Natuurtoets Runde-Ruiten Ruiten Aa



Vergelijkbare documenten
Verkennend natuuronderzoek N237 Soesterberg

Flora- en faunascan voor de bouw van een woning aan de Bolenbergweg te Belfeld

Bijlage 3: Natuurtoets Westhavendijk (KuiperCompagnons)

Notitie Flora- en faunaonderzoek Enter

Rapportage: Eric Verkaik Veldwerk: Elmar Prins. Quickscan. Spankerenseweg 20 Dieren

Notitie. Referentienummer Datum Kenmerk november Betreft Notitie actualisatie natuuronderzoek Willevenstraat te Schaijk

Bureauonderzoek Flora en fauna

Quickscan natuuronderzoek bouwblok Kolenbranderweg Haaksbergen

Quickscan flora en fauna. Deltaweg te Helmond

Natuurtoets Oevers afwateringskanaal Farmsum

TOETSING FLORA- EN FAUNAWET VAN EEN BOUWLOCATIE TE ANNERVEENSCHEKANAAL.

memo INLEIDING GEBIEDSBESCHERMING ZAND/ZON/ c.c.: datum: 22 augustus 2013 Achterweg 48, Lisse

- er sprake is van een wettelijk geregeld belang (waaronder het belang van land- en bosbouw,

Briefrapport. aanleiding en methode. SAB Arnhem B.V. datum: 30 januari betreft: Quick scan Flora en Fauna, Bloksteegweg 1

Quickscan FF-wet voor ontwikkelingen aan Wedderstraat 18 te Vlagtwedde.

Flora- en fauna-inspectie locatie Heerweg-Berkenstraat te Blitterswijck door: ir. H. Hovens en ir. G. Hovens in opdracht van: Venterra

QUICKSCAN EDESEWEG 51 WEKEROM

Notitie flora en fauna

Flora- en fauna-inspectie Gelderdijk 15 te Sevenum (Gemeente Horst aan de Maas) door ir. Hans Hovens, Paul op het Veld en ir. G.

Bijlage 1 Ecologisch onderzoek

Verkennend natuuronderzoek Parklaan / Nieuweweg te Hattem

Verkennend natuuronderzoek locatie Hessenweg

Nieuwe bedrijfslocaties

Quick scan Ecologie Tunnel Leijenseweg Gemeente De Bilt

Faunaconsult. Flora- en fauna-inspectie Maaijkantsestraat te Ulicoten door: ir. Hans Hovens, Faunaconsult in opdracht van: H.

Quick scan natuurtoets KuiperCompagnons d.d. 30 november Soortenbescherming

Resultaten Quickscan, vissen en vleermuisonderzoek met betrekking tot de Flora- en Faunawet.

Quickscan samenvatting twee percelen Staphorst

Verkennend natuuronderzoek De Hoeven Beekbergen

Verkennend natuuronderzoek locatie Smitterijhof te Haaksbergen

Ecologische beoordeling. Perceel tussen Tillewei en Landyk te Drogeham

Aanleiding van het onderzoek Wat is een quickscan

Terneuzen. Quickscan Flora en fauna. Wulpenbek 16 te Hoek. <NL.IMRO.Invullen> concept. I. Dekker MSc. identificatiecode: datum: status:

Bijlage 1 Onderzoek ecologie

Quickscan natuur Mauritslaan Werkhoven

Huidige situatie Het plangebied bestaat uit bebouwing, verharding, opgaande beplanting en watergangen.

Onderzoek flora en fauna

Werkzaamheden gemaal Emilia en gemaal Westland Quickscan flora- en faunawet

TOETSING FLORA- EN FAUNAWET VOOR DE BOUW VAN EEN RESTSTOFFEN ENERGIECENTRALE IN HET INDUSTRIEHAVENTERREIN TE HARLINGEN.

Quickscan samenvatting Stephensonstraat Harderwijk

ACTUALISEREND ONDERZOEK FLORA- EN FAUNAWET KREKENBUURT TE ELST

Natuurtoets Kop Zuidas

Gemeente Heusden Quick-scan Wethouder van Buulweg Nieuwkuijk

Verkennend natuuronderzoek Anklaarseweg Apeldoorn

-Rooien van het aanwezige sierplantsoen en enkele acacia s en zomereiken. -Transportbewegingen van mensen en voertuigen en aanvoer van materieel

1 Beoordeling mogelijke effecten op flora en fauna

Quickscan. Een. Projectnummer 018. Opdrachtgever. Opdrachtnemer. Scholtenhagenweg 10

Project Status Datum. Sloop en nieuwbouw locatie Emmaschool concept 14 januari Auteur Veldonderzoek Projectcode

Samenvatting quickscan natuurtoets

Briefrapport. Globale ligging plangebied. AANLEIDING EN METHODE. De heer E.J. Overbeek. datum: 16 september quick scan flora en fauna

Onderzoek flora en fauna

1 NATUUR. 1.1 Natuurwetgeving & Planologie

Quickscan samenvatting natuurtoets Sint Nicolaasdijk 153, Kampen

Notitie Quickscan flora en fauna

Onderzoek flora en fauna

: Mevrouw M. Snellen : Postbus : 5280 DA Boxtel

Faunaconsult. Tegelseweg GK Belfeld Tel: KvK Limburg BTW nr: NL B01

Oeverplanten in Lelystad

Huidige situatie Het plangebied bestaat uit bebouwing, verharding, gazon, weiland, opgaande beplanting en oppervlaktewater.

Faunaconsult. Flora- en fauna-inspectie locatie Kerkplein 8 te Mesch door: ir. Hans Hovens, Faunaconsult in opdracht van: L.

Natuurtoets 't Zand Toetsing aan de wet- en regelgeving voor natuur Definitief Grontmij Nederland B.V. Alkmaar, 17 november , revisie --

Quickscan samenvatting Flora- en faunawet Van Zuylenlaan 9, Hoevelaken

Verkennend natuuronderzoek herinrichting Venlo-Noord

Faunaconsult. Tegelseweg GK Belfeld Tel: KvK Limburg BTW nr: NL B01

memo Actualisatie Flora- en faunaonderzoek in verband met nieuwe Wet natuurbescherming.

Notitie verkennend Flora- en faunaonderzoek Lettele

memo datum: 22 juli 2011

Quick-scan Inrichting Van Wijk Valkenswaard

Quickscan samenvatting natuurtoets Westpolder/Bolwerk, deelplan 5 bouwstroom F1 en G, Berkel en Rodenrijs.

Beverwijkerstraatweg 44 - Castricum

Quickscan natuur Besto terrein Zwartsluis

Verkennend natuuronderzoek locatie Woonpark Zeist

Briefrapport AANLEIDING EN METHODE. De heer J. Arends. datum: 20 april quick scan flora en fauna

Quickscan natuuronderzoek Dwarsdijk

18 februari Natuurwetgeving in het Westland Paul Moerman & Wouter Wubben

Notitie Flora en faunawet bestemmingsplan Centrum Best; Locatie ten noorden van begraafplaats

Referentienummer Datum Kenmerk GM februari

Huidige situatie Het plangebied bestaat uit de kom Bleiswijk met bebouwing, tuinen, groenstroken, laanbeplanting en watergangen.

Natuurtoets voor de bouw van een woning met bijgebouw aan de Stationsweg 13a te Haarle in het kader van de Rood voor Rood-Regeling

Quickscan natuuronderzoek en aanvullende rapportage verbouwing monumentaalpand Lammerinkweg 102 Enschede

Notitie. Quickscan natuuronderzoek. Parallelweg 9 in Neede. In het kader van de Flora- en faunawet. oktober rapportnr: 13477

P a r a g r a a f e c o l o g ische inventa r is a tie J a d e A en C B e i len

Quickscan flora en fauna

Natuurtoets. Fort Oranje 27. Woerden

Verantwoording. Titel : Natuurtoets Kerkdriel-Noord te Kerkdriel

NATUURTOETS LANGE WEMEN HENGELO VERVOLGONDERZOEK GEMEENTE HENGELO

Faunaconsult. Tegelseweg GK Belfeld Tel: KvK Limburg

Quickscan DWL-De esch

Busbaan langs de Kruisvaart

QUICK SCAN FLORA- EN FAUNAWET VOOR HET PERCEEL KAATSWEG 3 RODERESCH

Beschermde soorten in Hasselt (Overijssel)

Bijlage. Bodemonderzoek

Natuurtoets MCS. Planteam Groen, Recreatie en Water

Datum : 4 november 2014 Opdrachtgever : Gemeente Nijmegen Ter attentie van :

Briefrapport AANLEIDING EN METHODE. Gemeente Dinkelland t.a.v. dhr. H. Zegeren. datum: 22 juni quick scan flora en fauna

E c o l o g ische inventa r isatie W o n i n g b o u w v o o r m a l i g e T r ia n g e l s c h o o l te R o uveen

P a r a g r a a f e c o l o g i e N i e u w b o u w w o n i n g S c h a p e n d r i f t t e N o r g

Verkennend natuuronderzoek locatie Loostraat 55a/57 Huissen

Quickscan flora en fauna Grasveld Venneperweg 827 Nieuw-Vennep

Verkennend natuuronderzoek locatie tennisvereniging Beukersweide te Wierden

Transcriptie:

Natuurtoets Runde-Ruiten Ruiten Aa Quick scan natuur koppeling Runde-Ruiten Ruiten Aa, Munnekemoer en de Maten Definitief Waterschap Hunze en Aa's Grontmij Nederland B.V. Assen, 7 september 2012

Inhoudsopgave 1 1.1 1.2 1.3 2 2.1 2.2 2.3 2.4 3 3.1 3.2 3.3 3.4 4 4.1 4.2 4.2.1 4.2.2 4.3 Inleiding... 4 Algemeen... 4 Plangebied... 4 Opbouw rapport... 4 Wettelijk kader... 5 Inleiding... 5 Flora- en faunawet... 5 Natuurbeschermingswet... 6 Ecologische hoofdstructuur... 6 Natuurwaarden... 7 Plangebied... 7 Bronnenonderzoek... 7 Resultaten en veldinventarisatie... 7 Samenvatting beschermde soorten literatuur en veldonderzoek... 14 Toetsing... 15 Voorgenomen ingrepen... 15 Toetsing... 15 Toetsing Natuurbeschermingswet en EHS 15 Toetsing Flora- en faunawet... 15 Conclusies en aanbevelingen... 16 Bijlage 1: Ligging deelgebieden Pagina 3 van 16

1 Inleiding 1.1 Algemeen In opdracht van het waterschap Hunze en Aa s heeft Grontmij Nederland B.V. een natuurtoets uitgevoerd voor de koppeling Runde-RuitenRuiten Aa ten zuiden van Ter Apel. In deze natuurtoets wordt, op basis van bestaande informatie en een oriënterend veldbezoek, een inschatting gemaakt van de natuurwaarden van het plangebied en de mogelijke relaties die er liggen met de omgeving. De natuurtoets geeft inzicht in de noodzaak tot het aanvragen van een ontheffing in het kader van de Ff-faunawet, faunawet, een Natuurbeschermingswet vergunning, Neetenzij toets EHS dan wel de noodzaak tot het uitvoeren van nadere inventarisaties of effectbe- oordelingen. De natuurtoets urtoets vormt daarmee de basis voor eventuele verdere procedures of ver- volgonderzoek in het kader van de wet- en regelgeving voor de natuur. 1.2 Plangebied Het plangebied ligt ten zuiden van Ter Apel en beslaat de oevers van de Runde. Het plangebied ligt grotendeels in de provincie Groningen. Het zuid(west)elijke deel, bestaande uit een aantal bosjes, bevindt zich in Drenthe. De geplande ingrepen in het kader van de koppeling Runde- Ruiten Aa leiden niet tot een grote verandering in het gebruik van het plangebied en omgeving. De Runde wordt ingepast in het landelijk gebruik en er worden ecologische stapstenen aange- legd. De locatie van het plangebied is weergegeven in bijlage 1. 1.3 Opbouw rapport In hoofdstuk 2 wordt het wettelijk kader besproken en in hoofdstuk 3 wordt ingegaan op de na- tuurwaarden als resultaat van het veld- en het bureauonderzoek. In hoofdstuk 4 wordt de toet- sing uitgevoerd en worden de conclusies en aanbevelingen verwoord. Pagina 4 van 16

2 Wettelijk kader 2.1 Inleiding De wet- en regelgeving voor natuur is in Nederland onderverdeeld in gebiedsbescherming en soortenbescherming. Gebiedsbeschermende wetgeving voorziet in bescherming van aangewe- zen natuurgebieden en wordt geregeld in de Natuurbeschermingswet 1998 (Nb-wet). Soorten- bescherming is vastgelegd in de Flora- en faunawet (Ff-wet). Deze wet ziet toe op bescherming van soorten planten en dieren zowel binnen als buiten beschermde natuurgebieden. In de Nb- wet en de Ff-wet zijn de belangrijkste bepalingen uit de Europese Vogelrichtlijn en Habitatricht- lijnen geïmplementeerd. Daarnaast zijn er ook provinciaal beschermde gebieden en soorten. Samengevat betreft het de volgende beschermingskaders: De Flora- en faunawet De Natuurbeschermingswet De bescherming van de EHS. 2.2 Flora- en faunawet De Flora- en faunawet is sinds 2002 van kracht. Naast bepalingen voor specifiek aangewezen soorten, geldt krachtens art. 2 van de Ff-wet de algemene zorgplicht voor álle in het wild levende dieren en planten en hun directe leefomgeving. Via deze wet wordt een ieder mede verant- woordelijk voor de zorg en bescherming van flora en fauna. Daarnaast zijn er bij wet specifiek soorten aangewezen die onder beschermende bepalingen uit art. 8 t/m 13 van de Flora- en faunawet vallen. Beschermde soorten en hun nesten, holen of andere voortplantings- of vaste rust- of verblijfplaatsen mogen niet opzettelijk worden verstoord of vernietigd. Wanneer als gevolg van de activiteiten toch dergelijke effecten optreden, dient ontheffing te worden aangevraagd. Ontheffing of vrijstelling kan in principe slechts worden ver- leend wanneer er geen andere bevredigende edigende oplossing bestaat en indien er geen afbreuk wordt gedaan aan de gunstige staat van instandhouding van de soort. Daarnaast moet er een bij wet genoemd belang gediend worden (waar onder bestendig beheer en onderhoud of ruimtelijke ontwikkeling). In de ontheffingsprocedure wordt er sinds 2005 een onderscheid gemaakt tussen een aantal categorieën beschermde soorten: 1. Algemeen beschermde soorten (tabel 1-soorten). Voor deze soorten geldt een vrijstelling voor werkzaamheden die vallen onder bestendig beheer en onderhoud, bestendig gebruik en ruimtelijke ontwikkelingen. 2. Zwaarder beschermde soorten (tabel 2-soorten). Voor deze soorten hoeft voor bovenge-e- noemde activiteiten geen ontheffing aangevraagd te worden, mits er gewerkt wordt volgens een door de Minister van LNV goedgekeurde gedragscode. Als er geen gedragscode is dan moet voor deze tabel 2 soorten ontheffing aangevraagd worden, waarbij de aanvraag zal vallen onder de lichte toets: geen aantasting van de duurzame instandhouding van de soort. 3. Strikt beschermde soorten (tabel 3-soorten). Deze categorie bestaat uit soorten die Nederland heeft aangewezen als strikt te beschermen (bijlage I AMvB) en uit soorten die op grond van de Habitatrichtlijn als zodanig moeten worden beschermd (Hr Bijlage IV-soorten). Als er negatieve effecten optreden op tabel 3-soorten, moet er vrijwel altijd ontheffing aangevraagd worden. De ontheffingsaanvraag voor strikt beschermde soorten valt onder de zware toets: geen alternatief, bij wet genoemd belang en geen afbreuk aan de gunstige staat van instandhouding van de soort. Vogels ten slotte vormen een aparte categorie waarvan de bescherming valt onder het strikte regime van tabel 3. Effecten op vogels doen zich vooral voor tijdens hun broedperiode. Voor de meeste soorten ligt die periode tussen 15 maart en 15 juli, maar deze periode ligt niet vast. Pagina 5 van 16

Wettelijk kader Sommige vogels broeden juist eerder of later. Daarnaast zijn de nesten of verblijfplaatsen van een aantal vogels jaarrond beschermd. Het gaat dan om soorten die bijvoorbeeld ook buiten de broedperiode van de verblijfplaats gebruik maken, of die jaarlijks naar hetzelfde nest terugke- ren. In 2009 heeft het ministerie van LNV (thans EL&I) als gevolg van uitspraken van de Raad van State het beoordelingskader voor ontheffingsaanvragen gen moeten veranderen. Vooral het punt dat voor de strikt beschermde soorten van Bijlage IV van de Habitatrichtlijn en voor vogels het belang ruimtelijke ontwikkelingen niet geldt als een bij wet genoemd belang, leidt tot het pro- bleem dat er voor dit type werkzaamheden geen ontheffing meer afgegeven kan worden wanneer er op die soorten negatieve effecten optreden. Het nu geldende beoordelingskader voorziet in de mogelijkheid van een positieve afwijzing van een ontheffingsaanvraag, wanneer uit de aanvraag blijkt dat er zodanige mitigerende maatregelen getroffen worden dat effecten volledig te niet gedaan kunnen worden. Het ministerie van EL&I geeft dan een beschikking af waarin de voorgestelde maatregelen worden goedge- keurd. (Brief Ministerie van LNV, Dienst Regelingen, 26-8-2009). 2.3 Natuurbeschermingswet De natuurbeschermingswet 1998 voorziet in bescherming van aangewezen gebieden: de Natu- ra 2000-gebieden. Voor die gebieden geldt dat er beheerplannen moeten worden gemaakt en dat er zonder toestemming van het bevoegd gezag geen activiteiten plannen of projecten mogen plaatsvinden in of in de nabijheid van het betreffende gebied die de natuurlijke kwaliteiten van dat gebied kunnen aantasten. Veel ruimtelijke ingrepen in of nabij een Natura 2000gebied zullen dan ook ok eerst getoetst moeten worden op de mogelijke gevolgen daarvan voor dat gebied. Er kan bijvoorbeeld beïnvloeding plaats vinden via het grondwater en/of op de relaties die dieren met elkaar of de beschermde gebieden onderhouden. n. De delen van de Runde in het plangebied liggen niet binnen 3 km van een Natura 2000 gebied en het is onwaarschijnlijk dat er sprake is van eterne werking. Dit toetsingskader is derhalve niet aan de orde. 2.4 Ecologische hoofdstructuur Het onderzoeksgebied maakt geen onderdeel uit van de Ecologische Hoofdstructuur (EHS) in Groningen. Het meest noordelijke deel van het plangebied ligt in de buurt van EHS gebied, maar wordt er van gescheiden door bebouwing en het Ter Apel kanaal (zie figuur 2.1). Toetsing aan het beleid van de EHS is zodoende niet nodig. Figuur 2.1 Begrenzing Ecologische Hoofdstructuur (bron: provincie Groningen Natuurbeheerplankaart 2012 Pagina 6 van 16

3 Natuurwaarden 3.1 Plangebied Het plangebied ligt ten zuiden van Ter Apel. Het plangebied ligt grotendeels in de provincie Gronin- gen. Het zuid(west)elijke deel, bestaande uit een aantal bosjes, bevindt zich in Drenthe. Het plangebied betreft de Runde met oevers en de Leidijk. Runde ligt in een gebied met een lande- lijk karakter, langs het water zijn bouw- en weilanden aanwezig en op het noordelijk deel de Ter Ape- ler woonwijk Burgemeester Beinsdorp. De totale lengte van de te onderzoeken delen van de Runde en de Leidijk bedraagt ruim 5 km bij een breedte variërend rend van circa 4 tot circa 50 m. 3.2 Bronnenonderzoek Het bronnenonderzoek heeft als doel een overzicht te krijgen van de beschikbare informatie met betrekking tot het voorkomen van beschermde soorten en gebieden in het plangebied en omgeving. Hierbij is gebruik gemaakt van diverse ecologische atlassen en internetbronnen ronnen zoals de Vissenatlas Groningen Drenthe 1980-2007 (Brouwer, T e.a., 2008), de site van RAVON, telmee.nl, zoogdieratlas.nl en de site van Avifauna Groningen. Op genoemde internetsites is gezocht op de periode 2007-2012. De beschermde soorten uit het literatuuronderzoek zijn, evenals de in het veld aangetroffen be- schermde soorten, vermeld in de samenvattende tabel in paragraaf 3.4. Uit het literatuuronderzoek is naar voren gekomen dat in het plangebied diverse algemeen (tabel 1 Ff wet) tot zwaarder (tabel 2) beschermde zoogdieren kunnen voorkomen en geen beschermde planten en vissen. Reptielen zijn in het uurhok waar het plangebied zich bevindt in het geheel niet waargenomen en van de amfibieën alleen twee algemeen beschermde soorten. 3.3 Resultaten veldinventarisatie Het veldbezoek is op 6 augustus 2012 uitgevoerd door de ecologen Ru Bijlsma en Rietje Klous van Grontmij. De temperatuur lag rond 20 C, zonnig met wolken en halverwege de middag flinke buien. De in de kopjes in paragraaf 3.2 vermelde nummers 1 t/m 10 van de deelgebieden zijn terug te vin- den op de kaart in bijlage 1. Bosje direct ten zuiden van de N366 (1) Het betreft een bosje langs de Runde en tussen de N366 (A.G. Wildervanckweg) en de Matenweg. Dit bosje bestaat uit es (doorsnede 20-35 cm), scherpe berk (15-25 cm), hazelaar, opslag gewone esdoorn, lijsterbes, veldesdoorn en zwarte els. Er is weinig onderbegroeiing aanwezig, plaatselijk staat grote brandnetel. Langs de noordrand van het bosje loopt na een schouwpad (gras, circa 5 m) een sloot waar de geplande nieuwe bocht van de Runde in uit komt. Noordelijk van de sloot ligt via een talud van circa 3 m hoogte de N366. In de sloot groeit veenwortel en brede waterpest. In het stukje Runde westelijk van het bosje is pijlkruid, riet en de tabel 1 Ff wet soort zwanebloem aange- troffen. Zuidelijk van N366: Oostoever Runde (2) De oostoever is belopen van noord naar zuid. Op het eerste gedeelte is een haas (tabel 1 Ff wet) waargenomen. In het meest noordelijk deel van de Runde groeit veel waterlelie. Ook is hier door- groeid fonteinkruid, kikkerbeet en stijve waterranonkel aangetroffen. Iets ten noorden van de dam is zwanebloem (tabel 1 Ff wet) aangetroffen. Verder is gele waterkers, gele lis en liesgras op het gehe- le traject aanwezig en plaatselijk mannagras (drijvend). Op diverse plaatsen langs oostoever is witte dovenetel, klaver, brandnetel, jacobskruiskruid, scherpe boterbloem, smalle weegbree, kamille, rol- Pagina 7 van 16

Natuurwaarden klaver, moerasvergeet-mij-nietje moerasvergeet nietje en dagkoekoeksbloem aangetroffen. aangetroffen Hemelsleutel is o op p één langlan gerekte plaats waargenomen. Iets verder zuidelijk groeit blauw glidkruid. Het schouwpad is voedselvoedse rijk, met onder andere ridderzuring, ridderzuring, kweekgras, scherpe boterbloem, hondsdraf, gewone berenklauw en brandnetel. Op het meest zuidelijke deel is veel riet aanwezig. Hier is een blauwe reiger waargewaarg nomen. Langs de westoever zijn grotendeels grotendeel dezelfde soorten aangetroffen en onder andere rolklaver, waw terzuring en duizendblad. Deze westoever wordt, met uitzondering van v de beboste delen aan de zuidkant niett afzonderlijk beschreven. zuidkant, Langss de oevers is waterjuffer waterjuffer spec, de vermoedelijk vroege glazenmaker en koolwitje gezien. Foto 1 Overzicht noordelijk deel Runde met pijlkruid en Foto 2 Overzicht ongeveer halverweg halverwege e met blauw glidkruid (rechtsonder) doorgroeid fonteinkruid op de oever Zuidelijk van N366: Westoever Runde ter plaatse plaatse van de zuidelijke bosjes (3) (3 Het eerste bosje uiterst zuidelijk blijft gehandhaafd, hier omvat de herinrichting alleen het schouwschou pad. Het bosje bestaat estaat uit hazelaar, meidoorn, Sali pentandra, pentandra, schietwilg, gelderse roos en verder is hier harig wilgenroosje, melde, akkerdistel, kleine vos, klein koolwitje, koolwitje, dagpauwoog en oranje zandoogje aanwezig. Langs het schouwpad is riet, gewone berenklauw, grote brandnetel, vlasbekje, duizendblad en fluitenkruid fluitenkruid aangetroffen. Verder zijn kleine vos en argusvlinder aangetroffen. De dwarssloot aan het einde van het bosje (noord) bevat watermunt, veel grote lisdodde en ook jaj cobskruiskruid, vlasbekje, wilgenroosje en liesgras. Het tweede bosje wordt water met een plas dras gedeelte. Dit bosje bestaat uit zoete kriek, lijsterlijste bes, berk, wilde roos, eik en meidoorn. De sloot aan de zuidzijde van dit bosje is een brede ruige sloot met akkerdistel, duizendblad en ook is blaassilene laassilene aangetroffen. De sloot aan de noordzijde wordt een zandpad en hier is holpijp, lisdodlisdo de en gele waterkers aangetroffen. aangetroffen Op dit gedeelte zijn hooibeestje, zwartsprietdikkopje, bont zandzan oogje, dagpauwoog, oranje zandoogje, koevinkje en de vermoedelijk vermoedelijk vroege glazenmaker aangetroffen. Het derde bosje bevat vooral zomereik, maar ook zoete kriek, roos en meidoorn (alles met kleinere doorsnede dan 10 cm). cm). Het bosje is vergelijkbaar met het tweede bosje. In de rand van het bosje en langs de waterloop zijn enkele eemplaren blaassilene aangetroffen. Verder is koolwitje gezien. Ook het vierde bosje is vergelijkbaar vergelijkbaar met de andere bosjes. bosjes. Hier is een koevinkje aangetroffen. Pagina 8 van 16

Natuurwaarden Foto 3 Eerste bosje met schouwpad e e Foto 4 Sloot tussen 2 en 3 bosje Zuidelijk van N366: Leidijk (4)) De Leidijk is een lage kade tussen twee sloten, sloten, die zichtbaar is als een geringe verhoging ten opo zichte te van de omringende percelen (gras westelijk en aardappelveld oostelijk). oostelijk). De kade bestaat met name uit engels raaigras, daarnaast daarnaast is hondsdraf, fluitenkruid, paardenbloem en langs de randen ook zeer veel jacobskruiskruid aanwezig. Meer noordelijk (vanaf de oude elzen) is het grasland van de kade soortenarmer, het gras is hier dominant met plaatselijk veldzuring en fluitenkrui fluitenkruid. d. De kade is hier ook iets hoger. Uiterst noordelijk, bij het maïsland is een atalanta waargenomen. In en naast de sloot langs de westzijde van de Leidijk groeit bastaardwederik, timotheegras, jacobsjacob kruiskruid, grote lisdodde, lisdodde, akkerhoornbloem, moerasvergeet-mij-nietje, moerasve nietje, paardenbloem en smalle weegbree Het meest noordelijke deel van deze sloot bevat gewone waterbies, pijlkruid, brede waweegbree. w terpest, grote egelskop en drijvend fonteinkruid en op de oever moerasandoorn. terpest, moerasandoorn. In en naast de sloot langs de oostzijde, een droge greppel, staat haagwinde, bastaardwederik, brandnetel, witte dovenetel, holpijp, gewone berenklauw, wilde bertram (zie foto), grote wederik, teute nisbloem Langs de sloot (ter hoogte van de dwarssloot tussen het nisbloem. he 3e en 4e bosje langs de Runde) staan twee oude elzen en iets noordelijker noordelijker nog een derde. Het meest noordelijke deel van deze sloot is watervoerend en bevat veenwortel, holpijp en uiterst noordelijk is het water bruin (kwel). Pagina 9 van 16

Natuurwaarden Foto 5 De Leidijk, gezien in noordelijke richting Foto 6 Wilde Betram bij oostelijke sloot Foto 7 Els langs oostelijk sloot (gezien in zuidelijke richting) Foto 8 Noordelijk watervoerend deel van oostelijke sloot met links de hier wat hogere kade Noordelijk van N366: N366: sloot langs de parallelweg N366 (5) (5 Het is een voedselrijke sloot met flab, brede waterpest en moeraswalstro. Langs de noordoever (grenzend aan maïsperceel) riet en gele waterkers. Langs de zuidoever, de wegberm, mannagras, fluitenkruid, rode klaver, smalle weegbree, duizendblad, scherpe boterbloem, witte dovenetel en geg wone berenklauw. berenklauw. Verder zijn hier waterjuffer waterjuffer spec.,, veel vroege glazenmaker en landkaartje waarwaa genomen. Pagina 10 van 16

Natuurwaarden Foto 9 Sloot langs de parallelweg van de N366 Noordelijk van N366: noordelijkste deel van de Runde (6) Het meest noordelijke deel van het Runde traject grenst aan de westzijde aan akkerland en aan de oostzijde aan een lelieveld. In en langs dit deel van de Runde is witte waterlelie lie, pijlkruid, glanzig fonteinkruid, riet, moerasspirea, moerasvergeet-mij-nietje, kleine egelskop, brandnetel, scherpe bo- terbloem, rode- en rolklaver, duizendblad, gewone waterbies, kattenstaart, haarfonteinkruid, water- zuring, gele plomp, grote lisdodde, grote waterweegbree, liesgras aangetroffen. Verder is het oranje zandoogje waargenomen en de gewone oeverlibel. Foto 10 Overzicht noordelijkste deel Runde met glanzig fonteinkruid en achteraan gele plomp Noordelijk van N366: Runde ter hoogte van Burgemeester Beinsdorp (7) Aan de oostzijde van dit gedeelte ligt een woonwijk. Aan beide zijden van De Runde zijn grasbermen aanwezig. Verder is brede waterpest, pijlkruid en riet aanwezig. Noordelijk van N366: Bosje en weiland waar vistrap is gepland (8) Oostelijk van de Runde en de hier langslopende weg is ter plaatse van het bosje en weiland een vistrap gepland. Het weilandje is omringd door bomen en langs de weg is hier een grazige wal aanwe- Pagina 11 van 16

Natuurwaarden zig met vlasbekje, eik, st. janskruid. Het bosje bestaat voor het grootste deel uit dunnere bomen (minder dan 10 cm doorsnede), zoals rode kornoelje, hazelaar, inlandse vogelkers, linde, krent, eik (doorsnede 25 cm) en es. Achter in het bos (oostzijde) staan een aantal dikkere bomen, waaronder een schietwilg. De ondergroei in het bos bestaat vooral uit vogelkers. Naast afval (hout, plastic, bakstenen, mogelijk asbesthoudende golfplaat) zijn ook resten van een egel aangetroffen. In het veld is een roepende geelgors gehoord. Foto 11 De wegberm, de wal met daarachter het weilandje Foto 12 Runde ter hoogte van het bosje Noordelijk van N366: vanaf de stuw tot Achtermaten 1 (9) De westoever, met noordelijk de stuw, is ruig en voedselrijk met kweekgras, brandnetel en kaukasis- che en gewone berenklauw. In de Runde is pijlkruid, waterpest en bij de stuw ook mannagras aan- wezig (foto). De oostoever heeft op het talud vooral scherpe boterbloem, grote brandnetel en paardenbloem en op het schouwpad kamille, vogelmuur, perzikkruid, rode klaver, brede weegbree, ridderzuring, harig knopkruid, herderstasje en veel zevenblad. In de Runde groeit liesgras, pijlkruid, grote egelskop, mannagras, riet en doorgroeid fonteinkruid. Op de brandnetels zijn zeer veel rupsen (> 50) van zeer waarschijnlijk de dagpauwoog (foto) aangetroffen angetroffen en verder een kleine vos. Foto 13 Ruige oever met mannagras bij de duiker Foto 14 Rupsen op brandnetel Pagina 12 van 16

Natuurwaarden Noordelijk van N366: Vanaf Achtermaten 1 tot de stuw bij Achtermaten 2 (10) Tijdens de inventarisatie van dit traject regende het flink. In de bermen veel melde, scherpe boter- bloem en ruige, voedselrijke taluds met kweekgras, rode klaver en brandnetel. In de Runde riet, gro- te waterweegbree en pijlkruid. Het in de bocht voorbij Achtermaten 1 geplande plas dras gebied is thans een aardappelakker. Meer zuidelijk is een graanakker aanwezig. In het achterland is een bui- zerd waargenomen. Bij de stuw is pijlkruid waargenomen. Foto 15 Runde en oevers vanaf Achtermaten 1 tot de bocht Foto 16 Runde en oevers voorbij de bocht (achtergrond graanakker) Pagina 13 van 16

Natuurwaarden 3.4 Samenvatting beschermde soorten literatuur en veldonderzoek Tabel 3.1 Samenvatting ng beschermde soorten Runde op basis van bronnen en veldonderzoek. Nederlandse naam Latijnse naam Flora- en faunawet Rode lijst Tabel 1 Tabel 2 Tabel 3 Planten - zwanebloem Botumus umbellatus - brede waterpest Zoogdieren Elodea canadensis (G) - egel Erinaceus europeus - eekhoorn Scirius vulgaris X - haas - hermelijn - konijn - mol - ree Lepus europeus Mustela erminea Oryctolagus cuniculus Talpa talpa Capreolus capreolus - steenmarter Martes foina - bosmuis - gewone bosspitsmuis - veldmuis - woelrat Apodemus sylvaticus Sore minutus Microtus arvalis Arvicola terrestris - rosse vleermuis - watervleermuis Vogels - alle soorten Amfibieën Nyctalus noctula Myotis daubentonii X - bruine kikker - gewone pad Vissen - geen Ongewervelden - geen Rana temporaria Bufo bufo Pagina 14 van 16

4 Toetsing 4.1 Voorgenomen ingrepen Onderhavig onderzoek is uitgevoerd in het kader van het herstel van de Runde in het landbouwgebied van Munnekemoer en De Maten. Het waterschap Hunze en Aa s is voornemens de oevers van de Runde natuurvriendelijk in te richten. Zowel op het noordelijk als op het zuidelijke deel worden nieuwe taluds aangelegd en plas-dras bermen gecreëerd. Zuidwestelijk wordt een drietal bredere plas-dras gedeeltes aangelegd, van elkaar en van de Runde gescheiden door een zandpad. Op het noordelijk deel wordt in een bocht een luw gedeelte aangelegd dat in verbinding staat met de Runde. Verder wordt er aan de zuidkant van Burgemeester Beinsdorp een vistrap aangelegd en is een vol- ledig geautomatiseerde stuw gepland. Tenslotte wordt de Leidijk hersteld en opgehoogd. 4.2 Toetsing 4.2.1 Toetsing Natuurbeschermingswet en EHS Tussen het plangebied en het noordoostelijk gelegen egen EHS gebied zit een barrière in de vorm van een woonwijk en een kanaal. De in het plangebied geplande ingrepen zullen daarom geen invloed hebben op het EHS gebied. (zie ook paragraaf 2.4). Natura 2000 gebieden bevinden zich niet in de nabije omgeving van het plangebied zodat ook hier geen beïnvloeding zal plaatsvinden (zie ook paragraaf 2.3). 4.2.2 Toetsing Flora- en faunawet Uit het voorliggende hoofdstuk blijkt dat naast vogels en een aantal zoogdieren binnen het plange- bied geen soorten voorkomen, die zwaarder beschermd zijn onder Flora- en faunawet (tabel 2 en 3). Wel komen er algemene soorten voor die vallen onder beschermingsregime van tabel 1 Ff-wet. Voor deze soorten geldt in het kader van ruimtelijke ingrepen een algehele vrijstelling van Flora- en fau- nawet. Vanwege de zorgplicht (art. 2 Ff-wet) dient echter ook met deze soorten rekening gehouden te worden bij de uitvoering van de werkzaamheden. Flora De meeste aangetroffen planten zijn niet beschermd onder de Ff-wet en komen ook niet voor op de Rode lijsten. Uitzondering is de licht beschermde (tabel 1) zwanebloem, aangetroffen op enkele plaatsen van het zuidelijk deel van de Runde (deelgebieden 1 en 2). Daarnaast is op diverse plaat- sen brede waterpest aangetroffen, die als gevoelige soort voorkomt omt op de Rode lijst. De geplande ingrepen richten zich op de oevers en niet zo zeer op de huidige waterloop, zodat de groeiplaatsen van de zwanebloem en brede waterpest in principe ongemoeid blijven. Indien er toch risico bestaat dat de groeiplaatsen verloren kunnen gaan, wordt aanbevolen de planten uit te steken/ uit te nemen en te verplaatsen naar een nabij gelegen niet beïnvloed gedeelte. Zoogdieren Uit het bureauonderzoek is naar voren gekomen dat in het uurhok waarin het plangebied zich be- vindt de strikt beschermde (tabel 3) vleermuissoorten rosse- en watervleermuis kunnen voorkomen. Verder kunnen de zwaarder beschermde soorten (tabel 2) eekhoorn en steenmarter voorkomen en diverse algemeen beschermde zoogdieren (tabel 1). Er zijn tijdens het veldbezoek geen (potentiële) vaste verblijfplaatsen van vleermuizen aangetroffen. Effecten worden in die zin niet verwacht. De Runde kan als migratieroute en jachtgebied voor de watervleermuis fungeren. Door de geplande plas drasgebieden en het koppelen van het noordelijk Pagina 15 van 16

Toetsing en zuidelijk deel van de Runde wordt het wateroppervlak vergroot, waardoor een gunstig effect zou kunnen optreden. Voor de overige zoogdieren in het plangebied en omgeving geldt dat de nieuwe inrichting een gerin- ge verandering van biotoop teweegbrengt: een aantal bosjes met bomen met een geringe doorsnede maken plaats voor plas drasgebieden, waardoor meer variatie komt in het plangebied. Negatieve effecten worden niet verwacht. Tijdens de (graaf)werkzaamheden dient er wel rekening ng mee gehou- den te worden dat er aan het einde van de dag geen diepere graafplekken met steile wanden open blijven liggen. Vogels Alle vogels genieten bescherming onder Flora- en faunawet. Verstoring van broedende vogels en broedsel is niet toegestaan. Verstoring van aanwezige broedvogels treedt op wanneer er tijdens de broedperiode werkzaamheden plaatsvinden. Binnen het plangebied kunnen broedende watervogels voorkomen. In de bosjes (deelgebieden 1, 3, 8) kunnen nesten van bijvoorbeeld zangvogels en soor- ten van ruigten verwacht worden. Enkele bomen ter plaatse van deelgebied 1 en 8 en de elzen langs de Leidijk (deelgebied 4) zijn, hoewel geen nesten van standvogels zijn waargenomen tijdens het veldbezoek, wel potentieel geschikt voor broedvogels. Als gezorgd wordt dat deze potentieel geschikte bomen, oostzijde deelgebied 8 en de elzen in deel- gebied 4, behouden blijven en daarnaast gewerkt wordt buiten het broedseizoen, kunnen negatieve effecten worden voorkomen. Vissen In het uurhok waar het plangebied invalt komen vele vissoorten soorten voor. Het betreft echter geen vissen die beschermd zijn onder de Ff-wet dan wel voorkomen op de Rode lijst. Amfibieën Binnen het plangebied is alleen het voorkomen van een tweetal algemeen beschermde soorten be- kend (tabel 1): gewone pad en bruine kikker. Dit vereist het werken volgens de algemene zorgplicht. Overige soorten Er zijn binnen het plangebied geen reptielen aangetroffen. Vlinders en libellen zijn wel aangetroffen, maar het betreft geen beschermde of Rode lijst soorten. 4.3 Conclusies en aanbevelingen Het plangebied ligt niet binnen de EHS en op grotere afstand van Natura2000 gebied, waardoor ge- plande herinrichting geen negatieve effecten zal hebben op deze gebieden. Verder is op basis van de aangetroffen en te verwachten soorten in het plangebied en de effecten van de geplande ingrepen op deze soorten een ontheffing van de Flora- en faunawet niet vereist. Wel dient zorgvuldig te worden gewerkt om eventuele negatieve effecten te voorkomen. Ook dienen onderstaande maatregelen in acht te worden genomen om te voorkomen dat de Flora- en faunawet alsnog wordt overtreden. Nagaan of groeiplaatsen van zwanebloem verloren kunnen gaan en zo ja dan zorgen dat deze op een zorgvuldige manier verplaatst worden; Bij kapwerkzaamheden in de diverse bosjes controleren op de aanwezigheid van nesten en ho- len en overwinterende soorten; De geplande herinrichtingmaatregelen buiten het broedseizoen uitvoeren; Het zoveel mogelijk sparen van de dikkere bomen. Waar dit niet mogelijk is het zeker stellen dat in betreffende boom geen nesten/holen voorkomen. Indien dit wel het geval is dient alsnog ont- heffing aangevraagd te worden. Aanbevolen wordt om ook op de groeiplaatsen van brede waterpest (Rode lijst) deze planten zono- dig te verplaatsen naar locaties in de omgeving waar geen werkzaamheden plaatsvinden. Dit is geen verplichting die voortvloeit uit de Flora- en faunawet. Pagina 16 van 16

Bijlage 1 Ligging deelgebieden

Bijlage 1 : Ligging deelgebieden