PV Praktijk elektriciteit TV Elektriciteit



Vergelijkbare documenten
2. MODULES. Module Inbedrijfstelling residentiële installatie

OPLEIDINGENSTRUCTUUR TECHNICUS DOMOTICA

OPLEIDINGENSTRUCTUUR TECHNICUS ELEKTRISCHE ZWEMBADUITRUSTINGEN

De residentieel elektrotechnisch installateur

OPLEIDINGENSTRUCTUUR TECHNICUS INBRAAKBEVEILIGINGSSYSTEMEN

Vorderingsplan - C.V.O. DTL Herentals

OPLEIDINGENSTRUCTUUR TERTIAIR ELEKTROTECHNISCH INSTALLATEUR

OPLEIDINGENSTRUCTUUR KOELMONTEUR. KOELMONTEUR Beroepscompetentieprofiel (SERV/De bouw-, elektrotechnische en metaalsector, maart 2009)

De tertiair elektrotechnisch installateur

De industrieel elektrotechnisch installateur

OPLEIDINGENSTRUCTUUR INSTALLATEUR FOTOVOLTAÏSCHE SYSTEMEN. De opleiding Installateur fotovoltaïsche systemen bestaat uit 6 modules:

Jaarplan PV elektriciteit

OPLEIDINGSFICHE. PLC-technieker

OPLEIDINGENSTRUCTUUR BORDENBOUWER. Bedrading en testing bord en kast elektriciteit

OPLEIDINGENSTRUCTUUR TECHNICUS IMMOTICA

BEROEPSKWALIFICATIE (BK 0140) Elektrotechnisch monteur (m/v)

OPLEIDINGENSTRUCTUUR PLAATSER EN HERSTELLER VAN ELEKTRISCHE EN ELEKTRONISCHE APPARATUUR

STUDIEGEBIED Koeling en warmte

BSO TWEEDE GRAAD. vak TV ELEKTRICITEIT 2000/057. (vervangt 98036) 1 u/week. IT-e

STUDIEGEBIED MECHANICA-ELEKTRICITEIT

OPLEIDINGENSTRUCTUUR MONTEUR CENTRALE VERWARMING

Taalvaardigheid Preventie en remediëring. -betrokkenheid verhogende werkvormen creëren -een maximale -herformuleren de lln het probleem

BEROEPSKWALIFICATIE (BK 0139)

Oriënteren Voorbereiden Uitvoeren Evalueren

Polyvalent touwtechnieker

OPLEIDINGENSTRUCTUUR SANITAIR INSTALLATEUR

EINDTERMEN en ONTWIKKELINGSDOELEN Zoektocht in het Maascentrum. A. Eindtermen voor het basisonderwijs vanaf 01/09/2010

BEROEPSKWALIFICATIE (BK 0138) Elektrotechnicus (m/v)

BEROEPSKWALIFICATIE Residentieel elektrotechnisch installateur (m/v)

Volwassenenonderwijs MECHANICA-ELEKTRICITEIT

STUDIEGEBIED Koeling en warmte

OPLEIDINGENSTRUCTUUR ONDERHOUDSMECANICIEN ZWARE BEDRIJFSVOERTUIGEN

Paritair leercomité 330 OPLEIDINGSPROGRAMMA ONDERHOUDSWERKER GEBOUWEN 24 maanden

PRAKTISCHE FICHE / DE VOORBEREIDING Beschikbaar op

Fortstraat Oudenaarde

Hoe keuringsverslagen elektrische installaties interpreteren meest voorkomende inbreuken

Advies over het voorstel van de opleidingenstructuren Elektriciteit/elektronica voor het DBSO

Keuringsverslag van een elektrische laagspanning- en zeer lage spanningsinstallatie

kijkwijzer hoger onderwijs de les de docent taalontwikkelend lesgeven

1 Basiscompetenties voor de leraar secundair onderwijs

OPLEIDINGENSTRUCTUUR FIETSMECANICIEN

Didactische competentie algemeen (DCA) A. Algemeen. Theorie X Praktijk Semester 1 X Semester 2 Semester 3 Semester 4

OPLEIDINGENSTRUCTUUR ONDERHOUDSTECHNICUS INDUSTRIËLE INSTALLATIES

Voltijdse dagopleiding elektrotechnicus

Hout en bouw. Toegepaste wetenschappen in hout, bouw en schilderwerk een zorgenkind?

SECTORAAL BEROEPSPROFIEL

Didactische competentie algemeen (DCA) A. Algemeen. Theorie X Praktijk Semester 1 X Semester 2 Semester 3 Semester 4

Profiel van de Installateur databekabeling Kernactiviteiten en taken

Electro Brain Sectorale proeven Inhoud en ontwikkeling van de proef. Benjamin Verfaillie

OPLEIDINGENSTRUCTUUR ASSISTENT PODIUMTECHNICUS ASSISTENT PODIUMTECHNICUS

Kerntaak 1: Vervaardigt elektrotechnische (deel-)producten

Keuringsverslag van een elektrische laagspanning- en zeer lage spanningsinstallatie

Specifieke lerarenopleiding ECTS-fiches. ECTS-Fiche Vakdidactische oefeningen 1 Code: Academiejaar: Aantal studiepunten: 6

OPLEIDINGSFICHE. Hoeklasser. Opleiding

OPLEIDINGENSTRUCTUUR ONDERHOUDSMECANICIEN PERSONENWAGENS EN LICHTE BEDRIJFSVOERTUIGEN

Inhoud van de presentatie

Keuringsverslag van een elektrische laagspanning- en zeer lage spanningsinstallatie NIET CONFORM. Huisnummer 12 Postcode 9270

Keuringsverslag van een elektrische laagspanning- en zeer lage spanningsinstallatie

Keuringsverslag van een elektrische laagspanning- en zeer lage spanningsinstallatie

Tel: 03/ / N 618-INSP KEURINGSVERSLAG. VOB 2 x 4 mm² Type electrode: 2 x 25 A. Max.

Secundair volwassenenonderwijs STUDIEGEBIED MECHANICA-ELEKTRICITEIT

Secundair volwassenenonderwijs STUDIEGEBIED MECHANICA-ELEKTRICITEIT

De competenties die prioritair aan bod komen tijdens dit opleidingsonderdeel zijn:

Secundair volwassenenonderwijs STUDIEGEBIED Juwelen

STUDIEGEBIED MECHANICA-ELEKTRICITEIT

Keuringsverslag van een elektrische laagspanning- en zeer lage spanningsinstallatie

Keuringsverslag van een elektrische laagspanning- en zeer lage spanningsinstallatie

LEERPLAN SECUNDAIR ONDERWIJS Vak: PV Praktijk Elektriciteit TV Elektriciteit (22/22 lt/w)

Plaatser boven- en ondergrondse leidingen

Keuringsverslag van een elektrische laagspanning- en zeer lage spanningsinstallatie NIET CONFORM

SECUNDAIR ONDERWIJS SPECIFIEK GEDEELTE. Naamloos jaar harde sector

Keuringsverslag van een elektrische laagspanning- en zeer lage spanningsinstallatie

SECUNDAIR ONDERWIJS FUNDAMENTEEL GEDEELTE

OPLEIDINGENSTRUCTUUR ONDERHOUDS- EN DIAGNOSETECHNICUS ZWARE BEDRIJFSVOERTUIGEN

Kijkwijzer techniek. Kijkwijzer leerlingencompetenties, materiaal uit traject Talenten breed evalueren, dag 1 Pagina 1

Keuringsverslag van een elektrische laagspanning- en zeer lage spanningsinstallatie

Keuringsverslag van een elektrische laagspanning- en zeer lage spanningsinstallatie

Volwassenenonderwijs MECHANICA-ELEKTRICITEIT

Keuringsverslag van een elektrische laagspanning- en zeer lage spanningsinstallatie

Keuringsverslag van een elektrische laagspanning- en zeer lage spanningsinstallatie

OPLEIDINGENSTRUCTUUR PLAATWERKER CARROSSERIE. Plaatwerk carrosserie

STUDIEGEBIED MECHANICA-ELEKTRICITEIT

Keuringsverslag van een elektrische laagspanning- en zeer lage spanningsinstallatie

Lesvoorbereiding: Kapper en schoonheidsspecialist (beroepen: kapper en schoonheidsspecialist)

INLEIDING. Veel succes

Het kader van het Welzijn op het Werk Toelichting bij de wet van 4 augustus 1996

Moduleproef elektrotechnische activiteiten onderdeel het samenstellen van een dossier

Leerlingen op de werf (opleiding ruwbouw derde graad)

~ 1 ~ selecteren. (LPD 1,8,27) (LPD 13,22,23,27)

Keuringsverslag van een elektrische laagspanning- en zeer lage spanningsinstallatie NIET CONFORM

Kerntaak 1: Installeert technische installaties

OPLEIDINGENSTRUCTUUR POLYVALENT MECANICIEN PERSONENWAGENS EN LICHTE BEDRIJFSVOERTUIGEN

Keuringsverslag van een elektrische laagspanning- en zeer lage spanningsinstallatie

KEURINGSVERSLAG 0,00. Adres eigenaar: VOB 2 x 4 mm² Type electrode: 2 x 20 A. Max. beveiliging: # verdeelborden: Bescherming:

Meensesteenweg 338, 8800 Roeselare TEL: 051/ FAX: 051/ / Ondernemingsnummer: BE

kleuteronderwijs lager onderwijs secundair onderwijs 1 ste graad A- stroom en B-stroom eindtermen en en ontwikkelingsdoelen techniek

Keuringsverslag van een elektrische laagspanning- en zeer lage spanningsinstallatie

Keuringsverslag van een elektrische laagspanning- en zeer lage spanningsinstallatie

Lesvoorbereiding: Metaal en Technologie (beroepen: lasser, elektricien,

Keuringsverslag van een elektrische laagspanning- en zeer lage spanningsinstallatie

Transcriptie:

LEERPLAN SECUNDAIR ONDERWIJS Vakken: PV Praktijk elektriciteit TV Elektriciteit 20/20 lt/w Studierichting: Studiegebied: Onderwijsvorm: Graad: Leerjaar: Specifiek gedeelte Elektrische installaties Mechanica- elektriciteit BSO tweede graad eerste en tweede leerjaar Leerplannummer: 2012/018 (vervangt 2009/014) Nummer inspectie: 2012/587/1//D (vervangt 2009 / 4 // 1 / N / SG / 2H / II / / V/12) Pedagogische begeleidingsdienst GO! Onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap Emile Jacqmainlaan 20 1000 Brussel

BSO 2e graad Specifiek gedeelte Elektrische installaties 1 INHOUD Visie... 2 Visie op de studierichting... 2 Visie op het leerplan... 2 Schematisch:... 3 Beginsituatie... 4 Algemene doelstellingen... 5 BA4 / BA5... 6 Taalontwikkelend vakonderwijs... 7 Leerplandoelstellingen / leerinhouden... 11 Ondersteunende leerplandoelstellingen...11 Specifieke leerplandoelstellingen...17 Pedagogisch-didactische wenken... 35 Algemene aandachtspunten...35 Geïntegreerde aanpak...35 Projectmatig werken...35 Jaarplan...36 Vakoverschrijdende eindtermen...36 Verklarende lijst van afkoringen...39 Minimale materiële vereisten... 40 Algemeen...40 Specifiek...40 Evaluatie... 42 Bibliografie... 43 Boeken...43 Enkele interessante websites...44

BSO 2e graad Specifiek gedeelte Elektrische installaties 2 VISIE VISIE OP DE STUDIERICHTING Leerlingen die kiezen voor de tweede graad BSO Elektrische installaties zijn aangetrokken door de wereld van de elektriciteit en de installatietechniek. Deze leerlingen zijn vooral geboeid door de praktische toepassingen en door de mogelijkheid om zelf praktische vaardigheden te kunnen ontwikkelen. Het is van kapitaal belang om dit enthousiasme levendig te houden zodat hun schoolcurriculum gedragen wordt door een motiverende interesse. Om dit te realiseren is, naast een praktische professionele benadering, een dynamische en aanschouwelijke aanpak vereist zodat de leergierigheid van deze leerlingen continu wordt aangemoedigd. VISIE OP HET LEERPLAN De kunstmatige scheiding tussen theorie en praktijk werd in dit leerplan volledig opgeheven zodat duidelijk wordt gekozen voor de geïntegreerde aanpak. Ook de opdeling in subvakken werd om dezelfde reden opgeheven. Het blijvend motiveren van deze leerlingengroep is erg belangrijk en kan onder meer door: een ruim en gevarieerd aanbod te bieden; de theoretische begrippen proefondervindelijk en praktijkgericht te benaderen; te zorgen voor een krachtige en aantrekkelijke leeromgeving; de praktijkopdrachten/ projecten aantrekkelijk en uitdagend te maken; de verschillende beroepsmogelijkheden regelmatig toe te lichten (beroepenfilms, open bedrijvendagen ) en te concretiseren met werkplekleren. De theoretische en technische begrippen van de elektriciteitsleer zijn voor deze leerlingen te beschouwen als de onderbouw voor de praktijk elektriciteit. Ze zullen daarom worden gegeven in functie van de praktijkoefeningen; het werken met projecten leent zich hier best voor. Het is aanbevolen om de lessen door één of twee leraren te laten geven. De leerplandoelstellingen en inhouden werden gegroepeerd in volgende delen: ondersteunende leerplandoelstellingen: overkoepelende leerplandoelstellingen/ competenties, verdeeld in twee clusters; te integreren in alle andere leerplandoelstellingen. specifieke leerplandoelstellingen: technisch proces en deelsystemen: de vakgerichte onderdelen, verdeeld in vijf clusters. Het werken aan en/of het onderzoeken van residentiële elektrische (deel)systemen gebeurt via het technisch proces. Het onderzoekend leren wordt via het technisch proces uitgewerkt. Tijdens praktische opdrachten krijgen de leerlingen geregeld de kans om deze vaardigheden te oefenen. De leerkracht voorziet een opbouw in complexiteit van de (deel)systemen. De didactische aanpak waarbij de focus gelegd wordt op een welbepaalde fase van het technisch proces is cruciaal in het leerproces van leerlingen. Hierdoor wordt het belang van elke fase aangetoond/ervaren door de leerlingen en krijgen ze de kans om de methodiek binnen elke fase in te oefenen. Kader de gefaseerde aanpak steeds in het geheel van het technisch proces. Een didactische aanpak via projectwerking met contextrijke authentieke opdrachten is een voorwaarde opdat leerlingen de opeenvolgende stappen van het technisch proces integraal kunnen doorlopen. Deze projecten kunnen zowel klassikaal, in groep als individueel aan bod komen waarbij een toenemende graad van zelfstandigheid bij de leerlingen cruciaal is. Ook tijdens het uitvoeren van activiteiten op de stage zal de leerling de systematische aanpak van het technisch proces toepassen. De leerkracht toont het belang van methodisch werken aan. Leerlingen zijn reeds vertrouwd met het werken volgens het technisch proces. Naarmate leerlingen deze werkmethodiek zelfstandig beheersen, fungeert de leerkracht als coach.

BSO 2e graad Specifiek gedeelte Elektrische installaties 3 SCHEMATISCH: Taalontwikkelend vakonderwijs context Ondersteunende leerplandoelstellingen taalsteun interactie Kwaliteitszorg, veiligheid, milieu en preventie Loopbaanleren en een leven lang leren Specifieke leerplandoelstellingen de sectorcompetenties uitgeschreven door VORMELEK (in afwachting van de beroepscompetentieprofielen). Dit leerplan werd ontwikkeld aan de hand van het beroepscompetentieprofiel voor de residentieel elektrotechnisch installateur, opgemaakt door VORMELEK. Voorbereidende werkzaamheden Montage van elektrische installaties Installatie van elektrische installaties Montage en installatie van verdeelborden Elektrische werkzaamheden Het taalontwikkelend vakonderwijs deze competenties zijn gericht op taal als ondersteuning in het vak het taalbeleid is niet alleen de taak van de taalleerkracht: taal is te belangrijk om deze enkel over te laten aan de leraar Nederlands. Het complementair gedeelte van het leerplan zal dienen om de leerplandoelstellingen te bereiken indien de leerlingengroep dit vereist; of in te spelen op de regionale behoefte; of een aanbod te geven als aanvullende inhouden bij de opleiding. In dit leerplan worden een aantal competenties beoogd die eigen zijn aan een aantal beroepen uit de sector. Hiervoor werd gebruikgemaakt van: het beroepsopleidingsprofiel: residentieel elektrotechnisch installateur 1 ; 1 De elementen uit dit beroepsopleidingsprofiel die niet werden opgenomen in dit leerplan worden gerealiseerd in het leerplan voor de 3e graad Elektrische installaties.

BSO 2e graad Specifiek gedeelte Elektrische installaties 4 BEGINSITUATIE De leerinhouden sluiten naadloos aan bij de inhouden die behandeld werden in het beroepsvoorbereidend leerjaar, beroepenveld elektriciteit. De leerlingen komen normaal uit het 2e jaar van de eerste graad. uit verschillende basis opties of beroepenvelden komen, waardoor er een verschillende voorkennis kan zijn. Hierdoor bestaat er inzake voorkennis een groot verschil tussen de verschillende leerlingen. Door middel van goed gekozen oefeningen en projecten, zal de leraar bij het begin van het schooljaar meteen het niveau van de leerlingen nagaan. Mocht blijken dat er voor sommigen een bijwerking nodig is, dan zal dit hoofdzakelijk moeten gebeuren door inhaallessen buiten het normale lessenrooster en/of door binnenklasdifferentiatie. De leraar zal echter steeds zorgen voor een gestructureerde bijwerking en voor een degelijke begeleiding van de leerling. Coördinatie met collega's zal zeker noodzakelijk zijn.

BSO 2e graad Specifiek gedeelte Elektrische installaties 5 ALGEMENE DOELSTELLINGEN Dit leerplan van de tweede graad Elektrische installaties heeft als doel het verwerven van de technische en beroepscompetenties met betrekking tot residentiële elektrische installaties. Volgende competenties worden aangeleerd en ontwikkeld: onder begeleiding het eigen werk organiseren en plannen; op basis ven een werkplanning de werkzaamheden voor de montage en installatie van residentiële elektrische installaties voorbereiden; de geldende voorschriften op het vlak van veiligheid, hygiëne, milieu en ergonomie nauwgezet naleven; efficiënt (economisch-ecologisch) en veilig werken zowel wat tijd, gereedschappen, toestellen en grondstoffen betreft; diverse schema s en plannen kunnen lezen en de nuttige gegevens voor de installatie en montage kunnen afleiden; leidingen, dozen en voedingskabel voor residentiële elektrische installaties plaatsen en hiervoor draden en kabels trekken; schakelmateriaal, contactdozen en verbruikers plaatsen en aansluiten; verdeelborden monteren, bedraden, plaatsen en aansluiten; metingen uitvoeren en de methodiek van foutzoeken systematisch toepassen; elektrische werkzaamheden uitvoeren volgens de regels van goed vakmanschap; kritisch reflecteren op de kwaliteit van de werkzaamheden en indien nodig bijsturen met het oog op het afleveren van een kwaliteitsvol resultaat; de evolutie binnen de sector opvolgen. Tijdens de opleiding wordt er via een geïntegreerde benadering naar gestreefd de leerling de noodzakelijke basiskennis en vaardigheden bij te brengen om uiteindelijk te voldoen aan het beroepsopleidingsprofiel van de studierichting. Bij alle leerinhouden waar mogelijk zal de nodige aandacht besteed worden aan het bijbrengen van de genormaliseerde eenheden bij de verschillende nieuwe begrippen en aan de voorschriften van ARAB, CODEX en AREI. Naast de technische vaardigheden zal ook de nodige aandacht besteed worden aan de volgende attitudes: Accuratesse: Contactvaardigheid: Een werkplan kunnen maken: Empathie: Kritische ingesteldheid: Kunnen omgaan met informatie: erop gericht zijn binnen de voorgeschreven tijd een taak nauwkeurig te voltooien. in staat zijn om contact te leggen en eventueel te onderhouden, ook in moeilijke situaties (onder meer met mensen met verschillende opvattingen en achtergrond). in staat zijn om op systematische wijze te beslissen welke stappen men bij de uitvoering van een taak zal zetten. in staat zijn zich in te leven in iemands situatie, er begrip voor op te brengen en er tactvol mee om te gaan. in staat zijn zichzelf en zijn omgeving in vraag te stellen, de waarde van een bewering of een feit, de haalbaarheid van een vooropgesteld doel te verifiëren, alvorens een stelling in te nemen. in staat zijn om informatie te verzamelen, te verwerken en te verstrekken.

BSO 2e graad Specifiek gedeelte Elektrische installaties 6 Kwaliteitsbewustzijn: Leerbekwaamheid: Leergierigheid: Omgaan met stress: Veiligheids- en milieubewust: Verantwoordelijkheidszin: Zin voor samenwerking: in staat zijn om in te schatten aan welke vereisten een product of een dienst moet voldoen en in staat zijn om aan die vereisten tegemoet te komen. in staat zijn om, via geëigende leerprocessen, zijn competenties te verbreden en te verdiepen. in staat zijn om actief te zoeken naar situaties om zijn competenties te verbreden en te verdiepen. in staat te leven met een aanvaardbare werkdruk, ook in moeilijke arbeidsomstandigheden (onder meer aard van het werk, de werkomgeving, tegenslagen en kritiek). in staat zijn om actief en proactief in te staan voor de veiligheid en om situaties te voorkomen die mens en milieu kunnen schaden. aandacht hebben voor de consequenties van een taak en beslissingen nemen op basis van mogelijke consequenties ervan. in staat zijn om gemeenschappelijk aan eenzelfde taak te werken, coöperatief leren, samen met anderen de installatie realiseren, overleggen. BA4 / BA5 Er kunnen opleidingen aan geboden worden die als onderdeel moeten beschouwd worden van vereiste kennis, en waarbij de werkgever geoordeeld heeft dat de inhouden van de aangeboden cursus relevant is. Dergelijke algemene (generieke) opleidingen kunnen verwijzen naar bv. de vereiste vaktechnische competenties, het begrijpen van de risicofactoren, algemene inzichten over veilige werkprocedures (de 8 gouden regels ). Maar de werkgever zal tenslotte zelf bijkomende noodzakelijke informatie moeten geven die vereist is om te voldoen aan de voorwaarden zoals omschreven in art. 47 van het AREI, inspelend op de situationele toestand van zijn elektrische installatie op een locatie in zijn bedrijf. Deze aanvullende vereiste kennis, alsnog door de werkgever te verschaffen, als de specifieke opleiding, omvat minstens: de kennis van de risico s van zijn installatie (toepassing van de Wet Welzijn op het werk: de risicoanalyse, waarbij bv. ook de plaatselijke externe invloeden in rekening worden gebracht). de werkprocedures, rekening houdend met een strikte hiërarchie in de te nemen preventiemaatregelen: collectieve preventiemaatregelen primeren op het persoonlijke; het gebruik van PBM. de aard van de installatie: bv.: welk soort elektrisch netstelsel is van toepassing? Onderscheid tussen laagspanning- hoogspanning? Welk onderdeel van de installatie is toegankelijk voor de betrokkene? de aard van de toegelaten werkzaamheden: welke handelingen mag de betrokkene expliciet uitvoeren? De bevoegdheidsverklaring is bijgevolg situationeel : d.w.z. afhankelijk van de plaatselijke elektrische situatie, en werkomstandigheden en de taken.

BSO 2e graad Specifiek gedeelte Elektrische installaties 7 TAALONTWIKKELEND VAKONDERWIJS Taal, leren en denken zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Taalontwikkeling realiseer je niet alleen door taalvakken, maar door alle vakken met de Nederlandse taal te doordrenken. Er wordt tegelijkertijd aan de onderwijsdoelen van het vak en aan de talige doelen gewerkt. Dat vraagt inspanningen van alle leden van het schoolteam, ook van diegenen die zichzelf niet zo talig vinden. Een school moet, in alle lokalen en in alle vakken, een krachtige, interactieve taalomgeving worden. Dat vraagt voor een aantal leraren een nieuw denkkader en een nieuw handelingskader.2: deze competenties zijn gericht op taal als ondersteuning in het vak, het taalbeleid is niet alleen de taak van de taalleerkracht: taal is te belangrijk om dit enkel over te laten aan de leraar Nederlands, de drie pijlers van taalontwikkelend vakonderwijs zijn het aanbieden van voldoende context, interactie en taalsteun in de vaklessen. 2 Bron: Talennota 2011- departement Onderwijs en Vorming.

BSO 2e graad Specifiek gedeelte Elektrische installaties 8 CLUSTER 1 CONTEXTRIJK LEREN TAALCOMPETENTIES 1 de leraar schept betekenisvolle contexten, aansluitend bij (talige) voorkennis van leerlingen. 2 de leraar schept een rijke taalomgeving met een variatie aan leermiddelen. 3 er wordt geleerd met verschillende zintuigen. 4 er wordt in context getoetst. CONTEXT Contexten geven betekenis aan het leerproces: de leerling kan zich een beeld vormen van de situatie waarin vakinhouden worden aangeboden. Het is nodig de context te verkennen, want de gebruikte contexten zijn niet aan iedereen bekend. Daarnaast is het van belang dat de leraar de talige aspecten van de context toegankelijk maakt voor de leerlingen: zowel het schriftelijke taalaanbod (in boeken, op werkblaadjes) als het mondelinge taalaanbod (dat wat de leerkracht zegt). Pedagogisch-didactische wenken de leraar geeft/vraagt naar voorbeelden uit de leefwereld van de leerlingen. de leraar zorgt ervoor dat leerlingen passages in tekstmateriaal aan elkaar kunnen verhelderen. de leraar zorgt voor activerende werkvormen. de leerlingen mogen samenwerken bij het uitvoeren van opdrachten de leraar geeft heldere en begrijpbare instructies. de leraar stelt open en uitdagende vragen; hij lokt interactie uit.

BSO 2e graad Specifiek gedeelte Elektrische installaties 9 CLUSTER 2 INTERACTIE TAALCOMPETENTIES CONTEXT 5 leerlingen worden aangezet tot praten en schrijven over de leerstof: Leren is een interactief proces: kennis komt tot stand doordat je er met anderen over praat. Het actief gebruiken van de taal 5.1 manieren om lesinhouden te verdiepen stimuleert de taalontwikkeling. Daarom moeten leerlingen in de 5.2 manieren om groeperingsvormen effectief in te zetten klas de gelegenheid krijgen voor talige inbreng, voor taalproductie zowel mondeling als schriftelijk. Leerlingen moeten kunnen praten en schrijven in de les. De leraar heeft hierbij een 5.3 bewust hanteren van denktijd en begripscontrole in gesprekken stimulerende functie door het gesprek op gang te brengen en te 5.4 bevorderen van een respectvol klasklimaat om interactie te bevorderen begeleiden en te reageren op de inbreng van leerlingen. Verder kunnen leerlingen veel taal leren door in groepjes of in duo s 5.5 gelegenheid bieden tot reflectie. samen te werken en te praten over de leerstof. pedagogisch-didactische wenken de leraar geeft/vraagt naar voorbeelden uit de leefwereld van de leerlingen. de leraar zorgt ervoor dat leerlingen passages in tekstmateriaal aan elkaar kunnen verhelderen. de leraar zorgt voor activerende werkvormen. de leerlingen mogen samenwerken bij het uitvoeren van opdrachten de leraar geeft heldere en begrijpbare instructies. de leraar stelt open en uitdagende vragen; hij lokt interactie uit.

BSO 2e graad Specifiek gedeelte Elektrische installaties 10 CLUSTER 3 TAALSTEUN TAALCOMPETENTIES 6 leerlingen worden ertoe aangezet om hun taalvaardigheid verder uit te bouwen 6.1 de leraar expliciteert (vak)taaldoelen en vakconcepten van een les(senreeks) door ze bijvoorbeeld op het bord te schrijven 6.2 de leraar biedt de leerlingen steun bij het lezen en luisteren, bijvoorbeeld via sleutelschema's en bij het produceren van vaktaal (pratend en schrijvend), bijvoorbeeld via schrijfkaders CONTEXT Dit betreft steun bij het begrijpen en produceren van taal. Taalsteun kan op diverse manieren geboden worden: steun bij teksten en nieuwe woorden, steun bij het zelf praten en schrijven, en soms steun in de vorm van taallesjes, zoals taaloefeningen rondom nieuwe formuleringen in vaktaal. 6.3 de leraar geeft vaktaalgerichte feedback op inbreng van de leerlingen. Pedagogisch-didactische wenken de leraar geeft duidelijk aan in welke (mondelinge of schriftelijke) (taal)taak de leerstof geoefend, herhaald of getoetst zal worden. de leraar geeft duidelijk aan welke kernbegrippen of nieuwe woorden beheerst zullen moeten zijn. de leraar moedigt alle leerlingen aan om de nieuwe begrippen te gebruiken in een zin, in een parafrase, in de toelichting van een antwoord of van een stukje lectuur. de leraar gebruikt algemeen en voldoende correct Nederlands. het taalgebruik van de leraar sluit aan bij (is van een iets hoger niveau dan) dat van de leerlingen. de leraar neemt initiatieven die ertoe bijdragen dat leerlingen de vaktermen kennen en kunnen gebruiken de leraar besteedt aandacht aan niet vakgebonden schooltaal. de leraar zorgt ervoor de (beluisterde, gelezen) informatie visueel te maken door middel van voorwerpen, foto's, prenten, schematische voorstellingen e.d. de leraar stimuleert de leerlingen om te reageren op mekaars antwoorden, om in overleg te gaan e.d. de leraar biedt hulplijnen aan (bepaalde) leerlingen: toelichting door taalsterke leerlingen; extra hulpmiddelen zoals samenvattend kader; begrippenlijst met verwante woorden; schrijfkaders; voorbeeldformuleringen; woordenboek. de leraar geeft extra instructie en uitleg aan leerlingen die minder taalvaardig zijn

BSO 2e graad Specifiek gedeelte Elektrische installaties 11 / ONDERSTEUNENDE CLUSTER 1 KWALITEITSZORG, VEILIGHEID, MILIEU EN PREVENTIE DE LEERLING VOERT KWALITEITSCONTROLES UIT, WERKT VEILIG, WERKT MILIEUBEWUST EN RAPPORTEERT VOLGENS DE AFSPRAKEN IN EEN RESI- DENTIËLE ELEKTROTECHNISCHE CONTEXT. 1 onder begeleiding het werkstuk en het werkproces op geregelde tijdstippen beoordelen op kwaliteit en bijsturen indien nodig. 2 de regelgeving m.b.t. welzijnswetgeving, codex, ARAB en AREI toepassen tijdens het uitvoeren van de werkzaamheden. 3 potentiële gevaren herkennen en de interne procedure inzake het melden van incidenten, ongevallen en/of gevaarlijke situaties toepassen. kwaliteitszorg: proces en product de kwaliteitscriteria kwaliteitscontrole correct gebruik van meet - en controle-instrumenten bijsturen van afwijkingen registratie van resultaten regelgeving in functie van de uit te voeren opdrachten: welzijnswetgeving ARAB AREI codex de terminologie de risico s die voortvloeien uit de activiteiten de gevaren van elektriciteit voor de mens (en omgeving) en de effecten ervan op het lichaam verschil elektrocutie en elektrisering, rechtstreeks en onrechtstreeks aanraking kortsluiting

BSO 2e graad Specifiek gedeelte Elektrische installaties 12 CLUSTER 1 KWALITEITSZORG, VEILIGHEID, MILIEU EN PREVENTIE DE LEERLING VOERT KWALITEITSCONTROLES UIT, WERKT VEILIG, WERKT MILIEUBEWUST EN RAPPORTEERT VOLGENS DE AFSPRAKEN IN EEN RESI- DENTIËLE ELEKTROTECHNISCHE CONTEXT. 4 de bescherming- en beveiligingstechnieken tijdens de werkzaamheden toepassen. 5 tijdens de werkzaamheden aandacht besteden aan de persoonlijke en collectieve veiligheid volgens de gegeven instructies. 6 de machines en het gereedschap volgens instructies op een veilige en efficiënte manier gebruiken, onderhouden en opbergen. spanningsloos fouten in eenvoudige schakelingen opsporen en verhelpen met elektrisch testgereedschap spanning detecteren branddriehoek nood en evacuatieplan, basisbrandblustechnieken gevaaraanduidingen en gevaarsymbolen veiligheidsnormen en reglementering de vitale 5: vrijschakelen, vergrendelen, meten, aarden, afbakenen de 8 gouden regels: werkvoorbereiding, vrijschakelen, vergrendelen, meten, aarden en kortsluiten, afbakenen van de werkzone, de vrijgave, het terug onder spanning brengen na akkoord van de installatieverantwoordelijke omgaan met pbm s en cbm s machines en gereedschappen meet- en controle-instrumenten veiligheidinstructies en -procedures onderhoud en opbergen van gereedschappen

BSO 2e graad Specifiek gedeelte Elektrische installaties 13 CLUSTER 1 KWALITEITSZORG, VEILIGHEID, MILIEU EN PREVENTIE DE LEERLING VOERT KWALITEITSCONTROLES UIT, WERKT VEILIG, WERKT MILIEUBEWUST EN RAPPORTEERT VOLGENS DE AFSPRAKEN IN EEN RESI- DENTIËLE ELEKTROTECHNISCHE CONTEXT. 7 in staan voor de orde en netheid van de werkomgeving. orde en netheid preventiemaatregelen tegen ongevallen aandacht voor verlengsnoeren en - haspels de veiligheidsvoorschriften voor de werkplek het werkplaatsreglement 8 milieubewust werken en de milieuvoorschriften respecteren. voorschriften met betrekking tot afvalbeheer en afvalverwijdering 9 economisch en ecologisch verantwoord omgaan met grondstoffen en elektrische energie. identificatie van afval verzamelen en sorteren van afval en restproducten veilig manipuleren en transporteren van afval verantwoord omgaan met elektrische energie, de instructies om met grondstoffen om te gaan recuperatie van materialen 10 de nieuwe vakbegrippen gebruiken, mondeling en/of schriftelijk omschrijven. vakterminologie 11 op basis van een aangegeven structuur over de uitgevoerde werkzaamheden schriftelijk/mondeling rapporteren. opsporen en signaleren van problemen problemen bespreekbaar maken registreren van de uitgevoerde werkzaamheden werkfiche beheren en invullen van opvolgingsdocumenten duidelijke en volledige informatie doorgeven voor de verdere uitvoering van de installatie 12 gebruik maken van ICT ter ondersteuning van diverse activiteiten. ICT gebruik

BSO 2e graad Specifiek gedeelte Elektrische installaties 14 CLUSTER 1 KWALITEITSZORG, VEILIGHEID, MILIEU EN PREVENTIE DE LEERLING VOERT KWALITEITSCONTROLES UIT, WERKT VEILIG, WERKT MILIEUBEWUST EN RAPPORTEERT VOLGENS DE AFSPRAKEN IN EEN RESI- DENTIËLE ELEKTROTECHNISCHE CONTEXT. Pedagogisch-didactische wenken Kwaliteit Veiligheid criteria: bv.: plaats van leidingen, dozen, afstanden, diepte. controle: van afmetingen, instellingen, werkomgeving, toleranties, het eigen werk meet- en controle instrumenten; bv.: meter, waterpas, laser, smetkoord, IR camera aandacht voor de verschillende zintuigen: visueel, auditief, geur, tast veiligheid is niet enkel kennis, eerder een attitude het verband aantonen tussen welzijnswetgeving en het AREI de nodige aandacht voor ergonomie raadpleeg het filmmateriaal dat ter beschikking wordt gesteld door o.a. DNB nood- en evacuatieplan, kennis van brandblusprocedure, EHBO, reanimatie filmmateriaal bij Eandis potentiële gevaren en de interne procedure inzake het melden van incidenten, ongevallen of gevaarlijke situaties benadruk de werkprocedures (o.a. de 8 gouden regels en de vitale 5) voor veilig werken en daaraan gekoppelde werkinstructies en verwijs systematisch naar de Welzijnswet, de CODEX welzijn op het werk, het AREI en het ARAB op de website van de federale overheid (FOD- WASO) en onderwijs Vlaanderen vind je over dit onderwerp veel informatie PBM s gebruiken, o.a. werkkledij, veiligheidsschoenen, aangepaste veiligheidsbril, aangepaste handschoenen, veiligheidshelm, indien de werkomstandigheden dit vereisen de literatuur van VCA kan gebruikt worden als informatiedocument voor de leraar. bijzondere aandacht voor gereedschap met doorslagweerstand.

BSO 2e graad Specifiek gedeelte Elektrische installaties 15 CLUSTER 1 KWALITEITSZORG, VEILIGHEID, MILIEU EN PREVENTIE DE LEERLING VOERT KWALITEITSCONTROLES UIT, WERKT VEILIG, WERKT MILIEUBEWUST EN RAPPORTEERT VOLGENS DE AFSPRAKEN IN EEN RESI- DENTIËLE ELEKTROTECHNISCHE CONTEXT. Preventie het werkplaatsreglement zodanig opstellen dat het haalbaar is: bv. max. 7 artikels de werkplek ordelijk houden betekent: opruimen om vallen, struikelen en uitglijden te voorkomen omgaan met formele en informele afspraken, regels en procedures beheersmaatregelen voor struikelen, uitglijden en vallen toepassen Milieu kunststoffen en metalen afzonderlijk verzamelen, stockeren en afvoeren H- en P- zinnen (gevaren- en voorzorgsmaatregelen); zullen de R- en S- zinnen vervangen voorziet de draadreserve conform de instructie (regels van goed vakmanschap) aandacht voor Koper, draden en kabels Informatie verwerken verwerven en verwerken van informatie door bv.: raadplegen van catalogi, handleidingen, schrijven van rapporten, tekstverwerking, rekenbladen, maken van presentaties in samenwerking met PAV de CLIM (coöperatief leren in multiculturele groepen (www.steunpuntdiversiteit.be) methodiek om op een gestructureerde wijze coöperatief leren te implementeren in de klaspraktijk.

BSO 2e graad Specifiek gedeelte Elektrische installaties 16 CLUSTER 2 LOOPBAANLEREN EN EEN LEVEN LANG LEREN 13 verschillende beroepsmogelijkheden, vervolgopleidingen die gelinkt zijn aan de studierichting elektrische installaties herkennen en toelichten. beroepsmogelijkheden bedrijven vervolgopleidingen 14 een realistisch beeld vormen van de elektrotechnische sector. werkomgeving van de elektrotechnische sector 15 rekening houden met hun eigen interesses en mogelijkheden bij hun studiekeuze. zelfbeeld studiekeuze 16 actuele ontwikkelingen en trends in het vakgebied opvolgen. nieuwe technieken ontwikkelingen en trends in het vakgebied Pedagogisch-didactische wenken films ter beschikking bij: Vormelek (stroomopwaarts), VDAB, Werk voor durvers (www.durvers.be ), VOKA, EANDIS ) studiewijzer, www.ond.vlaanderen.be studieaanbod nieuwe technieken, materialen met specifieke aandacht voor duurzaamheid, maatschappelijke gevolgen. verschillende systemen van hernieuwbare energievoorziening (zonneboiler, zonnepanelen ) deze nieuwe ontwikkelingen indien mogelijk in de klas brengen. informatieverwerving via beurzen, catalogi, internet via bv het aanleggen van een documentatiemap. in concrete voorbeelden aangeven wat de positieve en negatieve effecten van technische systemen zijn op maatschappelijk leven en op de natuur. de risico s verbonden aan het gebruik van bepaalde toestellen en productieprocessen inschatten

BSO 2e graad Specifiek gedeelte Elektrische installaties 17 SPECIFIEKE Technische (deel)systemen onder begeleiding plaatsen en aansluiten waarbij de opeenvolgende stappen van het technisch proces worden doorlopen in dit leerplan betekent een technisch (deel-)systeem: m.b. leidingen, dozen, draden, kabels, contactdozen, voedingskabels, schakelmateriaal, verbruikers (verlichting, parlofonie, belinstallatie ), verdeelborden, aardingssysteem voor residentiële toepassingen werken volgens het technisch proces: probleem/behoefte ontwerpen maken in gebruik stellen evalueren CLUSTER 1 VOORBEREIDENDE WERKZAAMHEDEN DE LEERLING BEREIDT DE WERKZAAMHEDEN VOOR. 17 op basis van een ter beschikking gestelde planning het eigen werk onder begeleiding efficiënt plannen en opvolgen. 18 de gepaste onderdelen en gereedschappen volgens instructies bepalen en verzamelen in functie van de werkopdracht. ergonomisch verantwoorde werkplek analyse van het probleem/ de behoefte: basisbegrippen: spanning, stroom, weerstand, verbruiker, vermogen, arbeid, wisselspanning, gelijkspanning, isolerende materialen elektrische grootheden, eenheden lezen en interpreteren van schema s, plannen en tekeningen ontwerpen: tekenen en schetsen plannen, organiseren en opvolgen van het eigen werk verzamelen van het benodigd materiaal en materieel voor het uitvoeren van montagewerkzaamheden wet van ohm selectie materialen in functie van het vermogen en/ of stroom

BSO 2e graad Specifiek gedeelte Elektrische installaties 18 CLUSTER 1 VOORBEREIDENDE WERKZAAMHEDEN DE LEERLING BEREIDT DE WERKZAAMHEDEN VOOR. materiaal en materieel correct stockeren soorten residentiele lampen technische specificaties factoren die de keuze van de lamp bepalen 19 de voorbereidende werkzaamheden uitvoeren afbraak en/of demontage van de oude installatie werkmethode voor het gebruik van ladders Pedagogisch-didactische wenken vertrekken van een eenvoudig bestaand bouwplan tekenen/schetsen van leiding-, bedrading-, stroombaan- en installatieschema s voor het tekenen wordt aanbevolen om een CAD programma te gebruiken (E-plan, Caddy ++ ) voorstellen van gebruik van kleuren: zie VORMELEK aandacht voor de risico s verbonden aan het gebruik van bepaalde toestellen, stoffen en procedures laat de leerlingen via een proef de wet van ohm vaststellen ladders: gebruik, rechtzetten en vastleggen, beklimmen en afdalen, beperkt werken op de ladder voor gebruik van ladders: info bij bijvoorbeeld ALTREX en beperkt aanbod werken op hoogte is een opleiding die best gevolgd wordt door de leraar

BSO 2e graad Specifiek gedeelte Elektrische installaties 19 CLUSTER 2 MONTAGE VAN ELEKTRISCHE INSTALLATIES DE LEERLING PLAATST LEIDINGEN, DOZEN EN VOEDINGSKABEL, TREKT DRADEN EN KABELS 20 een werfkast aan de hand van gegeven schema s selecteren de werfkast 21 de verschillende basiscomponenten van een werfkast herkennen vermogen van de woning wet van Pouillet / spanningsval procedure aanvraag aanmaak dossier de verliesstroombeveiliging de aarding 22 een werfkast voor een woning in aanbouw installeren en de keuring opvolgen keuring 23 de richtlijnen van de distributienetbeheerder (dnb) voor het juiste gebruik toepassen 24 de aansluitkabel volgens de instructies van de distributienetwerkbeheerder (DNB) plaatsen met voldoende kabel reserve 25 het situatie- en ééndraadschema tekenen en gebruiken om leidingen uit te zetten 26 de componenten uit de schema s aftekenen in verhouding met de pas en het schema 27 de assen van de inbouwdozen aftekenen 28 leidingtracés omzetten in materialenlijst met componenten tijdelijke aansluiting-aansluitkabel energiesteen aansluitbocht wachtbuis de instructie van de distributie netwerkbeheerder de tellerkast: kenmerken van de meters i.f.v. de tarieven en het vermogen plaatsing elektrische symbolen kabelgoten volumes badkamer plaatsing van leidingen en toestellen de plaats van leidingen, stopcontacten, schakelaars de aftekenmethode de benodigde componenten voor residentiele installatie

BSO 2e graad Specifiek gedeelte Elektrische installaties 20 CLUSTER 2 MONTAGE VAN ELEKTRISCHE INSTALLATIES DE LEERLING PLAATST LEIDINGEN, DOZEN EN VOEDINGSKABEL, TREKT DRADEN EN KABELS 29 opbouw- en inbouwdozen plaatsen in functie van de uitwendige invloeden van toepassing op de installatie 30 diverse soorten buizen en draden voor elektrische toepassingen onderscheiden en hun toepassingsgebied weergeven 31 de juiste elektriciteit buis en wandgootsysteem kiezen in functie van de toepassing installaties: inbouwinstallaties installaties in holle wanden opbouwinstallaties wandgoten soorten dozen: opbouwdozen, inbouwdozen, aftakdozen, niet spatwaterdicht en spatwaterdicht, horizontaal/ verticaal rekening houden met gebruikte bouwmaterialen: baksteen, beton, gipsplaat, cement, plaaster isolatieklassen van de materialen (beschermingswaarden- ip waarden) dichten van sleuven en vastzetten van inbouwdozen met cement of gips (u) soorten buizen: tth, tal, pvc, flexibele buis (geribd en glad), voorbedraad: handelsmaten en toebehoren wandgootsystemen normalisatie en harmonisatie types draden en kabels: h07v-u h07v-r xvb-f2 UTP, FTP, coax verschil thermoplast en thermoharders

BSO 2e graad Specifiek gedeelte Elektrische installaties 21 CLUSTER 2 MONTAGE VAN ELEKTRISCHE INSTALLATIES DE LEERLING PLAATST LEIDINGEN, DOZEN EN VOEDINGSKABEL, TREKT DRADEN EN KABELS 32 verschillende soorten draden kabels, elektriciteitsbuizen en wandgootsysteem voor residentiele installaties bewerken 33 draden en kabels kiezen in functie van de toepassing en verbruikers 34 buizen, kabels en wandgootsystemen voor residentiele installaties (inbouw of opbouw) met de geëigende hulpstukken aanleggen en bevestigen volgens de richtlijnen van goed vakmanschap 35 de procedure voor het plaatsen van een aardingslus en het inslaan van de aardelektrode beschrijven doorsneden en kleuren van draden en kabels (opsomming) gereglementeerde en afgesproken kleuren snoeren bewerkings- en verbindingstechnieken: o kabel en draad: draad trekken, knippen, ontmantelen, verbinden (lasdoppen- steekklemmen- kroonsteen ) o buis: afkorten, buigen, verbinden o wandgoot: afkorten, verbinden kabelwartels bevestigingsmateriaal het plaatsen van opbouwleidingen installatiegereedschap correcte invoering van kabels in toestellen met de nodige draadreserve bundelen en labelen van de draden aardingsysteem de aardingslus de aardelektrode: staven, pennen of metalen geleiders

BSO 2e graad Specifiek gedeelte Elektrische installaties 22 CLUSTER 2 MONTAGE VAN ELEKTRISCHE INSTALLATIES DE LEERLING PLAATST LEIDINGEN, DOZEN EN VOEDINGSKABEL, TREKT DRADEN EN KABELS 36 de aardingsinstallatie conform het arei plaatsen en de functie ervan beschrijven. 37 de equipotentiale verbindingen conform het arei plaatsen en de functie ervan bespreken. hoofdbeschermingsgeleider hoofdaardingsklem beschermingsgeleider draaddoorsneden aardingsonderbreker hoofd equipotentiale verbinding bijkomende equipotentiale verbinding 38 de spreidingsweerstand meten spreidingsweerstand 39 de oplossingen bij een te hoge spreidingsweerstand toelichten. aardingsmeter verliesstroomschakelaar Pedagogisch-didactische wenken gebruik catalogi om de werfkasten te selecteren geen wetten als kennis- toepassen is belangrijker om deze kabels te bewerken; neem contact op met bedrijven (werkplekleren) of via stage voor instructies zie website DNB (bv. www.eandis.be, www.infrax.be ) rekening houden met de nutsvoorzieningen nieuwe technieken van intelligente meters aandacht het juiste gereedschap gebruiken om leidingaanleg uit te voeren (waterpas, laser, pasdarm, smetkoord) gebruik AREI als leidraad voorbeelden van componenten zijn: schakelmateriaal, verbruikers, verdeeldozen alle technieken toepassen in de verschillende installaties buizen plooien zodat de buigradius gerespecteerd wordt buizen vlak en met zo weinig mogelijk bochten aanleggen

BSO 2e graad Specifiek gedeelte Elektrische installaties 23 CLUSTER 2 MONTAGE VAN ELEKTRISCHE INSTALLATIES DE LEERLING PLAATST LEIDINGEN, DOZEN EN VOEDINGSKABEL, TREKT DRADEN EN KABELS samenwerking met PAV voor wiskunde data- en stroomleidingen over lange lengtes gescheiden aanleggen gebruik didactische opstellingen voor de aardingen enkel toepassen op een TT net

BSO 2e graad Specifiek gedeelte Elektrische installaties 24 CLUSTER 3 INSTALLATIE VAN ELEKTRISCHE INSTALLATIES DE LEERLING SLUIT AAN EN PLAATST SCHAKELMATERIAAL, CONTACTDOZEN EN VERBRUIKERS 40 het materiaal kiezen in functie van de uitwendige invloeden, rekening houdend met de luchtdichtheid van het gebouw elektrische materiaal voor laagspanning (50-500 V) voor residentiele toepassingen 41 plaatsen en aansluiten van schakelmateriaal, contactdozen en verbruikers schakelaars en contactdozen (inbouw en/of opbouw) aansluitdozen voor toestellen met een vaste standplaats (inbouw en/of opbouw) schakelaars en contactdozen in spatwaterdichte uitvoering schakelaars uitmeten naar klemmen en functie basisschakelingen en wandcontactdozen de eenpolige schakeling de tweepolige schakeling de dubbele aansteking de wisselschakeling dubbele wisselschakeling de kruisschakeling combinatieschakelingen toepassingen met signalisatie- en oriëntatielampjes basis comfortschakelingen dimmer impulsrelais trappenhuisautomaat schakelklok bewegingsmelder de verbindingen

BSO 2e graad Specifiek gedeelte Elektrische installaties 25 CLUSTER 3 INSTALLATIE VAN ELEKTRISCHE INSTALLATIES DE LEERLING SLUIT AAN EN PLAATST SCHAKELMATERIAAL, CONTACTDOZEN EN VERBRUIKERS 42 kabeldistributie en communicatiesystemen conform de specificaties van de leverancier plaatsen en aansluiten 43 verlichtingsarmaturen volgens de montagevoorschriften van de fabrikant plaatsen en aansluiten principe van de luchtdichtheid van het gebouw afdekplaten en toetsen, horizontaal en verticaal schakelen van weerstanden: vermogenmetingen + wet van vermogen plaatsing en aansluiting van communicatiesystemen: parlofonie, videofonie, belinstallatie, data, tv kabeldistributie, signalisatie, digitale communicatie-uitrusting en telefonie contactdozen: telefonie tv-kabeldistributie, pc netwerk outlets voor telefonie, tv- en datadistributie luidsprekers residentiele telefooncentrales kabels: telefoonkabels coaxkabel luidsprekerkabel uitmeten van coaxkabel en UTP met specifieke testtoestellen residentiele verlichtngsarmaturen en de bijbehorende lampen: gloei- en halogeenlampen. fluorescentielampen duurzame technologieën led verlichting

BSO 2e graad Specifiek gedeelte Elektrische installaties 26 CLUSTER 3 INSTALLATIE VAN ELEKTRISCHE INSTALLATIES DE LEERLING SLUIT AAN EN PLAATST SCHAKELMATERIAAL, CONTACTDOZEN EN VERBRUIKERS lampvoeten buitenverlichting residentieel armaturen voor railsystemen materiaal voor zeer lage spanning (ZLS) varianten met dimmers keuze van het materiaal in functie van de uitwendige invloeden (badkamervolumes + buitenverlichting ) 44 elektrische verwarming plaatsen en aansluiten directe elektrische verwarmingstoestellen Schakelmateriaal Pedagogisch-didactische wenken soorten thermostaten mechanische elektronische programmeerbare opbouw en modulaire inbouw vaste aansluiting en stopcontactaansluiting (inbouw en/of opbouw) elektrische boilers voorrangrelais + voorkeurreleais (U) residentiele toepassingen van verbruikers zijn bijvoorbeeld: ventilatie -unit, fornuis, rolluikbediening, automatische zonnewering. laat de leerlingen via eenvoudige laboproeven het schakelen van weerstanden zaken vaststellen, daarna kan overgegaan worden tot het opstellen van formules (bv.: P = U xi) gebruik voor alle demonstratie s en aansluitingen bij voorkeur ZLVS (bv. 24 V )

BSO 2e graad Specifiek gedeelte Elektrische installaties 27 CLUSTER 3 INSTALLATIE VAN ELEKTRISCHE INSTALLATIES DE LEERLING SLUIT AAN EN PLAATST SCHAKELMATERIAAL, CONTACTDOZEN EN VERBRUIKERS Kabeldistributie en communicatiesystemen beperkt in aanbod tot residentieel gebruik gebruik catalogi, op papier en digitaal aandacht voor de connectors gebruik van satelliettoestellen i.f.v. andere aansluitingen solderen beperken tot het functionele om elektrocutierisico s te vermijden door beschadiging van het aansluitsnoer (contact met warme boutkop) is het aangewezen om soldeerbouten ter beschikking te stellen op ZLVS (24 V) een goede ruimtelijke ventilatie van het lokaal (30 m³ lucht/min./aanwezige persoon) is noodzakelijk en geen overbodige luxe. maak gebruik van minder schadelijke soldeerproducten bv. cusn of agsn en correcte beitsmiddelen. hou rekening absolute conventionele grensspanning (toestand menselijk lichaam: droog nat) stel je praktijkopdracht met aandacht voor werkprocedures en werkinstructies op alsof het een werkopdracht voor een installateur zou zijn. Verlichtingsmateriaal: bepaling van de draadsecties van de draden naar verbruikers conform de regels van goed vakmanschap diverse schakelingen en voorschakelapparatuur van fluorescentielampen aansluitingen in functie van residentiele toepassingen Elektrische verwarming: aandacht voor de afstraffing in EPB wetgeving: geen accumulatiekachels opnemen huidige technologie gebruiken

BSO 2e graad Specifiek gedeelte Elektrische installaties 28 CLUSTER 4 MONTAGE EN INSTALLATIE VAN VERDEELBORDEN DE LEERLING MONTEERT EN BEDRAADT VERDEELBORDEN; PLAATST EN SLUIT DEZE AAN, MEET SPANNINGLOOS UIT EN REALISEERT HET AAR- DINGSYSTEEM EN DE EQUIPOTENTIALE VERBINDINGEN 45 bordcomponenten volgens de bord lay-out van het verdeelbord bedraden, rekening houdend met de geldende regelgeving 46 montagecomponenten en onderdelen in de kast plaatsen volgens een logische volgorde afhankelijk van een situatie (droge en vochtige lokalen) begrippen en eigenschappen magnetisme elektromagnetisme joule effect beveiligingen soorten zekeringen overbelasting kortsluiting bordcomponenten schakeltoestellen differentieels aansluitvolgorde van de klemmen van de differentieelschakelaars bedrading schakeltoestellen installatie automaten plaatsing van de montagecomponenten en onderdelen verbindingsrails bordbedrading montageraam of montageprofielen deur (links of rechts draaiend) aardingsrail

BSO 2e graad Specifiek gedeelte Elektrische installaties 29 CLUSTER 4 MONTAGE EN INSTALLATIE VAN VERDEELBORDEN DE LEERLING MONTEERT EN BEDRAADT VERDEELBORDEN; PLAATST EN SLUIT DEZE AAN, MEET SPANNINGLOOS UIT EN REALISEERT HET AAR- DINGSYSTEEM EN DE EQUIPOTENTIALE VERBINDINGEN 47 residentiële verdeelborden plaatsen en aansluiten montage/bevestigingstechnieken voor verschillende types verdeelkasten (opbouw - inbouw - metaal - kunststof) mechanische technieken: zagen, boren, snijden, plooien in het kader van metalen verdeelkasten bewerken plaatsing van het bord volgens de instructie van de producent soorten en types voedingskabel met trekontlasting aansluiting van de hoofdbeschermingsgeleider op de aardrail aansluitingen aan het bord in functie van de leidingaanleg (opbouw- inbouw- kabelgoten ) noodzaak beschermkap (vingerveiligheid) etiketteren van stroomkringen en de voedingsspanning 48 het aardingsysteem en de equipotentiale verbindingen aansluiten selectie van de aardingsgeleiders het aardingsysteem: de aardingsonderbreker de aardingslus aardingsstaaf de hoofdbeschermingsgeleider aardingsklemmen en aansluiten van de hoofdequipotentiale verbindingen ( gas, water, verwarming)

BSO 2e graad Specifiek gedeelte Elektrische installaties 30 CLUSTER 4 MONTAGE EN INSTALLATIE VAN VERDEELBORDEN DE LEERLING MONTEERT EN BEDRAADT VERDEELBORDEN; PLAATST EN SLUIT DEZE AAN, MEET SPANNINGLOOS UIT EN REALISEERT HET AAR- DINGSYSTEEM EN DE EQUIPOTENTIALE VERBINDINGEN 49 residentiële verdeelborden uitmeten (isolatie- en spreidingsweerstandsmetingen) de bijkomende equipotentiale verbinding (bv.: badkamer) uitmetingen: isolatie naar functionering op kortsluiting op continuïteit van de aarding de spreidingsweerstand van de installatie functionaliteit 50 de tellerkast en de kabel plaatsen voor de standaardaansluiting elektrische arbeid aanvraag van de structuur bij dnb aansluitvermogen voor residentiele installaties standaardaansluiting van de tellerkast keuze van de aansluitkabel Pedagogisch-didactische wenken Montagecomponenten klemtoon op monofase aansluiting de uitgewerkte uitgaven van de normen EN 61439 en 60204 zijn een handig hulpmiddel voor het bedraden van de verdeelborden gebruik schroevendraaiers, aangepast aan de schroeven van de beveiligingstoestellen aan( automaten en differentieelschakelaars) conform de instructie van de producent

BSO 2e graad Specifiek gedeelte Elektrische installaties 31 CLUSTER 4 MONTAGE EN INSTALLATIE VAN VERDEELBORDEN DE LEERLING MONTEERT EN BEDRAADT VERDEELBORDEN; PLAATST EN SLUIT DEZE AAN, MEET SPANNINGLOOS UIT EN REALISEERT HET AAR- DINGSYSTEEM EN DE EQUIPOTENTIALE VERBINDINGEN Verdeelborden: verschillende bevestigingstechnieken gebruiken in functie van de ondergrond mogelijk kunnen ook enkele eenvoudige lastechnieken aangeleerd worden in functie van het maken van steunen Aardingssysteem aandacht voor toestellen klasse 1 gebruik het AREI Uitmeten maatregelen te nemen bij te hoge spreidingsweerstanden bord eerst spanningsloos uitmeten, daarna onder spanning aandacht voor veiligheid en PBM Tellerkast en kabel informatie vind je op de websites van de DNB hecht veel belang aan de keuze van de aansluitkabel gebruik van films op de website van vb.: EANDIS voor de aansluitingen laat de elektriciteitsfactuur analyseren: hieruit kan men heel wat leren bijzondere aandacht is vereist voor de organisatie (werkprocedures) en werkinstructies (gouden 8, vitale 5)

BSO 2e graad Specifiek gedeelte Elektrische installaties 32 CLUSTER 5 ELEKTRISCHE WERKZAAMHEDEN DE LEERLING STELT IN BEDRIJF, ZOEKT FOUTEN EN HERSTELT. VOERT ELEKTRISCHE WERKZAAMHEDEN UIT AAN DE ELEKTRISCHE INSTALLATIE 51 het verdeelbord systematisch uitmeten. soorten metingen: 52 stroomkringen spanningsloos uitmeten. 53 de stroomkringen systematisch onder spanning brengen en uitmeten. 54 de procedure voor werkzaamheden onder spanning bij het foutzoeken toepassen 55 via waarneming verschillende soorten fouten in de werking van de installatie beveiligingen lokaliseren doormeting van kringen isolatiemeting weerstandsmeting meting op kortsluiting meting op functionering stroomkringen stroommetingen het gebruik van meetinstrumenten de normale en abnormale meetwaarden de driepunt methode bij spanningsmeting de stroomkringen systematisch onder spanning brengen en uitmeten stroomkringen indien nodig spanningsloos uitmeten de procedure van werkzaamheden onder spanning en in werkingstelling van de verbruikers visuele controle op de werking toepassen de verbruikers in werking stellen (spanning voerend en stroomvoerend) een systematiek voor foutzoeken elektrische schema s van de elektrische installatie de procedure voor werkzaamheden onder spanning bij het foutzoeken toepassen de soort fouten:

BSO 2e graad Specifiek gedeelte Elektrische installaties 33 CLUSTER 5 ELEKTRISCHE WERKZAAMHEDEN DE LEERLING STELT IN BEDRIJF, ZOEKT FOUTEN EN HERSTELT. VOERT ELEKTRISCHE WERKZAAMHEDEN UIT AAN DE ELEKTRISCHE INSTALLATIE installatiefout, kortsluiting, overbelasting, isolatiefout en aardlekfout de geijkte meetmethode: spanningmeting, weerstandmeting, isolatie meting, stroommeting 56 residentiële elektrische installaties herstellen volgens de procedures de procedure: 57 elektrische werkzaamheden uitvoeren aan de elektrische installatie Uitmeten Foutzoeken pas het weet wat je meet principe toe pas de klasse van het meettoestel aan de plaats van de meting volgens de regels van goed vakmanschap Pedagogisch-didactische wenken buiten spanning stellen werkzaamheden in de nabijheid zone onder spanning de bevoegdheid om een fout te herstellen (aan een installatie te werken) herstellen en/of vervangen van componenten uitbreiding van een elektrische installatie met een stroomkring of stroomkringen uitvoeren van proefnemingen en metingen regels van goed vakmanschap gebruik maken van de schema s, eendraadschema s en situatieschema s, aansluitschema s, stroomkringschema s om tot een beredeneerde elektrische oplossing te komen systematisch uitmeten om de juiste plaats (component) en klem of draad te lokaliseren waar de fout zich voordoet

BSO 2e graad Specifiek gedeelte Elektrische installaties 34 CLUSTER 5 ELEKTRISCHE WERKZAAMHEDEN DE LEERLING STELT IN BEDRIJF, ZOEKT FOUTEN EN HERSTELT. VOERT ELEKTRISCHE WERKZAAMHEDEN UIT AAN DE ELEKTRISCHE INSTALLATIE soorten metingen: spanningsmeting, weerstandmeting, isolatie meting, stroommeting gebruik voor het foutzoeken bij voorkeur zlvs (bv. 24 v) om de fouten op te sporen kan je gebruik maken van een ir camera of meettoestel bijzondere aandacht is vereist voor de procedures en werkinstructies van de praktijklessen. (gouden 8, vitale 5) Herstellen en werken uitvoeren de bevoegdheden ba4/ ba5 proefnemingen en metingen: verificatie van de elektrische, mechanische of thermische toestand van de installatie

BSO 2e graad Specifiek gedeelte Elektrische installaties 35 PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN ALGEMENE AANDACHTSPUNTEN Via een geïntegreerde en projectmatige aanpak wordt de formele scheiding tussen theorie en praktijk losgelaten. Het is dan ook sterk aan te raden om de realisatie van dit leerplan toe te vertrouwen aan één leerkracht (per leerjaar). Een goede coördinatie binnen de vakgroep zal ook noodzakelijk zijn. Er wordt uitgegaan van 25 effectieve lesweken per schooljaar. Overblijvende weken kunnen worden besteed aan een verder uitdiepen van de leerstof of voor uitbreidingen. Ook nieuwe ontwikkelingen kunnen hier eventueel aan bod komen. Leerlingen uit de studierichting Elektrische installaties zullen in eerste instantie hun projecten begeleid verwezenlijken waarbij 25 % van de beschikbare tijd gaat naar het conceptuele en 75 % naar uitvoering. Pedagogisch is het niet verantwoord om de leerlingen tijdens de les de leerstof systematisch te laten noteren. Om tijdverlies te vermijden, wordt het gebruik van een goed handboek of van een zelf gemaakte cursus expliciet aanbevolen. In het BSO mag verwacht worden dat de theorie gegeven wordt in functie van datgene wat van de leerling verwacht wordt bij het uitvoeren van de diverse praktijkoefeningen. Het is zeker niet de bedoeling om formules te bewijzen of te laten memoriseren. Van de leerling wordt enkel verwacht dat zij/hij de formules (waar zij/hij steeds moet over kunnen beschikken) tijdens de oefeningen kan gebruiken. Wetten en formules zullen zoveel als mogelijk proefondervindelijk aangebracht worden door metingen op didactische of praktische opstellingen. De nodige aandacht zal besteed worden aan het gebruik van de correcte notaties en aan het gebruik van de correcte eenheden. Bij alle onderdelen - waar mogelijk - zal de nodige aandacht besteed worden aan veiligheid, gezondheid, hygiëne en zorg voor het milieu. GEÏNTEGREERDE AANPAK Inleiding Door de grotere nood aan ervaringsgericht onderwijs is het belang van de relatie tussen theorie en praktijk toegenomen. Het leren wordt opgevat als een proces waarbij er een afwisseling is tussen het opdoen van ervaringen en het ontwikkelen van competenties. De lessen sluiten zou nauw mogelijk aan bij de leefwereld van de leerlingen zodat de theorie niet abstract overkomt, maar een concrete betekenis krijgt. Theorie en praktijk zijn geen eilanden en kunnen dus moeilijk gescheiden aangeboden worden. Waarom een geïntegreerde aanpak? Omwille van: didactisch meerwaarde: het geïntegreerd werken zal het leer- en probleemoplossend denken optimaal ondersteunen; grotere motivatie van de leerlingen; leerlingen krijgen de mogelijkheid een eigen inbreng te doen. Pedagogische aanpak In het leerplan wordt geen onderscheid gemaakt tussen PV en TV. Hoe en wanneer de leerplandoelstellingen gerealiseerd worden, kan uitgestippeld worden door de vakgroep. PROJECTMATIG WERKEN In dit leerplan wordt gewerkt aan een globaal project: de realisatie van de residentiële elektrische installaties.