(Brand)preventiebeleid Bestaande Bouw : (Brandpreventieve) eisen voor bestaande gebouwen in de Gemeente Zeist

Vergelijkbare documenten
Beleid bestaande bouw - beleidspakket. Kwaliteit brandveiligheid

CVDR. Nr. CVDR375960_1. Beleidsregel brandpreventie bestaande bouw

Handreiking brandpreventiebeleid bestaande bouw. Aanschrijvingseisen

Naam Brandveiligheid: Beleid bestaande bouw ( nota bedoeld als beleidsregel)

Handreiking Model Regionaal Brandpreventiebeleid Bestaande Bouw

Beleidsnotitie preventie

WAND, BINNEN, NIET DRAGENDE, MONTAGEWAND, GIPSPLATEN (attest, productcertificaat)

Infobrief Landelijke regels voor Brandveiligheid toegelicht : 1. Stroomschema s en Bouwbesluit nu en in de toekomst

Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden

DAKBEDEKKING, GESPOTEN of STRIJKBAAR (attest, productcertificaat) Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden

ATRIA EN HET BOUWBESLUIT

Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden

Project: Verbouw van tot een kinderdagverblijf Kinderdagverblijf Dolfijn te Voorthuizen Adviesrapport brandpreventie

BRL 2880 " Systemen voor het brandwerend bekleden van lijnvormige stalen bouwconstructies " ( )

DAKBEDEKKING, METALEN ELEMENTEN of STROKEN (attest, productcertificaat)

VEILIGHEIDSREGIO HAAGLANDEN

Welke eisen gelden voor een trap? Aan de hand van het Bouwbesluit vaststellen welke eisen gelden voor een trap.

WAND, BINNENSPOUWBLAD, NIET DRAGEND, BETON (attest, productcertificaat)

Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden

DAKPLAAT/GEVELPLAAT, VEZELCEMENTPLAAT, GEPROFILEERD, ASBESTVRIJ (attest, productcertificaat)

VLOER, BEGANE GROND, COMBINATIEVLOER, BETONBALKEN en EPS- VULELEMENTEN (attest, productcertificaat)

1 Inleiding vereist kwaliteitsniveau... 2

Gemeente Den Haag RIS127034_25-APR-2005

Bouwbesluit. Wettelijke regelingen

Kapershoekseweg 24. Hoogvliet - Rotterdam

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden

Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden

BRL 2701 "Metalen gevelelementen" ( ) + wijzigingsblad ( ) Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden

Minuten. 23 Inzettijd. 30 Redtijd/ blustijd. 60 Nablustijd Nazorgtijd. Elburg, januari 2006

Brandpreventie. Werk nr Datum: HOOFDGEBOUW (2014)

AVR Afvalverwerking BV Nieuwbouw Stortbordes december 2011

ISOLATIE, MUUR, THERMISCH, VOORGEVORMD (attest, productcertificaat)

DAKBEDEKKING, BAANVORMIG (attest, productcertificaat, procescertificaat)

Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden

WAND, BUITEN, DRAGEND, CELLENBETON, BLOKKEN BLOKELEMENTEN of PANELEN (attest, productcertificaat)

Veilig vluchten uit gebouwen: wegwijs worden in de regel-geving

NIEUWBOUW 78 APPARTMENTEN HABITAGE TE HEERHUGOWAARD

WAND, BINNEN, DRAGEND, CELLENBETON, BLOKKEN BLOKELEMENTEN of PANELEN (attest, productcertificaat)

WAND, BINNENSPOUWBLAD, NIET DRAGEND, SEGMENT, HOUT (attest, productcertificaat)

Wettelijke regelingen

AMSTERDAM ARENA ENERGIE OPSLAG Brandveiligheid 9 DECEMBER 2016

Tabel 2.27 gebruiksfunctie leden van toepassing grenswaarden. afmetingen trap

AMS1 Schiphol-Rijk. Brandveiligheid in het kader van de omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen

Het nieuwe Bouwbesluit

STAPPENPLAN BEOORDELING BRANDVEILIGHEID volgens Bouwbesluit 2012 UTILITEITSGEBOUWEN. Kenmerk: 2013-R-V1.2

Integrale tekst van het Bouwbesluit 2003 zoals dit luidt per 1 januari 2009

Onderbouw. Brandveiligheidseisen ONDERBOUW. Om voor optoppen in aanmerking te komen moet een woongebouw aan

MEMO 1. INLEIDING 2. UITGANGSPUNTEN 3. TOETSKADER: BOUWBESLUIT 2012

STAPPENPLAN BEOORDELING BRANDVEILIGHEID (voor nieuwbouw utiliteitsgebouwen, op hoofdlijnen, volgens bouwbesluit 2012 versie 1.0)

Vastgoedtransformatie. het Bouwbesluit. 31 mei Patrick van Loon. Vergunningverlener Stadsontwikkeling

Gemeentelijk brandpreventiebeleid bestaande bouw Schouwen-Duiveland

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

METALEN LATEIEN EN METALEN METSELWERKONDERSTEUNINGEN IN METSEL- WERKCONSTRUCTIES (attest, productcertificaat)

CONCEPT VOORSTEL VOOR VEREENVOUDIGING VAN DE VOORSCHRIFTEN VAN HET BOUWBESLUIT 2003 MET EEN RELATIE TOT BEZETTINGSGRAADKLASSEN

Korte samenvatting van de wijzigingen in het Bouwbesluit 2012 ingaande per 1 juli 2015:

AMSTERDAM ARENA ENERGIE OPSLAG Brandveiligheid 10 MEI 2017

Constructieve veiligheid en NEN Ing. A. de Vries

Bouwbesluit 2012 De wijzigingen

Workshop Brandveiligheid: toepassing BB2012 in de praktijk

Advies brandveiligheid Omgevingsvergunning Gegevens Aanvraag

Toetsniveau TB BB Toetsniveau op basis van R-A Brunssum. 3 wordt 4 2 wordt 3

11 oktober 2012 W2.4: Constructieve aspecten van transformatie. Imagine the result

BHV in relatie tot Bouwbesluit 2012 Herman Gubbels Safety Advisor G4S Training & Safety

INHOUD BOUWBESLUIT 2003

Regionale Brandweer Groningen. Regionaal beleid Overnachten in sport- en bijeenkomstfuncties

Transformatie en het Bouwbesluit 2012

TECHNISCHE (BRAND)VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN VOOR BESTAANDE BIJEENKOMSTGEBOUWEN

AFD BEPERKING ONTSTAAN BRANDGEVAARLIJKE SITUATIE

PLATEN, CEMENTGEBONDEN, VEZELVERSTERKTE (attest-met-productcertificaat) BRL 4202 "Vezelversterkte cementgebonden platen voor natte ruimten" ( )

Roozen - van Hoppe Bouw en Ontwikkeling bv T.a.v. de heer Jeroen Pel Postbus AD HILVARENBEEK

Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden

BRL 5212 "Aanbrengen zinken dakbedekkings- en gootconstructies" ( ) Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden

ECO/NNECT. Voorstel waarborging brandveiligheid. Roel Derkx SATIJNplus Architecten de Wijk van Morgen b.v.

Vluchten bij brand. Handreiking voor gebruiksvergunningen

Brandveilige gebouwen

Brandcompartimenten in Bouwbesluit 2012

Bouwbesluit Brandveiligheid en gebouwontwerp

De eisen voor de weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag (WBDBO)

ADVIES. Pagina 1 van 6. Adviescommissie praktijktoepassing brandveiligheidsvoorschriften. Secretariaat info@adviescommissiebrandveiligheid.

Hoefbladstraat te Nieuw-Vennep Beoordeling brandveiligheid. Datum 10 december 2015 Referentie Hoofdweg GH ROTTERDAM

verschillende wegen leiden naar een brandveilig hoog gebouw

Wat is een veiligheidstrappenhuis?

Concept-wijziging Bouwbesluit 2003, versie 14 juli Gelet op de artikelen... en...van de Woningwet, de artikelen..., richtlijn nr.../.../...

GEVELELEMENT, HOUT (attest, productcertificaat, procescertificaat)

In te vullen door behandelend ambtenaar. Datum ontvangst: Dossiernummer: In te vullen door de gebruiker.

Technical Inspection Service

BEM Omschrijving : Toetsing bebouwing t.b.v. het houden van een Agrarische Kinderopvang aan De Zeeweg 4 te Nieuw-Vossemeer (Gem. Steenbergen).

PROTOCOL INVENTARISATIE EN ONDERZOEK BRANDVEILIGHEID GEVELS

Op grond van het vijfde lid moet op deuren die op een verdieping van een gebouw toegang geven tot een zogenoemd overdruktrappenhuis duidelijk

Beleid bestaande bouw hoofdrapport. Kwaliteit brandveiligheid

Beschrijving. Adviesvraag ADVIES

Brandveiligheid. De juridische werking van de brandveiligheidsvoorschriften ex Woningwet. Nieuwbouwvoorschriften en voorschriften voor bestaande bouw

Datum Referentie Uw referentie Behandeld door 13 mei D. Brobbel

Voorzieningen aan deuren in vluchtroutes

Bepaling WBDBO-eisen tussen woningen in een woongebouw

ROCKWOOL BRANDOVERSLAG REKENTOOL

Schoonderbeek en Partners Advies BV Postbus BJ Ede Trefwoorden: Gezondheidszorgfunctie, (sub)brandcompartimentering Datum: 7 oktober 2010

Door: Ing. M. Konings. Highlights Bouwbesluit 2012

Een schoolgebouw bestaat uit drie bouwlagen. De begane grond heeft een gebruiksoppervlakte van ruim m 2

Transcriptie:

CVDR Officiële uitgave van Zeist. Nr. CVDR0957_ 9 januari 08 (Brand)preventiebeleid Bestaande Bouw : (Brandpreventieve) eisen voor bestaande gebouwen in de Gemeente Zeist VOORWOORD Gemeenten hebben de zorg voor brandveiligheid. Bepaalde gebouwen hebben een verhoogd risico, bijvoorbeeld als er verminderd zelfredzame personen in gehuisvest zijn zoals peuters, bejaarden, gedetineerden of zorgvragers. De mate van risico wordt bepaald door de combinatie van bouwkundige toestand van een gebouw, de aanwezige brandveiligheidsinstallaties en het gedrag van de gebruikers. De bouwkundige staat van een gebouw is van belang voor de brandveiligheid. Het Bouwbesluit regelt het brandveilig bouwen en stelt daarin eisen voor zowel nieuwbouw als voor bestaande bouw. Daarbij bestaat een eigenaardige tegenstelling: de eisen die voor bestaande bouw gelden, zijn van een lager niveau dan de eisen voor nieuwbouw. In Nederland is sprake van twee niveaus van bouwkundige brandveiligheid. Dit is vreemd, omdat bij brand iedereen een gelijke kans zou moeten krijgen een gebouw snel en veilig te verlaten. Het mag niet uitmaken of je moet vluchten vanuit een nieuw gebouw of een bestaand gebouw. Achtergrond daarvan is dat bij de invoering van het Bouwbesluit in 99 ook andere motieven een rol speelden dan brandveiligheid, zoals economische. Het is echter nooit de intentie van de landelijke overheid geweest om gebouwen slechts aan dat lage niveau te laten voldoen. De gemeenten hebben namelijk de bevoegdheid gekregen om voor bestaande gebouwen een gemeentelijk beleid vast te stellen en om dat niveau te handhaven. In het beleid mag een niveau worden aangeven boven het minimale niveau van bestaande bouw, maar het mag nooit boven het niveau voor nieuwbouw uit het Bouwbesluit 00 uitstijgen. De aanvullende eisen (zie hoofdstuk ) hebben betrekking op zeven categorieën brandveiligheidseisen en vier categorieën overige veiligheidseisen. De eisen die in onderhavige beleidsnota zijn vastgesteld gelden niet automatisch als generieke bepalingen. Elk individueel geval zal apart moeten worden beoordeeld en per geval moet zorgvuldig worden gemotiveerd. Onder meer het gebruik, het risico, de aanwezige brandveiligheidinstallaties en de (naaste) omgeving kunnen worden betrokken. De gemeente Zeist, de afdelingen Preventie & Proactie (Brandweer) en Vergunningen & Handhaving (Ruimte), heeft gemotiveerd regels gesteld voor bestaande gebouwen en deze vastgelegd in onderhavige beleidsnota: "(Brandpreventie)beleid Bestaande Bouw: (Brandpreventieve) eisen voor bestaande gebouwen in de Gemeente Zeist" Bij de samenstelling van onderhavig beleid is dankbaar gebruik gemaakt van het Beleid bestaande bouw van de gemeente Utrecht. Zeist, April 008 INHOUD VOORWOORD INHOUD HOOFDSTUK ACHTERGRONDEN EN TOELICHTING. INLEIDING. LEESWIJZER. ACHTERGRONDEN 5. DE GEBRUIKSFUNCTIES.5 DE BRANDVEILIGHEIDSEISEN.6 OVERIGE VEILIGHEIDSEISEN HOOFDSTUK HET BELEIDSNIVEAU. INLEIDING Cvdr 08 nr. CVDR0957_ 9 januari 08

. HET BELEIDSNIVEAU HOOFDSTUK DE MATRICES 9 A. DE MATRIX T.A.V. DE BRANDVEILIGHEIDSEISEN 9 B. DE MATRIX T.A.V. DE OVERIGE VEILIGHEIDSEISEN HOOFDSTUK HET EISENPAKKET. INLEIDING. INDELING. GELIJKWAARDIGE OPLOSSINGEN. BEGRIPSBEPALINGEN HOOFDSTUK 5 BRONVERMELDING EN NAWOORD 7 5. BRONVERMELDING 7 5. NAWOORD 7 BIJLAGE BEPERKING VAN UITBREIDING VAN BRAND 8 BIJLAGE BEPERKING VAN VERSPREIDING VAN ROOK BIJLAGE VLUCHTEN 5 BIJLAGE STERKTE VAN BOUWCONSTRUCTIES BIJ BRAND BIJLAGE 5 MATERIALEN 5 BIJLAGE 6 BESTRIJDING VAN BRAND 9 BIJLAGE 7 NOODVERLICHTING 5 BIJLAGE 8 ALGEMENE STERKTE VAN DE BOUWCONSTRUCTIE 5 BIJLAGE 9 VLOERAFSCHEIDING 55 BIJLAGE 0 TRAP 57 BIJLAGE BEWEEGBARE CONSTRUCTIEONDERDELEN 6 HOOFDSTUK ACHTERGRONDEN EN TOELICHTING. Inleiding Het Bouwbesluit regelt het (brand)veilig bouwen van gebouwen en stelt daarin eisen aan zowel nieuwbouw als bestaande bouw. Daarbij ontstaat een merkwaardige situatie: de eisen voor bestaande bouw zijn van een lager niveau dan de eisen voor nieuwbouw. In Nederland is dus sprake van twee niveaus van (brand)veiligheid. Dit is vreemd, omdat bij brand iedereen een gelijke kans moet krijgen een gebouw snel en veilig te verlaten. Het mag immers niet uitmaken of een persoon moet vluchten vanuit een bestaand gebouw of uit een nieuw gebouw. Het is echter nooit de intentie van de landelijke overheid geweest om gebouwen slechts aan dat lage niveau te laten voldoen. De gemeenten hebben de bevoegdheid gekregen om voor bestaande gebouwen een gemeentelijk niveau vast te stellen en om dat niveau te handhaven. In het beleid mag een niveau aangeven worden boven het minimale niveau van bestaande bouw, maar het mag nooit boven het niveau voor nieuwbouw uit het Bouwbesluit 00 uitstijgen. Ook moeten de eisen in dat beleid goed gemotiveerd zijn. Hiertoe is dit document opgesteld. Daarnaast zal elk individueel geval apart moeten worden beoordeeld en zorgvuldig moeten worden gemotiveerd. Deugdelijke motivering Bij alle categorieën zal, per onderscheidenlijk geval, deugdelijk gemotiveerd dienen te worden op basis van het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht waarom aangeschreven wordt tot het treffen van voorzieningen, de bepalingen van het Bouwbesluit 00, bestaande bouw overtreffende. Met andere woorden, de gemeente heeft de plicht om alle consequenties van haar (aanschrijvings)beslissing zorgvuldig af te wegen. Bij constatering van een strijdigheid met het gemeentelijke beleid, dienen per aanschrijving eventuele bijzondere omstandigheden te worden afgewogen alvorens tot aanschrijving kan worden overgegaan. Belangrijke aandachtspunten daarbij zijn: Is de aanschrijving deugdelijk onderbouwd en gemotiveerd? Wordt de aanschrijving gebaseerd op wat wettelijk wordt toegestaan? Houdt de aanschrijving rekening met de redelijke belangen van de eigenaar c.q. gebruiker? Is rekening gehouden met gelijkwaardige (alternatieve) oplossingen? Afhankelijk van welke categorie, zal de noodzaak om voorzieningen te treffen sterker moeten worden onderbouwd en de motivering dienen te bestaan uit zwaarwegender argumenten...leeswijzer Om te komen tot het gewenste niveau voor (brand)veiligheid van bestaande gebouwen wordt allereerst in hoofdstuk uitgelegd voor welk niveau is gekozen: het beleidsniveau. Het beleidsniveau maakt on Cvdr 08 nr. CVDR0957_ 9 januari 08

derscheid tussen de zogenaamde brandveiligheidseisen en de overige veiligheidseisen en deze worden verder gespecificeerd c.q. inzichtelijk gemaakt in twee matrices. Matrix A geeft in globale zin voor alle gebruiksfuncties en voor alle brandveiligheidsvoorzieningen het beoogde niveau aan. Matrix B geeft in globale zin voor alle gebruiksfuncties en voor alle overige veiligheidsvoorzieningen het beoogde niveau aan. In één oogopslag zijn hier de verschillen tussen de gebruiksfuncties zichtbaar en de verhouding van het beoogde beleidsniveau tot de Bouwbesluit 00 niveaus nieuwbouw en bestaande bouw. De beide matrices zijn in hoofdstuk opgenomen. In de bijlagen t/m zijn de matrices en het beoogde (beleids)niveau verder uitgewerkt tot een technisch uitvoerbaar niveau: het eisenpakket (zie hoofdstuk ). Dit eisenpakket geeft alle (brand)veiligheidsvoorzieningen en alle gebruiksfuncties weer in de dezelfde vorm als het Bouwbesluit dat doet. Voor de brandpreventiemedewerker en de buiteninspecteur komt het eisenpakket voor bestaande gebouwen in plaats van het Bouwbesluit 00. Uit hoofde van de onderscheidenlijke bevoegdhedenverdeling van enerzijds de gemeentelijke afdeling Vergunningen & Handhaving en anderzijds de gemeentelijke Brandweer dient de controle, het toezicht en de handhaving in nauwe samenwerking tussen beide diensten tot stand te worden gebracht.. Achtergronden In deze paragraaf worden de achtergronden van het brandveiligheidsniveau gegeven. Allereerst wordt ingegaan op de regelgeving die van toepassing is. Daarna wordt toegelicht hoe de gemeentelijke beleidsvrijheid is ingevuld en wat de mogelijkheden zijn... De regelgeving De brandveiligheidseisen voor gebouwen en bouwwerken zijn ondergebracht in de bouwregelgeving. De basis voor de bouwregelgeving is de Woningwet 99. De Woningwet regelt in artikel het bouwen, waaronder het brandveilig bouwen, en in artikel 8 het gebruik van gebouwen en bouwwerken, waaronder het brandveilige gebruik. Op basis van artikel van de Woningwet is er een AMvB met daarin eisen voor brandveilig bouwen; het Bouwbesluit 00. Op basis van artikel 8 van de Woningwet is er in iedere gemeente een Bouwverordening waarin onder andere eisen voor het brandveilige gebruik van gebouwen zijn opgenomen. De Woningwet geeft in de artikelen a en de mogelijkheid om bestaande gebouwen op het gewenste brandveiligheidsniveau te brengen. De Woningwet en het Bouwbesluit zijn de voornaamste regelingen waarop het beleidsniveau is gebaseerd... Nieuwbouw Met de eisen voor nieuw te bouwen gebouwen is het minimumniveau van brandveiligheid vastgelegd. Met deze eisen wordt niet meer en niet minder beoogd dan: een brand niet snel zal uitbreken; een eenmaal uitgebroken brand zich niet snel zal uitbreiden; bij brand zo min mogelijk ongevallen plaatsvinden; de belendingen geen schade oplopen. Met deze eisen geeft de overheid invulling aan haar zorgplicht betreffende de brandveiligheid en doet zij recht aan één van de uitgangspunten van de bouwregelgeving; de deregulering. Er zijn dus geen eisen gesteld aan het voorkomen van schade door brand in het gebouw. De overheid rekent dit niet tot haar taak (veelal zullen verzekeringsmaatschappijen extra eisen stellen om dergelijke risico's en schades tegen te gaan). Het Bouwbesluit heeft ook geen ander doel voor ogen gehad dan het realiseren van een ondergrens, een vangnet. De regelgever verwacht dat door het marktmechanisme in de praktijk een hoger niveau wordt gerealiseerd. De toelichting van het Bouwbesluit 99 gaf dit expliciet aan: "De markt moet uitmaken of een gebouw dat aan de minimumeisen van het Bouwbesluit voldoet te verkopen, verhuren of exploiteren is. Zo brengen veel buitenlandse ondernemingen hun gasten en werknemers uitsluitend onder in hotels welke zijn voorzien van een sprinklerinstallatie, terwijl het Bouwbesluit en de Bouwverordening een dergelijke installatie niet voorschrijven. De exploitant zal dus moeten bepalen of hij een dergelijke installatie wenst aan te brengen.".. Bestaande bouw De eisen voor bestaande gebouwen zijn van een ander (lager) niveau dan de eisen voor nieuw te bouwen gebouwen. Dit is ongeveer het niveau waarop omstreeks 90 werd gebouwd. In veel gevallen is dit vandaag geen geaccepteerd niveau meer. Dit wordt duidelijk gemaakt in onderstaand voorbeeld. Voorbeeld: een kantoorgebouw Cvdr 08 nr. CVDR0957_ 9 januari 08

Een brandcompartiment in een nieuwbouw kantoorgebouw mag een oppervlakte hebben van maximaal 000 m. De weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag tussen dat brandcompartiment en een ander brandcompartiment moet minimaal 60 minuten bedragen. Voor een bestaand kantoorgebouw mag de oppervlakte van een brandcompartiment twee keer zo groot zijn, terwijl de weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag tussen dat brandcompartiment en een ander brandcompartiment minimaal 0 moet bedragen. De relatie met beheersbaarheid en inzettijd van de brandweer is dus volledig zoek. In de praktijk zal een brand dan ook niet tot die 000 m beperkt blijven. Dit roept de vraag op wat de waarde van het niveau bestaand bouw is. Om nu regels te gaan stellen moet eerst duidelijk zijn voor welke gebouwen dit niveau bestemd is, namelijk voor gebouwen die niet worden verbouwd en al in gebruik zijn... Aanschrijven Indien een gebouw wat brandveiligheid betreft niet (meer) voldoet aan de eisen voor bestaande bouw, is de gemeente verplicht de eigenaar aan te schrijven, indien het gebouw een woonbestemming heeft. Bij elke andere bestemming heeft de gemeente het recht tot een dergelijke aanschrijving. De in een dergelijke aanschrijving vermelde eisen hoeven niet alleen tot doel te hebben dat het niveau bestaande bouw weer gerealiseerd wordt, maar mag verder gaan. Maximaal kunnen eisen gesteld worden tot het niveau nieuwbouw. De artikelen a en van de Woningwet geven hiervoor de aanschrijfgrondslag. Het is dus mogelijk een bestaand gebouw aan de nieuwbouwvoorschriften te laten voldoen. De enige beperking die de regelgever heeft gesteld is dat alle eisen die boven het niveau bestaande bouw van het Bouwbesluit uitstijgen, per individueel geval moeten worden gemotiveerd. Het lage niveau voor bestaande gebouwen, maakt dit in de praktijk niet moeilijk te motiveren. De rechter heeft omschrijvingen geaccepteerd die niet verder gaan dan de in de aanschrijving opgenomen zinsnede "dat het niveau bestaande bouw uit oogpunt van brandveiligheid volstrekt onvoldoende is". Het is ook mogelijk dus niet verplicht zowel tot bewoning bestemde als niet tot bewoning bestemde gebouwen aan te schrijven tot het treffen van brandveiligheidsvoorzieningen. Dat is bijvoorbeeld het geval indien deze gebouwen nog wel voldoen aan het niveau bestaande bouw, maar niet meer aan het niveau nieuwbouw. Hier geldt dan dat al deze aanvullende eisen zorgvuldig gemotiveerd dienen te worden...5 De gemeentelijke beleidsvrijheid Zoals in de vorige paragraaf is beschreven, kan het verzwaren van de eisen voor bestaande gebouwen leiden tot verschillende niveaus voor dezelfde gebouwtypen, wanneer dit niveau niet is vastgelegd. Zowel de rechter als het ministerie van VROM (de VROMinspectie) vinden dat de gemeenten dit beleid moeten hebben vastgelegd om rechtsongelijkheid te voorkomen. Onderhavige beleidsnota beantwoordt aan beide voorwaarden. Ook bij het verlenen van vrijstelling bij nieuwbouw of een verbouwing dient rekening gehouden te worden met het gemeentelijke beleidsniveau, omdat er in sommige gevallenvrijstelling verleend kan worden tot het niveau bestaande bouw. Het is onjuist om bij vrijstelling naar een lager niveau te gaan dan bij een aanschrijving het geval is. Vrijstelling wordt dus beperkt tot het niveau van het Brandpreventiebeleid Bestaande Bouw...6 Het van rechtens verkregen niveau In de loop van de tijd zijn veel bestaande gebouwen verbouwd of uitgebreid. Voor veel van deze gevallen is een bouwvergunning aangevraagd en verleend. De aanpassingen aan het gebouw zijn getoetst aan de op dat moment geldende regelgeving. Hierdoor zijn de brandveiligheidsvoorzieningen voor veel bestaande gebouwen, of in ieder geval delen daarvan, van een hoger bouwkundig niveau dan het niveau bestaande bouw. Dit wordt het "van rechtens verkregen niveau" genoemd. Bij de toetsing van een bestaand gebouw zal het van rechtens verkregen niveau altijd als ondergrens moeten worden gehanteerd. Wanneer het van rechtens verkregen niveau lager is dan het niveau als neergelegd in onderhavige beleidsnota zal in een dergelijke situatie het (Brandpreventie)beleid Bestaande Bouwvan toepassing zijn...7 Afbakening De wet en regelgeving die van toepassing is op een bouwwerk is divers en complex te noemen. Voor het oprichten of gedeeltelijk vernieuwen of veranderen of vergroten van een bouwwerk is in de regel een bouwvergunning verplicht. Voor wat het gebruik betreft kan een gebruiksvergunning benodigd zijn, wat de mogelijke effecten van het gebruik op het milieu betreft kan een milieuvergunning benodigd zijn en daarnaast kunnen nog eisen voortvloeien uit de Arbowetgeving die bijvoorbeeld een bedrijfshulpverlening (organisatie) verplicht stelt. Cvdr 08 nr. CVDR0957_ 9 januari 08

De Woningwet is de basis van de bouwregelgeving in Nederland. Wanneer het gaat om de voorschriften betreffende het bouwen en de staat van bestaande bouwwerken en standplaatsen, verwijst de Woningwet in afdeling van hoofdstuk II naar een Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB). Met deze AMvB wordt het Bouwbesluit 00 bedoeld. In dit kader zijn in het bijzonder de technische voorschriften op het gebied van brandveiligheid van belang. Het Bouwbesluit 00 bevat in hoofdstuk de voorschriften uit het oogpunt van veiligheid. Bij of krachtens AMvB worden, uit het oogpunt van veiligheid, gezondheid, bruikbaarheid, energiezuinigheid en milieu, technische voorschriften gegeven betreffende het bouwen van woningen, woonketen, woonwagens en andere gebouwen (artikel lid Woningwet). Bij of krachtens AMvB worden, uit het oogpunt van veiligheid, gezondheid, bruikbaarheid, energiezuinigheid en milieu, technische voorschriften gegeven betreffende de staat van bestaande woningen, woonketen en woonwagens en andere gebouwen (artikel lid Woningwet). Daarnaast kent het Bouwbesluit nog een aantal belangrijke artikelen. Allereerst is dat artikel.5bouwbesluit 00 betreffende gelijkwaardigheid. Een nadere uitwerking daarvan kunt u vinden onder Gelijkwaardigheid'. Bovendien bevat het Bouwbesluit enkele relevante artikelen met betrekking tot ontheffingen. Burgemeester en wethouders kunnen bij het geheel of gedeeltelijk vernieuwen of veranderen of het vergroten van een bouwwerk ontheffing verlenen, van een bij of krachtens het Bouwbesluit vastgesteld voorschrift betreffende het bouwen van een bouwwerk, tot het niveau van de desbetreffende voorschriften voor een bestaand bouwwerk, tenzij bij het voorschrift anders is aangegeven (artikel. lid Bouwbesluit 00). Burgemeester en wethouders kunnen, voor zover bij of krachtens dit besluit geen voorschrift is vastgesteld betreffende de staat van een bestaand bouwwerk, bij het geheel of gedeeltelijk vernieuwen of veranderen van het bouwwerk ontheffing verlenen van een voorschrift betreffende het bouwen van een bouwwerk tot het rechtens verkregen niveau (artikel. lid Bouwbesluit 00). In het geval dat het bouwwerk de monumentenstatus heeft, speelt artikel. Bouwbesluit 00 een grote rol. Indien een vergunning op grond van de Monumentenwet of een provinciale of gemeentelijke monumentenverordening is verleend, prevaleren de voorschriften die zijn verbonden aan een dergelijke vergunning boven de voorschriften zoals gesteld in het Bouwbesluit 00. In afdeling van hoofdstuk II verwijst de Woningwet naar de gemeentelijke Bouwverordening. Hoofdstuk 6 van de (thans vigerende) gemeentelijke Bouwverordening bevat brandveiligheidsvoorschriften. Bovendien verwijst artikel 6.. van de Bouwverordening van Zeist, 005 naar de bijlagen Gebruikseisen voor bouwwerken en Gebruikseisen voor bouwwerken met uitzondering van de nietgemeenschappelijke ruimte in woonfuncties behorende bij de Bouwverordening. In deze bijlagen zijn voornamelijk rechtstreeks werkende voorschriften opgenomen. Met betrekking tot installatietechnische voorschriften, is artikel 5.. van groot belang. Voor bestaande bouwwerken zijn de artikelen.6. tot en met.6.0 van overeenkomstige toepassing (artikel 5.. Bouwverordening). Indien het bouwwerk bovendien gebruiksvergunningsplichtig is, kunnen onder andere nadere voorwaarden worden gesteld op grond van artikel 6.. lid van de Bouwverordening. In een dergelijke gebruiksvergunning kunnen voorwaarden worden opgenomen met betrekking tot het gebruik van het bouwwerk, evenals installatietechnische voorzieningen. Naast de Woningwet zijn de brandbeveiligingsconcepten c.q. brandveiligheidsvisies van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) van belang evenals de handreikingen en circulaires van het ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu. In de brandbeveiligingsconcepten c.q. brandveiligheidsvisies worden de uitgangspunten voor de brandbeveiliging van gebouwfuncties beschreven, in de handreikingen en circulaires wordt hier verder invulling aan gegeven. Bij het ontbreken van wetgeving bieden de concepten, de visies, de circulaires en de handreikingen een kader om te komen tot een gemeentelijk brandveiligheidsbeleid bestaande bouw welke de wettelijk gestelde minimum eisen (Bouwbesluit 00 bestaande bouw) overstijgen. 5 Cvdr 08 nr. CVDR0957_ 9 januari 08

Onderhavige nota (Brandpreventie)beleid Bestaande Bouw behelst beleid vorm te geven tussen het te lage niveau bestaande bouw en het plafond niveau nieuwbouw welke minimale (brand)veiligheidseisen stelt...8 Toetsingssystematiek Over welke bestaande bouwwerken gaat het? Daarbij kan een viertal categorieën worden onderscheiden, te weten:. Categorie I: Bouwwerken waarvan het rechtens verkregen niveau niet bekend is. Bijvoorbeeld om reden dat óf geen bouwvergunning kan worden achterhaald óf men ten tijde van de oprichting van het bouwwerk nog geen bouwvergunning verleende, waarbij het feitelijke niveau ligt onder het niveau beleid bestaande bouw ligt. Te volgen lijn: Aanschrijven conform het in deze nota opgenomen niveau.. Categorie II: Bouwwerken waarvan het rechtens verkregen niveau vaststaat doch een lager niveau heeft dan voorgeschreven ten aanzien van bestaande bouw en waar het feitelijke niveau onder het niveau beleid bestaande bouw ligt. Te volgen lijn: Aanschrijven conform het in deze nota opgenomen niveau.. Categorie III: Bouwwerken waarvan het rechtens verkregen niveau vaststaat, dat niveau hoger ligt dan het niveau voorgeschreven ten aanzien van bestaande bouw, doch onder het niveau beleid bestaande bouw en waar het feitelijke niveau onder het niveau beleid bestaande bouw ligt. Te volgen lijn: Aanschrijven conform het in deze nota opgenomen niveau.. Categorie IV: Bouwwerken waarvan het rechtens verkregen niveau vaststaat en niveau hoger ligt dan het niveau beleid bestaande bouw en waar het feitelijke niveau ligt tussen het niveau beleid bestaande bouw en het (hogere) rechtens verkregen niveau. Te volgen lijn: Aanschrijven conform het rechtens verkregen niveau.. Categorie V: Bouwwerken waarvan het rechtens verkregen niveau vaststaat en gelijk is aan het niveau nieuwbouw en het gebouw voldoet aan dat niveau. Te volgen lijn: Gebouw voldoet aan alle eisen, geen actie nodig, hooguit in de adviserende sfeer. Alvorens het beleid toe te passen, zal telkens de bezettingsgraad van een bouwwerk dienen te worden vastgesteld. Met betrekking tot deze bezettingsgraadklassen wordt voor bestaande bouw altijd uitgegaan van de eisen voor nieuwbouw (Ten aanzien van de bezettingsgraadklassen kan als leidraad worden gebruikt de Circulaire MG 009 van het ministerie van VROM (juli 00) zijnde een uitwerking van het gestelde in het Staatsblad 998, 68). Ten tweede dient bekeken te worden per onderscheidenlijk toetsingscriterium tot welk niveau dient te worden aangeschreven om het gewenste niveau van (brand)veiligheid te bereiken. Het wenselijke aanschrijvingsniveau zal blijken uit de bij deze beleidsnota behorende beleid en werkpakketten. Opgemerkt wordt dat voor bijvoorbeeld vluchten een bouwwerk in een andere categorie kan passen dan voor brandcompartimentering. Afhankelijk van welke categorie zal de noodzaak om voorzieningen te treffen sterker moeten worden onderbouwd en de motivering dienen te bestaan uit zwaarwegender argumenten. De werkwijze m.b.t. toezicht en handhaving in de praktijk is beschreven in de nota "Handhavingsbeleid bouwkundige (brand)veiligheid bestaande bouw"(008)..9 Stroomschema Schema uit handreiking brandpreventie bestaande bouw: algemeen deel 6 Cvdr 08 nr. CVDR0957_ 9 januari 08

Stap : Voldoet het gebouw aan de bouwtechnische eisen voor bestaande bouw? Stap a: Is er sprake van gelijkwaardige veiligheid ter zake van de prestatieeisen voor (brand)veiligheid? Ja, bouwwerk voldoet aan het wettelijke minimumniveau (te laag). Ga naar stap. Nee, aanschrijven op grond van artikel a of van de Woningwet en onderhavig beleid. Ga naar Stap a. Stap : Voldoet het gebouw aan de bouwtechnische eisen voor nieuwbouw? Ja, eventueel nog bezien of aanvullende gebruikseisen ten aanzien van veilig gebruik (kwaliteit gebouw in relatie tot veilig vluchten) kunnen worden gesteld. Zo ja ga naar stap 5. Nee, ga naar stap. Stap : Beoordeling op basis van gemeentelijk beleid. Stap a:voldoet gebouw aan bouwtechnische eisen? Stap b: Is het gebruik voldoende veilig (Hierbij kan men denken aan: niet bouwkundige maatregelen, organisatorische maatregelen en beperking van het gebruik)? Let op, de afweging dient expliciet te worden aangegeven! Ja, ga naar stap 5. Nee, ga naar stap a Stap : Het aanschrijftraject. Stapa: (Voor)aanschrijving met daarin het wenselijke niveau, uitnodiging tot het horen c.q. overleg plegen met de eigenaar (Overleg met de eigenaar is verplicht behoudens in (goed motiveren) spoedeisende gevallen (acuut gevaar)). Indien succesvol overleg en vrijwillig treffen voorzieningen ga naar stap 5. Indien eigenaar niet zonder dwang voorzieningen wil treffen, ga naar stap b. Stap b: Aanschrijven tot het treffen van de gewenste voorzieningen door middel van een dwangsomof bestuursdwangaanschrijving. Stap 5: Vaststellen gebruiksvoorwaarden / gebruiksvergunning (tot nieuw niveau). Nadat het gebouw voldoet aan de wettelijke eisen en aan de eisen voortvloeiende uit het gemeentelijke beleid, al dan niet na aanschrijving, dienen de (aanvullende) gebruiksvoorwaarden (Nb. de algemene 7 Cvdr 08 nr. CVDR0957_ 9 januari 08

gebruiksvoorwaarden op grond van de bouwverordening, de bijzondere gebruiksvoorwaarden worden opgenomen in de gebruiksvergunning. Let op dit zal na invoering van het gebruiksbesluit anders zijn!) te worden opgelegd.. De gebruiksfuncties In dit document is voor de gebruiksfuncties uitgegaan van dezelfde systematiek als het Bouwbesluit. Het Bouwbesluit onderscheidt elf gebruiksfuncties, te weten:. woonfunctie. bijeenkomstfunctie. celfunctie. gezondheidszorgfunctie 5. industriefunctie 6. kantoorfunctie 7. logiesfunctie 8. onderwijsfunctie 9. sportfunctie 0. winkelfunctie. overige gebruiksfuncties Voor ieder van de hierboven beschreven gebruiksfunctie is afgewogen of hiervoor een gemeentelijk (brand)veiligheidsniveau bepaald moet worden. Gekozen is om voor tien gebruiksfuncties een gemeentelijk niveau te bepalen. Categorie, de "overige gebruiksfuncties", is niet beschreven omdat hier maatwerk geboden is. Voor de woonfunctie is alleen de Woonfunctie gelegen in een woongebouw, bestemd voor minder zelfredzame personen" uitgewerkt. In de tabel hieronder zijn de gebruiksfuncties weergegeven en welke soorten panden onder deze gebruiksfuncties behoren. Deze laatste zijn slechts ter indicatie en niet uitputtend. Gebruiksfunctie Woonfunctie woonfunctie gelegen in een woongebouw bestemd voor minder zelfredzame personen Bijeenkomstfunctie kinderopvang overige bijeenkomstfuncties Celfunctie Gezondheidszorgfunctie Industriefunctie Kantoorfunctie Logiesfunctie Onderwijsfunctie Sportfunctie Winkelfunctie Soorten panden Bejaardenhuizen Verzorgingshuizen Gezinsvervangende tehuizen Kinderdagverblijven Peuterspeelzalen Buitenschoolse opvangen Schouwburgen Bioscopen Musea Gebedshuizen Restaurants Discotheken Cafés Sportkantines Gevangenissen Cellencomplexen in politiebureaus Ziekenhuizen Verpleegtehuizen Poliklinieken Opslagen v. gevaarlijke stoffen Garagebedrijven Fabrieken Loodsen en opslaggebouwen Kantoorgebouwen Hotels Pensions Jeugdherbergen Basisscholen Scholen voor voortgezet onderwijs Hogescholen Universiteiten Gymzalen Sporthallen Stadions Winkels Warenhuizen & Winkelcentra.5 De brandveiligheidseisen In het Bouwbesluit is de volgorde van de brandveiligheidseisen zodanig beschreven dat het verloop van een brand en de gevolgen daarvan als volgorde zijn aangehouden. Dat lijkt een logische en duidelijke opbouw. Het probleem is echter dat dit niet strookt met de wijze van toetsen van de brandveiligheidsvoorzieningen van een gebouw. Omdat dit laatste voor een goede toetsing het uitgangspunt is, is een andere verdeling van de brandveiligheidseisen toegepast. In dit document zijn de brandveiligheidseisen gegroepeerd in zeven categorieën. Voor deze indeling is gekozen omdat hiermee de volgorde van toetsen door de brandweer chronologisch wordt gevolgd. 8 Cvdr 08 nr. CVDR0957_ 9 januari 08

De herindeling leidt tot de volgende zeven categorieën:. Beperking van uitbreiding van brand. Beperking van verspreiding van rook. Vluchten. Sterkte van bouwconstructies bij brand 5. Materialen 6. Bestrijding van brand 7. Noodverlichting De categorieën houden het volgende in:.beperking van uitbreiding van brand Een gebouw wordt allereerst verdeeld in brandcompartimenten. Brandcompartimenten hebben tot doel een brand te beperken tot een vooraf vastgesteld gebied. Hiermee kan worden voorkomen dat er een te groot oppervlak van het pand in brand raakt, waardoor de brand onbeheersbaar wordt en daardoor niet meer effectief kan worden bestreden..beperking van verspreiding van rook Als de brandcompartimenten zijn bepaald, worden deze onderverdeeld in één of meer rookcompartimenten. Rookcompartimenten hebben tot doel de rookverspreiding te beperken waardoor de bij brand vluchtende mensen niet te lang door de rook moeten lopen..vluchten Nadat de aanwezige personen het rookcompartiment hebben verlaten, moeten zij via rookvrije vluchtroutes een veilig gebied kunnen bereiken, en van daar uit de openbare weg. Bij het bepalen van deze routes moet rekening gehouden worden met de onafhankelijkheid van de vluchtmogelijkheden en het maximale aantal personen dat van deze routes gebruik moet kunnen maken..sterkte van bouwconstructies bij brand De dragende constructies van rookvrije vluchtroutes en de hoofddraagconstructie van het gebouw moeten een bepaalde tijd weerstand bieden tegen bezwijken in geval van brand. 5.Materialen Om brandontwikkeling, brandvoortplanting en rookproductie tegen te gaan of te beperken, worden eisen gesteld aan constructiematerialen. 6.Bestrijding van brand Blusmiddelen zijn noodzakelijk om er voor te zorgen dat van een brand snel en effectief bestreden kan worden. 7.Noodverlichting Noodverlichting is noodzakelijk zodat personen zich nog kunnen oriënteren en snel en veilig een (nood)uitgang kunnen bereiken, zeker in die gebouwen waar bezoekers komen..6 Overige veiligheidseisen De volgorde van de overige veiligheidseisen is niet bepalend voor een goede toetsing aan het Bouwbesluit 00. Daarom is gekozen om dezelfde volgorde aan te houden als in het Bouwbesluit 00. De volgende categorieën zijn van belang voor de veiligheid:. Algemene sterkte bouwconstructie. Vloerafscheidingen. Trap. Beweegbare constructieonderdelen De categorieën houden het volgende in:. Algemene sterkte bouwconstructie Deze categorie heeft als doel is te waarborgen dat een bouwconstructie duurzaam bestand is tegen de krachten die daarop werken..vloerafscheidingen 9 Cvdr 08 nr. CVDR0957_ 9 januari 08

Vloerafscheidingen moeten voorkomen dat mensen van de rand van een vloer kunnen vallen, meestal zijn dit hekwerken. Door bijvoorbeeld eisen te stellen aan de afmetingen van de afscheiding, kan de veiligheid worden gewaarborgd..trap Voor het overbruggen van hoogteverschillen worden eisen gesteld aan bijvoorbeeld de afmetingen van de trap en de aanwezigheid van leuningen, om de trap bij vluchten veilig te kunnen gebruiken..beweegbare constructieonderdelen Onder beweegbare constructieonderdelen worden beweegbare onderdelen van bouwwerken, zoals ramen, deuren en luiken bedoeld die een gevaar opleveren bij vluchten uit het bouwwerk, dan wel voor voorbijgangers en langskomende verkeer. HOOFDSTUK HET BELEIDSNIVEAU. Inleiding Bij de opzet van dit document zijn de volgende uitgangspunten gehanteerd:. Het niveau moet zodanig eenduidig zijn dat er bij de toepassing geen verschillen van inzicht kunnen bestaan (uniformiteit en eenduidigheid);. Er moet op een eenvoudige wijze inzicht zijn in het niveau dat wordt vastgesteld en de relatie met de in het Bouwbesluit aangegeven niveaus voor nieuwbouw en bestaande bouw (voor welk niveau kiest de gemeente Zeist); In de volgende paragraaf wordt de motivatie gegeven voor het voorgestelde niveau, en welke eisen daaruit voortvloeien.. Het beleidsniveau A. Brandveiligheidseisen: De brandveiligheidseisen zijn gegroepeerd in zeven categorieën (zie ook paragraaf.). De zeven categorieën zijn:. Beperking van uitbreiding van brand. Beperking van verspreiding van rook. Vluchten. Sterkte van bouwconstructies bij brand 5. Materialen 6. Bestrijding van brand 7. Noodverlichting Onderstaand wordt per categorie het gekozen niveau nader toegelicht:.beperking van uitbreiding van brand Op nieuwbouwniveau mag de oppervlakte van een brandcompartiment maximaal 000 m² zijn. De scheidingsconstructies van een brandcompartiment moeten een weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag minimaal 60 minuten hebben. Bij het niveau bestaande bouw mag de oppervlakte van een brandcompartiment maximaal 000 m² zijn, voor een industrie of sportgebouw zelf 000 m². De scheidingsconstructies van een brandcompartiment moeten hier een weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag van minimaal 0 minuten hebben. De oppervlakten en de tijd zijn hier onvoldoende om de brandweer de kans te geven de brand tot het brandcompartiment te beperken: een verdere branduitbreiding over het gehele gebouw is mogelijk. Echter, er is slechts indirect sprake van een risico voor de personen in het gebouw omdat een veilige ontvluchting hier niet in het geding is. De eisen voor bestaande bouw zijn dus te verdedigen. In afwijking van het niveau bestaande bouw is wel gekozen voor een weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag minimaal 0 minuten. De brandweer heeft hierdoor de tijd om nog een succesvolle redding uit te voeren, overeenkomstig het normatief brandverloop. Bovendien zijn op de markt voldoende gecertificeerde materialen, zoals deuren, brandkleppen e.d., voorhanden die aan de eis van 0 minuten voldoen. Voor ruimten waarin wordt geslapen zijn aanvullende eisen van toepassing in de vorm van subbrandcompartimenten. Ook hier is sprake is van een directe relatie met een veilige ontvluchting, waardoor voor het niveau nieuwbouw is gekozen. 0 Cvdr 08 nr. CVDR0957_ 9 januari 08

.Beperking van verspreiding van rook Op nieuwbouwniveau is de afstand die een persoon moet vluchten voor deze een veilige plaats heeft bereikt, afhankelijk van de bezetting van het gebouw. Hoe meer personen per oppervlakte, hoe zwaarder de eisen (het Bouwbesluit duidt dit aan met bezettingsgraadklassen, waarbij bezettingsgraadklasse het hoogste aantal mensen per vierkante meter inhoudt en klasse 5 het laagste aantal). De loopafstanden variëren van maximaal 0 meter bij een hoge bezettingsgraad tot 60 meter bij een lage bezettingsgraad. De eisen zijn er op gebaseerd dat iedereen binnen minuut een ruimte kan ontvluchten en dat de loopsnelheid bij een lage bezetting hoger zal zijn dan bij een lage bezetting. Bij het niveau bestaande bouw mogen de loopafstanden variëren van maximaal 60 meter in een bijeenkomst en onderwijsgebouw tot 75 meter in alle andere gebouwen. Er is hier geen relatie met bezettinggraden. Aangezien personen in bestaande gebouwen dezelfde loopsnelheden zullen bereiken als bij nieuwbouw, en een veilige ontvluchting de basis is, zijn de nieuwbouweisen de enige juiste..vluchten De inrichting van vluchtroutes heeft dezelfde invloed op een veilige en snelle ontvluchting als wat hierboven is beschreven. Hierdoor is ook hier het nieuwbouwniveau van toepassing..sterkte van bouwconstructies bij brand De constructies van een gebouw moeten bij brand zodanig in stand blijven, dat personen de tijd hebben het gebouw te ontvluchten en de brandweer de tijd heeft een succesvolle redding uit te voeren. Op nieuwbouwniveau moet hoofddraagconstructie minimaal 60, 90 of 0 minuten bestand zijn tegen bezwijken, afhankelijk van de hoogte van een gebouw. Bij bestaande bouw moet dit 0 of 60 minuten zijn, afhankelijk van de hoogte. Voor rookvrije vluchtroutes gelden aanvullende eisen: in nieuwbouw moeten deze 0 minuten bestand zijn tegen bezwijken, in bestaande bouw maximaal 0 minuten. Ook hier kan worden gesteld dat volgens het normatief brandverloop de brandweer binnen 0 minuten in staat is nog een succesvolle redding uit te voeren. Hierdoor is gekozen voor de nieuwbouweis voor rookvrije vluchtroutes. Voor de hoofddraagconstructie is gekozen voor de eisen voor bestaande bouw, omdat bij de meeste gebouwen zowel een tijdige ontvluchting als een succesvolle redding door de brandweer nog net mogelijk is. Voor hoge gebouwen zal maatwerk moeten worden toegepast. 5.Materialen Het nieuwbouw en het bestaande bouwniveau voor materialen binnen een gebouw verschillen nauwelijks, met uitzondering van de binnenzijde van schachten. Om te voldoen aan de nieuwbouweisen voor schachten zijn zeer grote aanpassingen noodzakelijk, terwijl dit geen wezenlijk hogere veiligheid voor de aanwezige personen met zich meebrengt. Hierdoor is voor het niveau bestaande bouw gekozen. De toepassing van materialen aan de buitenzijde van een gebouw zijn voor het niveau nieuwbouw afhankelijk van de hoogte van een gebouw. Het niveau bestaande bouw kent slechts één eis, ongeacht de hoogte. Aangezien de kans klein is dat materialen aan de buitenzijde van een gebouw een veilige ontvluchting beïnvloeden is ook hier gekozen het niveau bestaande bouw toe te passen. 6.Bestrijding van brand Het Bouwbesluit regelt het bestrijden van brand via twee voorzieningen: droge blusleidingen en brandslanghaspels. De eisen voor blusleidingen voor nieuwbouw en bestaande bouw verschillen nauwelijks. Het enige verschil is dat de afstand tussen twee blusleidingen bij nieuwbouw 50 meter is, terwijl deze bij bestaande bouw op 70 meter ligt. In de praktijk komt dit neer op één extra slanglengte bij een brandweerinzet. Hierdoor is voor blusleidingen het niveau bestaande bouw acceptabel. Voor brandslanghaspels ligt het anders: het niveau bestaande bouw kent namelijk geen brandslanghaspels. Om een beginnende brand snel en effectief te kunnen bestrijden zijn brandslanghaspels echter onmisbaar. Wanneer een beginnende brand onder controle kan worden gehouden, is een veilige ontvluchting namelijk nog mogelijk. Voor brandslanghaspels is daarom het niveau nieuwbouw aangehouden. Het Bouwbesluit stelt geen eisen voor brandslanghaspels in kleinere gebouwen. Daardoor is er voor gekozen hieraanvullende eisen voor te formuleren, in de vorm van minihaspels, draagbare blustoestellen en blusdekens. 7.Noodverlichting De noodzaak voor het toepassen van noodverlichting is op nieuwbouwniveau afhankelijk van de oppervlakte in relatie tot de bezettingsgraad in het gebouw: bij een hoge bezetting moet eerder noodverlichting worden toegepast dan bij een lage bezetting. Bij het niveau bestaande is de toepassing van noodver Cvdr 08 nr. CVDR0957_ 9 januari 08

lichting afhankelijk van de oppervlakte en de functie van het gebouw. Die oppervlakten zijn veel hoger dan bij nieuwbouw, terwijl voor een aantal functies helemaal geen noodverlichting noodzakelijk is! Noodverlichting draagt echter bij aan een snelle en veilige ontruiming. Om die reden is hier gekozen voor het niveau nieuwbouw. B.Overige veiligheidseisen: De veiligheidseisen (niet zijnde de brandveiligheidseisen) zijn gegroepeerd in vier categorieën (zie ook paragraaf.5). De vier categorieën zijn:. Algemene sterkte bouwconstructie. Vloerafscheidingen. Trap. Beweegbare constructieonderdelen Onderstaand wordt per categorie het gekozen niveau nader toegelicht:.algemene sterkte bouwconstructie De algemene sterkte van de bouwconstructie wordt bepaald/berekend volgens de NEN 670. Ook bij het niveau van bestaande bouw is de sterkte van de bouwconstructie voldoende als bij maatgevende fundamentele/bijzondere belastingscombinaties de uiterste grenstoestand niet wordt overschreden. De hoofddraagconstructie wordt voor bestaande bouw niet genoemd. In relatie met brandveiligheid is de sterkte van de hoofddraagconstructie maatgevend voor het al dan niet veilig kunnen ontvluchten uit een gebouw. Vanuit dit perspectief wordt gekozen het niveau nieuwbouw..vloerafscheidingen De eisen die worden gesteld aan de opstapmogelijkheid van de vloerafscheiding zijn niet gedefinieerd voor het niveau van bestaande bouw. Bij het nieuwbouwniveau mag een vloerafscheiding niet overklauterbaar zijn. Om te voorkomen dat de vloerafscheiding te beklimmen is en de veiligheid te waarborgen, is hier gekozen voor het niveau nieuwbouw. Voor de overige onderdelen van vloerafscheidingen is het niveau bestaande bouw acceptabel..trap De eisen die worden gesteld aan de afmetingen van een trap bij het niveau bestaande bouw verschillen op een essentieel punt met de eisen genoemd in het niveau nieuwbouw. Bij het niveau bestaande bouw wordt namelijk geen rekening gehouden met de bezettingsgraad. Voor het veilig vluchten uit een pand moet de breedte van een trap worden aangepast aan de geldende bezettingsgraad. Voor de gebruiksfuncties met de hoogste prioritering is daarom gekozen voor het niveau nieuwbouw. Voor de overige onderdelen van de trap wordt het niveau bestaande bouw gehanteerd..beweegbare constructieonderdelen Bij het niveau bestaande bouw wordt geen vrije hoogte aangegeven voor de afstand van een beweegbaar constructieonderdeel tot een vloer waarover een rookvrije vluchtroute voert. Om de rookvrije vluchtroute niet te belemmeren met obstakels, is hier het nieuwbouwniveau van toepassing. In hoofdstuk zijn de matrices opgenomen met een overzicht van de gekozen niveaus. Op deze wijze is eenvoudig te zien welke niveaus zijn aangehouden en hoe deze zich verhouden tot de niveaus nieuwbouw en bestaande bouw. Ook is de relatie tussen de niveaus van de verschillende gebruiksfuncties te zien. HOOFDSTUK DE MATRICES A.DE MATRIX t.a.v. de brandveiligheidseisen Woonfunctie gelegen in een woongebouw bestemd voor minder zelfredzame personen Beperking van uitbreiding van brand afmetingen brandcompartimenten WBDBO brandcompartimenten 0 min. subbrandcompartimenten Beperking van verspreiding van rook rookcompartimenten Vluchten alle ontvluchtingeisen aantal personen en draairichting deuren V hoofddraag constructie vluchtroutes Materialen Bestrijding van brand brandbaarheid brandslanghaspel brandvoortplanting blusleiding minihaspel, rookontwikkeling blustoestel en blusdeken Noodverlichting Sterke bij brand van bouwconstructie noodverlichting Cvdr 08 nr. CVDR0957_ 9 januari 08

Bijeenkomstfunctie overige bijeenkomstfuncties Celfunctie Gezondheidszorg functie Industriefunctie Logiesfunctie afmetingen brandcompartimenten WBDBO brandcompartimenten 0 min. subbrandcompartimenten afmetingen brandcompartimenten WBDBO brandcompartimenten 0 min. afmetingen brandcompartimenten WBDBO brandcompartimenten 0 min. subbrandcompartimenten afmetingen brandcompartimenten WBDBO brandcompartimenten 0 min. subbrandcompartimenten afmetingen brandcompartimenten WBDBO brandcompartimenten 0 min. afmetingen brandcompartimenten WBDBO brandcompartimenten 0 min. subbrandcompartimenten rookcompartimenten rookcompartimenten rookcompartimenten rookcompartimenten rookcompartimenten rookcompartimenten alle ontvluchtingseisen aantal personen en draairichting deuren V alle ontvluchtingeisen aantal personen en draairichting deuren V alle ontvluchtingeisen aantal personen en draairichting deuren V alle ontvluchtingeisen aantal personen en draairichting deuren V alle ontvluchtingeisen aantal personen en draairichting deuren V alle ontvluchtingeisen aantal personen en draairichting deuren V hoofddraag constructie vluchtroutes hoofddraag constructie vluchtroutes hoofddraag constructie vluchtroutes hoofddraag constructie vluchtroutes hoofddraag constructie vluchtroutes hoofddraag constructie vluchtroutes Bijeenkomstfunctie kinderopvang brandbaarheid brandslanghaspel brandvoortplanting blusleiding blustoestel en rookontwikkeling blusdeken brandbaarheid brandslanghaspel brandvoortplanting blusleiding minihaspel, rookontwikkeling blusdeken en blustoestel brandbaarheid brandslanghaspel brandvoortplanting blusleiding blustoestel en rookontwikkeling blusdeken brandbaarheid brandslanghaspel brandvoortplanting blusleiding minihaspel, rookontwikkeling blusdeken en blustoestel brandbaarheid brandslanghaspel brandvoortplanting blusleiding minihaspel, rookontwikkeling blusdeken en blustoestel brandbaarheid brandslanghaspel brandvoortplanting blusleiding blustoestel en rookontwikkeling blusdeken noodverlichting noodverlichting noodverlichting noodverlichting noodverlichting noodverlichting Kantoorfunctie Winkelfunctie Sportfunctie Beperking van uitbreiding van brand afmetingen brandcompartimenten WBDBO brandcompartimenten 0 min. afmetingen brandcompartimenten WBDBO brandcompartimenten 0 min. afmetingen brandcompartimenten WBDBO brandcompartimenten 0 min. afmetingen brandcompartimenten WBDBO brandcompartimenten 0 min. = Bouwbesluit niveau nieuwbouw = Bouwbesluit niveau bestaande bouw V = VROMrichtlijn Vluchten bij brand Beperking van verspreiding van rook rookcompartimenten rookcompartimenten rookcompartimenten rookcompartimenten Vluchtroutes alle ontvluchtingeisen aantal personen en draairichting deuren V alle ontvluchtingeisen aantal personen en draairichting deuren V alle ontvluchtingeisen aantal personen en draairichting deuren V alle ontvluchtingeisen aantal personen en draairichting deuren V B.DE MATRIX t.a.v. de overige veiligheidseisen Woonfunctie woonfunctie gelegen in een woongebouw bestemd voor minder zelfredzame personen Algemene sterkte bouwconstructie uiterste grenstoestand bij fundamentele of bij hoofddraag constructie vluchtroutes hoofddraag constructie vluchtroutes hoofddraag constructie vluchtroutes hoofddraag constructie vluchtroutes Vloerafscheiding aanwezigheid hoogte openingen Materialen Bestrijding van brand brandbaarheid brandslanghaspel brandvoortplanting blusleiding minihaspel, rookontwikkeling blusdeken en blustoestel Onderwijsfunctie brandbaarheid brandslanghaspel brandvoortplanting blusleiding blustoestel en rookontwikkeling blusdeken brandbaarheid brandslanghaspel brandvoortplanting blusleiding minihaspel, rookontwikkeling blusdeken en blustoestel brandbaarheid brandslanghaspel brandvoortplanting blusleiding minihaspel, rookontwikkeling blusdeken en blustoestel Trap afmetingen trapbordes afscheiding leuning Noodverlichting Sterke bij brand van bouwconstructie noodverlichting noodverlichting noodverlichting noodverlichting Beweegbare constructieonderdelen hoogte Cvdr 08 nr. CVDR0957_ 9 januari 08

Bijeenkomstfunctie kinderopvang Bijeenkomstfunctie overige bijeenkomstfunctie Celfunctie Gezondheidszorgfunctie Industriefunctie zondere belastingcombinaties opstapmogelijkheden uiterste grenstoestand aanwezigheid bij fundamentele of bij hoogte zondere belastingcombinaties openingen opstapmogelijkheden uiterste grenstoestand aanwezigheid bij fundamentele of bij hoogte zondere belastingcombinaties openingen opstapmogelijkheden uiterste grenstoestand aanwezigheid bij fundamentele of bij hoogte zondere belastingcombinaties openingen opstapmogelijkheden uiterste grenstoestand aanwezigheid bij fundamentele of bij hoogte zondere belastingcombinaties openingen opstapmogelijkheden uiterste grenstoestand aanwezigheid bij fundamentele of bij hoogte zondere belastingcombinaties openingen opstapmogelijkheden regenwerendheid afmetingen trapbordes afscheiding leuning regenwerendheid afmetingen trapbordes afscheiding leuning regenwerendheid afmetingen trapbordes afscheiding leuning regenwerendheid afmetingen trapbordes afscheiding leuning regenwerendheid afmetingen trapbordes afscheiding leuning regenwerendheid hoogte hoogte hoogte hoogte hoogte Logiesfunctie Kantoorfunctie Onderwijsfunctie Winkelfunctie Sportfunctie = Bestaande Bouw = Nieuwbouw Algemene sterkte bouwconstructie Vloerafscheiding uiterste grenstoestand aanwezigheid bij fundamentele of bij hoogte zondere belastingcombinaties openingen opstapmogelijkheden uiterste grenstoestand aanwezigheid bij fundamentele of bij hoogte zondere belastingcombinaties openingen opstapmogelijkheden uiterste grenstoestand aanwezigheid bij fundamentele of bij hoogte zondere belastingcombinaties openingen opstapmogelijkheden uiterste grenstoestand aanwezigheid bij fundamentele of bij hoogte zondere belastingcombinaties openingen opstapmogelijkheden uiterste grenstoestand aanwezigheid bij fundamentele of bij hoogte zondere belastingcombinaties openingen opstapmogelijkheden Trap afmetingen trapbordes afscheiding leuning regenwerendheid afmetingen trapbordes afscheiding leuning regenwerendheid afmetingen trapbordes afscheiding leuning regenwerendheid afmetingen trapbordes afscheiding leuning regenwerendheid afmetingen trapbordes afscheiding leuning regenwerendheid Beweegbare constructieonderdelen hoogte hoogte hoogte hoogte hoogte HOOFDSTUK HET EISENPAKKET. Inleiding Om bestaande gebouwen te kunnen toetsen zijn het beleidsniveau en de matrix verder uitgewerkt in het eisenpakket. Het eisenpakket vormt een Bouwbesluit voor bestaande gebouwen.. Indeling Het eisenpakket is opgesteld voor de tien gebruiksfuncties: Cvdr 08 nr. CVDR0957_ 9 januari 08

. woonfunctie. bijeenkomstfunctie. celfunctie. gezondheidszorgfunctie 5. industriefunctie 6. kantoorfunctie 7. logiesfunctie 8. onderwijsfunctie 9. sportfunctie 0. winkelfunctie Het eisenpakket is ingedeeld conform de zeven categorieën van brandveiligheidseisen (zie paragraaf.) en de vier categorieën van de overige veiligheidseisen (zie paragraaf.5):. Beperking van uitbreiding van brand. Beperking van verspreiding van rook. Vluchten. Sterkte van bouwconstructies bij brand 5. Materialen 6. Bestrijding van brand 7. Noodverlichting 8. Algemene sterkte bouwconstructie 9. Vloerafscheidingen 0. Trap. Beweegbare constructieonderdelen Voorafgaand aan de (brand)veiligheidseisen zijn de paragrafen Gelijkwaardige oplossingen (.) en Begripsbepalingen (.) opgenomen.. Gelijkwaardige oplossingen In het Bouwbesluit is de mogelijkheid opgenomen om niet aan een genoemde prestatieeis te voldoen, maar te kiezen voor een oplossing die een gelijkwaardige vorm van veiligheid biedt (gelijkwaardigheid). Dit moet dan wel passen binnen de functionele eis. Ook voor de eisen als genoemd in het (Brandpreventie)beleid Bestaande Bouw) is die mogelijkheid aanwezig. Wanneer gebruik wordt gemaakt van de mogelijkheid van gelijkwaardigheid, is het aan de brandweer of de buiteninspecteur om te beoordelen of de gekozen oplossing voldoet aan de functionele eis.. Begripsbepalingen In de navolgende paragrafen worden een aantal begripsbepalingen ontleend aan het Bouwbesluit 00 van uitleg voorzien. Deze begripsbepalingen zijn slechts opgenomen als hulpmiddel bij het interpreteren van onderhavige nota. Bij eventuele strijd tussen een begripsbepaling in onderhavige nota en de begripsbepalingen zoals opgenomen in het (thans vigerend) Bouwbesluit 00, gaat altijd de begripsbepaling uit het vigerende Bouwbesluit voor... Algemeen Voor de toepassing van de bij of krachtens het eisenpakket gegeven voorschriften wordt verstaan onder7: bijdrage tot brandvoortplanting: bijdrage tot brandvoortplanting als bedoeld in NEN 6065 of NEN 775; brand en rookvrije vluchtroute: van brand gevrijwaarde rookvrije vluchtroute die uitsluitend door verkeersruimten voert; brandcompartiment: gedeelte van een of meer gebouwen bestemd als maximaal uitbreidingsgebied van brand; brandweerlift: brandweerlift als bedoeld in NENEN 87; gebruiksfunctie: de gedeelten van een of meer bouwwerken op een perceel of standplaats, die dezelfde gebruiksbestemming hebben en die tezamen een gebruikseenheid vormen (zie onder. de begripsbepalingen voor de verschillende gebruiksfuncties); gebruiksoppervlakte: gebruiksoppervlakte als bedoeld in NEN 580; hoofddraagconstructie: hoofddraagconstructie als bedoeld in NEN 670; 5 Cvdr 08 nr. CVDR0957_ 9 januari 08