1 Veiligheidsinstructies

Vergelijkbare documenten
1 Veiligheidsinstructies

1 Veiligheidsinstructies

1 Veiligheidsinstructies

Draadloze bussysteem Draadloze actor mini. 1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat

1 Veiligheidsinstructies

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie. Funkmanagement Radiografische DIN-rail actor. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie. Draadloze bussysteem. Draadloze wandcontactdoosadapter voor schakelen Best. nr. :

Draadloze bussysteem Draadloze jaloezieactor mini. 1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Best. nr. : Bedieningshandleiding

Gevaar voor lichamelijk letsel. Gebruik het apparaat alleen voor aansturen van jaloezieen rolluikmotoren of markiezen. Schakel geen andere lasten.

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie. Funkmanagement Repeater. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie. Funkmanagement Radiografische zender Universeel, L-leider. Art.-Nr.

1 Veiligheidsinstructies

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie. Funkmanagement Radiografische stuureenheid 1-10 V, voor DIN-rail. Art.-Nr.

1 Veiligheidsinstructies

Draadloze bussysteem Draadloze wandcontactdoosadapter voor dimmen. 1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Best.nr. :

Afbeelding 1: Repeater

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Funkmanagement Funkkop DIN-rail. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie. Funkmanagement Radiografische handzender mini. Art.-Nr.: 42 FH. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Funkmanagement Radiografische schakeleenheid. Art.-Nr.: FWL 2200 WW. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie. Funkmanagement Radiografische handzender. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie. Funkmanagement Radiografische snoerdimmer Universeel. Art.-Nr.

Draadloze bussysteem Draadloze besturingseenheid 1-10V enkelvoudig. 1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Best.nr.

1 Veiligheidsinstructies

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie. Funkkop DIN-rail Art. nr. : FK100REG. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Lichtmanagement DIN-rail vermogenuitbreider universeel W. Art. nr.

Afbeelding 1: Constructie apparaat

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Draaidimmer LV. Art. nr. : 244 HEX. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Lichtmanagement Tronic dimmer. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie. Draadloze bussysteem. Draadloze universele snoerdimmer Best. nr.

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie. Draadloze bussysteem. Draadloze universele dimmer Best. nr. :

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Funkmanagement Radiografische universeeldimmer voor DIN-rail. Art.-Nr.

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Lichtmanagement Draaidimmer conventioneel. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Lichtmanagement Draaidimmer conventioneel. Bedieningshandleiding

Elektrische apparaten mogen alleen door een elektromonteur worden gemonteerd en aangesloten.

Afbeelding 1: Constructie apparaat

Draadloze bussysteem Draadloze jaloezieactor enkelvoudig. 1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Best.nr. : Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Lichtmanagement Draaidimmer met druk-wisselschakelaar. Art.-Nr.: 266 GDE Art.-Nr.

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Lichtmanagement. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Lichtmanagement Trappenhuisautomaat, Impulsgever. Bedieningshandleiding

Draadloze bussysteem Draadloze handzender comfort. 1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie. Best.nr. :

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Lichtmanagement Elektronische stuureenheid. Bedieningshandleiding

Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Systeemschakeleenheid. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Funkmanagement Radiografische wandzender "vlak" Art.-Nr.: A 41 F.. Art.-Nr.: A 42 F..

Draadloze bussysteem Draadloze universele dimactor enkelvoudig. 1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Best.nr.

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Toerenregelaar. Bedieningshandleiding

Systeem 2000 Systeem 2000 HLK-relais-basiselement. 1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Best. nr. : Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Lichtmanagement DIN-rail dimmer universeel W. Art.-Nr.: UD 1255 REG. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Bedoeld gebruik. 3 Producteigenschappen. LB-management. Draaidimmer Standaard led

Afbeelding 1: Aanzicht, aansluitruimte gesloten

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie. Funkmanagement Radiografische sensorafdekking 180. Art.-Nr.:..FAS 180..

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Universeel-dimmer, Basiselement voor parallelaansluiting

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie. Lichtmanagement Taststuureenheid. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Lichtmanagement Led tastdimmer. Art. nr LEDDE. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Jaloeziemanagement Motorstuureenheid Standaard AC 230 V ~ Art. nr. 230 ME. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Universeel-seriedimmer-basiselement. Universeel-seriedimmer-basiselement. Best.nr.

1 Veiligheidsinstructies

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Tronic-draaidimmer met soft-klik. Best.nr. : Bedieningsen montagehandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie. Funkmanagement Radiografische raamzender. Art.-Nr.: FF 21 WW. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie. Funkmanagement Radiografische multifunctionele zender. Art.-Nr.

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Draaidimmer LV. Best.nr. : Bedieningsen montagehandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Dimmer druk-wissel gloeilamp. SW opbouw dimmer druk-wissel gloeilamp Best.nr.

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Draaidimmer. Draaidimmer. Best.nr. : Draaidimmer. Best.nr. :

Gloeilampen-dimmer-basiselement met druk-wisselschakelaar

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Jaloeziemanagement Motorstuureenheid Universeel AC 230 V ~ Art. nr. 232 ME. Bedieningshandleiding

Afbeelding 1: Constructie apparaat. Bedoeld gebruik - Schakelen en dimmen van gloeilampen, HV halogeenlampen en Tronic-trafo's met halogeenlampen.

Elektrische apparaten mogen alleen door een elektromonteur worden gemonteerd en aangesloten.

1 Veiligheidsinstructies

Vermogensuitbreiding van de in de referentielijst (zie hoofdstuk technische gegevens) genoemde

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie. Dimmer druk-wissel gloeilamp. Best.nr. : Bedieningshandleiding

Universeel-dimmer 2, Basiselement voor parallelaansluiting 2

Systeem 2000 Trappenhuisverlichtingsautomaat, Basiselement impulsgever. 1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat

1 Veiligheidsinstructies. 2 Bedoeld gebruik. 3 Bediening. LB-management. Power DALI-taststuureenheid TW

1 Veiligheidsinstructies. 2 Bedoeld gebruik. 3 Producteigenschappen. 4 Bediening met 2-voudig toetselement. Systeem 3000

1 Veiligheidsinstructies. 2 Bedoeld gebruik. LB Management. Elektronische schakeleenheid 1-kanaals

1 Veiligheidsinstructies. 2 Bedoeld gebruik. 3 Producteigenschappen. 4 Bediening. LB-management. Draaidimmer Universeel led

1 Veiligheidsinstructies

Elektrische apparaten mogen alleen door een elektromonteur worden gemonteerd en aangesloten.

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Observer 70. Art.-Nr.: W 70 WW Art.-Nr.: W 70 AN. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies

KNX inbouwactor jaloezie 1-voudig met neventoestel-aansluiting

KNX inbouwverwarmingsactor 1-voudig met neventoestel-aansluiting Art.-Nr.: 2501 HZUP

1 Veiligheidsinstructies. 2 Functie. 3 Informatie voor elektromonteurs 3.1 Montage en elektrische aansluiting. Tronic-trafo

Afbeelding 1: Helderheidsregelaar inbouw

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Voedingseenheid. Art.-Nr.: 2005 REG. Art.-Nr.: 2002 REG. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Functie. 3 Informatie voor elektromonteurs 3.1 Montage en elektrische aansluiting. Tronic-trafo

Afbeelding 1: Aanzicht, aansluitruimte gesloten

1 Veiligheidsinstructies. 2 Bedoeld gebruik. 3 Producteigenschappen. 4 Bediening. LB-management. Dimmer mini Universeel led

Elektrische apparaten mogen alleen door een elektromonteur worden gemonteerd en aangesloten.

Elektrische apparaten mogen alleen door een elektromonteur worden gemonteerd en aangesloten.

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Jaloeziemanagement Motorstuureenheid, DC 24 V. Art.-Nr.: 224 ME. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. LB-management. Jaloeziebasiselement Universeel. Jaloeziebasiselement Universeel Art. nr.

Afbeelding 1: Binaire ingang 8-voudig 24 V

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Dimmer druk-wissel LV. Best. nr. : Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Basiselement toerentalregelaar. Best.nr. : Best.nr. : Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Jaloeziemanagement OmzetterWindmeter. Bedieningshandleiding

Transcriptie:

, schakelaar Art. nr. FA 26 UP, impulsgever Art. nr. FA 26 UPT Bedieningshandleiding 1 Veiligheidsinstructies De inbouw en montage van elektrische apparaten mag alleen door een elektromonteur worden uitgevoerd. Ernstig letsel, brand of materiële schade mogelijk. Handleiding volledig doorlezen en aanhouden. Gevaar door elektrische schokken. Voordat werkzaamheden aan het apparaat of de last worden uitgevoerd, moeten deze worden vrijgeschakeld. Daarbij moet rekening worden gehouden met alle installatieautomaten die gevaarlijke spanningen aan het apparaat of de last leveren. Gevaar door elektrische schokken. Apparaat is niet geschikt voor vrijschakelen. Apparaat niet als jaloezie-actor gebruiken. Jaloeziemotor kan beschadigd raken. De radio-overdracht verloopt via een niet exclusieve overdrachtsroute en is daarom niet geschikt voor toepassingen op het gebied van de veiligheidstechniek, zoals bijv. noodstop of noodoproep. Gevaar door elektrische schokken. Niet gebruikte aders isoleren. Gevaar door elektrische schokken. De antenne heeft een basisisolatie. Niet uit de apparatuurdoos leiden. Antenne niet inkorten, verlengen of isolatie verwijderen. Apparaat kan beschadigd raken. Deze handleiding is onderdeel van het product en moet door de eindklant worden bewaard. 2 Constructie apparaat Afbeelding 1 (1) Antenne (2) LED, tweekleurig (3) Programmeerknop J:00 1/7

3 Functie Systeeminformatie Het zendvermogen, de ontvangstkarakteristiek en de antenne mogen om wettelijke redenen niet worden veranderd. Het apparaat mag in alle EU- en EFTA-staten worden gebruikt. De conformiteitsverklaring is beschikbaar op onze internet-pagina. De reikwijdte van een radiografisch systeem dat bestaat uit zender en ontvanger hangt af van verschillende factoren. Door de keuze van de best mogelijke montageplaats rekening houdend met de bouwkundige omstandigheden kan de reikwijdte van het systeem worden geoptimaliseerd. Afbeelding 2: Gereduceerde reikwijdte door bouwkundige hindernissen. Voorbeelden voor doordringing van verschillende materialen: Materiaal Doordringing Hout, Gips, Gipsplaat ca. 90 % Baksteen, Spaanplaat ca. 70 % Gewapend beton ca. 30 % Metaal, Metaalrooster ca. 10 % Regen, Sneeuw ca. 1-40 % Bedoeld gebruik - Radiografisch schakelen van gloeilampen, TL-lampen, HV-halogeenlampen en tronic- of inductieve trafo's met halogeenlampen - Gebruik met eigen radiografische zenders - Geschikt voor mengbedrijf tot aan het opgegeven totale vermogen (technische gegevens) - Montage in apparaatdoos conform DIN 49073 met passende afdekplaat i Er kan geen combinatie van aanwezigheidsmelder en bewegingsmelder worden ingeleerd Producteigenschappen schakelactor - Onafhankelijk schakelen van twee elektrische lasten - Lichtscenariobedrijf mogelijk - 2-punts lichtregeling in combinatie met een radiografische aanwezigheidsmelder mogelijk - Nalooptijd van ca. 1 minuut in combinatie met radiografische bewaking J:00 2/7

Producteigenschappen toetsactor - De toestactor sluit het relaiscontact gedurende de tijd dat deze het radiografische telegram voor inschakelen ontvangt, bijv. van een kanaaltoets van een handzender of wandzender. Wanneer de betreffende kanaaltoets binnen de maximale zendtijd wordt losgelaten, opent de toetsactor het relaiscontact weer. - Wanneer de kanaaltoets langer dan de maximale zendduur van de zender wordt ingedrukt of wanneer de overdracht is verstoord, dan wordt het relaiscontact gedurende ca. 16 seconden geopend. - Bij een korte bediening van de ingeleerde kanaaltoets sluit het relaiscontact ca. 0,3 seconden. i De volgende functies worden niet door een toetsactor ondersteund: alles-aan, alles-uit, lichtscenario's en lichtregeling. 4 Bediening Om het apparaat te kunnen bedienen, moet een radiografische zender zijn ingeleerd. i Handleiding van de radiografische zender aanhouden. 5 Informatie voor elektromonteurs 5.1 Montage en elektrische aansluiting GEVAAR! Elektrische schok bij aanraken van onderdelen die onder spanning staan. Elektrische schokken kunnen dodelijk letsel tot gevolg hebben. Voordat werkzaamheden aan het apparaat of de last worden uitgevoerd, moeten alle bijbehorende installatieautomaten worden vrijgeschakeld. Spanningvoerende delen in de omgeving afdekken! Apparaat aansluiten en monteren Minimaal 0,5 meter afstand tot metalen oppervlakken en elektrische apparaten, bijv. magnetrons, hifi- en TV-installaties, voorschakelapparaten of transformatoren aanhouden. Minimaal 1 meter afstand tussen zender en ontvanger aanhouden, om oversturing van de ontvanger te voorkomen. Afbeelding 3: Aansluitvoorbeeld Roze ader (PK) - L B, uitgang B Bruine ader (BN) - L, fase, AC 230 V ~ J:00 3/7

Grijze ader (GY) - L A, uitgang A Blauwe ader (BU) - N, nulleider o Actor conform aansluitschema (afbeelding 3) met lampklemmen (zie lampklemmen gebruiken) aansluiten. Afbeelding 4: Inbouw in apparaatdoos o Apparaat zodanig in de apparatuurdoos plaatsen, dat de programmeertoets en de LED zichtbaar zijn. i Antenne zo mogelijk vrij gestrekt installeren (afbeelding 4). i Bij montage buiten de apparatuurdoos letten op voldoende aanrakingsveiligheid. o Netspanning inschakelen. Testbetrieb am Gerät Door opeenvolgende korte bedieningen van de programmeertoets, ca. 1 seconde, kan het apparaat worden getest, zie tabel. Bedieningen Uitgang L A Uitgang L B LED 1x AAN UIT rood 2x UIT AAN groen 3x AAN AAN rood/groen 4x UIT UIT UIT o Inbedrijfname uitvoeren. o Afdekking monteren. J:00 4/7

Lampklemmen gebruiken Afbeelding 5: Striplengte o Ader 9-11 mm afstrippen (afbeelding 5). Afbeelding 6: Aansluiting van de soepele ader o Klem aan de zijde met de hoekige opening samendrukken en soepele ader aansluiten (afbeelding 6). Afbeelding 7: Aansluiting van de massieve ader J:00 5/7

o Massieve aders tot aan de aanslag in een ronde opening aan de installatiezijde steken (afbeelding 7). 5.2 Inbedrijfname i Handleiding van de radiografische zender aanhouden. GEVAAR! Elektrische schok bij aanraken van onderdelen die onder spanning staan. Elektrische schokken kunnen dodelijk letsel tot gevolg hebben. Tijdens de inbedrijfstelling de onderdelen onder spanning op de radiografische zenders en actoren en in de omgeving daarvan afdekken. Radiografische zender inleren i Wanneer alle geheugenplaatsen van een uitgang zijn bezet, dan moet eerst een al ingeleerde radiografische zender worden gewist. Daarvoor alle ingeleerde kanalen en lichtscenario's van de radiografische zender afzonderlijk wissen. De afstand tussen ontvanger en radiografische zender is 0,5 tot 5 m. De last is uitgeschakeld. o De programmeerknop ca. 4 seconden indrukken. LED knippert rood. Het apparaat schakelt de aangesloten lasten uit en bevindt zich gedurend ca. 1 minuut in de programmeermodus voor uitgang A. i Om in de programmeermodus voor uitgang B te komen, programmeertoets opnieuw gedurende 4 seconden indrukken. LED knippert groen. o Leertelegram aan radiografische zender activeren, zie handleiding radiografische zender. LED brandt rood voor uitgang A resp. groen voor uitgang B. De radiografische zender is ingeleerd. o Programmeertoets kort indrukken. Last schakelt in. Apparaat staat in de bedrijfsstand. i De programmeermodus wordt na ca. 1 minuut automatisch verlaten. i Alleen schakelactor: bij inleren van een radiografische zender worden aanwezige allesaan-toets en alles-uit-toets automatische meegeleerd. i Alleen schakelactor: lichtscenariotoetsen afzonderlijk inleren. Radiografische zenders afzonderlijk wissen o De te wissen radiografische zender opnieuw inleren (zie radiografische zender inleren). LED knippert snel in de betreffende kleur van de uitgang. De radiografische zender is gewist. i Wanneer meerdere kanalen of lichtscenario's van een radiografische zender zijn ingeleerd, dan moeten deze afzonderlijk worden gewist. 6 Bijlage Het symbool bevestigt de comformiteit van het product met de geldende richtlijn. 6.1 Technische gegevens Nominale spanning AC 230 / 240 V ~ Netfrequentie Omgevingstemperatuur 50 / 60 Hz -20... +55 C Relatieve vochtigheid ca. 0... 65 % (Geen condens) Totaal aangesloten vermogen Aansluitvermogen per uitgang Gloeilampen HV-halogeenlampen max. 2300 W/VA 2300 W 2300 W J:00 6/7

Tronic-trafo's Inductieve trafo's TL-lampen ongecompenseerd TL-lampen parallel gecompenseerd Schakelstroom per uitgang (ohms) Minimale schakelstroom AC Soort contact Aansluiting massief Afmeting Ø H 1500 W 1000 VA 1200 VA 920 VA 10 U 100 ma µ-contact 1,0... 2,5 mm² 53 28 mm Draagfrequentie 433,42 MHz (ASK) Inleerbare radiozender per uitgang max. 7 6.2 Hulp bij problemen Apparaat reageert niet of slechts af en toe. Oorzaak 1: batterij in de radiografische zender is leeg. Batterij in radiografische zender vervangen. Oorzaak 2: radiografisch bereik is overschreden. Bouwkundige hindernissen reduceren het bereik. Inbouwsituatie controleren. Installatie antenne controleren Een uitgestrekte installatie vergroot de reikwijdte. Toepassen van een radio-repeater. Apparaat schakelt last uit en kan niet meer worden ingeschakeld. Oorzaak: Overtemperatuurbeveiliging heeft aangesproken. Apparaat van netspanning losmaken, daarbij behorende installatieautomaaten uitschakelen. Apparaat minstens 15 minuten laten afkoelen. Inbouwsituatie controleren. Aangesloten last verlagen. Installatie-automaat weer inschakelen. 6.3 Garantie Technische en formele veranderingen aan het product, voor zover deze de technische vooruitgang dienen, zijn voorbehouden. Wij bieden garantie in het kader van de wettelijke bepalingen. Verzendt het apparaat s.v.p. vrij van porto met een beschrijving van de fout aan onze centrale klantenservice. ALBRECHT JUNG GMBH & CO. KG Volmestraße 1 58579 Schalksmühle Telefon: +49.23 55.8 06-0 Telefax: +49.23 55.8 06-2 04 kundencenter@jung.de www.jung.de Service Center Kupferstr. 17-19 44532 Lünen Germany J:00 7/7