ROYAUME DE BELGIQUE KONINKRIJK BELGIË FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN SERVICE PUBLIC FEDERAL INTERIEUR



Vergelijkbare documenten
Versie 17/02/2015 BINNENLANDSE ZAKEN

Projet de modification SPF Intérieur Project wijziging IBZ

8 APRIL Koninklijk besluit betreffende de opleiding van de leden van de openbare hulpdiensten.

FEDERALE OVERHEIDSDIENST PERSONEEL EN ORGANISATIE SERVICE PUBLIC FEDERAL PERSONNEL ET ORGANISATION

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

KONINKRIJK BELGIË ROYAUME DE BELGIQUE FEDERALE OVERHEIDSDIENST PERSONEEL EN ORGANISATIE SERVICE PUBLIC FÉDÉRAL PERSONNEL ET ORGANISATION

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Numéro tél. gratuit : Gratis tel. nummer : pages/bladzijden.

35968 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

HOOFDSTUK I. DEFINITIES

KB 8 april 2003: opleiding van de leden van de openbare brandweerdiensten (maandag, 05 mei 2003) -

65372 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE

NOTA AAN HET GEMEENSCHAPPELIJK COMITE VOOR ALLE OVERHEIDSDIENSTEN

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

FEDERALE OVERHEIDSDIENST MOBILITEIT EN VERVOER SERVICE PUBLIC FEDERAL MOBILITE ET TRANSPORTS

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

PHILIPPE FILIP BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

COMMUNAUTE FRANÇAISE FRANSE GEMEENSCHAP

21396 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN

46434 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

ALBERT ALBERT BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE FEDERALE OVERHEIDSDIENST MOBILITEIT EN VERVOER

Formeel advies van de Planningscommissie Medisch aanbod. Avis formel de la Commission de planification de l offre médicale

61190 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

61190 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

RIJKSINSTITUUT VOOR ZIEKTE- EN INVALIDITEITSVERZEKERING. Dienst Geneeskundige Verzorging NATIONALE COMMISSIE ARTSEN ZIEKENFONDSEN

36930 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

Toelichting KB opleiding

BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE. Art. 2. Entrent en vigueur le 1 er janvier 2007 :

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Numéro tél. gratuit : Gratis tel. nummer : N. 351 INHOUD SOMMAIRE. 144 bladzijden/pages

47990 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

76142 MONITEUR BELGE Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Numéro tél. gratuit : Gratis tel. nummer : N. 101 INHOUD SOMMAIRE. 710 bladzijden/pages

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

MONITEUR BELGE Ed. 3 BELGISCH STAATSBLAD

PHILIPPE FILIP BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

PHILIPPE FILIP BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Numéro tél. gratuit : Gratis tel. nummer : pages/bladzijden.

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

Doc. TGR 2014-PL-90 Brussel, 5 februari 2014

BINNENLANDSE ZAKEN. Arrêté royal relatif à la formation des membres des services publics de secours et modifiant divers arrêtés royaux

BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE. Art. 8. Le présent arrêté entre en vigueur le 1 er septembre 2014.

LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN

MONITEUR BELGE Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD

BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE

PHILIPPE FILIP BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN

22306 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE

MONITEUR BELGE Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

ALBERT ALBERT. BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE MINISTERIE VAN FINANCIEN MINISTERE DES FINANCES

SERVICE PUBLIC FEDERAL PERSONNEL ET ORGANISATION FEDERALE OVERHEIDSDIENST PERSONEEL EN ORGANISATIE

WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN

13286 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE

WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

39150 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE

62112 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE. Limbourg Zone de secours Nord 1,77 % Zone de secours Est 2,93 % Zone de secours Sud-Ouest 3,69 %

57936 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

30548 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

KONINKLIJK BESLUIT VAN 8 APRIL 2003 BETREFFENDE DE OPLEIDING VAN DE LEDEN VAN DE OPENBARE HULPDIENSTEN. (B.S )

24036 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE

19/05/2009. Directoraat-generaal Basisgezondheidszorg & Crisisbeheer Gezondheidszorgberoepen Cel 2 : Niet-universitaire gezondheidszorgberoepen

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

RIJKSINSTITUUT VOOR ZIEKTE- EN INVALIDITEITSVERZEKERING Openbare instelling opgericht bij de wet van 9 augustus 1963 TERVURENLAAN BRUSSEL

GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN

ALBERT ALBERT. BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE SERVICES DU PREMIER MINISTRE DIENSTEN VAN DE EERSTE MINISTER

SERVICE PUBLIC FÉDÉRAL CHANCELLERIE DU PREMIER MINISTRE FEDERALE OVERHEIDSDIENST KANSELARIJ VAN DE EERSTE MINISTER

Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit moet begrepen worden onder :

62134 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

OKB Opleiding PAR Formation

HOOFDSTUK I. Definities

19612 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

75410 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 4 MONITEUR BELGE

RIJKSINSTITUUT VOOR ZIEKTE- EN INVALIDITEITSVERZEKERING Openbare instelling opgericht bij de wet van 9 augustus 1963 Tervurenlaan Brussel

COMMISSION PARITAIRE POUR LES EMPLOYES DU COMMERCE DE DETAIL CONVENTION COLLECTIVE DE TRAVAIL DU RELATIVE A LA DUREE DU TRAVAIL

SERVICE PUBLIC FEDERAL PERSONNEL ET ORGANISATION FEDERALE OVERHEIDSDIENST PERSONEEL EN ORGANISATIE

51022 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

47876 MONITEUR BELGE Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD

Convention collective de travail du 3 mars Champ d'application CHAPITRE II. Avantages sociaux

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

7172 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS

C.N.A.C./2004/AVIS- B N.R.V.R./2004/ADVIES- B

paritaire pour les de travail adapté et les ateliers sociaux (CP 327)

SERVICE PUBLIC FEDERAL INTERIEUR FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN

MINISTERE DES FINANCES MINISTERIE VAN FINANCIEN

KONINKLIJK BESLUIT VAN 12 JULI 2019 BETREFFENDE DE OPLEIDING VAN DE LEDEN VAN

ALBERT ALBERT. BELGISCH STAATSBLAD Ed. 3 MONITEUR BELGE SERVICE PUBLIC FEDERAL JUSTICE FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE

Chambre des Représentants de Belgique. Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers / 1-96 / 97 WETSONTWERP

38 heures pour les entreprises qui occupent moins que 50 travailleurs;

ALBERT ALBERT BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE. Percentage betrekkingen toe te wijzen. Pourcentage d emplois à attribuer

Transcriptie:

ROYAUME DE BELGIQUE SERVICE PUBLIC FEDERAL INTERIEUR KONINKRIJK BELGIË FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN Projet d arrêté royal relatif à la formation des membres des services publics de secours Philippe, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut. Vu la loi du 31 décembre 1963 sur la protection civile, l article 2 et l article 9, 1 er, remplacé par la loi du 16 juillet 1993 et modifié par la loi du 25 mars 2003, et l article 12/1, inséré par la loi du 29 décembre 2010; Vu la loi du 15 mai 2007 relative à la sécurité civile, l article 106, alinéa 1 er ; Ontwerp van koninklijk besluit betreffende de opleiding van de leden van de openbare hulpdiensten Filip, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Gelet op de wet van 31 december 1963 betreffende de civiele bescherming, artikel 2 en artikel 9, 1, vervangen bij de wet van 16 juli 1993 en gewijzigd bij de wet van 25 maart 2003 en artikel 12/1, ingevoegd bij de wet van 29 december 2010; Gelet op de wet van 15 mei 2007 betreffende de civiele veiligheid, artikel 106, eerste lid; Vu l arrêté royal du 21 février 2011 relatif à la formation des membres des services publics de secours; Gelet op het koninklijk besluit van 21 februari 2011 betreffende de opleiding van de leden van de openbare hulpdiensten; Vu l'association des gouvernements des régions; Gelet op de betrokkenheid van de gewestregeringen; Vu l avis de l Inspecteur des Finances donné le ; Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op ; Vu l accord du Ministre du Budget, donné le ; Vu l accord du Ministre de la Fonction publique, donné le ; Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, gegeven op ; Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Ambtenarenzaken, gegeven op ; Vu le protocole n du Comité des Services publics provinciaux et locaux; Gelet op het protocol nr. van het comité voor de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten; 1

Vu l avis xxxxx/x du Conseil d État, donné le (date), en application de l article 84, 1 er, alinéa 1 er, 1, des lois sur le Conseil d État, coordonnées le 12 janvier 1973; Sur la proposition de la Ministre de l Intérieur et de l avis des Ministres qui en ont délibéré en Conseil, Nous avons arrêté et arrêtons: Chapitre 1 er. Des définitions Article 1 er. Pour l application du présent arrêté, on entend par: Gelet op advies xxxxx/x van de Raad van State, gegeven op, met toepassing van artikel 84, 1, eerste lid, 1, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; Op de voordracht van de Minister van Binnenlandse Zaken en op het advies van de in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij: Hoofdstuk 1. Definities Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder: 1 Ministre: le Ministre qui a l Intérieur dans ses attributions; 2 Conseil supérieur de formation: le conseil visé au chapitre II de l arrêté royal du 4 avril 2003 créant un Conseil supérieur de formation pour les services publics d incendie et deux Conseils supraprovinciaux de formation pour les services publics d incendie; 3 Commission des équivalences et des dispenses: la commission visée au chapitre IV du même arrêté; 4 Membres des services publics de secours: les membres des zones de secours et des unités opérationnelles de la Protection civile; 5 Inspection: l inspection visée à l article 9, 2 de la loi du 31 décembre 1963 sur la protection civile et l inspection générale des services de la Sécurité civile visée à l article 168 de la loi du 15 mai 2007 relative à la Sécurité civile; 6 Centre de connaissances: le Centre fédéral de connaissances pour la Sécurité civile visé à l article 175 de la même loi; 1 Minister: de Minister die bevoegd is voor Binnenlandse Zaken; 2 Hoge Raad voor de opleiding: de raad bedoeld in hoofdstuk II van het koninklijk besluit van 4 april 2003 tot instelling van een Hoge Raad voor de opleiding voor de openbare brandweerdiensten en twee Supraprovinciale Opleidingsraden voor de openbare brandweerdiensten; 3 Commissie voor gelijkstelling en vrijstelling: de commissie bedoeld in hoofdstuk IV van hetzelfde besluit; 4 Leden van de openbare hulpdiensten: de leden van de hulpverleningszones en de leden van de operationele eenheden van de Civiele Bescherming; 5 Inspectie: de inspectie bedoeld in artikel 9, 2, van de wet van 31 december 1963 betreffende de civiele bescherming en de algemene inspectie van de diensten van de civiele veiligheid bedoeld in artikel 168 van de wet van 15 mei 2007 betreffende de civiele veiligheid; 6 Kenniscentrum: het Federaal Kenniscentrum voor de civiele veiligheid zoals bedoeld in artikel 175 van dezelfde wet; 2

7 Zone de secours : la zone de secours visé à l article 14 de la même loi ; 8 Module: partie d une formation destinée à l obtention d un brevet ou d un certificat, qui est clôturée par un examen des connaissances et des compétences acquises. Un module peut contenir différents sous-modules. Un sous-module correspond à un ensemble cohérent minimum de compétences qui font l objet d un examen. 9 Formation pratique à froid: exercices pratiques sans utilisation de véritable feu; 10 Formation pratique à chaud: exercices pratiques avec utilisation de véritable feu; 11 Formation de base: Formation liée à la carrière hiérarchique, soit pour entrer dans la carrière, soit pour accéder à un grade supérieur. La participation à une formation de base et la réussite des examens conduit à l obtention d un brevet; 12 Formation spécialisée: formation visant à acquérir les connaissances et les compétences nécessaires à l exercice d une fonction spécialisée. La participation à une formation spécialisée et la réussite des examens conduit à l obtention d un certificat; 13 Formation continue: formation visant à maintenir et à adapter des connaissances et des compétences déjà acquises et à acquérir de nouvelles connaissances et de nouvelles compétences liées à l évolution du matériel et des techniques opérationnelles. La participation à une formation continue conduit à l obtention d une attestation qui précise si un examen a été réalisé et si le membre a réussi. 14 : centre de formation : centre de formation pour la sécurité civile agréé par le Ministre. 7 Hulpverleningszone: de hulpverleningszone zoals bedoeld in artikel 14 van dezelfde wet; 8 Module: deel van een opleiding tot het behalen van een brevet of getuigschrift, dat afgesloten wordt door een examen over de verworven kennis en competenties. Een module kan verschillen submodules bevatten. Een submodule komt overeen met een minimaal coherent geheel van competenties die het voorwerp uitmaken van een examen. 9 Koude praktijkopleiding: praktische oefeningen zonder gebruik van echt vuur; 10 Warme praktijkopleiding: praktische oefeningen met gebruik van echt vuur; 11 Basisopleiding: opleiding verbonden aan de hiërarchische loopbaan, ofwel om de loopbaan te straten, ofwel om naar een hogere graad over te gaan. Het volgen van een basisopleiding en slagen voor de examens geeft aanleiding tot het behalen van een brevet; 12 Gespecialiseerde opleiding: opleiding voor het verwerven van kennis en competenties, nodig voor het uitoefenen van een gespecialiseerde functie. Het volgen van een gespecialiseerde opleiding geeft aanleiding tot het behalen van een getuigschrift; 13 Voortgezette opleiding: opleiding voor het behoud en aanpassen van de vroeger verworven kennis en vaardigheden, en voor het aanleren van nieuwe kennis en vaardigheden verbonden aan de evolutie van het materieel en de operationele technieken. Het volgen van een voortgezette opleiding geeft aanleiding tot het behalen van een attest dat preciseert of er al dan niet een examen was en of het lid geslaagd is. 14 opleidingscentrum: opleidingscentrum voor de civiele veiligheid, erkend door de Minister. 3

Chapitre 2. De la formation des membres des services publics de secours Hoofdstuk 2. Opleiding van de leden van de openbare hulpdiensten Section 1 ère. Des différentes formations Art. 2. Les formations suivantes sont organisées pour les membres des services publics de secours: 1 les formations destinées à l obtention de brevets; 2 les formations destinées à l obtention de certificats; 3 les formations destinées à l obtention d attestations. Art. 3. Un brevet est octroyé aux membres opérationnels des services publics de secours ayant suivi une formation de base et ayant réussi l ensemble des examens. Art. 4. Un certificat est octroyé aux membres des services publics de secours ayant suivi une formation spécialisée et ayant réussi l ensemble des examens. Art. 5. Une attestation est octroyée aux membres des services publics de secours ayant suivi une formation continue. Afdeling 1. Verschillende opleidingen Art. 2. De volgende opleidingen worden georganiseerd voor de leden van de openbare hulpdiensten: 1 de opleidingen tot het behalen van brevetten; 2 de opleidingen tot het behalen van getuigschriften; 3 de opleidingen tot het behalen van attesten; Art. 3. Een brevet wordt uitgereikt aan de operationele leden van de openbare hulpdiensten die een basisopleiding volgden en die slaagden voor alle examens. Art. 4. Een getuigschrift wordt uitgereikt aan de leden van de openbare hulpdiensten die een gespecialiseerde opleiding volgden en die slaagden voor alle examens. Art. 5. Een attest wordt uitgereikt aan de leden van de openbare hulpdiensten die een voortgezette opleiding volgden. Art. 6. 1 er. Les brevets visés à l article 2, 1 sont les suivants: 1 brevets cadre de base : - brevet B01 ; - brevet B02; 2 brevets cadre moyen : - brevet M01; - brevet M02; 3 brevets cadre supérieur : - brevet OFF1; - brevet OFF2; - brevet OFF3; - brevet OFF4. Art. 6. 1. De brevetten bedoeld in artikel 2, 1 zijn: 1 brevetten basiskader: - brevet B01; - brevet B02; 2 brevetten middenkader: - brevet M01; - brevet M02; 3 brevetten hoger kader: - brevet OFF1; - brevet OFF2; - brevet OFF3; - brevet OFF4. 2. Voor elk brevet bedoeld in paragraaf 1 4

2. Pour chaque brevet visé au paragraphe 1 er, les modules composant la formation, le contenu, le nombre d heures minimales par module et le nombre de points sont déterminés par Nous. Le Ministre, sur proposition du Centre de connaissances, fixe les objectifs pédagogiques et le mode d évaluation des modules visés à l alinéa 1 er. worden de modules waaruit de opleiding bestaat, de inhoud, het minimum aantal uren per module en het aantal punten door Ons bepaald. De Minister legt de pedagogische doelstellingen en de wijze van evalueren van de modules bedoeld in het eerste lid vast, op voordracht van het Kenniscentrum. Art. 7. Le Ministre crée les certificats visés à l article 2, 2 et fixe le contenu, le nombre d heures, les objectifs pédagogiques ainsi que le nombre de points et le mode d évaluation. Le Ministre fixe les conditions d admission aux formations conduisant à l obtention de certificats, sur proposition du Centre de connaissances et après avis du Conseil supérieur de formation. Art. 8. Le Ministre crée les attestations visées à l article 2, 3 et fixe le contenu, le nombre d heures, les objectifs pédagogiques ainsi que le nombre de points et le mode d évaluation. Le Ministre fixe les conditions d admission aux formations conduisant à l obtention de certificats, sur proposition du Centre de connaissances et après avis du Conseil supérieur de formation. Art. 7. De Minister creëert de getuigschriften bedoeld in artikel 2, 2 en legt de inhoud, het aantal uren en de pedagogische doelstellingen van de opleidingen vast, alsook het aantal punten en de wijze van evalueren. De Minister bepaalt de toelatingsvoorwaarden voor de opleidingen die aanleiding geven tot het behalen van getuigschriften, op voordracht van het Kenniscentrum en na advies van de Hoge Raad voor de opleiding. Art. 8. De Minister creëert de attesten bedoeld in artikel 2, 3 en bepaalt de inhoud, het aantal uren en de pedagogische doelstellingen, alsook het aantal punten en de wijze van evalueren. De Minister bepaalt de toelatingsvoorwaarden voor de opleidingen die aanleiding geven tot het behalen van getuigschriften, op voordracht van het Kenniscentrum en na advies van de Hoge Raad voor de opleiding. Section 2. Du système modulaire Art. 9. Les formations visées à l article 2, 1 et 2 sont divisées en modules. Afdeling 2. Modulair systeem Art. 9. De opleidingen bedoeld in artikel 2, 1 en 2 worden ingedeeld in modules. Art. 10. L ordre de suivi des modules visés à l article 2, 1 est libre, sauf disposition contraire fixée par Nous. La réussite de l examen du module précédent n est pas requise pour pouvoir Art. 10. De volgorde van het volgen van de modules zoals bedoeld in artikel 2, 1 is vrij, tenzij anders bepaald door Ons. Het slagen in het examen van de voorgaande module is niet noodzakelijk 5

débuter un nouveau module visé à l article 2, 1, sauf disposition contraire fixée par Nous. Art. 11. Les modules sont capitalisables. La réussite de l examen relatif à un module donne lieu à l octroi d une certification. Chaque certification a une durée de validité de 5 ans. La réussite de l examen de tous les modules d une formation destinée à l obtention d un brevet ou d un certificat donne lieu à la délivrance du brevet ou du certificat. Art. 12. Si les modules d une formation destinée à l obtention d un brevet ou d un certificat ont été suivis dans plusieurs centres de formation, le brevet ou le certificat est délivré par le centre de formation dans lequel le membre du service public de secours a réussi l examen relatif au dernier module suivi. Section 3. De l admission aux formations Art. 13. Sont admis à la formation destinée à l obtention du brevet B01, les stagiaires sapeurs-pompiers. Art. 14. Sont admis à la formation destinée à l obtention du brevet B02, les membres d un service public d incendie titulaires du brevet B01 et qui comptent une ancienneté de grade de minimum deux ans en tant que sapeur-pompier, stage non compris. Art. 15. Sont admis à la formation destinée à l obtention du brevet M01, les membres d un service public d incendie titulaires du brevet B02 et qui comptent une ancienneté de grade de minimum deux ans en tant que caporal. voor het aanvangen van een nieuwe module zoals bedoeld in artikel 2, 1, tenzij anders bepaald in de bijlage 1 van dit besluit. Art. 11. De modules zijn kapitaliseerbaar. Het slagen voor het examen betreffende een module geeft aanleiding tot de uitreiking van een certificaat. Elk certificaat heeft een geldigheidsduur van 5 jaar. Slagen voor het examen van alle modules van een opleiding tot het behalen van een brevet of getuigschrift geeft aanleiding tot de uitreiking van het brevet of het getuigschrift. Art. 12. Als de modules van een opleiding tot het behalen van een brevet of getuigschrift gevolgd werden in verschillende opleidingscentra, wordt het brevet of het getuigschrift uitgereikt door het opleidingscentrum waar het lid van de openbare hulpdienst voor het examen betreffende de laatst gevolgde module geslaagd is. Afdeling 3. Toelating tot de opleidingen Art. 13. Worden toegelaten tot de opleiding tot het behalen van het brevet B01, de stagiairs brandweerman. Art. 14. Worden toegelaten tot de opleiding tot het behalen van het brevet B02, de leden van een openbare brandweerdienst die houder zijn van het brevet B01 met een graadanciënniteit van minstens twee jaar als brandweerman, de stage niet inbegrepen. Art. 15. Worden toegelaten tot de opleiding tot het behalen van het brevet M01, de leden van een openbare brandweerdienst die houder zijn van het brevet B02 met een graadanciënniteit van minstens twee jaar als korporaal. 6

Art. 16. Sont admis à la formation destinée à l obtention du brevet M02, les membres d un service public d incendie titulaires du brevet M01 et qui comptent une ancienneté de grade de minimum deux ans en tant que sergent. Art. 17. Sont admis à la formation destinée à l obtention du brevet OFF1, les membres d un service public d incendie titulaires du brevet M01 ou M02 et qui comptent une ancienneté de grade de minimum quatre ans en tant que sergent et/ou adjudant. Art. 18, 1 er. Sont admis à la formation destinée à l obtention du brevet OFF2 par promotion les membres d un service public d incendie titulaires du brevet OFF1 et qui comptent une ancienneté de grade de minimum un an en tant que lieutenant. 2. Sont admis à la formation destinée à l obtention du brevet OFF2 par recrutement, les membres d un service public d incendie recrutés comme capitaine-stagiaire. Art. 19. Sont admis à la formation destinée à l obtention du brevet OFF3, les membres d un service public d incendie titulaires du brevet OFF2 et qui comptent une ancienneté de grade de minimum quatre ans en tant que capitaine. Art. 20. Sont admis à la formation destinée à l obtention du brevet OFF4, les membres d un service public d incendie titulaires du brevet OFF3 et qui comptent une ancienneté de grade de minimum quatre ans en tant que major. Art. 16. Worden toegelaten tot de opleiding tot het behalen van het brevet M02, de leden van een openbare brandweerdienst die houder zijn van het brevet M01 met een graadanciënniteit van minstens twee jaar als sergeant. Art. 17. Worden toegelaten tot de opleiding tot het behalen van het brevet OFF1, de leden van een openbare brandweerdienst die houder zijn van het brevet M01 of M02 met een graadanciënniteit van minstens vier jaar als sergeant en/of adjudant. Art. 18, 1. Worden toegelaten tot de opleiding tot het behalen van het brevet OFF2 door bevordering, de leden van een openbare brandweerdienst die houder zijn van het brevet OFF1 met een graadanciënniteit van minstens één jaar als luitenant. 2. Worden toegelaten tot de opleiding tot het behalen van het brevet OFF2 door aanwerving, de leden van een openbare brandweerdienst die als stagedoende kapitein werden aangeworven. Art. 19. Worden toegelaten tot de opleiding tot het behalen van het brevet OFF3, de leden van een openbare brandweerdienst die houder zijn van het brevet OFF2 met een graadanciënniteit van minstens vier jaar als kapitein. Art. 20. Worden toegelaten tot de opleiding tot het behalen van het brevet OFF4, de leden van een openbare brandweerdienst die houder zijn van het brevet OFF3 met een graadanciënniteit van minstens vier jaar als majoor. Art. 21. Sont admis au module PREV-1 de la formation destinée à l obtention du brevet M01, les membres du personnel administratif de la zone de secours et les membres du personnel du SPF Intérieur. Art. 22. 1 er. Sont admis au module PREV- 2 de la formation destinée à l obtention du Art. 21. Worden toegelaten tot de module PREV-1 uit de opleiding tot het behalen van het brevet M01 de administratieve personeelsleden van de hulpverleningszone en de personeelsleden van de FOD Binnenlandse Zaken; Art. 22. 1. Worden toegelaten tot de module PREV-2 uit de opleiding tot het 7

brevet OFF2, les membres d un service public d incendie, titulaires de la certification PREV-1 de la formation destinée à l obtention du brevet M01, titulaires d un diplôme ou d un certificat donnant accès aux fonctions de niveau A au sein de l administration fédérale visées à l annexe 1 de l arrêté royal du 2 octobre 1937 portant le statut des agents de l Etat ou titulaires du diplôme visé à l article 34. 2. Sont admis au module PREV-2 de la formation destinée à l obtention du brevet OFF2, les membres du personnel administratif de la zone de secours et les membres du personnel du SPF Intérieur, titulaires d un diplôme ou d un certificat donnant accès aux fonctions de niveau A au sein de l administration fédérale visées à l annexe 1 de l arrêté royal du 2 octobre 1937 portant le statut des agents de l Etat et titulaires du certificat PREV-1. Art. 23. Sont admis au module PREV-3 de la formation destinée à l obtention du brevet OFF3, les membres d un service public d incendie, titulaires de la certification PREV-2 de la formation destinée à l obtention du brevet OFF2, titulaires d un diplôme ou d un certificat donnant accès aux fonctions de niveau A au sein de l administration fédérale visées à l annexe 1 de l arrêté royal du 2 octobre 1937 portant le statut des agents de l Etat ou titulaires du diplôme visé à l article 34. Sont admis au module PREV-3 de la formation destinée à l obtention du brevet OFF3, les membres du personnel administratif de la zone de secours et les membres du personnel du SPF Intérieur, titulaires d un diplôme ou d un certificat donnant accès aux fonctions de niveau A au sein de l administration fédérale visées à l annexe 1 de l arrêté royal du 2 octobre 1937 portant le statut des agents de l Etat et titulaires du certificat PREV-2. behalen van het brevet OFF2, de leden van een openbare brandweerdienst die houder zijn van het certificaat PREV-1 uit de opleiding tot het behalen van het brevet van M01, die houder zijn van een diploma of getuigschrift dat toegang geeft tot functies van niveau A binnen de federale overheid zoals bedoeld in bijlage 1 van het koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende het statuut van het rijkspersoneel of houder zijn van het diploma bedoeld in artikel 34. 2. Worden toegelaten tot de module PREV-2 uit de opleiding tot het behalen van het brevet OFF2, de administratieve personeelsleden van de hulpverleningszone en de personeelsleden van de FOD Binnenlandse Zaken, die houder zijn van een diploma of getuigschrift dat toegang geeft tot functies van niveau A binnen de federale overheid zoals bedoeld in bijlage 1 van het koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende het statuut van het rijkspersoneel en die houder zijn van het certificaat PREV-1. Art. 23. Worden toegelaten tot de module PREV-3 uit de opleiding tot het behalen van het brevet OFF3, de leden van een openbare brandweerdienst die houder zijn van het certificaat PREV-2 uit de opleiding tot het behalen van het brevet OFF2, die houder zijn van een diploma of getuigschrift dat toegang geeft tot functies van niveau A binnen de federale overheid zoals bedoeld in bijlage 1 van het koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende het statuut van het rijkspersoneel of houder zijn van het diploma bedoeld in artikel 34. Worden toegelaten tot de module PREV-3 uit de opleiding tot het behalen van het brevet OFF3, de administratieve personeelsleden van de hulpverleningszone en de personeelsleden van de FOD Binnenlandse Zaken, die houder zijn van een diploma of getuigschrift dat toegang geeft tot functies van niveau A binnen de federale overheid zoals bedoeld in bijlage 1 van het koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende het statuut van het rijkspersoneel en die houder zijn van het 8

certificaat PREV-2. Art. 24. L ancienneté de grade requise pour pouvoir suivre une formation est évaluée au premier jour de la formation. Art. 25. 1 er. Le candidat ne peut s inscrire à l une des formations visées à l article 2 ou à l un des modules de ces formations qu après avis favorable du commandant de zone. Art. 24. De vereiste graadanciënniteit voor toelating tot een opleiding wordt beoordeeld op de eerste dag van de opleiding. Art. 25. 1. De kandidaat kan zich slechts inschrijven voor één van de opleidingen bedoeld in artikel 2, of voor een module uit deze opleidingen, op gunstig advies van de zonecommandant. 2. Le candidat choisit librement le centre de formation dans lequel il souhaite suivre une formation ou un module. 3. Pour être valable, l inscription à une formation ou à un module est adressée au centre de formation où le candidat souhaite suivre cette formation ou ce module, au plus tard à la fin du deuxième mois qui précède celui pendant lequel la formation ou le module commence. 4. Lors de l inscription à l une des formations visées à l article 2, 1 et 2, le candidat précise s il souhaite suivre la formation complète ou, le cas échéant, un ou plusieurs modules. Art. 26. Le personnel du Service public fédéral Intérieur peut suivre gratuitement les formations visées à l article 2 moyennant l accord préalable du directeur général de la Direction générale de la Sécurité civile ou de son délégué. Art. 27. Au plus tard à la fin de la deuxième semaine qui suit la date de clôture des inscriptions, et conformément à l article 25, 3, le centre de formation fournit la liste des candidats inscrits au Centre de connaissances. Art. 28. Personne ne peut s inscrire plus de 2. De kandidaat kiest vrij het opleidingscentrum waar hij een opleiding of een module wenst te volgen. 3. Om geldig te zijn, moet de inschrijving voor een opleiding of voor een module gericht zijn aan het opleidingscentrum waar de kandidaat deze opleiding of deze module wenst te volgen, ten laatste op het einde van de tweede maand die voorafgaat aan die gedurende dewelke de opleiding of de module zal worden begonnen. 4. Bij de inschrijving voor een in artikel 2, 1 en 2 bedoelde opleiding, preciseert de kandidaat of hij de totale opleiding wil volgen of, in voorkomend geval, één of meerdere modules. Art. 26. Het personeel van de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken kan de opleidingen bedoeld in artikel 2 kosteloos volgen mits de voorafgaande toestemming van de directeur-generaal van de Algemene Directie van de Civiele Veiligheid of zijn afgevaardigde werd verkregen. Art. 27. Ten laatste op het einde van de tweede week die volgt op de datum van afsluiting van de inschrijvingen, en overeenkomstig artikel 25, 3, bezorgt het opleidingscentrum de lijst van de ingeschreven kandidaten aan het Kenniscentrum. Art. 28. Niemand mag zich meer dan twee 9

deux fois au même module, sauf cas de force majeure. keer inschrijven voor dezelfde module, behalve in geval van overmacht. Section 4. Des examens Art. 29. Chaque module et sous-module se clôture par un examen. Un examen peut consister en une épreuve théorique et/ou une épreuve pratique. Par dérogation à l alinéa 1 er, un examen peut également consister en une évaluation permanente pendant la durée de la formation. Une évaluation écrite motivée est réalisée pour chaque examen. Art. 30. Le candidat est tenu de présenter l examen dans le centre de formation dans lequel il a suivi la formation concernée. Si, en vertu de l article 28, le candidat ne peut plus s inscrire à un module, il est libre de choisir le centre de formation dans lequel il souhaite passer l examen relatif à ce module. Art. 31. Le brevet, le certificat ou l attestation est délivré au candidat qui obtient au moins 60 % à chaque module de la formation et au moins 50% à chaque sous-module. Afdeling 4. Examens Art. 29. Elke module en submodule wordt afgesloten met een examen. Een examen kan bestaan uit een theoretische proef en/of een praktische proef. In afwijking van het eerste lid kan een examen ook bestaan uit een permanente evaluatie tijdens de looptijd van de opleiding. Voor elk examen moet een schriftelijke gemotiveerde evaluatie bestaan. Art. 30. De kandidaat moet het examen afleggen in het opleidingscentrum waar hij de betreffende opleiding gevolgd heeft. Als de kandidaat, krachtens artikel 28 zich niet meer kan inschrijven voor een module, kiest hij vrij het opleidingscentrum waar hij het examen betreffende deze module wil afleggen. Art. 31. Het brevet, het getuigschrift of het attest wordt uitgereikt aan de kandidaat die voor elke module van de opleiding minstens 60 % en voor elke submodule minstens 50% behaalt. Art. 32. Nul ne peut présenter plus de quatre fois un examen relatif au même module ou à la même formation destinée à l obtention d une attestation. Art. 33. A l issue de chaque session d examens, les résultats sont transmis au Centre de connaissances. Art. 32. Niemand mag meer dan vier keer deelnemen aan een examen betreffende dezelfde module of opleiding tot het behalen van een attest. Art. 33. Na elke examensessie worden de resultaten aan het Kenniscentrum overgemaakt. Section 5. Promotion sociale Art. 34. 1 er. Un diplôme est délivré au candidat qui obtient au moins 60% pour l ensemble des examens et 50 % à l examen de chaque module pour la Afdeling 5. Sociale promotie Art. 34. 1. Een diploma wordt uitgereikt aan de kandidaat die minstens 60% voor het geheel van de examens en 50% voor het examen van elke module behaalt voor de opleiding bedoeld in artikel 68 van het 10

formation visée à l article 68 de d arrêté royal relatif au statut administratif du personnel opérationnel des zones de secours 2. Sont admis à la formation qui délivre le diplôme de promotion sociale, les membres opérationnels de la zone titulaires du brevet d OFF1. koninklijk besluit tot bepaling van het administratief statuut van het operationeel personeel van de hulpverleningszones. 2. Worden toegelaten tot de opleiding tot het behalen van het diploma van sociale promotie, de operationele leden van de zone die houder zijn van het brevet van OFF1. Section 6. Des instructeurs Art. 35. 1 er. Les formations visées à l article 2 sont dispensées par des instructeurs titulaires de l un des certificats de compétences pédagogiques suivants: 1 certificat FOROP-1; 2 certificat FOROP-2. Afdeling. 6. Instructeurs Art. 35. 1. De opleidingen bedoeld in artikel 2 worden gedoceerd door instructeurs die beschikken over een van de volgende getuigschriften pedagogische bekwaamheden: 1 getuigschrift FOROP-1; 2 getuigschrift FOROP-2. 2. Le ministre fixe le contenu, la durée, les objectifs pédagogiques, les modalités d organisation et les conditions d admission des certificats visés au paragraphe premier. Section 7. Des équivalences et des dispenses Art. 36. Le Ministre se prononce sur les demandes d équivalence de diplômes, de cours ou de brevets, après avoir recueilli l avis de la Commission des équivalences et des dispenses. Art. 37. Le Ministre se prononce sur les demandes de dispenses de cours et d examens, après avoir recueilli l avis de la Commission des équivalences et des dispenses. Art. 38. Le brevet B02 est assimilé au brevet de B01. Le brevet M01 est assimilé aux brevets B01 et B02. Le brevet M02 est assimilé aux brevets 2. De minister bepaalt de inhoud, de duur, de pedagogische doelstellingen, de organisatiemodaliteiten en de toelatingsvoorwaarden van de getuigschriften bedoeld in de eerste paragraaf. Afdeling 7. Gelijkstellingen en vrijstellingen Art. 36. De Minister spreekt zich uit over de aanvragen tot gelijkstelling van diploma's, cursussen of brevetten, na het advies van de Commissie voor gelijkstelling en vrijstelling ingewonnen te hebben. Art. 37. De Minister spreekt zich uit over de aanvragen tot vrijstelling van cursussen en examens, na het advies van de Commissie voor gelijkstelling en vrijstelling ingewonnen te hebben. Art. 38. Het brevet B02 wordt gelijkgesteld met het brevet B01. Het brevet M01 wordt gelijkgesteld met de brevetten B01 en B02. Het brevet M02 wordt gelijkgesteld met de 11

B01, B02 et M01. Le brevet OFF1 est assimilé aux brevets de B01, B02, M01 et M02. Le brevet OFF2 est assimilé aux brevets B01, B02, M01, M02 et OFF1. Le brevet OFF3 est assimilé aux brevets B01, B02, M01, M02, OFF1 et OFF2. Le brevet OFF4 est assimilé aux brevets B01, B02, M01, M02, OFF1, OFF2 et OFF3. Chapitre 3. Des dispositions transitoires Art. 39. 1 er. Le brevet de sapeur-pompier obtenu avant l entrée en vigueur du présent arrêté est assimilé au brevet B01 visé à l article 6, 1er. Le brevet de caporal obtenu avant l entrée en vigueur du présent arrêté est assimilé au brevet B02 visé à l article 6, 1er. Le brevet de sergent obtenu avant l entrée en vigueur du présent arrêté est assimilé au brevet de M01 visé à l article 6, 1 er, moyennant l obtention de modules complémentaires définis par Nous. Le brevet d adjudant obtenu avant l entrée en vigueur du présent arrêté est assimilé au brevet M02 visé à l article 6, 1er. Le brevet d officier obtenu avant l entrée en vigueur du présent arrêté est assimilé au brevet OFF2 visé à l article 6, 1er. Le brevet de technicien en prévention de l incendie obtenu avant l entrée en vigueur du présent arrêté est assimilé aux attestations de module des modules PREV- 1, PREV-2. La certification du module prévention brevetten B01, B02 en M01. Het brevet OFF1 wordt gelijkgesteld met de brevetten van B01, B02, M01 en M02. Het brevet OFF2 wordt gelijkgesteld met de brevetten B01, B02, M01, M02 en OFF1. Het brevet OFF3 wordt gelijkgesteld met de brevetten B01, B02, M01, M02, OFF1 en OFF2. Het brevet OFF4 wordt gelijkgesteld met de brevetten B01, B02, M01, M02, OFF1, OFF2 en OFF3. Hoofdstuk 3. Overgangsbepalingen Art. 39. 1. Het brevet van brandweerman behaald vóór de inwerkingtreding van dit besluit wordt gelijkgesteld met het brevet van B01 zoals bedoeld in artikel 6, 1. Het brevet van korporaal behaald vóór de inwerkingtreding van dit besluit wordt gelijkgesteld met het brevet B02 zoals bedoeld in artikel 6, 1. Het brevet van sergeant behaald vóór de inwerkingtreding van dit besluit wordt gelijkgesteld met het brevet M01 zoals bedoeld in artikel 6, 1, mits het behalen van aanvullende modules vastgelegd door Ons. Het brevet van adjudant behaald vóór de inwerkingtreding van dit besluit wordt gelijkgesteld met het brevet M02 zoals bedoeld in artikel 6, 1. Het brevet van officier behaald vóór de inwerkingtreding van dit besluit wordt gelijkgesteld met het brevet OFF2 zoals bedoeld in artikel 6, 1. Het brevet van technicus brandvoorkoming behaald vóór de inwerkingtreding van dit besluit wordt gelijkgesteld met de moduleattesten voor de modules PREV-1, PREV-2. Het certificaat van de module 12

incendie du brevet de sergent obtenu avant l entrée en vigueur du présent arrêté est assimilée à la certification du module PREV-1. Le brevet de gestion de situation de crise obtenu avant l entrée en vigueur du présent arrêté est assimilé aux attestations de module des modules CRI-1 et CRI-2 et CRI- 3 des formations à l obtention des brevets OFF1, OFF2 et OFF3. Le brevet d officier obtenu avant l entrée en vigueur du présent arrêté en combinaison avec le brevet de technicien en prévention de l incendie obtenu avant l entrée en vigueur du présent arrêté et le brevet de gestion de situation de crise obtenu avant l entrée en vigueur du présent arrêté est assimilé au brevet OFF2 visé à l article 6, 1er. Le brevet de chef de service obtenu avant l entrée en vigueur du présent arrêté est assimilé au brevet OFF3 visé à l article 6, 1 er à durée indéterminée. Le brevet de chef de service obtenu avant l entrée en vigueur du présent arrêté est assimilé au brevet OFF4 visé à l article 6, 1er pendant six ans après l entrée en vigueur du présent arrêté. 2. La certification du module instructeur du brevet de sergent pour les sous-lieutenants stagiaires obtenu avant l entrée en vigueur du présent arrêté et la certification du module instructeur du brevet d officier obtenu avant l entrée en vigueur du présent arrêté sont assimilées aux certificats FOROP-1 et FOROP-2. Art. 40. 1 er. Sont assimilés aux brevets de B01, B02, M01 et M02: 1 le brevet de sous-officier délivré par les centres agréés de formation pour les services d incendie ou les fédérations provinciales des services publics d incendie; 2 le certificat de candidat sous-officier brandvoorkoming van het brevet van sergeant behaald vóór de inwerkingtreding van dit besluit wordt gelijkgesteld met het certificaat voor de module PREV-1. Het brevet crisissituatiebeheer behaald vóór de inwerkingtreding van dit besluit wordt gelijkgesteld met de moduleattesten voor de modules CRI-1 en CRI-2 en CRI-3 uit de opleidingen tot het behalen van de brevetten OFF1, OFF2 en OFF3. Het brevet van officier behaald vóór de inwerkingtreding van dit besluit in combinatie met het brevet van technicus brandvoorkoming behaald vóór de inwerkingtreding van dit besluit en het brevet crisissituatiebeheer behaald vóór de inwerkingtreding van dit besluit wordt gelijkgesteld met het brevet OFF2 zoals bedoeld in artikel 6, 1. Het brevet van dienstchef behaald vóór de inwerkingtreding van dit besluit wordt gelijkgesteld met het brevet OFF3 zoals bedoeld in artikel 6, 1 voor onbepaalde duur. Het brevet van dienstchef behaald vóór de inwerkingtreding van dit besluit wordt gelijkgesteld met het brevet OFF4 zoals bedoeld in artikel 6, 1 gedurende zes jaar na de inwerkingtreding van dit besluit. 2. Het certificaat van de module instructeur van het brevet van sergeant voor de stagedoende onderluitenants behaald vóór de inwerkingtreding van dit besluit en het certificaat van de module instructeur van het brevet van officier behaald vóór de inwerkingtreding van dit besluit worden gelijkgesteld met getuigschriften FOROP-1 en FOROP-2. Art. 40. 1. Worden gelijkgesteld met de brevetten B01, B02, M01 en M02: 1 het brevet van onderofficier uitgereikt door de erkende opleidingscentra voor de brandweerdiensten of de provinciale federaties van de openbare brandweerdiensten; 13

délivré par l autorité compétente, sur la base d une décision prise avant le 31 décembre 1993; 3 le brevet A délivré par l Etat; 4 le brevet B délivré par l Etat; 5 le brevet C délivré par l Etat; 6 le brevet de candidat officier professionnel; 7 le brevet de sous-lieutenant. 2. Sont assimilés au brevet OFF1: 1 le brevet A délivré par l Etat; 2 le brevet B délivré par l Etat; 3 le brevet C délivré par l Etat; 4 le brevet de candidat officier professionnel; 5 le brevet de sous-lieutenant ; 6 le brevet d officier. Art. 41. 1er. Les formations destinées à l obtention du brevet de sapeur-pompier, caporal, sergent, adjudant, officier, technicien en prévention de l incendie, gestion de situation de crise et chef de service, commencées avant la date d entrée en vigueur du présent arrêté, comprennent les cours énumérés à l annexe 1. Les formations pour lesquelles les inscriptions sont clôturées à la date d entrée en vigueur du présent arrêté sont réputées avoir commencé. 2. Chacun des cours visés au 1 er se clôture par un examen comportant au moins une épreuve écrite. 2 het getuigschrift van kandidaatonderofficier uitgereikt door de bevoegde overheid, op basis van een beslissing genomen vóór 31 december 1993; 3 het brevet A uitgereikt door de Staat; 4 het brevet B uitgereikt door de Staat; 5 het brevet C uitgereikt door de Staat; 6 het brevet van kandidaatberoepsofficier; 7 het brevet van onderluitenant. 2. Worden gelijkgesteld met het brevet van officier: 1 het brevet A uitgereikt door de Staat; 2 het brevet B uitgereikt door de Staat; 3 het brevet C uitgereikt door de Staat; 4 het brevet van kandidaatberoepsofficier; 5 het brevet van onderluitenant; 6 het brevet van officier. Art. 41. 1. De opleidingen tot het behalen van het brevet van brandweerman, korporaal, sergeant, adjudant, officier, technicus brandvoorkoming, crisissituatiebeheer en dienstchef, begonnen vóór de datum van inwerkingtreding van dit besluit, bevatten de in bijlage 1 opgesomde cursussen. De opleidingen waarvoor de inschrijvingen afgesloten zijn op de datum van inwerkingtreding van dit besluit, worden geacht te zijn begonnen. 2. Elk van de in 1 bedoelde cursussen wordt afgesloten met een examen dat minstens een schriftelijke proef bevat. 3. Le brevet visé au 1 er est délivré aux élèves qui obtiennent au moins 60% des 3. Het in 1 bedoelde brevet wordt uitgereikt aan de leerlingen die voor elk 14

points à chaque examen. examen minstens 60 % van de punten behalen. Chapitre 4. Des dispositions finales Art. 42. Les articles 12 à 19, 24 à 49, 61, et 62 1 er à 2 et 4 de l arrêté royal du 21 février 2011 relatif à la formation des membres des services publics de secours sont abrogés. Art. 43. Le présent arrêté entre en vigueur à une date fixée par Nous. Art. 44. Notre Ministre de l Intérieur est chargé de l exécution de présent arrêté. Hoofdstuk 4. Slotbepalingen Art. 42. De artikelen 12 tot 19, 24 tot 49, 61 en 62 1 tot 2 en 4 van het koninklijk besluit van 21 februari 2011 betreffende de opleiding van de leden van de openbare hulpdiensten, worden opgeheven. Art. 43. Dit besluit treedt in werking op een datum door Ons te bepalen. Art. 44. Onze Minister van Binnenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit. Donné à, le Gegeven te, Par le Roi: La Ministre de l Intérieur, Van Koningswege: De Minister van Binnenlandse Zaken, Joëlle MILQUET 15

16