Gezond ouder worden een gezond hormoonsysteem



Vergelijkbare documenten
Anatomie / fysiologie

Hormoon onderzoek Voorbeeld verslag hormoonanalyse

Biologie SE4. Hoofdstuk 13 Paragraaf 1 Begrippenlijst:

de productieplaats van groeihormoon 8 2. oorzaken van een groeihormoontekort 18 gemeten 24 symptomen van een tekort 30

WAAROM WILLEN WE EFFECTEN T.H.V. HORMONEN VASTSTELLEN?

Fysiologie / Hormonen Endocriene stelsel

PCOS (Poly Cysteus Ovarium Syndroom)

Extra paragraaf. Hormonen

Webinar WEBINAR Inside Out Health Jenaida van Wijk, integraal arts. Boodschappers Eiwi?en. Wat zijn hormonen?

Onderdeel Hypothalamus-Hypofyse (Bern/Levy, Hoofdstuk 44)

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 13 Hormonen

GEZONDHEIDSKUNDE-AFP LES 4. Gezonde voeding

MELATONINE. Het natuurlijke slaapmiddel

Nederlandse samenvatting

Module 4 Hormonen. Homeostase. Het handhaven van de verschillende balansen in het lichaam. Continue taak, o.i.v. de steeds wisselende omstandigheden

Het lichamelijke aspect van stress wordt beschreven door de zogenaamde

vwo hormoonstelsel 2010

Metyrapontest. Afdeling Interne geneeskunde

1. Het groeihormoon. Figuur 2: Groeihormoon neemt af met de leeftijd Figuur 4: Effecten van groeihormoon

V5 Begrippenlijst Hormonen

PATIËNTENINFORMATIE. ADRENOGENITAAL SYNDROOM Informatie voor ouders/verzorgers

Multi Iron 120 tabletten Verkoopprijs 36,95

Samenvatting. Chapter 8

Gezondheid & Voeding

Overmatig drinken en plassen is een vaak voorkomend symptoom bij de. hond. Het kan veroorzaakt worden door verschillende ziekten in het

Schildklierafwijkingen en zwangerschap

Ingrediënten: Vitaminen, mineralen, capsule (gelatine), anti-klontermiddel (magnesiumstearaat, siliciumdioxide).

Samenvatting Biologie Thema 6

PCOS. Wat is PCOS? Bij wie komt PCOS voor? Onderzoek

Informatie voor patiënten. PCOS (polycysteus ovariumsyndroom)

Hypothyreoïdie Traag werkende schildklier

De onderontwikkelde follikels die bij PCOS ontstaan, worden cysten genoemd.

Ingrediënten: Vitaminen, mineralen, bioflavonoïden, enzymen, aminozuren, plantenextracten, capsule (gelatine), glucosamine 2KCl (schaaldieren).

Algemene Samenvatting

- Is een centrale hormoonklier die zich net onder de grote hersenen bevindt en een doorsnee van ongeveer één centimeter heeft.

Voeding. Orthomoleculaire Geneeskunde

Ingrediënten: Vitaminen, mineralen, bioflavonoïden, enzymen, aminozuren, plantenextracten, capsule (gelatine), glucosamine 2KCl (schaaldieren).

Herken je 3 of meer van bovenstaande symptomen, dan heb je mogelijk een tekort aan schildklierhormoon.

Voedingsadvies bij Diabetes Mellitus. Bij gebruik van GLP-1-analoog

schildklierafwijkingen en zwangerschap

Doe de test: welke hormonen zijn uit balans?

Een kijkje achter de buizen. Judith Emmen klinisch chemicus

Nederlandse samenvatting

Patiënteninformatie Diagnostiek Patiëntenversie over Diagnostiek

Koolhydraatbeperking S, M, L. Welke maat heeft je cliënt? Welkom Waarschuwing

Vitamine E Vitamine E draagt bij tot de bescherming van cellen tegen oxidatieve stress

Voortplantingshormonen

Schildklierafwijkingen en zwangerschap. Afdeling Verloskunde/Gynaecologie

Samenvatting Samenvatting hoofdstuk 1 127

Patiëntenvoorlichting Gynaecologie. Schildklierafwijkingen en Zwangerschap

SAMENVATTING. 140 Samenvatting

Hereditaire hemochromatose

Huidklachten en de rol van voeding. Yvonne van Stigt Master klinische psycho neuro immunologie

de voedingskundige samenstelling + onderbouwing

5 juli blauw. Toelatingsexamen arts en tandarts. Informatie verwerven en verwerken (IVV) STILLEESTEKST 2

5 juli geel. Toelatingsexamen arts en tandarts. Informatie verwerven en verwerken (IVV) STILLEESTEKST 2

H Osteoporose (bij behandeling voor borstkanker)

Checklist Bloedonderzoek

ADHD & leer- en gedragsstoornissen Complete behandelgids voor therapeut & patiënt

Algemeen. Het hormoonstelsel. Soorten. Soorten. Hormoonklieren: hypofyse. Soorten Hebben invloed op:

IGF-1 en groeistoornissen

Nederlandse samenvatting voor medisch niet-ingewijden

Nederlandse Samenvatting

Schildklier en zwangerschap

Chapter 9. Dutch Summary

Vitamines en mineralen : nuttig, nodig of platte commercie? Info dag Obesitas

Polikliniek Endocrinologie, locatie AZU. Ziekte van Addison

Langzaam werkende schildkier: best lastig! Johan Meinardi

Dorstproef. Afdeling Interne geneeskunde

Nederlandse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie PATIËNTENVOORLICHTING

Najaarskuur voor het tot rust brengen van de stress-as.

Schildklierafwijkingen en zwangerschap

Schildklierafwijkingen en zwangerschap. Poli Gynaecologie Route 48

Groeihormoontekort bij volwassenen

Deze avond. Wat zijn hormonen 6/09/16. Hormonenbalans voor vrouwen. Hormonen

Zwangerschapsdiabetes - Zwangerschapssuiker-

1/05/2011. Inleiding. LLL Symposium Stress en substraatmetabolisme

Schildklierafwijkingen en zwangerschap

Functietesten afdeling Inwendige Geneeskunde, Endocrinologie

Hoofdstuk 2 Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4. Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4

Patiënteninformatiedossier (PID) PROSTAATKANKER. onderdeel HORMONALE THERAPIE. PROSTAATKANKER Hormonale therapie

ST. ANTONIUS VRUCHTBAARHEIDSCENTRUM. Zwanger worden en overgewicht

Hormoontherapie bij borstkanker

Groeihormoontesten bij kinderen De Clonidine en Argininetest

Hormonenbalans voor vrouwen. Hormones. 18 mei, de Lelieboom. L i e s b e t h H a l e w y c k!

LABORATORIUMTESTEN. Aan de hand van de testuitslagen kunnen er specifieke behandelingen worden ingezet zoals: Bijnierstress profiel 129,43

Hormonenbalans voor vrouwen. Hormones. 23 januari 2018, TherapeuAcum Adriaens. L i e s b e t h H a l e w y c k!

24 uurs urine is overigens vaak wel afwijkend, waarbij vaak een tekort aan T4 gevonden wordt of een conversieprobleem.

Hormones. Deze avond 17/05/17. Hormonenbalans voor vrouwen. De Lelieboom

Hormones. Deze avond. Wat zijn hormonen 20/01/18. Hormonenbalans voor vrouwen

STRESS. - Adrenale stressindex. - Cortisol dagprofiel. Deze folder informeert u over het hoe en waarom van hormoononderzoeken. en geeft antwoorden.

Zwangerschapsdiabetes - Zwangerschapssuiker-

Hormonenbalans voor vrouwen. Hormonen. 8 september 2016, De Lelieboom. L i e s b e t h H a l e w y c k!

Hormones. Deze avond. Wat zijn hormonen 10/24/18. Hormonenbalans voor vrouwen

CHAPTER 13 NEDERLANDSE SAMENVATTING - VOOR DE LEEK -

Diabetes of suikerziekte

Hormonenbalans voor vrouwen. Hormones. 23 Oktober 2018, Markant Kortenberg. L i e s b e t h H a l e w y c k!

De ontwikkeling van de schildklier bij de baby 3 Schildklierziekten 3 4. Schildklier en zwangerschap 6 8. Tot slot 9

Orthomolecualire Gezondheidsleer. Curriculum 2015

Hypercortisolisme (of toch niet?)

Transcriptie:

Hans van Montfort is complementair arts en heeft veel ervaring met alle aspecten van endocrinologie en toegepaste immunologie. Hij is lid van de wetenschappelijke raad van verschillende verenigingen en staflid van Immunogenics Research Foundation. (www.natuurartsonline.nl). Gezond ouder worden een gezond hormoonsysteem hans van montfort Als we aan gezond ouder worden denken, beschouwen we meestal de geringere productie van geslachtshormonen als oorzaak van verouderingsprocessen. er zijn echter ook hele andere regulaties binnen het hormoonsysteem die een rol spelen in de ouder wordende mens. een aantal van deze aspecten zal in dit artikel besproken worden. het doel van ons hormoonsysteem Het doel van ons hormoonsysteem is de coördinatie en integratie van cellulaire activiteit en daardoor: 1. een regulatie van celfunctie en orgaanfunctie 2. en dus het behoud van de homeostase. Ook als we kijken naar de sleutelfuncties van de hormonen zien we dat de regulatie van reproductie, ontwikkeling en groei slechts één van de doelstellingen is. Hormonen zorgen daarnaast ook voor de regulatie van de zout/vochtbalans en op die manier voor de regulatie van bloedvolume en bloeddruk. Ze zorgen voor de regulatie van de calcium en fosfaatbalans om daarmee de extracellulaire vochthuishouding te stabiliseren. Op die manier wordt de juiste membraanspanning gehandhaafd en zo kan de intracellulaire signalering in stand blijven. Hormonen zorgen daarnaast voor de energiebalans en de brandstofmobilisatie, utilisatie en opslag. Als laatste onderdeel zien we ook de coördinatie van haemodynamische en metabole regulatie bij stress. In de klassieke zin werd vroeger een hormoon gedefinieerd als een chemische boodschapper, geproduceerd door een orgaan en vrijgegeven in de circulatie om zo een effect op afstand teweeg te brengen in een afgelegen doelorgaan. In de huidige wetenschap zien we het hormoonsysteem als een geïntegreerd netwerk van meerdere organen, ontstaan vanuit verschillende embryonale weefsels, welke hormonen vrijgeven van verschillende aard, die effecten teweeg brengen in de nabije en perifere doelcellen. Dit netwerk communiceert nauw met het centrale en perifere zenuwstelsel, het immuunsysteem en met psychische factoren. De wetenschap die zich met dit systeem bezighoudt, heet dan ook de psychoneuroendocrinoimmunologie. De klassieke endocriene klieren hebben geen ductus (afvoerkanaal) en scheiden hun hormonen uit in de circulatie. De endocriene klieren hebben daarnaast ook geen anatomische verbinding met elkaar (zoals bijvoorbeeld wel het geval is bij het cardiovasculair systeem, het urogenitaal systeem en soortgelijke systemen). Hormonen zijn dus chemische producten die vrijkomen uit lichaamscellen en die een biologische activiteit teweegbrengen in een doelcel. De hormonen kunnen vrijkomen uit zowel endocriene klieren, de hersenen als ook uit andere organen zoals hart, lever, nier en vetweefsel. De doelorganen bevatten doelcellen die hormoonspecifieke receptoren bevatten en die een biologische respons hierop vertonen. In de klassieke literatuur zien we de hypothalamus, de hypofyse, de schildklier, de bijschildklieren, de bijnieren, de alvleesklier en de geslachtsorganen als hormoonproducerende klieren. Zeer ten onrechte wordt daar niet de epifyse (pijnappelklier) en de thymus (zwezerik) vermeld, die beide ook een belangrijke regulerende rol in het hele systeem spelen. biochemische achtergrond Orthomoleculair bekeken kunnen we de hormonen indelen in proteïnen of peptiden, steroïden en aminozuurderivaten. De peptiden en aminozuren binden aan de receptoren op het membraanoppervlak; de steroïden kunnen ook de plasmamembranen passeren en zo aan intracellulaire receptoren binden. De structuur van de hormonen bepaalt de halfwaardetijd; die van aminozuurderivaten is twee tot drie minuten, die van polypeptiden vier tot veertig minuten; die van steroïden en proteïnen vier tot honderdenzeventig minuten en die van schildklierhormonen is driekwart ( T3) tot zeven dagen ( T4). Deze waardes zijn onder meer van belang om te weten hoe we bij suppletie bepaalde hormonen moeten doseren. Zo is bij inname van schildklierhormonen in de ochtend de T4 s avonds nog aanwezig, terwijl de T3 dan al sterk is verminderd. 30

u IT D e P r A k TIjk De proteïnen of peptiden vormen de grootste groep van de hormonen. Ze bestaan uit drie tot tweehonderd aminozuurketens en worden eerst als pre c.q. prohormoon gemaakt en daarna omgevormd. Als voorbeelden kunnen we hier noemen insuline, glucagon en corticotropine (ACTH = Adeno corticotroop hormoon). Sommige van deze proteïnen bevatten ook koolhydraatstructuren, die een zeer belangrijke rol spelen in de biologische activiteit. Een aantal voorbeelden van deze glycoproteïnen zijn LH (Luteïniserend hormoon), FSH (Follikel stimulerend hormoon) en TSH (Thyroïd stimulerend hormoon). De groep steroïden wordt gevormd uit cholesterol en geproduceerd in de bijnierschors, geslachtsorganen en de placenta. Ook vitamine D metabolieten behoren tot de steroïden. Hierin zien we het belang van de aanwezigheid van voldoende gezond cholesterol en andere vetzuren; het ongebreideld verlagen van de cholesterolspiegel kan dus wezenlijke veranderingen in de hormoonspiegel teweeg brengen. Bij ouderen, die toch ook al zeer vaak een tekort aan vitamine D hebben, kan dat funest zijn. bereiken. De werking van receptoren is ook afhankelijk van een aantal mineralen. Met name calcium, magnesium, zink en chroom spelen een belangrijke rol als cofactor. Dat betekent tevens dat hier ook de invloed kan worden gezien van de zware metalenbelasting op de hormonale regulatie. Zware metalen kunnen de bindingsplaatsen van de mineralen innemen en zo de receptor blokkeren. De hormoonafgifte zelf overigens kan daarnaast ook afhankelijk zijn van een aantal andere milieufactoren. In de algemene biologische respons tenslotte spelen ook hormonen van andere systemen een rol. Zo wordt de omzetting van schildklierhormonen mede beïnvloed door bijnierhormonen. Ook neurogene c.q. psychische factoren, voedingsfactoren evenals het dagen nachtritme bepalen mede de afgifte en verwerking van hormonen. De verhouding tussen vrije en gebonden hormonen is altijd een dynamisch evenwicht De aminozuurderivaten tenslotte, worden gevormd uit tyrosine of tryptofaan. In het eerste geval bestaan ze uit catecholaminen, zoals noradrenaline, adrenaline en dopamine en de schildklierhormonen. Uit tryptofaan kan het hormoon melatonine worden gevormd. Hormonen kunnen vrij of gebonden circuleren. De binding verlengt de halfwaardetijd, de vrije vorm echter is de meest actieve vorm. De meeste bindende proteïnen zijn globulinen en worden meestal in de lever geproduceerd. De verhouding tussen vrije en gebonden hormonen is altijd een dynamisch evenwicht om een balans te bereiken. Secretie van hormonen geeft automatisch ook een verhoging van het aantal transportmoleculen en andersom. Een mooi voorbeeld hiervan is de zwangerschap, waar we een verhoging van de cortisolbindende proteïnen kunnen zien. Daardoor daalt de vrije cortisolspiegel; het lichaam reageert met een vrijgeven van corticotropine releasing hormoon, dat een activering geeft van de vrijgave van ACTH. Hierdoor stijgt de cortisolsynthese met als gevolg het herstel van de cortisolspiegel. We zien hier dus uitstekend hoe een feedbackmechanisme in de hormoonregulatie werkt. Hormonen worden uiteindelijk afgebroken via een metabole degradatie door middel van proteolyse, oxidatie en/of reductie dan wel worden ze uitgescheiden via de galwegen of urinewegen. De biologische respons op hormonen is mede afhankelijk van een aantal genetische factoren. Ook kunnen cellen hormoonveranderingen detecteren waardoor er een adaptatie ontstaat. Dit betekent dus dat het kan zijn dat er steeds meer hormoon nodig is om eenzelfde effect te meting van hormonen De afgifte van de meeste hormonen is afhankelijk van een groot aantal factoren en daardoor zeer wisselvallig. Afbeelding 1 en 2 (zie pagina 32) geven de schommelingen gedurende de dag weer in zowel de cortisolspiegel als de spiegel van het groeihormoon. >> het DoSSIer 31

Cortisol (nmol/l) Plasma groeihormoon (miu/l) 600 500 400 300 200 100 0 09 11 13 15 17 19 21 23 01 03 05 07 09 Tijd DHEA Thymusfracties Psyche Oestrogeen Testosteron Hypoglycaemie Chlorella groeifactor Thymusfracties Lichamelijke training Psyche GH RH Training NADH Somatostatine Serotonine LArginine ornithine GH Noradrenaline Gamma hydroxy boterzuur, IGF1 Ferulazuur, SAMe Adipositas Hyperglycaemie IGFBP LH Thymosine fractie 5 GH = groeihormoon GHRH = groeihormoon releasing hormoon GH IGF1 = insulin like growth factor1 IGFBP = Insuline like growth GHRH factor binding proteine LH = Luteïniserend Hormoon Afbeelding 3. De regulatie van de productie en afgifte van het groeihormoon. Cortisol Afbeelding 1. Weergave van de cortisolspiegel gedurende de dag. 30 25 20 15 10 5 Groeihormoon 0 09 11 13 15 17 19 21 23 01 03 05 07 09 Afbeelding 2. Weergave van de groeihormoonspiegel gedurende de dag. Tijd IGF1 IGFBP LH = groeihormoon = groeihormoon releasing hormoon = insulin like growth factor1 = Insuline like growth factor binding proteine = Luteïniserend Hormoon Als we dus een serummeting zouden verrichten bij een patiënt, zijn we volstrekt afhankelijk van het moment van prikken. We kunnen dat absoluut niet overzien en dat maakt de diagnostiek van hormonale problemen lastig. De metingen worden beïnvloed doordat er kruisreacties kunnen zijn in de metingen. Dat betekent dat verschillende hormonen met gelijke bindingsplaatsen de score in een test kunnen verhogen. Bovendien is een hormoonmeting altijd indirect, doordat er bijvoorbeeld van enzymgekoppelde (ELISA) of radioactieve (RIA) immuunassays gebruik gemaakt wordt. Ook moeten we rekening houden met de verhoudingen tussen gebonden en vrije hormonen. De interpretatie van de hormoonmetingen is ook lastig doordat er bij verschillende individuen altijd een bepaalde individuele verhouding is tussen de hormoonrespons en sensitiviteit. Dezelfde hormoonspiegel kan bij twee verschillende mensen dus een volstrekt andere respons geven. Een wat duidelijker beeld kunnen we krijgen door naast de hormoonspiegel direct de daarbij behorende regulerende factor te meten, bijvoorbeeld door samen met de insuline ook de glucose te bepalen of naast de TSH ook de vrije T4/T3spiegel. Ook kunnen we soortgelijke hormonen gelijktijdig meten om invloeden beter te kunnen beoordelen. De meting van de hormoonspiegels in de 24uurs urinemeting maakt ons onafhankelijk van het tijdstip van meten. Waar de betreffende hormonen stabiel blijven in de urine vormt dit een over het algemeen betrouwbare analyse. Tot slot kunnen we ook nog een aantal dynamische metingen verrichten, zoals een stimulatietest, een suppressietest of een hormoonreceptortest. Zo kunnen we het groeihormoon alleen in het serum beoordelen nadat met bijvoorbeeld groeihormoonreleasing factor de afgifte van dit hormoon gestimuleerd is. Zo n test zegt dan iets over de activiteit van in dit geval de hypofyse. Met dit in ons achterhoofd kunnen we de hormoonsituatie bij de oudere mens nog eens goed beschouwen. Tumor Necrose Factoralfa dat vooral verhoogd is bij chronische infecties en voedselovergevoeligheden, remt de productie van het groeihormoon het groeihormoon Het groeihormoon is, naast DHEA, één van de hormonen die gezien wordt als een zogenaamd verjongingshormoon. Ook in de vakliteratuur zien we een aantal artikelen dat duidt op de verschillende effecten van een goede groeihormoonproductie in relatie met leeftijd. Voor de goede orde: ik pleit hier niet voor de therapie met groeihormoon als antiaging doch voor een gezonde hormoonsituatie. Hoewel er wel aanwijzingen zijn dat een dergelijke therapie effecten heeft wegen de voordelen niet op tegen de nadelen. Het groeihormoon zorgt niet alleen voor de lineaire groei, maar ook voor: verhoging van IGF1 (insulin like growthfactor1); een toename van de eiwitsynthese met name door een verbetering van de opname van aminozuren; vermindering van de eiwitafbraak; vrijkomen van vetzuren uit het vetweefsel; vermindering van het koolhydraatmetabolisme. 32

u IT DTekST e P r A k TIjk Het groeihormoon wordt geproduceerd in de hypofyse en de afgifte wordt gereguleerd door aan de ene kant het groeihormoon releasing hormoon en aan de andere kant het somatostatine. In principe is het werkzame substraat IGF1, dat in de lever wordt geproduceerd. Afbeelding 3 laat zien dat deze as op diverse manieren beïnvloed kan worden. Zo zien we onder andere dat oestrogeen en testosteron een positief effect hebben op de productie van IGF1; hormonen die juist bij de ouder wordende mens minder geproduceerd worden. Aan de andere kant zien we ook dat zowel psyche als ook trainingsfactoren zaken zijn die de patiënt zelf in de hand heeft. De patiënt kan hiermee de productie van hormonen dus ondersteunen. De groeihormoonafgifte wordt verder ondersteund door producten als glutamine, glycine, tryptofaan, niacine, gammaoryzanol, arginine, ornithine, butyraat, SAMe en DHEA. Ook vetzuren, OPC s, melatonine en chlorella spelen een belangrijke rol. De groeihormoonproductie kan geremd worden door de productie van Tumor Necrose Factoralfa (TNFalfa), die bij chronische infecties en voedselovergevoeligheid verhoogd aanwezig is. Daarom maak ik voor het gezond oud worden altijd gebruik van de totale IgGvoedselanalyse en stel ik op basis daarvan een eliminatiedieet vast. De schildklier Hypothyreoïdie is een zeer vaak gemiste diagnose. Het aantal hypothyreoïdiepatiënten in Nederland wordt momenteel op 500.000 geschat. Persoonlijk denk ik dat dit een te lage schatting is omdat de diagnose zeer vaak gemist wordt. Op het laatste ABNGsymposium over dit onderwerp werd zelfs gesproken over 40% van de vrouwen. Heel vaak zijn de klachten algemeen, zoals moeheid, kouwelijkheid en toename van het gewicht. Patiënten klagen vaak over constipatie, hebben fibromyalgieachtige klachten en verhoogd cholesterolgehalte, de vrouwen hebben vaak een onregelmatige menstruatie. Ook kan de schildklier opgezet zijn. De patiënten zijn in veel gevallen slaperig en hebben concentratieproblemen. De huid is vaak droog en er is haarverlies. Heel makkelijk kan hypothyreoïdie ook leiden tot onvruchtbaarheid. De diagnose kan waarschijnlijk al gemaakt worden uit de symptomatologie. Er zijn artsen die de diagnose louter en alleen stellen op basis van de anamnese. Zelf maak ik gebruik van een standaardvragenlijst om de risicofactoren te beoordelen. Deze is te vinden op www.natuurartsonline.nl onder hypothyreoïdie. De standaarddiagnostiek is de meting van TSH en FT4 (vrij T4) in het serum. Er blijkt echter geen directe correlatie te zijn tussen de hoogte van de TSH en een te trage schildklierwerking. Daarnaast zegt de hoogte van de FT4 niets over een eventueel conversieprobleem (zie verderop). Daardoor vind ik deze metingen als marker voor schilklierafwijkingen onbetrouwbaar. Ik kan dat onderbouwen met afbeelding 4 waar we zien hoe de TSH zich gedraagt bij twee volstrekt gezonde proefpersonen. Metingen in het dal of op de top van de pieken zouden kunnen leiden tot verkeerde conclusies. Vandaar dat ik voor de diagnostiek meestal vertrouw op een meting van de 24uurs urine op FT3 en FT4. Standaard neem ik daarbij altijd de jodiumanalyse mee. Een tekort aan jodium is namelijk een van de mogelijke oorzaken van hypothyreoïdie en komt zeer frequent voor, zeker bij ouderen die weinig brood eten in verband met gewichtsbeheersing en die weinig zout gebruiken. Er blijkt geen directe correlatie tussen de TSH en een te trage schildklierfunctie De hypothyreoïdie kan ook te maken hebben met een autoimmuunproces, hetgeen kan ontstaan na een bevalling, door een infectie of door voedselovergevoeligheid. Daarnaast kan de hoeveelheid actief weefsel verkleind zijn na een chirurgische ingreep of het geven van radioactief jodium, maar soms is dat aangeboren. Ook een probleem in de hypofysehypothalamusas kan een probleem veroorzaken in de regulatie. Sinds ik bij de urinemeting ook het jodiumgehalte meeneem, en op basis daarvan jodiumsupplementen voorschrijf, is het aantal patiënten dat ik behandel met schildklierhormonen drastisch beperkt. De bijnieren De bijnieren zijn een centrale component van het endocriene systeem. Ze spelen een belangrijke rol in de regulatie van stress, de regeling van de vocht en zoutbalans en de controle van de bloeddruk. De voornaamste door de bijnier geproduceerde hormonen zijn het stereoïd cortisol, het mineraalcortidoïde aldosteron, het DHEA en de catecholaminen noradrenaline en adrenaline. >> 6 TSH (mu/ml) 4 3 2 1 TSH (mu/ml) 5 4 3 2 1 0 0 240 480 720 960 1200 1440 Tijd (minuten) 0 0 240 480 720 960 1200 1440 Tijd (minuten) Afbeelding 4: De TSHwaarde varieert sterk, zowel gedurende de dag als per persoon. hetdossier 33

De praktijk Hoe we om kunnen gaan met patiënten met hormonale tekorten kan geïllustreerd worden aan de hand van een jonge patiënt, geboren in 1993. Het eerste consult is eind 2003. De klachten zijn overgewicht, traagheid en buikpijn. In verband met een IQ van 70 volgt hij speciaal onderwijs. In mijn meting zie ik een algehele depressie van alle hormonen, dus ook LH, DHEA en testosteron. De voedselanalyse laat een grote overgevoeligheid zien voor onder andere gluten, melkproducten, gist, een aantal zaden en noten. De patiënt, die ik diagnosticeer met een hypogonadisme, wordt behandeld met een eliminatiedieet, suppletie van bepaalde vitamines en mineralen en DHEA (verkrijgbaar op recept). Op dat ogenblik begint hij af te vallen en groeit hij in de lengte. Na een jaar is de IQmeting 96 en gaat hij naar het VMBO. Vaak zie ik patiënten die ondanks schildkliermedicatie toch hun klachten houden. Dit heeft te maken met de conversie (omzetting) van T4 naar T3. In de schildklier wordt met name T4 geproduceerd, terwijl het meest werkzame hormoon T3 is. Dit laatste wordt op celniveau gevormd uit T4. In deze conversie spelen jodium, DHEA, insuline, IGF1 en cortisol een rol, evenals de tyrosinekinasereceptoren (insulinereceptoren). Een tekort aan deze fracties of een blokkade van de receptoren door infectie of door voedselovergevoeligheid, verstoort dus de conversie en veroorzaakt daardoor dezelfde symptomen als bij een trage schildklierwerking. Deze problematiek is te meten in de 24uurs urine: een tekort aan FT4 en FT3 betekent dat het probleem in de schildklier of hoger zit; een tekort aan FT3 bij een ongeveer normale FT4 betekent een conversieprobleem. De therapie wordt volledig gebaseerd op de diagnostiek. Bij tekorten dienen deze aangevuld te worden. Ook laat ik meestal een eliminatiedieet uitvoeren op basis van de voedselanalyse. Eventuele infecties worden behandeld en de darm wordt opgebouwd met pre en probiotica. Deze laatste worden door de medulla geproduceerd. De glucocorticoïden, waaronder cortisol, helpen te reageren op stress en verandering. Cortisol mobiliseert ook de nutriënten en verandert de response op ontstekingen. Het stimuleert de lever om de bloedsuikerspiegel te verhogen. Via de beïnvloeding van de vochthuishouding zorgt het voor een handhaving van de homeostase. Als de frequentie, intensiteit en duur van de stress toeneemt, gaat de adaptatie achteruit, waardoor er een stijging komt van de neurohormonale activiteit. Het DHEA speelt een rol in de beëindiging van deze respons. De chronische stress verhoogt uiteindelijk de cortisolspiegel en verlaagt de hoeveelheid DHEA. Ook een hogere leeftijd verlaagt de DHEAspiegel. Juist de verhouding tussen cortisol en DHEA is belangrijk in de koolhydraathuishouding, de botstofwisseling, de regulaties in het zenuwstelsel en het endocriene systeem, gewicht en vetverdeling, detoxificatie en de productie van de eicosanoïden. Een uiteindelijke verhoging van de cortisolspiegel veroorzaakt obesitas, diabetes, spieratrofie, botverlies, immuunzwakte, hersenatrofie, huidveroudering, het vasthouden van vocht, een verhoging van de bloeddruk en een groot aantal psychosociale klachten. Zeker bij de ouder wordende mens is het belangrijk dit goed in de gaten te houden. Dit houdt in: gezonde voeding, voldoende beweging, meditatie, ontspanning, prikkelvermindering en tenslotte ook het gebruik van een aantal nutriënten en/of kruiden. Als ondersteuning spelen met name de Bvitamines een belangrijke rol, naast vitamine C, magnesium, mangaan en Ltyrosine. Omdat ook hier weer het cholesterol het basismolecuul vormt, is het belangrijk te zorgen voor een goede hoeveelheid gezonde vetzuren. Vaak geef ik hier ook alfaliponzuur en/of fosfatidylcholine bij. Vitamine D Vitamine D behoort tot de steroïden. Er is een relatie tussen een vitamine Dtekort en diabetes mellitus, osteoporose, artrose, hypertensie en andere cardiovasculaire aandoeningen, autoimmuunaandoeningen, verschillende carcinomen, PCOS (polycysteus ovarium syndroom), depressie en epilepsie. Vitamine D wordt geproduceerd door de huid onder invloed van zonlicht. Dit is afhankelijk van de hoeveelheid huid die blootgesteld wordt aan de zon, genetische factoren en ook de breedtegraad. Vaak zien we dat ouderen zich schamen voor het oude vel. Dit houdt in dat ze zich steeds meer bedekken, waardoor de vitamine Dproductie alleen maar zal afnemen. In de praktijk geef ik bijna standaard aan oudere mensen 4.000 eenheden per dag in een olieachtige substantie. Omdat de normale productie in de zomer kan oplopen tot 20.000 eenheden zal met deze dosering geen probleem ontstaan. Samenvatting De ouder wordende mens loopt risico op een aantal hormoontekorten, waardoor degeneratieve ziektes zich makkelijker kunnen ontwikkelen. Door voldoende beweging, hersengymnastiek en suppletie van voedingsstoffen kunnen wij deze problemen in een vroeg stadium voorkomen. << literatuur Molina pe. Endocrine physiology, 2th ed. Lange educational Library. ISBN10: 0071460489, ISBN13: 9780071460484 gardner Dg, Shoback D. greenspan s basic and clinical endocrinology, 8th ed., Lange educational Library. ISBN10: 0071402977, ISBN13: 9780071402972. 34