Brandveiligheid van details en aansluitingen. gebouwen. Speciale uitgave. I-let bouwdetail: een ware esenbundel



Vergelijkbare documenten
Brandveilig afdichten van doorvoeringen in brandwerende wanden

1. Inhoud van de presentatie

24 & 30 november Koninklijk besluit van 12 juli 2012 Wat verandert er? Bijlage 7 Gemeenschappelijke bepalingen

Bouwknopen Noeuds constructifs

BIJLAGE 7: GEMEENSCHAPPELIJKE BEPALINGEN

Bescherming tegen brand Bouwdetails mogen niet onderschat worden

Pascal van den Heuvel. wetgevend kader voor brandbare afdichtingen bijlage 7 type-oplossingen

Studieavond: Houtskeletbouw 21 november 2014, Nocturne van HOUT & HABITAT, Antwerp Expo

Brandreactie en Brandweerstand HVAC brandwerende isolatie Bijlage 7 KB 12 juni mei 2018, Pascal van den Heuvel

Brandveilig ontwerp en uitvoering van industriële gebouwen

Brandveilig renoveren

Bijlage Vuistregels Brandveiligheid

ROCKFON. Albert RICOUR Account Manager. Brandveilige plafondoplossingen

Koninklijk besluit van 12 juli 2012 Wat verandert er?

De brandcompartimentering garanderen Oplossingen voor installateurs van sanitair

Algemene inleiding Brandreglementering en normen. Inhoud Programma Algemene inleiding Reglementering en normen

Permanente brandlast als onderdeel van de maatgevende brandbelasting conform Bijlage 6 van de basisnormen

Bijlage Vuistregels Brandveiligheid

De brandcompartimentering garanderen Oplossingen voor W-installateurs

De brandcompartimentering garanderen Oplossingen voor HVAC-installateurs

Brandwerend PUR-schuim met pipet of voor pistool

De waterdichte aansluiting van beglaasde balustrades op platte daken

Brandreactie en brandweerstand

Rookgasafvoerkanalen

ZEKERHEID IN BRANDVEILIGHEID

Eisen met betrekking tot de brandwerendheid van vloerconstructies met zeer hoge akoestische eisen

Thermische isolatie van bestaande platte daken

BIJLAGE 5: REACTIE BIJ BRAND : Gedrag bij een brand vanaf de buitenzijde

Seminarie brandveiligheid. Gent - 19 januari 2016 Mechelen 26 januari 2016

Postbus ZN Bleiswijk Brandpuntlaan Zuid NZ Bleiswijk

DUURZAAM. De visie van een aannemer Hoe integreert een bouwbedrijf de nieuwe ideeën en concepten m.b.t. duurzaamheid?

MG2-A U. Brandwerende opbouwmanchetten geschikt voor geventileerde afvoerleidingen. M4-A 12/2016

ORYX Collar WR PRODUCTBESCHRIJVING

Wetgeving inzake evaluatie brandgedrag van bouwproducten Ir. Jan De Saedeleer

Handige tips over brandweerstand

II. 12 BVCHECK MC Checklist voor de preventie van brand in de mini-crèches

BIJLAGE 5/1: REACTIE BIJ BRAND

op basis van een analyse van beproevingsresultaten

ORYX Collar FX 330 Versie 1.1, (Dutch) ORYX, passie voor passieve brandbescherming

1392 S N. Pagina 1 van 7

8 Rapporten en publicaties

Knauf Fire Systems. 22/05/2018 Knauf Jacques Lionel KMO Reno Workshop - Brandveilige renovatietechnieken

Betrouwbare brandvertragende doorvoeroplossingen

ORYX Silicone FR PRODUCTBESCHRIJVING

Brandveiligheid Brandwerende bouwelementen

Dr. ir. Kurt De Proft

5. Producteigenschappen

ORYX Acrylic FR PRODUCTBESCHRIJVING

CLASSIFICATIERAPPORT 2012-A Rev. 1

In het huidig artikel geven we wat meer duiding bij het gebruik van akoestische bouwconcepten. Het gebruik van bouwconcepten als mogelijke oplossing

C o n s t r u c t i e s 1

Laboratorium voor Brandveiligheid

Tekst voor lastenboek Producten Industriebouw

Duurzaam bouwen. Het geïsoleerde plat dak

Akoestische deuren. in combinatie met brandweerstand

KONINKRIJK BELGIE FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN

De brandwerendheid van ramen, wanden en deuren

baksteenmetselwerk Muren uit Brandweerstand van baksteenmetselwerk Belgische Baksteenfederatie Kartuizersstraat 19 bus Brussel

Fire Stop Solutions Isolatie Fire Sleeves

Brandveilige installatie elektra Garantie voor brandveiligheid.

MANCHETTEN BRANDWERENDE

Basisnormen Europese klassering

DOSSIER NR 3. INSTALLATIES MET GESLOTEN AARDGASTOESTELLEN conform de normen NBN D (2004) en NBN B (2006)

Drempeldetaillering voor toegankelijk buitenschrijnwerk

Brandwerende Deuren. ir. Edwin Van Wesemael (ISIB) Brandwerende deuren EW/1

Aan mevrouw en en de heren Provinciegouverneurs

Ze moeten de brandweerstand evenaren van het bouwelement dat door de doorvoer wordt onderbroken.

DOORVOERINGEN 7. Compartimentering en doorvoeringen van technische installaties

9 Rapporten en publicaties

CONSTRUCTIES 1: BZL-TAAK

MG2. Brandwerende inbouwmanchetten. M1-NL-H 09/2018

MG2-A. Brandwerende opbouwmanchetten. M2-NL-B 09/2018

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen

S B TECHNISCH ADVIES 2014-A-013. op basis van een analyse van beproevingsresultaten INSTITUT DE SECURITE INCENDIE A.S.B.L.

ORYX Grafite FR PRODUCTBESCHRIJVING

Buiten BOUWCONCEPT : BETONELEMENT MET BINNENISOLATIE. Sch.: 1/10 AANSLUITING GEVEL - VLOER OP VOLLE GROND DOORSNEDE DETAIL EPB-AANVAARD

Opleiding Brandwerende Doorvoeringen

Infosessie brand: Brandwerende deuren

MASSIEF PASSIEFBOUW IN DE PRAKTIJK

VERWERKINGS- VOORSCHRIFTEN

Postbus CB Rijswijk Lange Kleiweg GH Rijswijk

BRANDROOSTERS NATUURLIJKE VENTILATIE RF-TECHNOLOGIES EEN WAAIER AAN GECERTIFICEERDE OPLOSSINGEN

Installatievoorschriften. Bel-Ro-combi CLV systeem

Gemeenschappelijke schoorstenen in bestaande appartementsgebouwen

op basis van een analyse van beproevingsresultaten

De brandcompartimentering garanderen Oplossingen voor elektriciens

DELTA -LIQUIXX FX: Plaatsingsvoorschriften «binnentoepassing»

Basisprincipe inzake regelgeving brandveiligheid gevelconstructies.

Werf gelegen in Lebbeke, Brusselsesteenweg 307

Ventilatie- en rookafvoerkanalen Getest volgens EN en EN of EN Classificatie volgens EN en EN

AS BUILT DOSSIER KLANTNAAM SITE/PROJECT-NAAM LOCATIE. 01 September (c) GAP Solutions 2014

Ventilatie- en rookafvoerkanalen

Brandveilige gevelsystemen in detail. Ranst, 30 januari 2014

24 & 30 november Koninklijk besluit van 12 juli 2012 Wat verandert er? Bijlage 5/1

Montagehandleiding. Voordat u start met het plaatsen van het Twist-Fix lijnsysteem, controleer of de volgende artikelen aanwezig zijn:

Verzamelrapport - brandwerendheid in de zin van NEN 6069:2011 van doorvoeringen met de FP Pipe Collar en FP Pipe Collar Bracket

Transcriptie:

Speciale uitgave I-let bouwdetail: een ware esenbundel De brandreglementering oefent een belangrijke invloed uit op de opvatting en de uitvoering van diverse details en aanslui tingen in gebouwen. 0m brandoverslag- via gevels te voorkonien, dient rnen bijvoorbeeld van bij het ontwerp een aantal wetdoordachte keues te maken. Doorboringen doorheen brandwerend ewanden rnoeten op hun beurt brandwerend afgedicht worden. Ook de uitvoering van coin pa rtinientswanden dient met de nodige org te gebeuren. HoeweL er in de wetgeving nog verschilleride andere belangrijke eisen opgenomen zijn, zullen we ons in d itarti kel beperken tot de drie voornoemde aspecten. Brandveiligheid van details en aansluitingen n gebouwen Het Koninklijk esiuit tût vaststelling van de basisriorrnen voor de preventie va n brande n ontploffing () van 7juli 1994 en zijn vvijzigin gen (3) legge n de bran dveiiigheidseisen vast vaaraan nieuwegebouwen rnoelenvoldoen. Bij dit Konink[ijkBes[u ith orenzeven bijlaen, vvaaronder hijiage 2 voor [age gebouwen (h < 10 m), bijlage voor rniddelhoge gebou wen (10 ra h 25 rn), bijlage 4 voor hoge gebouwen(h251n)enbijiage6diespecifiek is voorindustriêie gebouwen. De meest recente herziening van de Basis normen (in voege sinds 1 decerriber 2012) 2argde voor enkele be [an grij ke wijzigi ngen in de Betgische reglernentering. la vorden de bra ndtaeerstandsei5en voo rtaan uitged rukt volgensde Europese kiassen (REI (3)), terwiji de oucle Belgische classificatie (Rt) nietia nger van toepassi ng isen na een overgangsperiod e van 4 jaarza[verdwijnen. De Basisnornien zijn van [oepassing op aile nieuwe gebouven, met uitzondering van eengezin swoni ngen (4). Renovaties va[ie n daarentegen buiten het toepassirigsdomein ervan, ai zulien de brandweerdiensten voor de beoordeling van de brandveiligheid wei overwegend hiernaar teruggrijpen. Daa rnaast kunnen degeesten,de Gemeen schappen en de Federale Overheidsdien steri (FOD) bijkornende teksten uitvaardigen die voornoernd Koninklijk Besluit aanvuiien teneinde rekening te houden met het spe cifteke karakter van bepaalde gebouwen. De voorschriften uit de Basisnorrnen, de regelgeving en de geidende teksten kun nen geraadpleegd worden via de websites van de N orrnen-antesn e Bra ndpreventie (vmw.norrnen.beibrund) en de FOD Binnen landse Zakeri (wwv.besafe.be). t Brandoverslag via gevets 1.1 Reglernentering In 3.5 van de bijiagen 2, 3 en 4 van de Basisnorrnen zijri de maatregelenopgenonien die getrolfen moeten worden on inwendige en uitsvendige bran doverslag te voorkornen (zie afbeeldingen I en 2). Hierbij wordt er een onderscheid gemaakt tussen enkeiwandige en dubbelwanciige gevels (s). in dit artikel gaan we enkei dieper in op eerstgenoemd geveltype. Het kan hier bijvoorbeeld gaan orn spouwrnuren, FliCS, u 1 I lnwendige brand overslag. voorhangpanelen bi) skeietstructuren en gordijngeveis (zie WTCB-Dossier 2013/3.8). 0m het risico op inwendige brandoverslag te beperken, rnoet de aansluitingsvoeg tussen de compartinientsvioer en de gevel minstens voldoen aan de eisen uit tabel A. Bi) een traditionele ruwbouwconstructie die opgebouwd is uit dragend rnetselwerk en 2 Uitwendige brand overslag. I A Eisen voor de aans:jitrngsoeo tussen de compainrentsvloe 01 de gevel. Type gebouw Eis voor de aanstuitingsvoeg Laag gebouw (h n 10 n) El 6o, behalve indien de breedte van de [ineaire voeg kleiner is dan of gehjk is aan 20 mm Midde[hoog gebouw (io h 25111) El 6o Hoog gebouw (b 25 ni) El 6o (j (j Het Koninkliik BesluitBasisnormen van 2012 vereistvoor deze voeg een brarrdweerstand van El azo. Orridat het vlamdichte element in de gevel de vlarnrdichtheid slechts gedurende 60 niinuten moet garandemerr, in het niogelijk dat dit elernent rends na 6e mimiuten bezwijkt. Het lieeft bijgevolg slechts weinigzin nrn strengere eisen op te leggen aan de voeg die aansluit sp hot vlamdichte gevelelernent. In een volgende herziening van de Basisnormen zal deze eis dan ook wellicht aangepast worden naor El 60. I () In het voorliggende artikel wordt dit KoninkliIk BesLuit kortweg aangeduid ais de Basisnormen. ([ De Koninkliike Besluiten van 19/12/1997, 04/04/2003, 13/06/2007, 01/03/2009 en 12/07/2012. (3) Waarbii R staat voor hetcriteriurri stabiliteit, E voor het cniterium vlarndichtheid en voom het criterium thermische isolatie. (4) Een eengezinswoning wordt beschouwd ais een afzondertijk gebouw dat hootdzakeli)k bevtemd is voor de huisvesting van één gezin. () De term dabbelwandige gevels nloet hier verstaan worden ais dubbele-huidgevels. VVTCB-Ccntact 2015/1 0

Speciale uitgave Het bouwdetail: een ware eisenbundel betorinenvloerplaten, is de brandweerstand ter hoogte van de aansluitingsvoeg sowieso verzekerd. Bi) gordijngevels en voorharrg gevels (ske[etbouw) die bevestigd worden aan een discontinue draagstructuur, s het daarentege n van groot belang dat deze voeg correct afgedicht wordt. Voor lage gebouweri zijn er in de Basisnor rnen geen eisen opgenornen cmi het risico op uitwendige brandoverslag tegen te gaan. Ornwille van de beperkte gebouwhoogte (s 10 m) doen er zich bi) de bran dweeri nter ventieendeevacuatievan de bewon ers in de regel im mers s lechts we inig probleni en voor, waardoor de bevoegde instanties specille ke maatregelen overbodig achten. Voor rniddethoge en hogegebouwenzijn erwel eisen opgenornen oni hetrisico op uitwendige brandoverslag binnen de perken te houden. 0m h ieraari te kun nen voldoen, wordter door gaans teruggegrepen naar gevelelementen waarvan de vlamdichtheid (E) gedurende 6o ininuten verzekerd s. Deze elementen kunn en opverschi liende manieren uitgevoe rd worden. Zo kan mien gebruikniaken van een vlarndichte horizontale oversteek met yen minimale [engte van 0,6 m (zieafbeelding 3) ofvan een vlarndicht element (bestaande uit een Latei enjof een borstwering) dat in fiel gevelvlak gelegen is (zie afbeelding 4) en waarvan de ontwikkelde lengte (a + b + c+ d) groter is dan ofgelijkis aan 1 m. 3 I Viamndicht bouweiement (E 60), gereahseerd met een horizontale oversteek van minstens 0,6 ru. tee te zien dat de nom hoogte van de latei (d.w.z. het dee I van het metselwerk dat zich boven het schrijnvverk bevi ndt) hoogte van de borstvvering -i-diktevandecompartirnents vloer groter is dan of gelijk s aan 1 m. taie merken op dat de afmetingen van één van deze cornponenten geiijk mogen zijn aan o. + I a b d V 4 I Piaatsing van een viamdjcht eiement (E 60) in [iet geveivlak waarvan de ontwikkeide iengte groter in dan ot gehjk s aanr 1 ru. We villen eraan herinneren dat gevel bekiedi ngen moeten beantwoorden aan de braridreactiekiasse D-s3, di voor age gebouwen en B-53, di voor middelhoge en hoge gebouwen (6). Het betreft hier yen bran dreactiekiasse voor de uitei ndelij ke gebruiksvoorwaarden, d.w.z. net inbegrip van de onderliggende [agen (isolatie, pane len...).voorindustrièle gebouwen (bijlage 6 van de Basisnormnen) vvorden er geen eisen gesteld met betrekking tot de brandreactie van de gevelbekieding. 1.2 Verticasl vlanidicht gevelelemnent Bij een traditionele spouwrnuurconstructie moet men er enerzijds voor zorgen dat de vlarndichtheid in het gevelrrietse[werk ver zekerd in over een rnininrale ontwikkelde lengte van i ru. Anderzijds dient men erop In afbeelding wordt op scheniatische wijze aangegeven hoe sen bu een traditionele spouwmuurconstructie uit gevelmnetselwerk en beton nen draagelementen eenv[arndicht gevelelernent van E 6e kan verkrijgen. Ais gevolg van de gestage verstrenging van de therrnische regelgeving nemen de isola tiediktes in de gevel atsniaar toe. Dit Ieidt ertoe dat hetbuitenschrijnwerksteedsverder uit het vlak van het dragende nietselwerk ge pla atstwordt. Hierdoor bestaat het risico dateen eventuele brand zich ondanks de aariwezigheid in het gevelmetselwerk van een vlan-idicht element met een iengte van i ru alsnog via de spouwniuur naar het bovenliggende co rnpartirnent han voortplan ten. In de vvetgeving is er voorlopig echter noggeen eis opgenomen die toelaat om de brandoverslag via de spouwniuurisolatie (zie afbeelding 6, p. 27), de isolatie van (6) Voo rn-ieer info rmatie over de verschi lien de brandreactieklassen verwijzen we naar het artikei Eu ropese testmnethoden en ciassificatie van de brandreactie van bouwproducten. Deei i: overzicht en stand van zaken uit het WTCB-Ti)dschrift 2001/2. 1. Gevelmetseiwerk 3. Cornpantimentsvloer 2. Latei 4. Borstwering 5 I Realisatie van een vlarndicht gevelelement van E 60 in est traditioneie spouwmuurcon structie uit geveimetselwerk en betorineni draageiementen. VV lo B-Contact 201 5/1

Het Speciale uitgave - bouwdetail: een ware eisenbundel 1.3 Horizontaal vlarndicht gevelelement 2 4 5 n de praktijk worden er ook vaak baikons gebruikt om uitwendige brandoverslag te voorkomen. Omdat dergelijke uitkragende betonnen balkonsgewoonhijkeen koudebrug vorrnen, worden ze bu verwarmde gebouwen dikwijls uitgevoerd meteen thermische snede (zie afbee[ding 8) om aan de thermische regelgeving te voldoen. Deze snede wordt doorgaansgerealiseerd met behulpvan stijve, brandbare isolatiep[aten, die in principe niet in staatzijn 0m de v[anidichtheid gedurende 6o minuten te verzekeren. 1. Geveirretselvverk 2. Spouwmuurisolatie 3. Latei 4. Cvrnpartimentsvaer 5. Borstwering 6 Rs!cv op brancoversiza v!a de spolwrnour isolabe. een ETICS-systeeni of de spouw van een geventileerde gevelbekieding (zie afbee[ ding 7) te b eperken. Een werkgroep van de FOD BinnenLandse Zaken legt zich hier nomenteel ovel op toe. 1. Houtengevelbe kieding 2. LaI 3. Regenscherrn 4. Isolatie 5. Pleat 5. Beschermings rooster 7. Houten planchet 8. Binnenafwerking 9. Plaat van het OSB-type 7 I Risico op brandoverslag via de spouw van een geventiluerde gevelbekieding. 0m brandoverslag via de gevelisolatie te voorkornen, zou men in welbepaalde zones (bv. rondoni de openingen) een auntal fire stops (o.a. uit een onbrandbaar isolatiema teriaalrnet een minimale brandreactiekiasse A2-51, do) kunnen voorzien. Een andere rnogeliikheid zou erin kunnen bestaan om de spouw af te sluiten met behulp van een dunne rnetalen slabbe. Een dergelijke aan pak isvanuit een thermisch oogpunt rninder aangewezen, omn dater door deze manier van werken een lineaire koudebrug ontstaat. Naargelangvan despecitiekesituatiezalmen dus bijkomende maatregelen moeten treffen om de vlarndichtheid te verwezen[ijken. Er zijn immersverschi[iende parameters die het risico op brandoverslag kun nen beïnvloeden, zoals het type schrijnwerk (hout, PVC...), de positionering ervan, het type gevelisolatie enzovoorts. In plaats van een brandbare isolatie zou rnen bijvoorbeeld kunnen gebruikmaken van een onbrandbaar materiaal (minimale brandreactiekiasse A2-sl, do). Een ander alternatief zou erin kunnen bestaan om een vlamdicht p[aatmateriaal te voorzien ter hoogte van de thermische snede of ter hoogtevan deaansluitingtussen het raam en de isolatie. Men dient er in elk geval voor te zorgen datdetemperatuurvan dewapening die de verankering van het baikon aan de draagvloer verzekert voldoende Iaag b[ijft om de stabiliteit van het gehee[ gedurende 6o rninuten te waarborgen. o :P O 1. Gevelmetselwerk 2. Thermisch-snedeanker 3. Draagvlver 4. Thermische isolatie 5. Schrijnwerk 0,6 ni 2 8 Balkon met een thermnische snede. VVTCB-Contact 2015/1

Speciale uitgave - Het bouwdetail: een svare eisenbundel Wanneer flint het uitkragende baikon, rnaar weidegeveidienstdont ais viamdichteienient (zie 1.2) en indien het baikon flint gebruikt wordt ais vluchtterran, zijn er in de Basisnor rnnn geen eisen opgenornen met betrekking tot de brandstabiiiteit. Een baikon wordt in de filosotie van de Basinnormen inirn ers niet ais nen structurnel niernent beschouwd (voo r in enr inforrnatie hierorntrent verwijzen we naar het WTC B-Dossier 2011/4.4). Cru de veiligheid van de huipdiensten en de te eva cunren personen te vrijwaren, kan het ectiter welwenseli]k2ijn datheluitkragende baikon (afhankekjkvan zi)n grootte en iokalisatie in h et geb ouvv) zijn brandstabil itait gedurende een bepaa ide pe riodezou bewaren - Hi ervoor zou mari de vvapening kunnen beschermen door rniddel van een ombuiling uit een onbrandbaar isolatiemateniaai of zou men brandwerende platen in de opbouw kunnen voorzie n. 2 Doorvoeringeri 2.1 Leidingen, kabels en iucht kan aien 2.1.1 Reglernenterirzg In de bijlagen 2, 3, 4 en 6 van de Basisnar rnen wordt gesteid dat de doorvoering van ieidingen, kabels, Iuchtkanaien en andnre verzwakkingen doorheen brandwerende bouwelernenten (zoals scheidingswanden, rnuren en vloeren) de brandweerstand van deze elernenten niet nadefg rnag beïnvlne den. Wann enr ne ri wand brandwerend dinntte zijn, geldt dit met andere woorden eveneens voorzijn doorvoeringen. Dergehjke doorvoeringen moeten dus zowel void oen aan de thermisch e-isoiatie-nis (I) ais aan de vlarndichth eid sais (E). Enknl bij de enkeivoudige doorvoeringva n ieidi ngen (dus geen luchtkanaien, rookgasafvoerkanalen enzj met een diamnter van niinder dan of gehjk aan i6o mm hetzi) zonder isolatie, hetzijvoorzien van een onbrandbare isolatie (minimale brandreactiekiasse M-si, do) moet buter a an het via mdichtheidscriterium voidaan zijn. Bijiage y van de Basisnorrnen steit immers dat de invloed van dergel(ke doorvoeringen op de thermische isolatie verwaarioosbaar is (zie hiervoor ook de te verschijnen TV 254). De atdichting van de doorvoering rnoet niinstens aven lang aan de vereiste criteria voidnen ais de tijdsduur die voorgeschreven is voor het bouweienient in kwestie. indien h et bouwelernentechterd ienst doet u lswand van een ieidingkoker, moet de brandsveer standsduu rdievonrgesch reven viordtvoorde ieidingdoorvoering minstens gehjk zijn aan de heift van de tijdsduur die vooropgesteid rvordtvoer de wand van de ieidingkoker (met een minimum van 30 minuten). 2fl.2 Uitvoering in de wetgeving zijn er een aantal typeoplos singen met een beperkt toepassingsgebiud (zin bijlage van de Basisnormen) opgeno mon voor de uitvoering van enkeivoudige brandaierende doorvoeringen van iuidingen en Labels (dus gnon Iuchtkanalen, rookgas afvoerkanaien...) dnorheen brandiverende wanden. Daamaast kan men hïervoor ook gebruikmaken van specifieke bran dwerend e vonrziuningen,zoaisrnanchetten, isolerende schalen en brandwerende kussens. Dezu voorzieningen nioeten beproefd zijn voor de uitvoeringsomstandigheden waarin ze toegepast zuilen worden (bv. diameter, ieidingmateriaal). Voor de uitvoering van de doorvoering van iuchtkanalen tan men ofweieen beroepdoen op een brandeierendu klep met een CE-markering, dan wel op een b randaierend iuchtkanaal. In afbeeiding is een brandproef op een auntal ieidingdoor voeringen voorgustuid. Voor meer informatie hierorntrent verwijzen aie naa r de te verschijnun TV 254. 2.2 Rookgasafvoerkanaien 2.2.1 Regbenrentering ZoaLs rends eurder vernieid werd, mogen doorvoeringen envurzwakkingen van brand sverende bouweiementen (bv. scheidings wan don, muren, vboeren) de brandweerstand van het ge heei n let negatief beïnvioeden. Dit geidt evenee ris voor rookgasafvoerkanaien. De voonschriften uit bijiage 7 van de Basis norrnen zijn echter niet van toepassing op de doorvoering van rookgasafvoerkanaien. De huidige appartementsgebouwen worden staeds vaker voorzien van een verwarmings systueni dataangesioten isop eun individuele gasketei met een gesioten verbrandingscircuit (zie afbeeiding io). De rookgasatvoer- en luchttouvoerkanalen van aile keteis worden hierbi) in een gemeenschappevjke techni sche schacht verzameid (coliectiet systeom 9 i Brandprnef np non aantai ieidingdoorvoerinten. van het type CLV (7)). Dit impliceert dat de brandwerende wand van deze schacht op verschiiiiende piaatsen doorboord wordt door de aansiuitleidingen tussen de ketels en de kanaien die zich in de schacht bevin 4 3 1, Semeenschappehjke technische schacht 2. Bookgasabvoerkanaai 3. Luchttoevoerkanaal 4. Gasketei met een gesloben verbrandingscir cuit 5, Brandwerende wand van de technische schacht 10 i Donrbnring van de brandwerende nand van een gemeenschappoh)ko technische schacht donr de aunsisitleidingen tusson de keteis en de rookgasafvner- en iuchttnevnerkanaien. (7) CLV scout hier voor combinatin iuchtnoevoer nerbrandingsganatvoer. Oit syntuem wordt noms nok anngeduid ais 3CE, wat niant vonr conduit colbecti[pour chaudières étanches. 2 O WECB-Contaot

Speciale uitgave Het bouwdetail: een ware esenbundel q deri. Deze doorboringen rnogen echter geen afbreukdoenaan de brandweerstaridvan de wand in kwestie. Bij gebrek aan proefnormen voor deze toe passing heeft de Hoge Raad voor bevei tigi ng tegen brand en oritplofting in samenwerking met het WFCB en de normcommissie NBN E 166 Schoorstenen de volgende regelsvoor de goede praktijk goedgekeurd (8): ofwel wordt er ter hoogte van de door voering een brandwerende voo rzieni ng aangebracht die proelrondervindelijk geva Iideerd werd ofwel s de uitvoering van de don rvoering contorm een typeoplossing die vrijgesteld is van een proetondervindelijke validatie. De typeop Iossiri g rnoet wel beantvoord en aan een aantal voorwaarden, zodat de brandoverslag van het erie compartiment naar het andere (bv. apparternenten) ver rnieden kan uvorden. 2.2.2 Typeoplossirig De hierna besproken typeoplossing, waar von r e r dus geen specifieke bra ndweren de voorzieningen noodzake Iijk zijn, is uitslu itend van toepassing op de doorvoeringdoorheen 6 1 Verticaal concen trisch C[V-kanaal 2. Buitenste buis 3. Binnenste buis 4. Technische schacht 5. Brandverende wand 5 4 2-1 3 6. Warmtegenerator 7. Aansluitkanaal 8. Afdichting uit rotswol 9. Horizontaal ver bindingskanaal 11 I Taeoplossing voor de doorvoering van het aansluitkanaal van een CLV-systeem dcorheer de wand van een technische schachi. bouwelementen van kanalen van centrale ve rwarlningssystem en op gas met een geslo ten verbrandingscircuit van het type C. In afbeelding ii wordt de afdichting van de doorvoeringvan de aansluiting van de ketel op een verticaal concentrisch CLV-kanaal weergegeven, alsook aile andere elementen waaraan eisen gesteld worden bi) hettoepas sen van de typeoplossing. Men dient geen brandwerende voorziening te plaatsen ter hoogte van de doorvoeringen van de aansluitkanalen indien voldaan iv aan de voorwaarden die gesteld worden aan de typeoplossing. Deze voorwaarden zijn in tabel B respectievelijk opgenornen voor een vereistebrandweerstandsduurvane3o (lage en middelhoge gebouwen) of E 6o (hoge gebouwen); ze moeten ervoor zorgen dat er via de tech nische schacht geen brandovers[ag tussen twee compartirnenten kan optreden. Indien voldaan is aan de voorwaarden voor het behalen van een brandweerstandsduur van E 6o, spreekt het voor zich dat ook de voorwaarden voorhet behalen van een brand weerstandsduur van E o ingewilligd zijn. 3 Compartimentswanden 3.1 Reglementering In de Basisnormen zijn de eisen opgenomen met betrekking tot de brandweerstand van wanden die de scheiding tussen twee com B I lypeoplossingen vvaarvoor et geen door een pixel gevalideerde branderende voorziening vereist is ter hoogte van de doorvoering (cf. de te verschijnen TV 254(. Type doorvoering Jerbindingskanaa I (gedeelte van let aan slu itkanaal dat de schachtwand door boort) Speling tussen het aansluitkanaal en het brandwerende bouwele ment (schachtwand) Verticaal rookkanaal in de technische schacht Technische schacht van een rookkanaal E 30 ( ) Materiaal van het externe kanaal en de T-stuk ken: robe ust en onbrandbaar (3) Twee parallelle kanalen DN 8o mm, met een minimale tussenafstand van 40 mm Eis voor de doorvoering E 6o () Materiaal van het externe kanaal en de T-stuk ken: robuust, onbrandbaar en smeltteniperatuur 727 C ( ) Twee parallelle kanalen DN 8o mm, met een minimale tussenafstand van 40 mm of een con centrisch kanaat met extern kanaal DN 125 mm De aansluitkenalen met een horizontaal verloop doorboren de volledige dikte van het brandwerende bouw elernent. De spelingtussen de2e kanalen en het brandwerende bouwelement Iigt tussen ± io en 25 mm en wordt opgevuld met behulp van goed aangedrukte rotswol over de volledige diepte van de wand. Materiaal van het externe kanaal en de T-stukken: robuust en onbrandbaar. Materiaal van het externe kanaal en de T-stukken: robuust en onbrandbaar, met eeri smelttemperatuur 727 oc. Enkel voorbestemd voor deze toepassing en overeenstemmend met de voorschritten van de arti kels 5.1.5.1 van de bijlagen 2/1, 3/1 en 4/1 van het KB 7-7-1994. De technische schacht van een schouw s uitsluitend bestemd voor rookkanalen. Geen enkele andere leiding, elektrische kabel enz. s toege staan in de technische schacht, tenzij er een scheiding El 30 voorzien is tussen het rookkanaal en de rest van de schacht oftenzij de wanden van het rookgasafvoerkanaal zelf brandwerend zijn. ( ) 000rvoering doorveen een kokerwand in een Iaag of middelhoog gebouw. () Doorvoering doorheen een kokerwand in een hoog gebouw. (3) Bflvoorbeeld staal of aluminium. ( ) Bflvoorbeeld staal (aluminium, met een smeltternperatuurvan 660 C, iv niettoegestaan). (8) HR 1525 R, goedgekeurd op de vergadering van de hoge Raad van i8 september 2014. V\ TCB-Contac: 201 5/1

Speciaie uitgave Het bouwdetail: een ware eisenbundei C I Brandveerstand van de cornpartirnentsivanden. L Niveau Gelegen boven heteva cuatieniveau E Gelegen op of onder [jet evacuatien veau E Eén bouviaag Ei3o Lage gebouwen El 6o Meerdere bouwiagen E16o MiddeLhoge gebouwen Hoge gebouwen El 6o El 120 El 120 El 120 Industrièle gebouwen partimenten vorrneri. Tabel C geeft hiervan een overzicht. 0m het verspreidingsrisico van brand en rook naar de aangrenzende comnpartimenten te beperken, geidt voor industrile gebouwen de bîjkomencl eeis dat de cornpartinientswand im nit hetafgevverkte dakvlak en 0,50 m uit het gevelv[ak moet steken (zie bijlage 6van de Basisnormen). in de bijlagen 2,3 en van bet Konin klijkbesiuit zijn erdaarentegen geen gelijkaardige eisen opgenornen. Ais a iternatief wordt in bijlage 6 aangegeven dat bet ook toegelaten is om langs beide zijden van de compartirrients wand een vlarndicht elernent (E) met een breedte van e 0f 2 m te voo rzien (naargela ng heteen gevel- ofeen daktoepassing betreft), waarvan de vereiste brandweersta ndsduur gelijk is aan dezevan de cornpa rtirnentsvvand. in deze zone dienen de rnaterialen van de da k- of wandopbouw net uitzonderingvan de dakaf 5dichti ng een mninim ale brandreac tiekiasse Ai (9) te vertoneri. uitvoering resuiteert met andere woorden in een bouwdetaii dat wei beantwoordt aan de brandreglernentering, rnaarnietvoldoet aan de EPB-regelgevireg.Om ookdeovereenstenrming met de EPB-regeigeving te waarborgen, kan men ervoor opteren om het uit het dakvlak stekende wandgedeelte zodanig te isoleren dat de weg van de minste warniteweerstand groter wordt dan of geiiik wordt aan 1 m. De afdichting van de dakopstand moet op haar heurt voldoen aan de eis BROOF-ti. In de afbeeldingen 12A en 12B wordt er een scheinatische voorstelfng gegeven van twee princi peoplossingen voor de uitvoering A. ENKELV000IGE COMPARTIMENTSWAND MET EEN ISOLATIE DIE VOLDOET N\N DE EIS O W/niK van een uit het dakvlak stekende comparti mentswand die zowel beantwoordt aan de brandreglementering ais de EPB-regeigeving. Ten slotte willen we benadrukken dat er ook aandacht besteed moet worden aan de windstabiliteit in normale toestand (geen brand) van de wandeiementen die boven het ctak uitsteken. indien noctig, moeten er tussenprofieien gebruikt worden om de goede bevestiging van het iaatste paneel te waarborgen. in deze context dient rnen de instructies van de desbetreffende piaatfabri kanten strikt na te ieven (ceiienbeton, beton, sandwich paneei j. I S, Eeckh QUI, irg, afdehng Technisch advjes, en Y MQrvr, iv, afdeling Gebouwvchi! en sqhrnv./erk, WTCB B. DUBBELE COMPARTIkIENTSWAND 3.2 Oplossingen bi! industribie gebo uen Aangezien het dak en de gevel bij indus trièie gebouwennoodgedwongen doorboord worden door of aangesioten zijn op de compartimentswanden, kunnen er op deze plants bela ngrijke bcuwdetai Is voorkomen, waaraan men zowel bij de opvatting ais bij de uitvoering voldoende aandacht moet besteden opdat deze aanvaardbaar zouden blijven vanuit een therrnisch oogpunt. In het WTCB-Dossier 2011/4.4 worden de verschil lende rnogelijke uitvoeringsmethoden voor conrpartimentswanden toegelicht. in de praktijk worctt er voor de conlparti mentswanden doorgaans gebruikgernaakt van geprefabriceerde elementen uit beton of cellenbeton of van sandwichplaten. VVanneer het dakvlak doorboord wordt door een beton nenwand, spreekt hetvoor zich daterop deze piaats een koudebrugontstaat. Een dergelijke 1. Enkelvoudige compartiments- 5. Thermische isolatie van het 10. Dubbele conipartimentswand wand tut beton platte dak uit cellenbeton 2. Metalen opstand 6. Dampscherm 11. Bevestigingen van de com 3. Thermische isolatie van de 7. Geprofileerde staalplaten partimentswand opstand 8. Smeitankers 4. Dakafdichting 9. Draagstructuur 12 I Principecplossingen voor de uitvoering van een uit het dakvlak stekende compartimentswand die zowel beantwoordt aan de brandreglemeritering ais de EPB-regelgeving. 5 6 (9) In een volgende aanpassing van de Basisnornien zal er waarschijnhilk een minimale brandreactieklasse A2-s1, do geeist worden. WTCB-Oontact 201 5/1