Afzuigkap met sensoren
SENSOREN Vochtigheidssensor Warmtesensor Verbindingskabel Sensor voor laagste temperatuur 2
POSITIE VAN DE SENSOREN Temperatuursensor (in het bovenste deel van de afzuigkap) Warmte- en vochtigheidssensor 3
EIGENSCHAPPEN De sensoren functioneren goed tot een temperatuur van 35. Bij omgevingsveranderingen (temperatuur, vochtigheid) worden de sensoren geactiveerd en de elektronische componenten kunnen temperaturen tot +85 weerstaan. In ON positie wordt om de 30 minuten gecallibreerd. Is de afzuigkap in functie, dan worden geen callibraties uitgevoerd. Zijn de sensoren ingeschakeld, dan verschijnt op de display een A en het woord Sensor. 4
EIGENSCHAPPEN Functioneert een van de sensoren niet, dan knippert het display.functioneert een van de sensoren niet, dan moet de gehele sensorset (een unit) worden vervangen. 5
Verlichting Touch Control F Sensor T1 T2 T3 T4 Lamp Aan/Uit: T4 brandt, wanneer de lamp is ingeschakeld 6
F Sensor T1 T2 T3 T4 Uit-stand-by/Aan: Door het drukken op de T1-toets wordt de Uit-toestand bereikt. Befindt zich de kap in de automatische functie, dan is die door eenmaal op de T1-toets te drukken in de stand-by-functie. Nog een keer drukken op de T1-toets, schakelt de kap volkomen uit (LED is uit). De Uit-functie heeft een zeer hoge prioriteit. Alle andere functies zijn gedeactiveerd, met uitzondering van de lamptoets T4. De Aan-functie wordt ook met de T1-toets gerealiseerd. T2 en T3 zijn dan geactiveerd en de veiligheidsprocedure is actief. 7
F Sensor Motor inschakelen: T1 T2 T3 T4 Met de T2-toets wordt de motor op die snelheid ingesteld, waarmee de kap het laatst werd gebruikt. Snelheidstrappen kiezen: Met de T2-toets kunnen 3 snelheidstrappen en een intensieve trap worden geselecteerd. De intensieve trap is 5 min. actief en schakelt dan naar de laatst geselecteerde snelheidstrap terug. 8
F Sensor T1 T2 T3 T4 Vetfiltersignaal: Het vetfiltersignaal verschijnt na 80 arbeidsuren. Het F-symbool brandt en de LED snelheidstrap 1 knippert. Het signaal is in de stand-by-toestand niet zichtbaar. Koolfiltersignaal: Het koolfiltersignaal wordt na 320 arbeidsuren gegeven. Het F- symbool brandt en de LED snelheidstrap 2 knippert. Het signaal is in de stand-by toestand niet zichtbaar. 9
F Sensor Vetfilter-Reset: Koolfilter-Reset: T1 T2 T3 T4 De vetfilterindicaties kunnen door ca. 3 seconden lang drukken op de T1-toets worden teruggezet. De reset is ten einde, wanner de F-LED uitgaat en een signaaltoon klinkt. 10
F Sensor T1 T2 T3 T4 Automatische functie: De afzuigkap start en regelt de snelheden, wanneer de sensoren omgevingsveranderingen waarnemen. Wordt één of andere toets ingedrukt, gaat de kap in de handmatige functie. 11
Sensor-test: Gedurende de automatische werking worden de sensoren voortdurend door de elektronica gecontroleerd. Wanneer er een storing optreedt, knippert het gekleurde sensorveld. Dat gebeurt wanneer de contacten onderbroken zijn of een sensor defect is. De kap kan dan verder manueel worden gebruikt. 12
Veiligheidsfunctie: Wanneer de afzuigkap in de stand-by mode is geschakeld en de omgevingssituaties bijv. doordat een kookveld wordt gebruikt sterk veranderen, dan start de kap in de automatische functie. Manuele callibratie: Een manuele callibratie kan door het tegelijk drukken op de toetsen T1 en T3 (gedurende 3 seconden) worden geactiveerd. Wanneer een signaaltoon klinkt is de callibratie klaar. 13