Uit onderzoek naar ongewenst gedrag binnen verenigingen bleek dat zij, geconfronteerd met een melding of gerucht van ontucht, de neiging hebben om:



Vergelijkbare documenten
Sexuele intimidatie - informatie voor trainers

1. De begeleider moet zorgen voor een omgeving en een sfeer waarbinnen de sporter zich veilig voelt (om te bewegen).

Gedragsregels ter preventie van seksuele intimidatie in de sport

231233_noc_sexint_broch_Tr_Co :40 Pagina 1. Preventie van seksuele intimidatie in de sport

Gedragsregels Seksuele Intimidatie

Gedragsregels ter voorkoming van ongewenste intimiteiten

Seksuele intimidatie in de sport

Notitie NOC/NSF Gedragsregels Omgaan met pupillen; n.a.v. KNHB, december 2016

Gedragsregels Seksuele Intimidatie

Machtsverschillen. De verantwoordelijkheid van de begeleider

231233_noc_sexint_broch_gedragr :16 Pagina 1. Preventie van seksuele intimidatie in de sport

Veilig Sporten bij Reddingsbrigade Voerendaal

V.V. Ter Leede Seksuele Intimidatie

MHC$Alliance$ Gedragsregels$(2015)$ 1$van$8$

Vertrouwenspersoon op Koninklijke UD

Toelichting voorbeeld gedragscode

Seksuele intimidatie in de sport

Seksuele intimidatie in de sport

Beleid ter voorkoming van Ongewenst of Grensoverschrijdend Gedrag AV Spurt 88 Hardenberg

Volleybal - Vereniging TAURUS

Bijlage: gedragsregels conform artikel 20 Huishoudelijk reglement S.V.Z.

HOOFDSTUK 7. GEDRAGSREGELS

GEDRAGSCODE VOOR BEGELEIDERS BIJ S.V. OEVERZWALUWEN

Kijk, zo en zo gaat het beter, voel je wel?

Preventiebeleid SMHC laatste aanpassing 14 september 2015

GEDRAGSREGELS TRAINERS EN BEGELEIDERS VAN TURNERS BIJ TENSOR TURNEN WEERT

BADMINTON CLUB.WILLEN IS KUNNEN.

Sport & Respect bij MvR

GEDRAGSREGELS en Omgangsregels

PREVENTIEF BELEID GRENSOVERSCHRIJDEND GEDRAG ZV DE GELENBERG

Protocol Vertrouwenscommissie RC Zwolle 2016

Gedragsreglement seksuele intimidatie, pesten en agressie. Bunnik, juli 2008

Basketball met plezier

Informatie voor sporters

ACTIEF VOOR Sportorganisaties Maatschappelijke organisaties Onderwijs Overheden VOG

Alle personen die in de zaal aanwezig zijn, zijn hier, omdat ze gemotiveerd zijn om samen tot beter turnen te komen.

Volleybal - Vereniging TAURUS

& Klachtenregeling Christelijke Gymnastiek- en Sportvereniging Kracht en Vlugheid

Gedragsregels begeleiders. Concretisering beleid aangaande veiligheid en (sexuele) intimidatie

Seksuele intimidatie. Inleiding.

Iedereen die sport moet dit kunnen doen in een veilige omgeving.

Handboek Veiligheid Veilig sporten in een veilige omgeving

Reglement ongewenste omgangsvormen

Gedragsnormen en -regels voor begeleiders, trainers. Functie en taakomschrijving Vertrouwenspersoon. binnen Reddingsbrigade Drachten

SVHA GEDRAGSREGELS V1.4 DEFINITIEF, 13 OKTOBER 2016

SVHA GEDRAGSREGELS V1.5 DEFINITIEF, 9 FEBRUARI 2017

Dit reglement bestaat uit: - De definities en gedragsregels - Het aannamebeleid vrijwilligers - De vertrouwenspersoon en te volgen procedure

1. De (bege)leider zorgt voor een omgeving en een sfeer waarbinnen het (jeugd)lid zich veilig en gerespecteerd voelt;

De schade die seksueel misbruik aanricht, is groot.

Gedragsregels ter preventie van seksuele intimidatie in de sport.

Gedragsregels ter preventie van seksuele intimidatie in de sport.

Beleidsplan Veilig Sportklimaat Volleybalvereniging Lycurgus

Protocol gewenst gedrag welpen. Scouting Jutters Willemsoord Den Helder

Protocol gedragsafspraken

USV Hercules Gedragsregels veldvoetbal

BELEIDSPLAN SOCIAAL VEILIGE SPORTOMGEVING Volleybal Vereniging Havoc Haaksbergen

Vertrouwenspersoon of adviseur sociale veiligheid: [naam en bereikbaarheidsgegevens]

Klachtenprocedure & Protocol Sociaal Veilige Sportomgeving

4. Agressie en geweld Agressie en geweld kunnen op verschillende manieren plaatsvinden:

VOLLEYBALCLUB BRUVOC BRUMMEN Opgericht 21 december 1960

Veiligheid van kinderen preventie seksueel misbruik

Gedragscode en beleid shv DWS

Alle kinderen mogen zich in onze vereniging veilig voelen, zodat ze zich optimaal kunnen ontwikkelen.

Seksuele intimidatie in de sport

Regeling ongewenst gedrag

Protocol tegen seksuele intimidatie binnen BV Volharding

GEWENST GEDRAG Beleid < Naam Vereniging >

Bijlage 1: Hoe kunt u een Verklaring Omtrent Gedrag van een lid in de ledenadministratie van uw vereniging registreren?

Protocol Ongewenste Omgangsvormen

Beleid Veilig Sportklimaat Hockey Club Etten- Leur HCEL

aanspreekbaar voor problemen binnen en eventueel buiten de vereniging die te maken hebben met ongewenst gedrag;

VOLLEYBALVERENIGING FOCUS GEDRAGSCODE. Volleybalvereniging Focus

Omgangsvormen en omgangsregels

Aanmeldformulier vrijwilligers

De Veilige Sportomgeving. Sexuele Intimidatie in de sport

Richtlijnen bij ongewenst gedrag bij volleybalvereniging VIF

GEDRAGSCODE Honk- & Softbalvereniging De Hazenkamp

Veiligheid van kinderen en jongeren binnen de vereniging

Richtlijnen bij ongewenst gedrag bij volleybalvereniging VIF

Volleybalvereniging Woudenberg. Functie- en taakomschrijving vertrouwenspersoon. Beleid vertrouwenspersoon Volleybalvereniging Woudenberg

Beroepscode voor badmintontrainers

GEDRAGSCODE VOOR BEGELEIDERS IN HET VOLLEYBAL

Voorbeeld meldprotocol. Preventie Seksueel Misbruik Vrijwillig Jeugdwerk

Gedragscode zeilinstructeurs van Zeilcentrum de Ulepanne

Beleidsdocument ongewenst gedrag jegens jongeren

Beleid Veilig Sport Klimaat M.H.C. Almelo

Veilig Sportklimaat Unihockey en Floorball Club Groningen

Veilig Jeugdwerk 25 november Geranda Arina Toon Frank Linda

Veilig sportklimaat bij WWNA. Cultuur en gedragsregels

Functie en taakomschrijving Vertrouwenspersoon

FLASH-COACH DE PRAKTIJK VAN HET FLASHING HEILOO VERENIGINGSCONCEPT. Door Mike Douma, Bewerkt door Huub Hartman, september 2014

Stappenplan Veilig Jeugdwerk. Een veilig klimaat binnen de gemeente

Alleen roken op de plaatsen waar dat is toegestaan. Dus niet in de kantine en/of kleedlokalen.

GEDRAGSCODE (vrijwillige) medewerkers Veel grenzen in het contact tussen (vrijwillige) medewerkers en minderjarige of verstandelijk beperkte

GEDRAGSCODE VOOR BEGELEIDERS BIJ HONKBAL EN SOFTBAL

Functie en taakomschrijving vertrouwenspersoon

VERTROUWENSPERSOON. z.v.v. Blauw Wit 66

IN VEILIGE HANDEN. IVN-afdeling Vecht en Plassengebied

Regeling Veilig Sporten

1. Aanleiding beleid bij ongewenste omgangsvormen

Transcriptie:

Belangrijke informatie over ongewenst gedrag Uit onderzoek naar ongewenst gedrag binnen verenigingen bleek dat zij, geconfronteerd met een melding of gerucht van ontucht, de neiging hebben om: 1 Het slachtoffer niet te geloven. 2 Het slachtoffer te ontmoedigen er werk van te maken. 3 Zich vooral zorgen te maken over het schandaal dat zou kunnen ontstaan bij inschakelen van de politie. 4 Te geloven dat het beter is om de zaak intern af te handelen. 5 Mensen binnen de club te ontslaan of te straffen die misbruik door collega's melden. Bij De IJsselmeeuwen willen wij voorkomen dat dit gebeurt. Onze vereniging wil voor iedereen veilig en plezierig zijn. We hebben een aantal maatregelen getroffen die daartoe bijdragen. 1 U leest nu: Belangrijke informatie over ongewenst gedrag. Daarmee willen wij duidelijk maken wat wij belangrijk vinden om te weten. Deze informatie is ook opgenomen in de brochure die u ontvangt als u lid wordt. 2 Wij hebben beleid op grensoverschrijdend gedrag gemaakt. Daarin staat hoe wij als vereniging preventief werken aan een veilig klimaat voor leden en kaderleden. U kunt daar lezen wat wij verstaan onder een veilig sportklimaat en hoe we daar aan werken. Deze informatie is niet in onze brochure opgenomen, maar u kunt het vinden op onze website www.ijsselmeeuwen.nl onder de tab: Ons beleid bij grensoverschrijdend gedrag. 3 We geven informatie wat je kunt doen als je denkt dat er sprake is van grensoverschrijdend gedrag. Je vindt onder de tab: Waar kun je terecht als je denkt aan grensoverschrijdend gedrag? een korte uitleg van wat we als vereniging doen als iemand bij ons een melding doet. 4 Wij hebben Gedragsregels ter preventie van seksuele intimidatie. Al onze kaderleden hebben die en moeten zich daar aan houden. Ook deze informatie kun je vinden op onze website onder de tab: Gedragsregels ter preventie van seksuele intimidatie Als u/je niet over internet beschikt kunt u de informatie waar we hierboven naar verwijzen, opvragen bij het secretariaat. Wat mag wel en wat mag niet? Het is onmogelijk een opsomming te geven van wat wel en niet mag, juist omdat de grenzen van persoon tot persoon verschillen. Dat maakt het ook ingewikkeld. Maar over sommige dingen zijn we het wel eens. Bijvoorbeeld dat een volwassen sportleider geen seksuele relaties met minderjarige sporters mag aanknopen. Ook niet als de sporter dat zelf zou willen! Net zoals leraren op school dat niet mogen met hun leerlingen. Als je prettig met elkaar omgaat in een gelijkwaardige relatie, kunnen grapjes of aanrakingen best gewenst zijn. Dan is er ook geen probleem. Het wordt anders als er opmerkingen worden gemaakt die net iets te ver gaan. Daarbij hoeft niet altijd sprake te zijn van boze opzet. Een grapje kan onbedoeld toch kwetsend overkomen. Bijna iedereen kan zich er wel iets bij voorstellen. Van de jaarlijkse aanmeldingen bij het NOCNSF komt 35% van teamsporters, is 43% van de melders zelf slachtoffer, is 70% van de slachtoffers vrouw, 80% is jonger dan 20 jaar en bijna 20% is zelfs jonger dan 12 jaar. Van de beschuldigden is 97% man, bijna altijd ouder dan 20 jaar, is 70% trainer of coach. De overige beschuldigden zijn medesporters, (para)medisch en overig kader.

Rekening houden met anderen Het is belangrijk dat leden op de club rekening houden met de grenzen van anderen. En dat iedereen mag aangeven waar zijn of haar persoonlijke grens ligt, zonder dat dat flauw of preuts gevonden wordt. Onze vereniging moet immers voor iedereen veilig en plezierig zijn. Zwijgen lost niets op Sporters die last hebben van seksuele intimidatie, kunnen dat het beste uitspreken. Het liefst tegen degene die het doet. Maar als dat niet helpt of de speler durft het niet, dan kan hij of zij het beter vertellen aan iemand anders, thuis of op de club, iemand die de speler vertrouwt. Diegene kan dan meedenken over een mogelijke oplossing. Lukt het niet de problemen informeel op te lossen, of is dit gezien de ernst van de situatie niet wenselijk, dan kan de speler een officiële klacht indienen bij het verenigings- of bondsbestuur. Indien strafbare feiten (bijvoorbeeld aanranding, verkrachting en ontucht met minderjarigen) zijn gepleegd, kan ook melding of aangifte worden gedaan bij de politie. In elk geval moet het voor iedereen binnen de vereniging duidelijk worden dat in het geval van seksuele intimidatie gepraat moet worden. Zwijgen lost niets op. Voorlichtingsmateriaal Preventie is van groot belang. Dit kan door gericht beleid te voeren op de club en door het onderwerp bespreekbaar te maken. NOC*NSF geeft voorlichtingsmateriaal uit voor sporters, trainers, kaderleden, ouders en bestuurders. Beleid voeren tegen intimidatie zien wij als werken aan kwaliteitsverbetering; het bevorderen van een veilig sportklimaat en een goede begeleiding. In de brochure Seksuele intimidatie in de sport zit een vragenlijst waarmee je risicofactoren op de club kunt opsporen. Het dwingt je na te denken over de sfeer en cultuur op de club, verhouding mannen en vrouwen, toezicht en bescherming. Daarnaast informeert de brochure Seksuele intimidatie in de sport over preventiebeleid, vertrouwenspersonen en hoe te handelen. De IJsselmeeuwen toetst de risicofactoren twee maal per jaar aan de hand van deze vragenlijst. De brochure is op te vragen bij het secretariaat. Folder Gedragsregels seksuele intimidatie Namens negentig landelijke sportorganisaties heeft NOC*NSF elf gedragsregels opgesteld voor alle begeleiders in de sport. Wat mag nu wel en wat mag niet? Het is onmogelijk om dat op papier te zetten. De gedragsregels zijn daarom richtlijnen, waarmee seksuele intimidatie kan worden voorkomen. Deze folder beschrijft waarom de regels er zijn en gaat stuk voor stuk in op de verschillende gedragsregels. Jeugdfolder Lastig gevallen? Praat erover! Wat is seksuele intimidatie en wat is het niet? Bepaal ik zelf wat ik toelaat? Wat doe ik als het mij overkomt? Vragen waar deze jeugdfolder antwoord op geeft. Misschien is het moeilijk om aan iemand te vertellen wat je dwars zit. Na het lezen van deze folder weet je in ieder geval dat je je verhaal kwijt kunt bij vertrouwenspersonen van onder andere de Kindertelefoon. Je kunt het materiaal gratis aanvragen bij het Secretariaat Sportontwikkeling van NOC*NSF

Ons beleid bij Grensoverschrijdend gedrag ZZ & PC De IJsselmeeuwen hecht waarde aan het respectvol en integer omgaan met elkaar. Om die reden houden wij ons aan de gedragsregels ter preventie van seksuele intimidatie zoals NOC*NSF deze stelt. Deze regels zijn er om seksuele intimidatie te voorkomen. In dit protocol is ook opgenomen wat wij belangrijk vinden bij signalen die zouden kunnen wijzen op grensoverschrijdend gedrag van (kader)leden. (http://www.sport.nl ) Een veilige sportomgeving Als trainer of begeleider van (jonge) sporters heb je een belangrijke functie. Je werkt met mensen die in sportief en persoonlijk opzicht volop in ontwikkeling zijn. Sportief gezien heb je samen hetzelfde doel: steeds beter worden. Maar je taak als kaderlid gaat - zeker bij jonge sporters - verder dan de sportbeoefening. Je bent (mede)verantwoordelijk voor de veiligheid, de gezondheid en het welzijn van je sporters. Je wilt dat zij hun sport kunnen beoefenen in een veilige omgeving waar ze zich op hun gemak voelen. Ook de ouders willen dat. Daarom is het van belang dat je je als trainer bewust bent van situaties die het plezier in de sport ernstig kunnen bedreigen. Seksuele intimidatie is zo'n bedreiging. Het komt voor op alle plaatsen waar mensen samenkomen. Dus ook in de sport. Daarvoor kunnen we onze ogen niet sluiten. Hieronder gaat het over seksuele intimidatie: over de risico's, over de gedragsregels voor begeleiders, hoe je misbruik of intimidatie kunt signaleren en welke stappen je vervolgens kunt ondernemen. Ook besteden we aandacht aan wat je kunt doen als je zelf slachtoffer bent, of als je zelf wordt beschuldigd van seksuele intimidatie. 'Onze eerste reactie was dat het vergezocht was. Maar als je de cases hoort, ga je zien dat er ook bij ons risicofactoren zijn, zoals de één-op-één relaties en de macht die je hebt.' 1 Wat is seksuele intimidatie? Onder seksuele intimidatie verstaan we: Elke vorm van seksueel gedrag of seksuele toenadering, in verbale, non-verbale of fysieke zin, opzettelijk of onopzettelijk, die door de persoon die het ondergaat als ongewenst of gedwongen wordt ervaren. De grenzen van wat 'gewenst' en 'ongewenst' is, verschillen per persoon. De een lacht mee met dubbelzinnige grappen, de ander voelt zich er behoorlijk ongemakkelijk door. Wat de een ziet als een bemoedigend klopje, zal een ander opvatten als een vervelende en onnodige aanraking. Een veel minder 'grijs gebied' is seksueel misbruik. Daarbij gaat het om seksuele handelingen door volwassenen met kinderen onder de zestien jaar. Maar we spreken ook van misbruik als het slachtoffer - ongeacht zijn of haar leeftijd - een afhankelijke positie heeft ten opzichte van de pleger. Vaak begint misbruik met een 'onschuldig' voorval, een grap of een verdwaalde hand. 'Er is gewoon vijftien jaar van mijn leven kapot. Vijftien jaar van mijn leven is de ontwikkeling op een heel laag niveau blijven staan, of heel langzaam gegaan. Ik denk dat het nooit meer uit je leven te bannen is. Je neemt het altijd mee.' Gevolgen voor de slachtoffers Als vereniging nemen wij seksuele intimidatie serieus. De schade die het aanricht, is groot. Slachtoffers kunnen alle plezier in hun sport verliezen en bij ernstig misbruik hun leven lang last houden van psychische en fysieke problemen. De gevolgen zijn vaak al op korte termijn voelbaar, maar komen soms pas jaren na het misbruik. 1 Alle schuin gedrukte passages zijn opmerkingen van mensen die te maken hebben gehad met intimidatie en hun verhaal hebben gedaan bij het NOC*NCF. Het gaat hier niet om leden van De IJsselmeeuwen

Gevolgen voor begeleiders en vereniging Als trainer of coach kun je ernstige schade oplopen wanneer je betrokken raakt bij seksuele intimidatie. Iemand die zich moedwillig schuldig maakt aan seksueel misbruik of intimidatie ondervindt de jarenlange gevolgen van de beschuldiging en mogelijke rechtsvervolging. Ook in het geval, waarbij er geen opzet in het spel is, zijn de gevolgen van een beschuldiging zeer ingrijpend. Behalve het slachtoffer en de beschuldigde ondervinden ook de sportbond en de vereniging de gevolgen van seksuele intimidatie. Het kan het sportplezier bederven, de sportieve prestaties kunnen minder worden en het kan leden kosten. 'Hij noemde mij altijd zijn grote vriendin. Dat gaf mij het gevoel dat ik belangrijk voor hem was. Dat ik als volwaardig werd gezien.' Wat zijn de risicofactoren? Je bent als trainer/coach of begeleider in een positie om seksuele intimidatie bespreekbaar te maken, te signaleren en te voorkomen. Je bewust zijn van de volgende risicofactoren is daarbij de eerste en belangrijkste stap: afhankelijkheid Trainingsrelaties zijn vaak hecht, zeker als begeleider en sporter grote sportieve ambities delen en (dus) veel tijd met elkaar doorbrengen. Tegelijkertijd moet je je als trainer of coach realiseren dat er risico's kleven aan dergelijke afhankelijkheidsrelaties. Aan seksueel misbruik van sporters gaat nagenoeg altijd een extreme afhankelijkheidsrelatie vooraf. Als trainer is het daarom belangrijk altijd een professionele afstand te bewaren. Als je een individuele sporter intensief begeleidt, dan doe je er goed aan ook anderen (ouders, trainers) bij de sportbeoefening van je pupil te betrekken. machtsverschil Bij seksuele intimidatie is altijd sprake van een machtsverschil tussen pleger en slachtoffer. De macht van de groep tegenover de eenling kan leiden tot pesterijen of intimidatie; een situatie waarop je als trainer altijd alert moet zijn. Maar ook leeftijd en positie bepalen de machtsverhoudingen, zoals die tussen trainer en sporter. ambitie Sporters zijn het meest kwetsbaar als er veel op het spel staat wat betreft hun sportcarrière. Door hun tijdsinvestering en belangen in de sport voelen jonge, ambitieuze talenten zich vaak erg afhankelijk van hun begeleider of hun trainingsmaatje. De sporter zal in zo'n situatie meer moeite hebben zijn of haar grenzen duidelijk aan te geven. Als trainer zul je die grenzen voor jezelf dus nog duidelijker moeten vaststellen. kwetsbaarheid Plegers kiezen vaak een slachtoffer uit dat niet al te sterk in de schoenen staat, of weinig steun van anderen heeft. Mensen die 'anders' zijn, bijvoorbeeld vanwege hun afkomst, seksuele geaardheid of handicap vormen een kwetsbare groep. Ook kinderen en jongeren lopen meer risico slachtoffer te worden van seksuele intimidatie. Doordat ze meestal jonger zijn dan de pleger kan die (onbewust) veel invloed uitoefenen. Kinderen weten bovendien meestal nog weinig over seksualiteit; ze herkennen seksueel gedrag niet snel als misbruik en weten niet hoe ze hun grenzen kunnen aangeven.

'Ik merkte al snel dat ik als trainer grote invloed had op enkele kinderen. Ze namen ideeën van me over, betrokken me in allerlei beslissingen. Ik ben geschrokken van het feit dat je toch ook wel gevleid bent als ze je kennelijk zo vertrouwen.' Wat kun je doen? Als trainer of begeleider kun je er veel aan doen om seksuele intimidatie te voorkomen. Ten eerste is het belangrijk dat je de 'risico's van het vak' kent en dat je je verantwoordelijkheden als begeleider serieus neemt. Dat betekent: 1 Bespreekbaar maken Sta eens stil bij de relatie die je met je sporters hebt, hoe je omgaat met fysiek contact, hun privacy (kleedkamer), in welke mate je je mengt in het privé-leven van de sporter enzovoort. Vraag aan de sporters die je traint of begeleidt wat zíj als intimiderend of ongewenst gedrag beschouwen. Peil ook eens bij collega's hoe zij hierover denken en spreek elkaar aan bij twijfels. 2 Seksuele intimidatie op de agenda zetten Sportbonden en -verenigingen hebben de belangrijke taak om iedereen die betrokken is bij de sportorganisatie, trainers, begeleiders en sporters bewust te maken van de risico's omtrent seksuele intimidatie. Een voorwaarde voor dat bewustzijn is het bespreekbaar maken van dit onderwerp: het bevorderen van de openheid binnen de vereniging of sportschool. Een open cultuur binnen een vereniging draagt er bovendien toe bij dat iedereen eerder zal durven te praten over seksuele intimidatie. In trainersopleidingen en bijscholingen kan aandacht worden besteed aan omgangsvormen tussen trainers en sporters. Daarnaast kan gerichte voorlichting de weerbaarheid van sporters vergroten. Vraag eens bij je vereniging of bond of er beleid is geformuleerd met betrekking tot seksuele intimidatie. Is er een protocol? Hoe wordt het onderwerp bespreekbaar gemaakt? Wat doet de vereniging/bond aan voorlichting? 3 Signaleren Als trainer of coach heb je een belangrijke signalerende taak. Dat is niet altijd eenvoudig. De meeste slachtoffers vinden het erg moeilijk om over hun nare ervaringen te praten. Veranderingen in het gedrag van de sporter kunnen wijzen op een probleem. Maak dat bespreekbaar! Als je vermoedens worden bevestigd, is het belangrijk om in overleg met het slachtoffer maatregelen te nemen richting de dader, de vereniging en de hulpverlenende instanties. Zie hiervoor ook de folders over de NOC*NSF vertrouwenspersonen en adviseurs. 4 Melding maken Sportverenigingen die zich sterk maken voor een prettige en veilige sportomgeving ontwikkelen beleid om de risico's van seksuele intimidatie in de sport te verkleinen. Het bestuur dient daarnaast een protocol op te stellen dat ervoor zorgt dat in geval van een beschuldiging een zorgvuldige procedure wordt gevolgd. De vereniging moet slachtoffers stimuleren melding van seksuele intimidatie te maken bij het NOC*NSF meldpunt seksuele intimidatie (0900-2025590).

Wat te doen bij een signaal van grensoverschrijdend gedrag? Als je grensoverschrijdend gedrag signaleert, dien je maatregelen te nemen. Wat kun je doen? De betreffende persoon op zijn gedrag aanspreken. Het bevoegde gezag (bestuur) inlichten (in overleg met het slachtoffer). Een officiële klacht indienen bij het bevoegde gezag (bestuur) van de vereniging, (in overleg met het slachtoffer). Aangifte doen bij de politie (in overleg met het slachtoffer) indien er een strafbaar feit is gepleegd. Het slachtoffer wijzen op het NOC*NSF meldpunt seksuele intimidatie in de sport en op de mogelijkheid van het krijgen van ondersteuning van de NOC*NSF vertrouwenspersonen. Vertrouwenspersonen Voor de opvang en begeleiding bij (dreigende) incidenten heeft NOC*NSF vertrouwenspersonen opgeleid. Er zijn zowel vertrouwenspersonen voor slachtoffers als beschuldigden. Vertrouwenspersonen zijn onafhankelijk, kennen de sportwereld en zijn geschoold om vertrouwenswerk te doen. Vertrouwenspersonen voor slachtoffers zijn er voor iedereen: voor sporters, begeleiders en dus ook voor jou als het jezelf overkomt. Wanneer je zelf wordt beschuldigd van seksuele intimidatie of misbruik kun je ondersteuning en advies krijgen van een vertrouwenspersoon voor beschuldigden. Bij deze vertrouwenspersonen kun je ook terecht met vragen en twijfels over je eigen gedrag of dat van een collega-begeleider. De vertrouwenspersonen kunnen je ondersteunen bij gesprekken en procedures. 'Ik wil mijn pupillen gewoon even kunnen troosten als dat nodig is, een arm kunnen slaan om een kind dat ontzettend teleurgesteld uit een wedstrijd komt. Het wordt wel heel eng als dat niet meer zou kunnen.' Houvast voor sporters en begeleiders Aandacht voor seksuele intimidatie in de sport is belangrijk en noodzakelijk, maar het mag niet betekenen dat er een heksenjacht ontstaat. De relatie tussen sporters onderling en tussen sporters en hun begeleider heeft bijna altijd een fysieke component. Het respect voor de sporter en voor diens lichaam moet daarbij altijd vooropstaan. NOC*NSF heeft gedragsregels ter voorkoming van seksuele intimidatie opgesteld. Deze regels laten zien hoe trainers, begeleiders en sporters kunnen zorgen voor een veilig en prettig sportklimaat. Ze geven alle partijen houvast bij twijfel over bepaalde situaties of gedragingen en nodigen uit tot nadenken en discussiëren. Het erop toezien dat deze regels worden nageleefd, is de verantwoordelijkheid van de trainer/coach of begeleider. Verklaring Omtrent goed Gedrag Vanaf 1 april 2004 is er de mogelijkheid om via het Centraal Orgaan Verklaring Omtrent goed Gedrag (COVOG) een verklaring van gedrag aan te vragen voor vrijwilligers. Als vereniging denken wij dat niet al ons kader een Verklaring Omtrent goed Gedrag dient te overleggen, maar wij behouden ons het recht voor te verzoeken deze op te vragen en te overhandigen. In dat geval zijn de kosten daarvan voor rekening van De IJsselmeeuwen. Uitleg van termen Met kaderleden bedoelen wij niet alleen geregistreerde kaderleden, maar ook alle andere vrijwilligers bij De IJsselmeeuwen. Onder 'begeleider' en kaderlid wordt in deze gedragsregels verstaan:

sporttechnisch kader (trainers en coaches); sportorganisatorisch en facilitair kader (leiders, begeleiders, wedstrijdfunctionarissen, onderhoudsmedewerkers enzovoort) en bestuurlijk kader. Onder 'sporter' wordt in deze gedragsregels verstaan: zowel meisjes en jongens als vrouwen en mannen. Onder 'professioneel' wordt in deze gedragsregels verstaan: de kwaliteit van het handelen, overeenkomstig de geldende standaard en opleiding (dus niet of er al dan niet wordt betaald voor de werkzaamheden). Ook andere betrokkenen, zoals meehelpende familieleden, dienen de regels na te leven. Paul Post Voorzitter 1 maart 06

Waar kun je terecht als je denkt aan grensoverschrijdend gedrag? Als u/je te maken hebt met ongewenst gedrag of vragen hebt kun je contact opnemen met iemand die je vertrouwt en je verhaal doen. Dit geldt voor leden en kaderleden. Ook ouders en andere mensen die belangrijk zijn voor onze (kader)leden kunnen contact opnemen. Omdat wij het belangrijk vinden dat iedereen zich veilig voelt hopen wij dat je er ook melding van doet bij het bestuur van De IJsselmeeuwen. Je kunt de telefoonnummers vinden onder de tab contactpersonen We kunnen dan met jou kijken naar een oplossing. Je kunt dat doen als je vragen hebt. Ook als je een vermoeden hebt is het aan te raden dit te melden en bespreken. Ten derde kun je ons inschakelen als je een klacht over het gedrag van iemand hebt. Hoe het bestuur omgaat met meldingen en klachten: In alle gevallen zullen we met jou bespreken wat wij als bestuur van De IJsselmeeuwen gaan doen. Dat kan van alles zijn - we luisteren naar je verhaal - we bespreken met je wat wij er aan doen - we overleggen wat er verder verstandig is. Je kunt daarbij denken dat we je doorverwijzen naar bijvoorbeeld een vertrouwensarts of de politie - we spreken af hoe we met jouw naam en ervaring omgaan - we spreken af of- en hoe- wij jouw ervaring bespreken met de andere betrokkene. In alle gevallen leggen wij een melding of klacht schriftelijk op in een dossier, zodat ook de volgende besturen er bekend mee zijn. Wees niet bang dat we jouw verhaal of naam zomaar aan iedereen zullen vertellen. Dat is niet de bedoeling. Het dossier is bedoelt om de maatregelen en afspraken vast te leggen en om te leren van dingen die mis zijn gegaan. Ook willen we op die manier voorkomen dat het gedrag zich kan herhalen. Wij kunnen ons voorstellen dat je eerst met anderen wilt overleggen. Je kunt bij een aantal instanties terecht. Voor directe hulp bij seksuele intimidatie in de sport zijn twee meldpunten beschikbaar. - Kinderen kunnen bellen met De Kindertelefoon, telefoon 0800-0432 (gratis) of kijken op www.kindertelefoon.nl - Volwassenen kunnen een beroep doen op de SOS Telefonische Hulpdiensten telefoon 0900-202 55 90 (18 Eurocent per minuut). Hier wordt een luisterend oor geboden en wordt gezocht naar een oplossing. Een doorverwijzing naar een vertrouwenspersoon, speciaal aangesteld door NOC*NSF of reguliere instantie, behoort tot de mogelijkheid. Ook beschuldigden van seksuele intimidatie kunnen via de SOS Telefonische Hulpdiensten contact opnemen met één van de vertrouwenspersonen. - Het NOC*NSF meldpunt seksuele intimidatie in de sport is dag en nacht bereikbaar, ook in het weekend en op feestdagen. Het nummer is 0900-202 55 90 ( 0,10 per minuut). Voor vragen over het beleid tegen seksuele intimidatie in de sport kunt u contact opnemen met: NOC*NSF Postbus 302 6800 AH Arnhem Tel.: 026-4834455

Gedragsregels ter preventie van seksuele intimidatie Al ons sporttechnisch kader (trainers en coaches); sportorganisatorisch en facilitair kader (leiders, begeleiders, wedstrijdfunctionarissen, onderhoudsmedewerkers enzovoort) en bestuurlijk kader, ontvangen een afschrift van de gedragsregels zoals die door NOC*NSF zijn opgesteld. Van hen wordt verwacht deze te lezen en zich er naar te gedragen. 1. Onze kaderleden 2 zorgen voor een omgeving en een sfeer waarbinnen de leden zich veilig voelen (om te bewegen). De sporter moet als mens worden gerespecteerd. Er mag geen onderscheid worden gemaakt naar of nadruk worden gelegd op godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht, nationaliteit, seksuele gerichtheid, culturele achtergrond, leeftijd, lichamelijke kenmerken of burgerlijke staat. Dat betekent dat de sporter zich zowel tijdens het sporten maar ook daarbuiten, bijvoorbeeld in de kleedruimtes, veilig moet voelen en het gevoel moet hebben dat hij zich - letterlijk - vrij kan bewegen. 2. Onze kaderleden onthouden zich ervan de sporter te bejegenen op een wijze die de sporter in zijn waardigheid aantast, én verder in het privé-leven van de sporter door te dringen dan nodig is voor het gezamenlijk gestelde doel. Hierbij gaat het erom dat het kaderlid niet onnodig binnendringt in het privé-leven van de sporter, bijvoorbeeld door er vragen over te stellen, afspraken te maken, contact op te nemen enzovoort. 3. Onze kaderleden onthouden zich van elke vorm van seksueel (machts)misbruik of seksuele intimidatie tegenover de sporter. Het kaderlid mag zijn specifieke situatie en relatie niet misgebruiken of die de grenzen van de relatie overschrijden. Grensoverschrijdend kan bijvoorbeeld zijn: - bevrediging van eigen seksuele en/of agressieve verlangens; - een seksueel/erotisch geladen sfeer scheppen; - de sporter op een niet-functionele wijze bekijken, waarbij de ogen gericht zijn op de geslachtskenmerken; - met seksueel gedrag ingaan op verliefde gevoelens, seksuele verlangens of fantasieën van de sporter; - vormen van aanranding; - exhibitioneren. In de relatie met de sporter kunnen bij beiden gevoelens ontstaan die zich niet verhouden met de relatie tot het trainen, begeleiden en dergelijke. Deze gevoelens kunnen bijvoorbeeld zijn: verliefdheid, afkeer of agressie. 2 Met kaderleden bedoelen wij niet alleen geregistreerde kaderleden, maar ook alle andere vrijwilligers bij De IJsselmeeuwen. Onder 'begeleider' en kaderlid wordt in deze gedragsregels verstaan: sporttechnisch kader (trainers en coaches); sportorganisatorisch en facilitair kader (leiders, begeleiders, wedstrijdfunctionarissen, onderhoudsmedewerkers enzovoort) en bestuurlijk kader. Onder 'sporter' wordt in deze gedragsregels verstaan: zowel meisjes en jongens als vrouwen en mannen. Onder 'professioneel' wordt in deze gedragsregels verstaan: de kwaliteit van het handelen, overeenkomstig de geldende standaard en opleiding (dus niet of er al dan niet wordt betaald voor de werkzaamheden).

Beide partijen moeten alert zijn op deze gevoelens. Het kaderlid moet - zelfs als de sporter dat verlangt of daartoe uitnodigt - dan ook niet metterdaad ingaan op seksuele en/of al dan niet agressieve toenaderingspogingen, dan wel dergelijke toenaderingspogingen zelf ondernemen. Seksuele handelingen en (geforceerde) seksuele relaties tussen begeleider en sporter worden zeer sterk afgeraden. Door partijen moeten zo snel mogelijk maatregelen worden genomen om te voorkomen dat deze 'relatie' zich in welke vorm dan ook ontwikkelt. Hierbij kan gedacht worden aan verbreking van één van de twee verhoudingen: de seksuele relatie of de begeleidingsrelatie. 3 4. Seksuele handelingen en seksuele relaties tussen het kaderlid en de jeugdige sporter tot zestien jaar zijn onder geen beding geoorloofd en worden beschouwd als seksueel misbruik. Tussen volwassenen en jeugdigen is sprake van een natuurlijk overwicht. Het natuurlijke overwicht van de 'dader' en angst voor de gevolgen maken het vele malen moeilijker om hem 'lik op stuk' te geven bij ongewenst gedrag. Al dan niet jeugdige sporters die op het moment zelf wel positief staan tegenover seksueel contact, bijvoorbeeld omdat zij verliefd zijn op het kaderlid, realiseren zich vaak pas achteraf dat bij het gebeurde vele vraagtekens zijn te plaatsen. Veelal blijkt dan dat hun eventuele instemming op dat moment niet 'echt' was. 5. Het kaderlid mag de sporter niet op een zodanige wijze aanraken dat de sporter en/of het kaderlid deze aanraking naar redelijke verwachting als seksueel of erotisch van aard zal ervaren, zoals doorgaans het geval zal zijn bij het doelbewust (doen) aanraken van geslachtsdelen, billen en borsten. Uitgangspunt is dat de sporter het als seksueel intimiderend ervaart. Dit kan bijvoorbeeld zijn: bij begroeten of afscheid nemen te lang de hand vasthouden; iemand naar je toe trekken om te kussen; zich tegen de sporter aandrukken; andere ongewenste aanrakingen. Het kaderlid dient ervoor te zorgen dat daar waar lichamelijk contact noodzakelijk en functioneel is voor de sportbeoefening, dit contact of deze aanrakingen nooit verkeerd - in de zin van seksueel intimiderend - kan worden geïnterpreteerd. 6. Het kaderlid onthoudt zich van seksueel getinte verbale intimiteiten. Hierbij kan worden gedacht aan: seksueel getinte opmerkingen en insinuaties, zoals grove taal en schuine moppen, onder het mom van 'dat moet kunnen'; het stellen van niet-functionele vragen - vaak onnodig in detail - over het seksleven van de sporter, bijvoorbeeld over masturbatie, frequentie en vormen van vrijen. 3 Zoals overal in onze maatschappij ontstaan er ook bij De IJsselmeeuwen relaties. In veel gevallen worden mensen zelfs juist lid omdat ze een gezonde relatie met iemand hebben die al lid is. Natuurlijk is ons beleid er niet op gericht dat te verbieden. In deze regel gaat het om seksuele (machts)misbruik en intimidatie.

7. Het kaderlid zal tijdens training(stages), wedstrijden en reizen gereserveerd en met respect omgaan met de sporter en de ruimten waarin de sporter zich bevindt, zoals de kleedkamer of de hotelkamer. Gereserveerd en met respect omgaan met de sporter betekent bijvoorbeeld dat: - het kaderlid en de sporter bij voorkeur niet met z'n tweeën op reis gaan, maar met bijvoorbeeld een extra begeleider of meerdere sporters; - het kaderlid en sporter in ieder geval niet op één kamer of in een ruimte slapen; - de sporter bij voorkeur niet alleen thuis bij het kaderlid wordt ontvangen. Gereserveerd en met respect omgaan met de ruimtes waarin de sporter zich kan bevinden, betekent dat de sporter zich daar veilig moet voelen, zijn privacy gewaarborgd is en sociale controle niet is uitgesloten. Hierbij kan onder andere worden gedacht aan: - niet zonder aankondiging de kleedkamer of de hotelkamer betreden; - de deur open laten staan na het binnentreden, tenzij duidelijk is dat beiden behoefte hebben aan een zekere privacy; - gesprekken dan wel overleg met de sporter niet in de kleedkamer of de hotelkamer houden, maar in een niet-intieme ruimte. - Een uitzondering wordt uiteraard gemaakt voor het coachen tijdens wedstrijden; dan is het veelal noodzakelijk zich ergens rustig terug te trekken. 8. Het kaderlid heeft de plicht de sporter te beschermen tegen schade en (machts)misbruik als gevolg van seksuele intimidatie. Daar waar bekend of geregeld is wie de belangen van de (jeugdige) sporter behartigt, is het kaderlid verplicht met deze personen of instanties samen te werken opdat zij hun werk goed kunnen uitoefenen. Binnen zijn mogelijkheden heeft het kaderlid de verantwoordelijkheid voor de veiligheid en het welzijn van de sporter. Het kaderlid zal de daarvoor redelijke en noodzakelijke maatregelen moeten nemen ter voorkoming van lichamelijke en geestelijke schade en misbruik, veroorzaakt door seksuele intimidatie. Het kaderlid zal moeten samenwerken met bijvoorbeeld jeugdconsulenten, vertrouwenspersonen of ouders of hen van informatie voorzien. Het kaderlid zal feiten van vertrouwelijke aard, aan hem toevertrouwd, te allen tijde dienen te respecteren. Er zullen slechts mededelingen aan derden worden gedaan - indien enigszins mogelijk in overleg met de sporter - wanneer het kaderlid ervan overtuigd is dat de belangen van de sporter of zijn omgeving hiermee zullen zijn gediend. 9. Het kaderlid zal de sporter geen (im)materiële vergoedingen geven met de kennelijke bedoeling tegenprestaties te vragen. Het kaderlid aanvaardt ook geen financiële beloning of geschenken van de sporter die in onevenredige verhouding staan tot de gebruikelijke dan wel afgesproken honorering Door vergoedingen dreigen de objectiviteit van het handelen en de onafhankelijke positie van het kaderlid dan wel de sporter in het gedrang te komen. Hierdoor kan een voedingsbodem ontstaan voor seksuele intimidatie en seksueel misbruik. 10. Het kaderlid zal er actief op toezien dat deze regels door iedereen die betrokken is bij de sporter worden nageleefd. Indien hij gedrag signaleert dat niet in overeenstemming is met deze regels zal hij de

betreffende persoon daarop aanspreken. Het kaderlid heeft een voorbeeldfunctie. Hij zal maatregelen moeten nemen op het moment dat hij grensoverschrijdend gedrag constateert. In eerste instantie dient hij de betreffende persoon erop aan te spreken. In tweede instantie het bevoegde gezag, dat wil zeggen het bestuur van een sportvereniging of sportbond of de directie daarvan. De sporter zal ook geholpen moeten worden. Het kaderlid kan hem bijvoorbeeld verwijzen naar een vertrouwenspersoon of hem helpen een klacht in te dienen. 11. In die gevallen waarin de gedragsregels niet (direct) voorzien, ligt het binnen de verantwoordelijkheid van het kaderlid in de geest hiervan te handelen. Dit betekent dat het kaderlid ook alert moet zijn op gedragingen die niet direct seksueel intimiderend zijn, maar wel als grensoverschrijdend worden ervaren. Ook in dit geval dienen door hem passende maatregelen te worden genomen, zoals het aanspreken van de betreffende persoon. Deze gedragsregels zijn op 20 mei 1997 vastgesteld door de Algemene Vergadering van NOC*NSF. NOC*NSF is de bundeling van de sport in Nederland. Negentig landelijke sportorganisaties, waaronder de KNZB zijn aangesloten. De IJsselmeeuwen neemt deze regels in zijn geheel over en verwacht dat al haar kaderleden zich te houden aan deze regels. Bij twijfel of vragen over de interpretatie van de regel verwachten wij van het kaderlid dat deze contact opneemt met een van de bestuursleden. 01-02-2006 Namens het bestuur van ZZ & PC De IJsselmeeuwen Paul Post, voorzitter