SONAR VRAGENLIJST Cohorte 1980_29. Auteurs: SONAR-Onderzoeksgroep



Vergelijkbare documenten
Kinderbijslag na de leerplicht Studenten

Is de jongere gestopt met studeren? Vul het formulier in a.u.b, onderteken het en stuur het dadelijk terug.

Twee cijferbladen over de evolutie van het buitengewoon lager onderwijs tot G. Van Landeghem & J. Van Damme

De toelaatbaarheidsvoorwaarden voor inschakelingsuitkeringen

Kinderbijslag. Contact Post verzenden naar PB GENT. Te herinneren aub Ons kenmerk: Periode

Vroege schoolverlaters in Vlaanderen Evolutie van de ongekwalificeerde uitstroom tot 2007 Samenvatting. G. Van Landeghem, M. Goos & J.

Strategische studie. Plurimedia Produkten - Attitudes. Socio-demografische vragenlijst

BESTEMMELING. K i n d e r b i j s l a g n a d e le e r p l i c h t - S t u d e n t e n

U ontvangt dit formulier omdat u kinderbijslag krijgt voor een jongere die al 18 jaar is of het dit jaar wordt.

Rapport alumni-enquête 2016 Vrije Universiteit Brussel

TABELLEN. Blz. Blz. Deel 1. LEERLINGEN

Papieren versie. Wie ben ik? Schematisch overzicht. Legende. Een antwoord schrijven. Een bolletje inkleuren. Maximum 1 antwoord kiezen.

Vragenlijst Klastitularis - Eerste leerjaar A of B (schooljaar ): overzicht items per schaal Schaal (Dimensie) Items Itemnummer Bron item

Infoblad - werknemers Hebt u recht op uitkeringen na studies?

TABELLEN. Deel 1. LEERLINGEN

Onderwijs en vorming leerlingen. Streekpact Cijferanalyse

INFOPAKKET SECUNDAIR ONDERWIJS ASO KSO TSO BSO

contact telefoon fax dossiernummer

Vragenlijst: Socio-demo

ONDERWIJSVORMEN EN WERKLOOSHEID. Dockx J. & De Fraine B.

Betreft: Recht op kinderbijslag voor uw zoon/dochter XXXX - School-/academiejaar en later

TABELLEN. Deel 1. LEERLINGEN

BELANGRIJK! Kinderbijslag na de leerplicht Studenten Academiejaar 20-20

Gepubliceerd Onderwijs en arbeidsmarkt

Sollicitatieformulier

BASISONDERWIJS Leerlingen. ALGEMEEN Schoolbevolking. 1 Schoolbevolking in het Vlaams onderwijs. 2 Evolutie schoolbevolking per onderwijsniveau

afkortingen VGO Gesubsidieerd Vrij Onderwijs

TABELLEN. Deel 1. LEERLINGEN. Buitengewoon lager onderwijs : Schoolbevolking naar type... 88

Kinderbijslag na de leerplicht

Value added of primary schools with high proportions of minority students: A longitudinal study. J.P. Verhaeghe, J. Van Damme & H.

Kinderbijslag na de leerplicht Studenten

SONAR - 24 april 2008 Maken jongeren in Vlaanderen de overgang van school naar werk met succes? E. Omey & W. Van Trier

De arbeidsmarkt in Vlaanderen

Onderwijs SAMENVATTING

Kinderbijslag na de leerplicht Studenten

EFFECTEN VAN VERANDERING VAN ONDERWIJSVORM OP SCHOOLSE PRESTATIES & ACADEMISCH ZELFCONCEPT

Vroege schoolverlaters in Vlaanderen Evolutie van de ongekwalificeerde uitstroom tot 2008 Samenvatting. G. Van Landeghem & J.

Sollicitatieformulier

Recruteringsvragenlijst / Verplaatsingsonderzoek

Inhoud info-avond. 3.1 een richting kiezen 3.2 een school kiezen

Uw ervaringen na 1 jaar M-decreet

rijksdienst voor sociale zekerheid van de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten

U hebt aangegeven dat de verantwoordelijke voor aankopen jonger dan 18 jaar is. Is dit correct? 1 ja 2 nee

! Hou pagina 1 tot 4 goed bij. U vindt er informatie over de kinderbijslag voor uw kind, ook voor de volgende jaren!

Schoolverlaters bevraagd

Hoger onderwijs, lager onderwijs, schoolloopbaan, schoolse vertraging, secundair onderwijs, universitair onderwijs, watervalsysteem, zittenblijven

Kwalificatiebewijs voor kinderbegeleider (gezinsopvang en groepsopvang) en voor verantwoordelijke van maximaal 18 opvangplaatsen

Resultaten van een bevraging bij de apothekers afgestudeerd aan de K.U.Leuven in de periode

Kinderbijslag na de leerplicht - Ondernemersopleiding

OVERZICHTSTABEL VERKORTE OPLEIDINGEN ZORGKUNDIGE IN DE CENTRA VOOR VOLWASSENENONDERWIJS OPLEIDINGSPROFIEL ZORGKUNDIGE 2011

DOORLOPENDE ENQUÊTE NAAR DE ARBEIDSKRACHTEN

Sollicitatieformulier

Vragenlijst Socio-Demo

DOORLOPENDE ENQUÊTE NAAR DE ARBEIDSKRACHTEN Eerste en tweede kwartaal Individuele vragenlijst

Leerlinperceptievragenlijst Secundair Onderwijs: overzicht items per schaal in de verschillende versies Schaal Items Itemnr Itemnr.

OVERZICHTSTABEL VERKORTE OPLEIDINGEN ZORGKUNDIGE IN DE CENTRA VOOR VOLWASSENENONDERWIJS OPLEIDINGSPROFIEL ZORGKUNDIGE 2011

OVERZICHTSTABEL VERKORTE OPLEIDINGEN ZORGKUNDIGE IN DE CENTRA VOOR VOLWASSENENONDERWIJS OPLEIDINGSPROFIEL ZORGKUNDIGE 2011

TABELLEN. Deel 1. LEERLINGEN

Annexe XII: Exemple de donne es «EFT» (enque te sur les forces de travail)

Kinderbijslag na de leerplicht

Kiezen na de basisschool

Retentie in het beroep van leraar

Aan de verantwoordelijke beheersinstanties van de rusthuizen

Deel 8 INTERNATIONALE VERGELIJKING

Hoofdstuk 15 VAN SCHOOL NAAR WERK: OP ZOEK NAAR EEN. Eef Stevens 1 ROUTEPLANNER. Inleiding. 1 Studie, werk of werkloos?

Kinderbijslag na de leerplicht Studenten

EFFECTEN VAN ONDERWIJSVORMEN OP SCHOOLSE BETROKKENHEID. Dockx J, De Fraine B. & Van den Branden N.

Naar de 2 de graad secundair onderwijs

JOBSTUDENTEN BUITENSCHOOLSE KINDEROPVANG De Bengeltjes & De Petteflet

Sollicitatieformulier

Studiebewijzen en Discimus Secundair Onderwijs

Figuur 1. Intelligentiescores (numerieke, spatiale, verbale en algemene) per geslacht

We beperken ons hier tot een toelichting bij de vijf meest voorkomende maatregelen. Voor andere neem contact op met uw dossierbeheerder.

Deel 8 INTERNATIONALE VERGELIJKING

ENQUÊTE BEROEPSBEVOLKING 2004 VERSIE B SCHEMA MODULE ONDERWIJS

Vlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.3 - December

Deel 8. internationale vergelijking

Kinderbijslag na de leerplicht Studenten

ONDERWIJSVORMEN EN ACADEMISCH ZELFCONCEPT. Dockx J, De Fraine B. & Vandecandelaere M.

OVERZICHTSTABEL VERKORTE OPLEIDINGEN ZORGKUNDIGE IN DE CENTRA VOOR VOLWASSENENONDERWIJS OPLEIDINGSPROFIEL ZORGKUNDIGE 2011

UA IP testversie vragenlijst alumni

Toelichting bij de aanvraag van een school- of studietoelage voor

Vragenlijst Intakegesprek. Postgraduaat Bemiddeling specialisatie familiale bemiddeling

Deel 8 INTERNATIONALE VERGELIJKING

07/05/2003 2e leerjaar van de 2e graad A.S.O.

FOCUS op. de toelating tot de werkloosheidsverzekering

Kinderbijslag na de leerplicht ondernemersopleiding

Voor welke functie solliciteert u?.

De startbaanovereenkomst

STEM monitor Juni 2016

Kinderbijslag na de leerplicht - Studenten

Aanvraag van onderbrekingsuitkeringen in het kader van het Vlaams zorgkrediet

Vragenlijst voor de ouders (mondelinge afname)

Publicatie KB omtrent zorgkundige

Leren. w e rken. Perfect te combineren

Leren. w e rken. Perfect te combineren

Hoe ziet je schooljaar eruit?

Inschrijvingsformulier

ESS DOCUMENT DATE: VLAAMSE ANTWOORDKAARTEN HOOFDVRAGENLIJST (ESS RONDE 6, 2012)

Transcriptie:

SONAR VRAGENLIJST Cohorte 1980_29 Auteurs: SONAR-Onderzoeksgroep

T SONAR VRAGENLIJST Cohorte 1980_29 A Auteurs: SONAR-Onderzoeksgro Promotor(en): Piet Coppieters, Walter Nonneman, Eddy Omey, Ignace Glorieux, Katleen De Rick, Herman Baert, Ides Nicaise Onderzoek in opdracht van de Vlaamse minister van Onderwijs en Vorming, in het kader van het programma Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek 2008 SSL-rapport nr. SSL/OD2/2008.05 datum oplevering eerste versie: 17 oktober 2008 datum publicatie: 5 december 2008

Voor meer informatie over deze publicatie: Steunpunt SSL, onderzoeksdomein Overgang van school naar werk Auteurs: SONAR-Onderzoeksgroep Adres: Vakgroep Algemene Economie, Prinsstraat 13, 2000 Antwerpen Tel.: 03-220 48 98 Fax: E-mail: walter.vantrier@ugent.be Website: http://www.steunpuntloopbanen.be Copyright (2008) Steunpunt SSL p/a Parkstraat 47, 3000 Leuven Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt zonder uitdrukkelijk te verwijzen naar de bron. No part of this material may be made public without an explicit reference to the source. De verantwoordelijkheid voor dit rapport berust volledig bij de auteurs en vertolkt niet noodzakelijk de officiële visie van de Vlaamse Overheid.

GEBRUIKSAANWIJZING Het meerjarenplan van het Steunpunt SSL voorziet in het najaar van 2009 een herbevraging van de jongeren geboren in 1980 op 29-jarige leeftijd. Deze working paper bevat de vragenlijst die bij deze bevraging zal worden gebruikt en die als basis dient voor de CAPI-programmering. Deze gebruiksaanwijzing bespreekt kort welke problemen zich bij de uitwerking van deze vragenlijst stelden en welke principes bij de beslissing over de oplossing daarvan werden gehanteerd. 1. Algemene uitgangspunt De belangrijkste zorg bij de uitwerking van de vragenlijst voor de bevraging op 29-jarige leeftijd van de geboortecohorte 1980 is de mogelijkheid om via de verkregen gegevens verschillende soorten analyses uit te voeren: longitudinale analyses die de geboortecohorte 1980 in haar ontwikkeling volgt, gepoolde cross-sectie analyses die betrekking hebben op de toestand op 29- jarige leeftijd van respondenten uit de geboortecohorten 1976 en 1980, analyses op basis van alle eerste jobs (en eventueel volgende jobs) voor de drie beschikbare cohorten. 2. Hoe en met welke bevraging de vergelijkbaarheid garanderen? Om de vergelijkbaarheid van de verzamelde gegevens en de aansluiting bij de bestaande gegevensbestanden zo optimaal mogelijk te garanderen werd daarom beslist om de vragenlijst C80(29) te baseren op de vragenlijsten van C80(23) en C76(29). Een belangrijk probleem dat zich hierbij stelt is dat de structuur van de vragenlijst van C76(29) anders is opgebouwd dan die van C80(23). De module werkervaring tijdens de schoolloopbaan is in C76(29) opgenomen in de module schoolloopbaan, daar waar dit in een aparte module bevraagd werd in C80(23). De huidige arbeidssituatie wordt in C80(23) bevraagd bij de module huidige situatie. In C76(29) daarentegen wordt de laatste/huidige job bevraagd binnen de module werken. De vragen rond de laatste/huidige job zijn bovendien uitgebreider bij deze vragenlijst. Deze extra vragen rond de laatste/huidige job zijn analoog aan de vragen die gesteld worden voor de eerste job. Gezien de gehanteerde structuur van C76(29) zorgde voor een vlotter en consistenter verloop, zal deze overgenomen worden bij de vragenlijst van C80(29). Inhoudelijk wordt er echter verdergebouwd op C80(23) omwille van de noodzaak om de nieuwe gegevens longitudinaal te laten aansluiten bij de reeds verzamelde informatie. 3. Hoe omgaan met ontbrekende gegevens op de leeftijd van 26 jaar? De respondenten van cohorte 1980 reeds een eerste maal bevraagd op 23-jarige leeftijd met een vragenlijst die vergelijkbaar is aan deze waarmee de jongeren geboren in 1976 en 1978 werden bevraagd. Maar in tegenstelling tot de voorgaande cohorten werd deze groep niet bevraagd op 26 jaar. Wanneer we de vragenlijst louter baseren op C80(23) en C76(29) gaat er dus belangrijke informatie verloren over de situatie van de respondenten op 26 jaar. Het betreft hier vragen rond laatste/huidige job, huidige situatie, bepaalde achtergrondkenmerken, attitudes/houdingen op 26 jaar. Informatie over de schoolloopbaan, het zoekgedrag en de eerste job, die bij voorgaande bevragingen op 26 jaar werden verkregen, worden daarentegen gerecupereerd door de vragen die hierover op 29-jarige leeftijd worden gesteld. Wanneer ooit een vergelijkende analyse gedaan wordt naar de situatie van de respondenten van de verschillende geboortecohorten op de leeftijd van 26 jaar, is het noodzakelijk dat we eveneens over deze gegevens beschikken voor de geboortecohorte 1980. Na grondige analyse van de vragenlijsten blijkt dat nagenoeg alle essentiële variabelen die voor een vergelijking van de toestand op 26 jaar en pooling met de andere cohorten nodig zijn uit de nieuwe vragenlijst kunnen worden

afgeleid. Omwille van het risico de gemiddelde duurtijd van de vragenlijst nog verder op te drijven werd daarom beslist geen apart module met vragen over de situatie op 26 jaar in te voeren. Mocht tijdens de bespreking van de vragenlijst ter voorbereiding van de CAPIprogrammering blijken dat op dit vlak toch problemen oprijzen dan bestaat de mogelijkheid om een zeer beperkt aantal vragen toe te voegen om te peilen naar de situatie op 26 jaar. 3. Welke consequenties heeft de langere kalenderbevraging? Door het ontbreken van een bevraging op 26 jaar voor de cohorte 1980 dient de vragenlijst C80(29) voor wat de kalender betreft een periode van 6 jaar te overbruggen. Dit is dubbel zo lang als bij de vorige vervolgenquêtes. Dit heeft gevolgen zowel voor de betrouwbaarheid van de informatie - het is voor de respondenten wellicht minder voor de hand liggend om een periode van 6 jaar gedetailleerd te reconstrueren dan wanneer het slechts om drie jaar gaat als voor de duurtijd van de kalenderbevraging niet alleen is de periode langer, maar respondenten hebben mogelijk ook meer tijd nodig om zich bepaalde zaken te herinneren. 4. C80(29) mogelijk laatste bevraging in SONAR-onderzoeksprogramma? Voor de jongeren van de geboortecohorte 1980 betreft dit de laatste bevraging en omdat er in de loop van de vorige jaren geen nieuwe cohorte is opgestart binnen het SONARonderzoeksprogramma is de kans groot dat C80(29) de laatste kans is om een aantal bijkomende gegevens te verzamelen werd beslist om een erg beperkt aantal nieuwe vragen in te lassen of om enkele gegevens, die voordien niet of onvoldoende bevraagd zijn geweest, te recupereren. 5. Structuur van de vragenlijst In de vragenlijst worden net als bij de vorige bevragingen verschillende thematische modules onderscheiden. Inhoudelijk wordt de vragenlijst als volgt gestructureerd: 6. Slotbemerking startinformatie (inleiding) kalenderbevraging (1) module 1: schoolloopbaan module 2: zoekgedrag kalenderbevraging (2) module 3: werken module 4: niet-werken module 5: andere opleidingen buiten de job module 6: huidige situatie module 7: achtergrondkenmerken (module 8: evaluatie) Deze vragenlijst vormt het voorwerp van een CAPI-programmering. Hij is de basis van overleg met de onderaannemer aan wie de werken voor de uitvoering van het veldwerk worden toegewezen zal en in die zin zijn wijzigingen in de structuur en de inhoud van de voorliggende vragenlijst nog altijd mogelijk. Een belangrijk element bij de dit overleg is de kostenstructuur van het bestek dat door de onderaannemer wordt ingediend én de weerslag van de geraamde duurtijd van de voorliggende vragenlijst op de totale kost van het veldwerk. Walter Van Trier Coördinator SONAR-Onderzoeksgroep 31/08/2008

VRAGENLIJST C80(29) INLEIDING - STARTINFORMATIE Introductie : *VRAAG 1 Eerst zullen we even teruggaan naar het ogenblik waarop we u vorige keer bevraagd hebben, ongeveer 6 jaar geleden, namelijk op <enqd, enqm, enqj>. <OPMERKING : VRAGEN 1-4 KUNNEN NIET GECOMBINEERD WORDEN MET VRAGEN 9-13> DEFINITIE WERKEN: WE BES CHOUWEN IEMAND ALS WERKEND ALS HIJ/ZIJ EEN BETAALDE JOB HEEFT VAN MINSTENS 1 UUR PER WEEK, VOOR MINSTENS TWEE WEKEN EN 1 DAG (MEER DAN DE HELFT VAN EEN KALENDERMAAND), MET EEN REGULIER ARBEIDSCONTRACT (D.W.Z. ALS BEDIENDE OF ARBEIDER) OF ALS ZELFSTANDIGE OF HELPER (MEEWERKEND FAMILIELID ZONDER VERGOEDING EN ARBEIDSCONTRACT). (OPM : ONBEZOLDIGD VRIJWILLIGER = NIET-WERKEN) DEFINITIE STUDEREN: VOLTIJDSE OF DEELTIJDSE OPLEIDINGEN HOGER ONDERWIJS, SECUNDAIR ONDERWIJS, DEELTIJDS BEROEPSSECUNDAIR ONDERWIJS EN OPLEIDINGEN VAN HET VIZO (leertijd, ondernemersopleiding). HIERBIJ BEHOREN OOK AGGREGAAT EN VOORTGEZETTE OPLEIDINGEN NIET: VOLWASSENENONDERWIJS, NL. ONDERWIJS VOOR SOCIALE PROMOTIE (AVONDONDERWIJS), BASISEDUCATIE, TWEEDEKANSONDERWIJS OF VDAB-OPLEIDINGEN DEFINITIE NIET-WERKEN: BETEKENT UITKERINGSGERECHTIGD WERKLOOS, WERKLOOS IN WACHTTIJD, THUIS ZONDER INKOMEN, LOOPBAANONDERBREKING, OP ZIEKENKAS/INVALIDITEIT, ONBEZOLDIGD VRIJWILLIGERSWERK, Vraag 1 Op het ogenblik van de bevraging op < enqd, enqm, enqj > was uw situatie de volgende : 1: u werkte 2: bij [wghj] 3: als [fnhj] 4: sinds [beginmj, beginjj] 5: u studeerde 6: in het [ondhs] [typehs] 7: in de richting [richting] 8: in het [jaarhs] (leer)jaar 9: u was niet-werkend 10: en [typenwhs] 11: sinds [beginmnw, beginjnw] 12: laatste job bij [wglj] 13: als [fnlj] 14: u volgde [typeandoplhs] 15: in de richting [randoplhs]

*VRAAG 2 Vraag 2 Klopt dit? *DOORGAAN naar kalenderbevraging of naar vraag 13 voor sitenq=(4 of 5) 2: neen *FILT: STEL VRAAG 3 INDIEN CODE 2 OP VRAAG 2 *VRAAG 3 Vraag 3 Wat klopt er niet? (ENQ. LEES EEN VOOR EEN VOOR - MEERDERE ANTWOORDEN MOGELIJK) (ENQ. DUID AAN WAT NIET KLOPT!!) 1: u werkte 2: bij [wghj] 3: als [fnhj] 4: sinds [beginmj, beginjj] 5: u studeerde 6: in het [ondhs] [typehs] ga naar vraag 17 7: in de richting [richting] ga naar vraag 17 8: in het [jaarhs] (leer)jaar ga naar vraag 17 9: u was niet-werkend 10: en [typenwhs] 11: sinds [beginmnw, beginjnw] 12: laatste job bij [wglj] 13: als [fnlj] 14: u volgde [typeandoplhs] 15: in de richting [randoplhs] *FILT: STEL VRAAG 4 INDIEN CODE 1, 5 OF 9 OP VRAAG 3 *VRAAG 4 Vraag 4 Welke van de volgende zaken beschrijven dan wel op correcte wijze uw situatie van ongeveer 6 jaar geleden (namelijk op < enqd, enqm, enqj >)? (ENQ. LEES ALLE ANTWOORDMOGELIJKHEDEN VOOR - 1 ENKEL ANTWOORD MOGELIJK) 1: u werkte 5: u studeerde 9: u was niet-werkend 17: u werkte en studeerde tegelijkertijd

*FILT: STEL VRAAG 5 INDIEN CODE 2 OP VRAAG 3 OF INDIEN CODE 1 OP VRAAG 4 OF INDIEN (OKINFOWG=0 (= indien info wg ontbreekt) en werkend volgens gecorrigeerde startinfo) *VRAAG 5 Vraag 5 Wat is de naam en het adres van de lokale vestiging van de onderneming of instelling waar u werkte op het moment van de bevraging (<enqd, enqm, enqj>)? Geef een zo concreet mogelijke naam, bv. "hoofdzetel", "bijkantoor". Indien u bij de overheid werkte, geef ook de concrete naam van de afdeling. (ENQ. : NIETS SUGGEREREN - DRING AAN - NOTEER LETTERLIJK) (ENQ. INDIEN DE RESPONDENT DE NAAM EN HET ADRES VAN DE ONDERNEMING NIET WEET TYP DAN 98 ) (ENQ. INDIEN DE RESPONDENT NIET WENST TE ANTWOORDEN TYP DAN 99 ) DEFINITIE De (lokale) vestiging is de plaats waar de betrokkene hoofdzakelijk zijn job uitoefent (bv. filiaal van grootwarenhuis, bank, ). Geef de officiële benaming van de onderneming zo correct mogelijk in, vermijd afkortingen. Het juridische statuut van de lokale vestiging (NV, BVBA, ) moet bij de naam vermeld worden. Naam : Straat : Waar was deze onderneming gevestigd? <POSTCODES TE KIEZEN UIT CODEBOEK POSTCODES> *FILT: STEL VRAAG 6 INDIEN CODE 2 OP VRAAG 3 OF INDIEN CODE 1 OP VRAAG 4 OF INDIEN (OKINFOWG=0 en werkend volgens gecorrigeerde startinfo of okinfoac=0 en werkend volgens gecorrigeerde startinfo) *VRAAG 6 Vraag 6 Wat is de voornaamste activiteit van de lokale vestiging waar u werkte op het moment van de bevraging (namelijk op <enqd, enqm, enqj>)? (NIETS SUGGEREREN DRING AAN NOTEER LETTERLIJK) (ENQ. INDIEN DE RESPONDENT DE ACTIVITEIT VAN DE ONDERNEMING NIET WEET TYP DAN 98 ) (ENQ. INDIEN DE RESPONDENT NIET WENST TE ANTWOORDEN TYP DAN 99 ) DEF. ENQ. Dit is de economische activiteit van de onderneming waar de betrokkene zijn job uitoefent. Men vraagt wat er in de onderneming gemaakt, geproduceerd, uitgevoerd wordt. Het gaat om de activiteit van de lokale vestiging of dochteronderneming, de plaats waar de respondent hoofdzakelijk werkt, dus niet van de totale onderneming. De omschrijving van de activiteit moet zo precies mogelijk zijn (bv. handel is onvoldoende, er moet gepreciseerd worden welk soort handel, bv. kleinhandel in sportartikelen).

*FILT: STEL VRAAG 7 INDIEN CODE 2 OP VRAAG 3 OF INDIEN CODE 1 OP VRAAG 4 OF INDIEN (okinfowg=0 en werkend volgens gecorrigeerde startinfo of INFOONDG=0 en werkend volgens gecorrigeerde startinfo) *VRAAG 7 Vraag 7 Hoeveel mensen werkten er op het moment van de bevraging (namelijk op <enqd, enqm, enqj>) in de onderneming of instelling waar u werkte? We bedoelen hiermee de lokale vestiging of dienst waar u werkte. Indien u werkte als zelfstandige, gaat het om het aantal werknemers en helpers dat u in dienst had. 1: Minder dan 10 werknemers 2: 11-49 werknemers 3: 50-249 werknemers 4: 250 en meer werknemers *FILT: STEL VRAAG 8 INDIEN CODE 3 OP VRAAG 3 OF INDIEN CODE 1 OP VRAAG 4 OF INDIEN (OKINFOFN= 0 en werkend volgens gecorrigeerde startinfo) *VRAAG 8 Vraag 8 Wat was de functie in uw job op het moment van de bevraging (namelijk op <enqd, enqm, enqj>)? Geef de functiebenaming zoals in de onderneming of instelling werd gebruikt of die gebruikelijk was. (ENQ. : NIETS SUGGEREREN - DRING AAN - NOTEER LETTERLIJK) (ENQ. INDIEN DE RESPONDENT DE FUNCTIE NIET WEET TYP DAN 98 ) (ENQ. INDIEN DE RESPONDENT NIET WENST TE ANTWOORDEN TYP DAN 99 ) DEFINITIE Noteer de officiële benaming van het beroep / functie. Door het omschrijven van de taken die de respondent uitvoert, moet de functie verder getypeerd worden. Het gaat niet om de opleiding van de betrokkene. Bv. als een licentiaat in de wetenschappen werkt als boekhouder, dan is dit laatste zijn beroep. *FILT: STEL VRAAG 9 INDIEN CODE 3 OP VRAAG 3 OF INDIEN CODE 1 OP VRAAG 4 OF INDIEN (OKINFOTAKENENHANDELINGEN= 0 en werkend volgens gecorrigeerde startinfo) *VRAAG 9 Vraag 9 Wat waren de voornaamste taken en handelingen die u diende uit te voeren? (NIETS SUGGEREREN - DRING AAN - NOTEER ZO VOLLEDIG MOGELIJK) (ENQ. INDIEN DE RESPONDENT DE TAKEN EN HANDELINGEN NIET WEET TYP DAN 98 ) (ENQ. INDIEN DE RESPONDENT NIET WENST TE ANTWOORDEN TYP DAN 99 ) DEF. ENQ. Probeer zo gedetailleerd mogelijk de taken en handelingen te omschrijven. secretariaatswerk of bandwerk is bv. onvoldoende. Noteer bv. het uitschrijven van facturen, afspraken regelen via de telefoon, brieven versturen naar klanten, enz. Of bv. handmatig inpakken van goederen,

*FILT: STEL VRAAG 10 INDIEN CODE 3 OP VRAAG 3 OF INDIEN CODE 1 OP VRAAG 4 OF INDIEN (INFOLEID= 0 en werkend volgens gecorrigeerde startinfo) *VRAAG 10 Vraag 10 Over hoeveel mensen had u leiding in die job op het moment van de bevraging (namelijk op <enqd, enqm, enqj>)? (ENQ. LEES ALLE ANTWOORDMOGELIJKHEDEN VOOR - 1 ENKEL ANTWOORD MOGELIJK) (ENQ. VOOR LERAARS IS DIT NIET HET AANTAL LEERLINGEN!) 1: geen 2: 1 tot 9 mensen 3: 10 tot 49 mensen 4: 50 of meer *FILT: STEL VRAAG 11 INDIEN CODE 4 OP VRAAG 3 OF CODE 1 OP VRAAG 4 *VRAAG 11 Vraag 11 Sinds wanneer werkte u bij [wghj] als [fnhj]? (ENQ.: DUID MAAND EN JAAR AAN) LIJST MAANDEN EN JAREN VOOR DATUM BEVRAGING (< enqd, enqm, enqj >)? OPGELET: HOU REKENING MET NIEUWE DATUM VOOR BEPALING LENGTE >1 JAAR INDIEN ALLEREERSTE JOB!! *FILT: STEL VRAAG 12 INDIEN (CODE 10 OP VRAAG 3 EN NIET CODE 9 OP VRAAG 3) OF INDIEN CODE 9 OP VRAAG 4 OF INDIEN (INFO OVER SITUATIE VAN NIET-WERKEN ONTBREEKT IN HET STARTBESTAND en niet werkend volgens gecorrigeerde startinfo) *VRAAG 12 Vraag 12 Wat was uw situatie niet-werken op het moment van de vorige bevraging? (ENQ. ZWANGERSCHAP IS GEEN ONDERBREKING VAN EEN WERKPERIODE) (ENQ. TOON KAART 8) 1: uitkeringsgerechtigd werkloos 2: werkloos in wachttijd 3: geschorst door de RVA 4: vrijgesteld van stempelcontrole omwille van familiale of sociale redenen 5: leefloon, steun van het OCMW 6: thuis zonder inkomen, huisvrouw/huisman 7: op ziekenkas/invaliditeit (ziekte, invaliditeit, arbeidsongeschiktheid) 8: loopbaanonderbreking (tijdskrediet) / verlof zonder wedde 10: studeren 11: onbezoldigd vrijwilliger 49: andere: specifieer (ENQ: NIET VOORLEZEN; WEL AANDUIDEN INDIEN RESPONDENT SPONTAAN VERMELD) (9: ouderschapsverlof)

*FILT: STEL VRAAG 13 INDIEN (SITENQ=(4 OF 5) EN GEEN 9 OP VRAAG 3) OF INDIEN (CODE 9 OP VRAAG 4 en niet werkend volgens gecorrigeerde startinfo) *VRAAG 13 Vraag 13 Hebt u sindsdien nog gewerkt? DEFINITIE WERKEN: WE BESCHOUWEN IEMAND ALS WERKEND ALS HIJ/ZIJ EEN BETAALDE JOB HEEFT VAN MINSTENS 1 UUR PER WEEK, VOOR MINSTENS TWEE WEKEN EN 1 DAG (MEER DAN DE HELFT VAN EEN KALENDERMAAND), MET EEN REGULIER ARBEIDSCONTRACT (D.W.Z. ALS BEDIENDE OF ARBEIDER) OF ALS ZELFSTANDIGE OF HELPER (MEEWERKEND FAMILIELID ZONDER VERGOEDING EN ARBEIDSCONTRACT). (OPM : ONBEZOLDIGD VRIJWILLIGER = NIET-WERKEN) 2: nee *SCREEN Nu zullen we met u uw verdere loopbaan overlopen tot op dit moment. Daartoe zullen we deze kalender invullen, waarbij het de bedoeling is voor elke maand aan te geven of u student, werkend of niet werkend was. Binnen de periodes die u gewerkt heeft, dienen ook de verschillende jobs van elkaar onderscheiden te worden adhv de veranderingen van werkgever en/of functie.

KALENDERBEVRAGING *VRAAG 14 Vraag 14 Op het moment van de vorige bevraging < enqm enqj> was u <werkend> <niet-werkend> <student> <werkend en student> DEFINITIE WERKEN: WE BESCHOUWEN IEMAND ALS WERKEND ALS HIJ/ZIJ EEN BETAALDE JOB HEEFT VAN MINSTENS 1 UUR PER WEEK, VOOR MINSTENS TWEE WEKEN EN 1 DAG (MEER DAN DE HELFT VAN EEN KALENDERMAAND), MET EEN REGULIER ARBEIDSCONTRACT (D.W.Z. ALS BEDIENDE OF ARBEIDER) OF ALS ZELFSTANDIGE OF HELPER (MEEWERKEND FAMILIELID ZONDER VERGOEDING EN ARBEIDSCONTRACT). (OPM : ONBEZOLDIGD VRIJWILLIGER = NIET-WERKEN) DEFINITIE STUDEREN: VOLTIJDSE OF DEELTIJDSE OPLEIDINGEN HOGER ONDERWIJS, SECUNDAIR ONDERWIJS, DEELTIJDS BEROEPSSECUNDAIR ONDERWIJS EN OPLEIDINGEN VAN HET VIZO (LEERTIJD, ONDERNEMERSOPLEIDING). HIERBIJ BEHOREN OOK AGGREGAAT EN VOORTGEZETTE OPLEIDINGEN NIET: VOLWASSENENONDERWIJS, NL. ONDERWIJS VOOR SOCIALE PROMOTIE (AVONDONDERWIJS), BASISEDUCATIE, TWEEDEKANSONDERWIJS OF VDAB-OPLEIDINGEN. DEFINITIE NIET-WERKEN: BETEKENT UITKERINGSGERECHTIGD WERKLOOS, WERKLOOS IN WACHTTIJD, THUIS ZONDER INKOMEN, LOOPBAANONDERBREKING, OP ZIEKENKAS/INVALIDITEIT, ONBEZOLDIGD VRIJWILLIGERSWERK,

We gaan nu overlopen wanneer u nog studeerde. *FILT: INDIEN NIET STUDEREND VOLGENS GECORRIGEERDE STARTINFO D.I. INDIEN ((SITENQ=1, 2, 3) EN GEEN 5 OP VRAAG 3) OF INDIEN GEEN CODE 5, 17 OP VRAAG 4 *VRAAG 15 Vraag 15 Heeft u nog gestudeerd sinds (enqm - enqj). Met studeren bedoelen we het volgen van voltijdse of deeltijdse opleidingen hoger onderwijs, secundair onderwijs, deeltijds beroepssecundair onderwijs en VIZO hierbij behoren ook aggregaat en voortgezette opleidingen. 2: neen ->DOORG MODULE ZOEKGEDRAG (VRAAG 86) *FILT: STEL VRAAG 16 INDIEN CODE 1 OP VRAAG 15 *VRAAG 16 Vraag 16 Was u student in het schooljaar <2003-2004>? 2: neen *FILT: STEL VRAAG 17 INDIEN CODE 1 OP VRAAG 16 OF INDIEN STUDENT OP HET OGENBLIK VAN DE BEVRAGING (GECORRIGEERDE STARTINFO) *VRAAG 17 Vraag 17 Welk onderwijs hebt u in het schooljaar< 2003-2004 >gevolgd? Was dit? (ENQ. LEES ALLE ANTWOORDMOGELIJKHEDEN VOOR - 1 ENKEL ANTWOORD MOGELIJK) 1: Secundair Onderwijs 2: Hoger onderwijs, dwz. studies aan de universiteit, in het hoger onderwijs van één of twee cycli (korte of lange type) of een hogere uniformopleiding (zoals politie, leger, piloot, steward(ess), ) of de 4 de graad BSO of een aanvullende opleiding, een specialisatieopleiding of aggregaat 3: Deeltijds Beroepssecundair Onderwijs, d.i. een vorming in een Centrum voor Deeltijds Onderwijs / Deeltijdse vorming (het DBSO) 4: VIZO-opleiding, d.i. de leertijd van de middenstand (een leercontract) of een ondernemersopleiding in een Centrum voor Middenstandsopleiding (CMO) of SYNTRA

*VRAAG 18 Vraag 18 Was u in het schooljaar <2003-2004> gedurende het volledige jaar student (dwz begonnen in september of oktober tot en met de examens in juni )? 2: neen *FILT: STEL VRAAG 19 INDIEN CODE 2 OP VRAAG 18 *VRAAG 19 Vraag 19 Bent u? 1: laattijdig begonnen (na oktober) 2: vroegtijdig gestopt (vóór de examens in juni) 3: laattijdig begonnen (na oktober) en vroegtijdig gestopt (vóór de examens in juni) *FILT: STEL VRAAG 20 INDIEN CODE 1 OF CODE 3 OP VRAAG 19 *VRAAG 20 Vraag 20 Wanneer hebt u het schooljaar 2003-2004 dan aangevat? 1: november <2003> 2: december <2003> 3: januari <2004> 4: februari <2004> 5: maart <2004> 6: april <2004> 7: mei <2004> *FILT: STEL VRAAG 21 INDIEN CODE 1 OF CODE 3 OP VRAAG 19 *VRAAG 21 Vraag 21 Was dit in de eerste of de tweede helft van de maand? 1: eerste helft (AUTOMATISCH TOEWIJZING VAN STUDENT VANAF HUIDIGE MAAND) 2: tweede helft (AUTOMATISCH TOEWIJZING VAN STUDENT VANAF VOLGENDE MAAND)

*FILT: STEL VRAAG 22 INDIEN CODE 2 OF CODE 3 OP VRAAG 19 *VRAAG 22 Vraag 22 Wanneer hebt u het schooljaar 2003-2004 dan stopgezet? 1: oktober <2003> 2: november <2003> 3: december <2003> 4: januari <2004> 5: februari <2004> 6: maart <2004> 7: april <2004> 8: mei <2004> 9: juni <2004> *FILT: STEL VRAAG 23 INDIEN CODE 2 OF 3 OP VRAAG 19 *VRAAG 23 Vraag 23 Was dit in de eerste of de tweede helft van de maand? 1: eerste helft (AUTOMATISCH TOEWIJZING VAN STUDENT TOT EN MET VORIGE MAAND) 2: tweede helft (AUTOMATISCH TOEWIJZING VAN STUDENT TOT EN MET HUIDIGE MAAND) HERHAAL VRAAG 16 TOT EN MET 23 VOOR SCHOOLJAAR 2004-2005 t.e.m. 2008-2009

REGISTRATIE DETAILS SCHOOLLOOPBAAN We gaan nu dieper in op uw schoolloopbaan (indien tijdens een schooljaar een verandering (bvb. onderwijsvorm, richting, ) zou optreden, de langste situatie registreren) *FILT: STEL VRAAG 24 T/M VRAAG 27 VOOR ELK SCHOOLJAAR VOLTIJDS SECUNDAIR ONDERWIJS (CODE 1 OP VRAAG 17) Registratie VOLTIJDS SECUNDAIR ONDERWIJS *VRAAG 24 Vraag 24 In welk leerjaar zat u in het schooljaar xxx-xxx? (ENQ. NIETS SUGGEREREN - 1 ENKEL ANTWOORD MOGELIJK) 1: eerste leerjaar 2: tweede leerjaar 3: derde leerjaar 4: vierde leerjaar 5: vijfde leerjaar 6: zesde leerjaar 7: zevende leerjaar (specialisatiejaar) *VRAAG 25 Vraag 25 In welke onderwijsvorm zat u in het schooljaar xxx-xxx? Was dit? (ENQ. LEES ALLE ANTWOORDMOGELIJKHEDEN VOOR - 1 ENKEL ANTWOORD MOGELIJK) *FILT: INDIEN EERSTE LEERJAAR (CODE 1 OP VRAAG 24) 1: eerste gemeenschappelijk leerjaar A (1e jaar ASO, TSO of KSO) 2: eerste leerjaar B, aanpassingsklas 9: Buitengewoon Secundair Onderwijs (BUSO) *FILT: INDIEN TWEEDE LEERJAAR (CODE 2 OP VRAAG 24) 3: tweede leerjaar A 4: tweede beroepsvoorbereidend leerjaar (BVL) 9: Buitengewoon Secundair Onderwijs (BUSO) *FILT: INDIEN DERDE LEERJAAR OF HOGER (CODE 3 7 OP VRAAG 24) 5: Algemeen Secundair Onderwijs 6:Technisch Secundair Onderwijs 7: Kunstsecundair Onderwijs 8: Beroepssecundair Onderwijs 9: Buitengewoon Secundair Onderwijs (max. leerjaar=5, sommige leerlingen doen meerdere malen 5e jaar in verschillende studierichting) *VRAAG 26

Vraag 26 Welke studierichting volgde u in het schooljaar xxx-xxx? (ENQ. NIETS SUGGEREREN - 1 ENKEL ANTWOORD MOGELIJK) CODEBOEK SECUNDAIR ONDERWIJS (in codeboek mogelijkheid andere (specifieer) voorzien) *FILT: VOOR HET 6 DE JAAR ASO, TSO OF KSO OF HET 7 DE JAAR BSO (CODE 6 OP VRAAG 24 EN CODE 5, 6 OF 7 OP VRAAG 25 OF CODE 7 OP VRAAG 24 EN CODE 8 OP VRAAG 25): VRAGEN OF DIPLOMA WERD BEHAALD: VRAAG 27 NIET STELLEN INDIEN VOORTIJDIG GESTOPT = CODE 2 OF 3 OP VRAAG 19 *VRAAG 27 Vraag 27 Behaalde u in het schooljaar xxx-xxx een diploma? 4: ja 5: neen 6: geen examens afgelegd (dit is de enige mogelijkheid als de eindmaand <juni) *FILT: VOOR ALLE ANDERE JAAR-VORM COMBINATIES (OOK 6 DE JAAR BSO, OOK 7 de JAREN ASO, KSO OF TSO): VRAGEN OF ATTEST WERD BEHAALD: VRAAG 28 NIET STELLEN INDIEN VOORTIJDIG GESTOPT = CODE 2 OF 3 OP VRAAG 19 *VRAAG 28 Vraag 28 Welk attest behaalde u in het schooljaar xxx-xxx? 1: A-attest 2: B-attest 3: C-attest 6: geen examens afgelegd (dit is de enige mogelijkheid als de eindmaand <juni)

*FILT: STEL VRAAG 29 31 VOOR ELK JAAR DEELTIJDS BEROEPSSECUNDAIR ONDERWIJS (CODE 3 OP VRAAG 17) Registratie DEELTIJDS BEROEPSSECUNDAIR ONDERWIJS (DBS0): *VRAAG 29 Vraag 29 In welke graad zat u in het schooljaar xxx-xxx? (ENQ. LEES ALLE ANTWOORDMOGELIJKHEDEN VOOR - 1 ENKEL ANTWOORD MOGELIJK) 2: tweede graad 3: derde graad *VRAAG 30 Vraag 30 Welke studierichting volgde u in het schooljaar xxx-xxx? (ENQ. NIETS SUGGEREREN - 1 ENKEL ANTWOORD MOGELIJK) CODEBOEK DBSO (in codeboek mogelijkheid andere (specifieer) voorzien) *VRAAG 31 Vraag 31 Was u tijdens het schooljaar xxx-xxx tewerkgesteld? (ENQ. LEES ALLE ANTWOORDMOGELIJKHEDEN VOOR - 1 ENKEL ANTWOORD MOGELIJK) 20: met een industrieel leercontract 21: overwegend 22: af en toe 23: nooit *FILT: STEL VRAAG 32-34 VOOR ELK JAAR MIDDENSTANDSOPLEIDING (CODE 4 OP VRAAG 17) *VRAAG 32 Registratie MIDDENSTANDSOPLEIDING (VIZO, CMO): Vraag 32 Het schooljaar xxx-xxx, betrof dit een? (ENQ. LEES ALLE ANTWOORDMOGELIJKHEDEN VOOR - 1 ENKEL ANTWOORD MOGELIJK) 25: leertijd / leerovereenkomst 26: ondernemersopleiding *VRAAG 33 Vraag 33 In welk leerjaar zat u in het schooljaar xxx-xxx? (ENQ. LEES ALLE ANTWOORDMOGELIJKHEDEN VOOR - 1 ENKEL ANTWOORD MOGELIJK) 1: eerste overgangsjaar 2: tweede overgangsjaar

3: eindjaar *VRAAG 34 Vraag 34 Welke studierichting volgde u in het schooljaar xxx-xxx? (ENQ. NIETS SUGGEREREN - 1 ENKEL ANTWOORD MOGELIJK) CODEBOEK VIZO *FILT: STEL VRAAG 35 40 VOOR ELK JAAR HOGER ONDERWIJS (CODE 2 IN VRAAG 17) Registratie HOGER ONDERWIJS: (ENQ.: INDIEN TIJDENS EEN SCHOOLJAAR EEN VERANDERING (BVB. TYPE, RICHTING, ) ZOU OPTREDEN, DE LANGSTE SITUATIE REGISTREREN) *VRAAG 35 Vraag 35 Volgde u in het schooljaar xxx xxx? (ENQ.: IAJ IS GEEN COMBINATIE VAN TWEE STUDIES!) 1: 1 studie in het hoger onderwijs 2: meerdere studies in het hoger onderwijs tegelijkertijd Hoeveel studies in het hoger onderwijs heeft u gecombineerd? (ENQ. LEES ALLE ANTWOORDMOGELIJKHEDEN VOOR 1 ANTWOORD MOGELIJK) 2: twee 3: drie

*FILT: INDIEN COMBINATIE VAN STUDIES, STEL VRAAG 36 40 EERST VOOR <UW BELANGRIJKSTE STUDIE>, VERVOLGENS VOOR <UW 2DE BELANGRIJKSTE STUDIE>, VERVOLGENS VOOR <UW 3DE BELANGRIJKSTE STUDIE> IN HET SCHOOLJAAR XXX-XXX *VRAAG 36 Vraag 36 Welk onderwijstype volgde u in het schooljaar xxx-xxx? (ENQ. LEES ALLE ANTWOORDMOGELIJKHEDEN VOOR - 1 ENKEL ANTWOORD MOGELIJK) 10: universiteit 11: hoger onderwijs van het Lange type, van 2 cycli 12: hoger onderwijs van het Korte type, van 1 cyclus 13: uniformberoepen 14: vierde graad Beroepssecundair Onderwijs 15: academische initiële lerarenopleiding (aggregaat) (d.i. de opleiding tot "geaggregeerde voor het secundair onderwijs-groep 2" om les te kunnen geven in de tweede en derde graad secundair onderwijs, eventueel in het hoger onderwijs) 17: doctoraatsopleiding 18: universitaire voortgezette opleiding, aanvullend (GAS) 19: universitaire voortgezette opleiding, gespecialiseerd (GGS, Master)

*VRAAG 37 Vraag 37 In welk leerjaar zat u in het schooljaar xxx-xxx? (ENQ. NIETS SUGGEREREN - 1 ENKEL ANTWOORD MOGELIJK) (ENQ.:INDIEN SLECHTS EEN DEEL VAN EEN LEERJAAR WORDT GECOMBINEERD VIA EEN IAJ, DUID HET LAAGSTE LEERJAAR AAN EEN THESISJAAR WORDT GECODEERD ALS EEN BISJAAR. EEN VOORTGEZETTE OPLEIDING BEGINT OPNIEUW VANAF 1) 1: eerste leerjaar 2: tweede leerjaar 3: derde leerjaar 4: vierde leerjaar 5: vijfde leerjaar 6: zesde leerjaar 7: zevende leerjaar 0: enige kandidatuur: (d.i. studenten die omwille van een voorafgaande opleiding vrijstellingen krijgen voor bepaalde vakken en een studiejaar mogen volgen waarin tegelijkertijd vakken van de eerste en tweede kandidatuur gegeven worden.) *VRAAG 38 Vraag 38 Welke richting volgde u in het schooljaar xxx-xxx? (ENQ. NIETS SUGGEREREN - 1 ENKEL ANTWOORD MOGELIJK) CODEBOEK HOGER ONDERWIJS (SPECIFIEK NAARGELANG TYPE + OPEN ANTWOORD MOGELIJK; VOOR CODES 15-19 VRAAG 36 IS ER GEEN CODEBOEK, DUS ENKEL OPEN VRAAG)

*FILT: STEL VRAAG 39 NIET INDIEN VROEGER GESTOPT MET STUDEREN IN BETREFFENDE SCHOOLJAAR (code 2 of 3 op vraag 19) *VRAAG 39 Vraag 39 Welk studieresultaat behaalde u in het schooljaar xxx-xxx? (ENQ.: INDIEN IAJ, AANDUIDEN OF MEN GESLAAGD IS VOOR HET LAAGSTE JAAR) Afstudeerjaar: 19: diploma, geslaagd met grote of grootste onderscheiding 20: diploma, geslaagd met onderscheiding 21: diploma, geslaagd op voldoende wijze Deeltijdse studie: het eerste deel 17: studeert deeltijds, toegelaten tot tweede deel van het jaar 18: studeert deeltijds, niet toegelaten tot tweede deel van het jaar Alle andere: 10: geslaagd met grote of grootste onderscheiding 11: geslaagd met onderscheiding 12: geslaagd op voldoende wijze 13: niet geslaagd, maar wel alle examens afgelegd 14: niet alle examens afgelegd 15: geen examens afgelegd 16: niet geslaagd, maar volgt volgend jaar Individueel Aangepast Jaarprogramma (DEF: IAJ (individueel aangepast jaarprogramma) d.i. bissers met vrijstellingen in hun bisjaar, die al vakken van het volgende leerjaar volgen.) *FILT: STEL VRAAG 40 NIET INDIEN VROEGER GESTOPT MET STUDEREN IN BETREFFENDE SCHOOLJAAR (code 2 of 3 op vraag 19) *VRAAG 40 Vraag 40 Had u tweede zit in het schooljaar xxx-xxx? 2: neen (HERHAAL VRAAG 24 TOT EN MET VRAAG 40 VOOR SCHOOLJAAR 2004-2005 t.e.m. 2008-2009)

REGISTRATIE SCHOOLJAAR 2009-2010 (VRAGEN 41 TOT EN MET VRAAG 48) *VRAAG 41 Vraag 41 Bent u / was u student in het schooljaar 2009-2010? 2: neen ->DOORG MODULE ZOEKGEDRAG *FILT: STEL VRAAG 42 INDIEN CODE 1 OP VRAAG 41 *VRAAG 42 Vraag 42 Welk onderwijs volgt u / hebt u gevolgd in het schooljaar 2009-2010? Is / was dit? (ENQ. LEES ALLE ANTWOORDMOGELIJKHEDEN VOOR - 1 ENKEL ANTWOORD MOGELIJK) 1: Secundair Onderwijs 2: Hoger onderwijs, dwz. studies aan de universiteit, in het hoger onderwijs van één of twee cycli (korte of lange type) of een hogere uniformopleiding (zoals politie, leger, piloot, steward(ess), ) of de 4 de graad BSO of een aanvullende opleiding of een specialisatieopleiding 3: Deeltijds Beroepssecundair Onderwijs, d.i. een vorming in een Centrum voor Deeltijds Onderwijs / Deeltijdse vorming (het DBSO) 4: VIZO-opleiding, d.i. de leertijd van de middenstand (een leercontract) of een ondernemersopleiding in een Centrum voor Middenstandsopleiding (CMO) of SYNTRA *FILT: STEL VRAAG 43 INDIEN CODE 1 OP VRAAG 41 *VRAAG 43 Vraag 43 Bent u / was u in het schooljaar 2009-2010 tot nu toe (het volledige jaar) student (dwz begonnen in september of oktober en nog niet gestopt)? 2: neen *FILT: STEL VRAAG 44 INDIEN CODE 2 OP VRAAG 43 *VRAAG 44 Vraag 44 Bent u? 1: laattijdig begonnen (na oktober) 2: al gestopt 3: laattijdig begonnen (na oktober) en al gestopt

*FILT: STEL VRAAG 45 INDIEN CODE 1 OF CODE 3 OP VRAAG 44 *VRAAG 45 Vraag 45 Wanneer hebt u het schooljaar 2009-2010 dan aangevat? 1: november 2009 2: december 2009 (AUTOMATISCHE AANPASSING LAATSTE MAAND=MAAND BEVRAGING) *FILT: STEL VRAAG 46 INDIEN CODE 1 OF CODE 3 OP VRAAG 44 *VRAAG 46 Vraag 46 Was dit in de eerste of de tweede helft van de maand? 1: eerste helft (AUTOMATISCH TOEWIJZING VAN STUDENT VANAF HUIDIGE MAAND) 2: tweede helft (AUTOMATISCH TOEWIJZING VAN STUDENT VANAF VOLGENDE MAAND) *FILT: STEL VRAAG 47 INDIEN CODE 2 OF CODE 3 OP VRAAG 44 *VRAAG 47 Vraag 47 Wanneer heeft u het schooljaar 2009-2010 dan stopgezet? 1: oktober 2009 2: november 2009 3: december 2009 (AUTOMATISCHE AANPASSING LAATSTE MAAND=MAAND BEVRAGING) *FILT: STEL VRAAG 48 INDIEN CODE 2 OF CODE 3 OP VRAAG 44 *VRAAG 48 Vraag 48 Was dit in de eerste of de tweede helft van de maand? 1: eerste helft (AUTOMATISCH TOEWIJZING VAN STUDENT TOT EN MET VORIGE MAAND) 2: tweede helft (AUTOMATISCH TOEWIJZING VAN STUDENT TOT EN MET HUIDIGE MAAND) FILTER: INDIEN vraag 15=ja en (vraag 16 voor de verschillende schooljaren is "nee" en vraag 41 is "nee")) U was geen student in een van de vermelde studiejaren, maar toch heeft u aangegeven dat u nog heeft gestudeerd sedert <enqdat, enqm> in de betekenis van VOLTIJDSE OF DEELTIJDSE OPLEIDINGEN HOGER ONDERWIJS SECUNDAIR ONDERWIJS? DEELTIJDS BEROEPSSECUNDAIR ONDERWIJS EN OPLEIDINGEN VAN HET VIZO (leertijd, ondernemersopleiding). Hierbij behoren ook aggregaat en voortgezette opleidingen. EVENTUELE OPLEIDINGEN EN DIPLOMA S IN HET KADER VAN OPLEIDING SOCIALE PROMOTIE OF VOOR DE VDAB WORDEN LATER BEVRAAGD (ENQ. NOTEER HIER DE VERKLARING VOOR DIT VERSCHIL) REGISTRATIE DETAILS HUIDIG SCHOOLJAAR We gaan nu dieper in op uw huidige schoolloopbaan. (indien tijdens een schooljaar een verandering (bvb. onderwijsvorm, richting,.) zou optreden, de langste situatie registreren)

*FILT: STEL VRAAG 49 T/M VRAAG 51 INDIEN HUIDIG SCHOOLJAAR VOLTIJDS SECUNDAIR ONDERWIJS (CODE 1 OP VRAAG 42) *VRAAG 49 Vraag 49 In welk leerjaar zit u in het huidig schooljaar? (ENQ. NIETS SUGGEREREN - 1 ENKEL ANTWOORD MOGELIJK) 1: eerste leerjaar 2: tweede leerjaar 3: derde leerjaar 4: vierde leerjaar 5: vijfde leerjaar 6: zesde leerjaar 7: zevende leerjaar (specialisatiejaar) *VRAAG 50 Vraag 50 In welke onderwijsvorm zit u in het huidig schooljaar? Is dit? (ENQ. LEES ALLE ANTWOORDMOGELIJKHEDEN VOOR - 1 ENKEL ANTWOORD MOGELIJK) *FILT: INDIEN EERSTE LEERJAAR (CODE 1 OP VRAAG 49) 1: eerste gemeenschappelijk leerjaar A (1e jaar ASO, TSO of KSO) 2: eerste leerjaar B, aanpassingsklas 9: Buitengewoon Secundair Onderwijs (BUSO) *FILT: INDIEN TWEEDE LEERJAAR (CODE 2 OP VRAAG 49) 3: tweede leerjaar A 4: tweede beroepsvoorbereidend leerjaar (BVL) 9: Buitengewoon Secundair Onderwijs (BUSO) *FILT: INDIEN DERDE LEERJAAR OF HOGER (CODE 3 7 OP VRAAG 49) 5: Algemeen Secundair Onderwijs 6:Technisch Secundair Onderwijs 7: Kunstsecundair Onderwijs 8: Beroepssecundair Onderwijs 9: Buitengewoon Secundair Onderwijs (max. leerjaar=5, sommige leerlingen doen meerdere malen 5e jaar in verschillende studierichting)

*VRAAG 51 Vraag 51 Welke studierichting volgt u in het huidig schooljaar? (ENQ. NIETS SUGGEREREN - 1 ENKEL ANTWOORD MOGELIJK) CODEBOEK SECUNDAIR ONDERWIJS + OPEN ANTWOORD *FILT: STEL VRAAG 52-54 INDIEN HUIDIG SCHOOLJAAR DEELTIJDS BEROEPSSECUNDAIR ONDERWIJS (CODE 3 OP VRAAG 42) Registratie DEELTIJDS BEROEPSSECUNDAIR ONDERWIJS (DBS0): *VRAAG 52 Vraag 52 In welke graad zit u in het huidig schooljaar? (ENQ. LEES ALLE ANTWOORDMOGELIJKHEDEN VOOR - 1 ENKEL ANTWOORD MOGELIJK) 2: tweede graad 3: derde graad *VRAAG 53 Vraag 53 Welke studierichting volgt u in het huidig schooljaar? (ENQ. NIETS SUGGEREREN - 1 ENKEL ANTWOORD MOGELIJK) CODEBOEK DBSO + OPEN ANTWOORD *VRAAG 54 Vraag 54 Bent u tijdens het huidig schooljaar tewerkgesteld? (ENQ. LEES ALLE ANTWOORDMOGELIJKHEDEN VOOR - 1 ENKEL ANTWOORD MOGELIJK) 20: met een industrieel leercontract 21: overwegend 22: af en toe 23: nooit

*FILT: STEL VRAAG 55-57 INDIEN HUIDIG SCHOOLJAAR MIDDENSTANDSOPLEIDING (CODE 4 OP VRAAG 42) *VRAAG 55 Registratie MIDDENSTANDSOPLEIDING (VIZO, CMO): Vraag 55 Het huidig schooljaar, betreft dit een? (ENQ. LEES ALLE ANTWOORDMOGELIJKHEDEN VOOR - 1 ENKEL ANTWOORD MOGELIJK) 25: leertijd / leerovereenkomst 26: ondernemersopleiding *VRAAG 56 Vraag 56 In welk leerjaar zit u in het huidig schooljaar? (ENQ. LEES ALLE ANTWOORDMOGELIJKHEDEN VOOR - 1 ENKEL ANTWOORD MOGELIJK) 1: eerste overgangsjaar 2: tweede overgangsjaar 3: eindjaar *VRAAG 57 Vraag 57 Welke studierichting volgt u in het huidig schooljaar? (ENQ. NIETS SUGGEREREN - 1 ENKEL ANTWOORD MOGELIJK) CODEBOEK VIZO + OPEN ANTWOORD *FILT: STEL VRAAG 58-61 INDIEN HUIDIG SCHOOLJAAR HOGER ONDERWIJS (CODE 2 IN VRAAG 42) *VRAAG 58 Vraag 58 Volgt u in het huidig schooljaar? (ENQ.: IAJ IS GEEN COMBINATIE VAN TWEE STUDIES!) 1: 1 studie in het hoger onderwijs 2: meerdere studies in het hoger onderwijs tegelijkertijd Hoeveel studies in het hoger onderwijs combineert u? (ENQ. LEES ALLE ANTWOORDMOGELIJKHEDEN VOOR 1 ANTWOORD MOGELIJK) 2: twee 3: drie *FILT: INDIEN COMBINATIE VAN STUDIES, STEL VRAAG 59 61 EERST VOOR <UW BELANGRIJKSTE STUDIE>, VERVOLGENS VOOR <UW TWEEDE STUDIE> IN HET HUIDIG SCHOOLJAAR We stellen de vragen eerst voor uw belangrijkste studie, vervolgens voor uw tweede belangrijkste studie en eventueel voor uw minst belangrijke studie.

*VRAAG 59 Vraag 59 Welk onderwijstype volgt u in het huidig schooljaar? (ENQ. LEES ALLE ANTWOORDMOGELIJKHEDEN VOOR - 1 ENKEL ANTWOORD MOGELIJK) 10: universiteit 11: hoger onderwijs van het Lange type, van 2 cycli 12: hoger onderwijs van het Korte type, van 1 cyclus 13: uniformberoepen 14: vierde graad Beroepssecundair Onderwijs 15: academische initiële lerarenopleiding (aggregaat) (d.i. de opleiding tot "geaggregeerde voor het secundair onderwijs-groep 2" om les te kunnen geven in de tweede en derde graad secundair onderwijs, eventueel in het hoger onderwijs) 17: doctoraatsopleiding 18: universitaire voortgezette opleiding, aanvullend (GAS) 19: universitaire voortgezette opleiding, gespecialiseerd (GGS, Master) *VRAAG 60 Vraag 60 In welk leerjaar zit u in het huidig schooljaar? (ENQ. NIETS SUGGEREREN - 1 ENKEL ANTWOORD MOGELIJK) (ENQ.:INDIEN SLECHTS EEN DEEL VAN EEN LEERJAAR WORDT GECOMBINEERD VIA EEN IAJ, DUID HET LAAGSTE LEERJAAR AAN EEN THESISJAAR WORDT GECODEERD ALS EEN BISJAAR. EEN VOORTGEZETTE OPLEIDING BEGINT OPNIEUW VANAF 1) 1: eerste leerjaar 2: tweede leerjaar 3: derde leerjaar 4: vierde leerjaar 5: vijfde leerjaar 6: zesde leerjaar 7: zevende leerjaar 0: enige kandidatuur: (d.i. studenten die omwille van een voorafgaande opleiding vrijstellingen krijgen voor bepaalde vakken en een studiejaar mogen volgen waarin tegelijkertijd vakken van de eerste en tweede kandidatuur gegeven worden.)

*VRAAG 61 Vraag 61 Welke richting volgt u in het huidig schooljaar? (ENQ. NIETS SUGGEREREN - 1 ENKEL ANTWOORD MOGELIJK) CODEBOEK HOGER ONDERWIJS (SPECIFIEK NAARGELANG TYPE + OPEN ANTWOORD MOGELIJK; VOOR CODES 15-19 VRAAG 59 IS ER GEEN CODEBOEK, DUS ENKEL OPEN VRAAG)

MODULE SCHOOLLOOPBAAN (INDIEN STUDENT IN KALENDER) OPGELET VRAGEN 65-68 en 71-73 WORDEN AAN IEDEREEN GESTELD. *FILT: STEL VRAAG 62 EN VRAAG 63 VOOR DEELTIJDS BEROEPSSECUNDAIR ONDERWIJS, BEHALVE INDIEN DE RESPONDENT ENKEL DBSO VOLGT IN HUIDIG SCHOOLJAAR (CODE 3 OP VRAAG 17) *VRAAG 62 Vraag 62 Welke van de volgende getuigschriften of attesten m.b.t. deeltijds leren heeft u behaald in het Deeltijds Beroepssecundair Onderwijs sinds de vorige bevraging <enqd, enqm,enqj>? (ENQ. : LEES EEN VOOR EEN VOOR - MEERDERE ANTWOORDEN MOGELIJK) 1: studiegetuigschrift van de tweede graad DBSO 2: studiegetuigschrift van de derde graad DBSO 3: attest van regelmatige lesbijwoning 4: aanvullend getuigschrift over de kennis van bedrijfsbeheer 49: geen van deze *FILT: STEL VRAAG 63 ENKEL INDIEN CODE 20, 21 OF 22 OP VRAAG 31 *VRAAG 63 Vraag 63 Welke van de volgende getuigschriften of attesten m.b.t. deeltijds werken heeft u behaald in het Deeltijds Beroepssecundair Onderwijs sinds de vorige bevraging <enqd, enqm, enqj>? (ENQ. : LEES EEN VOOR EEN VOOR - MEERDERE ANTWOORDEN MOGELIJK) 1: kwalificatiegetuigschrift DBSO 2: attest van verworven bekwaamheden 49: geen van deze *FILT: STEL VRAAG 64 VOOR VIZO-MIDDENSTANDSOPLEIDING, BEHALVE INDIEN ENKEL VIZO GEVOLGD IN HUIDIG SCHOOLJAAR (CODE 4 IN VRAAG 17) *VRAAG 64 Vraag 64 Welke van de volgende getuigschriften of attesten heeft u behaald in de VIZO-middenstandsopleiding sinds de vorige bevraging <enqd, enqm, enqj>? (ENQ. : LEES EEN VOOR EEN VOOR - MEERDERE ANTWOORDEN MOGELIJK) 1: getuigschrift van de leerovereenkomst (leercontract/leertijd) 2: getuigschrift van de ondernemersopleiding 3: aanvullend getuigschrift over de kennis van het bedrijfsbeheer (distributie-attest, vestigingsattest) 49: geen van deze *FILT: STEL VRAAG 65 66 67 68 AAN ALLEN *VRAAG 65

Vraag 65 Volgens onze registratie heeft u volgende diploma's / attesten behaald: Is deze opsomming volledig en correct? Overzicht van alle behaalde diploma s, afgeleid uit de kalenderregistraties van C80(23) en C80(29) - voor personen die geen onderwijs meer hebben gevolgd na enquêtedatum C80(23): diploma s afgeleid uit C80(23) worden ter bevestiging/aanvulling aan de respondent voorgelegd - voor personen die wel nog onderwijs hebben gevolgd na enquêtedatum C80(23): diploma s afgeleid uit C80(23) én uit de nieuw verzamelde gegevens in C80(29) worden ter bevestiging/aanvulling aan de respondent voorgelegd 2: neen *FILT: STEL VRAAG 66 INDIEN CODE 2, 98 of 99 OP VRAAG 65 *VRAAG 66 Vraag 66 Zijn er eventueel nog andere diploma's /attesten die u behaald heeft? (ENQ.TOON KAART 1) 1: eerste graad algemeen secundair onderwijs (1A-2A) 2: eerste graad beroepsvoorbereidend secundair onderwijs (1B-BVL) 3: tweede graad algemeen vormend secundair onderwijs (ASO tem.4e jaar) 4: tweede graad kunstsecundair onderwijs (KSO t.em. 4e jaar) 5: tweede graad technisch secundair onderwijs (TSO t.em. 4e jaar) 6: tweede graad beroepssecundair onderwijs (BSO t.em. 4e jaar) 7: derde graad algemeen vormend secundair onderwijs (ASO tem. 6e jaar) 8: derde graad kunstsecundair onderwijs (KSO t.e.m. 6e jaar) 9: derde graad technisch secundair onderwijs (TSO t.e.m. 6e jaar) 10: derde graad beroepssecundair onderwijs (BSO t.e.m. 6e jaar) 11: zevende jaar algemeen vormend secundair onderwijs (ASO tem.7e jaar) 12: zevende jaar kunstsecundair onderwijs (KSO t.e.m. 7e jaar) 13: zevende jaar technisch secundair onderwijs (TSO t.e.m. 7e jaar) 14: zevende jaar beroepssecundair onderwijs (BSO t.e.m. 7e jaar) 31: buitengewoon secundair onderwijs (BUSO 32: studiegetuigschrift tweede graad deeltijds beroepssecundair onderwijs (DBSO) 33: studiegetuigschrift derde graad deeltijds beroepssecundair onderwijs (DBSO) 34: attest van regelmatige lesbijwoning 35: aanvullend getuigschrift over de kennis van bedrijfsbeheer 36: kwalificatiegetuigschrift (DBSO) 37: attest van verworven bekwaamheden 38: getuigschrift van de leerovereenkomst (leercontract/leertijd) (VIZO) 39: getuigschrift van de ondernemersopleiding (VIZO) 40: aanvullend getuigschrift over de kennis van bedrijfsbeheer (VIZO) 20: vierde graad beroepssecundair onderwijs 21: hoger onderwijs van één cyclus 22: hoger onderwijs van twee cycli 23: uniformopleiding 25: universiteit: licentiaatsdiploma 26: aggregaat 27: universitair voortgezette opleiding: aanvullend (GAS) 28: universitair voortgezette opleiding: gespecialiseerd (GGS, Master, ) 29: doctoraatsopleiding

30: Doctoraat 50: Neen, geen andere 97: Andere (ENQ. SPECIFIEER) *FILT: STEL VRAAG 68 NIET INDIEN CODE 50, 98 OF 99 OP VRAAG 66 OF ALS DE OPSOMMING VOLLEDIG EN CORRECT IS (=CODE 1 OP VRAAG 65). *VRAAG 68 Vraag 68 Heeft u deze diploma s en/of getuigschriften behaald via een andere weg (onderwijs voor sociale promotie, tweede kansonderwijs, middenjury, )? 2: neen *FILT: STEL VRAAG 67 INDIEN CODE 2, 98 of 99 OP VRAAG 65 *VRAAG 67 Vraag 67 Zijn er eventueel diploma s en/of getuigschriften die niet kloppen en moeten worden geschrapt. TOON BEHAALDE DIPLOMA S 50: neen

*FILT: STEL VRAAG 69 INDIEN LEERJAAR=7 (CODE 7 OP VRAAG 24 OF VRAAG 49) VOOR VOLTIJDS SO IN KALENDER D.I. CODE 1 OP VRAAG 17 OF CODE 1 OP VRAAG 42 *VRAAG 69 Vraag 69 Waarom bent u aan een zevende jaar secundair onderwijs begonnen? Ik som een aantal redenen op. Kan u telkens aangeven in welke mate deze redenen op u van toepassing zijn? - om een goed loon te kunnen verdienen - omdat de meeste van uw klasgenoten / vrienden ook gingen verder studeren - omdat u nog niet wilde gaan werken - om meer kans te hebben op een (goede) job later - om het beroep van uw keuze te kunnen uitoefenen - omdat uw ouders / familie dat graag hadden / verwachtten - omdat het vanzelfsprekend was dat u het zevende jaar zou volgen - omdat het onderwerp van de studies u interesseerde - omdat u zich verder persoonlijk wilde vormen - omdat u graag studeerde - omdat u het diploma secundair onderwijs wilde behalen (in het BSO kan dit pas na het zevende jaar) - omdat u zich wilde specialiseren in die richting - omdat u na het zevende jaar nog hogere studies wilde gaan volgen Is dit op u van toepassing? (ENQ. : LEES ALLE ANTWOORDMOGELIJKHEDEN VOOR - 1 ENKEL ANTWOORD MOGELIJK) 1: helemaal niet 2: eerder niet 3: eerder wel 4: helemaal

*FILT: STEL VRAAG 70 INDIEN PAS SINDS ENQUÊTEDATUM IN HOGER ONDERWIJS GESTART (DUS: INDIEN CODE 2 OP VRAAG 17 OF CODE 2 OP VRAAG 42 ÉN GEEN HOGER ONDERWIJS VOOR ENQUÊTEDATUM C80(23) DWZ [OOITHO=0 of missing op OOITHO]) *VRAAG 70 Vraag 70 Waarom bent u aan hoger onderwijs begonnen? Ik som een aantal redenen op. Kan u telkens aangeven in welke mate deze redenen op u van toepassing waren? - om een goed loon te kunnen verdienen - omdat de meeste van uw klasgenoten / vrienden ook gingen verder studeren - omdat u nog niet wilde gaan werken - om meer kans te hebben op een (goede) job later - om het beroep van uw keuze te kunnen uitoefenen - omdat uw ouders / familie dat graag hadden / verwachtten - omdat het vanzelfsprekend was dat u zou verder studeren - omdat het onderwerp van de studies u interesseerde - omdat u zich verder persoonlijk wilde vormen - omdat u graag studeerde Was dit voor u van toepassing? (ENQ. LEES ALLE ANTWOORDMOGELIJKHEDEN VOOR - 1 ENKEL ANTWOORD MOGELIJK) 1: helemaal niet 2: eerder niet 3: eerder wel 4: helemaal *FILT: STEL VRAAG 71 72 73 AAN ALLEN VRAAG 71 Vraag 71 Als u opnieuw zou moeten kiezen, zou u dan: (ENQ. LEES ALLE ANTWOORDMOGELIJKHEDEN VOOR - 1 ENKEL ANTWOORD MOGELIJK) 1: dezelfde studies doen als u gevolgd hebt / nu volgt 2: in een andere studierichting en / of niveau willen afstuderen

*FILT: STEL VRAAG 72 INDIEN CODE 2 OP VRAAG 71 *VRAAG 72 Vraag 72 In welke studierichting en / of niveau zou u dan wel willen zijn afgestudeerd? (ENQ. NIETS SUGGEREREN NOTEER LETTERLIJK) CODEBOEK ALLE STUDIERICHTINGEN (OF OPEN ANTWOORD) *FILT: STEL VRAAG 73 INDIEN IN EEN ANDERE STUDIERICHTING EN/OF NIVEAU WIL STUDEREN (CODE 2 OP VRAAG 71) *VRAAG 73 Vraag 73 Waarom zou u een ander studieniveau of -richting kiezen? We sommen enkele mogelijke redenen op. Geef de belangrijkste reden aan. Is dit? (ENQ. LEES ALLE ANTWOORDMOGELIJKHEDEN VOOR - 1 ENKEL ANTWOORD MOGELIJK) 1: om uw (toekomstige) job beter te kunnen uitoefenen 2: om promotie te kunnen maken 3: uit interesse 4: om te kunnen solliciteren op andere jobs 5: om een (vaste) job te kunnen vinden 6: om meer te kunnen verdienen 7: om meer aanzien te hebben 8: omdat er voor uw diploma geen toekomst is 9: om uw (toekomstige) job te kunnen behouden 49: andere (SPECIFIEER) *FILT: STEL VRAAG 74 INDIEN MINSTENS 1 KEER CODE 1 IN VRAAG 17 OF CODE 1 IN VRAAG 42 (INDIEN VOLTIJDS SECUNDAIR ONDERWIJS GEVOLGD) (EENMAAL TE BEVRAGEN) *VRAAG 74 Vraag 74 Heeft u sinds september 2003 tijdens uw studies secundair onderwijs (t.e.m. het 7de jaar) stage gevolgd in een onderneming of instelling? Werkervaring in het kader van deeltijds onderwijs (DBSO of VIZO) telt niet mee. DEFINITIE : De (leerlingen)stage bestaat uit een al dan niet aaneengesloten periode waarin studenten praktijkervaring opdoen in een onderneming of instelling. Het doel van stages is een begeleide kennismaking met een reële arbeidssituatie vooraleer de jongere echt de stap naar de arbeidsmarkt zet. De meeste stages zijn onbetaald, maar in bepaalde richtingen, ondernemingen, kan toch een vergoeding aan de stagiair(e) worden toegekend. Let op! Het gaat hier enkel om stages tijdens de studies. Dit mag niet worden verward met stagecontracten voor schoolverlaters. 2: neen *DOORGAAN naar werkervaring tijdens sec. onderwijs (vraag 77) *DOORGAAN naar werkervaring tijdens sec. onderwijs (vraag 77) *DOORGAAN naar werkervaring tijdens sec. onderwijs (vraag 77) *FILT: STEL VRAAG 75 INDIEN CODE 1 OP VRAAG 74 (INDIEN STAGE GEVOLGD IN SECUNDAIR ONDERWIJS) *VRAAG 75

Vraag 75 Tijdens hoeveel schooljaren in het secundair onderwijs sinds september 2003 heeft u als stagiair(e) gewerkt in een onderneming of instelling? (ENQ.: NOTEER AANTAL) schooljaren *FILT: STEL VRAAG 76 INDIEN CODE 1 OP VRAAG 74 (INDIEN STAGE GEVOLGD IN SECUNDAIR ONDERWIJS) *VRAAG 76 Vraag 76 Hoeveel heeft u tijdens het secundair onderwijs sinds september 2003 in het totaal als stagiair(e) gewerkt? (ENQ.: HET GAAT OM DE HOEVEELHEID TIJD EN NIET OM DE DUUR VAN DE PERIODE) (ENQ.: VUL IN IN GEWENSTE (COMBINATIE) EENHEID) (bvb. 1 dag per week gedurende 4 weken = 4 dagen) (ENQ. NOG BEZIG = 97 MAANDEN) (ENQ. WEET NIET = 98 MAANDEN) (ENQ. GEEN ANTWOORD = 99 MAANDEN) en en en uren dagen weken maanden *FILT: STEL VRAAG 77 INDIEN MINSTENS 1 KEER CODE 1 OP VRAAG 17 OF CODE 1 OP VRAAG 42 (INDIEN SECUNDAIR ONDERWIJS GEVOLGD) (EENMAAL TE BEVRAGEN) *VRAAG 77 Vraag 77 Heeft u tijdens uw studies secundair onderwijs sinds september 2003 gewerkt tegen betaling (werk als jobstudent/vakantiewerk/, dit kan zowel tijdens het schooljaar als tijdens de vakantie zijn)? 2: neen *DOORG VRAAG 80 *DOORG VRAAG 80 *DOORG VRAAG 80

*VRAAG 78 Vraag 78 Was dit? (LEES ALLE ANTWOORDMOGELIJKHEDEN VOOR - 1 ENKEL ANTWOORD MOGELIJK) (Een schooljaar definiëren we van september tot juni. Vakantiejobs in de vakantie tussen het laatste jaar secundair onderwijs en het eerste jaar hoger onderwijs, behoren nog tot de periode van het secundair onderwijs.) 1: hoofdzakelijk tijdens het schooljaar 2: hoofdzakelijk tijdens de vakantie 3: beide *VRAAG 79 Vraag 79 Hoeveel heeft u tijdens het secundair onderwijs sinds september 2003 in het totaal tegen betaling gewerkt? (ENQ.: HET GAAT OM DE HOEVEELHEID TIJD EN NIET OM DE DUUR VAN DE PERIODE) (ENQ.: VUL IN IN GEWENSTE (COMBINATIE) EENHEID) (bvb. 1 dag per week gedurende 4 weken = 4 dagen) (ENQ. NOG BEZIG = 97 MAANDEN) (ENQ. WEET NIET = 98 MAANDEN) (ENQ. GEEN ANTWOORD = 99 MAANDEN) en en en uren dagen weken maanden *FILT: STEL VRAAG 80 INDIEN MINSTENS 1 KEER CODE 2 IN VRAAG 17 OF CODE 2 OP VRAAG 42 (INDIEN HOGER ONDERWIJS GEVOLGD) (1 MAAL TE STELLEN) *VRAAG 80 Vraag 80 Heeft u sinds september 2003 tijdens uw studies hoger onderwijs stage gevolgd in een onderneming of instelling? 2: neen *DOORGAAN naar werkervaring tijdens studies (vraag 83) *DOORGAAN naar werkervaring tijdens studies (vraag 83) *DOORGAAN naar werkervaring tijdens studies (vraag 83)

*FILT: STEL VRAAG 81 INDIEN CODE 1 OP VRAAG 80 (INDIEN STAGE GEVOLGD IN HOGER ONDERWIJS) *VRAAG 81 Vraag 81 Tijdens hoeveel schooljaren in het hoger onderwijs sinds september 2003 heeft u als stagiair(e) gewerkt in een onderneming of instelling? (ENQ.: NOTEER AANTAL) schooljaren *FILT: STEL VRAAG 82 INDIEN CODE 1 OP VRAAG 80 (INDIEN STAGE GEVOLGD IN HOGER ONDERWIJS) *VRAAG 82 Vraag 82 Hoeveel heeft u tijdens het hoger onderwijs sinds september 2003 in het totaal als stagiair(e) gewerkt? (ENQ.: HET GAAT OM DE HOEVEELHEID TIJD EN NIET OM DE DUUR VAN DE PERIODE) (ENQ.: VUL IN IN GEWENSTE (COMBINATIE) EENHEID) (bvb. 1 dag per week gedurende 4 weken = 4 dagen) (ENQ. NOG BEZIG = 97 MAANDEN) (ENQ. WEET NIET = 98 MAANDEN) (ENQ. GEEN ANTWOORD = 99 MAANDEN) en en en uren dagen weken maanden *FILT: STEL VRAAG 83 INDIEN MINSTENS 1 KEER CODE 2 IN VRAAG 17 OF CODE 2 OP VRAAG 42 (INDIEN HOGER ONDERWIJS GEVOLGD) (1 MAAL TE STELLEN) *VRAAG 83 Vraag 83 Heeft u tijdens uw studies hoger onderwijs sinds september 2003 gewerkt tegen betaling (werk als jobstudent/vakantiewerk/, dit kan zowel tijdens het schooljaar als tijdens de vakantie zijn)? 2: neen *DOORGAAN naar module zoekgedrag vraag 86 *DOORGAAN naar module zoekgedrag vraag 86 *DOORGAAN naar module zoekgedrag vraag 86