ASBEST 2008 Jan Van Bouwel Laboverantwoordelijke IBEVE vzw jan.vanbouwel@ibeve.be 016/39.04.90 1 Inhoud I. Wat is asbest II. Asbest Herkennen (fotomateriaal) III. Gezondheidsaspecten IV. Wettelijk kader (inleiding) 2 1
I. WAT IS ASBEST 3 Asbest Definitie: natuurlijk mineraal gesteente Gehydrateerde silicaten Vezelachtige structuur Splitsing in steeds fijner wordende vezels (één vezel is niet zichtbaar) 4 2
Asbestgesteenten 5 Asbest: Ontginning in mijnen Sovjetunie en canada grootste leveranciers Grootste deel witte asbest (chrysotiel) 6 3
Asbest bulkmateriaal 7 Asbest: 5 soorten Soorten: onderscheid op basis van samenstelling Serpentijnen (Mg) gekruld chrysotiel (wit) 3MgO.2SiO 2.2H 2O lizardiet antigoriet Amfibolen (Fe) naald amosiet (bruin) 5,5FeO.1,5MgO.8SiO 2.H 2O crocidoliet (blauw) actinoliet (groen) anthophyliet (geel) tremoliet (grijs) Na 2O.Fe 2O.3FeO.8SiO 2.H 2O 8 4
Eigenschappen van asbest Onbrandbaar en hittebestendig Slijtvast Grote treksterkte Chemisch inert en ongevoelig voor micro-organismen Gemakkelijk te verspinnen Goede elektrische isolator 9 Gebruik van asbest Zeer ruim gamma toepassingen Veelzijdigheid asbest Brandwerend materiaal (o.a. Textiel, spuitlaag) Thermische isolatie (kalk), akoestiek, dichting Bindmiddel in cement, lijm, karton, pleister,... Goedkoop Gebruik in meer dan 3 000 producten Gebruik in bouwmaterialen tot 20 oktober 1998 in België (asbestcement) 10 5
II. ASBEST HERKENNEN 11 II.1 Brosse asbestmaterialen (ongebonden of zwak gebonden) Floccage (Spuitasbest) Asbestkoorden en asbesttextiel Kalkisolatie rond CV-leidingen Wapening van muurpleister Asbestpapier en asbestkarton Asbestisolatie in electrische kabels brandwerende asbestplatenplaten (pical) dichtingen (uitgezonderd koorden) frictiematerialen (remmen) 12 6
Spuitlagen 13 Spuitlagen 14 7
Spuitlagen 15 Textielkoord (isolatie) 16 8
Textiellint (isolatie) 17 Textielkoord (dichting) 18 9
Textiel (kledij) 19 electrische toepassingen 20 10
Kalkisolatie rond CV-leidingen 21 Asbestkarton onder vloerbekleding 22 11
Brandwerende platen (tot 50% asbest) o.a. picalplaten 23 brandwerende platen(pical) 24 12
Kanalen - brandwerend (pical) 25 Brandkleppen - brandwerend (pical) 26 13
BRANDDEUREN 27 Brosse valse plafonds (kalkcement) 28 14
dichtingen 29 Frictiematerialen (remschoenen) 30 15
Vilt, teer en mastic 31 II.2 Hechtgebonden asbest asbestcement H.D. (eternit, glasal, masal, golfplaten, bloembakken, leien,...) Bitumineuse toepassingen (asfalt) Vloerbekleding: Gebonden in vinyl of cement floorflex (vloerbekleding onderlaag) Verf, mastieken, lijmen en siliconen plastics 32 16
golfplaat 33 golfplaten 34 17
Verweerde dak- en gevelbekleding 35 Kunstleien en schalen 36 18
asbestcementplaten 37 asbestcementplaten 38 19
asbestcement: glasal 39 Asbestcementborden 40 20
Asbestcement kunstmarmer: masal 41 asbestcementkanalen 42 21
AC-rookafvoer 43 asbestcementbuizen 44 22
asbestcementbuizen 45 asbestcementbuizen 46 23
AC-verloren bekisting 47 Vloertegels (+ lijm) 48 24
Zwarte lijm (onder vloerbekleding) 49 verf 50 25
II.3 VERPLICHTE ETIKETTERING Etiket op Asbesthoudende Materialen minimaal 5 bij 2,5 cm a wit op zwart, 40% van het bovendeel Witte letter a tegen een zwarte achtergrond Witte en / of zwarte standaardtekst tegen een rode achtergrond 51 Totaal Gebruiksverbod KB 23 okt 2001 Beperking van op de markt brengen en gebruik van bepaalde gevaarlijke stoffen en preparaten (asbest) Totaal Gebruiksverbod Asbest in België Historiek Spuitasbest reeds verboden sinds 1980 Tussen 1980 en 20 okt 1998 geleidelijk andere toepassingen ook verboden Totaal verbod op gebruik van asbest: 20 okt 1998 (enkele zeer specifieke uitzonderingen) 52 26
III. GEZONDHEIDSASPECTEN 53 Gezondheidsaspecten Je ruikt het niet Je ziet het niet 54 27
Ademhaling vezels dringen door tot in de longblaasjes via neus/mond/keel Spijsvertering - eten, drinken, roken - slijmen inslikken Huid - wonden Opname van asbestvezels 55 Vezels: Risicobepalende factoren 1. Inadembaar karakter en afmetingen 2. Structuur: kristallijn versus amorf 3. Biopersistentie 56 28
Inhalatie Om diep in de longen te kunnen doordringen moet de vezel inadembaar zijn Indeling deeltjesfracties in functie van inhalatiegedrag volgens EN481 57 Inhalatie In reglementaire teksten: Lengte > 5 µ m Dikte < 3 µ m Lengte/diameter 3 : 1 langer dan 5µm kleiner dan 3µm Definitie van vezel cfr NBN T96-002 58 29
Structuur: kristallijn versus amorf kristalijne karakter Kristallijne structuur: bestanddelen georiënteerd volgens preferentiële richtingen en splitsen volgens één richting. Amorfe structuur: wanordelijke structuur en splitsen willekeurig Gevolg: Bij kristallijne vezels ontstaan door splitsing steeds fijnere vezels (o.a. asbestvezels worden niet korter, wel smaller) Risico wordt bepaald door het aantal vezels en niet door de totale massa van de vezels. Amorfe vezelmaterialen verliezen onder mechanische invloeden hun vezelstructuur Vuurvaste keramische vezels (evenzeer als rotswol, glaswol en slakkenwol) hebben een amorfe structuur. Ze worden bijgevolg ook in de breedte gesplitst. Hierdoor wordt het gezondheidsrisico van deze vezels kleiner in vergelijking met bijvoorbeeld asbest. 59 Biopersistentie Grotere vezels: dikke (> 3µm) of zeer lange vezels (> 20 µm) Worden weerhouden in neus en tracheobronchiale regio afvoer via de slijmvliezen (mucociliaire klaring) Fijne Vezels (dikte < 3 µm) Dringen door tot diep in de longen (longalveolen) Mogelijkheid tot afvoer afhankelijk van de chemische samenstelling: Physiologische klaring door alveolaire macrofagen of door lymfatische klaring --> beperkende factor: lengte van de vezels interstitiele translocatie: vezels kunnen nog langs de pleura (vliezen) verwijderd worden. Physicochemische factoren: Oplossen in longvocht verkleinen onder mechanische invloeden Asbestvezels worden vrijwel niet afgevoerd uit longen (Hoge biopersistentie) Amfiboolasbestsoorten (amosiet + crocidoliet) hebben langere verblijfsduur in de longen dan chrysotiel. 60 30
Biopersistentie Deposition in lung Physiological clearance Translocation to Larynx Interstitium Lymphatics pleura Fibre biopersistence Retention T1/2 Physicochemical processes Biodurability Dissolution Leaching Breaking splitting 61 Gezondheidsrisico Het aantal ingeademde vezels (vezels/ml) bepaalt het risico, niet de ingeademde massa (mg/m3)!!! Inademen van 1 miljoen vezels die voldoen aan de telcriteria voor een vezel is veel risicovoller dan inademen van 1000 grotere of dikkere vezels waarbij de totale ingeademde massa gelijk is. Relatief lange smalle vezels geven een verhoogd gezondheids-risico (stanton vezel: l > 8 µm; b < 1,3µm) Vanaf 5 à 10 µm kunnen macrofagen immers de vezels niet meer omvatten en dus niet meer afvoeren Grootste risico op mesothelioom: l > 8 µm; b < 0,25 µm Vezels met lange verblijfsduur in de longen veroorzaken chronische ontstekingsreactie van weefsel rondom de vezel en op lange termijn mogelijk ook kankers Asbest blijft vrijwel levenslang in de longen 62 31
Aandoeningen door inademen : Mesothelioom: typisch voor asbest kanker van borstvlies/buikvlies latentie 10 tot 40 jaar Pleurale verdikkingen verkalking zichtbaar op RX geen effect op levensverwachting Asbestose verlies van elasticiteit van de long gaat door ook als de blootstelling gestopt is Longkanker risico aanzienlijk groter voor rokers (50 à 100x!) 63 Aandoeningen door inslikken: Strottehoofdkanker en kanker van het maag- darmstelsel verband niet 100% aangetoond, toch meer gevallen na asbestblootstelling PS: vroeger ook Asbestwratten en huidaandoeningen door veelvuldig huidcontact vooral handen en voorarmen, ± ongevaarlijk 64 32
KB asbest 16 maart 2006 Bescherming van werknemers Werkgever: Inventarisatie van aanwezige asbesthoudende materialen en risicobeoordeling Indien asbest aanwezig: Beheersmaatregelen om blootstelling te vermijden Werken aan asbesthoudende materialen: Wie? Hoe? Verplichtingen Randvoorwaarden 65 66 33
67 68 34