1. Productie. LTO Nederland



Vergelijkbare documenten
LTO- minimelkmarktbericht 21 maart 2013, Klaas Johan Osinga

Klaas Johan Osinga, GSM

Melkmarktbericht 1 juli Minpunten

Klaas Johan Osinga, GSM

MELKPRIJSVERGELIJKING MEI 2010

Ontwikkeling in de melkmarkt 21/04/2015

MELKPRIJSVERGELIJKING mei 2018

MELKPRIJSVERGELIJKING JUNI 2014

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

OPMERKINGEN BIJ MELKPRIJSVERGELIJKING SEPTEMBER 2011

OPMERKINGEN BIJ MELKPRIJSVERGELIJKING MAART 2011 MELKPRIJZEN

MELKPRIJSVERGELIJKING juni 2018 bij levering kg per jaar

MELKPRIJSVERGELIJKING september 2018 bij levering kg per jaar

Zuivelproductie per land 2015 Dairy production by country

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

MELKPRIJSVERGELIJKING AUGUSTUS 2010

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder. feb-13. jun-13.

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

MELKPRIJSVERGELIJKING Mei 2019 bij levering kg per jaar

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Figuur 1: FAO food price index voor suiker, zuivel, plantaardige oliën, vlees en granen.

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

2.2. EUROPESE UNIE Droogte remt groei melkaanvoer af. Melkaanvoer per lidstaat (kalenderjaren) (1.000 ton) % 18/17

Handelsstromen Rozenstruiken 2009 / 14. Zoetermeer, Maart 2009 Peter van der Salm Productschap Tuinbouw, Afdeling Markt en Innovatie

MELKPRIJSVERGELIJKING JANUARI 2014

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder. jun-13. apr-13.

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

2.2. EUROPESE UNIE Toename melkaanvoer halveert. Melkaanvoer per lidstaat (kalenderjaren) (1.000 ton) % 16/15

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

MELKPRIJSVERGELIJKING december 2018 bij levering kg per jaar

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

WERELDZUIVELHANDEL ACTUEEL

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

MELKPRIJSVERGELIJKING JANUARI 2017

MELKPRIJSVERGELIJKING juli 2018 bij levering kg per jaar

MELKPRIJSVERGELIJKING APRIL 2014

De agrarische handel van Nederland in 2013

Inhoudsopgave: Hoofdpunten:

MELKPRIJSVERGELIJKING MEI 2009

MELKPRIJSVERGELIJKING MAART 2012

DEPARTEMENT LANDBOUW & VISSERIJ Vlaamse overheid Koning Albert II-laan 35 bus BRUSSEL T F

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Volume: 0-49 zendingen per jaar Europa 0 2 kg 2-10 kg kg kg

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

OPMERKINGEN BIJ MELKPRIJSVERGELIJKING JANUARI 2011 MELKPRIJZEN

OPMERKINGEN BIJ MELKPRIJSVERGELIJKING NOVEMBER 2010 MELKPRIJZEN

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

OPMERKINGEN BIJ MELKPRIJSVERGELIJKING FEBRUARI 2011

MELKPRIJSVERGELIJKING oktober 2018 bij levering kg per jaar

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

De agrarische handel van Nederland in 2010

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

LTO melkmarktupdate 27 mei 2016

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Werkloosheid in de Europese Unie

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

MELKPRIJSVERGELIJKING augustus 2018 bij levering kg per jaar

De agrarische handel van Nederland in 2012

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Tarieven Europa: staffel 1

////////////////////////////////////////// ////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////

MELKPRIJSVERGELIJKING DECEMBER 2016

2.2. EUROPESE UNIE Droogte remt groei melkaanvoer af. Melkaanvoer per lidstaat (kalenderjaren) (1.000 ton) % 18/17

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

Opbrengst van melk op basis van Nederlandse noteringen, respectievelijk wereldmarktprijzen voor boter en mager melkpoeder

2.2. EUROPESE UNIE Hogere prijs, meer melk. Melkaanvoer per lidstaat (kalenderjaren) (1.000 ton) % 17/16

MELKPRIJSVERGELIJKING DECEMBER 2014

//////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////

MELKPRIJSVERGELIJKING DECEMBER 2009

WERELDZUIVELHANDEL ACTUEEL

Examen economie thema 2 deel 1 Theorie thema 2: Produceren voor de wereldmarkt

MELKPRIJSVERGELIJKING mei 2017

MELKPRIJSVERGELIJKING APRIL 2012

MELKPRIJSVERGELIJKING SEPTEMBER 2013

Rabobank Food & Agri. Leidt de verwachte importgroei uit China tot herstel? Kwartaalbericht Varkens Q3 2015

Transcriptie:

Onderwerp: Update melkmarkt; politieke ontwikkelingen 28 november 2008 Datum: 27 november 2008 Auteur: Klaas Johan Osinga, kjosinga@ltonoord.nl, T 06-10 58 60 47 Inhoudsopgave: 1. Productie binnen en buiten EU 2. Markt voor basiszuivelproducten 3. Uitbetaalprijzen 4. Spot- en termijnmarkten 5. "Nepkaas" 6. Melamine 7. Marktvooruitzichten 8. Zuivelbeleid: Health Check 9. Zuivelbeleid: WTO Bijlage: EU-Melkprijzen september 2008 Samenvatting De zuivelmarkt verkeert in zwaar weer. Pas al de consumenten- en exportvraag weer aantrekt, voorraden kleiner worden, productiegroei in de VS en andere landen buiten de EU afneemt en de Europese Commissie gebruik maakt van mogelijkheden om de huidige overschotten uit de markt te halen, kan herstel optreden. De EU-melkproductie is overigens sinds 1 april niet toegenomen, ondanks de 2,5% quotumverruiming op 1 april 2008. Het politieke compromis over de Health Check laat zien dat het gebruikte argument tegen quotumverruiming ("leidt tot overschotten") politiek van aard was, gezien de keus voor verlaging van de vetcorrectiefactor. Een ingewikkelde oplossing, waar LTO graag een simpele, algemene quotumverruiming van minimaal 2% per jaar gedurende de komende zes jaar gezien had. De economische crisis heeft de kans op een snel WTO-akkoord vergroot, met als waarschijnlijke consequentie voor de melkveehouderij dat de importtarieven flink verlaagd worden. 1. Productie Europa De EU-productie over de maanden april tot en met september 2008 was 0,2% hoger dan vorig jaar (zie bijlage II). De productie in de 15 oude lidstaten was in die maanden gelijk aan vorig jaar. Van de belangrijkste zuivellanden produceren Duitsland (-1,5%), Verenigd Koninkrijk (- 2,5%, en -4,7% in de week van 11-15 november), Ierland (-2,5%), België (-2,1%), Finland (- 2,1%) en Zweden (-0,9%) minder. Frankrijk, Nederland, Polen en Spanje produceren meer. De Franse productiegroei (+3,5% sinds 1 april), was de laatste weken duidelijk minder. Sinds begin oktober produceert Frankrijk minder melk dan vorig jaar: in oktober -1,1% en in de week van 11-15 november -3,8%. Zie ook onderstaande grafiek. LTO Nederland

Figuur: melkproductie in Frankrijk. Zwarte lijn = 2008. "Semaines" = weeknummer. Bron: Office de l'élevage, Frankrijk. Buiten Europa De melkproductie in de 23 belangrijkste melkproducerende staten in de VS was in oktober 1,5% hoger dan in dezelfde maand van 2007. Over de hele VS was de groei in oktober 1,2%. De groei is ten opzichte van september (+1,7%) iets afgenomen. Het Amerikaanse ministeri van landbouw (USDA) rekent volgens de laatste voorspellingen (17 november) in 2009 jaar op 1% melkproductiegroei naar 87,4 miljard kg. Dit is de voortzetting van een langjarige trend (zie onderstaande figuur). Over de maanden januari-oktober gerekend was de Amerikaanse productiegroei +2,4%. Figuur: groei van de Amerikaanse melkproductie: in 1930 100 miljoen hundredweight; in 1990 150 miljoen hundredweight, en nu bijna 190 miljoen hundredweight (cwt = 45,36 kg). Bron: http://www.idfa.org. Er loopt in de VS een koeien opkoopprogramma van Cooperatives Working Together (CWT, 'herd retirement program'). De vorige ronde, in juni, zou geleid hebben tot het uit productie nemen van 24.000 koeien. Het aantal melkkoeien in de 23 belangrijkste staten was in 2

augustus volgens USDA nog altijd ruim 120.000 hoger dan in augustus 2007 op een totaal van 8,46 miljoen. Er wordt op gerekend dat 2008 het vierde opeenvolgende jaar wordt met een groei van het aantal melkkoeien in de VS. Dat zou voor het eerst zijn sinds 1980-1983 en nog maar de tweede keer sinds de jaren 30. Australië heeft over de eerste maanden van haar productieseizoen (juli-september) 1,4% meer geproduceerd dan vorig jaar. Het vorige seizoen (1 juli 2007-30 juni 2008) was voor Australië met 9,2 miljard kg productie (afname 3,9%) een laagterecord. Het USDA (Amerikaanse ministerie van landbouw) voorspelt voor het seizoen 2008-2009 een productiegroei in Australië van 2% en in Nieuw Zeeland van 8%. 2. Marktsituatie voor basiszuivelproducten 2.1 Kaas (±55% van de Nederlandse melkafzet) De gemiddelde EU-prijs voor Edammer kaas was op 20 november gedaald naar 2.900 per ton. Dit is het niveau van 2005 en 2006. Sommige handelaren melden veel lagere prijzen, maar dit is afhankelijk van kwaliteit. De prijsdruk wordt veroorzaakt door geringere afzet naar de Europese consument (Duitsland -2,5%; Frankrijk -0,7%), en een afname van de export. De binnenlandse consumptie lijkt de laatste weken iets bij te trekken, maar de export blijft op een te laag niveau (zie tabel 1). De EU exporteert maandelijks ongeveer 45.000 ton. in 2006 en 2007 waren er echter ook maanden bij met een export van 50.000-60.000 ton. In 2008 is dat echter tot dusver niet het geval geweest. Dit kan een gevolg zijn van 'vraaguitval' door hogere prijzen in combinatie met afgenomen consumentenvertrouwen en toegenomen concurrentie door derde landen. De EU-kaasproductie is sinds 1 april nauwelijks toegenomen (+2.300 ton = +0,1%). In Nederland was de afname 4.000 ton (-1,3%). Denemarken produceert 6,6% minder (-7.700 ton) en Duitsland doet -2% (17.000 ton). Groei valt te zien in Polen (13.500 ton = +5,4%) en Italië (+12.700 ton = + 2,9%). Figuur: kaasnotering Kempten (Edam) in euro's per ton. Rode lijn = 2008. Bron: http://www.clal.it Cheddar kaas handhaaft zich in de EU nog steeds goed op ongeveer 3250 per ton. In de VS zit Cheddar op 2750 per ton (zie onderstaande figuur). Nieuw Zeeland noteert 2800 per ton. Het Amerikaanse CWT heeft dit jaar - volgens eigen zeggen - voor in totaal 126 ton aan kaasexport privaat ondersteund. De Amerikaanse kaasproductie was in september 2008 2,3% meer dan in september 2007 en op 11 november was de Amerikaanse kaasvoorraad ongeveer 3% groter dan een jaar geleden. 3

Figuur: Cheddar prijs in de VS. Rode lijn = 2008. Bron: http://www.clal.it Tabel 1: kaasexporten door de belangrijkste exporteurs in januari-september 2008 in vergelijking met januari-september 2007. Land EU VS NZ Australië Oekraine Totaal 2007 446083 71805 223041 152670 38507 932.106 2008 412192 105726 174728 117716 51108 861.470 Verschil in tonnen -33.891 33.921-48.313-34.954 12.601-70.636 Verschil in % -7,6 47,2-21,7-22,9 32,7-7,6 2.2 Melkpoeders De gemiddelde EU-prijs voor mager melkpoeder is gedaald naar 1900 per ton, in Nederland zelfs naar 1620 per ton. De prijs was een jaar geleden nog 3200 per ton. De VS biedt aan tegen ruim 1500 per ton (zie onderstaande figuur). De Amerikaanse overheid heeft zelfs al zo'n US$ 50 miljoen uitgegeven aan de opkoop (interventie) van magere melkpoeder. De prijs in Nieuw Zeeland is ongeveer 1700 per ton. Figuur: prijs van mager melkpoeder in de VS. Rode lijn = 2008. Bron: http://www.clal.it 4

De EU-productie van mager poeder is in dezelfde periode met 11,7% (53.000 ton) verkleind, vooral door Duitsland (-22.800 ton), België (-8.600 ton), Polen (-10.000 ton) en Ierland (- 21.300 ton). Nederland produceerde 3.500 ton (+21%) meer. De VS beheerst de wereldmarkt voor mager melkpoeder: bijna de helft van het aanbod komt uit Amerika (tabel 2). De voorraad was hier op 11 november 45% groter dan een jaar geleden. De wereldmarkt is in zijn totaliteit nog met bijna 11% toegenomen, maar behalve de VS kunnen tot dusver geen van de grote zuivelexporteurs hier van profiteren. Recentelijk is de EU-prijs voor melkpoeders echter ondersteund door een grote tender van Algerije van zo'n 50.000 ton. De Europese handel is waarschijnlijk in staat geweest om sneller dan anderen hierop in te spelen. Hierdoor lijkt de markt voor melkpoeders enigszins gestabiliseerd, zij het op een laag prijsniveau. Tabel 2: magere melkpoederexporten door de belangrijkste exporteurs in januariseptember 2008 in vergelijking met januari-september 2007. Land EU VS NZ Australië Oekraine totaal 2007 168929 187029 187593 96380 43111 683.042 2008 140286 330461 165324 84136 36705 756.912 Verschil in tonnen -28.643 143.432-22.269-12.244-6.406 73.870 Verschil in % -17,0 76,7-11,9-12,7-14,9 10,8 China heeft dit jaar tot nu toe meer mager melkpoeder geïmporteerd dan in 2007, vooral in september (tabel 3). Het melamine schandaal is hier waarschijnlijk debet aan. Overigens is bij vol melkpoeder nog steeds een afname van de Chinese import te bespeuren. Tabel 3: magere melkpoederimporten door China in 2008 in vergelijking met 2007. Maand Import 2007 Import 2008 Verschil ton ton % Januari 3800 4900 29 Februari 3800 5200 37 Maart 3500 5600 60 April 4400 6500 48 Mei 4100 2800-32 Juni 3200 4200 31 Juli 3000 4300 43 Augustus 2600 4300 65 September 2800 5800 107 Vol melkpoeder is in de EU gedaald naar 2200 per ton. Fonterra (Nieuw Zeeland) verkocht op 4 november vol melkpoeder via haar internetveiling tegen ongeveer 1950 per ton (bij toemalige dollarkoers). De prijs in de VS is ongeveer 2500 per ton. Europa heeft 1 april-1 september 51.000 ton (+18%) meer vol melkpoeder geproduceerd, vooral door België (+5.000 ton), Duitsland (+12.000 ton), Frankrijk (+10.800 ton) en Polen (+8.700 ton). In Nederland was er een kleine toename (+5,6%, +2600 ton). De EU-export van vol melkpoeder is de eerste negen maanden van 2008 met 24% gegroeid (tabel 4). Opvallend is de Braziliaanse exportgroei. Tabel 4: vol melkpoederexporten door de belangrijkste exporteurs in januari-september 2008 in vergelijking met januari-september 2007. 5

Land EU NZ Australië Argentinië Brazilië totaal 2007 296764 460255 79769 79169 20225 936.182 2008 368563 415934 90242 57119 59634 991.492 Verschil in tonnen 71.799-44.321 10.473-22.050 39.409 55.310 Verschil in % 24,2-9,6 13,1-27,9 194,9 5,9 De VS speelt tot nu toe geen grote rol op de wereldmarkt, omdat het land problemen heeft dezelfde kwaliteit te leveren als de EU. CWT heeft dit jaar tot nu toe volgens eigen zeggen de export van 176 ton vol melkpoeder ondersteund, en mogelijk dat deze relatief kleine hoeveelheid het grote prijsverschil met de wereldmarkt verklaart. 2.3 Boter De gemiddelde EU-boterprijs is gedaald naar 2200 per ton. Handelaren stellen dat de boterprijs nu vrijwel overal in de EU onder het EU-prijsinterventieniveau van 2218 per ton ligt. Interventie kan trouwens pas vanaf 1 maart plaatsvinden voor producten geproduceerd vanaf 1 februari. De prijzen variëren wel: van 2030 in Ierland, 2120 in Nederland en 2200 in Frankrijk tot 4180 in Roemenië, aldus EU-gegevens. In de VS ligt de boterprijs nog op 2.800 per ton (US$ 3600), terwijl de noteringen in Nieuw Zeeland onder het Europees niveau liggen. Het hogere prijsniveau in de VS komt mogelijk deels door de exportsteun door CWT, al heeft die organisatie (volgens eigen zeggen) dit jaar tot nu toe steun verleend aan export van slechts 2.400 ton boter. De EU heeft van 1 april tot 1 september 3,7% (30.900 ton) minder boter geproduceerd, vooral door België (- 8.000 ton), Ierland (-13.000 ton), Duitsland (-5.400 ton), Polen (-4.800 ton) en het Verenigd Koninkrijk (-5.200 ton). Frankrijk produceerde meer boter: +8.000 ton = +4,9%. De EU-voorraad waarvoor particuliere opslagvergoeding betaald wordt, is afgenomen naar 75.000 ton. Dit is iets meer dan vorig jaar rond deze tijd. Maar gezien de grote voorraad van eerder dit jaar (160.000 ton), is er toch ook sprake van redelijke afzet. In de Verenigde Staten wordt gerapporteerd dat de botervoorraad 20% kleiner is dan vorig jaar. Dit zal vooral te danken zijn aan de voorspoedige Amerikaanse export, zie ook de tabellen 5 en 6. De Amerikaanse boterproductie was in september 2008 7,4% groter dan vorig jaar september. Ook Argentinië speelt een grotere rol dan voorheen. De EU-export is bijna gehalveerd. Tot juli 2007 bedroeg de EU-export maandelijks 15.000-20.000 ton. Sinds er geen exportrestitutie meer gegeven wordt, is de export maandelijks 6.000-11.000 ton. Dat was ook najaar 2007 al het geval, toen boter op EU- en wereldmarkt hetzelfde opbracht en de prijzen hoger waren dan nu. Tabel 5: Boterexport door de belangrijkste exporteurs in januari-september 2008 in vergelijking met januari-september 2007. Land EU NZ Australië VS Argentinië Totaal 2007 140940 153738 25468 17758 9270 347.174 2008 82063 154975 20592 70578 11359 339.567 Verschil in tonnen -58.877 1.237-4.876 52.820 2.089-7.607 Verschil in % -41,8 0,8-19,1 297,4 22,5-2,2 6

Tabel 6: Boterolieexporten door de belangrijkste exporteurs in januari-september 2008 in vergelijking met januari-september 2007. Land EU NZ Australië VS Argentinië totaal 2007 40392 86064 16877 3295 3867 150.495 2008 20507 71870 11237 6518 5906 116.038 Verschil in tonnen -19.885-14.194-5.640 3.223 2.039-34.457 Verschil in % -49,2-16,5-33,4 97,8 52,7-22,9 2.4 EU marktbeheer De Europese Commissie heeft de vergoeding voor particuliere boteropslag vervroegd van 1 maart naar 1 januari, voor product dat uiterlijk 28 dagen eerder geproduceerd is (dus vanaf 4 december). De vergoeding is 15,62 per ton en 0,44 per dag per ton. De regeling eindigt 15 augustus 2009. Het product kan maximaal 227 dagen opgeslagen blijven, en moet uiterlijk eind februari 2010 uit opslag. Hiermee gebruikt de Europese Commissie een instrument dat oorspronkelijk alleen bedoeld was om seizoensinvloeden af te vlakken, om nu een extreme prijsval te voorkomen. Het instrument dat daarvoor eigenlijk beschikbaar is, interventie, wordt mogelijk pas ingezet vanaf 1 maart, voor productie vanaf 1 februari. De boter uit de particuliere opslag komt echter later in 2009 of begin 2010 weer op de markt en zal het (hopelijk) prijsherstel vertragen. De Commissie zou ook kunnen kiezen voor exportsteun ("exportrestitutie"). Het is mogelijk dat dat nog voor het einde van dit jaar het geval is. In ieder geval staat het op de agenda van de EU-Landbouwraad van 28 november. Er is wel een debat gaande over hoe zinvol het gebruik van exportsteun is: - het zorgt er onmiddellijk voor dat een hoeveel product van de EU-markt verdwijnt; - het zet de buitenlandse concurrentie, met name in Nieuw Zeeland, Australië en de Verenigde Staten onder druk; - echter, het verlaagt ook de wereldmarktprijs, waardoor het verschil tussen EU- en wereldmarktprijs weer groter wordt. Dit heft mogelijk het voordeel van de overheidssteun op. Dat zou nog sneller het geval zijn, als er een WTO-akkoord komt, waardoor EUimportheffingen aanzienlijk verlaagd zouden moeten worden (zie 9). - Exporteurs gaan geen exportcertificaten aanvragen, als ze niet gedekt zijn door een krediet. Banken zijn de laatste tijd niet scheutig met kredieten, dus handelaren zullen de komende tijd weinig gebruik maken van exportsteun, als het beschikbaar zou komen. De EU-boterexportcijfers laten zien dat er sinds het stopzetten van exportsteun minder wordt geëxporteerd. Dit kan wijzen op een netto positief effect van exportsteun. Maar het effect van vraaguitval door de tijdelijk hoge prijzen (afnemers die kiezen voor plantaardige vetten, waardoor de totale omvang van de wereldmarkt is gekrompen) heeft ook meegespeeld, evenals de toegenomen concurrentie van derde landen als de VS. In dit land ondersteunt CWT (Co-operatives Working Together) de export door geld uit heffingen toe te kennen op aanvraag door CWT-leden. Volgens CWT is dit jaar tot nu toe aan de export van 42 miljoen kg melkequivalent steun verleend, dit is ongeveer 1% van de totale Amerikaanse productie. 3. Uitbetaalprijzen Tabel 6 laat zien dat de theoretische uitbetaalprijzen de laatste weken over de hele linie gedaald zijn. Verwerking tot kaas betaalt nog altijd beter dan verwerking tot melkpoeder en boter, waarbij opvalt dat Cheddar het nog goed doet. Omdat de dollar in waarde is 7

gestegen, en de Cheddarprijs uitgedrukt in dollars redelijk stabiel is, is de Cheddar waarde in euro's gestegen. Tabel 7: theoretische uitbetaalprijs bij verwerking tot kaas (blok), mager melkpoeder & boter, en vol melkpoeder & boter, bij afzet op de EU- en de wereldmarkt. Markt Bij verwerking tot Prijs in eurocenten per kg 24 oktober 2008 25 november 2008 EU Gouda, boter en weipoeder 32,9 31,2 Magere melkpoeder en boter 23,8 24,4 Vol melkpoeder en boter 26,1 23,8 Wereld Cheddar, boter en weipoeder 31,8 25,7 (US dollar Magere melkpoeder en boter 25,0 22,2 1,30/euro) Vol melkpoeder en boter 26,6 21,8 Op de website www.milkprices.nl staan de laatste resultaten van de LTO Internationale Melkprijsvergelijking (in samenwerking met EDF en PZ). Bijlage II geeft de uitbetaalprijzen tegen werkelijk vetgehalte in de EU in augustus 2008. Hieruit blijkt dat de verschillen in de EU groot waren, van 22,7 cent per kg in Litouwen tot 49 cent per kg in Finland. De gemiddelde Nederlandse uitbetaalprijs is in de EU-ranglijst is gestegen naar de zesde plek in de Europese ranglijst, vlak achter Denemarken die op plek vijf staat. In augustus waren er drie lidstaten, waar de uitbetaalprijs in vergelijking met een jaar eerder was gedaald, namelijk België, Ierland en Duitsland. 4. Spot- en termijnmarkten Nederland Op www.melkmarkt.nl staat een notering voor melk op spotmarkten, voor week 36 is de gepubliceerde prijs 23,00 per 100 kg (4,4% vet). De notering is ten opzichte van vorige maand gestegen met 1,00 per 100 kg. Italië Op de volgende site staat informatie over spotprijzen voor melk in Lombardije, Italië: http://www.clal.it/en/index.php?type=section&section=latte_lodi. Hieruit blijkt een daling sinds september naar ongeveer 0,35 per kg in november. Grafiek: ontwikkeling spotprijzen in Lombardije, Italië. 8

In Noord-Italië wordt in november gemiddeld 40 cent per liter betaald voor boerderijmelk. Zie: http://www.clal.it/en/index.php?type=section&section=confronto_latte_lodi&check=1 Noord-Ierland De veiling op 20 november produceerde alleen een prijs voor éénmaands contracten. Er werd maar 17 miljoen liter verhandeld tegen 17,3 pence = 0,204 per liter. (zie onderstaande grafiek en http://www.utdni.co.uk/auctions). De mineurstemming is het gevolg van de lage prijzen voor melkpoeder, zoals hierboven reeds aangegeven. Grafiek: prijsontwikkeling op de Noordierse melkveiling in pence per liter (1-maands contracten). 100 pence = 1 pound = 1,18. Verenigde Staten: termijnmarkt Chicago (Chicago Board of Trade) In dollars zijn de futures op de termijnmarkt in Chicago (zie www.cme.com) sinds vorig jaar met ruim 20% gedaald. Maar door de sterkere dollar, is de daling in euro's gerekend 5%. Tabel 7: noteringen voor Class III melk op de termijnmarkt in Chicago. CME-slotkoers op 25 november CME-slotkoers op 24 okt 2007 2008 (eurocent per kg; (eurocent per kg; dollarkoers 1,30 per ) dollarkoers 1,42 per ) Maand van levering Dec. 26,1 27,8 Jan. 24,1 26,3 Feb. 24,0 25,4 Maart 24,0 25,1 Nieuw Zeeland De laatste internetveiling door Fonterra 4 november jongstleden leverde een prijs op voor vol melkpoeder van US$ 2.586 per ton, ongeveer 2000. Dit was een daling van 11,4% ten opzichte van de veiling van oktober. Maar ten opzichte van juli was de daling maar liefst 41%. Zie www.globaldairytrade.info. De volgende veiling is op 2 december aanstaande. 5. "Nepkaas" De VWA heeft LTO laten weten volgend jaar een oriënterend onderzoek te gaan doen naar mogelijke misleiding. Het project zal zich daarbij richten op producten die wel met kaas worden aangeduid, maar imitatiekaas bevatten. Alle andere varianten - die volgens de wetgeving correct geëtiketteerd zijn - worden hierin niet meegenomen. 9

LTO is blij met dit onderzoek, maar vindt dat de overheid ook moet kijken naar producten die gemaakt zijn van deels kaas en deels palmolie, soja, zout, water en melkeiwit. Voorbeelden zijn pizza's en lagagna's in supermarkten. Ook al staat op het etiket "gemaakt van kaas en plantaardige ingrediënten", wat volgens de wet mag, de argeloze consument denkt dat hij/zij een product met echte kaas koopt. 6. Melamine Bij een screening van meer dan 307.000 gezinnen met kinderen tot drie jaar oud in Beiing zou volgens het Chinese persagentschap Xinhua gebleken zijn dat 75.000 baby's in contact gekomen zijn met vervuilde zuivelproducten. Nog steeds liggen zo'n 1.000 baby's in ziekenhuizen en wereldwijd duiken steeds berichten op over melaminevondsten in humane en dierlijke producten. Tot dusver is dit nog maar nauwelijks het geval in de EU. Er wordt door autoriteiten extra gelet op importen uit China. Het lijkt er op dat het Melamine schandaal er toe heeft geleid dat China meer mager melkpoeder is gaan importeren. Bij vol melkpoeder was er tot en met september nog geen effect. 7. Marktvooruitzichten De sector verkeert in een moeilijke marktsituatie. De combinatie van een hogere melkproductie wereldwijd (maar niet in de EU), de gevolgen van vraaguitval door de hogere prijzen van eind 2007 en de recessie in veel landen zorgt voor overschotten. De kaasmarkt alleen zegt al genoeg. Als de huidige trend vervolgd wordt, is het volgens de IDFA (Amerikaanse zuivel) voor het eerst sinds 1975 dat de kaasconsumptie afneemt. Niet voor niets wordt voorspeld dat een aantal verwerkers dit jaar met verlies gaan afsluiten. Ook de exportcijfers spreken boekdelen. Zelfs Nieuw Zeeland, waar de productie dit jaar hersteld van de droogte van het vorige productieseizoen, bleek in september minder te kunnen exporteren dan vorig jaar. Drie punten zijn de komende tijd belangrijk. Allereerst: wat doet de economie. Veel landen gaan nu een recessie tegemoet. Voor consumenten betekent dat onzekerheid, maar ook lagere kosten. De inflatie neemt immers af: de prijzen van energie en grondstoffen nemen af. Het is wachten op het moment dat de consument weer voldoende vertrouwen krijgt en vaker overgaat tot aankoop van luxere voedingsproducten. Er mag verwacht worden dat markten in ontwikkelingslanden blijven groeien, al is het tijdelijk vertraagd. Zo verwacht China in 2008 nog steeds 7,5% economische groei. En de wereldwijde bevolkingsgroei (80 miljoen mensen per jaar) gaat ook door. Het tweede punt betreft de voorraden. De handel communiceert dat de voorraden groot zijn. In Amerika gaat het dan vooral over magere melkpoeder (voorraad +45%). Fonterra laat weten nog tot februari van vol melkpoeder af te moeten, gezien de beperkte houdbaarheid van dit product. Het enige lichtpuntje lijkt boter, omdat de voorraad in Amerika 20% lager is. De Europese Commissie kan Europa helpen van een tijdelijk overschot af te komen door inzet van marktbeheersinstrumenten (zie punt 2.4). Inzet van een vergoeding voor boter in particuliere opslag geeft nu wat lucht, maar de kans bestaat dat het prijsherstel hierdoor vertraagd wordt. Punt drie betreft het kostenniveau op de bedrijven. Door de veel lagere olieprijs (zie onderstaande grafiek) zouden energiekosten en producten die daar sterk van afhangen, zoals kunstmest, ook fors moeten dalen. Bovendien zorgt die lagere olieprijs, in combinatie met toegenomen gewasopbrengsten, ervoor dat de prijzen van mais, tarwe en palmolie nu al flink gedaald zijn (zie tabel 8). Volgens een artikel in het Amerikaanse blad Top Producers van november 2008 zou de correlatie tussen mais- en olieprijs 72% zijn. Of dat precies klopt, valt te bezien, maar we weten dat 10

deze markten om verschillende redenen (voer, bio-energie, conjunctuur) met elkaar verbonden zijn. Tabel 8: wereldmarktprijzen van een aantal agarische grondstoffen in 2008 Product(eenheid) wereldmarktprijs in US dollar op: 1 februari 2008 20 juni 2008 25 november 2008 Maïs (per bushel = 25,4 kg) 500 747 351 Tarwe (per bushel = 27,2 kg 937 906 537 Sojabonen (per bushel = 27,2 kg 1284 1558 885 Palmolie (per ton) 1265 1223 480 De daling van variabele productiekosten is in het voordeel van bedrijven die hun vaste kosten laag gehouden hebben. Maar uit Amerikaanse cijfers blijkt dat de melkprijs in vergelijking met de maisprijs teveel gedaald is, en dat dit moet leiden tot tragere groei. In de VS wordt dat reeds voorspeld (2008: +2,4%, 2009: 1,0%). De Europese Commissie verwacht een daling van melkproductie, zeker vanaf januari. De productiedaling in Frankrijk in oktober (-1,4%) kan een voorteken zijn. Een onzekerheid bij het bovenstaande is de euro-dollar koers. De euro is fors gedaald. Dit was aan de ene kant goed voor onze exportpositie. Aan de andere kant was de daling zo snel, dat kopers gingen afwachten. De laatste dagen is de euro weer iets gestegen omdat de VS op grote schaal bankbiljetten gaan bijdrukken. Dit maakt de dollar weer zwakker. Figuur: waarde van de euro in Amerikaanse dollars. Sinds eind augustus is de euro meer dan 20% in waarde gedaald, maar de laatste dagen is de euro weer iets gestegen en noteert nu ongeveer US$ 1,30. 11

Figuur: olieprijsontwikkelingen sinds 11 januari tot 25 november 2008. Verder moet er rekening mee gehouden worden dat de huidige olieprijzen niet structureel zijn. Vorlgens het Internationaal Energieagentschap (IEA) in Parijs stijgt de energiebehoefte per jaar met 1,6%; van 86 naar 106 miljoen vaten per dag in 2030. Dat terwijl de meeste olievelden over hun piekproductie heen zijn. De IEA voorspelt daarom een gat tussen vraag en aanbod van 7 miljoen vaten per dagen 2015: de huidige lage olieprijzen zijn tijdelijk. In een recent rapport voorspelt de Rabobank een moeilijk eerste halfjaar van 2009, maar de bank hoopt daarna op een verbetering door nieuwe economische groei, verminderde productiegroei en meer consumentenvraag aangewakkerd door lagere prijzen en inkomensstijgingen in ontwikkelingslanden. Alle spelers in de zuivelmarkt moeten rekening houden met meer prijsfluctuaties. De Rabobank zegt ook dat zuivelhandelaren er rekening mee moeten houden dat ze in de toekomst product vaker van buiten Europa moeten halen. Hier zal de meeste productiegroei plaatsvinden, aldus de Rabobank. Samengevat: de situatie is slecht en kan pas verbeteren als de consumentenvraag en export weer aantrekt. Daarvoor moet eerst de algemene economie weer gaan groeien. De groei van de mondiale melkproductie zal afgeremd worden, maar hoe snel, dat hangt mede af van de kosten van inputs als energie, voer en krediet. EU-marktbeheer kan nu helpen om een tijdelijk overschot van de markt te halen. 8. Zuivelbeleid: Health Check De EU-ministers van landbouw hebben op 20 november een politiek akkoord gesloten over de Health Check (evaluatie) van het EU-landbouwbeleid. Hieronder staan de belangrijkste punten voor melkveehouders. Het politieke akkoord zal op de landbouwraad van 17, 18 en 19 december als "A-punt" op de agenda staan. Dat betekent dat er dan geen discussie meer plaatsvindt, er wordt alleen gestemd. 1. Quotumverruiming Besluit: algemene 5% quotumverruiming van 1% per jaar gedurende 2009, 2010, 2011, 2012 en 2013. Italië deelt deze verruiming van 5% al op 1 april 2009 uit. Italië verplicht zich, deze verruiming aan de melkveehouders te geven, die nu al overschrijden. Italië heeft de laatste jaren het EUmelkquotum 4-6% overschreden. Hierdoor mogen de Italianen nu intern een probleem 12

oplossen: melkveehouders die zich altijd keurig aan hun quotum gehouden hebben, krijgen niets, de anderen krijgen verruiming. LTO's inzet was om minimaal 2% verruiming te krijgen gedurende de komende zes jaar. Dat is dus niet gerealiseerd door tegenstand uit vooral Duitsland. Over dit onderwerp zijn drie opmerkingen te maken. Allereerst heeft EU quotumverruiming nauwelijks of geen relatie met de omvang van de Europese melkproductie. Ondanks de 2,5% uitbreiding in 11 EU-lidstaten op 1 april 2008, is de EU-melkproductie niet toegenomen. Zie ook paragraaf 1 (productie) van deze zuivelupdate. Bovendien heeft de omvang van het EU-quotum geen duurzame invloed op de melkprijs. De geschiedenis van het EU-quotumsysteem laat zien dat toen na invoering van het systeem en de gedwongen productiekrimp, de gemiddelde melkprijs daardoor niet omhoog ging. De reden is dat de EU een netto exporteur is van zuivelproducten. De meeste lidstaten begrijpen dit ook, want zij hadden geen bezwaar tegen verlaging van de vetcorrectiefactor (zie hieronder). Wat wel sterk effect heeft op de structurele melkproductie zijn melkprijs, kosten van belangrijke imputs, zoals voer, energie en arbeid, en calamiteiten zoals slecht weer en dierziekten. Tot slot wordt er door sommigen een link gelegd tussen melkquota en milieudruk. Voor LTO is het duidelijk dat groei van de melkveehouderij plaats moet vinden binnen de bestaande milieugebruiksruimte. De sector heeft de afgelopen jaren al een flinke bijdrage geleverd aan het oplossen van milieuproblemen, doordat het aantal melkkoeien sinds 1980 met 25% afgenomen is. In de 15 oude EU-lidstaten waren er in 1990 22 miljoen koeien, dat zijn er nu nog 18 miljoen. Daarnaast is het gebruik van kunstmest afgenomen. Het gaat te ver om te zeggen dat de landbouw daarmee klaar is, maar er zijn vele andere sectoren (verkeer, industrie) waar nog lang geen sprake is van reductie van milieudruk. Melkquota zijn niet een geschikt instrument voor het halen van milieudoelen, omdat ze alleen maar extra kosten met zich meebrengen. Dat geld kan de sector beter rechtstreeks steken in oplossingen. 2. Superheffing Voor de quotumjaren 2009/2010 en 2010/2011 geldt dat als het landenquotum met meer dan 6% overschreden wordt, de superheffing met 50% verhoogd wordt voor het meerdere. Dit is voor de meeste lidstaten niet zo relevant, maar het lijkt er op dat dit is bedacht voor de Italianen, die zich altijd weinig aantrokken van de superheffing. 3. Vetcorrectiefactor De vetcorrectiefactor wordt in alle lidstaten gehalveerd (van 0,18 naar 0,09) voor melkveehouders die meer vet in hun melk hebben dan in hun referentie. Voor de anderen blijft de vetcorrectiefactor 0,18. Voorbeeld: Melkveehouder met 500.000 kg quotum en 4,38% vet Als hij melk levert met 4,14% vet, dan mag hij maximaal 522.575 kg melk leveren. Door het genomen EU-besluit houdt hij de vetcorrectiefactor 0,18 en verandert er niets. Melkveehouder met 500.000 kg quotum en 4,14% vet Als hij melk levert met 4,38% vet, dan mag hij maximaal 479.294 kg melk leveren. Door het genomen EU-besluit wordt de vetcorrectiefactor 0,09 en mag hij 489.428 kg melk leveren, een toename van 2,1%. 13

Dit moet geregeld worden via het EU-marktbeheerscomité voor dierlijke producten, dat maandelijks vergadert. Aan dit overleg wordt deelgenomen door ambtenaren van de lidstaten en, voor Nederland, ook het PZ. De Europese Commissie zal nu een voorstel moeten doen. Het is nog niet duidelijk hoe dat voorstel er uit ziet. De kans bestaat dat de Europese Commissie nog extra voorwaarden gaat stellen. Bij uitvoering krijgt de EU ongeveer 1,65 miljard kg meer productieruimte. Voor een aantal lidstaten betekent dit het volgende: Tabel 9: invloed van de verlaging van de vetcorrectiefactor van 0,18 naar 0,09 voor melkveehouders die meer vet produceren dan in hun referentie op de quotumvolumes van een aantal EU-lidstaten Lidstaat Potentiële verruiming Lidstaat Potentiële verruiming % Miljoen kg % Miljoen kg Nederland 1,5 170,6 Letland 2,3 16,5 België 3,4 104,6 Litouwen 1,5 25,1 Cyprus 1,3 1,8 Luxemburg 2,6 7,0 Duitsland 1,8 500,0 Oostenrijk 1,8 47,5 Frankrijk 0,9 209,0 Polen 1,1 104,3 Griekenland 2,5 20,5 Portugal 1,5 28,7 Ierland 2,0 102,8 Slowakije 1,1 10,9 Italië 0,8 78,9 Spanje 1,1 10,9 Verenigd Koninkrijk 1,0 153,7 Voor LTO is deze "politieke" oplossing voor de onwil om het melkquotum voor iedereen gelijk te verruimen met 2-3%, zeker niet ideaal. Er ontstaat nu ongelijkheid tussen melkveehouders. De kans op een "eerlijke" oplossing lijkt klein. De maatregel zorgt in ieder geval wel voor meer ruimte op de quotummarkt en draagt zo bij aan de geleidelijke uitfasering van het melkquotumsysteem. 4. Inactiviteit Het melkquotum kan geheel of gedeeltelijk aan de nationale reserve vervallen, als dit voor minder als 85% benut wordt. Dit was 70%. Het is aan lidstaten om hier al dan niet iets mee te doen. De vraag voor deze maatregel kwam uit Oost-Europa, waar nog veel kleine melkveehouders (met 1 koe) actief zijn. Naar verwachting zal Nederland van dit voorstel geen gebruik maken. 5. Particuliere boteropslagvergoeding Deze blijft behouden. Zoals eerder aangegeven, heeft de Europese Commissie deze maatregel voor dit seizoen zelfs vervroegd van 1 maart naar 1 januari, voor boter die uiterlijk 28 dagen eerder is geproduceerd. De vergoeding is 15,62 per ton en 0,44 per ton per dag. De maximale opslagduur is 227 dagen. 6.Interventie boter en magere melkpoeder Deze regelingen blijven ook behouden. Het oorspronkelijk voorstel van de Europese Commissie was om de interventie vrijwillig te maken en vanaf het begin te tenderen. Hierdoor zou de interventieprijs automatisch naar het prijsniveau in de markt gelopen zijn. Nu moet de Commissie bij een te lage prijs minimaal 30.000 ton boter en minimaal 109.000 mager melkpoeder tegen een vaste prijs opkopen. Dit legt een steviger bodem in de markt. 7. Afzet van melkpoeder voor verwerking in veevoer en caseinaten 14

Deze regelingen worden vrijwillig: de Europese Commissie kan zelf besluiten om een regeling open te stellen op basis van marktprijzen. De verwachting is niet dat de Europese Commissie dat voorlopig gaat doen. 8. Nieuwe tussenevaluaties De Europese Commissie moet uiterlijk op 31 december 2010 en 31 december 2012 een marktanalyse maken voor zowel de landbouwministers als het Europees Parlement, op basis waarvan de Commissie voorstellen kan doen voor de geleidelijke overgang naar de afschaffing van het quotumsysteem in 2015. Het kan hierbij gaan om verdere quotumverruiming of verlaging van de superheffing. 9. Slachtpremies Slachtpremies worden ontkoppeld uiterlijk op 1 januari 2012. Een lidstaat kan dit dus ook eerder doen. 10. Modulatie of afroming van de bedrijfstoeslag Voor de eerste 5000 is er zoals gewoonlijk geen modulatie. Voor het meerdere dat ontvangen wordt, geldt de volgende afroming: 2008: 5% 2009: 7% 2010: 8% 2011: 9% 2012: 10% Voor bedrijven die meer dan 300.000 ontvangen, geldt een extra afroming van 4% (in vier stappen: 2009: 11%; 2010: 12%; 2011: 13%; 2012: 14%). In zijn algemeenheid mag modulatiegeld ("2 e pijler geld") gebruikt worden voor: - klimaatbeleid - hernieuwbare energie - watergebruik - biodiversiteit - innovatie met betrekking tot de bovenstaande punten - melkveehouderij ("modernisering van bedrijven"), waarbij het huidige quotum geen plafond meer is bij de aanvraag. Hiervoor is slechts 25% nationale cofinanciering nodig. De Europese Commissie had eerder al aangegeven dat de modulatiegelden gebruikt moeten worden in de landbouw. 10. Extra afroming en herverdeling van premies via "artikel 68" Dit betekent dat lidstaten naast de modulatie nog eens maximaal 10% mogen afromen van de bedrijfstoeslagen. Zij moeten dit besluit uiterlijk nemen op 1 augustus 2009, 1 augustus 2010 of 1 augustus 2011. Dit geld kan herverdeeld worden naar benadeelde gebieden en sektoren die 'economisch kwetsbaar' zijn, en blijft dus beschikbaar voor de landbouw ("1 e pijler geld"). Nationale "staatssteun" financiering wordt mogelijk tot maximaal 3,5% van het totaal van de toeslagen. 15

Als thema's worden genoemd: milieu en kwaliteit (bestonden al), dierenwelzijn (nieuw), de sectoren melkveehouderij, schapenhouderij, geitenhouderij en vleesveehouderij, gewas- en dierziektenverzekeringen (maximum overheidsbijdrage 65%; maximale EU cofinanciering 75%). 11. "Melkfonds" Alleen Duitsland gebruikt de term "Melkfonds", want dit hadden de Duitsers tot hoofdprijs gemaakt van de Health Check, onder druk van alle discussies in ons buurland. De Duitsers vatten het resultaat nu als volgt samen. Geld afkomstig uit: - modulatie (cofinanciering door de lidstaat 25%) - artikel 68 (maximaal 10% afroming, zie hierboven) - geld dat niet wordt benut doordat hectarepremies niet opgevraagd worden (in Nederland jaarlijks zo'n 28 miljoen), en dat voorheen teruggegeven moest worden aan de Europese Commissie - nationale financiering ofwel 'staatssteun' (maximaal 2,5% van het totaal van de toeslagen), zie hierboven. kan gebruikt worden voor: - investeringssubsidies - graslandpremie - milieuvriendelijke landbouw (bijvoorbeeld weidepremie) - steun voor extensieve productie, biologische productie - investeringssteun voor zuivelbedrijven (innovatie) 12. Minimum bedrijfstoeslag Voor Nederland wordt de ondergrens gelegd bij 500 per jaar en 2 hectare. Deze ondergrens verschilt per land, bijvoorbeeld: - in België: 400 en 2 hectare - in Duitsland en Frankrijk: 300 en 4 hectare - in het Verenigd Koninkrijk: 200 en 5 hectare - Denemarken: 300 en 5 hectare 13 Investeringssteun jonge boeren De maximale investeringssteun die boeren tot 40 jaar kunnen krijgen uit plattelandsfondsen, gaat omhoog van 55.000 naar 70.000. 10. Zuivelbeleid: WTO De kansen op een WTO-akkoord zijn gestegen door de uitkomsten van twee recente internationale bijeenkomsten, namelijk de bijeenkomst van de zogenaamde G20 in Washington, en vervolgens de bijeenkomst van de economieën rond de Stille Oceaan. De kans bestaat dat er op/vanaf 19 december een ministeriële bijeenkomst plaatsvindt, omdat veel regeringen nu aandringen op afronding van de zogenaamde Doha handelsronde, die in 2001 begon. De reden is dat een internationaal handelsakkoord een stimulans zou kunnen zijn voor de globale economie. Voor de melkveehouderij schuilt het grootste belang in de voorgestelde reductie van de EUimportheffing op boter. De huidige imporheffing van ruim 1800 per ton zou met 66-73% verminderd moeten worden. Hierdoor krijgen derde landen, als er weer een verschil zou ontstaan tussen EU en wereldmarktprijs van enkele honderden euro's per ton, meer kans om naar de EU te exporteren. 16

Bijlage I Gemiddelde melkprijzen (tegen werkelijk vetgehalte) in EU-lidstaten, september 2008 (eurocent per kg). Bron: Europese Commissie. Lidstaat Melkprijs september Melkprijs september Verschil in % 2007 2008 België 40,5 29,6-10,9 Bulgarije 28,0 31,7 3,7 Cyprus 42,0 48,1 6,1 Duitsland 37,0 33,4-3,6 Denemarken 32,8 37,6 4,8 Estland 27,8 28,4 0,6 Finland 40,2 50,6 10,4 Frankrijk 33,5 36,1 2,6 Griekenland 41,6 42,7 1,1 Hongarije 28,5 31,6 3,1 Ierland 42,5 33,3-9,2 Italië 35,0 42,0 7,0 Litouwen 24,2 23,7-0,5 Luxemburg 41,5 35,9-5,6 Letland 27,2 25,5-1,7 Nederland 41,5 35,6-5,9 Oostenrijk 37,0 38,1 1,1 Polen 31,0 29,5-1,5 Portugal 35,0 34,8-0,2 Slovenië 28,2 33,0 4,8 Slowakije 27,8 31,2 3,4 Spanje 40,6 35,9-4,7 Tsjechië 30,0 30,7 0,7 Verenigd Koninkrijk 32,3 32,9 0,6 17

Bijlage II EU-melkproductie 1 april 2008-1 oktober 2008 en ontwikkeling in vergelijking met dezelfde periode één jaar eerder. Bron: Europese Commissie. Lidstaat Productie (miljoen ton) % verschil met 2007-2008 België 1.413-2,1 Bulgarije 362-13,0 Cyprus (tot 1 september) 62 + 4,5 Duitsland 13.635-1,5 Denemarken 2.326 + 1,3 Estland 319 + 2,4 Finland 1.140-2,1 Frankrijk 11.521 + 3,5 Griekenland (tot 1 september) 495-2,9 Hongarije 726-1,2 Ierland 3.586-2,5 Italië 5.164-1,1 Letland 356-0,7 Litouwen 795 + 2,1 Luxemburg 132 + 0,7 Malta - - Nederland 5.419 + 1,9 Oostenrijk (tot 1 september) 1.156-0,2 Polen 4.851 + 4,1 Portugal 976 + 2,7 Roemenië 616-2,7 Slovenië 269-2,1 Slowakije 481-3,1 Spanje 2.960 + 2,6 Tsjechië (tot 1 september) 1.047-0,7 Verenigd Koninkrijk 6.835-2,5 Zweden 1.489-0,9 EU-27 67.873 + 0,2 EU-15 57.990 +/- 0,0 18