Marcus 14,1-11 - Maak Jezus blij met jouw liefde



Vergelijkbare documenten
Marcus 16,19-20 Jezus helpt vanuit de hemel

Marcus 15, Waarom?

Marcus 14,1-11 Maak Jezus blij met jouw liefde

Preek over Marcus 16,1-8 Geloof: God doet grote en onverwachte dingen!

Marcus 16,1-8 Geloof: God doet grote en onverwachte dingen!

Marcus 11,1-11 Gejuich of een afknapper?

Exodus 17,1-7 - Water uit de rots voor mensen met een kort lontje

Marcus 14,1-11 Maak Jezus blij met jouw liefde

Johannes 20,24-29 Gelukkig als je niet ziet en toch gelooft!

Johannes 20,1-18 Jezus is opgestaan en zoekt ons!

Boekje over de kerk. voor kinderen van ca jaar gemaakt door de jongste catechisatiegroep

Lucas 22,39-46 Jezus bidt

HC Zondag 16 - Het goede nieuws voor een ouderling en voor ieder ander

Johannes 18,1-11 Jezus begint het gevecht, wij gaan vrijuit

Johannes 20,17 Hemelvaart: Jezus is onze weg naar de Vader!

Johannes 20,5-9 Ik ben de opstanding en het leven

Samen met Jezus op weg

Jezus geeft zijn leven voor de mensen

Marcus 14,22 Jezus deelt zichzelf uit aan zwakke mensjes

Iiturgie voor de -12 jeugddienst van zondagmorgen 28 Juni in de Westerkerk te Veenendaal

Johannes 14:1-3 en 28 - Hemelvaart: op weg naar thuis

Jezus kreeg de straf voor onze zonden, wij ontvangen vergeving en vrede. Jesaja 53:4-6 en 1 Petrus 2:24

De gelijkenis van het huis op de rots en op het zand.

Johannes 12:1-8 Dichtbij Jezus

Exodus God zal er zijn

Exodus 3-4 God zal er zijn

Paasviering. Sing-in 2017

BLIJF IN DE HERE! Liturgie:

HC Zondag 16 Het goede nieuws voor een ouderling en voor ieder ander

Liturgie 30 april 2017

Bijbel voor Kinderen. presenteert HET EERSTE PAASFEEST

Goede vrijdag Zie Het Lam!

Samen zingen. Zwaai, zwaai, zwaai, met jonge groene takken. Zing, nu nader komt op een ezel nooit bereden Hij die doet wat moet gedaan.

Johannes 5, Ken jij Jezus? Hoe zie je Hem?

Stilte vooraf. Wees stil voor het aangezicht van God, want heilig is de Heer. Uitleg

De tien Geboden. Tien belangrijke regels. Aangepaste dienst Zondag 17 april 2016 Ds. Henk Bondt

Exodus 24,9-11 Aan tafel bij God zelf

Liturgie Kom-in-de-kerk/aangepaste dienst Emmen, 14 april 2019 thema: wie is Jezus voor jou? m.m.v. De Notenkrakers

Marcus 3,31-35 Jezus volgen? Welkom in een nieuwe familie!

De gelijkenis van de twee zonen. Eerst lezen Daarna volgen er vragen en opdrachten

De gelijkenis van de onbarmhartige dienstknecht

Bijbel voor Kinderen. presenteert HET EERSTE PAASFEEST

HC zd. 22 nr. 32. dia 1

Eén ding is nodig. Deze geschiedenis kun je lezen in Lukas 10 :

Cadeautjes. Aangepaste dienst Zondag 27 november 2016 Ds. Henk Bondt

Marcus 3, Jezus volgen? Welkom in een nieuwe familie!

Romeinen 6,11 - Zie je wie je bent? Je leeft in Christus

Marcus 10, Kleine en grote kinderen: iedereen is welkom bij Jezus

Romeinen 6,11 Zie je wie je bent? Je leeft in Christus

verzoeking = verleiden om verkeerde dingen te doen dewijl = omdat wederstand doen = tegenstand bieden de overhand behouden= de overwinning behalen

Niet bang zijn! God maakt je sterk!

9 Vader. Vaders kijken anders. Wat doe ik hier vandaag? P Ik leer mijn Vader beter kennen. P Ik weet dat Hij mij geadopteerd

Op weg met Jezus. eerste communieproject. Hoofdstuk 5 Bidden. H. Theobaldusparochie, Overloon

HET ONTSTAAN VAN DE EERSTE GEMEENTE

Voor de dienst zingen we:

Gemeente van onze Here Jezus Christus,

Beste vrienden, ik mag jullie vandaag vertellen over de laatste week van het leven van Jezus.

Heilig Jaar van Barmhartigheid

Johannes 6, We danken God, want Jezus zorgt voor ons

Orde voor de viering van het heilig Avondmaal

de zon schijnt altijd

Matteüs 16,13-28 Leer Jezus te volgen: de gekruisigde Messias

Voor jou! Dit boek is voor jou. Het gaat over God. En over God en jou samen. Over Gods liefde voor jou.

Gemeenteviering rond Jesaja 9:5b

Liturgie Jeugddienst Nijbroek in samenwerking met de jeugddienstcommissie van Terwolde 19 oktober Selfie? Ie-self!

Misschien zit u hier wel met de grote vraag: wat is Kerst eigenlijk?

Formulier om het heilig avondmaal te vieren (3)

Organist: Gerrit Spijkerboer, Korianderhof 56, , VOORBEREIDING

Weet jij wat je viert??

DE VERVOLGDE GEMEENTE

Johannes 20, april Pasen 2014 Wehl. (ds. A. Oude Kotte-de Boon) Thema: 'Het verhaal van Maria van Magdala ' Gemeente,

Johannes 16, De Geest gaat in ons verder met het werk van Jezus

Hervormde Gemeente Ouderkerk aan den IJssel

De gelijkenis van de barmhartige Samaritaan.

Paasviering Vandaag sluiten we het project Schatzoekers af en vieren we het feest van de opstanding.

Liturgie voor de scholendienst 2015

Preek over Marcus 16 vers 9 tot 20 (openbare geloofsbelijdenis)

zondag 27 maart 2016 Liturgie

Liturgie voor de middagdienst van 10 januari 2016, Zwijndrecht

Marcus 9,2-13 Verkijk je niet op Jezus!

Liturgie 19 maart 2017

Johannes 3,3-8 - Zoek elkaars hart, zoek echt geestelijk leven

Johannes 10,11-18 Wees herders voor elkaar in het spoor van de goede herder

1 Samuel 24 Ik krijg je nog wel Of zou jij het anders doen?

21 mei 2017 AM Wierden Viering HA generatiedienst Marcus 16:9-11 Geloven in delen Orgelspel. Aanvangslied met het combo: PKN-themalied 'Deel je leven'

Matteüs 25: Gezinsdienst: Wachten duurt lang!

Hosanna. Hosanna! Hosanna! De Heer komt voorbij. Zwaai met de takken en zing nu blij.*

Liturgie zondagmorgen 8 januari 2017 Jeugddienst 12-

Jezus vertelt, dat God onze Vader is

Kerk- School- en Gezinsdienst op zondag 29 maart 2015 in de Martinikerk

Daar juicht een toon, daar klinkt een stem, Die galmt door heel Jeruzalem; Een heerlijk morgenlicht breekt aan; De Zoon van God is opgestaan!

Welkomstwoord en mededelingen Ik wil juichen voor U, mijn Heer (Op Toonhoogte 271) Ik wil juichen voor U, mijn Heer,

Filippenzen 1. Begin van de brief

Samen houden we de website up-to-date!

Psalm 62, 6 Word rustig bij God, mijn ziel

Lukas 2, De hemel gaat open - hoe reageer je?

Ds. Arjan van Groos ( ) Tekst: Marcus 16, 9-14 Ochtenddienst H. Avondmaal

1 Korintiёrs 1:9. Marcus 10:45. Handelingen 4:12. Johannes 17:3. 1 Korintiёrs 3:16. Johannes 15:9,10. Psalm 32:8

Tekst: Job 16: 20 Thema: Doge jo wol? Bijzonderheden: Tweede zondag in de 40-dagentijd. Beste mensen,

Protestantse Gemeente De Levensbron te Rilland. Tweede zondag in de Advent, 6 december 2015 Kerkdienst van Woord en Sacrament

Transcriptie:

Marcus 14,1-11 - Maak Jezus blij met jouw liefde Aangepaste dienst met medewerking van de Bliid Boadskip Sjongers uit Berlikum Liturgie Voorzang Gez 132 Dank u voor deze nieuwe morgen Stil gebed Votum Zegengroet Lied Gez 168 k Stel mijn vertrouwen op de Heer mijn God Wet Lied Ps 84,1.2 Gebed Bliid Boadskip Sjongers Lezen uit de Bijbel Marcus 14,1-11 Preek over Marcus 14,1-11 Zingen Opw 462 aan uw voeten Heer Bliid Boadskip Sjongers Gebed Collecte Zingen Gez 111 Jezus leeft in eeuwigheid Zegen Bliid Boadskip Sjongers Opmerking: Ik vind het prettig om het even van te voren te horen wanneer deze preek ergens in een kerkdienst gelezen wordt. In mijn mailbox past altijd nog wel een mailtje: hansburger@filternet.nl Preek over Marcus 14,1-11 Maak Jezus blij met jouw liefde 1. Ik heb hier een fles. Hij ruikt. Wie wil even ruiken? Ruikt-ie lekker? [laten ruiken] Wat zou jij zeggen? Als ik een grote fles parfum kocht voor Janneke. Mijn vrouw. En dan eentje die nog veel duurder is. En nog veel lekkerder. En ik zou de dop er zo vanaf halen. [dop eraf] En de hele fles helemaal over haar heen gooien in een keer hele fles leeg?

Wat zou je dan zeggen? Wat zouden jullie daarvan vinden? [vragen] Dat doe je natuurlijk niet! Jammer van die lekkere fles. Is-tie in één keer op! En dat is toch ook helemaal niet lekker? Veel te veel! Dat ruikt toch ook veel te sterk! Nou weet je? Jezus is aan het eten. Zat Jezus aan tafel? Nee! Hij lag op een bed te eten. Dat deden ze toen. Heerlijk eten, ze hadden lekker gekookt. En dan komt Maria er aan. Met een fles hele dure parfum. Wie van jullie heeft er zelf een fles parfum? Daar ben je vast heel zuinig op of niet? Niet te veel gebruiken een beetje, dat is lekker. Maar teveel? Dan ruikt hele kerkzaal naar de parfum! Kijk eens wat Maria doet! Ze gaat naar Jezus toe. Ze breekt de fles kapot zo krak! De hals eraf. En ze giet die hele fles leeg op Jezus. Op zijn hoofd. Op zijn voeten. Hij is helemaal leeg. Overal ruik je het. Het hele huis ruikt naar parfum. Ruik je het? En moet je kijken. Maria pakt geen handdoek. Maria heeft lang haar. Met haar lange haar maakt ze zijn voeten droog! Maria houdt van Jezus.

Maria houdt heel veel van Jezus! Houden jullie van Jezus? Dat wil ze laten zien. Heel die parfumfles in één keer hij is voor Jezus! Haar lieve Jezus! 2. Nou ja! Wat vind je daarvan? [reactie?] En de mensen bij Maria? Die vinden het maar gek. Die kijken boos. Die zeggen tegen elkaar: Moet je kijken! Die rare Maria. Dat doe je toch niet? Zo veel parfum in een keer. Hele dure parfum! Weet je wat zo n fles kost? Een heel jaar hard werken! Evenveel als een dure auto! Je kunt het geld beter aan de arme mensen geven. Dit is weggegooid geld. Alles in één keer op! Is ze gek geworden? Zeg jij dat wel eens tegen iemand? He joh, jij doet gek! Jij bent raar! Doe es gewoon! Of zeggen mensen dat wel eens tegen jou? Wat doe jij nou? Doe niet zo raar! Ben je gek geworden! Doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg. Misschien wil je wel zingen en klappen in de kerk. Maar de mensen vinden het raar. Dus je doet het maar niet. Misschien wil je wel je handen in de lucht steken. Maar de mensen vinden het raar. Dus je doet het maar niet. Stel je voor. Wat zouden de mensen zeggen?

Ik heb het allebei wel eens. Soms denk ik ook: joh, doe niet overdreven. Doe es gewoon. En dan denk ik afkeurend: Wat sta jij overdreven te zingen! Soms denk ik ook: weet je, ik doe maar gewoon. Dan val ik niet op. Dan zegt niemand: Jij bent raar! Ik steek geen hand in de lucht als ik zing. Straks wordt iemand er boos om. Zo gaat dat. Iemand is enthousiast. Iemand is blij. Iemand laat het ook zien. Maar anderen vinden het gek. Anderen zeggen: joh, dat hoort niet. Doe eens gewoon. En daarna? Zou je dan nog durven? Of ben je nu bang? Ik doe wel gewoon Ik wil niet opvallen. Maar dominee, het is toch ook gek? Dat doe je toch niet? Een hele fles dure parfum? Daar ben je zuinig op. Zoveel parfum in één keer, dat is toch niet lekker? Het is veel te veel in een keer. Jammer van de parfum! En klappen; of je handen omhoog doen, in de lucht met zingen; dat doen wij toch niet? Het is toch ook raar?

Doe maar gewoon allemaal. Dat vind ik zelf ook fijn. Wat moet ik anders doen? Ik doe gewoon jij doet gewoon klaar. Al die gekkigheid, al dat gedoe. Ik hou er niet van. Dat vindt Jezus vast ook! Jezus zorgt voor de armen. Dat moeten wij doen. Wees zuinig met geld. Dan kun je iets geven! Jezus vindt al die gekkigheid vast ook maar raar. Wat overdreven zo is Jezus toch niet? Jezus doet heus ook gewoon normaal. 3. Maar dan komt Jezus. He, jullie maken haar bang! Straks durft ze niet meer. Laat haar met rust. Ze doet iets goeds voor mij! Hè? Hoor ik dat goed? Vindt Jezus het niet gek? Zegt Jezus niet: Maria, doe niet zo raar! Bewaar die parfum toch. Wat doe je nou weer? Nee. Jezus ziet: Maria doet het voor mij. Jezus zegt niet: Doe maar gek. Doe maar raar. Ga tekeer als een beest. Jezus zegt: Maria doet iets goeds voor mij. Jezus ziet: Maria houdt van mij.

Maria geeft mij alles wat ze heeft. En dat maakt hem blij. Dat is belangrijk: Maak Jezus blij met jouw liefde. Niet wat de mensen vinden. Misschien vinden de mensen jou raar. Nou, dat is dan maar zo. Maak Jezus blij met jouw liefde. Hoor je dat Jezus dan zegt: jij doet iets goeds voor mij. Dat maakt mij blij! Hoe maak jij Jezus blij? Hoe laat jij zien: Ik hou van Jezus? Laat het maar zien! Ook al vinden de mensen het raar. Zeg het ook zelf niet: Jij bent raar! Doe niet zo gek. Maak een ander niet bang. Maar is Jezus dan gek? Zoveel parfum, dat wil je toch niet? Zoveel parfum, dat stinkt! Soms gebruikten ze vroeger wel zoveel parfum in één keer. Bij een begrafenis. Als er iemand gestorven is. Dan deden ze heel veel parfum op het dode lichaam. Anders rook het niet lekker meer. Zeker als het heel warm is. En in het land van Jezus is het heel warm. Dus bij een begrafenis. Dan gebruikten ze heel veel parfum. Is Jezus dan gek?

Nee, Jezus weet: straks ga ik sterven. Sterven voor jullie allemaal. Sterven aan het kruis. Dat weten jullie toch: Jezus is aan het kruis gestorven. Voor ons allemaal. En dan staat Hij op. Alles wordt nieuw. Jezus weet: bijna ga ik sterven. Dan word ik begraven. Daarom: het is goed, al die parfum. Voor straks. Voor in mijn graf. Maria doet iets goeds voor mij. Maria houdt van mij. Ze geeft alles wat ze heeft. Maria die snapt het: Jezus gaat dood. Daar is het goed voor, al die parfum. 4. Wat vinden jullie daarvan? [reactie?] Misschien vind je het gek. Nu nog gekker dan eerst. Wat een geklets. Die Jezus is niet wijs. Hij is nog niet dood je begraaft hem nu toch niet? Wat denkt die Jezus wel? Dat Hij God is of zo? Kom op Jezus, doe es normaal. Is hij niet meer goed bij zijn hoofd? Doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg. Ik geloof hem niet meer.

Ik hoor niet meer bij hem. Dat denkt Judas. Weg met die Jezus. Weet je wat? Ik ga hem verraden. Misschien krijg ik dan geld! Meer geld dan die parfum kost. Straks word ik nog rijk. Denk jij dat ook? Die Jezus is gek? Judas was een leerling. Hij kende Jezus heel goed. Hij had alles gezien: de wonderen. Hij had alles gehoord: de verhalen. Het raakt hem niet meer. Dat kan dus zo maar. Je was een leerling. Maar je wilt hem niet meer. Pas op! Verraad Jezus niet! Of denk je iets anders? Was ik maar zo als Maria. Kon ik dat maar. Alles geven wat ik had. Maar ik durf niet. Dan vinden de mensen me raar. Ik kan het niet. Mijn liefde is te klein. Zo kan ik het nooit. Maar Jezus is er toch?

Jezus is God. Jezus ziet jou. Hij ziet wat je doet. En waarom. En Hij houdt van jou. Als Hij gaat sterven, dan is het voor jou. Als Hij weer opstaat, dan is het voor jou. Hij doet het uit liefde! Hij maakt je vrij. Vrij van de mensen. Vrij van de trots. Ik wil bewondering. Vrij van het bang zijn. Wat zouden ze zeggen? Wat maakt het uit? Het gaat om wat Jezus zegt! Hou zelf van Jezus. Maak hem blij met je liefde. Zoals jij bent. Met alles wat jij hebt. Geef Hem al je parfum wat is dat voor jou? Laat Hem lekker ruiken hoe kun jij dat doen? Laat het Hem zien: Heer, ik hou van u! Geef Hem je geld. Geef Hem je tijd. Zing uit volle borst. Praat over Hem. Steek je handen in de lucht. Doe mee met je kring. Doe mee in de kerk. Waar doe je het voor?

Toch niet voor jezelf? Doe het voor Jezus dan is het goed! Marcus 16,19-20 - Jezus helpt vanuit de hemel Hemelvaart Alpha-dienst Liturgie Voorzang Opwekking 354 Stil gebed Votum / groet Zingen: Gez 101,1.3.4 Gebed Schriftlezing: Marcus 16,9-20 Zingen: Ps 47,3.4 Tekst: Marcus 16,19-20 Kinderen Preek Zingen: Gez 68 Geloofsbelijdenis Zingen LB 234 Gedicht gelezen door één van de Alpha-cursisten Gebed Collecte Zingen Gez 111 Zegen Opgevaren Opgevaren in een wolk is Hij ten hemel ingegaan Als pleiter voor het volk, met wiens lot Hij was begaan. Tot ons heeft Hij toen gezegd:

Breng de dwalenden terecht Werpt Uw brood uit op het water Uw loon dat vindt U later. Zaai t zaad in de morgenstond en trek des avonds Uw hand niet af Bewerk de akker, ploeg de grond zaai wel koren en geef geen kaf. Velen zijn toen heengegaan Op straten en door stegen Maar wie neemt nog zijn boodschap aan Wie zit om Hem verlegen? Heer, kom spoedig weer terug De wereld kan ons zo benauwen Kom in ons hart, en sla de brug. Wil Uw tempel in ons bouwen! Uit: M. Rink, Met lege handen Opmerking: ik hoor het graag van te voren wanneer deze preek ergens gelezen wordt. Mijn mailbox is geduldig: hansburger@filternet.nl Preek over Marcus 16,19-20 Jezus helpt vanuit de hemel Beste Alpha-cursisten, gasten, gemeente van Jezus Christus 1. De Alpha-cursus is weer voorbij. Vorige week woensdag hebben jullie met elkaar een feestavond gehad. Jammer genoeg kon ik er niet bij zijn. Maar op de kerkenraad hebben we die woensdagavond van jullie toetje mee mogen genieten! Als ik op het toetje afga, hebben jullie een lekkere avond gehad. Maar het gaat natuurlijk niet om het eten alleen. Ik heb een reactie mogen lezen van iemand die de cursus gevolgd heeft. Mooi om te lezen dat zij genoten heeft van de goede sfeer. Dat zij antwoord gevonden heeft op bepaalde levensvragen en op vragen over het geloof zelf. Daar word ik blij van, als ik dat lees. We mogen God heel dankbaar zijn dat we steeds weer een Alpha-cursus kunnen organiseren.

En nu zit de cursus er weer op. Je bent een tijd intensief met elkaar opgetrokken, bezig geweest met waar het christelijk geloof over gaat. En nu? Wat eigenlijk wel heel mooi is: deze Alpha-dienst valt samen met hemelvaart. We vieren vandaag het feest van Jezus die naar de hemel gegaan is. Ergens kun je hemelvaart wel vergelijken met het einde van een Alpha-cursus. Er zijn natuurlijk ook grote verschillen. Als je de Alpha-cursus hebt gedaan ben je nog niet één van die speciale groep van elf, die leerlingen van Jezus. Maar aan de andere kant: met hemelvaart kwam er voorgoed een einde aan de cursus die zij bij Jezus gevolgd hadden. Geen tien avonden, maar drie jaar waren ze met Jezus opgetrokken. Ze hadden veel met hem meegemaakt. Vooral het einde was dramatisch: Jezus was gedood door de leiders van zijn eigen volk. Toen kwamen die mensen die zeiden dat Jezus uit de dood was opgestaan. Ze konden het niet geloven. En dan opeens, als ze samen met z n elven aan het eten zijn, is Jezus er zelf. Moet je je eens voorstellen wat er toen met hen gebeurde. Opeens staat die dode Jezus daar hij is niet dood! Maar dat betekende niet dat ze weer met Jezus zouden gaan rondtrekken. Jezus gaat naar de hemel. Hoe zouden ze zich gevoeld hebben? Wat zou er door jou heengaan als je het had zien gebeuren: de Heer Jezus wordt opgenomen in de hemel? Je staat met hem te praten, en dan zie je hem verdwijnen. In Handelingen, een ander bijbelboek, wordt ook over hemelvaart verteld. Daar staat: ze zien dat hij omhooggeheven wordt. Hij wordt meegenomen door een wolk. En ze zien hem niet meer. De cursusleider is voor altijd weg. 2. Dat is raar Jezus is er weer, opgestaan uit de dood. Maar meteen daarna is hij ook weg. Toch, als iemand weg gaat maakt het wel uit waar hij heen gaat. Het kan zijn dat je afscheid moet nemen van één van je volwassen kinderen. Dan maakt het verschil of dat bijvoorbeeld is omdat hij een wietplantage opgezet heeft, en gepakt is; of omdat hij voor ontwikkelingswerk naar het buitenland gaat. In beide gevallen zul je elkaar lange tijd niet meer zien. Maar in het ene geval is dat omdat hij achter de tralies verdwijnt. In het andere geval omdat hij iets goeds gaat doen voor anderen. Waar gaat Jezus eigenlijk heen? Hij gaat naar de hemel waar hij plaats neemt aan de rechterhand van God. Wat moet je je daarbij voorstellen? Iemand gaf bij de preekvoorbereiding aan: Dit roept verwarring op. Jezus gaat weg en blijkt toch aanwezig en nabij. Ik kan me die verwarring goed voorstellen, zeker als je niet weet wat daarmee bedoeld wordt: de rechterhand van God. Waar moet je dan aan denken? De rechterhand van God is een ereplaats. Het is het hoogst denkbare erepodium. Jezus zit aan Gods rechterhand als beloning voor alles wat hij gedaan heeft. Hij heeft zijn missie volbracht. Dat hij daar zit is het bewijs ervan. God heeft Jezus hoog verheven. Hij staat boven alles en iedereen. Dat is eervol. Het betekent ook dat Jezus macht krijgt. Want de rechterhand van God is Gods machtige hand. God regeert hemel en aarde. Hij heeft alle macht. En Jezus? Vanaf nu heet Jezus heer. Jezus krijgt een eretitel. Daarmee krijgt hij ook macht. Vanaf nu regeert Jezus hemel en aarde. Dus waar gaat Jezus heen? Niet naar een gevangenis om daar achter de tralies te verdwijnen, waar

hij voor niemand iets kan betekenen. Hij zit maar niet in het hoofdkantoor van een multinational, of in het regeringsgebouw van een wereldmacht. Hij zit naast God zelf. Dat is een plek waar hij geweldig veel goeds kan doen. Ook voor ons! Hoe kan het dus dat Jezus weg gaat en toch zo nabij is? Dat komt door de plek waar hij zit. Bij de voorbereiding van deze preek heeft het veel van jullie, cursisten, geraakt. Jezus is weg en toch is hij er voor ons. Hij helpt je. Hij is heel nauw op ons betrokken. Wonderlijk mooi! 3. Hemelvaart is dus goed nieuws. Daarom zegt Jezus vlak voor zijn hemelvaart tegen de elf: nu moeten jullie de hele wereld rond. Maak aan ieder schepsel het goede nieuws bekend. Wat is dan dat goede nieuws? Hoe kunnen gebeurtenissen van zo lang geleden nu nog steeds goed nieuws zijn? Ik zal proberen daar iets over te zeggen. In het begin van Marcus wordt gezegd wat het goede nieuws is: het koninkrijk van God is nabij. Wat is dat koninkrijk van God? Wat dat koninkrijk van God is, zie je in Marcus 16 aan hemelvaart en aan de tekenen die in vers 17-18 genoemd worden. Pak je Bijbel er maar even bij. Het koninkrijk van God betekent dat God zijn vijanden heeft overwonnen. Die vijanden, dat zijn de duivel en zijn demonen. Vandaar dat christenen in de naam van Jezus demonen hebben mogen uitdrijven (vers 17). Die vijand, dat is ook de dood. Jezus is opgestaan uit de dood en heeft zo bewezen: ik heb de dood overwonnen. Die vijand, dat is ook de zonde. Zonde, dat is alle vuiligheid en puinzooi die tussen ons en God in staat. Jezus is gestorven voor onze zonde en heeft de zonde in zijn dood meegenomen en opgeruimd. Dus: in Jezus Christus heeft God zijn vijanden de doodsteek gegeven. Jezus is overwinnaar. Het koninkrijk van God betekent ook dat God een koning aangesteld heeft. Wie is die koning? Vanaf hemelvaart is dat Jezus, de overwinnaar van Gods vijanden. Het koninkrijk van God betekent verder dat alles wat Gods vijanden kapot gemaakt hebben, weer heel gaat worden. Denk maar aan ziekte in je leven: die gaat verdwijnen. Daarom hebben christenen zieken gezond mogen maken door ze de handen op te leggen (vers 18 eind). Gif en slangen hoeven niet meer dodelijk te zijn (vers 18 begin). Het koninkrijk van God betekent tenslotte dat mensen elkaar weer begrijpen zullen. Zitten mensen niet vaak in hun eigen wereld? Begrijp jij de ander altijd? Ik spreek Nederlands, een ander chinees en daar kan ik niks van maken. Gods koninkrijk gaat die taalgrenzen laten verdwijnen. Er komt vrede op aarde. Vandaar dat christenen in onbekende talen hebben mogen spreken, zodat grenzen verdwijnen (vers 17 eind). Samengevat: wat is het goede nieuws? a. Gods vijanden zijn overwonnen en Gods koning regeert over hemel en aarde. b. Daardoor wordt door Jezus de relatie tussen God en mensen hersteld. c. En daardoor zal alles op aarde weer goed worden: alles wat kapot gegaan is, zal weer heel

worden, er komt straks vrede op aarde. 4. Maar is dat inmiddels geen oud nieuws? Het is al zo n 2000 jaar geleden dat Jezus Christus is gestorven, opgestaan en naar de hemel gegaan. Dat zou je misschien denken. Maar nog lang niet iedereen op aarde heeft door wat dat goede nieuws is. Terwijl het voor iedereen van belang is. Heb jij al door wat het voor jou betekent? Kijk bijvoorbeeld naar die vijanden. Als jij in Jezus gelooft, belooft Jezus jou vrijheid van de machten van het kwaad. Als jij in Jezus gelooft, belooft Jezus jou dat je uit de dood op zult staan. Als jij in Jezus gelooft, belooft Jezus jou vergeving van zonden. En wat het mooiste is: daardoor wordt jou relatie met God weer hersteld. Jij mag bidden en weten dat God luistert. Zoals God luistert naar Jezus naast hem, zo luistert hij naar jou als jij bidt in de naam van Jezus. Stel nu dat jij op de Alphacursus daarvan iets ontdekt hebt? Dat is toch nieuws! Jezus belooft zijn leerlingen: ik zal jullie helpen. En dat doet hij. Een van de vragen voor de preekvoorbereiding was: wat raakt je in deze tekst? Ik vond het heel mooi om te zien hoe veel Alphacursisten daar opschreven dat hemelvaart betekent: Jezus helpt vanuit de hemel. Jezus is altijd bij ons. Jezus geeft kracht. Jezus is vanuit de hemel heel nauw betrokken op ons. Juist vanuit de hemel kan hij dat doen! Prachtig vind ik dat. Jezus is in de hemel. En van daaruit helpt hij. Hij is van alle tijden. Overal kan hij mensen helpen. Misschien ben je wel bang dat je na deze Alpha-cursus in een gat valt. Dat had met de discipelen toch ook kunnen gebeuren? Maar Jezus heeft hen geholpen. Zou hij ook jou en mij helpen? Misschien denk je wel: Zou Jezus oog voor mij hebben? Zou Jezus op mij betrokken zijn? He, wat voor mensen denk je eigenlijk dat Jezus leerlingen waren? Eerder in Marcus 16 verwijt hij ze nog ongeloof en halsstarrigheid. Dat zijn stevige verwijten toch? Jezus helpt die ongelovige en halsstarrige leerlingen. Zou hij dan jou en mij niet helpen? Je ziet de leerlingen veranderen. Ze gaan op weg. Vol geloof. Ze dragen het grote nieuws uit. En hun verkondiging wordt enorm krachtig. Zo kan iedereen veranderen. Van een ongelovig en halsstarrig typje in iemand die vol geloof is en voor Jezus gaat. Als je niet in Jezus gelooft, dan hoef je niet op zijn hulp te rekenen. Want geloven is: zeggen Jezus ik verlang ernaar dat u mij helpt. Ik heb u nodig. Zonder u wordt het niets met mij. Niet geloven is: zeggen Heer, wat moet ik met u? Dan helpt hij je ook niet. Geloof daarom in Jezus! 5. Op één grote vraag ben ik nog niet ingegaan. Er staat in vers 20: Jezus zette hun verkondiging kracht bij met de tekenen die ermee gepaard gingen. Hebben jullie het wel eens gezien: demonen die uitgedreven worden, mensen die in nieuwe talen spreken, slangen oppakken, gif drinken zonder dat ze er last van hebben, zieken die gezond worden? Waar zijn die tekenen? Waar mogen wij op rekenen? Ik heb er van de week weer over na zitten denken. Waarom gebeuren die tekenen niet allemaal in onze gemeente? Ik heb daar geen compleet

antwoord op. Wel wil ik wat dingen noemen die voor een antwoord van belang zijn. a. In vers 17 staat letterlijk niet de gelovigen zullen herkenbaar zijn aan deze tekenen. Letterlijk staat er: deze tekenen zullen de gelovigen volgen. In onze vertaling lijkt het of alle gelovigen altijd en overal aan deze tekenen te herkennen zijn. Maar dat wordt niet beloofd. We kunnen er niet automatisch op rekenen. Zo kan het gaan, en in de tijd van de apostelen is het ook gebeurd. Ook nu gebeurd het nog: genezingen, demonen die uitgedreven worden. b. De tekenen hebben een speciaal doel: kracht geven aan de verkondiging voor mensen die nog niet geloven. Die tekenen gebeuren niet voor de lol, als een stunt. Ze zijn een teken van iets anders Gods rijk dat voor de deur staat. Om een missionair getuigenis te onderstrepen. Blijft staan: vanuit de hemel helpt Jezus ons als we op weg gaan en het goede nieuws bekend maken. Voor alle duidelijkheid: na een Alpha-cursus ben je nog geen apostel. Misschien ben je nog maar net over het geloof na aan het denken. Hemelvaart is dan vooral een uitnodiging en een bemoediging: Jezus wil ook jou helpen vanuit de hemel. Geloof in Jezus en ontdek verder wie Hij voor jou is! Maar we zitten hier ook met elkaar als gemeente. Wij worden er als gemeente wel op uitgestuurd om bijvoorbeeld een Alpha-cursus te geven, of een Emmaüs-cursus. Om gasten uit te nodigen voor onze kerkdiensten. Jezus leerlingen waren ongelovig en halsstarrig. Dat kan ons dus ook overkomen. Hoe ongelovig, hoe halsstarrig ben jij? Als je er niet op uit trekt, zul je niet merken hoe Jezus je daarbij wil helpen. Terwijl je de hulp en de kracht van Jezus juist zult ervaren als je dat wel doet. De kracht van Jezus ervaar ik vooral dan als ik aan anderen uitleg wat het goede nieuws inhoudt. Tijdens een preek, een gesprek, een catechisatie. Dan merk ik het vooral: Jezus helpt mij. En dat is ook precies wat hier staat: de Heer hielp hen daarbij dat is bij het bekend maken van het goede nieuws. Wil jij Gods kracht ervaren? Trek er vol geloof op uit, en maak het goede nieuws van Jezus Christus bekend! Wie weet wat je nog aan grote tekenen zult zien! Marcus 16,1-8 - Geloof: God doet grote en onverwachte dingen! Liturgie s Morgens: Sing in GK 95: Daar juicht een toon. LvK: 215: Christus, onze Heer, verrees GK

109: Halleluja, lof zij het Lam Welkom / MededelingenVoorzang: Ik wil juichen voor u mijn Heer Aansteken nieuwe paaskaarsstil gebed Votum / groet Zingen: Gez 111 Jezus leeft in eeuwigheid Genadeverkondiging: lezen Ef 2,1-10Zingen: Ps 118,1.9 Gebed Bijbellezen: Marcus 15,40-16,8Zingen: LvK 222,1.2.3 Preek over Marcus 16,1-8Zingen: Gez 99 U zij de gloriewet als beloftezingen: LvK 217,1.2.3 Jezus leeft en ik met HemGebedCollecteTijdens de collecte: Als er vergeving is Zingen Gez 160 Groot is u trouw Zingen Ps. 134 oude berijming Loof looft nu aller Heren Heer Zegen s Middags: Votum / groet Zingen: LB 215Gebed Bijbellezen: Marcus 15,40-16,8Zingen: LvK 222,1.2.3 Preek over Marcus 16,1-8Zingen: Gez 99 GeloofsbelijdenisZingen: Gez 107,1.3.4GebedCollecteZingen: Gez 111Zegen Opmerking: ik hoor het graag van de voren wanneer deze preek ergens gelezen wordt. Mijn mailbox is geduldig: hansburger@filternet.nl Dit e-mailadres is beschermd tegen spambots. U heeft Javascript nodig om het te kunnen zien. Preek over Marcus 16,1-8 Geloof: God doet grote en onverwachte dingen! 1. Wij zijn hier in de kerk gekomen voor een feest: Jezus is opgestaan! We hebben samen ontbeten een aantal van ons; we hebben samen gezongen; en nu houden we met elkaar een feestelijke kerkdienst. Vandaag is het feest: Jezus is opgestaan! En dan lezen we het Paasverhaal uit Marcus helemaal geen feestelijk verhaal. Die engel zegt mooie dingen. Maar de vrouwen zijn alleen maar bang en geschrokken. Hoewel, misschien herken je je juist wel in die vrouwen. Het is feest maar ik voel me helemaal niet blij. Hoe verander je dat? Laten we eens goed naar Marcus 16 kijken. Waarom vertelt Marcus de geschiedenis van Pasen op deze manier? Wat kunnen wij ervan leren? De vrouwen de beide Maria s en Salome willen de begrafenis van Jezus afmaken. Ze waren erbij geweest. Snel snel was Jezus nog in een graf gelegd. De sabbat was eigenlijk al begonnen. Die begint immers op vrijdagavond bij zonsondergang. Zaterdagavond, als de sabbat weer voorbij is, gaan ze verder met Jezus begrafenis. Ze kopen geurige olie. Jezus dode lichaam was in linnen gewikkeld. Met geurige olie willen ze die doeken parfumeren. Dat hadden ze nog niet goed kunnen doen. De geurige olie moest de stank van het dode lichaam verdrijven. Als ze de olie in huis hebben, gaan ze naar bed, want de volgende morgen dus zondagmorgen gaan ze voor dag en dauw op pad.

Ze zijn op weg naar het graf, ze zijn er bijna. Maar opeens zegt een van hen: De steen krijgen we nooit weg! Helemaal vergeten. Zo druk waren ze met de dode Jezus, met de geurige olie. Er was een grote zware steen voor het graf gerold. Je kunt niet overal aan denken. Dat levert soms grote praktische problemen op. Waar ze helemaal niet aan denken: Jezus had voorzegd dat hij op zou staan uit de dood. Maar niemand van zijn volgelingen heeft het onthouden. Met een opstanding houdt niemand rekening. Herken je dat? Soms zegt God dingen die te mooi zijn, te wonderlijk. Je kunt het niet geloven. En je vergeet wat God gezegd heeft. Paulus zegt bijvoorbeeld in Efeze 2 over de gevolgen van de opstanding in ons leven: Hij heeft ons gemaakt tot wat wij nu zijn: in Christus Jezus geschapen om de weg te gaan van de goede daden die God heeft voorbereid. Gaat dat over mij denk je misschien wel? En je houdt er zo maar geen rekening mee dat het wel eens zou kunnen gebeuren dat jij goede dingen doet in Christus Jezus. 2. De vrouwen zien het graf inmiddels al liggen. Hè? De steen is al weggerold. Zo verdwijnen praktische problemen soms als sneeuw voor de zon Wat is er gebeurd? Geschrokken kijken ze elkaar aan. Voorzichtig lopen ze naar het graf toe en gaan naar binnen. Ohhhh. Alle drie schrikken ze ontzettend. Er zit iemand in het graf! Een jonge man in witte kleren. De man ziet dat ze vreselijk geschrokken zijn. Wees niet bang, zegt hij. Jullie zoeken Jezus, de man uit Nazareth, die gekruisigd is. Het klinkt vriendelijk. Maar als er in Marcus mensen zijn die Jezus zoeken, dan mist er altijd iets: geloof. De massa s zoeken Jezus. Iedereen is naar u op zoek! Jezus moeder en zijn broers en zussen komen Jezus een keer zoeken. De Joodse leiders zoeken Jezus om hem te doden. De vrouwen hier zoeken ook: de dode Jezus uit Nazareth, die gekruisigd is. Zo heb je zoekers en gelovigen. Een zoeker die weet het nog niet. Die heeft Jezus nog niet gevonden als de Messias, de Christus, de Mensenzoon. Die heeft Jezus nog niet gevonden als zijn eigen verlosser. Mensen die Jezus zoeken, die zoeken de dode Jezus, de man uit Nazareth die gekruisigd is. Wat ben jij: een zoeker of een gelovige? Als er niks gebeurt blijven we allemaal zoekers. Een zoeker die tast, die probeert, die zoekt. Een zoeker die vergeet ook dingen, bereidt zich niet goed voor, schrikt van een praktisch probleem. O, helemaal niet aan gedacht. Hoe moet dat nu? Je kunt nooit overal aan denken. En dan zijn er leeuwen en beren op de weg. Een grote zware steen. En zo is er altijd wat. Mitsen en maren. Maar gelukkig doet God grote en onverwachte dingen. Onze mitsen en maren verdwijnen als God aan het werk is. Die steen is helemaal niet belangrijk meer.

Luister maar wat de man verder zegt: Hij is opgewekt uit de dood. Hij is hier niet. Kijk maar, dat is de plaats waar hij was neergelegd. Wie is Jezus, de man uit Nazareth die gekruisigd is? Zou je niet meer over Jezus moeten zeggen? Wie zou Jezus zijn volgens God? Marcus vertelt vaak heel ingehouden over Jezus, over de vraag wie Hij is. Wie Jezus is, dat zie je alleen als je gelooft, als je het wil zien. Wil je het zien? Jezus is opgewekt. Dat betekent: God heeft Jezus weer levend gemaakt. Jezus heeft zijn leven gegeven als losprijs voor velen. Hij heeft jullie vrijgekocht. Gods koning heeft overwonnen. Jezus Christus brengt ons in Gods koninkrijk! 3. Zou het wel tot de vrouwen doordringen wat de man zegt? Willen zij het zien? Maar hij gaat al weer verder en geeft hen een opdracht. Ga naar de leerlingen toe en naar Petrus. Wat zouden ze tegen hen moeten zeggen? Vertel de leerlingen dat ik ze niet meer hoef te zien? En die Petrus, die hoef ik helemaal nooit meer te zien? Nee, juist niet! Jezus wist toch van te voren hoe het zou gaan? Hij had het allemaal voorzegd, bij het avondmaal: jullie zullen ten val komen. En Petrus, jij zult me verloochenen. Tegelijk had hij er al bij gezegd: Maar nadat ik uit de dood ben opgewekt, zal ik jullie voorgaan naar Galilea. Kijk maar in Marcus 14,27-31. Jezus wist wie ze waren en hij hield van hen. Ook voor hen was hij gestorven. Hoor je zijn liefde in wat de man namens Jezus zegt: Ga terug en zeg tegen zijn leerlingen en tegen Petrus: Hij gaat jullie voor naar Galilea, daar zullen jullie hem zien, zoals hij jullie heeft gezegd. Jezus wil met hen verder. Zoals hij had gezegd gaat hij ze voor naar Galilea. Ze zullen Hem weer zien! Ook Petrus. Hij wordt apart genoemd. Alleen Marcus vertelt dat Petrus expliciet erbij genoemd wordt. De andere evangeliën doen dat niet. Bedenk dan dat Marcus waarschijnlijk het verhaal van Petrus vertelt. Wat zou er door Petrus heen gegaan zijn toen hij dit aan Marcus vertelde? Ik werd apart genoemd. Het was niet voorbij. Jezus wilde ook met mij verder. Ik kan me voorstellen dat hem de tranen in de ogen stonden toen hij dit tegen Marcus zei. Proef je daarin de liefde van Jezus? En weet je die liefde is er ook voor ons hij weet wie we zijn. Hij is ook voor ons gestorven, en opgestaan. Door Jezus opstanding mogen we nieuwe mensen zijn opnieuw beginnen. Daarom gaat Jezus verder met leerlingen die Hem hebben laten vallen. Ben jij een zoeker? Een twijfelaar? Heb je Jezus verloochend? Jezus in de steek gelaten? Jezus weet precies wie je bent en kent je door en door. Hij is ook voor jou gestorven en opgestaan. Besef je dat zijn opstanding, zijn liefde er ook voor jou zijn? Nieuw leven want Jezus houd van jou? 4. Misschien besef je dat wel niet. De vrouwen beseffen het allemaal niet. Ze zien dat Jezus niet meer in zijn graf ligt. Ze horen de

engel praten. Harde feiten, zou je zeggen. Ze hebben niet door dat ze met een engel praten. Marcus heeft het niet over een engel, maar over een jonge man in witte kleren. Dat is niet voor niets! Heb jij wel eens gedacht: als ik er bij geweest was op de morgen van Pasen, als ik eens een engel mocht zien. Dan was het veel makkelijker om te geloven. Nee dus! Een engel zien, of een leeg graf, het maakt niet uit!de vrouwen staan te trillen op hun benen, doodsbang, ontzettend geschrokken. Ze willen maar een ding. Weg hier. [Extra buiten Franeker En het lege graf, de woorden van de engel, ze doen er niks mee. Het lege graf alleen is niet genoeg om tot geloof te komen. Maar het graf was wel leeg dat zegt de bijbel heel duidelijk. En dat lege graf zegt ook veel over de betekenis van de opstanding. Er zijn veel religies die geloven in een leven na de dood. Na je dood ga je naar een hiernamaals. Indianen hadden het over de eeeuwige jachtvelden, de Germanen over het Walhalla. Volgens de Boeddisten ga je naar het Nirvana, Hindoe s geloven in reïncarnatie. Ga maar door. Om verder te leven na de dood heb je geen leeg graf nodig. Het lege graf laat zien: opstanding is maar niet verder leven bij God. De bijbel belooft de opstanding van de doden. Wat is opstanding? Er is een opstanding omdat de dood overwonnen is. De dood zal ongedaan gemaakt worden. Bij de opstanding gaan de graven open. Bij de opstanding komen mensen uit hun graf met een nieuw lichaam. Je komt uit je graf. Jij blijft jezelf. Jij krijgt een nieuw lichaam. Dat is bij Jezus als eerste gebeurt. Zijn lijf is niet prijsgegeven aan de dood. Hijzelf is uit het graf gekomen. Hij is zichzelf gebleven. Zijn lijf is vernieuwd, volmaakt, verheerlijkt uit de dood opgestaan. Zo zullen wij allemaal een nieuw lichaam krijgen. Opstanding is een nieuwe schepping, een nieuwe aarde. Het lege graf van Jezus laat zien: Verschijningen van Jezus zijn geen geestverschijningen. Het is Jezus zelf die naar zijn leerlingen toe komt. Met een nieuw lichaam. Een nieuwe schepping. Wij zijn op weg naar Gods rijk, naar een nieuwe aarde. Dat belooft de opstanding ons. Maar terug naar de vrouwen] Waarom komt het bij hen niet binnen? Dat is voor ons een belangrijke vraag. We kunnen ervan leren over belemmeringen om tot geloof te komen, om te groeien in geloof. De eerste belemmering. Jezus had gezegd: ik zal sterven maar ook weer uit de dood opstaan.moeilijk om te begrijpen. In elk geval hadden ze het niet onthouden. Daardoor verwachtten ze geen grote en onverwachte dingen.herken je dat? Hoe belangrijk zijn de woorden van Jezus voor jou? Wat doe jij als ze moeilijk te begrijpen zijn? Onthoud je ze of ben je ze zo weer vergeten?

De tweede. Ze waren vol van hun eigen gevoelens, van angst en schrik. Daardoor konden ze niet luisteren. Daardoor hoorden ze niet dat de engel herhaalde wat Jezus allemaal al voorzegd had. En jij? Het woord van God wordt steeds weer herhaald en uitgelegd. Elke zondag, elke catechisatie, elke Bijbelstudie, elke Bijbellezing. Maar je kunt zo vol zijn dat je niet meer kunt luisteren. Bevangen door angst en schrik. Komt het bij jou binnen wat er steeds weer gezegd wordt? En de derde: wegrennen. Dat is wat de vrouwen doen: ze schrikken van die man in witte kleren. En dus rennen ze weg. Weg van de plaats waar ze het woord van God horen, weg van de plek waar ze tot geloof kunnen komen. Hoe vaak ontneem jij jezelf de kans om tot geloof te komen, om te groeien in geloof? Denk weer aan Efeze 2,10: Hij heeft ons gemaakt tot wat wij nu zijn: in Christus Jezus geschapen om de weg te gaan van de goede daden die God heeft voorbereid. Geen makkelijke zin. Maar als in deze moeilijke zin wel veel gezegd wordt over de betekenis van de opstanding voor jouw leven hier en nu? Denk je te moeilijk en vergeet je wat Paulus zegt, verwacht je dus ook niet de overweldigend grote rijkdom van Gods genade? Dat is de eerste belemmering. Of was je hoofd zo vol dat je het eigenlijk niet gehoord hebt? Dat is de tweede. Of blijf je vaak weg van kerkdiensten en bijbelstudies, en mis je zo veel onderwijs en uitleg? Dat is de laatste. Als je zo leeft, dan kan er zoveel van God om je heen te zien zijn, dat je niet ziet! Dan zit je jezelf zo in de weg! 5. Ook het lege graf alleen is niet genoeg om tot geloof te komen. Hoe komen wij en zij dan tot geloof? Hoe groeien we in geloof? Weet je wat mij opviel aan de drie belemmeringen? Ze hebben één ding gemeenschappelijk: niet luisteren naar het woord van Jezus Christus. Waardoor komt er in het vervolg van Marcus wel geloof? Dat gebeurt door de ontmoeting met Jezus zelf, die de leerlingen aanspreekt. Door de verschijningen veranderen ze in gelovigen. En wij kunnen Jezus, de opgestane Heer nog steeds ontmoeten: door de samenwerking tussen de Heilige Geest en het Woord van God. Dat woord klink steeds weer. Jezus blijft ons aanspreken. De Heilige Geest blijft door dat woord heen ademen. En dus heeft het ook iets eenvoudigs: Denk weer aan zo n stukje als Efeze 2,10 en aan de drie belemmeringen: D e eerste: het woord van God vergeten en daardoor weinig van God verwachten Ga er mee aan de slag. Als je het niet meteen begrijpt, verdiep je er dan in. Bid de Heilige Geest om inzicht. Vraag om uitleg. En denk niet: het gaat hier over zulke grote en onverwachte dingen, dat moet wel onzin zijn. Nee! Durf groot van God te denken en verwacht onverwachte dingen. Jezus is opgestaan!

De tweede: vol zijn van je eigen gevoelens, je eigen angst en schrik en niet kunnen luisterenvraag de Heilige Geest om nieuwe concentratie en aandacht. Want opstanding betekent vertrouwen in plaats van angst. Blijdschap in plaats van schrik. Verwacht dat de Geest ook doet wat past bij de opstanding van Jezus. En span je in om goed te luisteren. Want Jezus leeft! De derde: wegrennen en niet tot geloof kunnen komenals het niet meteen lukt, ren dan niet weg. Als je niks voelt, niks ervaart, niks van God merkt, blijft twijfelen blijf op de enige plek waar dat kan veranderen: de gemeenschap van andere christenen, waar we samen naar Gods woord luisteren. Want dat is de plek waar de Heilige Geest werkt. We zijn immers bij elkaar in de naam van Jezus Christus, de opgestane. Dan ga je anders kijken. Dan ga je zien: Jezus leeft in mij! Ook ik ben in Christus opgestaan als nieuwe schepping. Geloof: God doet grote en onverwachtse dingen! Want Jezus is opgestaan. Marcus 15,33-34 - Waarom? Goede vrijdag Liturgie Voorzang: Gez 89,1.4 Stil gebed Votum / groet Zingen: Ps 6,1-3 Gebed Bijbellezing: Marcus 15,20b-39 Stilte Zingen: Ps. 22,1-3 Preek over Marcus 15,33-34 Zingen: LB 181,1.3.4.5 Gebed Collecte Avondmaalsformulier Geloofsbelijdenis Zingen Ps 22,11.12 Viering Zingen Ps 22,13 Dankgebed Zingen LB 192,1.2.3.6 Zegen De kerk in stilte verlaten

Opmerking: ik hoor het graag van te voren wanneer deze preek ergens gelezen wordt. Mijn mailbox is geduldig: hansburger@filternet.nl Preek over Marcus 15,33-34 Waarom? 1. Waarom? Waarom? Het is een vraag die vaak gesteld wordt. Waarom moet ik dit meemaken? Waarom krijg ik nu dit weer over me heen? Het is een vraag die in onze tijd vaak gesteld wordt. Waarom is er al dat lijden in de wereld? Waarom doet God er niks aan? Het lijkt wel of we juist in ons welvarende werelddeel steeds minder goed om kunnen gaan met pijn, met tegenvallers, met risico s. Maar de vraag is terecht. Weet je dat die vraag ook in de Bijbel klinkt? Kijk in Job. In de Psalmen. Een en twintig psalmen, die jou en mij de vraag leren stellen: Waarom HEER? Hoe lang duurt het nog, HEER? Waarom bent u er niet als het moeilijk is? Hoe lang duurt het nog dat u mij vergeet? Hoe lang nog zullen mijn goddeloze vijanden het van me winnen? Waarom verstopt u zich en bent u zo ver weg? Bijvoorbeeld in psalm 22: Mijn God, mijn God, waarom hebt u mij verlaten? U blijft ver weg en u redt mij niet, ook al schreeuw ik het uit. Daar is het een uitroep van David. David kent God, weet dat zijn familie op God vertrouwd heeft, weet dat God voor hem gezorgd heeft vanaf dat hij als baby geboren werd.maar nu wordt hij bespot, gepest, uitgestoten. Vol leedvermaak kijkt iedereen toe. Hij roept het uit: Waarom bent u zo ver weg? Waarom redt u mij niet? Bevrijd mij, red mij! De Bijbel is daar dus heel eerlijk over. Herken je het dat God ver weg lijkt? Soms snap je er helemaal niets van: Waarom gebeurt dit allemaal? Als je zelf tegen pijn aanloopt, mislukking, ziekte. Als je leven kapot gaat. Als je gepest wordt. Als mensen die dichtbij je staan je zo teleurstellen. Als je ziet hoeveel er kapot gaat door zonde. Hoe het kwaad van de één anderen meesleept. Hoe kinderen beschadigd raken door hun ouders. Hoe de een altijd wat heeft, tegenslag op tegenslag. Terwijl het de ander voor de wind gaat. Mijn God, hoelang moet dit nog duren? Mijn God, waarom blijft u zo ver weg? 2. Je zult maar het beste gezocht hebben voor je volk. Mensen waren onder de indruk en liepen met je weg. Je had volgelingen. Maar anderen wilden je niet begrijpen. Gingen je haten, zonder reden. Wilden je dood. Maar wat heb je verkeerd gedaan? En dan is het een van je eigen volgelingen die je verraadt. De anderen laten je in de steek. Zeggen dat ze je niet kennen en niet bij je horen. Iedereen sart je, bespot je. Je wordt geslagen. Gemarteld. Je krijgt geen eerlijk proces. Van te voren staat al vast wat de uitkomst is: hij moet dood. Weg met die man.

Zo ging het met Jezus. Het ene moment werd hij toegejuicht. Het volgende moment slaan ze de spijkers door zijn handen en zijn voeten. Zijn kapotgeslagen rug schuurt tegen het ruwe hout van het kruis waaraan ze hem hangen. En ze lachen vol leedvermaak. Ze bespotten hem. He Messias, waar blijf je? Je kwam toch om mensen te redden? Nou, red jezelf, dan zullen we naar je luisteren. Het moet Jezus door merg en been gegaan zijn. Zijn lijf, zijn ziel, overal werd hij diep gekwetst. Maar het ergste: altijd had hij dichtbij God geleefd. Altijd was hij God gehoorzaam geweest. Hij was een rechtvaardige. Hij was voor God gegaan, door dik en dun. Hij had mensen opgeroepen: Gods rijk is nabij. Bekeer je. Richt je op God! En waar is God nu? Ze staan om Hem heen: wilde stieren. Roofzuchtige leeuwen. Zijn lijf gaat kapot. Zijn tong is een lap leer die aan zijn gehemelte kleeft. En de pijn, van die spijkers die zijn hele lijf kapot trekken God is zijn sterkte Maar waar is Hij dan? De hemel wordt donker als de nacht. Al het licht verdwijnt. Bidden is schreeuwen tegen een muur. God luistert niet. Hij laat het gebeuren. Hij doet niets! Jezus schreeuwt het uit. Hij valt terug in het aramees, zijn moederstaal. Hij valt terug op die woorden uit de psalmen die hij zo goed kent. Hij schreeuwt het uit: Eloï, eloï, lema sabachtani? Mijn God, mijn God, waarom hebt u mij verlaten? Jezus lijdt onschuldig. Maar Hij blijft trouw aan God. Zelfs nu schreeuwt Hij het naar God toe uit. Zie je dat? Zelfs nu nog geeft Hij ons een voorbeeld: Blijf in je lijden God zoeken. Ook al lijkt het of God er niet is, blijf Hem roepen. 3. Zo wordt God in Jezus Christus één met mensen die verscheurd worden door lijden. Met anderen roept hij het uit: Mijn God, waarom? In Christus lijdt God met ons. In Jezus Christus zoekt God ons op, mensen die lijden. Maar er is meer. Ons lijden komt door de zonde van ons allemaal. Het is onze zonde die ons eigen leven en de levens van anderen om ons heen kapot maakt. We sleuren anderen mee, maken onszelf en anderen kapot. Zonde maakt ook relaties kapot. Zie je het niet om je heen? Zonde maakt mensen soms toch diep eenzaam? Neem Judas. Hij heeft Jezus verraden. Hij ziet wat er van komt: Jezus is ter dood veroordeeld. En dan krijgt hij spijt. Hij is Jezus kwijt. Hij is zijn vrienden kwijt, de andere leerlingen van Jezus. Hij schaamt zich, voelt zich schuldig en hij is alleen. De leiders van het volk kan het niet schelen. Ze zeggen: Wat gaat ons dat aan? Zie dat zelf maar op te lossen! Uiteindelijk pleegt hij zelfmoord. Maar het kan ook minder extreem. Petrus heeft gezegd dat hij niks met Jezus heeft. Ik ken hem niet! Dan kraait de haan. Petrus herinnert zich wat Jezus gezegd heeft: Voordat een haan tweemaal heeft gekraaid, zul je mij driemaal verloochenen. Als hij zich dat herinnert, begint hij te huilen. Wat moet Petrus zich alleen gevoeld hebben. Herken je die eenzaamheid? Die komt er vanzelf. Zonde maakt relaties kapot. Wie zondigt, beschadigt zijn relatie met God en

raakt God kwijt. Zonde is ten diepste breken met God. Dan word je pas echt eenzaam. Leven zonder God is leven zonder levensbron, zonder hoop. Dan wordt leven wachten op de dood. De eeuwige dood. In die eenzaamheid werkt de straf en de vloek op de zonde. God straft de zonde met de allerdiepste eenzaamheid. Verlaten zijn door God en mensen, en eeuwig sterven. Overgeleverd worden aan haat. Leven in greep van de duistere machten. Gekweld worden door angst en pijn. De hel Dat is waar Jezus belandt. Hij wordt meegesleurd door de zonde van die mensen om Hem heen die Hem verwerpen. Hun zonde maakt Hem kapot. Maar Hij wil dat ook laten gebeuren. Hij sterft voor ons. Hij wordt door God tot zonde gemaakt. Jezus Christus neemt de gevolgen ervan voor zijn rekening: de vloek, de straf. Dat is een bekend verhaal. Maar we mogen er nooit aan wennen. Nooit. Dan neem je de schreeuw van Jezus niet serieus. Mijn God, mijn God, waarom hebt u mij verlaten? Wie daar een goedkoop antwoord op geeft, zo van Zo wilde God het zelf toch, Jezus wist toch dat hij op zou staan, slaat de plank helemaal mis. Hier past eerst de verbijstering om het kwaad, om onze zonde. Wij hebben Jezus meegesleurd in onze val. Wij hebben zijn leven kapot gemaakt. Zijn schreeuw, zijn verbijstering was oprecht. Juist voor hem was die eenzame godverlatenheid een verschrikking. Wij zijn het die hem die verschrikking aangedaan hebben. Maar waarom? En waarom was dit Gods weg? Op die vragen moeten wij ten diepste het antwoord schuldig blijven. 4. Maar: sinds die kreet van Jezus is er wel iets fundamenteel veranderd. Ik zei net al: God is in Jezus Christus is een geworden met mensen die verscheurd worden door lijden. Wat je daar aan hebt? Het betekent iets geweldig moois: wie in Jezus Christus gelooft, is in zijn lijden nooit meer alleen. Als jij je diep eenzaam voelt ziek in het ziekenhuis, gepest of in de steek gelaten, s avonds huilend alleen in bed dan wil God je in de Bijbel toch bemoedigen. Ons lijden wordt een lijden met Christus. En Christus voelt met ons mee. De Hebreeënbrief zegt: Juist omdat hij zelf op de proef werd gesteld en het lijden volbracht heeft, kan hij ieder die beproefd wordt bijstaan. (2,18) En: Want de hogepriester die wij hebben is er een die met onze zwakheden kan meevoelen, juist omdat hij, net als wij, in elk opzicht op de proef is gesteld, met dit verschil dat hij niet vervallen is tot zonde. (4,15)

In ons lijden is de Here Jezus bij ons. Misschien voel je het niet. Maar toch belooft hij het. Als iemand achter je staat, zie je hem niet. Voel je hem ook niet. Maar Hij is er wel. Zo is Jezus ook bij ons, of je het nu voelt of niet. Toch is hij er. Geloof in Jezus! En daar komt iets bij. Jezus Christus heeft voor ons die totale eenzaamheid, die diepste godverlatenheid doorstaan. En tot het einde toe hield Hij God vast. Tot het einde toe richtte Hij zich op God. Hij riep niet tegen mensen: Waarom gebeurt dit? Waarom laat God dit toe? Hij richtte zich op God zelf: Mijn God, mijn God, waarom hebt u mij verlaten? Hij sprak God zelf aan. En doordat Jezus trouw bleef aan God, zijn wij voor altijd verlost van die totale eenzaamheid. Hij is door God verlaten, zodat wij nooit meer door God verlaten zouden worden. Nooit meer die totale allerdiepste godverlatenheid. Nooit meer. Voor Jezus was het een eenzaamheid zonder bodem. Zonder grond onder de voeten. Voor ons geldt altijd: Heer, u bent mijn leven, de grond waarop ik sta. Ook als je eenzaam bent. Ook als je lijdt. Jezus riep het uit: Mijn God, mijn God, waarom hebt u mij verlaten? Zo was Gods Zoon in het lijden bij ons.zo doorstond Gods Zoon de diepste godverlatenheid voor ons. Zo brengt Gods Zoon ons weer bij God, is Hij zelf God bij ons. Voor altijd. Voor ieder die in Hem gelooft. Marcus 11,1-11 - Gejuich of een afknapper? Palmpasen Doop Annemarije van Dijk Liturgie 5 april: Palmpasen Welkom + mededelingen Voorzang: - Hosanna in de hoge (Opw.298)- Wees stil voor het aangezicht van God (GK171) Stil gebed Votum / groet Zingen: psalm 118,1.9.10 Gebed Wet: gezongen Zingen: GK 23 Verhaal voor de jongsten Meezingen: Kleine ezel uit de stal (Elly en Rikkert) Schriftlezing: Marcus 11,1-11 Preek over Marcus 11,1-11

Zingen: LB 120 Doop van Annemarije van Dijk Zingen: Vrede van God (Opw 602) Aanbieden doopkaart Gebed Collecte Zingen: Wij zullen opstaan, en met Hem meegaan (E&R ) Zegen Opmerking: ik hoor het graag van te voren wanneer deze preek ergens gelezen wordt. Mijn mailbox is geduldig: hansburger@filternet.nl Preek over Marcus 11,1-11 Gejuich of een afknapper? Gasten en familie, broertjes en zusjes, broeders en zusters, [dia 1]1. Ben je wel eens naar het ziekenhuis geweest? Omdat je ziek was en geopereerd moest worden? Dan vertellen je papa en mama van te voren natuurlijk wat er gaat gebeuren. Maar als je s morgens wakker wordt en moet eten ik denk dat ik geen zin in eten zou hebben. En in de auto naar het ziekenhuis heb je buikpijn van de spanning. Hoe voel jij je, als je gespannen bent en bang? Wat zou jij dan doen? Lekker wegkruipen bij mama of papa? Zo gaat Jezus naar Jeruzalem. Wat zal er in Jeruzalem gaan gebeuren? De mensen bij Jezus zijn bang. Zijn leerlingen zijn ongerust. Kijk maar in 10,32. Ze hadden vast ook buikpijn van de spanning. Waarom? De leiders van het volk waren niet blij met Jezus. Vaak als Jezus iets zei werden ze kwaad. Het klopte niet wat Jezus zei, vonden ze. Naar Jeruzalem gaan was dus gevaarlijk. Daar woonden de leiders van het volk. Zouden ze Jezus gaan doden? Dat had Jezus zelf net gezegd. Het staat in 10,32-34. Jezus had gezegd dat hij in Jeruzalem gedood zal worden. Maar hij zal ook weer levend worden, opstaan uit de dood. Hoe zou Jezus zich gevoeld hebben? Wat zou Jezus doen? 2. Let maar eens op. Ze klimmen steeds verder omhoog. Ze zijn bijna bij twee dorpjes, Betfage en Bethanië. Dan ben je bijna boven op de Olijfberg. En als je helemaal boven bent, dan zie je beneden Jeruzalem liggen. Ze zijn er bijna! Hoe zou Jezus zich gevoeld hebben? Wat zou Jezus doen? Jezus kruipt niet weg. Jezus verstopt zich niet. Nee. Jezus doet wat een koning moet doen. Hij geeft een opdracht aan twee leerlingen. Ze moeten naar Betfage gaan. Jezus laat zien: ik weet alle dingen. Hij vertelt precies wat er gaat gebeuren. Ze zullen aan de rand van het dorp een ezeltje zien. Er heeft nog nooit iemand op gereden. Jezus laat merken: ik ben de hoogste baas. Ze moeten het ezeltje gewoon meenemen. Wat mensen er

ook van zeggen. De Heer heeft het nodig. [dia 2]Het gaat allemaal precies zoals Jezus gezegd heeft. Kijk daar is de ezel al. En nu laat Jezus weer zien: ik ben de nieuwe koning. Want er had nog nooit iemand op die jonge ezel gereden. Het is bijzonder als je de allereerste bent die op zo n ezel mag rijden. Vroeger mocht de koning dat doen. Kijk eens wat er nu gebeurt ze leggen jassen op de ezel dan kan Jezus er op gaan zitten. Zo gaat Jezus nu als eerste op deze ezel rijden een echte koning. Begrijp je wat Jezus laat zien? Ik weet alles. Ik weet dat het zo meteen moeilijk wordt. Maar ik ga er voor. Ik geef een opdracht en het gebeurt. Want ik ben de nieuwe koning. Zie je wel? Koning Jezus laat zich niet afschrikken. Hij staat er boven en houdt het allemaal in zijn hand. Ben jij wel eens bang? Of verdrietig? Weet je wat dan zo mooi is? Dan is de Here Jezus er ook. Dat mogen jullie ook aan Annemarije leren. Soms ben je bang of verdrietig. Maar Jezus is altijd dichtbij. En Jezus weet precies wat gaat gebeuren. Het gaat zoals hij het wil. Daar zorgt hij voor. Want Hij is de koning. Alles komt uiteindelijk goed. Dat is toch prachtig? [dia 3]3. Daar gaan ze. Jezus rijdt op de ezel! Hij doet precies wat een goede koning doet. Alleen ziet hij er uit als een koning? Hij is niet rijk en draagt geen koningskleren. Hij rijdt op een ezel, en niet op een paard. En het is maar een geleende ezel. Als je niks van Jezus af wist, wat zou je dan gezegd hebben? Ziet hij er uit als een koning? Nee. Maar voor de leerlingen maakt dat niet uit. Zij weten wie Jezus is. Zij houden van hun here Jezus. Eerst waren ze bang, bezorgd. Nu zijn ze blij! Jezus wordt koning! En dan? Mensen leggen hun mooie schone jassen op de weg! Net als jullie hier vanmorgen deden. Precies zoals Mirjam s vader in het verhaal. Je jas op de weg leggen? Dan wordt hij vies! Dat doe je alleen bij een echte koning! En als de jassen op zijn? Dan trekken ze takken van de bomen, vol met bladeren. En die leggen ze ook op de weg. Een prachtige koningsweg. Kleurig van al die jassen. Groen van de takken vol bladeren. [dia 4]En ze beginnen te roepen: Hosanna! Gezegend deze koning. Hij wordt koning namens God. Hij is de Zoon van David! Hosanna! Van de week kwamen Wesley, Julia, Joukje en Angelien bij mij, om het bidden voor te bereiden. Toen hadden we het ook even over de preek. En ik vroeg ze: Zouden jullie mee juichen voor koning Jezus? Ja, zeiden ze allemaal. Dat is toch prachtig mooi? Juich mee Hosanna voor de nieuwe koning! Jezus loopt niet weg. Hij weet dat het gevaarlijk wordt. Hij gaat sterven. Maar Hij weet ook: ik word weer levend. Hij gaat er voor voor ons.zo wil hij onze koning worden: hij heeft zelfs zijn leven voor ons over! Dat is nog eens een koning! Jezus komt nog een keer, misschien zo meteen wel. Wat doen jullie dan? Sta jij dan klaar om hem toe te juichen? Zeg je dan: ja, ik houd van de Here Jezus? Ik juich mee!