P-97 REVITALISATIE MUSEUM MAASSLUIS ZUIDDIJK 16-18 MAASSLUIS 20 JUNI 2013 TOETSING BOUWBESLUIT
INHOUDSOPGAVE 0 Inleiding 0.1 scope van de verbouwing 0.2 gebruiksfuncties 0.3 maximaal aantal personen 1 Basisdefinities 1.1 gebruiksoppervlakte van het gebouw 1.2 gebruiksoppervlakte van de gebruiksfuncties 1.3 gebruiksgebieden 1.4 functiegebieden en functieruimten 1.5 verblijfsgebieden en verblijfsruimten 1.6 ruimtebenamingen 2 Veiligheid 2.1 brandcompartimenten 2.2 noodverlichting 2.3 vluchtroutes 2.4 aantal personen 3 Gezondheid 3.1 geluidwering 3.2 luchtverversing 3.3 spuivoorzieningen 3.4 daglicht 4 Bruikbaarheid 4.1 VG > 0,55 * GO 4.2 toegankelijkheidssector 4.3 toiletruimten 5 Energiezuinigheid 5.1 EPC-berekening
0. INLEIDING Het betreft de omgevingsvergunningsaanvraag voor de verbouwing van een gedeelte van het Museum Maassluis, gelegen aan de Zuiddijk 16-18 te Maassluis. In dit document zal het bouwwerk worden getoetst aan de hand van de in de regeling Bouwbesluit 2012 opgenomen hoofdstukken met betrekking tot: > veiligheid regeling bouwbesluit 2012, hoofdstuk 2 > gezondheid regeling bouwbesluit 2012, hoofdstuk 3 > bruikbaarheid regeling bouwbesluit 2012, hoofdstuk 4 > energiezuinigheid regeling bouwbesluit 2012, hoofdstuk 5 De toetsing zal worden toegelicht aan de hand van de diverse tabellen en schema's. JSA (jeroen schipper architecten bv)
0.1 scope van de verbouwing In schema 0.1 is weergegeven welke delen van het gebouw tot het projectgebied behoren. Alleen in de grijs gearceerde delen zullen aanpassingen plaatsvinden. De rest van het gebouw blijft ongewijzigd.
0.2 gebruiksfuncties In schema 0.2 zijn de verschillende gebruiksfuncties van het gebouw weergegeven, op basis van de in Bouwbesluit 2012 genoemde hoofdgebruikfuncties. 0.3 maximaal aantal aanwezige personen Het maximum aantal personen dat in het museum aanwezig zal zijn, is weergegeven in paragraaf 2.4 van deze toetsing.
1. BASISDEFINITIES 1.1 gebruiksoppervlakte van het gebouw De gebruiksoppervlakte van het gebouw is gearceerd weergegeven in schema 1.1 en resulteert in een totaaloppervlakte zoals weergegeven in tabel 1.1 tabel 1.1 MUSEUM GO (m 2 ) souterrain 335 begane grond 176 verdieping 97 totaal GO 608
1.2 gebruiksoppervlakte van een gebruiksfunctie De gebruiksoppervlakte per gebruiksfunctie is gearceerd weergegeven in schema 1.2 en resulteert in een gebruiksoppervlakte per gebruiksfunctie zoals weergegeven in tabel 1.2 tabel 1.2 MUSEUM GO (m 2 ) bijeenkomstfunctie 403 kantoorfunctie 79 overige gebruiksfuncties 126 gemeenschappelijke ruimten (naar rato verdeeld) totaal gebruiksoppervlakte (GO) 608
1.3 gebruiksgebieden De gebruiksgebieden per gebruiksfunctie zijn gearceerd weergegeven in schema 1.3 en resulteren in de in tabel 1.3 weergegeven oppervlakten. tabel 1.3 MUSEUM GB (m 2 ) bijeenkomstfunctie gebruiksgebied A 44 gebruiksgebied B 133 gebruiksgebied D 76 gebruiksgebied F 29 kantoorfunctie gebruiksgebied E 33 gebruiksgebied G 20 overige gebruiksfunctie gebruiksgebied C 38 gebruiksgebied H 32 totaal oppervlakte gebruiksgebied (GB) 405
1.4 functiegebieden en functieruimten Binnen de gebruiksgebieden van het museum zijn geen functiegebieden aanwezig. 1.5 verblijfsgebieden en verblijfsruimten De verblijfsgebieden en verblijfsruimten zijn gearceerd weergegeven in schema 1.5 De verblijfsgebieden zijn in dit gebouw gelijk aan de gebruiksgebieden. Per verblijfsgebied is steeds 1 verblijfsruimte aanwezig. In tabel 1.5 is per verblijfsruimte de oppervlakte weergegeven. tabel 1.5 MUSEUM VG (m 2 ) VR (m 2 ) bijeenkomstfunctie VG A 44 VR 01 44 VG B 133 VR 02 102 VG D 76 VR 04 76 VG F 29 VR 06 29 kantoorfunctie VG E 33 VR 05 20 VG G 20 VR 06 13 overige gebr.funct. VG C 38 VR 03 38 VG H 32 VR 08 32 totaal oppervlakte 405 354
1.6 ruimtebenamingen De ruimten binnen het bouwwerk zijn in schema 1.7 voorzien van de in het Bouwbesluit gehanteerde benamingen: 1 toiletruimte 2 badruimte 3 technische ruimte 1 meterruimte 2 stookruimte 3 liftmachinekamer 4 verkeersruimte 5 stallingsruimte voor fietsen 6 opslagruimte voor huishoudelijk afval 7 liftschacht en liftkooi 8 verblijfsruimte De overige in het gebouw gelegen ruimten worden aangemerkt als 'onbenoemde ruimte'.
2. VEILIGHEID 2.1 brandcompartimenten De maximale grootte van een brandcompartiment in een gebouw met een bijeenkomstfunctie is 2000 m 2 (bestaande bouw) of 1000 m 2 (nieuwbouw). De maximale grootte van een brandcompartiment in een gebouw met een kantoorfunctie is 2000 m 2 (bestaande bouw) of 1000 m 2 (nieuwbouw). De maximale grootte van een brandcompartiment in een gebouw met een overige gebr.functie is 3000 m 2 (bestaande bouw) of 1000 m 2 (nieuwbouw). De totale gebruiksoppervlakte van het gebouw is 608 m 2. Het gebouw is één brandcompartiment. 2.2 noodverlichting Conform Bouwbesluit 2012, artikel 6.3, moet een verblijfsruimte voor meer dan 75 personen en een besloten ruimte waardoor een vluchtroute uit die verblijfsruimte voert, voorzien zijn van noodverlichting. Hoewel de Dijkzaal, de expositieruimte op de begane grond, in verband met de capaciteit van de vluchtroutes, niet geschikt is voor 75 personen of meer, zullen zowel de Dijkzaal als de entree worden voorzien van noodverlichting. In de overige ruimten wordt de situatie niet gewijzigd ten opzichte van de bestaande situatie. In schema 2.2 zijn de voorzieningen voor noodverlichting aangegeven voor de begane grond. Op de andere twee verdiepingen blijft de situatie zoals deze nu is.
2.3 vluchtroutes In schema 2.3 zijn de vluchtroutes weergegeven vanuit de verschillende verblijfsgebieden. Volgens Bouwbesluit 2012, Artikel 2.102, mag de gecorrigeerde loopafstand tussen een punt in een gebruiksgebied en een uitgang van een subbrandcompartiment waarin dat gebruiksgebied ligt, niet groter zijn dan 30 meter voor alle gebruiksfuncties die in het Museum aanwezig zijn. Deze eis geldt voor Nieuwbouw; voor Bestaande bouw (waarvan hier sprake is) wordt conform Artikel 2.109 uitgegaan van het rechtens verkregen niveau. In schema 2.3 is te zien dat de vluchtafstand vanuit geen enkel gebruiksgebied de grens van 30m - die voor nieuwbouw geldt - wordt overschreden. In Bouwbesluit 2012, Artikel 2.102 lid 8 is bepaald dat de loopafstand tussen de uitgang van een subbrandcompartiment en een punt op een rijbaanvloer ten hoogste 150m bedraagt. In het onderhavige project komt één van de vluchtroutes direct uit op de openbare weg. De andere twee vluchtroutes komen uit in de tuin. De loopafstand tot aan de openbare weg is ruim kleiner dan 150m.
2.4 aantal personen Het aantal personen dat in een bouwwerk aanwezig mag zijn is gemaximeerd, onder andere op basis van de capaciteit van vluchtroutes, de capaciteit van het ventilatiesysteem en het aantal aanwezige toiletruimten. In Artikel 1.2 lid 2 wordt echter ook een minimum vereiste rekenbezetting gegeven per m2 verblijfsgebied. Deze minimumbezetting is weergegeven in tabel 2.4. In schema 2.4 is de vluchtcapaciteit te zien van de doorgangen en trappen, berekend conform Bouwbesluit 2012, Artikel 2.108. N.B. Uit Bouwbesluit 2012, Artikel 6.25 lid 3 valt af te leiden dat op een deur/ uitgang op een vluchtroute die tegen de vluchtrichting indraait, maximaal 37 personen mogen zijn aangewezen (voor nieuwbouw). De maximale vluchtcapaciteit van de entreedeur is hiermee gemaximaliseerd op 37 personen. In tabel 2.4 is per verblijfsruimte het aantal personen vermeld dat aan die ruimte is toegerekend, rekening houdend met de capaciteit van de vluchtroutes. Deze getallen zijn ook in schema 2.4 opgenomen. tabel 2.4 MUSEUM VG (m 2 ) min.pers. bezetting bijeenkomstfunctie VG A 44 6 VR 01 30 VG B 133 17 VR 02 100 VG D 76 10 VR 04 30 VG F 29 4 VR 06 25 kantoorfunctie VG E 33 2 VR 05 4 VG G 20 1 VR 06 4 overige gebr.funct. VG C 38 - VR 03 4 VG H 32 - VR 08 4 totaal oppervlakte 405 201
3. GEZONDHEID 3.1 geluidwerendheid buiten naar binnen Voor een Andere bijeenkomstfunctie, een Kantoorfunctie en een Overige gebruiksfunctie zijn geen eisen gesteld mbt. bescherming tegen geluid van buiten. interne geluidwering Voor de geluidwering tussen ruimten, wordt bij Verbouw uitgegaan van het rechtens verkregen niveau. De geluidwering wordt nergens verslechterd ten opzichte van de situatie vóór de verbouwing. 3.2 luchtverversing De ventilatie van het te verbouwen deel van het Museum (de Dijkzaal) zal worden geregeld door middel van een luchtbehandelingsinstallatie. De ventilatiehoeveelheden zijn terug te vinden in Bijlage 1: Ventilatieberekening d.d. 24 mei 2013 van Adviesbureau Becks. 3.3 spuivoorzieningen Voor de gebruiksfunctie Andere bijeenkomstfunctie zijn in Bouwbesluit 2012 geen voorschriften aangewezen mbt. spuivoorzieningen. Voor de gebruiksfunctie Kantoorfunctie zijn in Bouwbesluit 2012 geen voorschriften aangewezen mbt. spuivoorzieningen. Voor de gebruiksfunctie Overige gebruiksfunctie zijn in Bouwbesluit 2012 geen voorschriften aangewezen mbt. spuivoorzieningen. 3.4 daglicht Voor de gebruiksfunctie Andere bijeenkomstfunctie zijn in Bouwbesluit 2012 geen voorschriften aangewezen mbt. daglicht. Voor de gebruiksfunctie Overige gebruiksfunctie zijn in Bouwbesluit 2012 geen voorschriften aangewezen mbt. daglicht. Voor de gebruiksfunctie Kantoorfunctie zijn in Bouwbesluit 2012 wél voorschriften aangewezen mbt. daglicht. De gebruiksfunctie Kantoorfunctie blijft echter ongewijzigd ten opzicht van de bestaande situatie. De daglichttoetreding voor deze functie maakt dus geen onderdeel uit van Aanvraag Omgevingsvergunning.
4. BRUIKBAARHEID 4.1 VG > 0,55*GO Conform Bouwbesluit 2012 moet ten minste 55% van de gebruiksoppervlakte (GO) van een gebruiksfunctie verblijfsgebied (VG) zijn. In onderstaande tabel 4.1 is aangetoond dat aan deze eis wordt voldaan. tabel 4.1 MUSEUM GO (m 2 ) VG (m 2 ) % bijeenkomstfunctie 403 282 70,0 kantoorfunctie 79 53 67,1 overige gebruiksfuncties 126 70 55,6 totaal 608 405 66,6 4.2 toegankelijkheidssector De toegankelijkheidssector van een gebouw is het deel van het gebouw dat Integraal toegankelijk is, dwz. het voor personen met een functiebeperking zelfstandig bruikbaar en toegankelijk gedeelte van een gebouw. In de bestaande situatie is een groot deel van het gebouw Integraal toegankelijk. Deze situatie blijft gehandhaafd. In het souterrain is een integraal toegankelijke toiletruimte aanwezig. 4.3 toiletruimten Het aantal toiletruimten in het gebouw blijft gelijk aan de situatie vóór de verbouwing; In het souterrain bevinden zich één integraal toegankelijke toiletruimte en één niet integraal toegankelijke toiletruimte.
5. ENERGIEZUINIGHEID 5.1 EPC-berekening Bij de verbouwing van een gebouw blijft de energieprestatie van het gebouw buiten beschouwing.
BIJLAGE I: VENTILATIEBEREKENING
Projectnummer : 1309 Datum : 10-jun-13 VENTILATIEBEREKENING GEMEENTEMUSEUM MAASSLUIS RUIMTEGEGEVENS BOUWBESLUIT 2012 EIGEN INVOER VENTILATIE LUCHTBEHANDELINGSKAST nr. benaming oppervl. hoogte personen gebruiksfunctie per pers. per m² ventilatie ventilatievoud debiet toevoer afvoer LBK [m²] [m] dm³/s dm³/s m³/h h -1 m³/h m³/h m³/h m³/h Dijkzaal 76 3 80 Bijeenkomstfunctie (andere bijeenkomst) 4 0 1.152 1.160 1.160 1.160 Centrale hal 19 4 Overige ruimte (geen verblijfsruimte) 0 0 0 100 100 100 1309.W.ber.001.20130610.Ventilatiehoeveelheden.xls