Boekverslag Nederlands Drie verschrikkelijke dagen door Guus Kuijer Boekverslag door een scholier 1570 woorden 25 april 2006 7,3 18 keer beoordeeld Auteur Genre Guus Kuijer Jeugdboek Eerste uitgave 1976 Vak Nederlands Personages Hoofdpersonen: Jos Helling Jos is vijftien jaar en zit nog op school. Zijn vader heeft een goede baan en dus hebben ze het financieel ook wel goed. Toch heeft hij het thuis niet zo naar zijn zin, dit komt omdat zijn ouders niet zo gelukkig meer zijn met elkaar. Marion Rozeboom Marion is zeventien jaar en werkt in een atelier. Haar vader is werkeloos, ze hebben het thuis financieel niet echt goed. Toch zijn haar ouders wel gelukkig met elkaar. Marion moet dus wel werken bij het atelier. Bijpersonen: Meneer Helling - vader van Jos Mevrouw Helling - moeder van Jos Riek - minnares van meneer Helling Meneer Rozeboom - vader van Marion Mevrouw Rozeboom - moeder van Marion Meneer van Stekelenburg - baas van Marion, eigenaar atelier Dokter Zuil - dokter die Marion behandelt in het ziekenhuis Het verhaal Jos komt vaak aan de kade, daar kon hij rustig en eindeloos over het water naar schepen kijken of Pagina 1 van 5
fantaseren. Maar deze keer stond er een meisje te huilen en dat leidde hem af. Jos knoopt een gesprek met haar aan. Ze stellen zich aan elkaar voor en het meisje heet Marion. Jos verzint dat hij 18 jaar is en auto s test is zijn werk. Marion is 17 jaar en verzint dat ze modeontwerpster is. Omdat Marion pauze heeft, moet ze weer weg en spreken ze af om elkaar de volgende dag weer bij de kade te ontmoeten. Jos beloofd ook om een auto mee te nemen. Marion denkt dat Jos het hele verhaal verzint en gaat er eigenlijk vanuit dat ze Jos niet weer ziet. In werkelijkheid werkt Marion gewoon bij een naaiatelier, waar de heer Van Stekelenburg directeur is. Jos wilde Marion wel weer zien, dus moest hij aan een auto zien te komen. Rijden kan Jos wel, dat heeft hij een keer van zijn broer geleerd op een rustig landweggetje. Jos bedenkt dat hij die nacht de Mercedes van zijn vader zal stelen en die verbergt in de garage van de buren. De volgende morgen komt de vader van Jos erachter dat de auto gestolen is. Omdat zijn vader een belangrijke afspraak heeft en zijn moeder de kapper niet kan overslaan word de politie niet gebeld. Als zijn ouders weg zijn, neemt Jos de hoed van zijn vader mee en rijdt de Mercedes naar de kade. Omdat Marion pauze heeft drinken ze samen een kop koffie en spreken ze s avonds weer af. Als de pauze erop zit, moet Marion weer aan het werk. Marion moet bij meneer Van Stekelenburg komen. Meneer Van Stekelenburg beweert dat Jos de auto gestolen heeft en dat hij het nummerbord genoteerd heeft. Marion moet diezelfde avond om 20.00 uur bij hem komen, anders belt hij de politie. Marion baalt hier van, maar gaat wel om half 8 naar het huis van meneer Van Stekelenburg toe. Meneer Van Stekelenburg preekt tegen Marion dat hij het beste met zijn meisjes voor heeft, dat hij een slechte reputatie niet kan gebruiken maar ondertussen zit hij wel aan Marion. Als meneer Van Stekelenburg Marion probeert te kussen grijpt ze het briefje waar het nummerbord op staat uit zijn borstzakje en rent naar de wc. In de wc ziet Marion dat er helemaal niets op het briefje staat. Woedend schelt ze meneer Van Stekelenburg uit en vertelt ze hem dat hij de baan mag houden. Als ze naar haar brommer loopt schreeuwt ze ook nog tegen de buren dat als ze Van Stekelenburg zien, ze de dochters binnen moeten houden. Jos komt die avond om 20.00 uur weer terug met de auto. Marion is veel te laat bij Jos, maar gelukkig staat hij er nog. Ze springt bij hem in de auto en trilt helemaal. Ze vertelt Jos niet wat er is gebeurd bij meneer Van Stekelenburg, maar begint hem te kussen. Marion wil niet meer naar huis en daarom rijden ze naar het tweede huis van Jos zijn ouders. In de auto praten ze over hun ouders en over ware liefde. Omdat Jos geen sleutel heeft van het huis, moeten ze inbreken. Als hij dichter bij het huis komt, ziet hij een auto staan die hij niet kent. Jos slaat een ruitje in, zodat ze in huis kunnen. In het huis zien ze dat de koelkast vol is en er een fles sherry met twee glazen op de tafel staan. Er zijn dus wel mensen in het huis. Jos en Marion kunnen niet meer terug naar buiten, wanneer er iemand van de trap af komt. Het is een man, de vader van Jos. De vader van Jos springt uit zijn vel als hij hoort dat Jos de Mercedes heeft meegenomen. Maar Jos weet zijn vader terug te pakken door te vertellen dat hij een weekend weg zou zijn voor zaken, maar in werkelijkheid vreemdgaat met een andere vrouw. Maar wat hij dan te horen krijgt, verandert de hele zaak. De vrouw met wie zijn vader is heet Riek. En zijn moeder weet dat zijn vader een andere vrouw heeft. De vader van Jos verteld dat ze alleen nog bij elkaar om Jos. Ze praten die nacht veel en lang. De volgende morgen gaan Jos & Marion samen met de vader van Jos weer naar huis. Onderweg krijgen ze een botsing Pagina 2 van 5
met een trekker. Jos en zijn vader komen er goed vanaf, maar Marion moet met de ambulance mee. In het ziekenhuis blijkt dat Marion ernstig verwond is en er volgen drie verschrikkelijke dagen. De titel Aan het einde van het boek kom je er pas achter hoe men aan de titel is gekomen. Doordat Marion ernstig ziek in het ziekenhuis ligt volgen er Drie verschrikkelijke dagen en moet iedereen maar afwachten of Marion het haalt. Daarom de titel Drie verschrikkelijke dagen. Het boek: Uitgeverij Het boek is uitgegeven door in 1976 door Em. Querido s Uitgeverij B.V. te Amsterdam Tijd Het boek speelt zich eind jaren 70 af. Dit is te merken in het boek, een voorbeeld hiervan is dat er veel werkloosheid is (zoals de vader van Marion). Het verhaal speelt zich af in 3 dagen tijd. Plaats Het verhaal speelt zich voornamelijk af in Rotterdam, maar ook bij het tweede huis van de ouders van Jos en in het ziekenhuis waar Marion naar toe gebracht wordt na het ongeluk. Soort boek Het is een jeugdroman. Het boek Drie verschrikkelijke dagen is eigenlijk een verpakking voor een aantal zaken die Guus Kuijer, namelijk: Hij vindt dat volwassen op een verkrampte manier leven. Hoe nutteloos het is om jezelf anders voor te doen dat je bent De betekenis van liefde De schrijver De schrijver van Drie verschrikkelijke dagen is Guus Kuijer. Guus Kuijer is op 1 augustus 1942 in Amsterdam geboren. Hij groeide op in een streng godsdienstig gezin. Toen hij 10 jaar was schreef hij zijn eerste boek over dieren. Hij schreef veel boeken, voorbeelden hiervan zijn: Eend voor eend De Jonge prinsen De zwarte stenen Olle Pagina 3 van 5
Guus Kuijer bleef 3 keer zitten en moest toen hij 17 jaar was naar een internaat. Guus Kuijer volgde de kweekschool in Doetinchem. Daarna was hij van 1967-1973 onderwijzer in Didam. In 1973 begon hij boeken te publiceren. Hij gaf zijn baan op en ontdekte dat het schrijven voor kinderen hem beter beviel. Guus Kuijer is liever schrijver dan onderwijzer. Guus Kuijer publiceerde eerst boeken voor volwassenen. Deze werden goed ontvangen, maar echt bekend werd hij pas met zijn kinderboeken, vooral die over 'Madelief'. Hij schreef deze verhalen in eerste instantie voor Madelief, het dochtertje van vrienden. Zijn eerste kinderboek dat uitgegeven werd was Met de poppen gooien. Dit was in 1975 en hij kreeg hier meteen een gouden griffel voor. Dit was zijn doorbraak als schrijver. Guus Kuijer schrijft in zijn jeugdboeken over de verlangens, gevoelens en rechten van kinderen. Hij laat zien hoe machteloos kinderen staan ten opzichte van volwassen. In zijn boeken voor volwassenen die hij eind jaren tachtig schreef geeft hij zijn eigen mening over geloof, godsdienst en zending. Prijzen die Guus Kuijer gewonnen heeft: Gouden Griffel 1976 voor 'Met de poppen gooien'. Zilveren Griffel 1977 voor 'Grote mensen, daar kan je beter soep van koken'. Gouden Griffel 1979 voor 'Krassen in het tafelblad'. Staatsprijs voor Kinder- en Jeugdliteratuur 1979 voor zijn gehele oeuvre. Vlag en Wimpel 1980 voor 'Een hoofd vol macaroni'. Vlag en Wimpel 1981 voor 'De tranen knallen uit mijn kop'. Deutsche Jugendbuchpreis 1982 voor 'Erzähl mir von Oma' ('Krassen in het tafeblad'). Zilveren Griffel 1984 voor 'Eend voor eend'. Vlag en Wimpel 1985 voor 'De zwarte stenen'. Vlag en Wimpel 1987 voor 'De jonge prinsen'. Zilveren Griffel 1988 voor 'Tin Toeval en de kunst van het verdwalen'. Zilveren Griffel 1988 voor 'Tin Toeval en het geheim van Tweebeens-eiland'. 'Tin Toeval en de kunst van het verdwalen' werd in 1988 getipt door de Nederlandse Kinderjury 6 t/m 9 jaar. Vlag en Wimpel 1991 voor 'Olle'. Gouden Griffel 2000 voor 'Altijd samen, amen'. Deutsche Jugenditeraturpreis 2002 voor 'Wir alle für immer susammen'. Woutertje Pieterse-prijs voor 'Ik ben Polleke, hoor' de film 'Polleke' werd bekroond met een Gouden en met een Platina film. Juryprijs op het Europees jeugdfilmfestival voor 'Polleke'. De film 'Polleke' won op het Internationale Filmfestival van Montevideo drie prijzen (grote juryprijs, prijs voor de beste speelfilm, prijs van de kinderjury). Gouden Uil 2005 voor 'Het boek van alle dingen'. Eigen mening Ik ben geen lezer, normaal lees ik niet zoveel boeken. Maar dit vond ik wel een mooi boek! Het boek is wel Pagina 4 van 5
realistisch, omdat Jos niet in een fijne situatie leeft thuis, dan doe je gauw zoiets.dat vind ik juist ook zo mooi aan dit boek dat hij die auto meeneemt om indruk te maken op een meisje. Pagina 5 van 5