of de geleidingsdraden in het atrium zijn ingebracht, en niet in het ventrikel, alvorens RAP te activeren. Let op: RAP kan leiden tot tachycardie, versnelling van bestaande tachycardie of fibrillatie. Gebruik hoge frequenties alleen als de patiënt goed wordt bewaakt en gecontroleerd. Houd het ECG en de bloeddruk van de patiënt voortdurend in de gaten en houd defibrillatieapparatuur gereed. 35

Gebruiksinstructies Atriale Tracking Mode-switch is alleen beschikbaar als de tijdelijke pacemaker in de DDD-stimulatiemodus werkt. Om A. Tracking aan/uit te zetten, voert u de volgende stappen uit: 1. Navigeer naar het menu Pacing Parameters. 2. Druk op de pijl omhoog of omlaag om A. Tracking te markeren. 3. Draai de Menu Parameters knop om Aan of Uit te selecteren. 36

Basic Instructions for Preparation of Use Frequentie afhankelijke parameters De frequentie-afhankelijke parameters UPPER RATE, PVARP, en A-V INTERVAL worden automatisch aangepast als de FREQUENTIE wordt aangepast tenzij deze handmatig worden ingesteld. Wanneer handmatig aangepast, zullen de frequentieafhankelijke parameters niet veranderen als de frequentie veranderd. Dit betekend dat een verandering in ritme en timingsconflict kan veroorzaken. 37

Gebruiksinstructies Vergrendelings-/ontgrendelingsknop Vergrendelingsindicator De vergrendelingsindicator wordt weergegeven wanneer de tijdelijke pacemaker vergrendeld is. Als de tijdelijke pacemaker vergrendeld is en een knop of draaiknop wordt ingedrukt of verdraaid, knippert de vergrendelingsindicator en wordt op het onderste scherm een bericht weergegeven dat het systeem vergrendeld is. Gaat ongeveer 60 seconden na de laatste indruk of draai van een knop automatisch in werking of door een druk op de vergrendelingsknop. 38

Gebruiksinstructies DOO/Noodgevallen-knop Stimulatie op de maximale atriale and ventriculaire outputs Met de DOO/Noodgevallen-knop kan op ieder tijdstip onmiddellijk asynchrone tweekamerstimulatie met een hoge output (DOO voor noodgevallen) gestart worden, ook als de tijdelijke pacemaker uit staat of vergrendeld is. Het onbedoeld indrukken van de DOO/Noodgevallen-knop dient vermeden te worden. 39

Gebruiksinstructies Pauzeknop Hou de pauzeknop ingedrukt als u de stimulatie en waarneming maximaal 10 sec wil onderbreken. Wanneer u de Pauzeknop loslaat of wanneer er 10 sec zijn verstreken, worden de stimulatie en waarneming hervat. Pacing is suspended bericht zichtbaar in het onderste scherm na het indrukken van de pauzeknop. 40

Gebruiksinstructies Waarschuwingen en berichten Temporary pacemaker shutdown message Locked bericht (vergrendeling) Pacing is suspended bericht Asynchronous pacing bericht Pacemaker block point waarschuwing (timingsconflicten) System error bericht (herstelbaar of niet herstelbaar) 41

Elektromagnetische interferentie (EMI) Hou een afstand van minimaal 15 cm tussen de 5392 en de bron van mogelijke interferentie. De 5392 kan worden geïnhibeerd door sterke externe interferentie die lijkt op het signaal dat de pacemaker geacht wordt waar te nemen. Dergelijke interferentiesignalen kunnen van diverse bronnen afkomstig zijn, waaronder elektrocauterisatie-, diathermie- en andere apparatuur. De 5392 raakt door dergelijke interferenties niet beschadigd en zal weer normaal gaan werken zodra de interferentiebron wordt verwijderd. Als er sprake is van interferentie, kan de gevoeligheid op asynchroon worden gezet voor asynchrone stimulatie. 53

Onderhoud en reiniging Inspecteer het apparaat en de toebehoren op zichtbare schade. Inspecteer alle aansluitingen en bedieningselementen om te kijken of ze goed vastzitten en werken. Inspecteer de batterijklep voor goede afsluiting De buitenkant van de pacemaker kan worden gedesinfecteerd door de behuizing met 70% alcohol, Alhydex of Cidex af te wrijven. De pacemaker mag niet worden geautoclaveerd of gesteriliseerd met stoom, ethyleenoxide of gammastraling. Inspectie, reparaties en de jaarlijkse kalibratie moeten door een technische dienst jaarlijks uitgevoerd worden. 54

vragen? 55