Reglement Cliëntenraad Stichting Eilandzorg Schouwen-Duiveland Artikel 1 Begripsbepalingen 1.1 Cliënt: een natuurlijk persoon ten behoeve van wie de instelling werkzaam is. 1.2 Cliëntenraad: De op basis van de Wet Medezeggenschap Cliënten Zorginstellingen (WMCZ) door de instelling ingestelde cliëntenraad. 1.3 Instelling: stichting Eilandzorg Schouwen-Duiveland. 1.4 Kiescommissie: De commissie die door de instelling wordt ingesteld teneinde de verkiezingen te organiseren. 1.5 Vertrouwenscommissie: De commissie als vermeld in artikel 19 van dit reglement. 1.6 Wet: De Wet Medezeggenschap Cliënten Zorginstellingen (WMCZ). Artikel 2 Doelstellingen 2.1 De cliëntenraad stelt zich ten doel het behartigen van de gemeenschappelijke belangen van de cliënten en de organisatie. Artikel 3 Samenstelling 3.1 De cliëntenraad bestaat uit maximaal vijf leden. 3.2 De cliëntenraad heeft drie kiesgroepen, waarbij elke kiesgroep een bepaald aantal zetels in de cliëntenraad heeft. 3.3 We streven naar een zetelverdeling onder de kiesgroepen als volgt: - Locatie De Wieken 2 leden; - Locatie Mitt Hem 1 lid; - Thuiszorg 2 leden. 3.4 Tot lid van de cliëntenraad kan worden gekozen een cliënt alsmede een familielid van een cliënt tot in de derde graad. 3.5 Kiesgerechtigd zijn de personen die cliënt zijn in de instelling. Indien de cliënt hiertoe niet bij machte is, dan is een familielid van de cliënt tot in de derde graad hiertoe bevoegd. 3.6 Tijdens een zittingsperiode van de cliëntenraad kan geen wijziging worden gebracht in het aantal leden van de cliëntenraad op grond van vermeerdering of vermindering van het aantal cliënten die onder de kiesgroep vallen. 3.7 De instelling levert een voorzitter. Inclusief de voorzitter bestaat de cliëntenraad uit maximaal 6 personen. De voorzitter wordt door de instelling aangesteld voor een periode van drie jaar. Deze periode kan verlengd worden met nogmaals drie jaar. De voorzitter heeft geen stemrecht. Artikel 4 Zittingsduur 4.1 De zittingsduur is 3 jaar. Er wordt gebruik gemaakt van een rooster van aftreden vanaf drie jaar. 4.2 De leden van de cliëntenraad zijn eenmaal herkiesbaar. De maximale zittingsduur is 6 jaar. 4.3 De leden van de cliëntenraad kunnen te allen tijde als zodanig ontslag nemen. Zij geven daarvan schriftelijke kennis aan de voorzitter en aan de instelling.
4.4 Hij die optreedt ter vervulling van een tussentijds open gevallen plaats, treedt af op het tijdstip waarop degene in wiens plaats hij komt had moeten aftreden. 4.5 Het lidmaatschap van de cliëntenraad eindigt onmiddellijk door het aflopen van de zittingsperiode. Artikel 5 Bekendmaken van de cliëntenraad 5.1 De cliëntenraad informeert de cliënten over het werk van de raad. 5.2 De instelling informeert de medewerkers schriftelijk over het bestaan van de cliëntenraad en over de inhoud van dit reglement. Artikel 6 Uitsluiting lid cliëntenraad 6.1 Op verzoek van de instelling of de cliëntenraad kan de vertrouwenscommissie voor een door haar te bepalen termijn een lid van de cliëntenraad uitsluiten van alle of bepaalde werkzaamheden van de cliëntenraad. Het verzoek kan uitsluitend worden gedaan, door de instelling op grond van het feit dat het betrokken cliëntenraadslid het overleg van de cliëntenraad met de ondernemer ernstig belemmert, en door de cliëntenraad op grond van het feit dat de betrokkenen de werkzaamheden van de cliëntenraad ernstig belemmert. Van belemmering is onder meer sprake wanneer het lid zijn taken verwaarloost, gedragingen doet die de goede naam of de gerechtvaardigde belangen van de stichting bedreigd of schaad alsmede wanneer het lid handelt in strijd met de statuten of reglementen van de instelling. 6.2 Alvorens een verzoek in te dienen stelt de verzoeker de betrokkenen in de gelegenheid over het verzoek te worden gehoord. De instelling en de cliëntenraad stellen elkaar in kennis van een overeenkomstig het ingediende verzoek. Artikel 7 Voorbereidingen verkiezingen 7.1 De instelling bepaalt, in overleg met de cliëntenraad, de datum van de verkiezingen en maakt deze bekend aan de cliënten. De datum van de verkiezingen ligt niet eerder dan zes weken en niet later dan twee weken voor de afloop van de zittingsperiode van de aftredende leden. 7.2 De instelling draagt zorg voor de organisatie van de verkiezingen van de leden van de cliëntenraad. Hiertoe wordt een kiescommissie samengesteld bestaande uit een drietal personen. Een persoon wordt aangewezen door de instelling, een persoon door de cliëntenraad en de voorzitter wordt door beide aangewezen leden benoemd. De leden van de kiescommissie mogen niet verkiesbaar zijn. 7.3 Verkiesbare personen kunnen zich kandidaat stellen door zich uiterlijk 2 weken voor de verkiezingen te melden bij de voorzitter van de kiescommissie. 7.4 Indien er evenveel of minder kandidaten zijn gesteld dan er zetels zijn in de cliëntenraad, worden er geen verkiezingen gehouden en worden de gestelde kandidaten geacht te worden gekozen. Artikel 8 Wijze van stemming 8.1 De verkiezing geschiedt bij geheime schriftelijke stemming. 8.2 Op de dag van de verkiezing wordt door of namens de cliëntenraad, op de door hem daarvoor aangewezen plaatsen aan iedere kiesgerechtigde persoon een gewaarmerkt
stembiljet uitgereikt. Op dit stembiljet staan de kandidaten vermeld. Dadelijk na invulling deponeert de kiesgerechtigde persoon dit stembiljet in een daartoe bestemde bus, tenzij het stembiljet per post wordt verzonden. 8.3 In afwijking van artikel 3.5 kan iedere kiesgerechtigde persoon voor ten hoogste twee andere kiesgerechtigde personen een stembiljet invullen, mits hij door deze personen schriftelijk daartoe is gemachtigd. Artikel 9 Vaststelling geldige en ongeldige stemmen 9.1 Na het einde van de stemming stelt de kiescommissie het aantal geldige stemmen vast dat op elke kandidaat is uitgebracht. 9.2 Ongeldig zijn de stembiljetten: a die niet door of namens de kiescommissie zijn gewaarmerkt; b waaruit niet duidelijk de keuze van de stemgerechtigde blijkt; c waarop niet het vereiste aantal stemmen is uitgebracht; d waarop andere aantekeningen voorkomen dan de aanwijzing van de verkozen kandidaten. Artikel 10 Gekozen kandidaten en bekendmaking 10.1 Gekozen zijn de kandidaten die achtereenvolgens het hoogste aantal stemmen op zich hebben verenigd. Indien er voor de laatste te bezetten zetel(s) meer kandidaten zijn die een gelijk aantal stemmen op zich hebben verenigd, beslist het lot. 10.2 De uitslag van de verkiezing wordt door de kiescommissie vastgesteld en volledig bekend gemaakt aan de instelling, aan de in de onderneming werkzame personen en aan de cliënten. Artikel 11 Bewaren stembiljetten 11.1 De gebruikte stembiljetten worden door de kiescommissie in gesloten envelop ten minste drie maanden bewaard. Artikel 12 Tussentijdse vacatures 12.1 Een tussentijdse vacature wordt getracht binnen vier maanden te voorzien. 12.2 In het geval van een tussentijdse vacature wordt deze voorzien door de kandidaat die bij de cliëntenraadsverkiezingen binnen de desbetreffende kiesgroep na de laatst gekozen kandidaat de meeste stemmen heeft gekregen. 12.3 In het geval dat geen kandidaten van een bepaalde kiesgroep meer aanwezig zijn, worden tussentijdse verkiezingen gehouden voor deze kiesgroep. De tussentijdse verkiezingen worden echter niet gehouden wanneer er binnen zes maanden nieuwe cliëntenraad verkiezingen plaatsvinden. Artikel 13 Bezwaar 13.1 Iedere belanghebbende kan, binnen een week na de bekendmaking daarvan, bij de instelling bezwaar maken tegen een besluit met betrekking tot: a de bepaling van de datum van de verkiezing en de tijdstippen van aanvang en einde van de stemming, zoals geregeld in artikel 7 lid 1; b de vaststelling van de uitslag van de verkiezing, zoals geregeld in artikel 10;
c de voorziening in een tussentijdse vacature, zoals geregeld in artikel 12. 13.2 De instelling beslist zo spoedig mogelijk op het bezwaar en treft daarbij de voorzieningen die nodig zijn. Artikel 14 Faciliteiten 14.1 De instelling draagt zorg voor voldoende faciliteiten die de cliëntenraad in staat stellen om goed te functioneren. De instelling stelt de cliëntenraad voldoende inhoudelijke en secretariële ondersteuning ter beschikking. Op het verzoek omtrent andersoortige ondersteuning beslist de instelling. 14.2 De instelling draagt in ieder geval zorg voor de volgende faciliteiten: - deskundigheidsvoorziening; - informatiemateriaal dat redelijkerwijs benodigd is; - materiële ondersteuning, zoals vergaderruimte, koffie, papier, apparatuur etc.; - ambtelijke ondersteuner; 14.3 De kosten met betrekking tot het inschakelen van een deskundige en/of het voeren van gerechtelijke procedures worden enkel door de instelling gedragen na daarover voorafgaand in kennis te zijn gesteld. 14.4 De instelling draagt er zorg voor dat de cliëntenraad beschikt over goed instrumentarium om de kwaliteit van de zorgverlening te kunnen beoordelen. Artikel 15 Inrichting en werkwijze 15.1 De cliëntenraad regelt schriftelijk zijn werkzaamheden in een huishoudelijk reglement. De inhoud van het huishoudelijk reglement mag niet strijdig zijn met de wet of met dit reglement. 15.2 De cliëntenraad neemt in het huishoudelijk reglement nadere regels op met betrekking tot de vertegenwoordiging in en buiten rechte. 15.3 De cliëntenraad overlegt het huishoudelijk reglement aan de bestuurder van de instelling. Binnen één week na een wijziging in het huishoudelijk reglement wordt de instelling van deze wijziging op de hoogte gebracht waarbij het gewijzigde reglement wordt overgelegd. 15.4 De cliëntenraad stelt jaarlijks een schriftelijk verslag op over de aard van zijn werkzaamheden en de wijze waarop deze werkzaamheden zijn uitgevoerd. Het verslag wordt binnen tien dagen na vaststelling ter kennis gebracht van de bestuurder, Raad van Toezicht en van de cliënten. Artikel 16 Overlegvergaderingen 16.1 Teneinde de algemene gang van zaken binnen de instelling te bespreken, wordt tenminste eenmaal per jaar door de raad van bestuur een overlegvergadering met de cliëntenraad gehouden. Op verzoek van de cliëntenraad is een afvaardiging van de raad van toezicht aanwezig. 16.2 De raad van bestuur en de cliëntenraad komen bijeen twee weken nadat hetzij de cliëntenraad, hetzij de raad van bestuur, onder opgave van redenen, heeft verzocht. 16.3 De raad van bestuur en de cliëntenraad wijzen in overleg voor elke vergadering een voorzitter en een secretaris aan.
16.4 Zowel de raad van bestuur als de cliëntenraad kan één of meerdere deskundigen uitnodigen tot het bijwonen van een overlegvergadering. Artikel 17 Adviesrecht 17.1 De instelling stelt de cliëntenraad in ieder geval in de gelegenheid advies uit te brengen over elk voorgenomen besluit dat in artikel 3 van de Wet wordt genoemd. 17.2 De cliëntenraad brengt het advies schriftelijk uit aan de instelling. Artikel 18 Verzwaard adviesrecht 18.1 De instelling behoeft verzwaard advies van de cliëntenraad voor elk voorgenomen besluit over: a. voedingsaangelegenheden van algemene aard en het algemeen beleid op het gebied van de veiligheid, de gezondheid of de hygiëne en de geestelijke verzorging van, maatschappelijke bijstand aan en recreatiemogelijkheden en ontspanningsactiviteiten voor cliënten; b. de systematische bewaking, beheersing of verbetering van de kwaliteit van de aan de cliënten te verlenen zorg; c. de vaststelling of wijziging van een regeling inzake de behandeling van klachten van cliënten en het aanwijzen van personen die belast worden met de behandeling van klachten van cliënten; d. De wijziging van de regeling, bedoeld in art. 2, tweede lid van de wet en de vaststelling of wijziging van andere voor cliënten geldende regelingen; e. het belasten van personen met de leiding van de instelling, dan wel van een onderdeel daarvan. 18.2 De instelling neemt geen besluiten over de in het vorige lid genoemde onderwerpen wanneer de cliëntenraad daarmee niet instemt, tenzij de instelling het besluit moet nemen op grond van wettelijk voorschrift of de Vertrouwenscommissie heeft vastgesteld dat de instelling bij afweging in redelijkheid tot zijn voornemen heeft kunnen komen. Artikel 19 Inroepen nietigheid 19.1 In overeenstemming met de wet is een besluit van de instelling, genomen in strijd met artikel 17 van dit reglement, nietig, indien de cliëntenraad tegenover de instelling schriftelijk een beroep op de nietigheid heeft gedaan. 19.2 De cliëntenraad kan slechts een beroep op nietigheid doen binnen een maand nadat de instelling het betreffende besluit heeft medegedeeld, dan wel bij gebreke van deze mededeling, de cliëntenraad is gebleken dat de instelling uitvoering of toepassing geeft aan het betreffende besluit. Artikel 20 Vertrouwenscommissie 20.1 De vertrouwenscommissie binnen de instelling wordt gevormd door de Landelijke Commissie voor Vertrouwenspersonen. Deze heeft tot taak te bemiddelen en zo nodig te oordelen over geschillen.
Artikel 21 Wijziging reglement 21.1 Dit reglement kan worden gewijzigd en aangevuld door de instelling. 22.2 Alvorens de wijziging of aanvulling vast te stellen, stelt de instelling de cliëntenraad in de gelegenheid daarover zijn standpunt kenbaar te maken. Artikel 21 Naleving 21.1 De cliëntenraad en ieder cliënt van de instelling kunnen de kantonrechter van de woonplaats van de instelling schriftelijk verzoeken de instelling te bevelen de artikels 2, 5 tweede lid, 7, 8 en 10 eerste lid van de wet na te leven. 21.2 De verzoeker dient echter eerst schriftelijk de instelling te verzoeken om de handelingen uit te voeren, overeenkomstig in het verzoekschrift is verzocht. De instelling moet een redelijke termijn krijgen om hieraan te voldoen. Artikel 22 Slotbepaling 22.1 Aangelegen, welke beide partijen raken en die niet in dit reglement zijn geregeld, worden behandeld in de geest van de wet. 22.2 De cliëntenraad is bevoegd nadere regelingen omtrent zijn werkwijze te treffen. 22.3 Met de inwerkingtreding van onderhavige reglement komt de werking van het oude reglement te vervallen. Dit reglement treedt heden in werking. Aldus vastgesteld op 13 februari 2014 door de bestuurder, A.G.M. Pinxteren, met instemming van de clientenraad.