Veilig omgaan met cytostatica in de thuisomgeving. Informatiebrochure

Vergelijkbare documenten
Patiënteninformatie. Veilig omgaan met cytostatica in de thuiszorg

algemeen inwendige ziekten informatiebrochure Veilig omgaan met chemoproducten

Patiënteninformatie. Richtlijnen voor familie en patiënt in verband met excreta na chemotherapie

Aandachtspunten bij chemotherapie

daghospitaal oncologie en algemeen inwendige ziekten informatiebrochure Orale antikankertherapie

Maatregelen thuis na behandeling met chemotherapie. Afdeling Dagbehandeling beschouwend

VOORZORGSMAATREGELEN TIJDENS DE CHEMOTHERAPIE

Chemotherapie INTERNE GENEESKUNDE. Maatregelen thuis

Maatregelen thuis na chemotherapie

Maatregelen thuis na behandeling met chemotherapie

Maatregelen thuis bij de verzorging van uw kind na chemotherapie

Beschermende maatregelen na chemotherapie

Beschermende maatregelen thuis bij behandeling met chemotherapie

Cytostatica veiligheidsrichtlijnen voor thuis

U wordt behandeld met chemotherapie. Tijdens de periode van deze behandeling, zult u worden begeleid door de verpleegkundig consulent oncologie.

Cytostatica veiligheidsrichtlijnen voor thuis

Veilig omgaan met cytostatica in de thuiszorg

Longgeneeskunde. Cyclofosfamidekuur.

Behandelwijzer oncologie

De medicijnen komen in het bloed terecht. Via het bloed gaan de medicijnen door het hele lichaam.

Continue infusie 5FU. Informatiebrochure voor de thuisverpleegkundige

Blaasspoeling met Mitomycine

Maatregelen in het ziekenhuis bij de verzorging van uw kind tijdens en na chemotherapie

Veilig omgaan met cytostatica. Zo werk je prettiger!

Urologie. Blaasinstillatie met cytostatica of immuunmodulatoren

Bijlage 13: Protocol veilig omgaan met cytostatica voor schoonmaakwerkzaamheden

Elastomeerpomp. Informatiebrochure patiënten

Patiënteninformatie voor de behandeling met Revlimid (lenalidomide)

ELASTOMEERPOMP: HANDLEIDING VOOR PATIËNT EN THUISVERPLEEGKUNDIGE

Behandeling met radium-223 (Xofigo)

HANDLEIDING VOOR PATIËNT EN HUISVERPLEEGKUNDIGE

Chemotherapie in de thuiszorg 1 OKTOBER 2015 (L. VALCKE)

LONGGENEESKUNDE. Cyclofosfamidekuur BEHANDELING

nucleaire geneeskunde informatiebrochure Therapie met een lage dosis jodium 131

Infobrochure. Folfusor. Daghospitaal Tel: mensen zorgen voor mensen

Blaasinstillatie met cytostatica of immuunmodulatoren

PATIËNTEN INFORMATIE. Jodium 131-therapie

onbewaakte kopie Protocollenboek Voorbehouden en Risicovolle en Overige handelingen Hoofdstuk Veilig omgaan met cytostatica

Infobrochure. Folfusor. Daghospitaal Tel: mensen zorgen voor mensen

Infuusbehandeling met Cyclofosfamide

algemeen inwendige ziekten informatiebrochure Infusor Toediening van chemotherapie met een infuuspomp

Inname radioactieve i-131 pil (hoge dosis) N Jan Yperman Ziekenhuis Briekestraat Ieper

1.1. Inventaris van de diensten waar cytostatica mogen toegediend worden: In de ziekenhuizen worden op verschillende diensten cytostatica toegediend.

Blaasspoeling oncologisch

Blaasspoeling met cytostatica tijdens de opname na een blaasoperatie

Infusor. T +32(0) F +32(0) Campus Sint-Jan Schiepse bos 6. B 3600 Genk

Behandeling methotrexaat bij kanker

patiënteninformatie Zorgprogramma Oncologie Chemotherapie GezondheidsZorg met een Ziel

Chemotherapie via draagbare pomp

Behandeling met cyclofosfamide

U wordt behandeld met chemotherapie. Tijdens de periode van deze behandeling, zult u worden begeleid door de verpleegkundig consulent oncologie.

Methotrexaat (MTX) per subcutane injectie

Blaasspoeling met cytostatica tijdens de opname na een blaasoperatie

Hoofdstuk 3. Toedienen cytostatica. Paragraaf 3.3. Zalf en crème/tablet/drank. Werkblad Dermale toediening zalf of crème

Veilig werken met cytostatica en uitscheidingsproducten in de thuiszorg

Protocol Veilig Omgaan Met Cytostatica. voor schoonmaakwerkzaamheden

In f o b r o c h u r e. Th e r a p i e m e t e e n. l a g e d o s i s j o d i u m 131. Uw welzijn verdient onze beste zorg

Infusor : toediening van antibiotica met een infuuspomp. informatie voor patiënten

Patiënteninformatie. Therapie met FOLFUSOR

Blaasspoeling oncologisch

Blaasspoeling met BCG

Informatie over de behandeling met Imnovid (pomalidomide) voor mannelijke patiënten

De MRSA bacterie. Informatiebrochure patiënten

Oncologie Behandelwijzer chemotherapie

NUCLEAIRE GENEESKUNDE Lage dosis I-131 therapie

PIPAC: Verpleegkundige aandachtspunten op PAZA

Jodium 131 therapie. (Poliklinisch)

Cyclofosfamide (Endoxan ) infuus bij reumatische aandoeningen

Cyclofosfamide (Endoxan ) tabletten bij reumatische aandoeningen

DRBR0721. SIRT Selectieve Interne RadioTherapie

Inhoud. Therapie met Xofigo

Methotrexaat. Informatie en instructie over Methotrexaatinjecties in de thuissituatie. Wat is MTX? Wanneer mag u niet spuiten?

Pijnbestrijding met strontiumchloride

Patiënteninformatie. Therapie 5FU - FOLFUSOR

Infobrochure. Chemo. Bijwerkingen en veiligheidsmaatregelen thuis. mensen zorgen voor mensen

Therapie met een lage dosis jodium 131

Blaasspoeling (met Mitomycine)

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR GEBRUIKERS. DAKTOZIN 2,5 mg/150 mg pasta Miconazolnitraat en zinkoxide

Methotrexaat (MTX) bij de ziekte van Crohn

Antibioticaresistentie in de thuiszorg: Voorkom verspreiding van resistente bacteriën met de standaard (hygiëne)maatregelen!

De MRSA bacterie. Informatiebrochure patiënten

Protocol 3: Geneesmiddelen en Medisch Handelen 1 (GMMH) KDV t Sprookjesland

Blaasspoelen bij blaaspoliepen

Behandeling met fosfor-32 bij polycythaemia vera

Patiënteninformatie. Blaasspoeling met Mitomycine

Cyclofosfamide tabletten Endoxan

Instructie zelf toedienen methotrexaat (MTX) door patiënt of mantelzorger

Protocollen Voorbehouden, Risicovolle en Overige handelingen Hygiene en infectiepreventie 9

Blaasspoeling (met BCG)

Poortkatheter. Informatiebrochure

Methotrexaat (ledertrexate / emthexate) bij reumatische ziekten

Maag-Darm-Leverziekten. Instructie zelf toedienen van Methotrexaat (MTX)

Leefregels na behandeling met radioactief Jodium-131. Afdeling Nucleaire Geneeskunde

Selectieve Interne RadioTherapie (SIRT)

Inleiding Mitomycine blaasspoeling De operatie Voorbereiding De operatie Na de operatie... 2

Bloedtransfusie. Informatiebrochure

Gerrit Ponnet Hoofverpleegkundige oncologie

Blaasspoeling met cytostatica

Transcriptie:

Veilig omgaan met cytostatica in de thuisomgeving Informatiebrochure

Inhoudstafel INHOUDSTAFEL... 3 1 INLEIDING... 4 2 WAT IS CYTOSTATICA... 4 3 BLOOTSTELLING AAN CYTOSTATICA EN GEZONDHEIDSRISICO S... 5 4 SPECIFIEKE AANDACHTSPUNTEN... 6 4.1 Inzake handschoenen... 6 4.2 Inzake toedienen cytostatica in de thuiszorg... 6 4.2.1 Per os... 6 4.2.2 Intraveneus... 7 4.2.3 Zalf of crème... 7 4.2.4 Subcutaan of intramusculaire toediening... 8 4.3 Inzake omgaan met de afvalproducten... 8 4.3.1 Gebruik van handschoenen... 8 4.3.2 Gebruik van het toilet... 9 4.3.3 Braaksel, wondvocht en bloed... 9 4.3.4 Overige uitscheidingsproducten...10 4.3.5 Besmet linnen, beddengoed en kleding...10 4.3.6 Lichamelijk contact zoals bij hygiënische zorgen...10 4.3.7 Lichamelijk contact en seksualiteit...10 4.3.8 Zwangerschap en borstvoeding...10 5 CONTACTGEGEVENS... 11 6 NOTITIES... 12 Informatiebrochure: veilig omgaan met cytostatica 3

1 Inleiding Binnen de muren van het ziekenhuis worden continu vele maatregelen getroffen om op een veilige manier om te gaan met cytostatica, voor de patiënt zelf, maar ook voor de zorgverlener die hieraan dagelijks wordt blootgesteld. Met deze brochure bieden we een antwoord op de vraag hoe u veilig kan omgaan met cytostatica en afvalproducten (in urine, stoelgang, zweet, speeksel, bloed, sperma en vaginale vochten) in de thuisomgeving. We willen u een samenvatting bieden van de mogelijke maatregelen en tips die u kan nemen om niet alleen uzelf, maar ook uw gezin en uw zorgverleners te beschermen tegen de schadelijke invloeden van cytostatica. Het is onmogelijk om alle details hier overzichtelijk te beschrijven. Elk product heeft immers andere toxische eigenschappen en aparte kenmerken. We geven u een overzicht van de meest voorkomende vragen die we van patiënten en medewerkers vernamen. Indien u bijkomende vragen heeft, aarzel niet om de arts of verpleegkundige in het ziekenhuis aan te spreken. De contactgegevens vindt u achteraan in deze brochure. 2 Wat is cytostatica Cytostatica zijn geneesmiddelen die de cellen verhinderen om verder te delen. Op deze manier kunnen cellen niet meer groeien of zich verspreiden in het lichaam en uiteindelijk sterven deze cellen af. Cytostatica zijn het meest bekend in hun behandeling van kanker. Ze worden echter ook in lage doseringen gebruikt als behandeling bij niet-kwaadaardige aandoeningen bv. reumatische aandoeningen. Cytostatica die gebruikt worden voor de behandeling van kanker, noemt men chemotherapie. Er zijn meerdere soorten cytostatica naargelang de soort kanker die het hoort te bestrijden. Elk type cytostaticum werkt op een eigen specifieke manier. Vandaar dat soms een omschakeling naar een ander type nodig is tijdens het verloop van de behandeling. Cytostatica komen na toediening in het bloed terecht en zo in het volledige lichaam. Daardoor kunnen ook normale, gezonde cellen worden beschadigd en dat veroorzaakt bijwerkingen. Meestal is de schade tijdelijk en herstellen de gezonde cellen zich vanzelf, maar dat is niet altijd het geval. Cytostatica kunnen alleen worden gebruikt, of in combinatie met elkaar om een versterkend effect te bekomen. 4 Informatiebrochure: veilig omgaan met cytostatica

3 Blootstelling aan cytostatica en gezondheidsrisico s Gezien cytostatica ook schadelijk zijn voor gezonde cellen, vooral snel delende cellen, komen gezonde mensen hiermee best zo weinig mogelijk in aanraking. Cytostatica hebben immers een schadelijk effect op meerdere vlakken bij herhaaldelijke blootstelling. Bij direct contact met de huid kunnen deze producten huidletsels en irritaties veroorzaken. Bovendien zijn cytostatica mutageen, teratogeen en carcinogeen:» Mutageen betekent dat cytostatica het erfelijk materiaal van onze cellen beschadigen (dus ook gezonde cellen bij gezonde mensen) en in combinatie met andere stoffen kunnen zij op hun beurt kanker veroorzaken.» Teratogeen betekent dat cytostatica schadelijk zijn voor het ongeboren kind en dus op die manier voor zwangere vrouwen.» Carcinogeen betekent dat bepaalde cytostatica op zich een kankerverwekkend effect hebben in bepaalde concentraties en bepaalde situaties. Het is van groot belang dat iedereen die met cytostatica in contact komt zorgvuldig handelt, voor de eigen veiligheid en die van anderen. Blootstelling aan cytostatica en de afvalproducten mag niet langer dan strikt noodzakelijk zijn. De gezondheidsrisico s zijn heel moeilijk in te schatten, gezien de schadelijke gevolgen van het in contact komen met zeer lage dosissen cytostatica enerzijds moeilijk meetbaar is en anderzijds moeilijk vast te stellen. Vandaar dat vanuit het ziekenhuis een risicoperiode wordt bepaald waarin per product aandacht moet worden geschonken aan de nodige veiligheidsmaatregelen. In de thuiszorg kan men op verschillende manieren worden blootgesteld aan cytostatica. We spreken van direct contact door directe aanraking met de cytostatica zelf, hetzij de vloeistof, hetzij de pilvorm. Cytostatica worden in het lichaam afgebroken en de resten verlaten ons lichaam als afvalproduct via urine, stoelgang maar ook via zweet, speeksel, bloed, vaginale vochten en sperma. Niet alleen de partner, maar ook de professionele zorgverlener kan met deze afvalproducten in aanraking komen bv. bij verversen van bedlinnen of ledigen van toiletstoel. Deze afvalstoffen zijn slechts enkele dagen aanwezig in onze afvalproducten, afhankelijk van het soort cytostaticum. Uw arts of verpleegkundige in het ziekenhuis zal u meedelen hoe lang dit bij u het geval is. Wanneer u niet weet hoe lang de risicoperiode is, raden wij aan om als standaard 7 dagen na het stoppen van de toediening van het cytostaticum te hanteren. Informatiebrochure: veilig omgaan met cytostatica 5

4 Specifieke aandachtspunten 4.1 Inzake handschoenen Het is van groot belang om steeds nitril gecoate handschoenen te gebruiken bij cytostatica. Gewone niet-latex handschoenen laten bepaalde schadelijke bestanddelen van cytostatica door en bieden daardoor onvoldoende bescherming. 4.2 Inzake toedienen cytostatica in de thuiszorg Niet alle cytostatica worden volledig in het ziekenhuis toegediend. Steeds meer gaan patiënten naar huis om daar hun behandeling verder te zetten. In de thuiszorg worden cytostatica onder verschillende vormen toegediend: 4.2.1 Per os = in pilvorm, tabletten, dragees en capsules.» Neem, indien mogelijk, uw medicatie zelf in.» Als patiënt hoeft u geen handschoenen aan te doen, maar was wel grondig uw handen na aanraking met het cytostaticum.» Vermijd rechtstreeks contact met het cytostaticum: druk de tabletten uit de verpakking rechtstreeks in uw mond of rechtstreeks in een medicatiepotje.» De tabletten niet breken, dit geeft immers stofvorming en dan kan u via inhalatie in contact komen met de cytostatica.» De cytostatica bewaren in de originele verpakking op een droge plaats op kamertemperatuur en buiten bereik van kinderen.» Wanneer medicatie op voorhand wordt klaargelegd in medicatiebakjes, gebruik dan afgesloten doosjes.» Breng overgebleven tabletten terug mee naar het ziekenhuis bij uw volgend bezoek. Gooi ze nooit in de vuilnisbak en spoel ze nooit door in toilet of lavabo. Specifieke aandachtspunten voor de zorgverlener:» Was uw handen en draag nitril wegwerphandschoenen die u na contact met de cytostatica weggooit.» Vermijd rechtstreeks contact met het cytostaticum.» Bij toediening aan de patiënt: druk de tabletten uit de verpakking rechtstreeks in de mond van de patiënt of rechtstreeks in een medicatiepotje. 6 Informatiebrochure: veilig omgaan met cytostatica

4.2.2 Intraveneus = rechtstreeks in de bloedbaan via een katheter en altijd via een volledig gesloten pompsysteem. Bij intraveneuze toediening in de thuiszorg beperkt de taak van de zorgverlener zich tot het toezicht houden op het pompsysteem. Specifieke aandachtspunten voor de zorgverlener:» Controleer steeds het insteekpunt aan de poortkatheter.» Wees bedacht op lokale reacties ter hoogte van insteekplaats, infecties, extravasatie» Gelieve zo weinig mogelijk te manipuleren aan het verband. Indien toch manipulatie nodig is, draag nitril handschoenen.» Indien er onzekerheid is over het correct inlopen van de cytostatica, gelieve contact op te nemen met het ziekenhuis; hetzij de arts, hetzij de verpleegkundigen of onco-coaches.» Voor de specifieke werking van elastomeerpompen verwijzen we naar de specifieke brochure hierover.» Wat te doen bij extravasatie? o Stop onmiddellijk de toediening. o Steeds met nitril handschoenen manipuleren! o Laat de katheter ter plaatse, maar zet de klem dicht. o Leg geen occlusief verband aan. o Laat de patiënt onmiddellijk naar het ziekenhuis gaan en verwittig dat de patiënt op komst is. o Verwijder eventuele bevuilde kledij en behandel deze zoals verder beschreven. o Leg eventueel extra absorberende kompressen op of rond het insteekpunt. 4.2.3 Zalf of crème Wordt vooral in dermatologische aandoeningen gebruikt en meestal op voorschrift van de huidspecialist.» Bij het aanbrengen van zalf of crème gebruikt u steeds nitril handschoenen.» U trekt de nitril handschoenen binnenstebuiten uit en gooit deze onmiddellijk in de vuilnisbak.» Neem voldoende persoonlijke beschermingsmaatregelen zodat de zalf of crème niet op kledij wordt gemorst. Informatiebrochure: veilig omgaan met cytostatica 7

4.2.4 Subcutaan of intramusculaire toediening Via spuitjes door de verpleegkundige. Aandachtspunten voor de zorgverlener:» Gebruik steeds nitril handschoenen.» Zorg voor een naaldcontainer binnen handbereik.» Gebruik een luer-lock spuit en schroef de naald in een draaiende beweging op de spuit.» Houd rekening bij het optrekken van cytostatica in opgeloste poedervorm met de drukverschillen in de flacons zodat spatten worden voorkomen.» Bij het klaarmaken van de medicatie kunnen accidenteel spatten ontstaan. Dit dient uiteraard ten allen tijde worden vermeden. Spatten worden best eerst drooggedept, met aandacht voor het niet verder openwrijven van de spatten. Nadien wordt het werkblad waarop werd gemorst best nog gereinigd met een sopje van warm water met een reinigingsmiddel.» Ontlucht nooit de spuit uit voorzorg, zodat risico op morsen van cytostatica tot een minimum wordt herleid.» De spuit nooit recappen en deze onmiddellijk deponeren in de naaldcontainer die in de dichte werkomgeving staat.» Bij prikaccidenten steeds het wondje overvloedig laten bloeden en de huisarts verwittigen. 4.3 Inzake omgaan met de afvalproducten 4.3.1 Gebruik van handschoenen Het gebruik van handschoenen is verplicht bij gebruik van cytostatica en de afvalproducten ervan. Met de handschoenen waarmee u in aanraking komt met deze producten, raakt u zo weinig mogelijk andere dingen aan en u trekt de handschoenen altijd binnenstebuiten uit. Bij langdurige blootstelling wisselt u best meerdere keren van handschoenen. Vermijd dat deurknoppen, telefoon, wasmachine, maar ook bv. de verpakking van de medicatie besmet worden met cytostatica. Bij twijfel, wast u de items die zijn aangeraakt af met een zeepoplossing. We raden aan om afval steeds in een dubbele afvalzak te deponeren. Belangrijk is om daarbij de lucht niet uit de zak te willen duwen om dampverspreiding of besmette luchtpartikels niet in het aangezicht te krijgen. 8 Informatiebrochure: veilig omgaan met cytostatica

4.3.2 Gebruik van het toilet Na gebruik van het toilet spoelt u best altijd 2 keer door met gesloten deksel. We raden ook aan om steeds al zittend te plassen om spatten te vermijden. Het toilet dient dagelijks te worden gereinigd met een alkalische zeep (de gewone huishoudelijke poetsproducten zijn alkalisch). Indien men over 2 toiletten beschikt, reserveert u best 1 toilet voor de patiënt. Het andere toilet kan door de andere leden van het gezin worden gebruikt. Bij gebruik van een toiletstoel, bedpan, urinaal, katheterzak ledigt u deze best onmiddellijk na gebruik in het toilet. Giet hierbij de inhoud langs de rand van het toilet om spatten te vermijden. Wend steeds het gezicht af. Ook nu weer het toilet 2 keer doorspoelen met gesloten deksel. Als u vermoedt dat er urine of dergelijke is gespetterd, reinig de bril en het deksel met een zeepoplossing. Bedpan, urinaal of toiletstoel dienen na gebruik veelvuldig te worden nagespoeld met koud water. Bij incontinentie steeds de matras en het kussen beschermen met een plastiek hoes of ondoordringbare doek. Haal het bed af met nitril handschoenen en maak de matras huishoudelijk schoon. Draag ook nitril handschoenen bij het verschonen van incontinentiemateriaal bv. een luier en steek bevuild incontinentiemateriaal onmiddellijk in een aparte zak. Bij gebruik van een verblijfskatheter dient de urinezak dagelijks vernieuwd te worden, gebruik ook hierbij steeds nitril handschoenen. Deponeer alle wegwerpmaterialen rechtstreeks in een vuilniszak die u onmiddellijk dichtknoopt, deponeer deze in een dagelijks te verversen extra vuilniszak en sluit opnieuw goed af. 4.3.3 Braaksel, wondvocht en bloed Wij adviseren om thuis rechtstreeks in het toilet te braken zodat het braaksel meteen kan worden doorgetrokken. Als dit niet mogelijk is, gebruik dan zoveel mogelijk wegwerpmateriaal. Zorg voor voldoende tissues in de directe omgeving. Verwijder braaksel altijd rechstreeks in het toilet en spoel door. Was onmiddellijk erna goed de handen. Bij wondverzorging en stomazorg steeds nitril handschoenen dragen. Draag eveneens een beschermende overschort wanneer er kans is op spatten. Maak gebruik van onderleggers of beschermende velden om de omgeving en kledij te beschermen. Deponeer alle wegwerpmateriaal in een aparte zak en gooi deze nadien onmiddellijk in de vuilniszak. Verwissel deze vuilniszak dagelijks en sluit goed af. Informatiebrochure: veilig omgaan met cytostatica 9

4.3.4 Overige uitscheidingsproducten De concentratie en hoeveelheden cytostatica die zich in bv. speeksel en tranen bevinden, zijn zo laag, dat extra bescherming niet nodig is. Het is voldoende om hygiënisch te werken. 4.3.5 Besmet linnen, beddengoed en kleding Hier bedoelen we linnen, beddengoed en kleding die tijdens de risicoperiode bevuild is met urine, ontlasting, braaksel, overmatig zweet of wondvocht. Zet allereerst de deur van de wasmachine open. Haal daarna het beddengoed af met handschoenen aan en stop het beddengoed meteen in de wasmachine. Trek daarna onmiddellijk uw handschoenen binnenstebuiten uit en pas dan sluit u de deur van de wasmachine. Het besmette wasgoed wast u best met een koud spoelprogramma, gevolgd door een volledig wasprogramma dat geschikt is voor het betreffende wasgoed. Na het koude spoelprogramma mag de was van de rest van het gezin wel toegevoegd worden aan de wasmachine. Als het besmette wasgoed niet onmiddellijk kan worden gewassen, bewaar het dan in een aparte gesloten zak, apart van het andere wasgoed. 4.3.6 Lichamelijk contact zoals bij hygiënische zorgen Gebruik handschoenen bij het toedienen of helpen van hygiënische zorgen. Draag een beschermende ondoordringbare overschort als er risico op spatten is. 4.3.7 Lichamelijk contact en seksualiteit Intiem contact tussen mensen zoals knuffelen, een zoen geven, hebben doorgaans geen schadelijke gevolgen. Het is niet met zekerheid gekend in hoeverre cytostatica worden opgenomen in het sperma of in het slijmvlies van de vagina. Daarom wordt geadviseerd om gedurende de risicoperiode bij het vrijen altijd een condoom te gebruiken. Dit om eventuele besmetting van de partner en/of zwangerschap te voorkomen. 4.3.8 Zwangerschap en borstvoeding Wanneer de eerder vermelde voorzorgsmaatregelen worden gehanteerd, hoeft u niet bang te zijn voor schadelijke gevolgen. 10 Informatiebrochure: veilig omgaan met cytostatica

5 Contactgegevens Indien u nog bijkomende vragen heeft kan u zich richten tot uw arts of verpleegkundige. U kan ook de oncocoach contacteren. Dienst Patiëntenbegeleiding Tel. 09 310 07 27 Informatiebrochure: veilig omgaan met cytostatica 11

6 Notities 12 Informatiebrochure: veilig omgaan met cytostatica

Versie: 25-06-2019 Geldig tot: 25-06-2022 1165-VP-WI-A5-RVBK Informatiebrochure: veilig omgaan met cytostatica 13