Titelblad Asbestinventarisatie conform SC-540 Type-A kantoorpand Capucijnenstraat 43-45, Maastricht Omvang onderzoek: Geheel gebouw of object Gedeelte gebouw of object Representatieve steekproef (bijvoorbeeld 10% van woongebouw t.b.v. sloopmelding) Aanvulling op representatieve steekproef Onvoorzien aanwezig asbest Type asbestinventarisatie: Asbestinventarisatie Type-A, direct waarneembare asbest (houdende producten) Volledig Vermoedens aanwezigheid van niet direct waarneembare asbesthoudende materialen Onvolledig Geen vermoedens aanwezigheid van niet direct waarneembare asbesthoudende materialen Asbestinventarisatie Type-B Asbestinventarisatie Type-G Asbestinventarisatie Type-O, voorafgaand aan NEN 2991:2005 onderzoek Risicobeoordeling: Risicobeoordeling t.b.v. sloop/verbouw, conform SMA-rt Objectieve risicobeoordeling t.b.v. gebouw of object in gebruik, conform NEN 2991:2005 Het rapport is geschikt voor: het verwijderen van uitsluitend in dit rapport onder Type-A geïnventariseerde asbesthoudende materialen. het aansluitend uitvoeren van een Type-B onderzoek ter verificatie van de lijst van redelijk vermoedelijke aanwezig asbest in het daaraan voorafgaande Type A onderzoek. het vaststellen van de gebruiksintegriteit van het gehele gebouw met een asbestinventarisatierapport Type-G. de renovatie van een in de inleiding nader gespecificeerd deel van het onderzochte bouwwerk; de renovatie van het gehele bouwwerk. de sloop van het gehele bouwwerk. opdrachtgever: Gemeente Maastricht projectnummer: 15-1133 deskundig inventariseerder asbest: Rutger Vreeburg (SCA-code51E-220513-410452) datum rapportage: 24-03-2015 datum interne autorisatie: 01-04-2015 verval datum rapport: 01-04-2018 opgesteld door: interne autorisatie Rutger Vreeburg (SCA-code51E-220513-410452) Roger Darding (SCA-code 51E-040814-410582)
Projectgegevens Opdrachtgever: naam Gemeente Maastricht adres Postbus 1992 postcode en plaats 6201 BZ Maastricht telefoonnummer 043-3507101 contactpersoon Dhr. E. Alberts Projectgegevens: projectnummer 15-1133 adres Capucijnenstraat 43-45 postcode en plaats 6211 RP Maastricht Datum onderzoek 11-03-2015, 16-03-2015 Contactpersoon voor locatie Dhr. E. Alberts Telefoonnummer contactpersoon 043-3507101 Opdrachtnemer: naam GBB bv adres Lindenplein 1 postcode en plaats 6225 EP Maastricht telefoonnummer 043 363 3593 e-mail info@gbbmaastricht.nl Certificaatnummer Tüv 22297/1.1 SCA-code 01-D010033.01 Deskundig Inventariseerder Asbest Rutger Vreeburg (SCA-code 51E-220513-410452) Roger Darding (SCA-code 51E-040814-410582) Asbestinventarisatierapport GBB versie 2 2
Inhoud Titelblad 1 Projectgegevens... 2 1 Samenvatting, conclusie en aanbeveling... 4 2 Inleiding... 16 2.1 Asbest Algemeen... 16 3 Onderzoek en resultaten... 17 3.1 Onderzoeksmethodiek... 17 3.2 Resultaten overleg opdrachtgever / beheerder en deskresearch... 17 3.3 Overzicht asbesthoudende toepassingen... 18 3.4 Overzicht van niet asbesthoudende toepassingen... 44 4 Beperkingen onderzoek... 60 4.1 Beperkingen asbestinventarisatie algemeen... 60 4.2 Beperkingen door constructieve ontoegankelijkheid... 60 Bijlage A. Locaties van aangetroffen toepassingen... Bijlage B. Certificaten van de monsteranalyses... Bijlage C: Evaluatieformulier onvoorziene asbest... Bijlage D: Verplichtingen opdrachtgever vanuit wet- en regelgeving... Bijlage E: Risicoklasse indeling volgens SMA-rt... Asbestinventarisatierapport GBB versie 2 3
1 Samenvatting, conclusie en aanbeveling In opdracht van Gemeente Maastricht heeft GBB een asbestinventarisatie TYPE-A conform SC-540 uitgevoerd. Het onderzoek heeft betrekking op het kantoorpand gelegen aan de Capucijnenstraat 43-45 te Maastricht. Het betrof een Type-A inventarisatie van direct waarneembare asbesttoepassingen met licht destructief onderzoek. Het gebouw was ten tijde van de inventarisatie gedeeltelijk in gebruik. De asbestinventarisatie is uitgevoerd in verband met het voornemen de gebouwen te verkopen. Het doel van deze asbestinventarisatie is het in kaart brengen, identificeren en kwantificeren van asbest, asbesthoudende producten, asbest besmet materiaal of asbest besmette constructieonderdelen die aanwezig kunnen zijn in het gebouw. T2 T3 T4 T5 T6 T7 T8 T9 CV-ruimte, zolder, voorgebouw ruimte 319 Tijdens het onderzoek zijn de volgende installaties aangetroffen: nr. ruimte soort inst. merk en type bouwjaar asbestverdacht? * T1 CV-ruimte zolder, portierswoning liftmachinekamer, 2 de voorbouw, ruimte 228 CV-ruimte, 2 de voorbouw, ruimte 217 overloop, 1 ste voorbouw, ruimte 116 2 de verdieping, voorbouw, ruimte 215 BG, voorbouw ruimte 46 BG, voorbouw ruimte 51 BG, E-kast, ruimte 39 aanbeveling/ conclusie CV-ketel Intergas 2001 nee geen maatregelen noodzakelijk CV-ketel Buderus Logano G334 onb. nee geen maatregelen noodzakelijk liftinstallatie Ziehl-Abegg onb. ja geen direct risico, saneren niet direct noodzakelijk, beheersmaatregelen treffen CV-ketel Buderus Logano G334 onb. nee geen maatregelen noodzakelijk E-boiler Inventum onb. nee geen maatregelen noodzakelijk ventilatiekast Rucon onb. nee geen maatregelen noodzakelijk E-boiler Daalderdop onb. nee geen maatregelen noodzakelijk kluis onb. onb. ja geen direct risico, saneren niet direct noodzakelijk, beheersmaatregelen treffen meszekeringen onb. onb. ja geen direct risico, saneren niet direct noodzakelijk, beheersmaatregelen treffen Asbestinventarisatierapport GBB versie 2 4
T10 T11 T12 T13 T14 T15 T16 BG, bar voorbouw ruimte 52 kapel ruimte 21 carré ruimte 104 1 ste verdieping, kapel ruimte kelder kapel, ruimte 017 CV-ruimte, 3 de carré, ruimte 306 CV-ruimte, 3 de carré, ruimte 306 BG, carré ruimte 247 Kelder, carré 3x compressor barkoeling onb. onb. ja geen direct risico, saneren niet direct noodzakelijk, beheersmaatregelen treffen onb. 2001 nee geen maatregelen noodzakelijk Cv-ketel Rodiac 1997 nee geen maatregelen noodzakelijk Cv-ketel 2x Buderus onb. nee geen maatregelen Logano G334 noodzakelijk Cv-ketel Nefit Topline onb. nee geen maatregelen noodzakelijk koelcompressor Cv-ketel Kiddy onb. nee geen maatregelen noodzakelijk luchtbehandeling Thermo-Air 2009 nee geen maatregelen ruimte Carlow noodzakelijk * Op basis van het Handboek Asbest van Intechnium is bepaald of een installatie asbestverdacht is. (Intechnium, Handboek Asbest, verantwoord omgaan met en veilig werken aan asbesthoudende installaties, Woerden, 2000) Wanneer een installatie niet in het handboek vermeld wordt, is deze automatisch asbestverdacht. Asbestinventarisatierapport GBB versie 2 5
bron Tijdens het onderzoek zijn direct waarneembare asbesthoudende toepassingen aangetroffen. monster toepassing locatie afm. * risico-klasse blootstellingrisico 1 M8 M16 M31 board (NH-plaatmat.) 1.1 M77 losliggend board (NH-plaatmat.) 1.2 M10 M11 M70 2 M2 M66 verontreiniging a.g.v. bron 1 asbestcement dakleien 2.1 vis. brokstukken dakleien verschillende ruimtes, zie bronblad en tekeningen atelier in de kelder zolder, voorgebouw ruimte 318 verschillende dakkapellen en daken, zie bronblad en tekeningen op het plat dak bij de kapel 3 M29 plaatmateriaal barkoeling, bovenzijde voorbouw ruimte 52 kapel ruimte 21 carré ruimte 104 4 M67 pakkingen kelder 024 CV-ruimte 217 CV-ruimte 306 5 M30 M36 M56 leidingisolatie kelder voorbouw ruimte 022 boven plafond 1 ste verd. kapel, ruimte 117 kelder voorbouw ruimte 019 47,5m2 3 binnensanering in containment 1m2 2 binnensanering in containment in zijn geheel te saneren 29m2 2 binnensanering in containment 686m2 2 buitensanering ca. 5 stukjes 1 buitensanering d.m.v. handpicking 3x 2m2 2 binnensanering in containment of 1 binnensanering (als geheel te saneren) 2st 2st 2st 2m1 8m1 5m1 2 binnensanering in containment of 1 binnensanering (als geheel te saneren) 3 binnensanering in containment potentieel risico, zo spoedig mogelijk saneren, direct beheersmaatregelen treffen potentieel risico, zo spoedig mogelijk saneren, direct beheersmaatregelen treffen potentieel risico, zo spoedig mogelijk saneren, direct beheersmaatregelen treffen geen direct risico, saneren niet direct noodzakelijk, beheersmaatregelen treffen geen direct risico, zo snel mogelijk saneren vanwege de eenvoud hiervan geen direct risico, saneren niet direct noodzakelijk, beheersmaatregelen treffen geen direct risico, saneren niet direct noodzakelijk, beheersmaatregelen treffen potentieel risico, direct saneren en beheersmaatregelen treffen Asbestinventarisatierapport GBB versie 2 6
5.1 M38 M39 M47 6 M34 M35 M80 M81 verontreiniging a.g.v. bron 5 leidingisolatie stopverf en kit 1 ste verdieping kapel ruimte 117 kelder voorbouw ruimte 022 kelder voorbouw ruimte 019 monumentale ramen kapel 7 M41 plaatmateriaal binnenbekleding koelcel kapel ruimte 23 69m2 2 binnensanering in containment 224m2 2 binnensanering in containment en 2 buitensanering 16m2 2 binnensanering in containment 8 M79 dakbeschot gaskast 3m2 2 buitensanering potentieel risico, direct saneren en beheersmaatregelen treffen geen direct risico, saneren niet direct noodzakelijk, beheersmaatregelen treffen geen direct risico, saneren niet direct noodzakelijk, beheersmaatregelen treffen geen direct risico, saneren niet direct noodzakelijk, beheersmaatregelen treffen Asbestinventarisatierapport GBB versie 2 7
Er zijn monsters genomen van asbestverdachte materialen welke na analyse geen asbest bleken te bevatten in een percentage hoger dan de detectiegrens van 0,1% w/w. monster omschrijving locatie/adres opmerkingen M28 plaatmateriaal ruimte 215, rond stalen kolom plaatmateriaal bleek na analyse niet asbesthoudend M40 plaatmateriaal ruimte trap kapel 2 e verdieping plaatmateriaal bleek na analyse niet asbesthoudend M63 M64 M1, M9 M17 M27 M42 M65 M72 M43 M53 M61 M62 M78 M3 t/m M7, M12 t/m M15, M18 t/m M26, M32 M33 M37 M44 t/m M46, M48 t/m M55, M57 t/m M60, M68 M69 M71 M73 t/m M76 plaatmateriaal stopverf voorportaal en deur kelderruimte gemeenschapsruimte plaatmateriaal bleek na analyse niet asbesthoudend stopverf bleek na analyse niet asbesthoudend kit diverse locaties, zie tekeningen kit bleek na analyse niet asbesthoudend kleefmonsters diverse locaties, zie tekeningen deze kleefmonsters bleken na analyse geen asbestvezels te bevatten Asbestinventarisatierapport GBB versie 2 8
Beperkingen In onderstaande tabel zijn eventuele specifieke beperkingen opgenomen welke de onderzoeker ten tijde van de asbestinventarisatie op de projectlocatie ondervond. Door deze beperkingen heeft geen visuele inspectie plaats kunnen vinden. Indien er beperkingen zijn, is deze rapportage niet volledig. Indien er beperkingen zijn zal het bevoegd gezag een aanvullend Type A eisen, voor het verkrijgen van een sloopmelding. specifieke beperkingen tijdens de uitgevoerde vermoeden direct en niet-direct waarneembare asbestinventarisatie op de projectlocatie asbest Uitsluitingen In onderstaande tabel zijn eventuele uitsluitingen opgenomen van ruimtes welke ten tijde van het onderzoek niet toegankelijk waren en waardoor er hier geen visuele inspectie heeft plaats kunnen vinden. De ruimtes worden uitgesloten in deze rapportage. Indien er werkzaamheden worden voorzien die betrekking (kunnen) hebben op de hieronder benoemde uitsluitingen, zal het bevoegd gezag een aanvullend Type A eisen, voor het verkrijgen van een sloopmelding. specifieke uitsluitingen vermoeden direct en niet-direct waarneembare asbest traforuimte en gaskast asbesthoudend plaatmateriaal, riolering en/of leidingen, asbestverdachte installaties Vermoedens Tijdens het onderzoek zijn zeer beperkt destructieve handelingen verricht welke de integriteit van het gebouw niet aantasten. In onderstaande tabel worden vermoedens van niet-direct waarneembare asbest toepassingen en/of de hierdoor besmette constructieonderdelen opgenomen. Indien er vermoedens zijn van niet-direct waarneembare asbest dan zijn deze bouwkundige en/of installatietechnische onderdelen uitgesloten in deze rapportage. Indien er werkzaamheden worden voorzien die betrekking (kunnen) hebben op de hieronder benoemde vermoedens zal het bevoegd gezag een aanvullend TYPE A of TYPE-B onderzoek eisen, voor het verkrijgen van een sloopmelding. ruimte / onderdeel / reden ingestorte leidingen, niet bereikbare schachten en/of koven zijn zonder destructief onderzoek niet te inspecteren de spouw van spouwmuren is zonder destructief onderzoek niet te inventariseren fundering en/of niet toegankelijke kruipruimtes van bitumen dakbedekking is het zonder destructief onderzoek niet mogelijk om een goed monster te nemen boven vaste plafonds of achter vaste wandafwerking is zonder destructief onderzoek niet te inspecteren onder (vaste) vloerafwerkingen of egaline is zonder destructief onderzoek niet te inspecteren vermoeden niet-direct waarneembare asbest asbesthoudende riolering en/of leidingen asbesthoudende vochtkeringsstroken verloren bekisting, asbesthoudende riolering bitumen dakbedekking kan asbesthoudende lagen bevatten asbesthoudend plaatmateriaal, riolering of leidingisolatie asbesthoudende vloerafwerking, restanten daarvan of (restanten van) asbesthoudende lijmlaag van invloed op doel onderzoek nee, valt buiten onderzoeksdoel nee, valt buiten onderzoeksdoel nee, valt buiten onderzoeksdoel nee, valt buiten onderzoeksdoel nee, valt buiten onderzoeksdoel nee, valt buiten onderzoeksdoel Asbestinventarisatierapport GBB versie 2 9
Conclusie/aanbeveling: Samenvatting NEN-2991 Uit de analyseresultaten van de luchtmonsters kan geconcludeerd worden dat er in een stationaire toestand ten tijde van de metingen, geen concentraties aan asbestvezels in de lucht zijn waargenomen die de streefwaarde overschrijden. Er is dus geen actueel risico aanwezig met betrekking tot het vrijkomen van asbest uit de asbesthoudende toepassingen en/of de daaruit voortkomende besmettingen. In twee van de genomen kleefmonsters op de eerste verdieping van de kapel zijn asbestvezels aangetroffen. Op basis van deze 2 kleefmonsters is de verontreiniging definitief vastgesteld op deze verdieping. Op basis van de resultaten uit dit NEN2991-onderzoek is de Type-A rapportage afgerond. Vastgesteld is dat er geen nieuwe verontreinigingen zijn aangetroffen, anders dan degene die reeds binnen het Type-A onderzoek bekend waren. Verder is het zeer belangrijk dat alle eventuele in het pand aanwezige stofzuigers, dweilen en andere schoonmaakspullen welke zijn gebruikt voor schoonmaak van de besmette ruimtes op de juiste wijze door of onder toezicht van een saneerder worden afgevoerd en/of gereinigd. Bron 1 Op diverse locaties in het complex is niet-hechtgebonden plaatmateriaal aangetroffen. Het betreffen een aantal techniekruimtes alsmede ruimtes onder trappen. In het algemeen verkeert het plaatmateriaal in redelijke conditie. Echter uit de analyse van een aantal genomen kleefmonsters blijkt dat er toch sprake is van een aantal verontreinigingen in de ruimtes zelf, al dan niet in aangrenzende ruimtes. Voor meer informatie hieromtrent zie bron 2.1. Aangezien het een niet-hechtgebonden toepassing betreft welke aangetoond voor een aantal besmettingen heeft gezorgd en gelet op het feit dat het complex in gebruik is heeft GBB aanvullend onderzoek aanbevolen in de vorm van een blootstellingsrisico onderzoek conform de NEN2991. In de conclusie van dit rapport zijn de resultaten van dit extra onderzoek kort samengevat. De ruimtes (gebieden) die tot moment van sanering niet betreden mogen worden zonder PBM s zijn rood gearceerd in de bijgevoegde tekeningen. Asbestinventarisatierapport GBB versie 2 10
Aandachtspunten sanering: Het plaatmateriaal heeft een brandwerende functie, in overleg met de eigenaar dient bepaalt te worden of er direct nieuwe brandwerende beplating aangebracht moet worden door de saneerder op moment dat ruimte is vrijgegeven. In ruimte 322 staat een niet verdachte CV-ketel. Alle losse delen dienen verwijderd te worden voor de reiniging. In overleg met laborant dient bepaalt te worden of de CV-ketel nog verdacht is, e.e.a. afhankelijk van de mogelijke mate van reiniging. In ruimte 319 staat een niet verdachte CV-ketel. Alle losse delen dienen verwijderd te worden voor de reiniging. In overleg met laborant dient bepaalt te worden of de CV-ketel nog verdacht is, e.e.a. afhankelijk van de mogelijke mate van reiniging. In ruimte 306 staan niet verdachte CV-ketels. In deze ruimte is een verontreiniging vastgesteld. Alle losse delen dienen verwijderd te worden voor de reiniging. In overleg met laborant dient bepaalt te worden of de CV-ketels nog verdacht zijn, e.e.a. afhankelijk van de mogelijke mate van reiniging. In ruimte 228 staat een verdachte liftinstallatie. In deze ruimte is geen verontreiniging vastgesteld. Installatie mag worden ingepakt voorafgaand aan de sanering. In de lift, de liftput en op de lift zijn kleefmonsters genomen. Ook in de liftinstallatieruimte zijn kleefmonsters genomen. In geen van deze kleefmonsters is een verontreiniging aangetroffen. Enkel het boardmateriaal dient gesaneerd te worden. Advies om het containment zo klein mogelijk te houden. In ruimte 217 staat een niet verdachte ketel. In deze ruimte is geen verontreiniging vastgesteld. Installatie mag worden ingepakt voorafgaand aan de sanering. Bron 1.1 In het atelier in de kelder is een losse niet-hechtgebonden plaat (2 stukjes) aangetroffen onder de trap. Het betreft een niet-hechtgebonden toepassing welke in redelijke staat verkeert, zodoende is er sprake van een potentieel blootstellingsrisico en dient de toepassing zo snel mogelijk gesaneerd te worden. Eigenaar dient direct beheersmaatregelen te treffen. Bron 1.2 Het board uit bron 1 heeft op de zolder van het voorgebouw, in ruimte 318/319, en in de cvruimte op de 3 e verdieping van de carré geleid tot een verontreiniging met asbestvezels. Aangezien het een niet-hechtgebonden toepassing betreft welke aangetoond voor een aantal besmettingen heeft gezorgd en gelet op het feit dat het complex in gebruik is heeft GBB aanvullend onderzoek aanbevolen in de vorm van een blootstellingsrisico onderzoek conform de NEN2991. In de conclusie van dit rapport zijn de resultaten van dit extra onderzoek kort samengevat. Visueel is vastgesteld dat er in ruimte 322 ook sprake is van een verontreiniging. Ruimte 322, 319, deel 318 en 306 mogen tot moment van saneren niet betreden worden zonder de juiste PBM s. Asbestinventarisatierapport GBB versie 2 11
Bron 2 Op diverse daken en dakkapellen zijn asbestcementen dakleien toegepast. Op het dak van de lichtstraat naast de kapel zijn een aantal brokstukken (lei) aangetroffen, zie bron 2.1 voor meer informatie hieromtrent. Het betreft een hechtgebonden toepassing welke in goede staat verkeert, zodoende is er geen direct blootstellingsrisico en is saneren niet direct noodzakelijk. Eigenaar dient beheersmaatregelen te treffen. Bij de carré zijn de dakkapellen en het vlakke deel van de kapconstructie afgewerkt met een bitumen dakbedekking. Bron 2.1 Er zijn een aantal brokstukjes van de asbestcement leien uit bron 2 aangetroffen op het plat dak (lichtstraat) naast de kapel. Het betreft een hechtgebonden toepassing welke in goede staat verkeert, zodoende is er geen direct blootstellingsrisico; zo snel mogelijk saneren is aanbevolen vanwege de eenvoud hiervan. Bron 3 Op een 3-tal plaatsen, is in de koeling van de bargedeeltes asbesthoudend plaatmateriaal aangetroffen (tegen bovenzijde). Het betreft een hechtgebonden toepassing welke in goede staat verkeert, zodoende is er geen direct blootstellingsrisico. Saneren is niet direct noodzakelijk, eigenaar dient beheersmaatregelen te treffen. Bron 4 In een drietal ruimtes zijn asbesthoudende pakkingen aangetroffen, alle pakkingen in het complex dienen derhalve als asbestverdacht behandeld te worden. Het betreft een niet-hechtgebonden toepassing welke in goede staat verkeert en bovendien goed is afgeschermd, zodoende is er geen direct blootstellingsrisico. Saneren is niet direct noodzakelijk, eigenaar dient beheersmaatregelen te treffen. Asbestinventarisatierapport GBB versie 2 12
Bron 5 Er is op drie locaties asbesthoudende leidingisolatie aangetroffen. In de kelder van de voorbouw (ruimte 022) zit een stuk vlak onder het gewelf. In de kelder onder de keuken (019) is leiding isolatie aangetroffen die behoorlijk beschadigd is en welke visueel voor de verontreiniging van deze ruimte heeft gezorgd. De isolatie is deels direct zichtbaar, deels verwerkt in een houten koof. Op de eerste verdieping van de kapel is boven het plafond van het eerste deel leidingisolatie aangetroffen welke ook behoorlijk beschadigd is. De leiding loopt van links in de hoek langs de muur, waarbij hij halverwege een stuk omhoog gaat. Het betreft een niet-hechtgebonden toepassing, zodoende is er een potentieel of zelfs een actueel blootstellingsrisico. Gelet op het feit dat het complex in gebruik is heeft GBB aanvullend onderzoek aanbevolen in de vorm van een blootstellingsrisico onderzoek conform de NEN2991. In de conclusie van dit rapport zijn de resultaten van dit extra onderzoek samengevat. Kelderruimte 019 en 022 en de eerste verdieping van de kapel mogen tot moment van saneren in ieder geval niet betreden worden zonder PBM s. Bron 5.1 Ten gevolge van de leidingisolatie uit bron 5 zijn een 3-tal verontreinigingen ontstaan. Door analyse van een aantal genomen kleefmonsters is vastgesteld dat er in de kelder 022 sprake is van een lokale verontreiniging. Zie tekening voor het te reinigen gebied. De leidingisolatie in de kelder 019 is zodanig beschadigd dat visueel vastgesteld kon worden dat de gehele kelder verontreinigd is. Uit de analyse van een aantal kleefmonsters genomen in de aan het kruipluik aangrenzende ruimtes is gebleken dat er geen verontreiniging is op de begane grond. Uit de analyse van een aantal kleefmonsters genomen tijdens het Type-A onderzoek is vastgesteld dat er sprake is van een verontreiniging. Uit het NEN-onderzoek bleek de afmeting van de verontreiniging. Van bovenaf gezien is de trap verontreinigd tot de eerste bocht. Ook de linkerhelft van de vloer (1 ste verdieping) is verontreinigd. Vastgesteld is dat de trap verder naar onder de begane grond niet verontreinigd is. Ook de rechter helft van de vloer op de eerste verdieping alsmede de vloer in het volgende deel van de kapel is niet verontreinigd. Het betreft een niet-hechtgebonden toepassing, zodoende is er een potentieel of zelfs een actueel blootstellingsrisico. Gelet op het feit dat het complex in gebruik is heeft GBB aanvullend onderzoek aanbevolen in de vorm van een blootstellingsrisico onderzoek conform de NEN2991. In de conclusie van dit rapport zijn de resultaten van dit extra onderzoek samengevat. Kelderruimte 022, 019 en de eerste verdieping van de kapel mogen in ieder geval niet betreden worden zonder PBM s. Asbestinventarisatierapport GBB versie 2 13
Aandachtspunten sanering: In kelder 022, dient het op tekening gearceerde gebied gereinigd te worden. Advies om dit in combinatie te doen met de sanering van Bron 5. In kelder 019, dient de volledige ruimte gereinigd te worden. Advies om dit in combinatie met de sanering van bron 5 uit te voeren. Wij adviseren te starten met het afplakken van het bovenste deel van de trap, zo wordt eventuele uitbreiding van de verontreiniging naar beneden voorkomen. Wij adviseren de sanering uit te voeren vanuit de grote ruimte van de kapel (ruimte 117), aan de achterzijde van deze ruimte (in ronde ruimte) zit een luik in de vloer dat gebruikt kan worden voor de aan- en afvoer van materieel en materiaal. Het containment omvat het voorste deel van de kapel (verlaagd t.o.v. het grote middelste deel). Visueel is vastgesteld dat de leidingisolatie boven het plafond op de eerste verdieping van de kapel beschadigd is. Aangenomen moet worden dat het volledig plafond verontreinigd is. Aangezien dit plafond op de oude wijze stucwerk is uitgevoerd (op houten latjes) is het niet mogelijk deze op adequate wijze te reinigen, derhalve dient het volledige plafond onder asbestcondities te worden verwijderd. De verontreiniging op de vloer en trap kunnen binnen de kaders van een risicoklasse 2 binnensanering worden uitgevoerd. Het plafond kan ook binnen de kaders van een risicoklasse 2 binnensanering worden gesaneerd, daar het hier gaat om een verontreiniging. Aandacht dient er te zijn voor het feit dat hierbij beschadigingen aan de leidingisolatie voorkomen dienen te worden. Vervolgens kan de leidingisolatie conform bron 5, binnen de kaders van een risicoklasse 3 binnensanering worden gesaneerd. Bron 6 Bij monumentale ramen van de kapel is asbesthoudende kit en stopverf toegepast. Binnen is de kit of stopverf enkel rondom de kozijnen aanwezig. Buiten is het glas gevat met asbesthoudende stopverf/kit. Bij het vervangen van beglazing dient de stopverf buiten conform het stramien van een risicoklasse 2 buitensanering te worden gesaneerd. Het betreft een hechtgebonden toepassing welke in redelijke staat verkeert, zodoende is er geen direct blootstellingsrisico. Saneren is niet direct noodzakelijk, eigenaar dient beheersmaatregelen te treffen. Bron 7 In de koelcel van de kapel, ruimte 23, is asbesthoudend plaatmateriaal toegepast als wanden plafondbetimmering. Het betreft een hechtgebonden toepassing welke in goede staat verkeert, zodoende is er geen direct blootstellingsrisico. Saneren is niet direct noodzakelijk, eigenaar dient beheersmaatregelen te treffen. Bron 8 Er is asbesthoudend plaatmateriaal toegepast als dakbeschot in de gaskast. Het betreft een hechtgebonden toepassing welke in goede staat verkeert, zodoende is er geen direct blootstellingsrisico. Saneren is niet direct noodzakelijk, eigenaar dient beheersmaatregelen te treffen. Asbestinventarisatierapport GBB versie 2 14
Asbestverdachte installaties T3 - In ruimte 228 is een liftinstallatie aangetroffen die als asbestverdacht dient te worden aangemerkt. T8 - In ruimte 51 is een kluis aangetroffen die als asbestverdacht dient te worden aangemerkt. T9 - Op de begane grond in ruimte 39, in de elektrakast, zijn een aantal asbestverdachte meszekeringen aangetroffen. Er liggen ook een aantal losse meszekeringen. T10 - Er zijn een drietal koel-compressors aangetroffen in de 3 bars. De installaties kunnen (niet)-hechtgebonden toepassingen bevatten welke gezien het feit dat ze nog goed afgeschermd zijn niet voor een direct-blootstellingsrisico zorgen. Niet asbesthoudende toepassingen Het plaatmateriaal rondom de stalen kolom in ruimte 215, in het trappenhuis in de kapel en op de deur en in het voorportaal van de kelder van de gemeenschapsruimte bleek niet asbesthoudend, ditzelfde geldt voor zeven genomen stopverfmonsters, vijf kitmonsters. In 43 van de genomen kleefmonsters zijn geen asbestvezels aangetroffen Op basis van deze rapportage kunnen de beschreven asbesttoepassingen worden gesaneerd en kan het pand worden gerenoveerd, rekening houdend met eventueel in dit rapport vermelde beperkingen, uitsluitingen en/of vermoedens. Asbestinventarisatierapport GBB versie 2 15
2 Inleiding In deze rapportage zijn de voorbereiding, uitvoering en bevindingen van een asbestinventarisatie TYPE-A beschreven. Alle werkzaamheden zijn uitgevoerd en gerapporteerd conform de wettelijke eisen, die zijn vastgelegd in de SC-540. Bedrijven zijn bevoegd tot het vervaardigen van dergelijke rapportages als ze beschikken over een geldig SC-540 certificaat. De asbestinventarisatie moet op een deskundige wijze uitgevoerd worden om gezondheidsrisico s voor de onderzoeker en de directe omgeving te voorkomen. De medewerkers van GBB gaan bewust met deze gezondheidsrisico s om en de werkzaamheden worden alleen uitgevoerd door deskundige, ervaren personen die in het bezit zijn van een DIA certificaat. De rapportage is met de grootst mogelijke zorgvuldigheid opgesteld. Als u eventuele vragen of opmerkingen heeft, dan wordt het gewaardeerd contact met ons op te nemen. De asbestinventarisatie is uitgevoerd in verband met het voornemen het gebouw te verkopen. Doel is het in kaart brengen van mogelijk aanwezige (in)direct waarneembare asbesthoudende toepassingen in de bouwdelen, al dan niet met licht destructief onderzoek en de rapportage te gebruiken voor eventueel noodzakelijke saneringen. Op basis van deze rapportage kunnen de beschreven asbesttoepassingen worden gesaneerd en kan de onderzochte woning worden gerenoveerd, rekening houdend met eventueel in dit rapport vermelde beperkingen, uitsluitingen en/of vermoedens. 2.1 Asbest Algemeen Asbest is een vezelachtige minerale delfstof die in het verleden zeer veel werd toegepast, voornamelijk in de bouw. Onbrandbaarheid, grote slijtvastheid, vochtwerendheid en een lage prijs zijn de belangrijkste goede eigenschappen van asbest. Asbesthoudende toepassingen zijn altijd composietmaterialen; dat wil zeggen opgebouwd uit meerdere materialen. Omdat asbestvezels op zich niet samenhangend zijn, is een bindmiddel zoals bijvoorbeeld cement noodzakelijk. Asbest wordt vrijwel altijd als toeslagmateriaal gebruikt. De levensduur van het zo ontstane composietmateriaal wordt in de meeste gevallen bepaald door het bindmiddel, want asbest op zichzelf is onverwoestbaar. Afnemende bindingswerking wordt eveneens aangeduid als een afname van de hechtgebondenheid van asbestvezels. Bij een afname van de hechtgebondenheid van het materiaal kan vezelemissie toenemen. Dit kan gevaar voor de gezondheid opleveren. Asbestinventarisatierapport GBB versie 2 16
3 Onderzoek en resultaten 3.1 Onderzoeksmethodiek Voor het uitvoeren van een asbestinventarisatie TYPE-A inclusief licht destructief onderzoek wordt systematisch te werk gegaan. Voorafgaand aan het uitvoeren van het onderzoek wordt deskresearch uitgevoerd. Hiervoor wordt ten eerste beoordeeld of deskresearch noodzakelijk is. Indien deskresearch noodzakelijk wordt geacht, worden gegevens zoals tekeningen, oude inventarisatierapportages en bestekken opgevraagd bij de opdrachtgever. Indien de opdrachtgever deze niet kan aanleveren worden de gegevens opgevraagd bij bouw- en woningtoezicht. Aan de hand van de resultaten van het deskresearch wordt een inspectieplan opgesteld. Alvorens daadwerkelijk te starten met het onderzoek vindt, indien ons de gelegenheid wordt geboden, overleg plaats met de beheerder en/of gebruiker van de locatie. Alle relevante informatie wordt verwerkt in het inspectieplan. Met behulp van het inspectieplan wordt de locatie systematisch geïnspecteerd op de aanwezigheid van direct-waarneembare asbestverdachte materialen. Ook wordt onderzoek verricht naar een mogelijke secundaire besmetting. Hiermee worden verontreinigingen met asbestvezels of restanten en brokstukken asbestverdacht materiaal bedoeld, die afkomstig zijn van de aanwezige asbestverdachte materialen of bij een eerder uitgevoerde asbestsanering zijn achtergebleven. Van de asbestverdachte materialen worden monsters genomen, mits de veiligheid van de onderzoeker niet in gevaar komt. Om met 100% zekerheid te kunnen stellen dat een verdachte toepassing asbesthoudend is dient een analyse van het materiaalmonster door een hiervoor geaccrediteerd laboratorium uitgevoerd te worden. 3.2 Resultaten overleg opdrachtgever / beheerder en deskresearch Overleg: contactpersoon: uitkomst overleg: Dhr. E. Alberts Er zijn geen bekende asbesthoudende toepassingen aanwezig in het gebouw. documentsoort resultaat deskresearch datum/versie tekening geen asbestverdachte toepassingen op tekening Asbestinventarisatierapport GBB versie 2 17
3.3 Overzicht asbesthoudende toepassingen In deze paragraaf en in paragraaf 3.4 staan de resultaten weergegeven van de visuele inspectie en de analyses van de bemonsterde asbestverdachte toepassingen. Voor de duidelijkheid zijn in deze paragrafen foto s en detailgegevens van deze materialen opgenomen. Op de hierna volgende pagina s zijn de onderzoeksgegevens van de aangetroffen asbesthoudende of asbestverdachte toepassingen overzichtelijk in een bronblad weergegeven. In de volgende paragraaf zijn de asbestvrije toepassingen opgenomen. De nummers van de bronnen en monsters corresponderen met de nummers op de tekeningen. Een bronblad met foto waarop een rode pijl te zien is betreft een asbesthoudende dan wel asbestverdachte bron. Een bronblad met foto waarop een groene pijl is weergegeven betreft een niet-asbesthoudende bron. Voor iedere asbestbron wordt ten behoeve van de sanering de risicoklasse bepaald, zoals staat aangegeven in het Arbeidsomstandighedenbesluit. Als leidraad voor de bepaling van de risicoklasse wordt SMA-rt gebruikt, te vinden via website: www.asbestinfo.nl. Asbestinventarisatierapport GBB versie 2 18
Bron 1 NH plaatmateriaal certificaat / monster STL.8835 / 36313 M8 STL.8835 / 36321 M16 STL.8835 / 36336 M31 toepassing board (niet-hechtgebonden plaatmateriaal) binnen / buiten binnen locatie hoeveelheid (±) bevestigingsmethode binding conditie bereikbaarheid zie hieronder en zie tekeningen ruimte 322 (plafond): 5m2 ruimte 319 (plafond en tegen zijkant): 6m2 ruimte 318 (koof): 7m2 ruimte 306 (plafond): 5,5m2 ruimte 228 (plafond) en plafond liftschacht: 9,5m2 ruimte 217 (plafond): 5,5m2 ruimte 116 (trapkast, tegen onderzijde trap): 0,5m2 ruimte 31a (tegen onderzijde trap): 8,5m2 Totaal 47,5m2 genageld niet-hechtgebonden redelijk enkele beschadigingen redelijk risicoklasse 3 verwijderingsmethodiek binnensanering in containment; met best bestaande technieken opmerking sanering zie hieronder blootstellingrisico gebruik monster M8 M16 M31 potentieel en/of actueel risico; NEN2991 uitvoeren soort asbest en percentage chrysotiel 0,1-2%, amosiet 15-30%; conf. analyse laboratorium (PLM) amosiet 15-30%; conf. analyse laboratorium (PLM) chrysotiel 5-10%, amosiet 5-10%; conf. analyse laboratorium (PLM) opmerkingen/bijzonderheden: geen conclusie en aanbeveling Op diverse locaties in het complex is niet-hechtgebonden plaatmateriaal aangetroffen. Het betreffen een aantal techniekruimtes alsmede ruimtes onder trappen. In het algemeen verkeert het plaatmateriaal in redelijke conditie. Echter uit de analyse van een aantal genomen kleefmonsters blijkt dat er toch sprake is van een aantal verontreinigingen in de ruimtes zelf, al dan niet in aangrenzende ruimtes. Voor meer informatie hieromtrent zie bron 2.1. Aangezien het een niet-hechtgebonden toepassing betreft welke aangetoond voor een aantal besmettingen heeft gezorgd en gelet op het feit dat het complex in gebruik is heeft GBB aanvullend onderzoek aanbevolen in de vorm van een blootstellingsrisico onderzoek conform de NEN2991. In de conclusie van dit rapport zijn de resultaten van dit extra onderzoek kort samengevat. De ruimtes (gebieden) die tot moment van sanering niet betreden mogen worden zonder PBM s zijn rood gearceerd in de bijgevoegde tekeningen. Asbestinventarisatierapport GBB versie 2 19
Aandachtspunten sanering: Het plaatmateriaal heeft een brandwerende functie, in overleg met de eigenaar dient bepaalt te worden of er direct nieuwe brandwerende beplating aangebracht moet worden door de saneerder op moment dat ruimte is vrijgegeven. In ruimte 322 staat een niet verdachte CV-ketel. Alle losse delen dienen verwijderd te worden voor de reiniging. In overleg met laborant dient bepaalt te worden of de CV-ketel nog verdacht is, e.e.a. afhankelijk van de mogelijke mate van reiniging. In ruimte 319 staat een niet verdachte CV-ketel. Alle losse delen dienen verwijderd te worden voor de reiniging. In overleg met laborant dient bepaalt te worden of de CV-ketel nog verdacht is, e.e.a. afhankelijk van de mogelijke mate van reiniging. In ruimte 306 staan niet verdachte CV-ketels. In deze ruimte is een verontreiniging vastgesteld. Alle losse delen dienen verwijderd te worden voor de reiniging. In overleg met laborant dient bepaalt te worden of de CV-ketels nog verdacht zijn, e.e.a. afhankelijk van de mogelijke mate van reiniging. In ruimte 228 staat een verdachte liftinstallatie. In deze ruimte is geen verontreiniging vastgesteld. Installatie mag worden ingepakt voorafgaand aan de sanering. In de lift, de liftput en op de lift zijn kleefmonsters genomen. Ook in de liftinstallatieruimte zijn kleefmonsters genomen. In geen van deze kleefmonsters is een verontreiniging aangetroffen. Enkel het boardmateriaal dient gesaneerd te worden. Advies om het containment zo klein mogelijk te houden. In ruimte 217 staat een niet verdachte ketel. In deze ruimte is geen verontreiniging vastgesteld. Installatie mag worden ingepakt voorafgaand aan de sanering. Bron 1/M8: NH-plaatmateriaal in het cv-hok (ruimte 322) op de 3 e verdieping, asbesthoudend. Bron 1: NH-plaatmateriaal in het cv-hok (ruimte 319) op de 3 e verdieping, asbesthoudend. Asbestinventarisatierapport GBB versie 2 20
Bron 1/M16: NH-plaatmateriaal (koof) in ruimte 318 op de 3 e verdieping, asbesthoudend. Bron 1: NH-plaatmateriaal in het liftruimte en schacht (ruimte 228), asbesthoudend. Bron 1: NH-plaatmateriaal CV-ruimte (ruimte 217), asbesthoudend. (zitten ook aantal gipsplaten, dienen ook onder asbestcondities verwijderd te worden) Asbestinventarisatierapport GBB versie 2 21
Bron 1: NH-plaatmateriaal tegen onderzijde trap (trapkast ruimte 116), asbesthoudend. Bron 1/M31: NH-plaatmateriaal tegen onderzijde trap (ruimte 31a), asbesthoudend. Asbestinventarisatierapport GBB versie 2 22
Bron 1.1 NH plaatmateriaal certificaat / monster STL.9140 / 37484 M77 toepassing board (niet-hechtgebonden plaatmateriaal) binnen / buiten binnen locatie atelier in de kelder onder trap hoeveelheid (±) <1m2 / 2 stukjes bevestigingsmethode losstaand binding niet-hechtgebonden conditie redelijk bereikbaarheid redelijk risicoklasse 2 verwijderingsmethodiek binnensanering in containment; in zijn geheel te saneren opmerking sanering Voor de afmeting van het containment dient het op tekening gearceerde gebied te worden aangehouden. Aanwezige spullen dienen in overleg met gebruiker, onder asbestcondities worden afgevoerd of worden gereinigd. blootstellingrisico gebruik monster M77 potentieel risico; zo snel mogelijk saneren en direct beheersmaatregelen treffen soort asbest en percentage chrysotiel 2-5%, amosiet 5-10%; conf. analyse laboratorium (PLM) opmerkingen/bijzonderheden: Op basis van deze bron zijn een viertal kleefmonsters genomen, deze bleken alle vier geen asbestvezels te bevatten. conclusie en aanbeveling In het atelier in de kelder is een losse niet-hechtgebonden plaat (2 stukjes) aangetroffen onder de trap. Het betreft een niet-hechtgebonden toepassing welke in redelijke staat verkeert, zodoende is er sprake van een potentieel blootstellingsrisico en dient de toepassing zo snel mogelijk gesaneerd te worden. Eigenaar dient direct beheersmaatregelen te treffen. Bron 1.1/M77: NH-plaatmateriaal onder de trap in het atelier in de kelder, asbesthoudend. Asbestinventarisatierapport GBB versie 2 23
Bron 1.2 verontreiniging certificaat / monster STL.8835 / 36315 M10 STL.8835 / 36316 M11 STL.9140 / 37477 M70 toepassing verontreiniging n.a.v. bron 1, vastgesteld door kleefmonsters binnen / buiten binnen locatie zolder, voorgebouw; ruimte 318 en de cv-ruimte hoeveelheid (±) ruimte 322: 3,5m2 ruimte 319: 12m2 ruimte 306: 13,5m2 totaal: 29m2 bevestigingsmethode binding conditie bereikbaarheid risicoklasse 2 verwijderingsmethodiek binnensanering in containment; met best bestaande technieken opmerking sanering al dan niet uitvoeren in combinatie met sanering Bron 1. Containments dienen opgebouwd worden conform de gearceerde gebieden op tekening. blootstellingrisico gebruik monster M10 M11 M70 potentieel risico; zo snel mogelijk saneren en direct beheersmaatregelen treffen soort asbest en percentage amosiet aangetroffen; conf. analyse laboratorium (PLM) chrysotiel aangetroffen; conf. analyse laboratorium (PLM) amosiet aangetroffen; conf. analyse laboratorium (PLM) opmerkingen/bijzonderheden: geen conclusie en aanbeveling Het board uit bron 1 heeft op de zolder van het voorgebouw, in ruimte 318/319, en in de cvruimte op de 3 e verdieping van de carré geleid tot een verontreiniging met asbestvezels. Aangezien het een niet-hechtgebonden toepassing betreft welke aangetoond voor een aantal besmettingen heeft gezorgd en gelet op het feit dat het complex in gebruik is heeft GBB aanvullend onderzoek aanbevolen in de vorm van een blootstellingsrisico onderzoek conform de NEN2991. In de conclusie van dit rapport zijn de resultaten van dit extra onderzoek kort samengevat. Visueel is vastgesteld dat er in ruimte 322 ook sprake is van een verontreiniging. Ruimte 322, 319, deel 318 en 306 mogen tot moment van saneren niet betreden worden zonder de juiste PBM s. Asbestinventarisatierapport GBB versie 2 24
Bron 1.2/M10: asbestvezels in dit kleefmonster tonen verontreiniging aan in ruimte 318. Bron 1.2/M11: asbestvezels in dit kleefmonster tonen verontreiniging aan in ruimte 318. Bron 1.2/M70: asbestvezels in dit kleefmonster tonen verontreiniging aan in de cv-ruimte. Asbestinventarisatierapport GBB versie 2 25
Bron 2 asbestcement leien certificaat / monster STL.8835 / 36307 M2 STL.9140 / 37473 M66 toepassing asbestcement dakleien binnen / buiten buiten locatie verschillende daken en dakkapellen, zie tekeningen hoeveelheid (±) dak van kapel: ca. 375m2 dakkapellen (dak en zijkanten) voorbouw: 11m2 dak carré: 300m2 Totaal ca.: 686m2 bevestigingsmethode geklemd (haakjes) binding hechtgebonden conditie goed bereikbaarheid matig (op hoogte) risicoklasse 2 verwijderingsmethodiek buitensanering; met best bestaande technieken opmerking sanering geen blootstellingrisico gebruik asbest chrysotiel geen direct risico, saneren niet direct noodzakelijk, beheersmaatregelen treffen percentage 10-15%; conform analyse laboratorium (PLM) opmerkingen/bijzonderheden: geen conclusie en aanbeveling Op diverse daken en dakkapellen zijn asbestcementen dakleien toegepast. Op het dak van de lichtstraat naast de kapel zijn een aantal brokstukken (lei) aangetroffen, zie bron 2.1 voor meer informatie hieromtrent. Het betreft een hechtgebonden toepassing welke in goede staat verkeert, zodoende is er geen direct blootstellingsrisico en is saneren niet direct noodzakelijk. Eigenaar dient beheersmaatregelen te treffen. Bij de carré zijn de dakkapellen en het vlakke deel van de kapconstructie afgewerkt met een bitumen dakbedekking. Asbestinventarisatierapport GBB versie 2 26
Bron 2/M2: cementen dakleien dak en zijkant dakkapellen voorbouw, asbesthoudend. Bron 2/M66: cementen dakleien carré, asbesthoudend. Bron 2: cementen dakleien carré en kapel, asbesthoudend. Asbestinventarisatierapport GBB versie 2 27
Bron 2.1 brokstukken certificaat / monster STL.8835 / 36307 M2 STL.9140 / 37473 M66 toepassing brokstukken asbestcement dakleien binnen / buiten buiten locatie plat dak (lichtstraat) naast kapel hoeveelheid (±) ca. 5 stukjes bevestigingsmethode losliggend binding hechtgebonden conditie redelijk bereikbaarheid goed (op plat dak) risicoklasse 1 verwijderingsmethodiek buitensanering; in zijn geheel te saneren opmerking sanering geen blootstellingrisico gebruik asbest chrysotiel geen direct risico, zo snel mogelijk saneren vanwege eenvoud hiervan percentage 10-15%; conform analyse laboratorium (PLM) opmerkingen/bijzonderheden: geen conclusie en aanbeveling Er zijn een aantal brokstukjes van de asbestcement leien uit bron 2 aangetroffen op het plat dak (lichtstraat) naast de kapel. Het betreft een hechtgebonden toepassing welke in goede staat verkeert, zodoende is er geen direct blootstellingsrisico; zo snel mogelijk saneren is aanbevolen vanwege de eenvoud hiervan. Bron 2.1: brokstukken cementen dakleien, asbesthoudend. Asbestinventarisatierapport GBB versie 2 28
Bron 3 plaatmateriaal certificaat / monster STL.8835 / 36334 M29 toepassing plaatmateriaal binnen / buiten binnen locatie ruimte 53 voorbouw (begane grond), koeling bar ruimte 21 kapel (begane grond), koeling bar ruimte 104 carré (1 ste verdieping), koeling bar hoeveelheid (±) 3x 2m2 bevestigingsmethode geklemd/geschroefd binding hechtgebonden conditie goed bereikbaarheid goed risicoklasse verwijderingsmethodiek opmerking sanering blootstellingrisico gebruik asbest chrysotiel zie hieronder RK1 binnensanering; indien barkoeling als geheel wordt gesaneerd óf RK2 binnensanering in containment; met best bestaande technieken geen geen direct risico, saneren niet direct noodzakelijk, beheersmaatregelen treffen percentage 2-5%; conform analyse laboratorium (PLM) opmerkingen/bijzonderheden: geen conclusie en aanbeveling Op een 3-tal plaatsen, is in de koeling van de bargedeeltes asbesthoudend plaatmateriaal aangetroffen (tegen bovenzijde). Het betreft een hechtgebonden toepassing welke in goede staat verkeert, zodoende is er geen direct blootstellingsrisico. Saneren is niet direct noodzakelijk, eigenaar dient beheersmaatregelen te treffen. Bron 3/M29: asbesthoudend plaatmateriaal in koeling bar Asbestinventarisatierapport GBB versie 2 29
Bron 4 pakkingen certificaat / monster STL.9140 / 37474 M67 toepassing pakkingen binnen / buiten binnen locatie kelder 024, cv-ruimte 217 en cv-ruimte 306 hoeveelheid (±) 2 stuks per ruimte (6 in totaal) bevestigingsmethode geklemd binding niet-hechtgebonden conditie goed bereikbaarheid goed risicoklasse verwijderingsmethodiek opmerking sanering blootstellingrisico gebruik asbest chrysotiel zie hieronder RK1 binnensanering in zijn geheel te saneren (sloopscenario) óf RK2 binnensanering in containment met best bestaande technieken geen geen direct risico, saneren niet direct noodzakelijk, beheersmaatregelen treffen percentage 30-60%; conform analyse laboratorium (PLM) opmerkingen/bijzonderheden: geen conclusie en aanbeveling In een drietal ruimtes zijn asbesthoudende pakkingen aangetroffen, alle pakkingen in het complex dienen derhalve als asbestverdacht behandeld te worden. Het betreft een niet-hechtgebonden toepassing welke in goede staat verkeert en bovendien goed is afgeschermd, zodoende is er geen direct blootstellingsrisico. Saneren is niet direct noodzakelijk, eigenaar dient beheersmaatregelen te treffen. Bron 4/M67: asbesthoudende pakkingen, cv-ruimte op de 3 e verdieping Asbestinventarisatierapport GBB versie 2 30
Bron 5 leidingisolatie certificaat / monster STL.8835 / 36335 M30 STL.9140 / 37443 M36 STL.9140 / 37463 M56 toepassing leidingisolatie binnen / buiten locatie en hoeveelheid (±) bevestigingsmethode binding conditie bereikbaarheid binnen kelder voorbouw ruimte 022; 2m1 boven plafond 1 e verdieping kapel; 8m1 kelder voorbouw ruimte 019; 2m1 gesmeerd/omwikkeld niet-hechtgebonden matig/beschadigd matig risicoklasse 3 verwijderingsmethodiek binnensanering in containment; met best bestaande technieken opmerking sanering geen blootstellingrisico gebruik monster M30 M36 M56 potentieel blootstellingsrisico, direct saneren en direct beheersmaatregelen treffen. soort asbest en percentage amosiet 5-10%; conform analyse laboratorium (PLM) chrysotiel 2-5% en amosiet 5-10%; conform analyse (PLM) chrysotiel 5-10% en amosiet 5-10%; conform analyse (PLM) opmerkingen/bijzonderheden: geen conclusie en aanbeveling Er is op drie locaties asbesthoudende leidingisolatie aangetroffen. In de kelder van de voorbouw (ruimte 022) zit een stuk vlak onder het gewelf. In de kelder onder de keuken (019) is leiding isolatie aangetroffen die behoorlijk beschadigd is en welke visueel voor de verontreiniging van deze ruimte heeft gezorgd. De isolatie is deels direct zichtbaar, deels verwerkt in een houten koof. Op de eerste verdieping van de kapel is boven het plafond van het eerste deel leidingisolatie aangetroffen welke ook behoorlijk beschadigd is. De leiding loopt van links in de hoek langs de muur, waarbij hij halverwege een stuk omhoog gaat. Het betreft een niet-hechtgebonden toepassing, zodoende is er een potentieel of zelfs een actueel blootstellingsrisico. Gelet op het feit dat het complex in gebruik is heeft GBB aanvullend onderzoek aanbevolen in de vorm van een blootstellingsrisico onderzoek conform de NEN2991. In de conclusie van dit rapport zijn de resultaten van dit extra onderzoek samengevat. Kelderruimte 019 en 022 en de eerste verdieping van de kapel mogen tot moment van saneren in ieder geval niet betreden worden zonder PBM s. Aandachtspunten sanering: zie bron 5.1. Asbestinventarisatierapport GBB versie 2 31
Bron 5/M30: leidingisolatie in kelderruimte 022, asbesthoudend Bron 5/M36: leidingisolatie in kapel boven plafond, asbesthoudend Bron 5/M56: leidingisolatie in kelderruimte 019, asbesthoudend Asbestinventarisatierapport GBB versie 2 32
Bron 5.1 verontreiniging certificaat / monster STL.9140 / 37445 M38 STL.9140 / 37446 M39 STL.9140 / 37454 M47 toepassing verontreiniging n.a.v. bron 5 binnen / buiten locatie en hoeveelheid (±) bevestigingsmethode binding conditie bereikbaarheid binnen kelder voorbouw ruimte 022; 9m2 kelder voorbouw ruimte 019; 13m2 boven plafond 1 e verdieping kapel; 34m2 vloer 1 e verdieping kapel; 13m2 matig (kelders of grote hoogte) risicoklasse 2 verwijderingsmethodiek binnensanering in containment; met best bestaande technieken opmerking sanering zie hieronder blootstellingrisico gebruik monster M38 M39 M47 potentieel blootstellingsrisico, direct saneren en direct beheersmaatregelen treffen. soort asbest en percentage chrysotiel aangetroffen; conform analyse laboratorium (PLM) chrysotiel aangetroffen; conform analyse laboratorium (PLM) amosiet aangetroffen; conform analyse laboratorium (PLM) opmerkingen/bijzonderheden: geen conclusie en aanbeveling Ten gevolge van de leidingisolatie uit bron 5 zijn een 3-tal verontreinigingen ontstaan. Door analyse van een aantal genomen kleefmonsters is vastgesteld dat er in de kelder 022 sprake is van een lokale verontreiniging. Zie tekening voor het te reinigen gebied. De leidingisolatie in de kelder 019 is zodanig beschadigd dat visueel vastgesteld kon worden dat de gehele kelder verontreinigd is. Uit de analyse van een aantal kleefmonsters genomen in de aan het kruipluik aangrenzende ruimtes is gebleken dat er geen verontreiniging is op de begane grond. Uit de analyse van een aantal kleefmonsters genomen tijdens het Type-A onderzoek is vastgesteld dat er sprake is van een verontreiniging. Uit het NEN-onderzoek bleek de afmeting van de verontreiniging. Van bovenaf gezien is de trap verontreinigd tot de eerste bocht. Ook de linkerhelft van de vloer (1 ste verdieping) is verontreinigd. Vastgesteld is dat de trap verder naar onder de begane grond niet verontreinigd is. Ook de rechter helft van de vloer op de eerste verdieping alsmede de vloer in het volgende deel van de kapel is niet verontreinigd. Asbestinventarisatierapport GBB versie 2 33