BPS32 / BPS32Y Thermostatische condenspot - Drukevenwicht - RVS

Vergelijkbare documenten
INSTALLATIE en ONDERHOUD Wijzigingen voorbehouden

MST21 Thermostatische Instrument tracer condenspot

BPC32 / BPC32Y / BPC32F / BPC32CV / BPC32CVF / BPC32YCV / BPC32YCVF Thermostatische condenspot - Drukevenwicht - Staal PN40

A3S Klepafsluiter - Balgmembraan - ANSI

M21Si / M21Vi Kogelafsluiters DN15 tot DN150

INSTALLATIE en ONDERHOUD Wijzigingen voorbehouden

F12 / F14HP / F16 / F16L / F16HP Filter

S1 / S2 / S3 / S5 / S6 / S7 / S8 / S12 / S13 Waterafscheider

BTM7 / BTS7 / BTS7.1 Thermostatische condenspot - RVS

SGC40 / SGS40 Kijkglas

EPM1 / EPM2 Elektronische pompmonitor

AE44 / AE44S Ontluchter voor vloeistoffen

200 Gietijzeren klokvlotterkondenspot

CAS14 Condenspot voor lucht en gassen - RVS

AE30 Automatische ontluchter voor water

HM / HM34 Klokvlottercondenspot

INSTALLATIE en ONDERHOUD Wijzigingen voorbehouden

S / SF Klokvlottercondenspot

FTC32 Gesloten vlottercondenspot - Staal (DN15-DN20)

SSC20 Staalnamekoeler - Sanitair

LCV3 / LCV4 / LCV6 / LCV7 Terugslagkleppen

LSB3 / LSB4 Schakeldoos voor pneumatische servomotor BVA

BM / BX / KA / KB / KC / KX Autonome tweeweg temperatuurregelklep

TD120M Thermodynamische condenspot

SRV66 Drukreduceertoestel - Clean Steam

PC10HP Leidingconnector

AE44 / AE44S / AE46 / AE46S Ontluchter voor vloeistoffen

TDC46M / TDS46M / UTDS46M Thermodynamische condenspot

TD42 Thermodynamische condenspot

M70i / M80i Kogelafsluiter - Roestvast staal - Zuivere stoom

F7 / F33 / F34 / F34HP / F36 / F36HP / F3616 / F37 / F3716 Filter

HP45 BYVAP bimetaalcondenspot - PN150

INSTALLATIE en ONDERHOUD Wijzigingen voorbehouden

SRV2S Drukreduceertoestel

BRV71 / BRV73 Drukreduceertoestel

INSTALLATIE en ONDERHOUD Wijzigingen voorbehouden

FTS14 Gesloten-vlotter condenspot - RVS

FT14 / FT14HC Gesloten-vlottercondenspot (1"HC,1"1/4,1"1/2 en 2")

FT44 Gesloten vlotterkondenspot (DN15 tot DN50)

130 / HL10 Temperatuurbegrenzer - Autonoom werkend

FT44 Koolstofstaal Gesloten vlotterkondenspot (DN15 tot DN50)

PA20 Voorversterker voor niveauregelaar LP20

EL2270 / EL2271 Temperatuurtransmitter

MFP14-PPU Automatische pompset

CP30 Geleidbaarheidssonde

FT46 Gesloten-vlottercondenspot - RVS - DN15 tot DN50

BRV2S / BRV2P Drukreduceertoestel

FT43 / FT44 / FT46 / FT47 Gesloten vlottercondenspot

BSA / BSAT Klepafsluiter - Balgmembraan klepsteeldichting

LCV3 / LCV4 / LCV6 / LCV7 Terugslagklep

PF5 / PF6 Pneumatische afsluiter met schuine spindel

SV60 / SV60H Veiligheidsklep

PF51G Pneum. afsluiter met schuine spindel - Brons

INSTALLATIE en ONDERHOUD Wijzigingen voorbehouden

STS17.2 Compacte ontwateringspost - RVS

INSTALLATIE en ONDERHOUD Wijzigingen voorbehouden

LP31 Zelfcontrolerende niveausonde

CSF16 Filter in roestvast staal

FT14 / FT14HC Gesloten-vlottercondenspot (1"HC,1"1/4,1"1/2 en 2")

BCV Deconcentratie Spuiklep

BDV1 / BDV2 Ontlastingsklep

M21Si / M21Vi Kogelafsluiters - Eéndelig - Gereduceerde doorlaat DN15-DN150

FT46 Gesloten-vlottercondenspot - RVS - DN15 tot DN50

SVL488 Veiligheidsklep - Veerbelast - RVS - Clean Service

KBV21i / KBV40i Bodemspuiafsluiter

CP32 Geleidbaarheidssonde

INSTALLATIE en ONDERHOUD Wijzigingen voorbehouden

PC3 / PC4 Leidingconnector

SDP143 Overstortregelaar

BSA / BSAT Balgmembraan klepafsluiter

CSF16 / CSF16T Filter in roestvast staal - stoom

ABV21i / ABV40i Pneumatische bodemspuiafsluiter

PF6 Pneumatische afsluiter met schuine spindel - RVS

LP10-4 Conductieve niveausonde

DRV4 Stalen Drukreduceerventiel

MFP14-PPU Automatische pompset

CP32 Geleidbaarheidssonde

SI20 / SI40 Stoomluchtbevochtiger

APT14 / APT14HC / APT14SHC Gesloten vlotter pompcondenspot

LE / LF / LL / KE / KF / KL Spira-Trol Tweeweg Regelklep

QLM / QLD Drieweg regelklep - DN125 tot DN200 INSTALLATIE en ONDERHOUD

VISCO / VISCOROL Magnetisch peilglazen

MSC Manifold voor stoom en condensaat

37D / 37DE Temperatuurregelaar

BVA300 Pneumatische servomotoren. Installatie- en onderhoudsinstructies

M21Si / M21Vi Kogelafsluiters - Eéndelig - Gereduceerde doorlaat DN15-DN150

PA420 Voorversterker voor niveauregelaar LP20

PN9000 Pneumatische servomotor voor Spira-Trol regelkleppen

ABV21i / ABV40i Pneumatische bodemspuiafsluiter

DEP Overstortregelaar-tegendrukregelaar

DP143 / DP143H / DP143G / DP143Y Drukreduceertoestel - servogestuurd

DRV4 Stalen Drukreduceerventiel

SV60 Veiligheidsklep

DRV / DRVG Direct Werkend Drukreduceertoestel

KE(A) / KF(A) / KL(A) SPIRA-TROL TM 2-wegregelkleppen (EN / ASME)

37D / 37DE Temperatuurregelaar

DRV7 Nodulair gietijzeren drukreduceerventiel

DP163 / DP163G Drukreduceertoestel

GILFLO-ILVA Transducer

DEP4 Stalen overstortregelaar-tegendrukregelaar

Transcriptie:

IM-P005-04 CMGT-BEn-04 4.4.2.110 Thermostatische condenspot - Drukevenwicht - RVS BPS32 BPS32CV en BPS32YCV 1. Algemene veiligheidsinformatie De veilige werking van dit toestel kan slechts worden gewaarborgd als het correct is geïnstalleerd, opgestart en onderhouden door gekwalificeerd personeel (zie Veiligheidsinstructies op het einde van dit document). Ook moet de algemene code van goede praktijk bij buisleidinginstallaties, het gebruik van de juiste werk- en veiligheidsapparatuur gevolgd worden. Opgelet: De dekselpakking bevat een dunne roestvrijstalen steunring ter versteviging. Deze kan verwonding veroorzaken wanneer er niet zorgvuldig mee omgesprongen wordt. 2. Algemene productinformatie 2.1. Beschrijving De BPS32 en BPS32Y zijn roestvrijstalen, reviseerbare, thermostatische condenspotten van het drukevenwichtsprincipe met rechte aansluitingen. De BPS32 heeft een geïntegreerde platte zeef en de BPS32Y heeft een geïntegreerde, cylindrische Y-type zeef. Alle drukhoudende onderdelen zijn vervaardigd door TÜV-gekeurde leveranciers en dit volgens AD-Merkblatt WO/TRD100. Beide types zijn bestand tegen waterslagen zijn beschikbaar in volgende uitvoeringen: Standaard uitvoering BPS32 en BPS32Y Met STD element BPS32CV en Met STD element Op aanvraag ook BPS32YCV en terugslagklep Noot: Bij bestelling steeds type vulling van element vermelden. Vulling van het element en werking: Standaard capsule gemarkeerd met STD voor werking op benaderend 12 C onder de verzadigde stoomtemperatuur. Optioneel De capsule kan voorzien worden voor een onderkoelde werking SUB op benaderend 24 C onder de verzadigde stoomtemperatuur en near-to-steam NTS werking op benaderend 6 C onder verzadigde stoomtemperatuur. Normen Dit product is volledig conform de Europese Richtlijn aangaande Drukapparatuur 97/23/EC. Certificatie Dit product is beschikbaar met certificaat volgens EN 10204 3.1. Nota: Alle gewenste certificatie dient uitdrukkelijk te worden gespecifieerd bij het plaatsen van de bestelling. Nota: voor meer informatie, zie de technische fiche TI-P005-03. 2.2. Diameters en aansluitingen ½, ¾ en 1 geschroefd BSP of NPT, socket weld volgens BS 3799 en butt weld volgens EN 12 627. DN15, DN20 en DN25 standaard geflensd volgens EN 1092 PN40, ANSI B 16.5 Class 150 en 300, JIS/KS 10K en JIS/KS 20K 2.3. Druk- en temperatuursgrenzen Temperatuur ( C) BPS32Y Stoom curve Druk (bar eff.) Het product mag niet gebruikt worden in deze zone. Het product mag niet gebruikt worden in deze zone gezien schade aan interne onderdelen zou kunnen optreden. A B Geschroefd, socket weld, butt weld en geflensd ANSI 300 A C Geflensd EN 1092 PN40 A D Geflensd JIS/KS 20K A E Geflensd ANSI 150 F G Geflensd JIS/KS 10K Ontwerpvoorwaarden van het huis PN40 PMA Maximum toegelaten druk 50 bar eff. @ 50 C TMA Maximum toegelaten temperatuur 400 C @ 35 bar eff. Minimum toegelaten temperatuur -300 C PMO Maximum werkdruk voor verzadigde stoom 32 bar eff. TMO Maximum werktemperatuur 281 C @ 32 bar eff. Minimum werktemperatuur 0 C Nota: Voor lagere temperaturen, consulteer Spirax Sarco Koudwaterdrukproef 75 bar eff. INSTALLATIE en ONDERHOUD Wijzigingen voorbehouden

3. Installatie Opgelet: Lees eerst de Algemene Veiligheidsinformatie vooraan en de "Veiligheidsinstructies" achteraan in dit document vooraleer met de installatie en/of enig onderhoud aan te vatten. Verzeker er u van dat het toestel geschikt is voor de toepassing aan de hand van de naamplaat en de technische fiche: 3.1 Verifieer de materiaalgeschiktheid, de maximum en minimum toelaatbare werkdruk en werktemperatuur in onderlinge combinatie. Indien de maximum gebruikslimieten van het product lager zijn dan het systeem waarin het gemonteerd is, of wanneer een defecte werking van het product tot een gevaarlijke overdruk of overtemperatuur kan leiden, dan moet het systeem voorzien worden van een overdruk en/of overtemperatuurbeveiliging. 3.2 Neem kennis van het systeem waarin het toestel zal ingebouwd worden. Verzeker u van de juiste stroomrichting van het fluïdum. 3.3 Verwijder alle beschermingskappen van de aansluitingsopeningen en de beschermfolie van de naamplaatjes waar nodig, vooraleer te installeren op een stoom- of andere hogetemperatuurstoepassing. 3.4 Monteer de condenspot, met de doorstroming in de zin van de pijl op het huis, in een verticale of horizontale leiding. Voorzie net voor de condenspot een valleiding van 150 mm (zie figuur). Opmerking: zonder valleiding, kan, bij lage belastingen, stoom over het condensaat stromen, de condenspot bereiken en een stoomstop veroorzaken. 3.5 Monteer steeds een terugslagklep na een condenspot die afblaast in een condensaatleiding met tegendruk. Meestal wordt die tegendruk veroorzaakt door een stijgende condensaatleiding. De terugslagklep voorkomt dat de stoomruimte volstroomt wanneer de inlaatdruk wordt gereduceerd of afgesloten. Een terugslagklep Spirax-Sarco, type DCV41 is hiervoor uiterst geschikt (zie figuur). 3.6 Indien de condenspot afblaast naar de atmosfeer is het aan te raden een diffuser te plaatsen aan de uitlaatzijde van de condenspot. Dit reduceert elk probleem van geluid en erosie door de hogesnelheidsafvoer te dempen. Zie TI-P155-02 voor meer informatie. 3.7 De nodige afsluiters dienen te worden geïnstalleerd om een veilig onderhoud en vervanging van de condenspot toe te laten. 3.8 Open de afsluiters steeds langzaam en geleidelijk tot de normale werkingsomstandigheden zich hebben ingesteld. 3.9 Controleer op lekken en normale werking. 3.10 Laat voldoende vrije ruimte boven het deksel voor onderhoud. De minimaal benodigde vrije afstand voor het verwijderen van het deksel is 37 mm. De minimaal benodigde afstand voor het verwijderen van de zeefdop (BPS32Y) is 28 mm. 3.11 Lassen in de leiding: Het element (capsule) hoeft niet verwijderd te worden op voorwaarde dat de elektrische booglasmethode wordt gebruikt. Voor de specifieke lasprocedures, consulteer de relevante nationale en internationale lasnormen. Noot: Zorg dat de afblaas naar atmosfeer op een veilige manier gebeurt. De temperatuur kan 100 C of meer bedragen. 4. Opstart Verifieer de correcte werking van de installatie. Test de aanwezige alarm- en beveiligingstoestellen. 5. Werking De werking bestaat uit een element dat gevuld is met een temperatuurgevoelige vloeistof met kooktemperatuur lager dan water. In koude toestand of bij opstart is het element spanningsloos is de klep van de zitting en volledig open zodat grote volumes van lucht worden afgevoerd. Wanneer condensaat passeert doorheen de thermostatische condenspot, warmt de vloeistof in het element op. Als het systeem de stoomtemperatuur bereikt, zal de vloeistof in het element uitzetten waardoor de klep op de zitting komt en de condenspot sluit. Door warmteverlies aan de omgeving koelt het water rond het element af. De temperatuurgevoelige vloeistof condenseert en het element trekt samen. De klep komt van de zitting en het condensaat wordt afgevoerd tot het weer de stoomtemperatuur benadert. De cyclus start opnieuw. Condensaat uit SPIRAX-SARCO BENELUX Industriepark 5 9052 ZWIJNAARDE IM-P005-04 / CMGT-BEn-04 Tel. +32 9 244 67 10 +31 10 892 03 86-2 / 6 - info@be.spiraxsarco.com info@nl.spiraxsarco.com www.spiraxsarco.com/global/be www.spiraxsarco.com/global/nl

6. Onderhoud Opgelet: Lees eerst de Algemene Veiligheidsinformatie vooraan en de "Veiligheidsinstructies" achteraan in dit document vooraleer met de installatie en/of enig onderhoud aan te vatten. 6.1. Algemene informatie Vooraleer enig onderhoud aan te vatten dient de condenspot geisoleerd te worden van zowel de aanvoer- als retourleiding en dient drukloos gemaakt te worden. Men moet de condenspot laten afkoelen. Zorg er bij de hermontage voor dat alle dichtingsoppervakken schoon zijn. Het onderhoud kan gebeuren zonder de condenspot uit de leiding te halen, wanneer de veiligheidsinstructies gevolgd worden. Het is aanbevolen steeds nieuwe dichtingen en reservedelen te gebruiken bij elk onderhoud. Zorg dat ten allen tijde het gepaste gereedschap en beschermkledij worden gebruikt. Wanneer het onderhoud is voltooid, open dan langzaam de afsluiters en controleer op lekken. 6.2. Vervangen van capsule en zitting: - Verwijder het deksel (1) en veer (17) van het huis (8) door de 2 dekselbouten (9) los te schroeven. - Verwijder de capsule (2) en de steunplaat (18). - Schroef de klepzitting (3) los uit het huis (8). - Reinig of vervang de zeef (5, enkel BPS32) - Plaats de klepzitting (3) terug en zet vast volgens het aanbevolen - Het is aanbevolen een nieuwe dekselpakking (7) te plaatsen. Hermonteer de steunplaat (18) en verifieer de centrering op de zitting (3). - Hermonteer de capsule (2), de veer (17) en het deksel (1). Nota: Span de dekselbouten (9) gelijkmatig aan volgens het aanbevolen 6.3. Reinigen / vervangen van de zeef (BPS32Y): - Schroef de dop (10) los en verwijder de zeef (5). - Reinig of vervang de zeef en monteer de dop (10) terug op het huis (8), draag er zorg voor dat de zeef (5) gecentreerd zit. Gebruik een nieuwe pakking (11) voor de stop. - Gebruik een weinig anti-blokkeerpasta op de draad en span aan volgens het aanbevolen 6.4. Reinigen / vervangen van de zeef (BPS32): - Verwijder het deksel (1) en de veer (17) van het huis (8) door de 2 dekselbouten (9) los te schroeven. - Verwijder de capsule (2) en de steunplaat (18). - Schroef de klepzitting (3) los van het huis (8). - Reinig of vervang de zeef (5). - Plaats de zitting (3) terug en span aan volgens het aanbevolen - Het is aanbevolen een nieuwe dekselpakking (7) te gebruiken. Hermonteer de steunplaat (18) en verifieer de centrering op de zitting (3). - Hermonteer de capsule (2), de veer (17) en het deksel (1). Nota: Span de dekselbouten (9) gelijkmatig aan volgens het aanbevolen Aanbevolen aanspanmomenten Nr. Onderdeel of mm Nm 3 Klepzitting 24 A/F 115 125 9 Dekselbouten 16 A/F M10 x 30 23 27 10 Zeefdop 27 A/F 120 135 IM-P005-04 / CMGT-BEn-04-3 / 6 -

7. Reservedelen De beschikbare reservedelen zijn voorgesteld in volle lijn. Onderdelen voorgesteld in onderbroken lijn zijn niet beschikbaar als reservedeel. Beschikbare reservedelen Element- en zittingsset 2, 3, 17, 18 Filterzeef BPS32 (3 stuks) 5 Filterzeef en pakking BPS32Y (1 van elk) 5, 11 Set dekselpakkingen (pakket van 3) 7 Zeefdoppakking (pakket van 3) 11 Hoe reservedelen bestellen Gebruik steeds bovenstaande beschrijvingen onder Beschikbare reservedelen en specifieer de diameter, het modelnummer en de elementreferentie. Voorbeeld: 1 Element- en zittingsset voor een Spirax Sarco DN25 BPS32Y met een STD -element voor werking op 12 C onder de verzadigde stoomtemperatuur. * Nota: Onderdelen 9 en 10 zijn niet beschikbaar als reservedeel. SPIRAX-SARCO BENELUX Industriepark 5 9052 ZWIJNAARDE IM-P005-04 / CMGT-BEn-04 Tel. +32 9 244 67 10 +31 10 892 03 86-4 / 6 - info@be.spiraxsarco.com info@nl.spiraxsarco.com www.spiraxsarco.com/global/be www.spiraxsarco.com/global/nl

Veiligheidsinstructies Het vermijden van risico s bij het installeren, gebruiken en onderhouden van Spirax-Sarco producten De veilige werking van deze producten kan enkel gegarandeerd worden indien ze op de juiste manier geïnstalleerd, opgestart en onderhouden worden door gekwalificeerd personeel (zie sectie Werkvergunningen hieronder) in overeenstemming met de installatie- en onderhoudsinstructies. Er moet ook voldaan worden aan de algemeen geldende installatie- en veiligheidsinstructies voor pijpleiding- en installatietechnieken. Het juiste gebruik van werktuigen en van veiligheidsapparaten moet ook voldoende gekend zijn. Toepassing Verzeker u ervan dat het product geschikt is voor de toepassing aan de hand van de installatie- en onderhoudsinstructies (IM), de naamplaat en het technisch informatieblad (TI). De producten in de lijst hieronder voldoen aan de vereisten van de PED richtlijn en zijn voorzien van een markering, daar waar vereist: DN Categorie Product min. max. Gassen Vloeist. G1 G2 G1 G2 BPS32 15 25 - SEP - SEP BPS32Y 15 25 - SEP - SEP i) De producten zijn specifiek ontworpen voor gebruik met : - stoom - water Toepassingen met andere fluïda zijn mogelijk, doch hiervoor is steeds overleg met en toestemming van Spirax-Sarco noodzakelijk. ii) Verifieer de materiaalgeschiktheid en de maximum en minimum toelaatbare werkdruk en werktemperatuur in onderlinge combinatie. Indien de maximum gebruikslimieten van het product lager zijn dan het systeem waarin het gemonteerd is, of wanneer een defecte werking van het product tot een gevaarlijke overdruk of overtemperatuur kan leiden, dan moet het systeem voorzien worden van een overdruk en/of overtemperatuurbeveiliging. iii) Volg nauwgezet de installatie-instructies met betrekking tot inbouw en de richting en zin van de stroming van het fluïdum. iv) Spirax-Sarco producten zijn niet bestand tegen externe belasting geïnduceerd door het systeem waarin ze geïnstalleerd zijn. De installateur moet deze externe belastingen inschatten en alle voorzorgsmaatregelen nemen om ze te minimaliseren. v) Verwijder alle beschermingskappen van aansluitingseinden alvorens in te bouwen. Toegankelijkheid Alvorens een product in te bouwen in een leidingsysteem en/of handelingen uit te voeren aan een ingebouwd product, verzeker u van een veilige bereikbaarheid, en gebruik indien nodig een beveiligd werkplatform. Verlichting Zorg voor een adequate verlichting, die toelaat alle details van het product en zijn onmiddellijke omgeving duidelijk waar te nemen. Gevaarlijke gassen en/of vloeistoffen in de leiding Verifieer wat er zich in de leiding bevindt of bevonden heeft. Neem gepaste voorzorgen indien het gaat om fluida die brand-, ontploffings-, of gezondheidsgevaar kunnen opleveren. Gevaarlijke omgeving rond het product Verifieer en evalueer het explosiegevaar in de onmiddellijke omgeving, de aanwezigheid van voldoende ademlucht (bvb. In tanks en putten...), de mogelijke aanwezigheid van toxische gassen, extreem hoge omgevingstemperaturen, hete oppervlakken (t.g.v. van laswerken...), overdreven lawaai, bewegende machines. Het systeem Verifieer en evalueer het effect van de inbouw van het product op het complete systeem. Zorg ervoor dat geen enkele manipulatie van het product (bvb. bediening van handwielen en/of hendels, thermische en elektrische isolatie..) eender welk gedeelte van het systeem of eender welke persoon in gevaar brengt. De grootste omzichtigheid moet in acht genomen worden bij het tijdelijk buiten dienst stellen van alarmsystemen of het afsluiten van ontluchtings- en/of beluchtingsystemen. Isolatieafsluiters geleidelijk openen en sluiten om systeemschokken te voorkomen. Systemen onder druk Verifieer dat de druk volledig van het systeem weggenomen is, en er een voldoende gedimensioneerde ontluchtingsopening aanwezig is. Zorg, indien mogelijk, voor een dubbele isolatie t.o.v. onder druk staande delen van het systeem. Borg de afsluiters in gesloten toestand en/of voorzie ze van een duidelijk waarschuwingslabel. Vertrouw nooit op de aflezing van een manometer die een drukloze toestand aanduidt. Temperatuur Laat, na demontage, voldoende afkoelingstijd om brandwonden te vermijden. Draag beschermende kledij en veiligheidsbril. Dit apparaat kan een viton component bevatten. Bij temperaturen vanaf 315 C zal het viton materiaal ontbinden en fluorwaterstofzuur vomen. Bij huidcontact ontstaan diepe brandwonden en bij inademing worden de luchtwegen ernstig aangetast. Dit product kan onderdelen bevatten uit PTFE. Indien PTFE onderdelen opgewarmd geweest zijn tot 260 C of hoger zullen ze toxische dampen afscheiden die, bij inademing, aanleiding kunnen geven tot tijdelijk ongemak. Er mag nooit gerookt worden in de omgeving van PTFE, daar de inademing van tabakrook gemengd met PTFE deeltjes aanleiding geeft tot toxische inhalatiekoorts. In plaatsen waar PTFE gestockeerd, behandeld of verwerkt wordt moet een rookverbod gelden. Werktuigen en wisselstukken Alvorens met de werken te starten, verzeker er u van dat de nodige werktuigen en wisselstukken beschikbaar en aanwezig zijn. Gebruik enkel originele Spirax-Sarco wisselstukken. Hergebruik nooit een gebruikte dichting. Beschermkledij Verifieer en evalueer of beschermende kledij noodzakelijk is tegen gevaren zoals contact met chemicaliën, extreem hoge en/of lage temperaturen, straling, lawaai, vallende objecten en aantasting van ogen en aangezicht. Werkvergunningen Alle werkzaamheden moeten uitgevoerd en/of gesuperviseerd worden door een terzake bevoegd persoon. Monteurs en operatoren moeten opgeleid worden in het correct gebruik van het product aan de hand van de installatieen onderhoudsvoorschriften. Indien vereist moet een werkvergunning aangevraagd en verstrekt worden. De procedures van deze werkvergunning moeten strikt opgevolgd worden. Indien een werkvergunning niet vereist is, wordt er aanbevolen een verantwoordelijk persoon aan te duiden die op de hoogte is van de installatie, geassisteerd indien nodig door een veiligheidspersoon. Indien nodig moeten er ook waarschuwingspanelen geplaatst worden. Behandeling Manuele behandeling van grote en/of zware producten kan tot kwetsuren leiden. Opheffen, duwen, trekken, dragen en/of steunen van een last met het lichaam is zeer belastend en dus potentieel gevaarlijk voor de rug. Evalueer het risico op kwetsuren door rekening te houden met de aard van het werk, de uitvoerder, de grootte van de last en de werkomgeving. Gebruik een werkmethode die aangepast is aan al deze omstandigheden. Restgevaar Het oppervlak van een product kan, na buiten dienst stelling, nog gedurende lange tijd zeer heet blijven. Indien deze producten gebruikt worden op hun maximum werktemperatuur, kan deze oppervlaktetemperatuur oplopen tot 300 C. Hou er rekening mee dat sommige producten bij demontage niet volledig leeglopen, en er dus nog hete vloeistof kan in achterblijven (zie Installatieen onderhoudsinstructies). Vorstgevaar Voorzorgsmaatregelen tegen vorstgevaar moeten genomen worden bij producten die niet volledig vloeistofvrij zijn bij stilstanden of periodes van lage belasting. Specifieke veiligheidsinstructies voor het product Consulteer de specifieke veiligheidsinstructies IM-P005-04 / CMGT-BEn-04-5 / 6 -

Verschroting Tenzij anders vermeld in de Installatie- en Onderhoudsinstructies, zijn deze producten volledig recycleerbaar, en kunnen zonder gevaar voor milieuvervuiling opgenomen worden in het recyclagecircuit. Viton - Mag gedumpt worden op een stort in overeenstemming met nationale en regionale richtlijnen, - Mag geïncinereerd worden in overeenstemming met nationale en regionale richtlijnen, doch er moet een scrubber gebruikt worden om het gevormde fluorwaterstofzuur te verwijderen. - Is onoplosbaar in waterige oplossingen. PTFE: - Kan slechts verschroot worden met geëigende middelen (zeker niet incinereren!), - PTFE afval moet in een afzonderlijke container bewaard worden, niet gemengd met ander afval, en gedumpt worden op een stort. Terugsturen van producten Klanten en voortverkopers worden eraan herinnerd dat, volgens de milieuwetgeving, teruggestuurde producten moeten vergezeld worden van informatie aangaande de mogelijke gevaarlijke residuen in de producten en de te nemen voorzorgsmaatregelen. Deze informatie moet schriftelijk de producten vergezellen, en alle nodige gezondheids- en veiligheidsgegevens bevatten van de gevaarlijke of potentieel gevaarlijke substanties. SPIRAX-SARCO BENELUX Industriepark 5 9052 ZWIJNAARDE IM-P005-04 / CMGT-BEn-04 Tel. +32 9 244 67 10 +31 10 892 03 86-6 / 6 - info@be.spiraxsarco.com info@nl.spiraxsarco.com www.spiraxsarco.com/global/be www.spiraxsarco.com/global/nl