raad voor cultuur R.J.Schimmelpennincklaan 3



Vergelijkbare documenten
Stadsschouwburg Utrecht

BIJLAGE Aanvullende achtergrondinformatie podiumkunsten. 1. Wat zijn podiumkunsten?

Deelregeling vierjarige subsidies Podiumkunstinstellingen van het Nederlands Fonds voor Podiumkunsten+

Cultuurstelsel

ALGEMEEN STATEMENT VSCD. t.a.v. Raad voor Cultuur Advies muziekbeleid De balans de behoefte

Stabiliteit en professionaliteit in de podiumkunsten

Commissie Zorg, Welzijn en Cultuur

ANBI (algemeen nut beogende instelling)

BESLUIT INZAKE INVULLING VAN HET VOOR DE MUZIEKSTUDIO IN DCR GERESERVEERDE BUDGET EN SUBSIDIËRING LOOS

Activiteitenplan DMC

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Bijlage Specifieke toetsingscriteria per doelstelling

onderwerp: Advies Stichting Zuidelijke Dansvoorziening, Station Zuid

JAARVERSLAG 2015 JOHAN WAGENAAR STICHTING DEN HAAG - - SAMENVATTING - -

Sander Bersee Directeur Directie Erfgoed en Kunsten 19 november 2015

Het belang van internationaal cultuurbeleid. De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap dr. R.H.A. Plasterk Postbus J Den Haag

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap de heer dr. R.H.A. Plasterk Postbus BJ Den Haag

Subsidiekader vergroting verdienvermogen middelgrote ensembles Fonds Podiumkunsten

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Raad voor Cultuur Prins Willem Alexanderhof BE..DEN HAAG. Datum Betreft adviesaanvraag culturele basisinfrastructuur

Overzicht aanvragen en bedragen. Totaaloverzicht adviezen. Advies. Culturele Basisinfrastrcutuur

Subsidieregeling infrastructuur professionele kunsten Noord-Brabant

Activiteitenplan DMC

Gemeente Den Haag Dienst Onderwijs, Cultuur en Welzijn T.a.v. de Adviescommissie Meerjarenbeleid Postbus DP Den Haag

Advies Adviezen aan de Nederlandse en Vlaamse regering

Toelichting Deelregeling projectsubsidies Fonds Podiumkunsten

Bachelor Muziekwetenschap. uva.nl/ba-muziekwetenschap

Beleidsplan. 1. Introductie en korte geschiedenis

Deelregeling programmeringssubsidies Fonds Podiumkunsten

Toelichting Deelregeling projectsubsidies Fonds Podiumkunsten

2013 CULTUUR IN CIJFERS

Datum 24 augustus 2015 Betreft Reactie brief Eerste Kamer Uitgangspunten cultuurbeleid

Toelichting Deelregeling programmeringssubsidies Fonds Podiumkunsten, onderdeel podia popmuziek

Alleen organisaties met een culturele doelstelling en zonder winstoogmerk kunnen een aanvraag indienen.

Toelichting. Deelregeling Nederlands Popmuziek Plan van het Nederlands Fonds voor Podiumkunsten+

Visie muziekonderwijs en beeldende vorming Terneuzen

Raad voor Cukuur. Datum Inleiding -,


Kaderstellende notitie podiumkunsten Samenvatting

Kunstendecreet. decreet ondersteuning professionele. kunsten Vlaamse Gemeenschap

S0ch0ng Raadhuisconcerten Hilversum. Beleidsplan Mei 2016

Hierbij ontvangt u het advies van de Raad voor Cultuur over de uitwerkingsbrief van

ACTIVITEITENPLAN 2018

RICHTLIJNEN AANVRAAG REGELING PROJECTSUBSIDIES AMATEURKUNST

Datum 25 mei 2016 Reactie op vragen van de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over de positie van de popmuziek

Foto grote zaal MG The National

Sectoranalyse Film en Beeldcultuur Utrecht Raadsinformatiebijeenkomst 14 september 2017

Toelichting criteria kleine projecten Brabant C versie

Contouren meerjarige regelingen Dennis Stam, adjunct-directeur Fonds Podiumkunsten

Inkoop van buitenschoolse cultuureducatie seizoen 2015/ Rondom de (brede) school - Popmuziek - Dans - Beeldende Kunst Visie, uitgangspunten en

Kleine Muziekpodia in Beeld. Cijfers en kengetallen 2007

Investeer in cultuur, juist nu!

Amateurkunst & publiek

Data Atlas Podiumkunsten

Investeren in Ontwikkeling. Het Noorden als laboratorium

Subsidiemogelijkheden Kunstendecreet

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

JAARVERSLAG 2016 JOHAN WAGENAAR STICHTING DEN HAAG - - SAMENVATTING - -

Begroting 2015 Meta-data Monitor streefdoelen cultuur en media

C tyl LJ U R. Aan de informateurs De heer W.J. Bos De heer H.G.J. Kamp Postbus EA Den Haag. Datum: 9 oktober 2012 Kenmerk: rc-2012.

Wie we zijn en waar we vandaan komen

voorstel aan de raad Nota Subsidievoorstellen Cultuurnota Jongmans, B. (Bas) Kenmerk

Producties en Voorstellingen van Rijksgesubsidieerde Podiumkunstgezelschappen

I. Toetsing van het voorliggend ontwerp van decreet aan het advies van de Raad voor de Kunsten van 3 maart 2004

Uitvoeringsbesluit subsidieverlening Cultuurnota provincie Drenthe

De belangrijkste positieve consequenties die we uit de verkenning halen zijn:

Gezamenlijke verantwoordelijkheid

Slagen in Cultuur. Het vervolg 2. culturele basisinfrastructuur

PROVINCIAAL BLAD JAARGANG: 2014

Gelderland Gastvrij 7 September 2017

Muziek. 1. Verantwoording

Inkoop van buitenschoolse muziekeducatie seizoen 2014/2015 Uitgangspunten en voorwaarden

6) Cultuur en erfgoed

Culture market. 29 > Nederlandse versie

OCW provincie Utrecht, provincie Flevoland, gemeente Utrecht, gemeente Almere, gemeente Amersfoort

Verdeling subsidies programmatische activiteiten cultuur

Relatie met het coalitieakkoord/collegewerkprogramma/eerder aangenomen moties en gedane toezeggingen:

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds gelet op artikel 10, vierde lid van de Wet op het specifiek cultuurbeleid;

In Uw adviesaanvraag van 2 december 1997 verzoekt U de Raad voor Cultuur

4. SAMENVATTING. cultureel belang, waarvan de uitvoering voornamelijk zal plaatsvinden in -Gravenhage bekend onder de namen Dr.

ADVIES OVER HET FONDS TER STIMULERING VAN STEDELIJKE EN PLATTELANDSINVESTERINGEN

Ministerie van OCW Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, Mw. mr. M.C. van der Laan Postbus BJ DEN HAAG

Talentontwikkeling volgens het Kameroperahuis

Toelichting Deelregeling composities en libretto's Fonds Podiumkunsten

KUNSTENPLAN RICHTLIJNEN ONDERNEMINGSPLAN TWEEJARIGE SUBSIDIES

Tweede Kamer der Staten-Generaal

vitale verbinding Beleids plan vitale verbindingen 1 volgende pagina naar inhoudsopgave

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus AE Den Haag. Datum 6 december 2010 Betreft uitgangspunten cultuurbeleid

Aan de leden van Provinciale Staten

KUNSTENPLAN TOELICHTING BIJ REGELING VIERJARIGE SUBSIDIES

Foto grote zaal MG The National

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Deelregeling Jij maakt het mee Fonds voor Cultuurparticipatie

RAADSVOORSTEL Agendanummer 6.2. Onderwerp: Concept Beleidsplan Kunst en cultuur 'Eén cultuur, elf gezichten'

Raadsbijlage Voorstel inzake het verlenen van een jaarlij ks subsidie voor

De staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen Dr. F. van der Ploeg Postbus LZ Zoetermeer

Naar een passend en toekomstbestendig Poppodium Volt

Deelregeling programmeringssubsidies Fonds Podiumkunsten

Cultuur in Den Haag in cijfers

U I T N O D I G I N G

STICHTING DE LICHTING MUZIEK THEATER

Transcriptie:

R.J.Schimmelpennincklaan 3 so-to-3612+3 2506 AE Den Haag teler.cn.31<o>72312esse fax +31(o)70 36147 27 e-mail cultuur@cultuur.nl www.cultuur.nl De minister van Onderwijs Cultuur en Wetenschappen de heer dr. R.HA Plasterk Postbus 16375 2500 BJ Den Haag datum: 29 augustus 2007 ons kenmerk: mzk-2007.04041/1 onderwerp: aanvullend advies 'Innoveren, participeren!' Geachte heer Plasterk, In de door u bijgewoonde vergadering van de Raad voor Cultuur van 14 augustus jongstleden zijn enkele vragen van de Raad rondom uw nota 'Kunst van leven' aan de orde geweest. Met name over de toepassing van de nieuwe systematiek voor de sector muziek is de Raad uiterst ongelukkig en vreest hij dat door een onjuiste interpretatie van zijn advies 'Innoveren, participeren!' een verkeerd uitgangspunt wordt gekozen voor een belangrijke discipline van het cultuurbeleid. U zegde toe de overwegingen en nadere toelichting van de Raad nogmaals te willen bezien en eventuele aanpassingen in de systematiek te willen overwegen. Op pagina 41 van 'Kunst van leven' stelt u dat het niet nodig is de subsidiëring van muziekensembles onder directe ministeriële verantwoordelijkheid te houden. Hierdoor wordt een hele groep muziekgezelschappen al bij voorbaat de mogelijkheid ontnomen deel te nemen aan de aanvraagprocedure bij het rijk voor de periode 2009-2012. Dit in tegenstelling tot de theater- en danssector, waar in principe alle instellingen bij u een aanvraag kunnen indienen, mits ze aan een beperkt aantal voorwaarden voldoen. De Raad vindt dit onderscheid procedureel inconsequent en inhoudelijk onjuist. De Raad is van mening dat het rijk verantwoordelijk is voor een bloeiend professioneel muziekldimaat in Nederland. Dit komt op twee manieren tot uitdrukking: 1) door rechtstreekse ministeriële verantwoordelijkheid voor subsidiering van grote muziekgezelschappen; 2) door het fonds in fusie de opdracht te geven voor het overige een regeling te ontwerpen waarmee een goede infrastructuur op het terrein van ldassieke muziek, jazz en geïmproviseerde muziek, niet-westerse muziek en popmuziek wordt gegarandeerd. De Raad vraagt u daarom de aanvraagprocedure bij het rijk open te stellen voor grote muziekgezelschappen door een beperkt aantal voorwaarden te stellen en tegelijkertijd het fonds in fusie de opdracht te geven in een goede infrastructuur voor verschillende muziekgenres te voorzien.

pagina, Voorwaarden De Raad wil zijn advies graag nader toelichten aangezien u in 'Kunst van leven' aangeeft in het advies van de Raad geen duidelijk handvat te hebben gevonden om een scheiding aan te brengen tussen ensembles die in aanmerking zouden kunnen komen voor rechtstreekse subsidiering door het rijk en ensembles die door het fonds zouden moeten worden gesubsidieerd. De Raad is van mening dat er wel degelijk voorwaarden kunnen worden geformuleerd op basis waarvan een duidelijk onderscheid kan worden gemaakt. De instellingen die op dit moment in aamnerking komen voor rechtstreekse subsidiering door het rijk in het kader van de instandhoudingsfunctie en tot het muziekbestel binnen de basisinfrastructuur worden gerekend, zijn de symfonieorkesten en de twee nationale operagezelschappen. Een aantal grote ensembles functioneert echter op een vergelijkbare wijze als de symfonieorkesten en de operagezelschappen, waardoor het relevanter is deze ensembles in samenhang met de orkesten en operagezelschappen te beoordelen. Net als de symfonieorkesten en de twee grote operagezelschappen leveren deze gezelschappen een significante en substantiële bijdrage aan het muziekleven door samen te werken met o.a. het muziekonderwijs, het muziekvakonderwijs en het amateur-muziekleven. De Raad stelt daarom voor in de basisinfrastructuur te spreken van een bestel voor grote muziekgezelschappen dat uit meer bestaat dan alleen de symfonieorkesten en de twee nationale operagezelschappen en meer recht doet aan de diversiteit van het huidige muziekaanbod. Het bestel voor grote muziekgezelschappen is vergelijkbaar met het bestel voor volwassenentheaterinstellingen. Dit geheel van instellingen garandeert een landelijk gespreid en kwalitatiefhoogwaardig aanbod, waarbij repertoire voor een grote bezetting uit verschillende muziekperioden wordt uitgevoerd. De voorwaarden voor grote muziekgezelschappen die een aanvraag willen indienen zijn: - De aanvrager geeft meer dan 50 concerten per jaar met gemiddeld 18 of meer musici per concert; - De aanvrager geeft het merendeel van zijn concerten in Nederland en de concerten zijn goed gespreid over het land; - Volgens de statuten richt de aanvrager zich op continuïteit, los van een artistiek leider. De hierboven genoemde getallen zijn gebaseerd op ervaringgegevens. Voor de taken die een groot muziekgezelschap moet uitvoeren verwijst de Raad naar zijn advies 'hmoveren, participeren!'. (zie bijlage) Hoogachtend, Els H. Swaab -- Kees Weeda Voorzitter Algemeen secretarts

Samenvatting van de belangrijkste aanbevelingen l. Het behoeft dringend aandacht dat er onvoldoende afstemming is tussen de makers en de afnemers van met name kleinschalig aanbod. De Raad doet de volgende aanbevelingen om de speelmogelijkheden voor het kleinschalige aanbod in verschillende genres te verbeteren: \ ruimere programmabudgetten bij de kleine(re) podia; \ nauwere samenwerking tussen uitvoerders, ensembles en podia wat betreft programmering en marketing; \ betere dialoog tussen muziekinstellingen en programmeurs over aard, kwaliteit en toegankelijkheid van het gebodene; \ erkenning van het vak programmeur en het belang van voldoende expertise bij programmeurs op het gebied van verschillende muziekgenres. niet-westerse muziek. Bij de oprichting van een nieuw sectorinstituut dient hier zowel inhoudelijk als financieel rekening mee te worden gehouden. Basisinfrastructuur De basisinfrastructuur voor de muzieksector is het geheel van functies dat een bloeiend professioneel muziekleven in Nederland garandeert en waarvoor het rijk verantwoordelijkheid moet nemen. Dit betreft klassieke muziek (symfonische muziek, kamermuziek, opera en muziektheater, oude en hedendaagse muziek), jazz en geïmproviseerde muziek, niet-westerse muziek en popmuziek. In de basisinfrastructuur gaat het om drie functies die voor een langere periode onmisbaar zijn voor de lokale, regionale en landelijke infrastructuur: de instandhoudingsfunctiell, de ontwikkelingsfunctie (ontwikkeling van individueel en ensembletalent), en de ondersteuningsfunctie. 2. Het belang van een stevig muzikaal fundament bij grote groepen jongeren op het terrein van verschillende muziekgenres vraagt om een kwantitatieve en kwalitatieve verbetering van het muziekaanbod voor de jeugd door: \ muziekinstellingen te ondersteunen bij hun educatieve activiteiten en programma's; \ de kennis en interesse bij scholen te vergroten voor educatieve activiteiten en programma's op het gebied van verschillende muziekgenres; \ muziekinstellingen te vragen te participeren in lokale en/of regionale netwerken van scholen en culturele instellingen. 3. De Raad dringt bij de publieke omroep aan op een gezamenlijk plan inzake cultuurbeleid en culturele programma's waaronder op het gebied van klassieke muziek, jazz en geïmproviseerde muziek, niet-westerse muziek en popmuziek. In dit plan moet tevens een visie op publieksbereik en bereik van een mogelijk nieuw publiek voor de verschillende muziekgenres worden uitgewerkt. 4. De Raad dringt aan op meer flexibiliteit bij de orkesten, zodat zij hun nieuwe rol zowel in artistieke als in maatschappelijke zin kunnen waarmaken. De instandhoudingsfunctie betreft het garanderen van een infrastructuur voor muziek op het terrein van klassieke muziek, jazz en geïmproviseerde muziek, niet-westerse muziek en popmuziek. Omdat de dynamiek en de infrastructuur per genre verschillen, moet ook per genre worden bekeken hoe deze infrastructuur het best kan worden vorm gegeven. Het garanderen van een infrastructuur voor bepaalde muziekgenres kan zowel onder directe ministeriële verantwoordelijkheid als onder verantwoordelijkheid van het fonds. Binnen de instandhoudingsfunctie zijn er in Verschilmaken twee groepen muziekinstellingen genoemd die samen het landelijk bestel voor symfonische muziek en opera vormen." Grote operavoorzieningen, maar ook dansgezelschappen, zijn voor hun producties afhankelijk van orkestbegeleiding en het is de gezamenlijke verantwoordelijkheid van de orkesten in deze behoefte te voorzien. De instandhoudingsfunctie wordt echter niet uitsluitend door instellingen vervuld die deel uit maken van het landelijk bestel voor symfonische muziek en opera. De geformuleerde criteria en taken bieden ruimte aan alle instellingen die deze functie vervullen en voorzien in een helder kader voor aanvragen voor meerjarige subsidies. 5. De Raad vraagt de bewindspersoon meer duidelijkheid te scheppen in de verdeling van de financiële verantwoordelijkheid voor het ontwikkelen van muzikaal talent tussen de beleidsterreinen onderwijs en cultuur. 6. Podia, musici en publiek ontberen een landelijk punt voor documentatie, informatievoorziening en beleidsontwikkeling op het gebied van In Verschilmaken is aangegeven dat functies die zich op de ontwikkeling van jong talent richten ook een plaats kunnen krijgen binnen de culturele basisinfrastructuur. De vorige bewindspersoon stelde dat de kern van deze functie wordt gevormd door de productiehuizen in de podiumkunsten en vraagt hoe die ook voor dans en muziek kan worden opgezet. De Raad is van mening dat de ontwikkelingsfunctie 162

van groot belang is en een plaats in de basisinfrastructuur verdient. De werkwijze in de muzieksector verschilt echter dusdanig van bijvoorbeeld die in theater, dat de productiehuizen niet de aangewezen plaats zijn om deze functie onder te brengen. Pas afgestudeerde musici hebben relatief weinig faciliteiten nodig om zelfstandig hun beroep uit te oefenen. In de muzieksector heeft een aantal productiehuizen" zich gespecialiseerd op het gebied van popmuziek, nieuwe gecomponeerde muziek en geïmproviseerde muziek en jeugdmuziek. Zij vervullen een belangrijke functie in het vergroten van kwalitatief hoogwaardig aanbod op bepaalde terreinen, maar niet per definitie bij het ontwik.kelen van jong talent. De professionele begeleiding waaraan afgestudeerde musici behoefte hebben, is in vergelijking met de theatersector zeer divers en gespecialiseerd. De initiatieven die in deze behoefte voorzien, hebben vaak het karakter van een werkplaats of een academie. Ze vervullen een brugfunctie tussen opleiding en beroepspraktijk en bieden afgestudeerde musici meer kansen om ervaring op te doen en in de praktijk in te stromen. De kern van de ontwikkelingsfunctie wordt zodoende voor de muzieksector niet door productiehuizen gevormd, maar door werkplaatsachtige voorzieningen waarvoor specifieke taken en criteria zijn geformuleerd. Een aantal ondersteunde instellingen zal voor 2008 opgaan in één nieuwe organisatie, waarvoor binnenkort een nieuw beleidsplan wordt verwacht. Daarnaast wordt een onderzoek verwacht naar de optimale ondersteuningsstructuur in de muzieksector vanaf 2009. Over zowel het beleidsplan als het onderzoek brengt de Raad te zijner tijd graag advies uit. Instandhoudingsfunctie (repertoirefunctie) Instellingen die de instandhoudingsfunctie onder directe ministeriële verantwoordelijkheid vervullen, \ hun hoofdactiviteit is het uitvoeren van muziek(repertoire); \ ze zorgen voor landelijke afstemming en spreiding van het aanbod binnen het muziekgenre; \ ze leveren een significante bijdrage aan het muziekbestel op regionaal, nationaal en bij voorkeur ook op internationaal niveau; \ ze waarborgen repertoirevernieuwing. \ op het vlak van educatie -- ontwikkelen ze educatieve programma's die bij de aard en de omvang van de instelling passen; - participeren ze in lokale en regionale netwerken van scholen en culturele instellingen. \ ze ontwikkelen talent door een bijdrage te leveren aan de in- en doorstroming van talent; \ ze ontwikkelen en voeren beleid uit om een zo groot mogelijk publiek te bereiken.; \ ze begeleiden opera en ballet (symfonieorkesten). \ ze garanderen artistieke en zakelijke continuïteit (als vitale organisatie met een stabiele bedrijfsvoering); \ hun excellerende uitvoeringskwaliteit is bewezen; \ ze hebben een uitstekende staat van dienst; \ ze zijn in staat een nader te bepalen aantal14 concerten of voorstellingen te brengen. Op dit moment vervullen de reeds door de minister genoemde symfonieorkesten en landelijke operavoorzieningen de instandhoudingsfunctie. Een aantal ensembles op het gebied van oude en hedendaagse muziek zou dit kunnen doen. Platform voor presentatie, uitwisseling en (co)productie van internationaal aanbod De instellingen die als platform voor presentatie, uitwisseling en (co)productie van internationaal p aanbod de instandhoudingsfunctie onder directe (Í9 ministeriële verantwoordelijkheid vervullen, \ hun hoofdactiviteit is het presenteren en Þ (co)produceren van exclusief, hoogwaardig Q internationaal muziekrepertoire; \ ze leveren een significante bijdrage aan het C muziekbestel op nationaal en internationaal niveau; \ ze ontwikkelen en voeren beleid uit om een zo groot mogelijk publiek te bereiken; \ ze dragen bij aan talentontwikkeling en vernieuwing binnen het vakgebied, \ ze garanderen artistieke en zakelijke continuïteit (als vitale organisatie met een stabiele bedrijfsvoering); \ hun excellerende uitvoeringskwaliteit is bewezen; \ ze hebben een uitstekende staat van dienst; Op dit moment vervullen bijvoorbeeld het Holland Festival en het Holland Festival Oude Muziek Utrecht deze functie. rj) e-t 163

Ontwikkelingsfunctie Instellingen die de ontwikkelingsfunctie onder directe ministeriële verantwoordelijkheid vervullen, \ hun hoofdactiviteit is het ontwikkelen van talent; \ ze bieden intensieve en professionele begeleiding; \ ze vervullen een brugfunctie tussen opleiding en beroepspraktijk; \ ze bieden een plaats waar jonge professionals zich kunnen specialiseren (bekwamen) in een bepaalde discipline op het hoogste niveau; \ ze scouten en/of selecteren talent; \ ze leveren een significante bijdrage aan het muziekbestel op nationaal en internationaal niveau; \ ze bieden presentatiemogelijkheden; \ ze werken intensief samen met opleidingen en de beroepspraktijk. Ondersteuningsfunctie Voor een beschrijving van de taken wordt verwezen naar de adviezen van de Raad over de ondersteuningsstructuur in 2005.15 Op dit moment wordt deze functie door verschillende culturele instellingen vervuld. \ ze bieden artistieke en zakelijke continuïteit (als vitale organisatie met een stabiele bedrijfsvoering). Op dit moment vervullen bijvoorbeeld het Nationaal jeugd Orkest en de Opera Studio Nederland de ontwikkelingsfunctie. 164